BINNENLAND. feest uitstekend geslaagd is. De heer Deinum hield eene toespraak in dicht maat om de aanwezigen aan te spo ren in ruime mate deel te nemen aan de tombola, waarvan de netto op brengst zou komen ten bate vanbe- hoeftigen in deze gemeente. Naar ver nomen wordt kon ongeveer f30. voor dat doel worden afgezonderd. Op veelvuldig verlangen zal op Zaterdag 25 Augustus a. s. des avonds ten 8 ure in het hotel Kurzaal de heer Charles Wolton nogmaals eene hypnotische séance geven. Op dienzelfden avond zal in de Passage een café-concert gegeven worden. Naar vernomen wordt is de com missie ter viering van den verjaardag van H. M. de Koningin er in ge slaagd den heer Ockhuizen den be kenden prestidigitateur en illusionist te engageeren, die de leiding van een feest voor de Zandvoortsche school kinderen op zich zal nemen. Het feest zal 's middags in de concertzaal van het hotel Kurzaal plaats hebben waarbij de kinderen door het comité zullen worden onthaald. Bij genoegzame deelneming zal het comité den badgasten en ingezetenen een avondfeest aanbieden, gevolgd door bal. Het plan bestaat om dit feest te doen plaats hebben op Woensdag 29 Augustus a.s. Marktbericht. Graan- en Zaadmarkt, gehouden te Hoofddorp Haarlemmermeer, 23 Au gustus 1894. Witte tarwe f5.30 a f5.50, Haver f7.25, Win tergerst f3.25 a f3.50, Kar- weizaad f13.a f 13.75, inclusief Koolzaad f6. Onze Koninginnen in Zeeland. Donderdag werd Vlissingen door onze Koninginnen bezocht. Onder het luiden der klokken op den St. Jacobstoren en de tonen van het „Wien Neerlandsch Bloed" kwa men des morgens om 10)1 uur HH. MM. aan het nieuwe Havenstation aldaar aan. Behalve de eerewacht der schutterij was ook de eerewacht en het muziek korps van het 3e regt. inf., gediri geerd door den kapelmeester Bouw man, op het perron aanwezig, waar de troepen door HH. MM. geïnspec teerd werden. De echtgenoote en de dochter van den burgemeester, den heer P. A. Tutein Nolthenius, boden bouquetten aan. De Koninginnen wer den vergezeld door den gouverneur der provincie, jhr. De Brauw, terwijl de leden van het college van Gede puteerde Staten mede op het perron stonden om den koninklijken trein ai te wachten. De vorstinnen droe gen dezelide toiletten, welke zij bij de aankomst te Middelburg droegen: de Koningin-Regentes was in het zwart, Koningin Wilhelmina droeg een witten hoed met veeren, een wit manteltje met veeren gegar neerd en een wit satijnen japon met een rand van zilveren loo- vertjee. H. M. de Koningin zag er, niettegenstaande den langen rijtoer van Woensdag, niet vermoeid uit. HH. MM. stapten daarna terstond in de Nederlandde boot der Maat schappij „Zeeland", die aan den ge wonen ponton lag vlak naast het station. De boot lag achter een hooge schutting, waardoorhet publiek slechts weinig te zien kon krijgen. Toen zij de boot in het gezicht kreeg, Bteeg er een groot gejuich op en hief de menigte aan den wal het „Wien Neerlandsch Bloed" aan. Het weer was helaas slecht en er viel telkens veel regen. Onder het bulderen van het geschut van Hr. Ms. fregatten De Ruyter en Atjeh en der ramsche- pen Guinea en Stier voer de boot weg om een tocht te maken naar de reede. Zeer te betreuren is, dat de saluut schoten, waarmede de oorlogssche pen de Nederland begroetten, de aan leiding zijn geweest tot een groot on geluk. Terwijl de schoten gelost wer den, had aan boord van den Stier een ontploffing plaats in het kolen hok. Zeven matrozen hebben daarbij levensgevaarlijke brandwonden beko men. Bij de terugkomst in het station (omstreeks 12 uur) werden HH. MM. ontvangen door de leden van den Viissmgschen gemeenteraad, waarna de hooge gasten een dejeuner ge bruikten in het stationsgebouw, aan geboden door de gemeente, de Mij. tot Exploit, van Staatsspoorwegen en de Mij. Zeeland. Aan het dejeuner zat mede aan de gouverneur van Vlaan deren, baron Van Kerckhove, die