BINNENLAND.
Jieclitszakaii.
werpt, eene zilveren medaille.
De korps wedstrijd is verdeeld in
een afd. uitsluitend voor clubs, die
nog nooit een eersten prijs hebben
behaald, welke optreden van 25 Febr.
tot 4 Maart en eene afd. voor alle
clubsook die welke in de eerste
afd. hebben medegedongen. Zij treden
op 11, 18 en 26 Maart.
De personeele wedstrijd duurt van
25 Febr. 's morgens 11 uur tot 8
Maart 's avonds 12 uur, en staat open
voor eiken kegelaar. Slechts een kaart
tegen betaling van fl wordt hier
voor beschikbaar gesteld.
De wedstrijd-vrije baan duurt van
25 Februari 11 uur 's morgens tot 8
April 12 uur 's avonds. Deze wed
strijd staat open voor eiken kegelaar
tegen betaling van f0.60 voor eene
kaart van 10 achtereenvolgende wor
pen. In deze afdeeling zijn nog de
volgende eereprijzen (kunstvoorwer
pen) uitgeloofd en wel
een voor het grootste aantalpunten
een voor het kleinste aantal, zonder
poedel een voor het grootste aantal
negens, een voor het grootste aan
tal achten en een voor het grootste
aantal zevens.
moet veranderen en vooral moeten de
leiders der publieke opinie beslist
voorgaan in de beteugeling van het
drankmisbruik. Voornamelijk op de
onderwijzers, predikanten en dagblad
schrijvers rust deze ernstige taak.
Wordt de leuze, niet drinken en niet
schenken, meer betracht, dan worden
de kiemen der ziekte gesmoord, en de
verwoestingen der erfelijkheids wet
daardoor beperkt maar langzaam
natuurlijk. Dat ieder een schrede doe
op dezen langen weg ter algeheele
verbetering.
Na deze warm toegejuichte rede
werd de bijeenkomst door den heer
Schram gesloten.
een zeker etablissement te Am
sterdam. Dat hij dit biljet in beta
ling heeft gegeven, wordt door van
erkend, hoewel ons tot dusverre
overigens van eene bekentenis zijner
zijds niets ter oore is gekomen.
De arrestatie van Van L. heeft4
hier veel opzien verwekt. Zoo ge
streng is de justitie daarbij te werk
gegaan, dat hij geboeid naar Amster
dam is overgebracht en daar in ver
zekerde bewaring genomen.
Voor zijne familie, die hier goed
staat aangeschreven, is dit een zware
R
Drankzucht eene ziekte
Voor de afd. Haarlem van de Nederl.
Vereeniging tot afschaffing van den
sterken drank, trad Dinsdagavond in
het Nutsgebouw op de heer prof. dr.
Offerhaus uit Leiden.
Nadat de voorzitter, de heer W. L.
Schram, de bijeenkomst met een korte
toespraak had geopend, waarin hij
wijlen den heer dr. Fabius herdacht,
die tot de goede zaak der drankbe
strijding veel heeft bijgebracht, ver
leende hij het woord aan den spreker
voor dezen avond.
Het onderwerp door prof. Offerhaus
ter behandeling gekozen wasde
drankzucht als ziekte beschouwd. Deze
volkskwaal wordt aangemerkt op
tweeërlei wijzenals eene zonde, die
door straf is te beteugelen, en als eene
ziekte door verpleging te genezen.
Gaan wij de verschijnselen na, die
zich vertoonen bij dengene, die zich
aan misbruik van sterken drank
schuldig maakt, dan blijkt daaruit
duidelijk, dat het slachtoffer geeste
lijk en lichamelijk ernstig ziek is. Dat
die ziekte voor den maatschappelijken
welstand verderfelijk is, blijkt genoeg
zaam uit de gegevens, die er zijn wat
betreft de milioenen minstens
zestig die in ons land voor het
heillooze vocht worden uitgegeven, en
hetgeen gedaan wordt om de gevolgen
van" het drankmisbruik eenigszins te
beteugelen en te verzachten.
