BINNENLAND.
lier in schoenen en laarzen alhier,
met ingang van 2 October 1894 en
benoeming van den rechter jbr. mr.
A. G. van Lintelo de Geer tot rech-
ter-eommiBgaris en van den advocaat
procureur mr. Z. W. Straatman alhier
tot curator.
Bureau voor Vraag en Aanbod
voor den Arbeid.
Geopend: Zaterdagavond van 8ü tot
uur.
Lokaal „Doelen", ingang Luitensteeg.
is gelegenheid tot inschrijving van
werkloozen, die minstens 12 maan
den in Haarlem woonachtig zijn:
Na de vorige maand hebben zich
als zonder werk zijnde aangemeld
Pakhuisknecht, timmerlieden, schil
ders, opperlieden, touwslager, steen
houwerbakkerschippersknecht
aard werkers, losse werklieden, en een
voor kantoorwerk bekend met de
moderne talen.
Heeren Werkgevers, welke van deze
aanbieding wenschen gebruik te ma
ken, wordt beleefd verzocht hunne
aanvragen in te zenden bij de leden
der Commissie of op den zittings
avond.
Namens de Commissie
J. HUIZING, Secret.
Het baggerwerk op het Noordzee
kanaal, aangenomen door de heeren
Volker en Bos, is aigeloopen; de bag
germachines „IJmuiden" en „Nieuwe
Waterweg" die de vaargeul en een
gedeelte van het kanaal op eene diepte
van 10 Meter hebben gebracht zijn
vertrokken.
Te Lisse is van de Regeering het
voorstel ingekomen, om aldaar een
post- en telegraafkantoor te bouwen.
Zondag 7 October des voormiddags
ten 10 ure had te Zandvoort de be
vestiging plaats van den nieuwen
predikant De. G. Hulsman. Met eene
boeiende rede naar aanleiding van
Matth. 13, vers 18 werd Z. W. E. W.
door Dr. H. PierBon te Zetten be
vestigd.
Des namiddags ten 2l/s ure verbond
de nieuwe leeraar (zich aan de Ge
meente met eene rede naar aanlei
ding van Handelingen 17 vers 19.
De Gemeente zong haren nieuwen
leeraar de zegenbede uit Pb. 134 vers
3 toe.
De verbouwing van het HÖtel
„d'Orauge" te Zandvoort, die in de
vorige week is aanbesteed, isgeguud
aan de laagste inschrijvers H. van
Keeren eu J. de Jong.
De oude muntbiljetten van f 10
Ten einde de oude muntbiljetten
van f 10 aan den omloop te ont
trekken, is aan 's Rij ks kantoren van
ontvang een uitnoodiging gericht,
om deze na ontvangst niet meer uit
te geven, doóti ze te s orten bij de
betaalmeesters.
Orsnjobond van Orde.
Departement Amsterdam, Ivan den
Oranjebond van Orde heeft in zijne
laatste maandelijksche vergadering
besloten een arbeidsbeurs op te rich
ten. Binnen den kortst mogelijken
tijd zal deze volgens besluit der ver
gadering tot stand komen.
Wereldtentoonstelling te Am
sterdam.
De bureaux van het uitvoerend
comité der in 1895 te houden Wereld
tentoonstelling voor Hötel-en Reis-
wezenzijn gevestigd Singel 451 te Am
sterdam.
Lombok.
Uit de mailberichten.
Volgens van Lombok ontvangen
berichten is, aldus lezen we o.a. in
de Java-Bode, de positie van gene
raal Vetter onhoudbaar, daar de
troep zoodanig het ontzag voor hem
heeft verloren, dat hem in het bivak
o.a. den raad wordt nageschreeuwd
om maar naar zijn vriend Djilantik
te gaan. Het zal in de tegenwoordige
omstandigheden moeilijk zijn zulke
oneerbiedige soldaten voor een krijgs
raad te brengen, gelijk, naar men
ons bericht, met kapitein Christanis
gebeurd omdat deze de vraag hem
bij zijne komst te Ampenan door
den generad met diens gewone
barsckheid gedaan„Zoo, ben jij daar?*'
zou beantwoord hebben met„Ja,
ik ben er, maar het is uw schuld
dat ik zoo weinig van mijn mannen
heb kunnen terugbrengen".