de Koninginnen namens den koning van België begroette. Tegen half twee volgde weer een boottocht, ditmaal op de Schelde met de Zeeuwsch - Vlaanderen van den Prov. Stoombootdienst op deWester- Schelde. Het binnenkomen der boot (om streek 2 uur reeds) en de aankomst aan de Dokkade voor het Raadhuis was een nog grootscher moment van het koninklijk bezoek dan de aan komst van Dinsdag in de Abdij. De gepavoiseerde schepen, het draven van de duizenden naar de plaats van aankomst, het gewuif van hoeden en zakdoeken uit de vensters en van de daken der huizen en het eigenaar dige galmen van het gejuich der menigte over het water, dat alles be wees de geestdriftige stemming der Vlissingers. HH. MM. begaven zich naar het Raadhuis en werden, evenals te Mid delburg door 20 meisjes met bloemen bestrooid. De ontvangst was zeer feestelijk, in weerwil van de stortregens stond buiten een groote menigte, die vol geestdrift juichte en „Lang zullen ze leven"! zong. De Koningin droeg over haar witte japon een regen mantel. In de Oudheidskamer, bezochten HH. MM. de De Ruijter-tentoonstel ling. Zeer merkwaardig op deze ten toonstelling was o. m. de collectie brieven toebehoorende aan den heer J. C. de Ruyter de Wildt en daar onder de brief van Frederik III, koning van Denemarken, dato 1 Aug. 1660, waarbij aan M. Az. de Ruyter wordt kennis gegeven van zijn ver heffing in den adelstandhet bewijs, geteekend door Karei II, koning van Engeland, der benoeming van jonk heer Engel de Ruyier tot erfelijk ridder. Ook de verzameling voorwer pen, die aan De Ruyter hebben toe behoord of die tot zijn leven in be trek king staan, is ten zeerste belang rijk. Bij het bezoeken dezer tentoonstel ling werden weer bouquetten aange boden terwijl „Vlissing's Mannen koor" een lied zong. Bovendien wer den H.H. M.M. door het bestuur der Oudheidskamer twee oorkonden over handigd. Thans kwam echter eerst de groote plechtigheid van den dag; de her onthulling van het verplaatste De Ruyter standbeeld, waartoe H.H. M.M. om 3 uur op de Rotonde van den Noordzeeboulevard aankwamen en ook hier weer bouquetten ontvingen, Het bestuur van het Nutsdeparte- ment was aanwezig en voorts vele autoriteiten. Het muziekkorps speelde het „Wilhelmus" (ditmaal het nieuwe, dat eigenlijk tegenwoordig wel het oude moest heeten) waarna een zang uitvoering werd gegeven door 800 leerlingen van openbare en bizondere scholen. De burgemeester van Vlissingen, tevens voorzitter van het Nutsdepar- tement, hield daarop eene rede. Na aan het slot het karakter van De Ruyter in korte trekken te heb ben geschetst, een mensch volkomen waardig vereeuwigd te worden in brons, noodigde spreker de Koningin uit het teeken te geven tot heront hulling van het beeld. H. M. gaf daaraan gevolg en ter stond klonk het doffe gedreun der kanonnen van de oorlogsschepen, die het admiraalesaluut gaven, te zamen met de kind rstemmen, die een hulde aan M. Az. De Ruyter zongen. Hierop plaatste de Koningin een krans op het beeld en de schout-bij- nacht De Brauw, eskader-comman dant, volgde dit voorbeeld zijner Vorstin, door eveneens een krans te schenken (van 1% M. middellijn) na mens de Kon. Ned. Marine. De feestredenaar hernam toen het woor om zijne toespraak te volein digen. Ten slotte noodigde spr. allen uit de plechtigheid te besluiten met een driewerf hoera voor Hare Majesteiten, een uitnoodiging, waaraan met geest drift gehoor werd gegeven. De hoeden gingen in de lucht, de kinderen zwaaiden met de petten en er gingen hoezee's op, die heinde en ver weer klank vonden. Ten slotte bood, na het zingen van het Matrozenlied, de burgemeester nog namens de ingezetenen van Vlis singen der Koningin een zilveren beeld aan, nl. eene nabootsing uit de labriek van Van Kempen van het zooeven heronthulde standbeeld. Het standbeeldje staat op een mar meren voetstuk, waarop de medail lons van het origineel in