Deze ziekte is overerfelijk en zeer
besmettelijk. Dit is het antwoord op
de vraag, hoe het toch komt, dat on
danks de vele waarschuwingen de
kwaal zich zoo uitbreidt. Zij het ook,
dat de werking der erfelijkheid in den
laats ten tijd wel eens wat al te over
dreven wordt voorgesteld, een feit is
het, dat de wet der erfelijkheid eene
groote rol speelt in het voortbestaan
der ziekte. Ook doet dat de besmetting
die hoofdzakelijk van de tapperijen
enz. uitgaande, toch ook in woonhuis
en werkplaats ontkiemt.
In de pauze, die hierna werd ge
houden, werd den aanwezigen eenë
aangename verrassing bereid door
twee dames onderwijzeressen, en twee
heeren onderwijzers, die een paar
duitsche vierstemmige kwartetnum
mers ten gehoore brachten.
Na de pauze besprak prof. Offer
haus de vraag: Wat kan ter genezing
althans ter stuiting van de drankzucht
worden gedaan? De staat is hierin
niet geheel werkeloos, getuige de
drankwet, maar men moet niet te
veel van den staat verwachten. De
zaak der bestrijding is nog niet po
pulair genoeg. De publieke opinie
K. Lees vereeniging.
Woensdagavond vervulde voor de
leden van bovengenoemde vereeniging
de heer W. J. van Hooff, S. J. pastoor
te Amsterdam, op de bovenzaal der
sociëteit „Vereeniging" eene spreek
beurt. De spreker wist zijn vrij talrijk
auditorium te boeien door eene over
zicht te geven van de lotgevallen der
missionarissen der Jezuïeten-orde, die
in de 16de en de 17de eeuw zich in
Brazilië neerzetten, om daar den nog
op zeer lagen trap van beschaving
staanden inboorlingen de zegeningen
van godsdienst en beschaving te
brengen. Ontzaglijk waren de bezwa
ren en hinderpalen, waarmee deze
zendelingen te kampen hadden, die
door de liefde tot Jezus Christus ge
dreven ware helden werden van zelf
opoffering. Dank zij hunne onver
moeide pogingen oloeiden hunne ko
loniën zeer, maar wat helaas door deze
missionarissen met zooveel moeite was
opgebouwd, zou in korten tijd geheel
vernietigd worden. De koloniën ston
den onder heerschappij van Portugal.
De markies van Pombal in het mid
den der achttiende eeuw eerste minister
in Portugal, verbande de Jezuïeten, en
liet ook in de braziliaansche neder
zettingen bij St. Vincent de broeders
van deze orde allen gelijktijdig ge
vangen nemen en naar Portugal ver
voeren, waar zij in kerkers werden
opgesloten. Dit was voor de kolonie
in Z Amerika de doodde hoofden
waren weg, en het duurde niet lang
of van de zoo goed georganiseerde
kolonie was niets meer over.
Na zijne belangrijke voordracht
richtte de heer van Hooff' nog een
kort wóórd tot de aanwezigen over
het betrachten der christelijke liefde,
waarbij het „Draagt elkanders lasten"
goed in praktijk moet worden ge
bracht.
Hierna bracht de heer Gonnet den
spreker den dank der aanwezigen
over voor zijne belangwekkende rede.
Een brutale stroop er.
Jan Geijlvoet, 41 jaar, van beroep
visscher te Haarlemmermeer, stond
in October van het vorige jaar voor
oen kantonrechter aldaar terecht we
gens niet minder dan zeven overtre
dingen van de jachtwet. Op allerlei
stukken land was hij gezien, jagei
met een geweer in de hand en een
soms twee bastaard hazewindhonden
bij zich.
De kantonrechter veroordeelde hem
tot 7 hechtenisstraffen van 16 dagen
elk en tot uitlevering van het geweer,
subsidiair 30 dagen hechtenis. Van
dat vonnis kwam beklaagde in appèl,
Toen de behandeling dezer zaak
hedenmorgen begon, was Geijlvoet
niet in het gebouw aanwezig en vei-
leende de Rechtbank verstek, v aar
door hij toen hij korten.tijd daarna
verscheen, niet meer kón worden ge
hoord.
