kult kim
NIEUWS-
EN ADVERTENTIEBLAD.
No 3477
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVEKTENTIËN:
Donderdag 1 November 1894.
J. C. PEEREBOOM,
Wereldtentoonstelling in
1895.
STADSNIEUWS.
FEUILLETON
12 Jaargang:
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37J.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat 3L-S:, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONESSucc.Parijt 31 bis Faubourg Montmartre.
Nota's, Rekeningen, Wissels, Qui-
tantiën, Brieyenboofden, Memoranda
en alle overige Drukwerken, die op
kantoren voorkomenworden ter
Stoomdrukkerij van dit blad goed-
billijk en vlug gedrukt.
De Directeur-Uitgever
De berichten die in de laatste da
gen tot ons komen over de in bet
volgend jaar te houden Wereldten
toonstelling voor Hotel- en Reiswezen,
geven reden om te gelooven dat die
expositie goed 6lagen zal.
„Maar wat een vervelende tentoon
stelling zal dat wezen „riep iemand
toen bij van de tentoonstelling iets
las. „Krijgen we dan niets anders te
zien dan potjes en pannetjes, koffers
en reistasschen
Deze iemand staat niet alleen. Er
zijn er velen die meenen, dat bet bier
een klein vaktentoonstellinkje geldt,
interessant misschien voor hotelhou
ders en handelsreizigersmaar waar
bet groote publiek weinig aan heb
ben zal.
't Hangt er intusseben maar van
af, boe men de woorden hotel- en
reiswezen opvat en nu bezit bet ten
toon stellings-comité daarvan een op
vatting die zeer wijde grenzen beeft,
ja bet comité brenyt bijna alles terug
tot hotel- en reiswezen. Kijk eens om
u been, daar is geen enkel artikel in
de kamer, dat niet geschikt is voor
en niet aangenomen zou worden ter
expositie op deze tentoonstelling. Het
meubilair in de allereerste plaats:
wie zag er ooit een hotel zonder meu
bilair? Of bet moest voor schuld aan
de paal staan maar die treurige
zijde van bet hotelwezen wordt bij de
tentoonstelling natuurlijk niet ge
toond.
De lamp die boven de tafel hangt
behoort tot bet hotel- en tot bet reis
wezen allebei in een onverlichte
coupé zou niemand meer willen reizen
en de moderne hótels wedijveren te
genwoordig in pracht van verlichting.
Een complete installatie voor elec-
tri8ch licht zal op de tentoonstelling
dus volmaakt op baar plaats zijn, bene
vens alle andere verlichtingsartikelen,
van bet kunstigste en zuinigst bran
dende gasgloeilicbtkousje af, tot aan
de gewone kaars toe.
In uw kamer staat ginds een kistje
sigaren. Hótel- en ReiswezenHoe
heerlijk, niet waar, smaakt de sigaar
die de oberkellner u na den table
d'böte presenteert! En wat is uw
eerste beweging als ge in den trein
zijt gestapt en een uurtje moet spo
ren? Een greep naar uw sigaren
koker.
Ja, als men bet zóo uitlegt
Dan behoort alles tot hötel- en reis
wezen, wilt ge zeggen. Volkomen waar,
maar boe komt bet dat men aldus
alles en nog wat bij de tentoonstel
ling kan rekenen te bebooren. Om
dat in onzen tijd bet reizen en bet
gevolg daarvan, het verblijven in hó
tels, zulke afmetingen beeft aange
nomen, dat ze een gedeelte van ons
bestaan innemen, even zoo goed als
ons eigen buis. Vandaar dat de spoor
wagens voortdurend comfortabeler,
de hótels steeds gemakkelijker en
weelderiger worden ingericht. Vandaar
ook, dat wij alles wat wij gewoon
zijn om ons neen te zien en dan liefst
nog wat fraaier wenscben te vinden
in een bótel.
Wat bet reiswezen betreft, een spoor
wagen en een noordpoolvaarder, een
rijwiel en een luchtballon bebooren
daartoe met al hunne tallooze onder-
deelen en verscheidenheden. Ge moogt
zeeggen dat een luchtballon eigenlijk
niet meetelt, omdat men daarmee nooit
naar een bepaald punt reizen kan, ik
geef bet dadelijk toe, maar het be
hoort toch tot bet reizen en zelfs met
meer vertrouwbare vervoermiddelen
bereikt men niet altijd zijn doel. Zon
der nog te spreken van stoombooten
die zinken en van treinen die derail-
leeren, weten we allemaal dat zelfs
menig wielrijder op zijn mak stalen
paara in een sloot terecht kan komen,
die volstrekt bet doel van zijn reis
niet was.
