BINNENLAND. Politiek Overzicht GEMENGD NIEUWS. De Voorzitter: „U hoort die ver klaring wat zegt u daartegen Get.: „Ik heb het niet gezegd". De Voorz.: „Ja, Gompertz kan niet meer hier komen om u tegen te spreken". Het verhoor van dezen getuige ie hiermede afgeloopen en de zitting werd geschorst tot Dinsdag-ochtend 10 uur. Zitting van Dinsdag. De terechtzitting werd des morgens ongeveer half elf heropend met het in verhoor nemen van M. V. O. l'Hoiste, slijter te Haarlem. Deze ver klaart, namens beklaagde van Liemt een briefkaart te hebben geschreven aan bekl. Arnzt, behelzende de mede- deeling dat \an Liemt Arntz wilde spreken in Amsterdam over denver koop van een rijwiel. Ook had van Liemt getuige eenige bankbiljetten laten zien en hem medegedeeld, dat zij valsch waren, wat l'Hoiste evenwel niet geloofde en er dus geen waarde aan hechtte evenmin als aan de vraag door van Liemt tot hem gericht of hij ook iemand kende geschikt om valsche bankbiljetten uit te geven, waarvoor l'Hoiste hem zijn neef Arnzt te Amsterdam aanbeval. De beklaagde van Liemt deelt me de, dat hij met de onderhandelingen over den verkoop van een rijwiel, waarvan in de briefkaart werd mel ding gemaakt, het in omloop brengen van valsche bankbiljetten op het de Nederlandsche Bank. De beklaagde Krausse heeft geen aanmerkingen op het rapport van deze deskundigen maar verklaarde daarbij dat hij zich bewust was de bankbiljetten slordig te hebben af gewerkt, maar dit met opzet te heb- ien gedaan Hierna wordt gehoord R. C. Leegsma, kellner te Leiden in het hötel van den heer Levedag, bij wien door Rempt een valsch bank biljet is aangeboden ter wisseling. Als getuigen deskundigen worden verder gehoord B. M. J. Notemeyer, werkman en J. A. W. H. Stam, pho- tograar, beiden te Amsterdam. Ver der komt voor Christiaan Batelt hoofd inspecteur van politie wiens uitvoerig rappor tover de arrestatiën van Krausse c. door den griffier wordt voorgelezen Zitting duurt voort. examineerd door de heeren dr. D. A. Kerkhoff, J. J. Terwen en J. L. G. Belonje, van Alkmaar; dr. A. van Hennekeler, dr. G. Doijer van Cleet, mr. A. Slotemaker en J. Snijder van Amsterdam W. P. van Vlissingen van Enkhuizen; A. J. Duyfjes, M. T. van Goor en A. M. Günther van Haar lem A. Pelt, L. Kieviet en dr. J. F. M. Caudri van Zaandam. Reis der Koninginnen H.H. M.M. de Koningin en de Koningin-Regentes zullen gedurende hun verblijf te Tarasp logeeren in het hotel en pension „Waldhaus Kelpera". Hare Majesteiten zullen haren intrek nemen in eene aan het hotel toebehoorende villa, terwijl het in het hotel zal vertoevenj oog had. Op een door den Officier van Justitie tot hem gerichte vraag, deelt getuige mede, dat hij geen ver band heeft gezien tusschenVan Liemt'e mededeelingen over de biljetten enden inhoud der briefkaart. De verklaringen van dezen getuige schijnen geen gunstigen indruk bij de rechtbank te makenzijne oorspron kelijke mededeelingen zijn dan ook eenigszins in strijd met Van Liemt's verklaringen. Hierna komen voor als deskundi gen de heeren mrs. Joh. en Charles Enschede te Haarlem. Op verzoek van den voorzitter deelt de beklaagde Krausse in bijzonderheden mede, hoe de valsche bankbiljetten door hem werden vervaardigd. Als bizonderheid wordt o. a. door hem vermeld, dat het watermerk door hem met een penseel uit de hand werd gemaakt. Het zeer uitvoerig rapport over de hun voorgelegde bankbiljetten van de bovengenoemde deskundigen wordt nu door den griffier voorgele zen. Beide deskundigen worden hierna ieder afzonderlijk gehoord. De heer Joh. Enschedé zich refe- xeerende aan zijn rapport, verklaart te blijven bij zijne verklaringen, dat de bankbiljetten nagemaakt zijn. Bij de bankbiljetten door de firma En schedé voor de Nederlandsche Bank vervaardigd, worden de handteeke- ningen er na het afdrukken stempeld. Dit is niet geschied met de nagemaakte, de