Behalve het trein- is ook het ge-
heele ambulance-materieel, d.w.z. de
draagbaren, 'de medicijn- en verband-
kisten in de overrompelde bivakken
verloren gegaan, zoodat de voorloo
pige verpleging der gekwetsten treu
rig moet geweest zijn. Alle kleeding
ging verloren, zoodat de centrale
magazijnen ten behoeve van Lombok
geheel geplunderd zijn; o.a. werden
1700 veldranBels aangevraagd.
Al de geweren der gesneuvelden
en gewonden en een groot aantal
kisten patronen vielen in handen
der Baliërs die getoond hebben er
mede te kunnen omgaan. Behalve
het archief van het civiel bestuur
en van den generalen staf, vielen aL
de instrumenten en al het door de
opname verrichte werk in handen van
den vijand.
Het Soer. Hbld. meldt nog, dat,
toen het vuur te Tjakra Negara be
gon, de 3e compagnie van het 7de
bataljon onder kapitein Fuhrhop uit
Mataram ter adsistentie werd gezon
den, dat in den nacht, nadat de
troepen te Ampenan terug waren,
het bivak aldaar tweemalen door
den vijand is aangevallen; eu dat
toen de overste Van Lawick van
Pabst den schriftelijken last ontving
om op Tjakra Negara terug te trek
ken, verzuimd werd daarbij te voe
gen, dat Tjakra Negara door de onzen
was ontruimd, welk verzuim voor dien
overste en zijne colonne zulke noodlot
tige gevolgen had.
Een lange reeks van rijtuigen met
officieren van het leger en de schut
terij en tal van particulieren de
marine schiiterde opmerkelijk genoeg
door hare afwezigheid volgde Za
terdagavond te Soerabaja om 5 uur
den militairen lijkstoet van luitenant
Dooremans, een der slachtoffers van
het Lombok verraad wiens stoffelijk
overschot op het stille Peneleh aan de
a.rde werd toevertrouwd.
Ook voor en op den doodenakker
was het vol van belangstellenden.
Aan de groeve sprak overste
Lutje het eerst. Kort en sober met
bewogen stera, wijdde hij eenige
woorden, die een diepen indruk maak
ten omdat zij uit het hart kwamen,
aan de krijgsmansdeugden van den
veelbelovenden kameraad, wiens le
vensdraad zoo ontijdig was afgesne
den door de hand eens verraders. Hij
vertrouwde, dat zijne] strijdmakkers
ook hem zouden wreken iu de ure
der vergelding, die weldra zal slaan.
Van Ampenan naar Mataram en
Tjakra Negara werden onder geleide
van een officier dagelijks sappie3 ver
strekt door Djilantik. Op den dag
van het onheil wachtte de daarmede
belaste luitenant tevergeefs op die
levende vervoermiddelenwaaraan
hij het geluk te danken heelt gehad
bij den overval niet tegenwoordig te
zijn geweest.
Djilantik voor den opperbevelheb
ber geroepen en natuurlijk onraad
vermoedende, wendde ongesteldheid
voor, waarop de domheid gevolgdis,
hem te gaan vragen of hij ook iets
kwaads in den zin had en weder aan
zijne onder eede gedane verzekeringen
te gelooven,
Nog verzekert een ïeiziger vaneen
Singapoorsche firma, dat gedurende
onze occupatie van het eiland 15000
repeteergeweren op de oostkust ziju
binnengesmokkeld en het wachten om
ons aan te vallen alleen op deze gewe
ren was geweest.
Vandaar dan ook de schijnbare
onderwerping in den aanvang.
{Soer. Hbld.)