zilver zijn nagebootst. Bovendien is daarop ge graveerd „Aan H. M- Koningin Wilhelmina der Nederlanden, aangeboden door de ingezetenen van Vlissingen bij gelegenheid van Hoogstderzelve be zoek aan. die gemeente op 23 Aug. 1894." Terwijl de menigte het „Wien Neerlandsch Bloed" zong, verlieten HH. MM. de Rotonde om een rijtoer door de stad te ondernemen. Deze rijtoer ging ondanks den on- ophoudelijken regen door. In de Palingstraat werden bouquet ten aangeboden door de weduwe Geertruida Mos, een der oudste in gezetenen van Vlissingen, 92 jaar oud. Ook de Roomsche weezen boden ruikers aan, evenals twee dochtertjes van Belgische loodsen. Door de stortregens verloor de op tocht met praalwagens veel van zijn luister. De Koninginnen reden daar na naar het Badhuis, waar bouquet ten werden aangeboden door de doch tertjes van de heeren Siegers en Meyer, directeuren van het hotel. In het Badhuis werden slechts enkelen toegelaten, maar een groote menigte trotseerde buiten den plas regen en juichte geestdriftig. Den ganschen middag was het in Vlis singen zeer vol, vooral bij de Ro tonde. Op den weg dien de Koninginnen moesten passeeren, zaten reeds een half uur te voren menschen heel la- koniek onder parapluies op nokken van dakenoveral heersehte een Am- sterdamsche drukte en de deur van het telegraafkantoor stond niet stil, doch de dienst was uitstekend gere geld en de ambtenaren werkten kranig. Na het bezoek aan het Badhuis vertrokken de Koninginnen terstond naar Middelburg, waar zij om vijf uur aankwamen. Onmiddellijk werd van wege de Regentes aan den burgemees ter van Vlissingen een telegram ge zonden, om te bedanken voor de har telijke ontvangst. De Koninginnen dineerden in het goevernementsgebouw, de jonge Ko ningin afzonderlijk. Des avonds was het in Vlissingen droog, zoodat taptoe en vuurwerk doorgingen, maar de illuminatie was niet veel zaaks, daar veel verregend was. Eene vorstelijke gift. De Koninginnen hebben f300 ge geven aan eene commissie te Middel burg, die zich geconstitueerd had om hulp te verleenen aan de weduwe en vijf kinderen van A. Heuseveldt, een werkman, die bij de illuminatie op 21 Aug. aldaar lampions aanstak in de Abdij en viel, zoodat hij aan de gevolgen overleed. De sociaal-democraten in Nederland. „Goddank, eindelijk is het zoo ver gekomen, dat de Nederlandsche soci- a il-democraten het moede zijn ge worden nog langer deel uit te maken eener organisatie, welke, ofschoon haar meerderheid anarchistisch ge zind is, toch onder de valsche vlag der sociaal-democratie vaart. Zij heb ben geduld genoeg gehad. Wij, Ne derlanders, nemen niet gemakkelijk een besluit en daarom zijn wij nog een eind weegs meêgegaan op den weg, dien wij als verkeerd beschouw den. Het duurde geruimen tijd, voor dat wij konden besluiten te scheiden van onze partijgenooten, maar toch was deze scheiding onvermijdelijk.Er heersehte volkomen verwarring in het kleine leger der werklieden, dat den strijd tegen het kapitalisme heeft aangevangen en de bourgeoisie ver heugt zich over deze betreurenswaar dige verdeeldheid onder de eenmaal zoo geestdriftige groep". Aldus begint de Berlijnsche Vor- wdrts een hoofdartikel waarin het bekende manifest der parlementaire sociaal-democraten wordt medege deeld. De Vorwarts is het orgaan der Duitsche sociaal-democraten, die zich scharen aan de zijde van Liebknecht Bebel en de andere oude partij-lei ders. Naar men weet, willen deze oude partij-leiders niets weten van de hef tig optredende jongere sociaal-demo craten, die ook in Duitscbland hun partijgenooten den weg van geweld willen opdrijven. Vandaar dan ook het bekende geschil tusschen Lieb knecht en Domela Nieuwenhuis, tel kens wanneer deze bij internationale congressen van sociaal-democraten poogde zijne partijgenooten over te halen tot deelneming aan de anar chistische beweging. Geen wonder dan ook dat de Vor