Lombok-expeditie
sigaren (W. G. Boele, te Kampen):
een vaatje cognac (A. A. Pol vliet,
te 'sGravenhage.)
sigaren (J. H. van Hnlst en Co., te
Kampen)
15 kisten, elk inhoudende 24 fl.es-
schen rooden Bordeaux-wijn (van
Straalen, Monsieur en Erkelens te
Rotterdam)
600 halve flesschen Bordeaux-wijn
(Van Heeckeren en Van Pelt, te Arn
hem)
4 kisten, elk van 25 flesschen zui
ver citroensap (Corn. Sipkes, te Haar
lem)
benevens 50 flesschen Charnpagne:
voor de officieren der voormelde ex
peditie, ontvangen van de firma Carp
en Cie., te Rotterdam.
De Staatscourant no. 214 bevat bo
venstaande berichten.
Het bezoek der Koninginnen
aan den Helder.
Woensdagmorgen |ten 8.7 uur ver
trokken de koninginnen per extra-
trein naar den Helder. Zij waren
vergezeld van een schitterend gevolg.
De koninklijke wachtkamer was
met groen en bloemen versierd.
Op den doortocht van H.H. M.M.
de Koninginnen pavoiseerde Hr. Ms.
wachtschip Prins Mauritsliggende
aan De Ruyterkade te Amsterdam.
De bemanning was in het want ge
schaard en hier een luid hoerahaan.
Er heerschte te Den Helder Woens
dag van den vroegen morgen af, eene
ontzettende drukte. Alle treinen voer
den honderden vreemdelingen aan,
stoombooten zetten daar tal van
eilandbewoners aan wal en al die
menschen, naar den Helder g
men om mede feest te vieren, losten
zich op in den stroom der prettig
gestemde, joelende, met oranje en
rood, wit, blauw getooide menigte.
De geestdrift steeg bij het oogenblik,
naarmate er nog meer vreemdelingen
in de versierde gemeente aankwa
men.
Op het bepaalde tijdstip reed de
koninklijke trein des morgens het
station binnen. Daar waren, ter ver
welkoming van HH. MM., aanwezig
de burgemeester, de heer C. A. Beu
kenkamp, de wethouders, de heeren
Maalsteed, Groen en Vos, de schout
bij-nacht Uhlenbeck, directeur en
commandant der marine en stelling
commandant, de commandanten van
artillerie, infanterie en schutterij en
andere autoriteiten,
Nadat HH. MM. door den burge
meester waren ontvangen, werden in
de wachtkamer 1ste kl. (door de hee
ren Bolderdijk, bloemist en Pander,
decorateur, te Haarlem, tot ontvang
zalen ingericht) de verschillende auto
riteiten aan HH. MM. voorgesteld.
Na een kort oponthoud begaven
HH. MM. zich door de in een sier
lijke bloementuin herschapen vesti
bule naar buiten.
Zoodra de koninginnen zich buiten
het station vertoonden, steeg een
geestdriftig donderend hoerah, dat ge-
ruimen tijd aanhield, uit de in den
naasten omtrek dicht opeengepakte
menigte op. Dat hoerageroep plantte
zich voort, verder en verder, waar
door een aanhoudend gegons en gr-
loei de lucht vervulde.
Op het Stationsplein, dat door mi
litairen was afgezet, stonden de eere-
wachten van de schutterij en van het
garnizoen opgesteld, samen ongeveer
300 man sterk. De eerste stond on
der bevel van den kapitein J. C. Sils
de laatstgenoemde werd gecomman
deerd door den kapitein Drooglever
Fortuijn.
Nadat de vorstinnen deze eere-
wachten hadden geïnspecteerd, be
stegen zij met haar gevolg de gereed
staande hofrijtuigen, die daar Dinsdag
aankwamen en reden langs Stations-
Kanaal weg en Hoofdgracht
rechtstreeks naar de buitenhaven.
Overal langs den weg, die zooveel
noodig door soldaten was afgezet,
werden HH. MM. door de geestdrif
tig gestemde menschenmassa luide
toegejuicht en met „Leven de Ko
ninginnen" en „Oranje boven I" be
groet.