De 2de luitenant-kwartiermeester
Van BallusecK, die met de colonne
Van Lawick van Pabst zou zijn mee
gegaan, viel bij het uitrukken van
zijn paard en kwam met het hoofd
op een steen terecht, tengevolge
waarvan hij zwaar ziek is; ook hij
werd naar Soerabaja geëvacueerd.
De trein van de expeditie is geheel
weg, dus ook alle pikolpaarden. Er
zullen nog 1000 dwangarbeiders wor
den gezonden, die van Padang moeten
komen.
De regeering heelt den heer Kleian
bedankt voor diens aanbod om 2000
man Timoreesche hulptroepen te
gaan werven. De heer Kleian zal nu
aa bieden zich aan het hoofd der
Sasaksche hulptroepen to stellen.
Wij heb beu, schrijft de Java-Bode,
eene verzameling goedgeslaagde foto-
graphieën van Lombok gezien, ver-
vervaardigd door den officier van
gezondheid Neeb waarop o.a. een paar
poorten van Mataram zijn afgebeeld;
de muren zijn zeer dik en de ope
ningen zeer smal. Verder krijgt men
het strand te Ampenan te zien, de
rivier van dien naam, typen van
Sasaks, een Boeddhatempel te Tjakra
Negara, offerhuizen, een poort van
ons bivak te Mataram, het bivak te
Ampenan, den weg naar Mataram
en den grooten staf op dien weg.
Van ons bivak te Tjakra Negara is
er geene af beelding bij, doch dit was
volgens ons verstrekte inlichtingen
niet zoo gelegen als het onlangs in
het Bat. Nbld. werd geteekend, ge
heel ingesloten tusschen vier muren
van de poerihet lag in eene sawah
die aan één kant aan den uitersten
muur van de poeri grensde, doch
aan de drie andere zijden open was.
Den 3den Sept. is uit Soerabaja
aan de Loc. geseind, dat bij kapt.
Manders de amputatie der armen
vermoedelijk niet noodig zal zijn en
dat van Ampenan zijn aangebracht
de aldaar gevangen genomen Engelsch-
man Croplen en de Oostenrijker Iwa
ni8ch.
Volgens een telegram d.d. 3 Sept.
van Boeleleng in de Loc. is het vaan
del van het 7e bat iljon niet in handen
van den vijand geweest.
De Loc. zegt, dat van de ook door
ons gemelde mobielverkUring der
schutterij te Semarang aldaar niet» be
kend is, en dat er ook geene aanleiding
toe bestaat.
Aan vier dwangarbeiders is ge
heele kwijtschelding van straf ver
leend, omdat zij met levensgevaar
op Lombok berichten hebben over
gebracht.
Kort voor de Lombokramp was
het grootste deel der ammunitie die
met de expeditie was meegegeven,
weer naar Soerabaja teruggezonden.
Het volgende is ontleend aan een
particulier schrijven uit Soerabaja,
aan het Hbld. ter beschikking ge
steld.
Zooals u door telegrammen reeds
bekend is, is hier sinds mijn laatste
schrijven iets voorgevallen, dat voor
altijd een der donkerste, zoo niet de
donkerste passage uit de Neder-
lanasch-Indische geschiedenis vormen
zal. Als een wapenfeit van den vijand
kan men het niet beschouwenhet
is een moord geweest op reusachtige
schaal en slechts mogelijk gemaakt
door de verregaande achteloosheid
van een man, die als opperbevelheb
ber de meest minutieuse zorgvuldig
heid in acht had moeten nemen.