Dat op een bótéltentoonstelling lek
ker moet kunnen worden gegeten,
spreekt vanzelf. 'tZou een schande
zijn voor 'tvak als men dit onder
deel uit bet oog verloor. Het Comité
beeft daarvoor dan ook duchtig ge-
.orgd. We zullen den electrischen
restaurant zien, zonder kellner, waar
alles den gast automatisch wordt
voorgezet, wanneer bij maar op knop
jes drukt. Alleen in bet geval dat bij
niet betaalt beeft bet Comité niet
door een automatiscben uitsmijter
kunnen voorzien. Om aan die leemte
te gemoet te komen zullen de bezoe
kers denkelijk.... vooruit moeten be
talen.
Dan beeft men den restaurant bin
nen in den model-mailstoomer, die in
het groote bassin zal worden gelegd.
Men zal zich in de salons van dat
vaartuig, dat geheel naar de groote
mailstoomers is gecopieerd, gevoelen
alsof men midden op den Oceaan
was, maar met de zekerheid dat bier
noch zeeziekte, noch schipbreuk te
duchten zijn. Behalve deze twee zul
len op bet terrein (behoeven we bet
wel te' zeggen) nog uitspanningen,
eet- en drinkhuizen in soorten te vin
den zijn.
Gaat men dit alles na, dan begrijpt
men dat bet bier eene vrijwel alge-
meene wereldtentoonstelling geldt en
we kunnen ons begrijpen, dat nu reeds
de ruimte achter bet Rijksmuseum
onvoldoende blijkt te zijn.
Toch moet er ruimte en veel ruimte
ook, open blijven voor datgene wat
op een tentoonstelling het alleron-
misbaarst isen dat zijn u en wij
en ander, de bezoekers van de ten
toonstelling, de kijkers en de koopers.
En als we bet wel bedenken, dan be
booren wij allen op die manier ook
ook tot bet Hötel- en Reiswezen, al
thans tot de tentoonstelling daarvan.
Haarlem31 Oct. 1894.
De duizend gulden boete die aan
de Maatschappij tot Expl. vanStaal-
waterbronnen is opgelegd te betalen
binnen 8 dagen, zij n Maandag zonder
protest betaald.
Aan bet besluit van den Gemeen
teraad is dus voldaan. Dat besluit
lijkt evenwel uit een administratief
oogpunt vreemd, daar de Maatschappij
zooals altijd bij dergelijken bouw ge
schiedt, vooraf een waarborgsom beeft
moeten storten die niet minder dan
f 10.000 bedraagt en bestemd is vol
gens de wet, voor eventueele
boeten. Van deze som bad dus de
f 1000 kannen worden afgehouden.
Of de gemeentekas deze f 1000 wel
zal kunnen vasthouden en of zeniet
binnen een week of wat weer aan de
brandkast op bet Donkere Spaarne
de voorkeur zullen geven, is een vraag
naar welker beantwoording menigeen
nieuwsgierig uitziet.
Te dezer stede ontsliep Dinsdag in
den ouderdom van even een en ze
ventig jaren de beer G. Scboevaart,
tot 1 Januari 1891 in dienst der ge
meente als deurwaarder bij de plaat
selijke directe belasting.
Gedurende 38 jaren was de overle
dene bij de gemeente in betrekking en
ofschoon bij als belastingman een
moeilijk ambt bekleedde, stond bij
toch in goede verhouding met de in
gezetenen en mocht bij van het be
stuur blijken van tevredenheid ont
vangen.
Aan de op den 30n October 1894
gehouden stemming ter verkiezing
van 20 gemachtigden in bet kiescollege
der Nederd. Hervormde Gemeente te
Haarlem hebben deelgenomen 960
kiesgerechtigden.
Bij bet openen der stembus bleek
dit getal overeentekomen met het
aantal biljetten in de bus gevonden.
Door de kiesvereenigingen „Evan
gelie en Belijdenis", en „de Protestan
tenbond" waren kandidaten voorge
steld. Die van „Evangelie en Belijde
nis" zijn met overgroote meerderheid
van stemmen verkozen.
