INGEZONDEN.
Afloop dor veiling
dooden en had daarvoor geboet met
dertig jaar hechtenis. Uit de gevan
genis ontslagen, ging hij zijne bruid
weer opzoeken, die hem trouw was
gebleven.
Moorden.
In de omgeving van Insbrück
heerscht groote onrust wegens een
paar afschuwelijke moorden, welke
daar gepleegd zijn. Zaterdag, vroeg,
vond men op straat van Ambras
naar Aldraus het lijk van-een meisje,
dat spoedig herkend werd te zijn de
22-jarige Philomena Würtenberger
uit Ambras, die in het plaatsje Lans
diende als kellnerin. Zij was Vrij dag
avond tegen 7 uur van Ambras naar
Lans teruggekeerd en is onderweg
den tot nog toe onbekenden moor
denaar in handen gevallen. Er moet
tusschen beiden een woedend gevecht
zijn gevoerd, want het slachtoffer had
vier messteken in den halseen
mandje en een spaarbankboekje (zij
had Vrijdagmiddag te Insbrück nog
geld in de spaarbank gebracht) zijn
verdwenen.
Zondag deed men in de buurt van
Ambras een nog vreeselijker ontdek-
i king. In een sloot lag het afschuwe
lijk verminkte lijk eener ongeveer
dertigjarige vrouwde kleederen wa
ren haar van het lichaam gerukt
het onderlijf was opengesneden, de
ingewanden lagen naast het lijk. Wie
deze vrouw is, is nog onbekend. Ook
den dader is men nog niet op
het spoor. Maandag hebben twee
bataillons der keizerlijke jagers, de
gendarmes en een aantal boeren de
omgeving doorzocht, doch vruchteloos.
De moordenaar moet zich Maandag
nacht nog in de nabijheid hebben
opgehouden, want den volgenden dag
verlangde hij van een vrouw, die toe
vallig langs dezen weg ging, dat zij
de met bloed bedekte kleeren voor
hem zou wasschen, waarin deze toe
stemde met de opmerking, dat zij den
eerst zeep uit Ambras zou gaan ha
len. Toen de vrouw met gendarmes
terugkwam was de kerel verdwenen.
Ongeveer vier uur van Ambras
heeft men nu weer het lijk eener
vrouw gevonden.
De Czaar.
Prol vonLeijden uit Berlijn, die naar
Warschau geroepen werd om generaal
Gnrko te behandelen, is door den
czaar uitgenoodigd naar Spala te ko
men om hem te onderzoeken. Von Leij-
denacht den toestand des keizers niet
zorgwekkend.
De Staatscourant meldt: De gezond
heid des Keizers is sinds hij in Ja
nuari een zwaren aanval van influen
za moest doormaken, niet geheel
verbeterd. In den zomer vertoonde
zich eene nierziekte, nephitiswelke
om goed te genezen, noodzakelijk
maakt, dat de keizer zich gedurende
het koude jaargetijde in eene warmere
streek ophoudt. Op raad van de hoog
leeraars Sacharjin en von Leyden be
geeft de keizer zich voor eenigentijd
naar Livadië.
De particuliere berichten over den
toestand van den Tsaar luiden heel
weinig opbeurend. In het gunstigste
geval, heet het, k.;n de kwaal maan
den lang slepend blijven maar het
gebeurt zeer zelden dat ze geheel ge
neest. Lichte aanvallen van beroerte
moeten zich opnieuw hebben voor
gedaan. Hoewel de professoren von
Leyden en Zacharjin de verplaatsing
van den ziekte naar de Krim voor
strikt noodzakelijk houden, daar hij
in een gunstiger klimaat moet ko
men, zien ze toch de reis en de naaste
toekomst met bezorgheid tegemoet.
Professor von Leyden was zelfs alleen
ontboden om te helpen beoordeelen
of de patiënt het vervoer nog wel
zou kunnen verdragen. De zieke lijdt
veel, ook aan benauwdheden. Zijn
krachten nemen blijkbaar sterk af.
De Tsaritsa verdraagt haar hard lot
met mannenmoed en verpleegt haar
man voortreffelijk. De Tsaar is zeer
neerslachtig en heeft slechts weinig
hoop op herstel.