Aan het einde van den Stations
weg, waar door de schilders-vereen!
ging „Oefening kweekt kennis" een
mooie eerepoort was opgeslagen,ston
den deputatiën der plaatselijke ver-
eenigingen met hunne veelkleurige
en van goudborduursel schitterende
banieren opgesteld, om bij het passee-
ren van HH. MM. te salueeren.
„Helders Harmoniekapel" daarmede
aanwezig, speelde het „Wilhelmus"
en de feestvierende menigte juichte,
't Was een treffend moment. Op de
buitenhaven aangekomen be£
HH. MM. zich langs een op de dijk-
glooiing aangebrachte plankier aan
boord van Hr. Ms. pantserdekschip
Koningin Wilhelmina der Nederlanden
waar de hooge bezoeksters door den
commandant van het schip, den ka
pitein ter zee Zeegers Veeckens, ad
judant van H. M., ontvangen wer
den. Zoodra de koninginnen de Wil
helmina hadden betreden, werd daar
de koninklijke standaard geheschen
en onmiddellijk daarop donderden de
kanonnen van alle op de reede aan
wezige oorlogsbodems, een echt ma-
riiiem vertoon, waardoor het gejuich
der menigte aan den wal een oogen
blik verstomde.
Onder het bulderen van het ge
schut werd de Wilhelmina doorHH,
MM. bezichtigd. Bij herhaling gaven
zij hare ingenomenheid met en be
langstelling in verschillende inrich
tingen blijk en werd door haar naar
'teen en ander gevraagd.
Nadat het schip bezichtigd was,
werd het woord gevraagd door den
schout-bij-nacht Uhlenbeck, die H.
M. de Koningin hierop uit naam
der Nederlandsche Marine een model
aanbood van het pantserdekschip,
dat naar H, M. is genoemd, van de
Wilhelmina, hetwelk door H. M. met
de meeste welwillendheid werd aan
vaard.
Dit model is gemaakt op één hon
derdste der ware grootte en du3 1
meter lang. Het is door werklieden
van 's-Rijkswerf te Amsterdam ver
vaardigd van peren- en teakhout en
getrouw weergegeven tot in de klei
nigheden. Het ijzerwerk is vernik
keld. Het scheepje is geplaatst in
eene vitrine, aan den voet waarvan
in zilver de naam van het schip is
Het weer was prachtig, de lucht
helder en de wind in den noordelijken
hoek geloopen, waardoor het wat
koel werd.
Desniettemin reden HH. MM. van
de Wilhelmina in open rijtuig naar
het koninklijk stoomjacht Valk, om
daar aan boord het dejeuner te ge
bruiken.
Koningin Wilhelmina droeg een
wit casemier klee Ije, H. M. de Ko
ningin-Regentes een donker toilet.
Aan het dejeuner werd deelgeno
men door verschillende militaire en
civiele aut jriteiten daartoe door H. M.
uitgenoodigd.
Ongeveer half twee vertrok de
Valk met de koninginnen en verdere
gasten aan boord naar de reede, waar
de oorlogsschepen en torpedobooten,
welke deel uitmaken der revue
twee liniën opgesteld lagen.
Uit de haven komende, stoomde
het koninklijk jacht oostelijk door
de beide boe.en heen en daarna bui
ten de noordelijke linie om.
Bij de aankomst ter reede werd de
Valk door alle oorlogsschepen met
saluutschoten begroet, terwijl de
manschappen in het want joelden en
juichten.
Na om de noordelijke linie te zijn
gestoomd, maakte de Valk een tocht
angs de kust tot Kijkduin, gevolgd
door alle torpedobooten.
Nadat de Valk des middags met
de torpedovloot achter zich aan tot
Kaaphoofd was gestoomd, werd de
steven gewend en keerde het jacht
naar de reede terug, waar het opnieuw
door de oorlogsschepen doorstoomde
en oostelijk van de vloot ankerde.
Daar werden de commandanten der
verschillende bodems aan boord van
deValk ontvangen, om aan H.H. M.M.
te worden voorgesteld.