De subs. off. v. just, requireerde
bevestiging van het vonnis.
stelde men een onderzoek in naar
mans bezittingen, en bleek alras,
dat, in eenige oude prullen, eene
geldsom van ruim f400 was verbor
gen in de legerstede van den erflater.
De verwijdering van den buurman
had dus hare oorzaak gevonden in de
ongerustheid van P., dat aan zijnen
schat zou worden geraakt, van welken
hij zelf te bevreesd was eene som af
te nemen, om in zijn onderhoud te
voorzien. Onder de verdeeling der
nalatenschap verhaalt men elkander
nog als curiositeit, dat P. indertijd
zijnen zoon had laten schrappen ais
lid van een „begrafenisfonds", omdat
hij reeds zoolang had betaald, zonder
iets te hebben „getrokken". U.D
Door een molenwiek getroffen.
Zekere K. O., korporaal bij de in
fanterie te Amsterdam, bracht een
bezoek aan de ouders van zijn meisje,
welke in een watermolen te Broeker
haven, gem. Bovenkarspel, wonen
Des avonds, toen hij even den molen
verliet, werd hij door een der wieken
aangegrepen en weggeslingerd. Deer
lijk verminkt vond men zijn lijk op
eenigen afstand van den molen.
te doen had, daar de paal bij den
grond was afgezaagd. Bij inspectie
der overige palen bleken nog drie te
zijn aangezaagd, een in geringe mate
doch in beide andere voor gedeelte
zoodat een klein stootje voldoende
was hen te doen vallen. De oorzaak
van deze moedwilligheid wordt ge-
zocht in de reden, dat de kazerne der
maréchaussees te Buitenpost aanslui.
ting met de lijn heeft.
Benoeming arts te Spaarndam,
Te Spaarndam is tot gemeente-ge
neesheer benoemd de heer W. Nije,
arts te Amsterdam.
V alsche Bankbiljetten.
Over de zaak van den sigarenfa
brikant F. van L. alhier, die Woens
dag door de justitie gevankelijk naar
Amsterdam is gevoerd als verdacht
van het uitgeven van een valsch bank
biljet, vernemen wij nog het navol
gende
Van L. leende in Augustus van
het vorige jaar vau een lid zijner fa
milie duizend gulden, naar het heette
om die te gebruiken in zijne zaken.
In werkelijkheid waren ze bestemd,
om door middel van zekeren K. te
Amsterdam woonachtig een zincograaf
of lithograaf van beroep, in Duitsch-
land allerlei instrumenten en prae-
paraten te laten aankoopen, photo-
graphietoestellen die blijkbaar tot de
vervaardiging van valsche biljetten
hebben moeten dienen.
Een schuldbekentenis van K. is
onder de papieren van Van L. ge
vonden.
Het valsche bankbiljet van 300.-
dat de arrestatie van L. ten gevolge
heeft gehad, is op eene van de laat
ste Zondagen door hem uitgegeven
Een vrek.
Zekere ,P., een vrek, woonachtig
aan het Monnikenpad te Amersfoort,
dezer dagen op jammerlijke wijze
gestorven. In zijne stulp hield gèen
menschelijk wezen hem gezelschap,
en zijne huisgenooten bestonden uit
een tweetal koebeesten en eene geit.