Een reuzenspin.
Op Madagascar is door een Fransch
zendeling een buitengewoon groote
zijdespin ontdekt, die goudgele glan
zende draden spint, zoo sterk dat
een kurken fhelm, zooals die door
reizigers gedragen wordt, daaraan
hangen kan. Het wijfje wordt dikwijls
tot 15 cM. lang, het heeft een zilver-
kleur g behaarde borst met goudgele
strepen en vuurroode pooten met
zwarte uiteinden. Het dier leverdein
den tijd van 27 dagen 3000 M. van
een zeer fijnen draad.
Een spionnenprooes.
Volgens een bericht in Poolsche
bladen is te Kief een omvangrijk
epionnenproces voorgekomen. Niet
minder dan 37 personen stonden te
recht wegens hoogverraad. Allen wa
ren aangeklaagd, in het jaar 1892
plannen door den staf te Kief ge
maakt betreffende de dislocatie van
Russische troepen, alsmede plannen
voor de verdediging van Moskou aan
Oostenrijk verraden te hebben. Na
twee jaren in preventieve hechtenis
te hebben doorgebracht, Izijn zij thans
veroordeeld, de voornaamste beschul
digde een officier Kwiatkofski, tot
levenslangen dwangarbeid in Siberië
acht anderen eveneens tot verban
ning maar voor korteren duur en de
overigen tot dwangarbeid van twee tot
twintig jaar.
Bijgeloof.
In het Russische goevernement
Witebsk heerscht onder de boeren
groote ontsteltenis ten gevolge van
het verschijnen van den „Antichrist",
die de wereld zal verdelgen en alle
zielen vernietigen. De bijgeloovige
Russen wijten deze verschijning in
de eerste plaats aan de Israëlieten,
die in dit gedeelte van Rusland zeer
talrijk zijn, en meenen, dat de Mes
sias, die dezen, zooals bekend is, ver
wachten, dezelfde is als de „Anti
christ" en thans is gekomen om al
len tot het jodendom te bekeeren.
Professsor Wiskowatow, die in bet
district Witebsk was aangekomen om
schedelopnemingen te doen, is de le
vende figuur van den gevreesden
geest en de bevolking verbeeldt zich
dat de hoogleeraar zijn stempel drukt
op de schedels van zijn slachtoffers.
Natuurlijk hebben zij geen begrip van
het wetenschappelijk doel der sche-
delopmetingen. Dat ook priesters ge
heel gewillig het slachtoffer worden
van des professors booze plannen,
vervult de boeren met ontzetting.
Toen de hoogleeraar de stad Witebsk
naderde, verzamelden zich de boeren
en besloten den „Antichrist" te doo
den of zich de martelaarskroon te
verwerven. Vrouwen en kinderen za
ten overal te weenen en alle bezit
tingen werden zoo veilig mogelijk
verborgen. Wanneer de booze niet ge
dood werd, zou de wereld vergaan.
Gelukkig merkte de overheid in
tijds de beweging op en wist zij prof.
Wiskowatow te bewegen, terug te
keeren, waardoor den boeren, en wel
licht ook den professor, de marte
laarskroon ontging. Niettemin bleef
het spook in de verbeelding van de
landlieden voortleven. Zoo vertelde
men, dat een flinke boerenjongen den
Antichrist met een geweer had ver
wond en dat deze met den vinger
gedreigd had, zich over drie jaar te
zullen komen wreken. Hierna was
het spook in het water gevlucht.
Een ander verhaal luidt dat de po
litie den booze had gevangen geno
men en achter slot en grendel gezet.
Hier is iets van aan, want een han
dig bedrieger had als „Antichrist"
vermomd den bijgeloovigen boeren
geld afgezet.
Men begrijpt, dat de politie van
oordeel was, dat een dergelijke rol
op het wereldtooneel niet bijdroeg
tot een harmonie van het geheel.
De oorlog tugeohen China
en Japan.
Het japansche volk is gunstig ge
zind voor het voortzetten van den
oorlog, ondanks alle belemmeringen,
en een beslisten aanval op Peking te
wagen. De betaling der oorlogskosten
zal zonder bezwaar door het departe
ment worden goedgekeurd. Verster
kingen worden voortdurend gezonden,
maar de bestemming is onbekend.
