MEPLAMJE1T1
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
J. C. PIÏRIÈOOM,
12 Jaargang
Donderdag 22 November 1894.
No. 3495
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIEN:
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
FEUILLETON
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,G5.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37J.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Bureau: Kleine Houtstraat 14;, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère GL. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ,, Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
Met het oog op de te ver waeh-
ten drukte wordt MJtt. adverteer
ders beSeefd verzocht ons hunne
advertentiën voor het eerstvol
gende Kaierda^avondnummer tij
dig te doen toekomen, willen zij
van eenc goede plaatsing zijn
verzekerd.
Lil MB O it.
Een telegram uit Batavia aan het
Nieuws van den Dag vermeldt:
Te Sasari omringden het 6e en 11e
batailjon den Radja, zijn zoon en zijn
kleinzoon, die zich overgaven aan
Generaal Segov en naar Ampenan
gebracht werden.
De Radja was aan de dij gewond.
Vele Poenggawa's boden hunne
onderwerping aan.
Schatten aan edelgesteenten, goud en
zilver werden wederom gevonden.
Geen schot werd heden (20 No
vember) gelost.
Al onze verloren kanonnen zijn
terug.
Een telegram aan De Telegraaj
vermeldt nog het volgende
De colonne onder generaal Segov
heeft de schuilplaats van den Radja
omsingeld, die zich met 2 prinsen en
2 stamhoofden overgaf.
De schatkist van den Vorst is ge
vonden.
Verscheidene hoofden boden hunne
onderwerping aan.
De regeering heeft heden ontvan
gen een officieel telegram van den
goeverneur-generaal van den volgen
den inhoud
Op het bericht dat de oude Radja
zich te Sosari, op weg naar Lingsar
bevond, is gis:eren een colonne uit
gerukt; de dessa werd omsingeld.
De vorst, zijn zoon en een zoon van
Ktoet gaven zich over. Inmiddels on
derwerpen zich te Tjakra Negara
verscheidene voorname Baliërs. Eet
verzet is gebroken. Geen schot is
meer gelost. Het laatste bergkanon
is terug.
Generaal Vetter adviseert tot terug
zending van twee bataljons. Hij ver
gat gisteren te melden dat de poeri
verlaten was.
De Koninginnen en U worden eer
biedig geluk gewenscht. Het aantal
minderen gesneuveld en overleden aan
wonden, is gebleken zes en veertig
te zijn.
Op de namen is aangedrongen.
Nog is gevonden 8389 kilogram
zilver, benevens veel kostbaarheden.
Groote vreugde zullen de bcrichten
van gisteren en heden alom in den
lande teweeg gebracht hebben. Hulde
aan het Indische Leger dat zoo kra
nig voor onze eer heeft gestreden
Velen zullen wellicht met ons in
die huldebetuiging instemmen door
het uitsteken van de Nederlandsche
driekleur
BILJE1TEK voor Veilingen en
A on bekledingen, voor Feestelijk
heden, Concoursen etc. kan men
ter Stoomdrukkerij van dit Blad
tot hoogst billijken prijs laten
drukken.
Nieuwste Lettersoorten* Spoe
dige aflevering.
De Directeur- Uitgever
H< ar Jew21 Nov. 1894.
De heden gehouden Turfcollecte
door het R.K. Parochiaal Armbestuur
alhier heeft opgebracht 833,41^.
Ter aanvulling van ons bericht
over de herdenking van het 150-jarig
bestaan des Evang. Broedergemeente,
doen wij opmerken dat het liefde
maal alleen toegankelijk is voor hen,
die daartoe eene uitnoodiging ont
vangen.
Rederijkersavond.