Door de torpedoboot [groot model
Dempo werd inmiddels op korten af
stand van het koninklijk jacht een
torpedo gelanceerd, terwijl op dezelfde
hoogte door de boot IX een spar-
torpedo werd afgeschoten, waardoor
eene huizenhooge waterzuil uit de zee
opsteeg. Vooral deze laatste oefening
was zeer interessant en wekte in hooge
mate de belangstelling onzer jonge
Koningin, die zich, op de commando
brug van de Valk staande, zoover
mogelijk over de leuning boog om
beter te kunnen zien.
Voor de vela duizenden menschen,
die zich op den Helderschen zeedijk
verdrongen om het maritiem schouw
spel gade te slaan, was 't te betreuren,
dat de vloot zoo ver uit den wal la^
waardoor het moeilijk was van den
dijk iets bizonders waar te nemen.
Toen de commandeerende officieren
op hun respectieve bodems waren
teruggekeerd, nam de Valk den terug
weg naar de haven aande vloot
revue was afgeloopen. Op het konink
lijk jacht werd het sein 8, 2, 0, 9
geheschen, wat met andere woorden
wilde zeggenHare Majesteit is zeer
tevreden over de gehouden revue,
waarop na eenige oogenblikken het
sein „extra oorlam" volgde.
Het bevel over de vloot, uit 20
pantser schepen en kruisers bestaande,
werd gevoerd door den kapt. ter zee
F. J. Stokhuijzen, commandant van
Hr. Ms, fregat De Ruig terdat over
de torpedovloot, uit 12 booten sa
mengesteld, door den kapt. luit. ter
zee Wentholt, commandant van Hr.
Ms. torpedo-instructieschip Marnix.
Na met de Valk in de haven te zijn
teruggekeerd, brachten H.H. M.M.
haar voorgenomen bezoek aan het
Kon. Instituut voor de Marine. Te
voet begaven zij zich van het jacht
daarheen. Vóór het instituutstonden
de adelborsten, met het stafmuziek
korps der marine aan het hoofd, op
gesteld. Terwijl zij de geweren pre
senteerden, werd de troep, die door
den luitenant der mariniers J. M.
Ente van Gils werd gecommandeerd,
gemonsterd door H.H. M.M., die
daarna het gebouw binnentraden. In
de vestibule stonden de officieren en
leeraren, aan het instituut verbonden,
geschaard.
De Vorstinnen werden door den
commandant der inrichting, den kapt.
ter zee A. P. Tadema, ontvangen en
roudgfleid. Na het instituut te heb
ben bezichtigd, werden H.H. M.M,
in de receptiezaal ververschingen aan
geboden. Tijdens het vorstelijk bezoek
aan het instituut, werden door het
stafmuziekkorps op het voorplein
muziekuitvoeringen gegeven.
Van het Instituut begaven H.H.
M.M. zich naar 's Rijks werf, om de
adelborsten op hun instructieschip
Urania te zien manoeuvreeren. Dit
laatste bezoek duurde slechts kort,
De vlugge bewegingen onzer toekom
stige zeeofficieren, de onversaagdheid
waarmede zij in het want klauterden
werden door de vorstinnen geprezen.
HH. MM. konden echter niet langer
toeven daar het uur waarop zij zich
hadden voorgenomen een rijtoer door
de gemeente te maken, welhaast was
aangebroken.
De vorstelijke stoet, die nu werd
voorgereden door den burgemeester
den heer C. A. Beukenkamp, nam
nu het bezoek aan de marine was
afgeloopen den volgenden weg:
Havendijk, Ankerpark, Zuidstraat,
Weststraat, Biersteeg, Spoorstraat,
Koningstraat, Kanaal weg, Westplein,
Kerkgracht en Stationsweg. Op
dezen tocht werden HH. MM. bij
herhaling en overal hartelijk toege
juicht.
Op verschillende punten werden de
vorstinnen door zangkoren toege
zongen.
HH. MM. keerden des avonds
6.20 (plaatstijd) naar Soestdijk terug.
