Derde Blad behoorende bij Haarlem's Dagblad van Maandag 19 Maart 1894, No. 3285. BINNENLAND. GEMENGD NIEUWS. De crisip. De Koningin-Regentes heeft Vrijdag voor de tweede maal eene conferentie gehad met den heer G1 eichman,pre sident van de Tweede Kamer, daar toe des voormiddags te 11.45 ten pa- leize ontvangen. Eene wraakneming. Amsterdam kan sedert Woensdag ook gewagen van een dynamietaan- slag. Hij heeft plaats gehad in een bovenwoning in de Oldenbarneveld- straat. Een familie daar woonachtig had het voorrecht Woensdagochtend de wagen met postpaketten voor de deur te zien stil houden. Aan de vrouw des huizes werd een postpaket over handigd afkomstig uit Hannover en waarop stond geschreven: „Voorzich tig behandelen." De vrouw draait het ding om en om en wist niet recht wat te doen. 0]»en maken? AU er eens dynamiet in zatJe kondt niet weten in dezen tijd! Het pakje zag er zoo verdacht, uit. Rond, precies de vorm van een bom. Een grauw, vuil papier er om en dan uit Duitschland, waar het goede mensch geen kennissen had. De zaak was verdacht en toch het adres was juist, alleen dat: voorzich tig behandelen! De dochter kwam er bij, want de vader, wiens betrekking medebrengt dat hij 's nachts moet waken de man is bakker en die rustig sliep, wilde men niet wek ken. Voorzichtig werd het papier afge wikkeld en toen kwam een blikken bus te voorschijn. Geen twijfel meer, dat was een dynamietbomAan ver der openen werd niet gedacht, het gevaarlijke voorwerp werd in een emmer water gestopt en toen het op dio wijze onschadelijk was gemaakt werd de politie gewaarschuwd. Deze kwam en nam het ding voor zichtig mede naar het bureau. Daar werd proces-verbaal gemaakt, werden moeder en dochter gehoord en het j gevaarlijk voorwerp eindelijk met alle Toorzorgen geopend. De bus bevatte nietshet was een vuile emeerbus, zooals op fabrieken veel wordt gebruikt. Slachtoffers zijn dus niet gemaakt en de geheele „aan slag,, was niets dan eene misplaatste wijze om schrik aan te jagen. Die aar digheid was tegen de dochter des hui zes gericht geweest. Indertijd had de familie een commensaal gehad, een Duitscher die soms kennissen bij zich kreeg, ook Duitschers. Deze trachtten het hof te maken aan de dochter doch noch zij noch hare ouders wil den iets daarvan weten en den hee- ren werd den toegang verder ont zegd. Onderwijl werden zij, wegens het niet vervullen van hun dienst plicht over de grenzen gebracht en eenmaal in Hannover hebben zij deze flauwe wraakneming verzonnen. Voor eenige dagen hadden zij nog doen in- formeeren of de bedoelde familie nog in de Oldebarneveldstraat woonde. Verduistering. Door de politie te 's Gravenhage werd aan de politie te Leiden de op sporing en aanhouding verzocht van een jongmensch, dat als geagreëerd klerk ten kantore van den ontvanger der belasting te Delft in betrekking was en verdacht werd eene som van 1000 te hebben verduisterd. Bij on derzoek oleek dat hij Donderdagnacht bij zijne moeder, onder Oegstgeest wonende, had doorgebracht, en dat hij weder per trein vertrokken was, vermoedelijk naar een te 's Graven hage wonenden zwager. Dit werd on middellijk naar 's Gravenhage overge seind, waarop de aanhouding van den delinquent aldaar volgde. Bij zijn verhoor verklaarde hij een bedrag van ruim 500 bij zijne moeder thuis te hebben verborgen in eene hoedendoos op den zolder, naar aan leiding waarvan per telegraaf het ver zoek aan de "politie te Leiden werd gedaan, om dat geld in beslag te nemen, doch intusschen was de moe der, ongerust over het lot haars zoons, naar 's Gravenhage gegaan. Een rechercheur der Leidsche po litie wachtte daarom den laatsten trein uit 's Gravenhage af en toen zij daarmede niet kwam, den eerst aan komenden Donderdagmorgen. Met dien trein verscheen de moeder en alstoen kon de huiszoeking plaats vinden. Op den zolder, achter en onder ©enigen ouden rommel, werd ©en pakje, in courantenpapier gewikkeld, gevonden, waarin eene blikken doos en daarin eene portefeuille met naam kaartjes van den aangehoudene en een bedrag van 500 aan bankpapier. Een en ander werd in beslag ge nomen en ter beschikking derHaag- sche justitie gesteld. De aanslag te Parijs. De dader van den aanslag in de Madeleinekerk te Parijs, de Belg Pau wels, is een bij de Parijsche politie welbekend anarchist, die uit Frankrijk verbannen was ten gevolge van de opstootjes van den lsten Mei 1891. Hij heeft zich toen naar België, naar Spanje en later naar Londen begeven, waar men zijn spoor bijster werd. De politie dacht, dat hij op het oogen- blik in Spanje vertoefde, en heelt daarom de woningen van zijne moeder en zijne vrouw te St. Denis niet door zocht. Zij heeft het nu gedaan en een