photografische reproductie bevatte reeds de hand- teekeningen. Dat blijkt hieruit o.a, dat op de valsche biljetten de hand- teekeningen alle op dezelfde plaats zijn aangebracht, wat bij de echte niet het geval is. Deze getuige deelt o.a. mede, dat de Ned. Bank niet elders hare bankbiljetten kan laten maken, daar zij de gravures bezitten, waarnaar de platen door de firma Enschedé zijn gemaakt. Het bij de vervaardiging te gebruiken materieel is het eigendom van deze firma. Het getuigenis van den heer Char les Enschedé komt in hoofdzaak op hetzelfde neer als wat door den heer Joh. Enschedé is verklaard. Uit hunne verklaringen blijkt, dat hunne firma omtrent de vervaardi ging van de bankbiljetten geen con tract, wel eene afspraak heeft met De leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal zijn ter verga dering bijeengeroepen tegen Donder dag den 7den Juni, 's namiddags te drie uren. 'Stct. Aspirant ingenieurs. Met verwijzing naar de in Ned'.rlandsche Staatscourant van Mei 1894, no. 100. voorkomende op roeping van het Departement van Koloniën van aspirant-ingenieurs voor den dienst van den waterstaat en de burgerlijke openbare werken in Ne- derlandsch-Indië, wordt nader bekend gemaakt, dat zij, die voor plaatsing in aanmerking wenschen te komen, zich vóór 15 Juni 1894 tot het voor noemd Departement behooren te wenden. die bezig zijn om de fondamenten te graven voor den nieuwen cellenvleu- aan de gevangenis te 's-Herto- genbosch, een kistje bevattende 139 oude munten. De opzichter over den bouw, de heer Loos, nam een en an der in bewaring. Per stoomboot Sumatra van de Maatschappij NederlandZaterdag jl, Amsterdam binnengekomen, is voor den Zoölogischen Tuin in Den Haag aangevoerd een orang-oetan, Het dier, een mooi en zeldzaam ex emplaar, ter grootte van een zesjarig kind, is in eene goede gezondheid o- vergekomen en thans geplaatst inde apenzaal van den Tuin. Gestikt. Een werkman kreeg Maandagavond in zijn woning aan de Linden gracht twist met zijn vrouw, terwijl zij aan tafel zaten te eten. Het schijnt dat de vrouw zich daarbij erg op wond nadat ze een aardappel in den mond had gestoken, zakte ze plotse ling ineen. Een geneesheer consta teerde den dood door verstikking. Verkiezing. Het Haagsche Dagblad deelt mede, dat het stembureau aan de Schelp kade te 's-Gravenhage bij de jongste herstemming voor de Tweede Kamer aldaar circa een kwartier te laat ge opend werd en dat aan het blad reeds namen genoemd werden van kiezers, die, nu zij niet dadelijk konden gehol pen worden, verhinderd werden hun ne stem later op den dag uit te bren gen Het blad meent dan ook, dat de verkiezing ongeldig worden moet verklaard. Eindexamens H. B. Scholen Evenals ten vorigen jare is ook nu, met het oog op het groot aantal leerlingen der hoogere burgerscholen, dgit zich heeft aangemeld tot het af leggen van het eindexamen voor de provincie Noord-Holland, eene dub bele examen-commissie benoemd, on der voorzitterschap van dr. H. Bron- gersma, directeur der Hoogere Bur gerschool met 5-jarigen cursus te Haarlem. De helft der candidaten zal worden geëxamineerd door de heeren A. L. J. Bouten, dr. J. C. Costerus, Y. Jul- singha en L. Bouman Jr. van Am sterdam W. H. L. Janssen van Raay, dr. P. M. Heringa en A van der Voort Az. van Haarlem; dr. J. van Doesburgh, D. Stigter en A. van der Weerd van Hoorn; dr. D. de Loos, P. Werkman en J. W. Lem van Leiden. Tengevolge van het bedanken van een der benoemden zal deze commis sie nog met één lid worden aange vuld. De overige candidaten worden ge- Begrafenis van Jhr mr. P. Bosch van Drakestein. Eene onafzienbare stoet zette zich heden, Maandag-morgen te 9^ uur, te Hertogenbosch in beweging. Groot was de deelneming, die bij debegra fenis van den overledene werd betoond. Het coll. v. Ged. Staten was verte genwoordigd door mr. Gerrits, jhr, Jos. de la Court, mr. Th. Smits van Oijen en de griffierhet Gemeente bestuur door de wethouders en den secretarisde burgemeester is schoonzoon van den overledene, het garnizoen door heeren hoofd-offi- cieren en chefs van dienst met hunne adjudanten en tal van officieren van lageren rang. Het gerechtshof, de arr.