Voor bet examen vrije- en orde
oefeningen zijn Dinsdag bier ter stede
geslaagd de dames A. J. Kramer en
J. R. A. B. Over de Linden, beiden
alhier.
Schouwburg.
Degenen, welk© Dinsdagavond in
onzen schouwburg de opvoering bij
woonden van „Een Brompot", blij
spel naar bet duitscb van C. W. Bul-
Ier en O. Voges, zullen zich ongetwij
feld wel kunnen voorstellen, dat bet
gezelschap van de heeren gebr. van
Lier, dit in een maand te Amsterdam
ruim twintig maal met succes hebben
kunnen opvoeren. De inhoud van bet
stuk is tenminste zoodanig, dat zelfs
bij matige vertolking een lachsucces
is verzekerd. Het is een aaneenscha
keling van amusante tooneeltjes en
scènes, in hoofdzaak teweeggebracht
door „den Brompot", een man, die
sedert bij een brief beeft ontvangen
van hem, wien bij zijne bruid ont
nam, en die hem daarin met den
dood bedreigt, door zijn onrust ge
kweld voor niemand noch voor iets
een goed woord over beeft, alles wat
tot hem gezegd, voor hem gedaan
wordt, ten kwade uitlegt, en dien
tengevolge onverdragelijk is voor zijne
omgeving. De rol van dezen „Brom
pot" werd vervuld door den beer
Manta van Nieuwland, die hierin
zeer goed voldeed en door zijne leven
dige actie en mimiek zijne minder
fraaie stem deed vergeten. Ook de an
deren voldeden goed, o. a. de beer
Jurgens als Groszkopf, hoewel diens
houding nu en dan verre van bevallig
waB, en mevrouw AlbrecbtEngel
man, die als Adelma met den beer
van Beem (Emil Grün) een kostelijk
paartje vormde.
Een nieuw zangkoor.
Men meldt ons, dat alhier is op
gericht een „Doopsgezind Zangkoor",
gevormd voornamelijk uit bet koor,
dat bij gelegenheid van bet jubileum
van den beer H. J. Overbeek zijne
medewerking verleende.
Tot directeur is benoemd de beer
J. de Nobel, onderwijzer te dezer stede
terwijl bet bestuur bestaat uit de hee
ren P. van Looy, president, Ed. A.
van Bilderbeek, le secretaris, J. Knij
per, 2e secretaris, P. van Cittert, pen
ningmeester, en P. Grillis, biblio
thecaris.
De muzikale werkzaamheden nemen
a. s. Maandag te 8 uur in „Felix
Favore" eenen aanvang.
Tevens bestaat bet plan aan bet
koor të verbinden een voorbereidende
cursus.
Bij den beer J. de Nobel, Raaks 36
bestaat vooralsnog gelegenheid zich
als lid van dit gemengd koor te doen
inschrijven.
Sedert 11. Zaterdagavond 27 Octo
ber wordt alhier vermist Samuel van
den Berg, oud 43 jaren, meubelma
ker, tamelijk lang, smal gezicht,
blond baar, rossige bakkebaarden,
gekleed met grijze demi-saison, werk
manspak, laarzen en bruine pet. Men
vermoedt dat hem een ongeluk is
overkomen daar bij niet in bet bezit
van geld is.
Namens zijne vrouw verzoekt de
commissaris van politie zijne opsporing
en bericht.
Door de rechercheurs van politie
Verkerk en Van Halst alhier is aan
gehouden Hermanus Jacobus Klun-
der, oud 46 jaren, van beroep kleer
maker, gesignaleerd in bet Algemeen
Politieblad als verdacht van diefstal
van manufacturen te Delft gepleegd.
Vooi onze vensters is geëxposeerd
een groote en zeer goed geslaagde
photo van de steenlegging op Dins
dagmiddag van bet Brongebouw in
bet Frederikspark. De hoofdpersonen
in deze bijeenkomst zijn zeer duide
lijk weergegeven.
De photo is vervaardigd door den
heer C. Zwollo.
Naar wij vernemen is de toestand
van den choleralijder aan de Leid-
scbevaart bevredigend.
De beer Slicher, burgemeester van
Leimuiden, is benoemd op 1 Nov.
a. s. tot burgemeester te Zoeterwoude
Naa het engelsch
van CHARLES REA DE.
8)
HOOFDSTUK IH.