uitgebreide correspondentie in beslag genomen. In 1872 werkte Pauwels in een fa briek van scheikundige producten te Varangeville, onder leiding van Paul Reclus; van zijn ambacht is hij echter zeemtouwer. De bom was dan ook geladen met een soort van klinkna gels die door zeemtouwers gebruikt worden. Het is der politie gebleken, dat Pauwels niet de dader was van de aanslagen in de rue Saint-Jacques en van den boulevard Saint-Martin, en bovendien, dat de jonge man, die op het oogenblik der ontploffing de vlucht nam, geheel onschuldig is aan de beraamde misdaad. Nihilisten. De politie te Warschau heeft naar uit Berlijn aan de Daily News gemeld wordt, een nihilistische samen zwering ontdekt in een verlaten kloos ter aldaar, waar de samenzweerders bijeenkwamen om helsche machines te vervaardigen. De nihilisten boden krachtigen tegenstand. Er werd hevig gevochten. Twee politieagenten en drie nihilisten werden gedood. Ten slotte behield de politie de overhand en wer den alle samenzweerders in hechtenis genomen. Werkstaking te Weenen. Reeds eenige dagen heeft een klein deel der Weener tramwegbeambten het werk gestaakt. Woensdagmorgen wilden de werkstakers of liever hunne vrouwen, die in deze stad bij werkstakingen, dikwijls de hoofdrol spelen het rijden der wagens be letten. Eenige vrouwen en kinderen klemden zich aan de paarden vast, anderen klommen op de wagens en mishandelden den conducteur of den koetsier, weder andere wierpen met steenen en spanden zelfs de paarden uit. Pincoffs. Het blijkt thans, dat Pincoffs te Newyork (niet Chicago) niet gefail leerd is. Pincoffs had een wissel van 65.000 dollars laten protesteeren, om dat ,er geen voldoende dekking voor was. VARIA. Eenige vergelijkingen tusschen de man en de vrouiu. De man is de slaaf van zijne ge woonten de vrouw schikt zich naar de omstandigheden. Een man probeert nooit ergens een spijker in te slaan, voordat bij een hamer heeft gevonden. De vrouw neemt zonder zich lang te bedenken de tang, den hak van haar laars of den rug van haar kleerborstel. De man meent zonder kurketrekker geen flesch te kunnen opentrekken. De vrouw probeert de kurk er uit te krijgen met een schaar, met een mes of met een knoophaakjegelukt dat niet, dan duwt ze de kurk eenvoudig naar binnen, want hoofdzaak is toch dat men de vloeistof uit de flesch kan schenken. De man meent, dat het scheermes slechts dient om zich er mee te sche ren. De vrouw heeft een andere mee ning omtrent dat voorwerp en ge bruikt het om potlooden aan te scherpen en haar eksteroogen er mee te snijden. Wanneer oen man schrijft, moet Ter Stoomdrukkerij van HAARLEM alles in orde zijn penhouder, inkt en papier moeten precies zóo of zoo zijn en de heele familie wordt het zwijgen opgelegd. De vrouw schommelt ergens een nog onbeschreven stuk papier op, een blad uit haar huishoudboek, of den achterkant van een gebruikt cou vert. Ze maakt met den schaar een punt aan haar potlood, legt het pa pier op het tafelkleed, schommelt met haren stoel heen en weer en brengt dan haar gedachten op het papier, tusschenbeide aan haar pot lood zuigend of den nagel van haar pink er mee reinigend. Ze wordt in haar bezigheid niet gestoord door de kindoren, die „de tafel van twee" opzeggen of toonladders studeeren. Hij bromt en vloekt, wanneer ner gens een stuk vloei is te vinden. Zij blaast langs het papier, zwaait het een paar maal in de lucht heen en weer, houdt het ten slotte boven de lamp, totdat het een bruinen tint heeft en naar brand riekt. Hij beweert, dat het hem „onmogelijk is met zulken dikken vuilen inkt te schrijven." Zij roert erin met haar pen en haalt uit de hoekjes nog zóóveel, dat ze er een heel epistel mee op het papier smeert. De man stopt zijn brief zonder be denken in de bus. De vrouw leest het adres eerst een paar maal over, kijkt of ze hem wel goed dicht heeft gelikt en laat hem dan „met nadruk" in de bus vallen. De vrouw past de stukken van een gebroken voorwerp nog dikwijls aan elkaar, om te kijken hoe bet vroeger heeft gezeten. De man legt het ter zijde en zegtwat gebeurd is, is ge beurd. De vrouw leest van een boek altijd eerst het einde, en schrijft in haar opschrijfboekje op alle mogelijke plaatsen wat. De man begint bij het begin. De brief van een man eindigt [met zijn onderteekening, die van de vrouw met een postscriptum. De man be schrijft slechts éénmaal een zijdje de vrouw kruist er eenige malen over heen. De man gebruikt een lucifer slechts eenmaal; de vrouw beproeft die tel kens weder te doen ontvlammen bo ven de lamp of aan de kachel, en verbrandt zich de vingertoppen. S DAGBLAD, Kleine Houtstraat 1L

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1894 | | pagina 9