De „Times" verneemt uit Yoko
hama, dat het Japansche leger in
Korea {snel noordwaarts trekt. Men
verwacht geen verzet ten zuiden van
de grens.
De dagbladen bevatten een tele
gram! uit Shanghai, volgens hetwelk
de keizer voornemens is alle manda
rijnen Jen anderen, die den oorlog
hebben voorgestaan, te ontslaan, Li
Hung Chang inbegrepen.
Het gerucht loopt, dat Li Hung
Chang verl of heeft gekregen, aan den
actie ven krijgsdienst deel te nemen
en een kwartier te Lutai zal vestigen.
De Chineezen zouden Korea ontruimd
hebben en 30 mijlen ten westen van
de Yclu-rivier zijn verzameld. Een
menigte Chineesche soldaten is ge
deserteerd toen hun wapenen en schiet
voorraad onvoldoende bleken.
Volgens telegram aan de avond
bladen bevat de „New-York Herald"
eene dépêche uit Shanghai, meldende
dat het Chineesche leo:er dat bij de
Yalu-rivier is samengetrokken om de
Japanners den doortocht te beletten,
aan het muiten is geslagen. De sol
daten hebben hunne wapenen ver
nield.
Te Peking is een paniek uitgebro
ken door dit bericht. De Chineezen
zijn radeloos.
Een vaag gerucht loopt te Shang
hai, dat de Japanners eene groote
macht ontscheept hebben en nog altijd
voortgaan te ontschepen ten noorden
van Chefoo (aan den ingang der straat
van Petsjilf). Groote ongerustheid
heerscht onaer de vreemdelingen te
Peking en Tientsin. In laatstgenoemde
plaats worden verdedigingsmaatrege
len genomen.
De reserve der keizerlijke Japansche
garde is onder de wapenen geroepen.
De Russische „Nowosti" bevat een
lang en opzienbarend artikel, waarin
krachtig op Europeesche tusschen-
komst wordt aangedrongen. Niet ech
ter tot handhaving van den status quo;
Rusland, Engeland en Frankrijk zou
den China bezetten,en in drieën verdee-
len. Zulk eene onderneming zou zoo
veel stouter niet zijn dan de verdee
ling van Afrika is en zou aan de be
schaving, ter welker behoeve China
nooit iets verricht heeft, belangrijke
diensten bewijzen. Ook voor de Chi
neezen zou het verdwijnen van China
van onberekenbaar nut zijn. Enorme
oeconomische voordeelen zouden
Europa te wachten staaneen uit
stekende markt voor zijne overtollige
waren en fabrikaten zou ons wereld
deel in China vinden. „En het is on
waardig", zoo voegt het blad er bij,
„nog langer de plundering der hui
zen van Europeanen te dulden, het
vermoorden der zendelingen en het
schenden van handelsbelangen. Indien
China algemakkelijk door Japan over
wonnen wordt, kan het aan Rusland,
Engeland en Frankrijk vereenigd geen
moeite kosten het ten onder te brengen
en zal het minder bezwaarlijk te re-
geeren zijn danlndië, omdat de meer
derheid der bewoners eer van vrede-
lievenden dan van oorlogszuchtingen
aard is."
Het denkbeeld eener verdeeling van
China is verre van nieuw. In 1862
reeds is het ernstig overwogen, toen
de dynastie schijnbaar op het uiterste
liep en de Taipings, die haar omver
wilden werpen, blijken gegeven had
den tot regeeren ongeschikt te zijn.
Rusland zou toen Noordelijk China
nemen, Engeland de midden-provin
ciën en Formosa, en Frankrijk het
Zuiden. China kwam deze crisis te
boven; het bezit groote cohaesieve
kracht. Maar wat kan men niet ver
wachten, indien Japan zijne zegepra
len voortzet, indien de geheime poli
tieke genootschappen, de oude onver
zoenlijke Taipings tot actief optreden
overgaan en de wilde legerbenden
aan het muiten slaan?