Om u een klein voorbeeld te geven,
wil ik u slechts meêdeelen, dat een
sergeant aan generaal Vetter 's mid
dags kwam melden, dat de Baliërs
zich in de huizen verzamelden en
men hen met geweren had gezien,
waarop geantwoord werd: „kom mij
nu niet meer met dien nonsens aan"
's avonds kwamen twee Sassaksche
mannen en vrouwen hem waarschu
wen, dat er onraad broeide, maar ook
hier werd geen acht op gesl
niettegenstaande er om 7 uur een
paar schoten gevallen waren. Niet
eens verliet hij Mataram om in het
open veld zijn bivak op te slaan,
maar bleef in de stad, die een waar
doolhof ie van smalle straten tus
schen hooge muren, waarin de Ba
liërs gaten gemaakt hadden en daar
door schoten doch zelf onbeschiet-
baar bleven. Naar men zegt, waren
deze gaten al lang geleden gemaakt,
doch weer met klei en kalk dicht
gestopt.
Ook de groote verliezen, die de
colonne-La wiek geleden heeft, zijn
gevolg van te weinig zorg. Overste
Lawick kreeg namelijk een briefje
van generaal Vetter met order om
te retireeren zonder meer. Lawick.
van geen onraad wetende, marcheerde
da,r en nacht door zonder vivres en
drinkwater. Toen zij voor Tjakra Ne
gara kwamen, stonden buiten de mu
ren emmer» en bakken met water
waarop de soldaten zich als uitge
hongerde wolven wierpen. Nauwelijks
was dit echter gedaan of de schoten
knalden bij honderdtallen door de
gaten der muren, en werden onze
jongens al« honden bij maBsa'sneer-
geschoten.
Te hopen is het, dat men nu ein
delijk eens zal breken met dat el
lendige kassianstelsel waardoor wy
al zoo dikwijls bekocht geworden zijn
en wat alleen ten gevolge heeft, dat
in plaats van de zwartjes onze man
schappen gedood worden.
Heeft de Balische oorlog dan niets
geleerd? Men wist toch wat een ver
raderlijke en valsche aard in de Ba
liërs zit. Nog dagelijks hoor ik dat
nu van de Arabieren, die bij ons op
het kantoor komen en die veel op
Bali en Lombok reizen. Om maar
een voorbeeld te noemen, alle ge
wonden, die zij konden krijgen, licht
of zwaar, hakten zij handen en voe
ten af en lieten ze dan liggen.
Woensdagmiddag kwam de Maet-
suyker hier aan met 300 gewonden
en begon men dadelijk te ontschepen.
De ellende, die men dan aanschouwt,
laat zich beter voorstellen dan be
schrijven en roept bij menigeen een
machtelooze woede te voorschijn te
gen hen, die door zorgeloosheid daar
de oorzaak van zijn.
Zooals te begrijpen valt, was
veel te weinig hospitaalpersoneel en
werd dan ook door iedereen, rijk en
arm, jong en oud, geholpen om de
gewonden in den gereedstaanden
trein te brengen van uit de prau
wen. Luitenant Dooremans, die ver
scheidene kogels in borst en buik
had, stierf gedurende dit transport.
Een soldaat, die een kogel door den
pols had gehad en door bloedverlies
zeer verzwakt was, hielp ik uit de
prauw; ik vroeg hem hoe het ging
waarop hij antwoordde, „die pols
dat is niks, maar hier (op zijn helm
wijzende) heb ik er een gehad, was
die iets lager geweest, dan was ik er
geweest, maar die pols is niks, i
die weer beter is, zal ik weer vra-1
gen om terug te mogen komen."
Als men staaltjes van een derge- I
lijken geest onder de troepen bij-
woont, krijgt men eerbied voor den
soldaat en begint men toch wat be-
ter over ,.een koloniaal" te denken,
is 'tniet?
Ook onder de suppletietroepen, die
Vrijdagmorgen van hier vertrokken,
heerschte een opgewekte geestonder I
gezang en gejuich had het embarke-
ment plaats. Officier en soldaat, blank
en bruin, allen werd door den com
pagniescommandant bij het vaarwel,
misschien voor het laatst, de hand
gedrukt.
Door de dames met bloemen ge- I
tooid en door heeren rijkelijk van I
sigaren voorzien, ging men onder
zeil. Geve God, dat wij hen allen 1
houden en als overwinnaars zien we-1
derkeeren
Een vegetarischo restauratie.