warts, het orgaan van Liebknechts aanhangers, het verzet der gematigde sociaal-democraten tegen den anar- chistischen vleugel der partij met instemming begroet. Het hoofdorgaan der sociaal-democratische partij in Duitschland heeft nog hoop, dat na de beslissing, door den Bond voor Algemeen Kies- en Stemrecht te Utrecht genomen, een nieuw tijdperk voor de Nederlandsche werklieden beweging zal aanbreken. Of ook deze verwachting niet te leurgesteld zal worden, zal de toekomst leeren. {Tel) De Victoria Regia. Het gebeurt wel eens meer, dat babies ter wereld komen vóór zij ver wacht worden, hetgeen ten gevolge heeft, :dat baker, dokter en familie» leden te laat komen. Iets dergelijke is Dinsdag in den „Hortus Botanicus" te Amsterdam,geschied.Naar mensche- lijke berekening moest de bloem Woensdagmorgen haarwitrose blade ren ontplooien en haar heerlijken geur verspreiden, en ziet, reeds den dag te voren was de bloem daar, en haar leven is zoo kort, dat Woem- dagavond de buitenste bladeren reeds slap neerhingen, half in het lauwe water, waaruit zij was opgerezen, en dat slechts het donkerrose hart nog zichtbaar was. Maar weer naar menschelijke berekening komt over een dag of vijf een nieuwe bloem en wij hopen dat de baker-tuinman ons dan precies op tijd zal kunnen waar schuwen, opdat wij onzen lezers op het juiste oogenblik kunnen mede- deelen dat de Victoria Regia in haar volle glorie te zien is. Hbld. De juweelendiefgtal te Scheveninsen. De in den morgen van 20 Aug. jl. door middel van braak (ten nadeele zooals thans blijkt van mevrouw Baumgarten te Weenen, gelogeerd in het „Oranie-Hötel" te Scheveningen), ontvreemde voorwerpen van waarae zijn de volgende: 2 briljanten oorbellen met groote diamanten, waarde ƒ3000. 1 broche met moorenkop, met diamanten gegarneerd, waarde ƒ500. 1 broche in den vorm van een tak, gemonteerd met diamanten, waarde 500. 2 briljanten spelden waarde ƒ500. 1 gouden broche met diamanten en robijnen, waarde ƒ100. 1 armband met moorenkop en dia manten, waarde ƒ100. 1 armband met opalen en briljan ten, waarde ƒ200. 1 armband met paarlen, waarde 200. 1 pijl met diamanten bazet, waar de ƒ100. 1 broche met opalen en briljanten, waarde 300. 1 lange gouden dames-horlogeket ting, zoogenaamde Venetiaansche ketting. Door de bestolene wordt een be drag van 1000 uitgeloofd aan hem, die de ontvreemde goederen terug brengt. De Commissaris van Politie der centrale afdeeling te 's Gravenhage verzoekt opsporing, inbeslagneming en bericht. Cholera. De zieke kok op het stoomschip Dordrecht is overleden, hoogstwaar schijnlijk aan cholera. Het schip ligt in quarantaine te IJmuiden. Op %dvies van den geneeskundigen raad in Noord-Brabant is den burge meesters dier provincie verzocht te laten waken tegen het verkoopen van ooft. Dit heeft tengevolge gehad, dat in vele gemeenten partijtjes onrijp fruit aan het verbruik onttrokken zijn. Ook wordt in bijna alle gemeen ten gewaarschuwd tegen het gebruik van water uit vaarten, grachten of slooten. Te Maastricht is sedert de vorige opgave geen geval van cholera voor gekomen. In het geheel zijn door de ziekte aangetast 65 personen en daar aan overleden 32. Een droevig ongeluk. Woensdagavond heeft zich bij de marechaussees te Echt aangemeld de landbouwer H. M., oud 24 jaren, uit KoningsboschEcht, met aangifte, dat hij dien namiddag met een schot uit zijn jachtgeweer in de woonka mer bij ongeluk zijne moeder heeft is bevrijd, en de praatjes en verdenkingen, die hem het leven nu vergallen, met den tijd zijn weggezonken." De goevemeur was spoedig gevonden, maar verschillende omstandigheden hielden lady Bidebank in Engeland terug tot Juni van het volgende jaar. In dien tusschentijd werd de vriendschap tusschen Rupert, Natalie en Mi weer hernieuwd. Rupert was eenigBzins bang om met jongens van zijn leeftijd om te gaan, maar de meis jes brachten zijn overspannen