Vóór het vertrek onderhield H. M.
de Koningin-Regentes zich aan het
station met verschillende autoriteiten
en gaf herhaaldelijk te kennen dat
haar de ontvangst en het verblijf aan
Den Heider zeer was medegevallen
en dat zij zioh voor de ondervonden
bewijzen van liefde en hartelijkheid
dank schuldig rekende.
Des avonds was het zeer druk in
de stad. Het vuurwerk en de gon
deltocht slaagden uitstekend.
Benoemd zijn bij Kon. Besl. in de
orde van Oranje-Nassautot com
mandeur, de schout bij nacht C. E.
Uhlenbeck, directeur en commandant
der Marine te Willemsoord tot offi
cier, de kapitein ter zee M. J. C. Lu -
cardie, commandant van Hr. Ms. rader
schip Valk, en de kapitein ter zee,
adjudant van H. M. de Koningin, P
Zegers Veeckens, com mandaat van
Hr. Ms. pantserdekschip Koningin
Wilhelmina der Nederlanden.
Dankbetuigingen aan 1. Eene ver
zameling enkele Cactus Dahlia's in
12 verscheidenheden van de heeren
E. H. Krelega Zoon te Haarlem,
2. Cheiranthus Cheri semperflorens
van den heer Denier van Son te
U trecht, 3. Anthurium Scherzerianum
Cypheri van den heer Glijm de Vos
te Utrecht.
Teruggevraagd werdImpaliens
Auricoma van den heer Glijm de Vos
te Utrecht.
Verkiezing te Amsterdam.
De uitslag der verkiezing van 3
leden van den gemeenteraad te Am
sterdam is als volgt:
Geel stembriefje. Uitgebracht 3852
geldige stemmen, waarvan op de heer
Sterck 2921, De Flines 104 en Sib-
belee 359, zoodat gekozen is de heer
Sterck (R.-K.)
Wit stembriefje. Uitgebracht 3913
geldige stemmen, waarvan op den
leer Hooglandt 2134, Bensdorp 974,
Kater 839, Boas 701, Boelen 443,
Flines 352, Van Lennep 400, Schön-
thaler 419, Van Serre 364 en Wes-
terouen van Meteren 835, zoodat de
heer Hooglandt (liberaal) gekozen is.
Herstemming moet voorts plaats heb
ben tusschen de heeren Bensdorp
(katholiek) en Kater (anti-revolutio
nair).
Nederlandsche Maatschappij
Tuinbouw en Plantkunde.
Het bestuur van genoemde com
missie maakt bekend dat in haar
laatste te Amsterdam gehouden ver
gadering de navolgende onderschei
dingen zijn toegekend
Getuigschriften le klasse aanCac
tus Dahlia Mrs. John Arnould, 2.
do do Rayon d'or, 3. do do. Mrs.
Thorton, 4 do do Veilchen Cactus, 5.
enkelbloemige Dahlia Miss Gordon,
6. do do Flora Fisher, 7. do do Mi
kado, 8. do do Elegance, 9. dubbele
Dahlia Lilian, 10. do do Marion, 11.
dubbele grootbl. Fantasie Dahlia
Grand Sultan. 12. dubbele grootbloe-
mige Dahlia Herzog Von Köstritz van
de heeren E. H. Krelage Zoon te
Haarlem, 13. Begonia tuberosa enkel
geelbloemige van de heeren ter Bra
ke Co te Bussum, 14. enkelbl.
Dahlia Mme J. Closon, 15. do do Sou
venir de Mme Schrelle, 16. Sobella
cardinalis rosea van de heeren Groe-
newegen Co te Amsterdam, 17.
Aglaonema costata, 18. Adiantum
macrophyllum albo-striatum, 19 La-
strea lepida. 20. Pteris ludens. 21.
Tropaeolum Lobbianum fol. var. van
den heer Glijm de Vos te Utrecht,
22. trompetbloemige Begonia tubero
sa van den heer J. Th. van den
Berg Jr. te Jutfaas, 23. Cactus Dah
lia Lady Penzance, 24. do do Ernest
Glasse van den heer J. W. Daudey
Hzn. te Haarlem.