Zijn ameublement werd gevormd door
een blad op vier staken, dat tafel hee-
ten moest, omgeven door een paar
voorwerpen, die men, voor zoover de
vorm het verried, voor stoelen kon
verslij ten, doch waarin men vruchte
loos eene matten of andere zitting zou
hebben gezocht. Dit alles, een trek
pot en een kommetje, benevens eene
niet welriekende massa in eene lang
werpig vierkant gat aanwezig, die
's mans bed uitmaakte, vormde de
zichtbare roerende bezitting van P. In
de laatste dagen had zijne omgeving
P. niet gezien. Een buurman van
hem, begaan met zijn lot, trad zijne
woning binnen, en bood hem een kop
warme koffie, aan. (P., door influenza
aangetast, lag te bed), 's Mans harte
lijk aanbod werd evenwel niet aange
nomen, en hem op vrij ruwe manier de
deur gewezen, waarop hij P's woning
verliet. In den namiddag, volgende
op den ochtend waarop dat bezoek
had plaats gegrepen, brak een van
P's. koebeesten los, waarop deze zich
van bed begaf, ten einde te trachten
het dier weder te vangen, doch bij
welke poging de krachten hem bega
ven, en hij in een heg terecht kwam.
Daarin bleef hij liggen, om eerst
eenigen tijd daarna door buren te
worden ontdekt, die hem opnamen
en weder te bed brachten, waar hij
na een kort tijdsverloop den geest
gaf. Toen de dood was ingetreden
en de buurvrouwen hadden verklaard,
dat het losbreken van de koe het
„voorteeken" des doods was geweest
Een ongeluk.
Een hoogst treurig voorval bracht
Woensdagavond groote opschudding
teweeg in de St. Jacobstraat te 's-Gra-
venhage.
De koopman E. aldaar had onder
meer in de afgeloopen week eene
revolver gekocht, waarbij de verkoo-
per hem had verzekerd dat het wapen
ongeladen was. Woensdagavond schijnt
de opkooper in tegenwoordigheid v.rn
zijne kinderen het wapen in handen
I te hebben genomen, en door een tot
nu toe niet opgehelderde oorzaak
waarschijnlijk heeft hij onbekend met
dergelijke wapenen tegen den trekker
gedrukt ging plotseling een schot
af en trof een kogel zijn 12-jarig
dochtertje, dat zwaar gewond in de
borst ineenstortte. Het kind werd da
delijk naar het ziekenhuis overge
bracht. De wanhoop van den armen
vader laat zich beter begrijpen dan
beschrijven.
Valsche bankbiljetten.
Door eenen onbekende, vermoede
lijk eenen Duitscher, is bij eenen
winkelier te Rotterdam een bankbil
jet van 100 gulden in betaling gege
ven, hetwelk later bleek valsch te zijn.
Het signalement van den uitgever
luidt30 a 40 jaar, donkere oogen,
gewone neus, donkere knevelwas
gekleed met donkere jas en zwarten
fantasie-hoed; hij had eene z.g. naald-
parapluie bij zich.
Hij haalde het bankbiljet uit eene
taschportefeuille van doffe kleur,
waarvan de binnenzakken eveneens
van kleppen voorzien waren.
Het bewuste bankbiljet is vrij goed
nagemaakt; het watermerk ontbreekt
echter, terwijl de figuren waarin het
cijfer 100 voorkomt zeer slordig afge
werkt zijn. Het draagt de letters en
nummer D V 1408. De mogelijkheid
is niet buitengesloten dat, mochten
er meerdere valsche bankbiljetten
vervaardigd en in omloop gebracht
zijn, zij alsdan dezelfde letters en
nummer zullen dragen.
Ook een tweede valsch bankbiljet
is hier ontdekt; het is geteekendD
F 3481; dit biljet heeft een water
merk.
Thee Thomson Matinée.
Men schrijft uit Groningen
Zondag, had in het Concerthuis de
aangekondigde Thee Thomson Ma
tinee plaats.
Zooals alle feestjes reeds in ver
schillende plaatsen des lands zoo gul
aangeboden, aan de verbruikers der
producten dezer bekende Theefirma,
muntte ook dit feestje weder uit doo:
gezelligheid en een opgewekten gees:.