Een ander gevaar ware misschien
door zulk eene verdeeling af te wen
den of althans te verschuivende inval
van het gele ras in Europa. „Zij zijn
nog verre van ons" zoo schrijft
Fran§ois Coppée in „Le Journal". Maar
ziet, zij schudden hunne oude onver
schilligheid af, zij vatten de wapenen
de wapenen, die wij hun verschaft
hebben. Zij zijn nog zeer verremaar
gepantserde treinen én stoomsche
pen met dubbele kracht kunnen snel
naderen. En terwijl wij, overgevoelige
zonen van Japhet, in ons kleine
Europa, op ontwapening aandringen
en de Aprilmaand wachten van eene
onmogelijke gouden eeuw, leert het
gele ras daarginds, het ontelbare gele
ras, oorlog voeren en veroveren."
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
redactie zich niet aansprakelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of
niet geplaatst, wordt de kopij niet
aan den inzender teruggegeven.
Mijnheer de Redacteur!
Yoor het laatst zij het mij vergund
over eenige plaatsruimte in uw blad
te mogen beschikken.
De heer S. schrijft in zijn ingezon
den stuk van 30 Sept. Ik wü ech
ter gaarne gelooven dat de heer Hof
land volkomen correct gehandeld
heeft, maar wanneer dat zoo is, dan
zal iedereen tevens begrijpen wat de
sociaal democraten onder consequen
tie verstaan, en aan het slot van 28
Sept.Gij zijt misschien een goed so
cialist en als dat werkelijk het geval
is dan zal iederen weten wat men
onder „socialisten" heeft te verstaan.
Dat is logisch, een liberaal notaris
gaat er van door na eenige honderde
menschen te hebben opgelicht; nu
zal iedereen weten wat men onder
liberalisme heeft te verstaan.
Een dominé wordt gestraft omdat
hij onzedelijke handelingen heeft ge
pleegd, nu zal ieder een weten wat
men onder protestantisme|heeft te ver
staan, niet waar mijnheer S.
Tegenover de socialisten gold s teeds
de leuzehet doel heiligt de midde
len; daarom en daarom ook alleen
gevoelde ik ditmaal lust, den onhan
dige, die door de volgende onzin-
kramerij het socialisme bespottelijk
trachtte te maken eens een stortbad
toe te dienen.
Als soc. dem. is Hofland de leer
toegedaan, dat je wat je niet hebt
maar nemen moet van hem die het
wel heeft; en verder
als Hofland getrouw was gebleven
aan zijne beginselen dan had hij moe
ten zeggenjongens met je drieën heb
je niet veel aan een kistje sigaren
hier heb ge er nog twee present.
Bestrijdt ons M. „de bourgeois" en
ook gij mijnheer S., dat is uw recht,
en zal ons aangenaam zijn, maar doet
het flink, tast de stellingen aan
wees niet Jan Kalebasachtig en stel met
eene partij verantwoordelijk voor de
handelingen van enkelen, want of nu
Hofland of ook wel andere socialis
ten inconsequenties begaan, doet vol
strekt aan het socialisme niets af of
toe, daarmede krijgt men het vraag
stuk niet van de baan.
Ernstige zaken behandelt men ern
stig, niet door spotterij of verdacht
makingen zal men er op den duur in
slagen de arbeiders van ons afkee-
rig te maken.
Of Hofland corret handelde, of hij
goed deed met direct naar de door
ons zoo gehate politie te loopen, liet
ik buiten bespreking en ik doe dat
nu nog, ik stelde mij alleen tot taak
den spot en de verdachtmakingen die
men onze partij in den persoon van
Hofland meende aan te wrijven af
te weren.
En hiermede M. de R. stap ik van
het onderwerp af, onder dankzegging
voor de verleende plaatsruimte.
S. J. H. TERSTRAATEN.
Aan den WelEd. Heer Redac
teur van het Haarlem's Dagblad.
Met opname van onderstaande re
gels in uw geacht blad zal UEd. mij
ten zeerste verplichten, ik zeg UEd.
bij voorbaat mijn dank.
W.
Algemeene klacht over den te zwaren
drukvan den kleinhandel.
Wie? en wat? drukt den kleinhan
del formeel den kop in.