Uit een Amsterdamache correspon
dentie in de „Leeuw. Ct". is het vol
gende geknipt
Nu we toch over restaurants aan I
het keuvelen zijn, kan ik u als pri- I
meur mededeelen, dat de heer Kras-
napolsky in zijne wereldberoemde in-1
richting vegetarisohe schotels en ve-
getarische diners verkrijgbaar stelt.
Men ziet, als ©en schaap maar over I
den dam is. Den 30en September kwam
de Nederlandsche Vegetariërs Bond
tot stand en den 5n October wordt I
de eerste Vegetarische restauratie te
Amsterdam geopend!
De werkstaking der typo
grafen.
Nadat op de Zuid-Hollandsche
boek- en handelsdrukkerij het werk I
reeds gedeeltelijk hervat was, daartoe
staat gesteld door van elders ge-
komen en reeds aangenomen perso
neel, hebben de werkstakers zich „en j
club" bereid verklaard den arbeid te I
hervatten, mits eene verhooging van
loon in uitzicht gesteld worde, terwijl I
de eisch van bepaling van het loon
naar leeftijd door hen is losgelaten.
De directeur wenacht echter in geen
onderhandelingen te treden en het I
personeel in zijn geheel, zooals het
vertrok, niet meer in dienst te nemen.
Zij die het initiatief tot de plotse- I
linge werkstaking en daarna de lei
ding ervan in handen namen, zoowel
als zij die kort vóór hun vertrek van
het portret van eene hooggeplaatste
persoonlijkheid een© spotprent maak
ten en dit in het drukkerijlokaal te- I
gen den wand plakten, worden door
hem geacht onherroepelijk te zijn ont-
Het is te Groningen Maandagmor
gen tot werkstaking gekomen. In de
eerste plaats bij den heer Haaewinkel,
uitgever vau het Nieuwsblad van het
Noordendie Zaterdag zijn gezellen
nog in gemoede geraden heeft zich
niet het hoofd op hol t© laten praten
en gewaarschuwd, dat, indien zij
staakten, zij niet meer op de druk
kerij zouden worden toegelaten. Hoe
wel het personeel wist, dat een lijstje
tot loonsverhooging, opgemaakt in
overleg met den meesterknecht vóór
er sprake was van werkstaking, ge
reed lag, heeft het Maandagmorgen
de drukkerij verlaten, toen de patroon
weigerde de eischen van het comité
in te laten.
De meesterknecht, en stereotypeur,
en een paar zetters zijn geblevende
courant kon des middags verschijnen,
's Avonds reeds werden zetters van
elders in dienst genomen.
Verder werkt niet h©t personeel van.
den heer Jacobs, die des morgens
eenigszins vermoeden waar hij kon zijn. Een van de klerken
zeide uit eigen beweging, dat hij er juist had uitgezien als
iemand, die op het punt stond van zelfmoord te begaan.
En hierna zeide miss Barth tot Mi dat zij op Mellodew
ihóesten wachten-
In dien tussohentijd had Mellodew, voorzien met tiendui
zend pond en de noodige volharding de instructies van miss
Barth opgevolgd. De britsche gezant te Konstantinopel nam
levendige belangstelling in deze zaak, de machtige Porie
zwoer, dat hare heftigste toorn zou nederdalen op het hoofd
van Ibrahaim Ben Edin wanneer deze op snoode wijze een en
gelsch onderdaan tot zijn slaaf had gemaakt. De consul te
Smyrna ontving Mellodew, en met den kleinen stoomer, door
Mellodew gehuurd, vergezelden de consul en een turksch
ambtenaar hem naar de Golf van Adalia.
De volgende stap was een aldaar woonachtig ambtenaar te
raadplegen, die wist waar Ibrahaims bezittingen lagen, waar
op Ibrahaim en Yusef, de granaatappelen, de olijven en
zijdewormen met een plotseling bezoek werden verrast.