-rechtbank, de leden der balie, het prov. genoot schap van kunsten en wetenschappen, de Kamer van Koophandel, de amb tenaren ter prov. griffie, de scherp schutters ver eeniging en tal van andere corporatiën waren door deputatiën vertegenwoordigd, terwijl langs den weg dien de stoet passeerde de meeste winkels gesloten en de straatlantaarns omfloerst en brandende waren. De groote menigte volks die op de been was, verkeerde blijkbaar onder den indruk van het oogenblik, welke in druk nog werd verhoogd door het statig klokgelui en de treurtonen van de muziek der d.d. schutterij en van den staf van het 2e regiment infanterie. Met extra-trein werd het lijk van 's-Hertogenboseh naar Utrecht en verder per lijkwagen naar „de Vuursche", het heerlijke buiten van den overledene, getransporteerd. De gevolgen van vacci natievrees. Nauwlijks was jl. Donderdagmid dag aan 't Boveneind te Sliedrecht de school begonnen, of zij werd, naar men van daar meldt, bestormd door vaders en moeders, die hunne kinderen kwamen opeischen. De ou ders verkozen niet, dat hunne kinde ren weer moesten worden ingeënt. Als een loopend vuurtje had zich dat gerucht verspreid. „Ja, ja, de dokters zijn in de school." Hoewel de onderwijzers beweerden dat er geen sprake kon zijn van ge dwongen inenten, toch was het volk. dat meer en meer opdrong, de deu ren binnenstoof en tegen de ramen opsprong, niet gerust te stellen. Het hoofd der school besloot, dat 't maar 't beste was, vacantie te ge ven. Zoo gebeurde 't, dat de school om half drie weer leeg stond. Dat is nu de tweede keer, dat het Boven eind zich door een dergelijk praatje liet beetnemen. weigeren inlichtingen te geven de New-Yorksche beursma kelaars vermoedelijk zullen navoDec betreffende de ontvangen orders aan gaande suikershares enz. De com missie uit den Senaat kan maatrege- len voordragen tegen weigerachtigen maar niemand gelooft aan ernstige gevolgen. De gouverneurs der Staten Alaba- ma, Illinois, Colorado en West-Vii- ginië roepen troepen op, teneinde de kolenmijnen, waar de aangeworven mijnwerkers de productie gaande houden, tegen de dreigende werksta kers te beveiligen. Middelerwijl nijpt de kolennood dermate, dat er 100,000 ton Welsche kolen zijn besteld, welke reeds te New-York beginnen aan te komen. De fransche regeering begon een proces tegen het Chicagosche Ten-: toonstellingsbestuur, eischende eenj millioen dollars schadevergoeding voor de inzenders wier inzendingen verbrandden. Een slimme geit. Een arbeider in 't Friesche dorp Kollumerzwaag had eene geit, die aan een touw was bevestigd, dat weer vastzat aan een ijzeren spit in den grond. Bij herhaling was de geit los en liep dan rond, het spit aan het touw voortslepende. De arbeider kon zich maar niet begrijpen hoe dit mogelijk was. Opnieuw bracht hij de geit naar 't gras, trapte het spit goed in den grond en ging toen op den loer staan. Nauwelijks was hij vertrokken, of de geit stak een der horens door den ring, die aan 't spit zat en waaraan ook het touw was vastgemaakt, lichtte zoo het spit uit den grond en kwam opnieuw haar meester begroeten, die nu ge noodzaakt was het dier aan een paal te binden. Aardbeziën. Ondanks het gure weer der afge loopen week, dat veel schade aan de planten veroorzaakte, is thans de aardbeziën-handel te Prinsenhage na bij Breda in vollen gang. Door kolos sale verzending na r het buitenland blijft de prijs dezer heerlijke gerenom meerde vrucht ter plaatse in het sei zoen echter tamelijk hoog en treden de talrijke vreemde opkoopers reeds han delend op, voordat deze de grens der gemeente bereikt