Naar mijn bescheiden meening, zijn
de hoofdfactoren deze drie:
„te zware belastingdruk, de fles-
schentrekkers, en de Coöperatieve
zaken."
Dus deze drie vijanden te bestrij
den, moet het werk zijn van, elk een,
die het goed met den burgerstand
meent.
En om dit met succes te volbren
gen vermeen ik een goeden weg te
kunnen aanwijzen n.l.
„Om den zwaren belastingdruk te be
strijden trede men toe als lid der
Neutrale kiesvereeniging Burgerplicht
(kon. goedgek. en c. a. 200 léden
sterk.)
Het doei dezer vereeniging is, be
lasting te verkrijgen naar draagkracht.
Om de flesschentrekkerij te bestrijden
trede men toe als lid van; de, Haar-
lemsche Handelsvereeniging.
Het doel dezer vereeniging is:
Door onderlinge samenwerking, de
gemeenschappelijke belangen der le
den te bevorderen en hen door alle
mogelijke inlichtingen voor schade te
vrijwaren,
en ten derde de coöperatieve zaken.
Wanneer beide hier bovengenoemde
vereenigingen genoegzaam zijn ver
sterkt, kan men door krachtig samen
te werken de coöperatieve zaken, zoo
niet geheel en al, dan toch voor het
grootste deel boycotten. Maar, ik her
haal dit, men moet zich (ik bedoel
hier in hoofdzaak de kleinhandelaren)
eerst krachtig vereenigen en wanneer
düt is geschied, slaat men al zijne
goederen in van de engroshandelaars
met overeenkomst, dat de engros-
handelaar zich verbindt niet aan
coöperatieve lichamen te zullen leve
ren.
Ziehier in het kort mijn'recept om
den middenstand van zijn epidemische
ziekte te genezen. Zeker zullen er
enkelen zijn die mijn recept zullen
afkeuren, doch daar kunt ge ge
rust op verlaten dat zij niet ziek zijn
m. a. w. dat zullen de voorstanders
zijn van Coöperatie, maar ik blijf
volhouden dat de te zware belasting
druk, flesschentrekkerij en Coöpera
tie, de grootste kanker zijn voor den
middenstand.
Misschien is het niet kwaad hier
tevens te vermelden dat men zich
voor het lidmaatschap der hierboven
genoemde vereenigingen kan aan
melden
voor de Neutrale Kiesvereeniging
„Burgerplicht" bij den heer J. W.
Boeree, Riviervischmarkt 7,
en voor de Haarlemsche Handels
vereeniging bij den heer F. C. Kees er
Sophiastraat 2 rood.
Nogmaals dankend voor de ver
leende plaatsruimte teeken ik hoog
achtend
Uw dienaar
W.
Mijnheer de Redacteur.
Mijn stukje over den sigarendiefstal
bij den winkelier Hofland heeft een
geduchten inktstroom aan het vloeien
gebracht, die mijn bescheiden persoon
totaal uit het debat heeft weggespoeld.
Met belangstelling heb ik de wisse
ling van gedachten tusschen de hee-
ren Hofland, Terstraaten en S. ge
volgd.
Het zal natuurlijk wel aan mij lig
gen, dat ik Hofland niet héb kunnen
begrijpen, alsmede dat Terstraaten
mij van de toekomstige zegeningen
der sociaal-democratie niet heeft over
tuigd. 't Eenige wat ik dan ook con
stateer, ik moet erkennen met eenige
zelfvoldoening, is dat beiden van oor
deel zijn dat Hofland in 't gegeven
geval in de^e maat&cua,. pl, iet - ri
ders had kunnen handelen, dan nli
gedaan heeft.
Ik herhaal dat ik Hoflands aangifte
bij de politie verstandig vind, maar
wijs er op, dat zoogenaamde „bour
geois" en „kapitalisten" wanneer zij
evenzoo te werk gaan, deor Hoflands
partijgenooten worden uitgescholden
voor al wat leelijk is. Hofland en
Terstraaten doenjdaaraan dus, tot mijn
genoegen, niet mee.
EEN BOURGEOIS.
Hiermede sluiten wij het debat.
(Red.)
liOHBOk.
Maandag 1 October, 12 uur.