De zaal van het Concerthuis was tot
aan het nokje gevuld. Bij afwisseling
van een muzieknummer werd telkens
een gedeelte van de Tombola, waarbij
150 fraaie prijzen waren, gratis ver
loot. Een algemeene hoera, ging tel
kenmale uit het publiek op, bij het
uitreiken van een pop aan eene oude
juffrouw of als een dikke mijnheer
b.v. een trompet trok. Ten slotte
werd het zilveren Theeservies ver
loot, dat eerst te Leeuwarden en la
ter geruimen tijd bij de firma Gebr.
van Hoorn geëtaleerd was. Een kin
derhand besliste alweder het lot, wie
de gelukkige bezitter of bezitster zou
worden van dit kostbare geschenl
en werd,gevolgd door een fanfare
bekend gemaakt, dat Mejuffrouw de
Wed. P. Sloterbeek, Ylasstraat 60 te
Groningen door het lot begunstigd is
geworden.
Ofschoon menig verlangend oog
naar dit prachtig servies gericht
werd, en het daarom voor menigeen
eene teleurstelling was, dat het bezit
hiervan hem of haar niet ten deel
was gevallen, was toch ieder dank
baar voor de genotvolle oogenblik-
ken en de aardige cadeautjes door de
firma Thomson verschaft.
Verder werd medegedeeld, dat heil
Groninger en het Friesche publiekll
recht had om iedere week harejleegel
zakjes in te zenden bij den winkelier!
waar de thee gekocht is of recht-1
streeks aan het hoofdkantoor, Klo-I
veniers burgwal 25 te Amsterdam, oiol
meê te dingen naar den wekelijk-ï
schen prijs van f25.—
Opgewekt en dankbaar ging iedei I
huiswaarts, in de hoop nog menig 1
kopje Thomson's Thee te drinken.
Moedwilligheid
Dinsdagmorgen lag een der tele
foonpalen van de voor eenige maan
den aangelegde lijn Kollum—Buiten
post tegen den grond. Hoewel men
eerst dacht, dat het een gevolg was
van den harden wind, bleek bij on
derzoek, dat men met moedwilligheid
Doodslag.
Naar men verneemt is Maandag tel
Hollandscheveld een arbeider door I
een anderen arbeider in drift dood-f
geslagen. (Asser Ct
gek gehouden. Als hij niet een goedmoedig man ware ge
weest zou hij misschien standjes hebben gezocht, maar hij
werd slechts voortdurend treuriger, zat steeds alleen in zijn
hoek, het hoofd op de handen rustende, en peinsde.
Op een ochtend was hij verdwenen. De recruten hadden
hun eigen levensloop in een opstel moeten beschrijven. Met
zijne dikke, stijve vingers, die sinds jaar en dag geen pen
hadden aangeraakt, had hij, na urenlangen arbeid, eenige
regels schrift afgeleverd. W oedend over het geknoei had de
onderofficier hem het papier verscheurd voor de voeten ge
worpen en hem gevraagd, of hij dacht, dat men zulke „zwij
nerij" den kapitein zou kunnen voorleggen. De tranen waren
Szafranek over de wangen gerold. j
„Kijk me nu zoo'n hondsvot eens aan!" had de sergeant
uitgeroepen„kerel, ik zeg je, als je morgen vroeg niet een
behoorlijk opstel klaar hebt, dan gebeurt er wat anders,
hoor
Toen de andere kameraden naar bed waren gegaan, had
Szafranek nog bij de lamp gezeten en getracht, zijn taak te
vervullende tranen liepen hem voortdurend over het gezicht,
maar werken kon hij niet meer. Toen stond hij zachtjes op,
nam zijn muts en ging de chambrée uit. Hij wist, dat wat
hij nu zou doen, verboden was, maar hij had geen begrip
van den omvang van zijn misdrijf. Het gelukte hem, onge
merkt uit de open kazernepoort te komen; als de poort
dicht ware geweest, zou hij eenvoudig omgekeerd zijn. Maar
nu stond zij open, bij ging heen.