brein wat tot rusten vroolijk- ten hem op. Dokter Wrigley scheen zoo hartelijk verheugd, dat lady Bidebanks kind weer terug was, en sprak zoo vriendelijk tot en van Rupert, terwijl hij zijne vriendschap met Mi zoo be gunstigde, dat miss Barth de overtuiging kreeg, dat hare vermoedens omtrent zijne vijandige gevoelens ongegrond waren. Hij was nu echter zoo verstandig om te onderzoeken of de plannen van mevrouw Wrigley ook verwezenlijkt zou den kunnen worden, nu zijn eigen plan was mislukt. Een volgende zomer brak aan en sir Rupert was nu vijf tien jaar en zou weldra naar het vasteland vertrekken. Mi schreide twee dagen lang. Zij was zoo onbezonnen om te vergeten, dat door het schreien hare oogen opzwollen en deze rood werden. Zij bekommerde er zich niet in het minst om wie wisten, hoe bedroefd zij was. Zij en Rupert en Natalie hadden het zoo prettig met elkaar gehad, en nu was dat alles geëindigd. Deze knaap met zijn mooi gezicht, zijne lok ken, zijne avonturen en vroolijk gebabbel, ging ver weg van zijne jeugdige aanbidster." Natalie wilde niet schreien volstrekt niet. Zij beweerde, dat het haar genoegen deed, dat hij ging. Zij zeide, dat hij wat meer van de wereld moest zien. Laat hij naar Frankrijk gaan als hij goede manieren wil zien, naar Duitschland als hij zich op de studie wil toeleggen, naar Italië voor de schoone kunsten en den blauwen hemel. Wat was Engeland Helaaseen land van koude en ver banning, zonder eenige genoegens. Deze woorden sneden Rupert door de ziel. H\j sprak ech ter ook in denzelfden geest, zeggende, dat hij weg zou blij ven totdat hij den mannelijken leeftijd had bereikt, naar Spanje zoo gaan, en daar trouwen met eene spaansche schoone, met kwijnende, prachtige oogen en een zijden man teltje, en hij hoopte, dat beiden veel van haar zouden hou den wanneer hij haar meebracht. En toch na al dien strijd in het publiek, wilde het toeval, dat Rupert en Natalie elkaar op een namiddag ontmoetten op dezelfde plek, waar hij haar voor de eerste maal primu- laveris had zien plukken. En toen bekende Rupert onstui mig, dat zij het ideaal van zijn leven was, en dat hij nooit een ander dan haar zou liefhebben; de scheiding van haar zou een schaduw werpen over zijn verblijf in Frankrijk, Duitschland, Italië en alle andere prachtige landen I Zou zij hem vergeten? Zou zij lachen over zijne liefde voor haar? En Natalie keek voor zich neer, overwon hare koel heid, en kwam tot de gevolgtrekking, dat zij wel een weinig van hem hield, en hem niet zou vergeten, en wanneer zij iets zeide, dan veranderde zij nooit van gedachte. Daarna wisselden deze jonge personen bloemen, kussen en zakdoeken. Zij beloofden niet elkaar te schrijven, want contessa Idria en lady Bidebank zouden dit niet voegzaam gevonden heb ben, maar zij zouden elkaar steeds trouw blijven, en wanneer zij eene jonge vrouw en hij een jongeling was geworden, dan zouden zij hunne genegenheid voor elkaar aan de wereld openbaar maken. Hierna begaven zij zich ieder huiswaarts, en dien nacht schreiden allen drie Rupert, Natalie en Mi zich in slaap. En nu was Rupert vertrokken. Bidebank werd verlaten door allen behalve den bottelier, de huishoudster en drie dienstboden, die het huis bewaakten, de kamers luchtten en de z^n er nu en dan toegang gaven, in afwachting van den terugkeer van hunne meesteres. Rupert was weg, en toen James Wrigley naar Barth House ging om met „nicht" eens te praten, vond hij zijne jongste dochter als het beeld der ver- latenheid op een bank in den tuin zitten. „En dus," zeide de vaderlijke Wrigley opgewekt, „is je kleine verloofde weggegaan?" gg„Hij is mijn verloofde niet," gaf Mi blozende ten antwoord. „Hij houdt veel meer van Natalie dan van mij." „WatVan dat kleine, vreemde meisje de doohter van de contessa?" {Wordt vervolgd!) Ijj^j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1894 | | pagina 2