„Ik heb de onderhandelingen gevoerd Sarah. Een loon
zooals in Londen wordt betaald. Dertig pond kan bij er mee
verdienen." En met fierheid zag bij haar aan.
„Dertig pond?" riep Sarab uit.
„Ja; bet is een groot buis, met kamers met paneelen, en
een gang, een trap en trapportaal, en alles moet gehout-
verfd worden, ook de deuren en luiken. Maar denk vooral
bier aan, die londensche aannemers houden niet van onge
regeldheid in bet werk. Waar is bij
„O, bij is thuis."
„Laat ik hem dan dadelijk spreken."
„U kunt hem op dit oogenblik niet spreken."
Deborah, die ieder woord bad geboord, achtte nu bet goede
oogenblik gekomen om uit de zitkamer te verschijnen. Zij
bad met bare krulpapiertjes bet vuur gevoed, en kwam nu
te voorschijn met net opgemaakt baar en een fraai mutsje.
Zij maakte eene sierlijke buiging.
„Geef hem nog een half uurtje den tijd, mijnbeer Pinder,"
zeide zij uiterst beleefd; „hij ligt nog in bed."
Pinder keek op zijn horloge en zeide dat hij geen half uur
langer kon wachten; bij moest aan bet werk, maar liet een
briefje achter voor Mansell om dat aan den aannemer te
geven; vervolgens zette bij zijn hoed op en zeide„Goeden-
morgen dames."
„Goedenmorgen mijnheer," zeide Deborah minzaam.
„Ik dank u zeer Joseph," zeide Sarab vriendelijk.
Toen bij verdwenen was, was ook gelijktijdig Sarahs kunst
matige onverschilligheid weggevaagd. Zij snelde naar de zit
kamer en riep luid langs de wenteltrap naar boven„James
James Goed nieuws Sta op en kom onmiddellijk beneden."
„Ja, ik kom," zeide eene slaperige stem.
Vervolgens wendde zij zich tot Deborah. „Waar was bet
noodig voor om te zeggen, dat bij nog in bed lag?"
„Nu daarover behoef ik mij niet te schamen; bet was toch
de waarheid," was Deborahs antwoord.
Sarah roerde dit onderwerp niet verder aan, maar merkte
op: „En waarom heb je mijne nieuwe muts opgezet?"
Deborah kon geen antwoord vinden ter rechtvaardiging
van dit feit, zoodat zij een nederigen toon aansloeg.
„Ja Sally, ik kon bet niet laten; hij is zulk een aardige
jonge man. Jij kunt hem niet uitstaan, maar smaken ver
schillen. Denk je, dat bij terugkomen zal? Wanneer hij dat
doet, dan zet ik mijn muts weer op."
„Maar niet de mijne," en Sarah, die in eene opgewekte
stemming verkeerde, rukte met eene vlugge beweging baar
zuster de muts van bet hoofd.
„Kom, neem mijn baar nu ook niet mee," weeklaagde
Deborah. „Dat behoort toch zeker aan mij."
„Dan ben je niet in de mode," was het vlugge antwoord.
„Kom Deb, er is nu genoeg gebabbeld; bet is een drukke
morgen, en een gelukkige morgen om ons den avond van
gisteren voor altijd te vergeten. Wil je nu koffie zetten voor
mijn man lekker en sterk."
„Ja, dat wil ik."
„En poets je dan zijne schoenen vóór dat bij uitgaat
„Als bet moet, dan moet bet," zeide Deborah met plotse
linge lusteloosheid. Zij kon maar nooit begrijpen waarom
vrouwen de schoenen voor mannen zouden poetsen.
„En leg een overhemd voor hem klaar."
„Is dat all- s vroeg Deborah met voorgewende verbazing.
„Voor bet oogenblik ja," zeide bare zuster droogjes.
„Zoo is er geen broek te verstellen, of moet ik ook zijn
baar knippen en zijne tanden voor hem borstelen?"
„Ga nu aan je werk", en zij dreigde Deborah gekkende
met een stofdoek. Zij gevoelde zich opgewekt van hart en
de klanten, die weldra verschenen, werden door haar vlug
en beleefd bediend.
Weldra zag zij baar echtgenoot langzaam de wenteltrap
afkomen. Zij liep naar de zitkamer hem tegemoet.
Geen woord over den vorigen avond werd gewisseld, maar