Getuigschriften van verdiensten
aan1. Antholyza poniculata van de
heeren E. H. Krelage Zoon te
Haarlem, 2. Gloxinia met bonte bla
deren van de heeren Ter Brake
Co te Bussum, 3. Pteris serrulata
gracillis, 4. Pteris nobilis variegata,
5. Pteris stremula densa, 6 Doodea
aspera multifida van den heer Glijm
de Vos te Utrecht, 7. Chamas cypa-
ris pisifera plimo3a variegata aurea
van den heer F. van der Wissel te
Epe.
Eervolle vermelding aanEene
verzameling van 7 gestreeptbloemige
Begonia tuberosa van den heer L. L.
van Dam Jr. te Utrecht.
Legeroefeningen bij Dorst.
Het anders zoo stille dorp Dorst,
gelegen aan den straatweg Breda
Tilburg, was op den llden Sept. bezet
door een kleine brigade, sterk 2 ba
taljons infanterie, 1 batterij veld-ar-
tiilerie, 1 pin. huzaren onder com
mando van den lt. kol. Meijer.
De nacht werd verondersteld in dat
dorp te zijn doorgebracht, beveiligd
door marschvoorposten dat zijn be
veiligingsmaatregelen welke niet ge
heel stelselmatig worden geregeld,
maar waarbij men alleen op de hoofd
wegen troepen-afdeelingen vooruit
schuift, om zoo noodig de nadering
des vijands tijdig aan de rustende
troepen te kunnen mededeelen, ter
wijl de vijand in afwachting van het
alarm, wordt tegengehouden.
De tegenpartij, onder bevel van den
majoor v. d. Koog, sterk 3 bat. in
fanterie, 2 batterijen veld-art. en 1
pin. huzaren waarvan 1 bat. enl
batterij gemaskeerd had den nacht
in Tilburg doorgebracht, marcheerde
op den llden Sept. in de richting van
Breda en bevond zich ongeveer te
half elf bij Haansbergen, op een af
stand van 7y3 kilometer, ongeveer 1^
uur gaans van Dorst verwijderd.
Op den straatweg had de westelijke
partij een compagnie als voorpost
vooruitgeschoven, en desgelijks eene
bij den duiker over de Lei.
Te half elf ging ook deze colonne
op marsch, terwijl de voorposters als
reserve aan den staart volgden.
Ter hoogte van de Molenschotsche
heide kregen de vijandelijke colonnes
elkander op den straatweg in het vi
zier, waarop de westpartij hare artil
lerie in stelling bracht, waardoor de
tegenpartij genoodzaakt werd, hare
troepen ter zijde van den straatweg
te doen gaan.
De oostpartij avanceerde ten noor
den van den straatweg met een ba
taljon, waartegenover de westpartij
twee bataljons stelde.
Ten zuiden van den weg hadden
de batterijen stelling gekozen, en wel
die der westpartij in eene zeer gun
stige positie. Verder trachtte hier de
oostpartij met een bataljon een om
trekkende beweging te maken, tus
schen de vurende batterijen door mar-
cheerende.
Daar bij de oefening geene scheids
rechters waren ingedeeld, gelukte deze
beweging volkomen, daar het batal
jon te goeder trouw meende ongezien
maal kunnen verschaffen."
En des Zaterdags wanneer het kantoor vroegtijdig werd
gesloten, reden zij in een omnibus naar het West End of
het noordwesten, en doolden rond in Hyde Park, langs de
Serpentine of in Regent's Park, en in den overmaat van hun
jeugdig geluk was het voor hen even goed als behoorden
ie prachtige gronden hun toe.
De contessa was de minst gelukkige van de drie. De jon-
eling en het meisje leefden, zooals de jeugd algemeen doet,
in het heden. De bekommerde moeder dacht aan de toe
komst. Natalie en Rupert hielden zeer veel van elkaar, en
de contessa wist, dat eene vraag om toestemming tot hun
huwelijk te verwachten was.