heeft. Aan het station verschaft deze han del, behalve een o verheerlijken geur, een ongemeene drukte en dagelijks worden talrijke wagons naar het bin nen- doch vooral naar het buitenland Een vondst. Zaterdag jl. vonden de werklieden De Fransche Kamer kwam Zater- ig weer bijeen onder voorzitterschap van den heer Dupuy. Daar er ech ter nog geen ministerie is, bleef den afgevaardigden niets anders over dan onmiddellijk weer uiteen te gaan. De volgende zitting werd bepaald op Don derdag. Of er dan een ministerie zal wezen, nog onzeker. De heer Dupuy is nog steeds in de weer. Behalve de heer Burdeau, werd ook de oud-mi- nister van Koloniën Boulanger door president Carnot ontboden. De heer Carnot heeft de hoop nog niet opge geven, dat het hem zal gelukken deze beide leden van het vorige Kabinet te bewegen hun departementen te behouden in het Kabinet, dat de heer Dupuy poogt bijeen te brengen. Of de combinatie-Dupuy op deze wijze zal slagen is nog onbekend. Volgens bericht uit Washington in een part. tel uit Londen aan de N. R. O.onderhandelende leiders der partijen in den Senaat over het tarief-ont werp. De democraten wenschen den lOen Juni, terwijl de republikeinen verdeeld zijn. Waarschijnlijk wordt de 15e gekozen. De commissie wegens de omkoo- perijen uit den Senaat onderzoekt nog voort, zonder echter veel verder te komen. De gedagvaarde persman- Vorstelijk huwelijk. Ter gelegenheid van het huwelijk van prinses Joséphine, oudste dochtei van den graaf van Vlaanderen, me prins Karl von Hohenzollern, het welk te Brussel is voltrokken, zijnei ten Hove verschillende vorstelijks gasten, en onder hen twee gekroonds hoofden: de koning vanRumeniëei de koningin van Saksen. Als verte genwoordiger van het Duitsche Hoi is prins Friedrich Leopold van Prui sen te Brussel aanwezig, en met dezen heeft koning Leopold Zondag een be zoek gebracht aan de tentoonstelling te Antwerpen. Te half 1 ure van Brussel vertrokken, vergezeld van den Duitschen gezant von Alvenslebenen een vrij talrijk gevolg, werden da vorstelijke personen aan de tentoon stelling door een aantal commissief leden begroet, waarna terstond eena| wandeling door de tentoonstelling^ zalen vo'gde, tot de Duitsche afded ling werd bereikt, waar de koninj en de prins met warmte werden toe gejuicht en hun door in het wit ge deede jonge meisjes champagne! werd aangeboden. Na eene wandeling! door den tuin, steeds tusschen dichtf rijen nieuwsgierigen door, werd bezoek gebracht aan Oud-AntwerpenJ waar de „schout en schepenen" XVIeeuwsche kleeding de vorstelijk^ personen ontvingen en den Prui schen prins eene oorkonde aanbc den, welke in oud Vlaamsch dienl benoeming vermeldt van „poortei van Oud-Antwerpen." Te ruim 5 nreij bracht een extra-trein de vorstelijk! bezoekers en hun gevolg naar BrusseJ terug. De mijnramp te Auderlues I Nog zijn 104 lijken in de mijnen! van Anderlues bedolven en reedsp heeft een nieuwe mij ngasontploffinj 10 slachtoffers geëischt. Zondagm" y tegen halftwee weerklonk plot! seling een doffe slag, die groote on! rust teweegbracht in den omtrekf Twee en vijftig arbeiders waren om dat oogenblik aan het werkeen va! hen zocht tastende in het duisteï den uitgang en bracht de tijding val de ramp aan de in den omtrek va! de mijn wachtenden. Onmiddellijk! daalden eenige personen in de mijn! af. Zij vonden reeds spoedig 4 gei wonden, wier toestand ten g van het inademen van zwaveldampen! zeer zorgwekkend is. Verder dooil dringende door het puin vonden del redders zes lijken van mijnwerker waarvan slechts twee ongehuwd zijnj „Ga dadelijk onze paarden halen, Mark," zei Leighton, „en breng ze hier. Zeg aan Gaylord, dat hij in het kamp blijft tot mijn terugkomst. Vóór den morgen zal ik terug zijn, tenzij we verder moeten gaan dan Creston zeide. Zoodoende zal er geen vertraging ontstaan in onze expeditie. Gij en ik zullen er alleen onze