Hij liep, zonder na te denken, recht vóór zich uit en zag
zich plotseling in de onmiddellijke nabijheid van het station
Toen kwam de gedachte bij hem op, als hij eens naar
huis, naar zijn ouders, vertrok? Geld had hij genoeg
bij zich, hij was een fatsoenlijke, bedaarde jongen en had
een aardig centje overgespaard. Hij informeerde naar een
treintoevallig ging er binnen 'n kwartier een weg. Hij ging
in de wachtkamer en at een broodjehij dacht er niet
aan, dat men hem zoeken en hier zou kunnen vinden, en
als men hem had gevonden, zou hij kalm zijn teruggekeerd.
Toen hij na een lange spoorreis eindelijk zijn dorp be
reikte, nam reeds aan het station de gendarme hem in ai-
rest. De telegraaf was hem natuurlijk reeds vóór geweest en
Szafranek werd nog denzelfden dag naar zijn garnizoen te
ruggevoerd.
Het onderzoek zou aanvangen.
De adjudant van het bataillon, een nog jong heer, had de
voorloopige instructie te leiden.
„Ik maak u opmerkzaam," ving hij aan, „dat ge u hier
voor het gerecht bevindt, en dat liegen uw straf zal verer
geren. Vertel mij au wat u ertoe gebracht heeft om heime
lijk van den troep te ontvluchten."
Szafranek zweeg en zag voor zich uit.
„Ik vraag u, hoe gij ertoe gekomen zijt, omtedeserteeren.
Hebt ge mij verstaan?"
„Jawel, luitenant."
„Nu, vertel dan op, maar gauw, ik heb nog meer te
doen".
Weer zweeg Szafranek; wJs er dan iets te vertellenOn-
Wijadiefstal,
J. W. Ottolanner, oud 28 jaar, kleer-l
maker, en H. de Lange, oud 26 jaar I
hofmeester van beroep, stonden Dins-1
dag voor de 4de Kamer der recht-1
bank te Amsterdam terecht wegens I
diefstal van wijn uit een kelder op I
het Rokin, in gebruik -bij den restau-
rateur J. C. van Laar. Volgens del
dagvaarding hebben zij zich tot do-I
venbedoelden kelder den toegang ver- f
schaft met behulp van een valschenl
sleutel en den weggenomen wijn (501
flesschen) vervoerd naar de tapperij I
van Hendrik Krot in de Warmoes-
straat, die den wijn zou koopen. Voorts I
werd hun ten laste gelegd, dat zij in I
den nacht van 25 op 26 November,!
na daartoe afspraak te hebben ge-1
maakt, tot twee keer toe, wederom I
met behulp van een valschen sleu-[
tel, uit dienzelfden kelder 53 flesschen I
officier met de vingers op tafelI
schijnt wat zwaar van begrip tel
geduldig trommelde de
„Nu, komt 't haast? Je
zijn".
Szafranek's oogen vulden zich met tranen, en toornig voer!
de officier hem tegemoet: „Laat dat huilen nu maar, datfl
ken ik; eerst worden allerlei streken uitgehaa'd en danI
wordt er gejammerd, dat is altijd dezelfde historie. Sprees
op, waarom ben je weggeloopen
„Omdat ik zoo dom ben, luitenant."
Dat klonk zoo roerend en hulpeloos eu tevens zóo co«|
misch, dat de officier 't uitschaterde.
„Dat geloof ik wel, mijn jongen, dat je een domme kerel
bent dus dat is de reden van je desertie
„Ja luitenant."
„Maar daarom loopt men toch niet weg Dat is onzin
dat gelooft-ge zelf niet, en je zoudt willen dat ik't aannam j
Radeloos zag Szafranek beurtelings den adjudant en -
commandeerenden officier aan, die aan het venster zat en
op straat keek.
„Ik versta u niet luitenant".
„Doe mij nu het pleizier," viel de adjudant hem barscb j;
in de rede, „en doe niet alsof je mij niet verstaat. Je ver- f
staat mij best, vriend: je wilt niet verstaan, omdat je denkt
dat dit je zal helpen. Wil je mij nu antwoorden of niet?
Anders laat ik je weer in arrest brengen, en je kunt daar J
blijven tot je oud en grijs bent geworden. Voor de laatste I
maal dus."
„Ja, luitenant." (Slot volgt.)