En waarom niet De] contessa zeide bij zichzelve, dat als zij
stierf hare schoone dochter alleen en onbeschermd zou acht
erblijven in Londen, dien maalstroom des levens. Zij moest
dus verheugd zijn, dat zich hier een beschermer voor haar
aanbood, maar de contessa was ook trotsch en de andere
zijde van deze quaestie hield haar gedachte zeer levendig
bezig.
Rupert was een vondeling. Zijn naam en geboorte waren
onbekend, en Natalie was de laatste afstammelinge der oude
fiere familie Idria.
En Rupert waB arm. Al de talrijke en groote uitgaven, die
het huwelijksleven na zich sleepen, moest hij met zijn trak
tement van kantoorbediende bestrijden, en hij was blootge
steld aan al de wisselvalligheden en onzekerheden van het
handelsbedrijf!
Dit was inderdaad eene geheel andere party voor hare
dochter dan de contessa zich had voorgesteld gedurende
miss Idria's eerste levensjaren.
De tijden waren veranderd, en de arme contessa was ge
noodzaakt ook te veranderen. Ruperts aanzoek afslaan wan
neer hij om de hand van Natalie kwam vragen, zou veel
erger zijn dan het in te willigen. De contessa had hem lief
en hoogachtte hem; zij wenschte alleen, dat hij wat for
tuin had.
En Rupert legde eene eerlijke verklaring voor haar af.
Hij deelde haar mee dat hij niet wist wie zijne ouders wa
ren en hem zelfs was medegedeeld, dat hij van geringe af
komst was. Wat zijne financiën betreft hij had twee hon
derd pond opgespaard. Hij kon een huisje in Hackney huren
en het ivoor hun drieën laten inrichten, en daarna zou hij
twee honderd zestig pond jaarlijks verdienen. Dat was genoeg,
zeide Rupert, voor hem zelf, Natalie en de contessa, en dan
behoefden de twee vrouwen niet meer voor haar dagelij ksch
brood te zwoegen.
De contessa vergoot eenige tranen en zeide „Ja I" En
hare dochter zou in Mei, de maand voor het huwelijk in
Italië, trouwen.
Het zou een zeer eenvoudig huwelijk worden. Geen hu-
welijksmaal, geen kaarten, geen bruidstaart, geen koetsen,
geen financieele regelingen, geen stoet bruidsmeisjes, geen
geschenken, alleen„Rupert, wilt gij nemen", enz. „Ja, ik
wil (uit den grond van zijn hart). „Natalie, wilt gij nemen
En een „ja" van Natalie, niet zoo luid uitgesproken, maar
even goed gemeend.
Over zulk eene eenvoudige plechtigheid kon toch maar
weinig verschil van gevoelen bestaan. En toch bestond het
volgende verschil.
Natalie wilde onder license trouwen in de kleine fransche
kerk te Bloomsbury. De contessa was daarmee niet zeer in
genomen, en gaf de voorkeur aan de deftigemeer oude ge
woonte van de afkondigingen in de kerk.
Rupert verlangde sterk de plechtigheid in de kerk van St.
Cleopas te doen plaats hebben. Dit zou hem, begreep hij,
nader bij zijne geliefde, aangenomen moeder brengen.
Hij geloofde bijna, dat haar stoffelijk overschot, dat daar
rustte, in zijne vreugde en geluk zou deelnemen.
Zij had Natalie liefgehad, zij had geweten, hoe hij dit
meisje beminde, en met haar wenschte te trouwen.
Het is niet waar, dat bij huwelijken alle beschikkingen
worden gemaakt om de bruid te behagen, en dus geheel
naar haar goedvinden.
De ongelukkige Natalie gat aan de wenschen zoowel van
hare moeder als van haar verloofde gehoor zij stemde
toe om zich met de afkondigingen in St. Cleopas te laten
trouwen. Deze afkondigingen zouden op drie achtereenvol
gende Zondagen plaats hebben, en de dag na de laatste af
kondiging zouden zij met de contessa naar St. Cleopas gaan,
en zou de plechtigheid plaats vinden.
Wordt vervolgd