nachtrust bij inschieten anders niet. Verlies geen tijd 1" Mark gehoorzaamde stilzwijgend. Binnen ongelooflijk kor ten tijd kwam hij terug met de paarden. „Zijn ze vertrokken?" vroeg hij. „Ja, ongeveer drie minuten geleden. Ik volgde hen tot aan den weg die hier dicht bij is en merkte de richting die zij insloegen, op een boom. Wij zullen als wij voorzichtig rijden, juist op een geschikten afstand van hen blijven." Hunne paarden door het geboomte leidende, stegen zij op den straatweg op en reden in vluggen draf Creston en zijn troep achterna. „Zou het niet beter zijn geweest, zes of acht man mede te nemen?" vroeg Hamilton. „Wij kunnen deze expeditie beter samen volbrengen." „Maar wanneer wij eens een grooten vijandelijken troep ontmoetten „Daarvoor is geen gevaar. Ais het gebeurt zullen we ons er doorslaan." Gedurende eenigen tijd reden zij zwijgend voort. Een paar maal kwamen zij zoo dicht achter den troep aan, dien zij achtervolgden, dat zij het geluid van de hoeven hunner paarden op den harden weg konden hooren. Daar de troep talrijk was, konden Creston en zijne mannen natuurlijk niet hooren, dat er twee ruiters achter hen aan kwamen. Ongeveer anderhalf uur reden zij zoo voort, toen plotse ling het dreunen der paardenhoeven ophield. „Zij hebben halt gehouden, nu zullen wij zien waar zij ge bleven zijn," zei Leighton. De Unionisten stegen af en leid den de paarden in het kreupelhout aan den kant van den weg. Leighton droeg aan Mark op, daar te blijven en de paarden te bewaken, terwijl hij op onderzoek zou uitgaan. „Kom vooral spoedig terug," zei de jonge man, „iedere minuut wachtens is mij een kwelling." De spion knikte zwijgend en sloeg een paadje in het kreu pelhout in dat in een haltcirkel liep en hem na eenige mi nuten gaans weer op den weg bracht. Vóór zich uit zag hij licht en naderbij sluipende, bespeurde hij een klein huisje. Hier was Louise blijkbaar afgestapt, want de dampende paarden stonden er voor de deur en werden door de solda ten, die a gestegen waren, bij den teugel gehouden. Tot Leightons groote verbazing herkende hij het huisje volko men. Het was dat, waarin hij aan het begin van dit verhaal Creston had ontmoet. Nu schoot hem een nieuw vermoeden door het hoofd. Hij had er zich vroeger reeds over verwonderd, wat Creston in dat huisje kon hebben te maken gehad. Nu raadde hij de waarheid. De kolonel had met de vrouw een overeenkomst gesloten, dat hij hare woning zou mogen gebruiken om daar in Louise Edge worth onder dak te brengen. Het was dus duidelijk, dat Creston reeds lang dat plan had gekoesterd, zelfs bestond de mogelijkheid dat hij reeds iets van dien aard in den zin had, toen hij Mark maanden geleden in de saloi van den heer Edgeworth zijne vage bedreiging naar het hoofdj had geworpen. Leighton naderde de woning zóo dicht als de voorzichtigj heid dat veroorloofde en tuurde ongeduldig naar het hui of de kolonel nog haast niet terugkeerde. Hij behoefde nie| lang te wachten. Creston verscheen weldra op den dremp< terwijl de vrouw die in het huis woonde, met de lamp in 4 hand hem uitgeleide deed. „Zorg goed voor de dame, Annette," zei Creston. „Wees gerust kolonel," antwoordde de vrouw. „Laat in geen geval vreemdelingen toe en wanneer iemand! bij u naar de dame of hare kamenier informeert, doet f of gij er niets van weet." „Dat beloof ik u." „Zeer goed. Binnen een paar dagen kom ik terug. 1 streek is onveilig door bandieten uit het noorden en schoon! heid en onschuld moeten goed bewaakt worden in des^ troebele dagen." Met deze huichelachtige woorden wendde de kolonel zicü om en steeg te paard. Het volgende oogenblik reed hij - het hoofd van zijne manschappen den weg langs en ver-l dwenen allen weldra uit het gezicht. Leighton keerde r schielijk mogelijk naar zijn metgezel terug. Wordt vervolgd*)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1894 | | pagina 2