Ibrahaim zat kalm de rookwolken uit zijn pijp te blazen
en verfrifchte zich aan zijn sorbet, toen de stem der wet hem
plotseling in de ooren donderde en Yusef werd gevraagd, of
zich hier een slaaf bevond, die tot de engelsche natie be
hoorde.
„Het is waar," zeide Yusef, „dat zich hier een Zoon des
Lichts bevindt, een Engelsohman, dien wij aanbidden en ge
liefkoosd hebben als onze broeder en ons rechter oog. Wij
konden zijne taal niet verstaan, en de man had zijn verstand
verloren, zoodat wij niet wisten waarheen wij hem zouden
zenden. Nu is echter het verstand weer bij hem teruggekeerd
en wij beramen plannen om hem beladen met rijke gaven
en onze zegeningen naar Konstantinopel te vervoeren."
Den gasten werd verzocht op zachte tapijten plaats te nemen
en pijpen, sorbet en vruchten werden hun aangeboden; in-
tusschen weidde Ibrahaim uit over zijne genegenheid voor
Engelschen en de bedroefdheid zijns harten toen de engelsche
Bey in zijn verstand was gekrenkt en zich verbeeldde, dat
hij tot slaaf was gemaakt. Yusef begaf zich intusschen haas
tig naar George en Saoa. Hij bracht hen naar de kamer van
zijn meester, verzocht hun zich aan een bad te verlustigen,
gaf hun de beste kleeren zijns meesters, wreef hunne hoof
den in met welriekende olie, en zetto hun fijne spijzen voor;
hij deelde hun mede, dat zijn meester een boodschap naar
Konstantinopel had gezonden om hen te laten halen en hen
nu met kostbare geschenken naar hun land wilde laten
terugkeeren. Daarom moesten zij in hunne edele zielen de
kleine onaangenaamheden van het verleden begraven, we
tende dat het de wil van Allah was. En met hun zegen voor
zien moesten zij gunstig gestemd ten opzichte van een zoon
van den Profeet hen verlaten.
Deze diplomatische onderhandelingen hadden twee uur ge
duurd, waarna de verbijsterde George en Sam met ooster-
schen praal de pronkkamer werden binnengeleid, waar Ibra
haim, bevende en terwijl het angstzweet bij hem uitbrak,
zijne ongenoode gasten onderhield.
Yusef boog bijna tot op den grond, terwijl hij de verbaasde
Engelschen voorging.
„O, Zoon des Lichts," riep Ibrahaim uit, „mijn ziel is
diepbedroefd, dat ik moet scheiden van de glans, die van
uwe verschijning uitgaat, terwijl het mij verheugt u aan uw
prachtig geboorteland te kunnen teruggeven."
„Dat wordt tijd, oude schavuit," bromde Sam Porter.
„Fitzroy? Is dat Fitzroy?" zeide Mellodew.
„Ja Fitzroy ofschoon ik nauwelyks mijzelf nog ken,"
antwoordde George, toen de rechtsgeleerde op hem toetrad.
„En ik ben Mellodew. Herinnert u zich mij nog? Ik heb
u nog al eens op Barth gezien, en miss Barth heeft mij hier
heen gezonden om u te zoeken. Wij hebben eindelijk uw
bericht ontvangen, op een bankbiljet geschreven...."
„Met bloed F zeide George en drukte Mellodew de hand»
„En heeft men u met geweld hier gehouden?"
„Met geweld! Wij hebben als slaven gewerkt, naakt en
half uitgehongerd! Zooeven beeft men ons juist zoo mooi
aangekleed om een goeden indruk bij ons vertrek mee te
nemen. Dit is mijn lotgenoot Sam Porter."
„Broeder van mijne Ziel, koester geen wrok jegens mij,''
sprak Ibrahaim naderbij tredende, en vroezende, dat dit irt
het engelsch gehouden gesprek niets goeds voorspelde.
{Wordt 9&r9olgd.\