Aan het N. v. d. Dis het volgen
de telegram uit Batavia ontvangen
Door een valsch spionnenbericht,
als zou er een verborgen kruitmaga
zijn zijn gevonden, is (een detache
ment) in hinderlaag gevallen.
Gesneuveldkapt. K. Van Erpe-
cum en luit. Van Oppen.
Gewondkapitein C. J. van Griet-
huysen en 9 soldaten.
gehouden in de Gouden Leeuwop Za
terdag 29 Sept. 1894.
No. 1. Een dubbel Heerenhuis en
Erve met Tuin en Poort, Gedempte
Oude Gracht 60. f19400. D. J. W.
Bouwmeesteer.
No. 2. Huis en Erve met boven
woning, Molensteeg 37 zw. en rd. f 2520
J. A. Remmé.
No. 3. Huis en Erve met boven
woning Lange Boogaardstraat 17 en
19 f2975 S. J. W. Mons.
No. 4. Een perceel Bouwterrein,
aan den Jansweg hoek Parklaan.
No. 5. Een perceel Bouwterrein,
aan den Jansweg ten noorden van
het voorg.|
De perceelen No. 4—5 gecombineerd
f7700 J. v. Servellen.
No. 6. Een perceel Bouwterrein,
noordzijde parklaan als voorg. f3900
A. v. d. Laan.
Vijf perceelen Bouwterrein aan de
Parklaan
No. 7. Bouwterrein, f3050, F. C.
Piet qq.
No. 8. Idem. f3050, P. G. Otter.
No. 9. Idem. f 3200. J. Klimbie.
No. 10. Idem i 3250 F. C. Piëtqq.
No. 11. Idem. f3125 E. J. Jonck-
bloedt.
De perceelen No. 711 gecomb.
No. 12. Bouwterrein als voren.
No. 13. Idem.
No. 14. Tot amotie de Heerenhui
zing en getimmerten staande op No.
12 en 13.
De perceelen 1214 gecombineerd
f14622. P. Hoogeveen.
No. 15. Eeu pakhuis en Erve,
Frankestra.t 21. f4900. opgeh.
No. 16. Een Huis en Erve met
Tuin, Hondensteeg 14. f925. C. Se-
gaert.
No. 17. Bouwterrein, Zijlweg.
No. 18. Idem'
De perceelen No. 1718 gecomb.
f 5290 P. Hoogeveen.
No. 19. Huis met Koepel, Tuin en
Erve, als voren, f8250. A J. Gay-
kema.
No. 20. Huis en Erve, Franke-
straat 29. f2525 opgeh.
No. 21. Huis en Erve mot Tuin,
Bipperdastraat 1. f4050 M. J. Wa
ning qq.
Stocmvaartbarhhte-.
Het stoomschip Werkendam, van de
N. A. S. M., arriv. Donderdag 27 Sept.
van Rotterdam te Newyork.
Het stoomschip Prins Hendrik,
van Amst. naar Batavia, vertrok 26
Sept. van Southampton.
Het stoomschip Prinses Wilhelmina,
van Amst. naar Batavia vertrok 26
Sept. van Suez.
Het stoomschip Spaamdamvan de
N. A. S. M. van Newyork naar Rot
terdam, vertrok 27 Sept., desvoorm.
6 uur, van Boulogne.
Burgerh|Re Stand.
Getrouwd: 1 Oct. C. Schut en
A. v. Essen.
Bevallen: 28 Sept. E. dnCrocq
Hooreman d. - F. v. RijnChapuis
z. - 29 M. S. NoltheniusSchreuder
z. - M. v. Ontersterpv. Gog. 2 z. -
S. M. J. OttoliniBlauw z. - C. M.
VerdelBrinkman z. - H. Kruit
Wubbenhorst z. - W. Groenendaal
Hartgerink z. - 30 Sept. C. S. Bar-
mentlov. E verdingen d. - F. P.
SchornagelBerendrecht. 1 Oct. M.
MoonenOuwehand d. - G. A. Gus-
senhovenSchrö ien z.
Overleden: 29 Sept. J. P. Ver-
zeilberg 3 j. z. O. Raamstr. - 30 M.
ZalmLens 56 j. L. Raamstr.