Waar een verslaggever zooveel
uiterlijke welsprekendheid moetaan-
hooren op politieke en andere verga
deringen, daar doet het hem goed
eens een echten, goeden, ouderwet-
schen rederij kersavond bij te wonen
en dramatische of komische voor
drachten te hooren houden door de
beste leden van onze lief hebberij-too-
n eel gezel schappen
De vereeniging „Cremer", die Dins
dag dezen Rederijkersavond in onzen
schouwburg gaf, had hare beste krach
ten in het vuur gebracht, de heeren
an Gasteren, Jansen en Hartog. Met
hen werkten een drietal niet-Haar-
lemmers mede, Mej. Maas van Am
sterdam, de heeren Van der Grijpen
Haers, leden van de welbekende ver
eeniging „Nieuwland" te 'sGraven-
hage.
Er zijn menschen die een zekere
minachting gevoelen voor het dilet
tantisme, omdat het achterstaat bij
de kunst als beroep uitgeoefend. Naar
onze meening evenwel ten onrechte,
't Spreekt vanzelf, dat de dilettant,
al is zijn aanleg ook uitstekend, in
het algemeen de hoogte van den
kunstenaar van beroep niet zal kun
nen bereiken al ware het alleen om
de nuchter-practische reden dat hem
de tijd tot oefening en studie ont
breekt. Doch men behoort waardee
ring te gevoelen voor hen, die in
hunne weinige vrije uren zich de
moeite getroosten om het in eene
kunstrichting zoover te brengen als
hun mogelijk is.
Die waardeering heeft het gisteren
gehoorde bij ons doen toenemen. De
voordracht in de dramatische en de
ksmische soort gaven blijk van ern
stige studie. Zoowel de met fraaie
stem en intonatie uitgesproken voor
dracht van den heer van Gasteren als
die van den heer Jansen en van dë
beide Hagenaars.Mej. Maas, die Livar-
da van Van Beers had gekozen, spreekt
goed en duidelijk en weet wel hiel
en daar kleur aan te brengen, maar
nog niet door buiging der stem de
noodige afwisseling te verkrijgen.
Bij een lang gedicht als Livarda is
dat ook juist de groo'e moeielijk-
heid.
Hoe de heer Jansen met een aller-
strakst gezicht zulke komische effec
ten weet te verkrijgen, begrijpt nie
mand beter dan zij die hem gisteren
Jodoeus en de roerende historie van
den do< dgetrapten pier hebben
hooren voordry gen. De heer van der
Grijp droeg het bekende „Besluite
loos" en de heer Haers het lastige
vers „de Boterham en de Goudzoeker"
recht verdienstelijk voor.
In den luiden bijval, dien het pu
bliek aan de meeste voordrachten
schonk, zal naar wij hopen de ver
eeniging Cremer aanleiding vinden
om haren Rederijkersavond later eens
te herhalen.
Johanna Dolphina Wester, die on
langs door de Rechtbank alhier ver
oordeeld werd tot 9 maanden gevan
genisstraf wegens het verwonden van
A. Houben, door hem vitriool in het
gezicht te werpen, is van dit vonnis in
hooger beroep gekomen.
Christelijke Zangvereeniging
„God is mijn lied".
De Christelijke Zangvere eniging
,God is mijn lied" gaf naar het
mij voorkomt met hare jongste
uitvoering op Dinsdagavond in de
Groote Kerk een schitterend blijk
van ernstige studie en gelukkige
vordering op het enge kunstpad dat
ze zich heeft afgebakend. De program
ma's dezer vereeniging zijn in den
regel samengesteld uit een aantal
kleinere koorwerkjes waarvan steeds
de woorden een godsdienstige strek
king hebben. Ditmaal werden een
tiental van dergelijke werken ten
gehoore gebracht die voor zoover
ik de uitvoering bijwoonde ge
tuigden zoowel van de toewijding der
koorleden als van de muzikaliteit
van den directeur, den heer H. S.
Loran. Waren verreweg de meeste
nummers, hoewel in de nederland
sche taal gezongen, van duitschen
oorsprong, ook aan een paar werkjes
van den eere-voorzitter, Ds. E. Weiss,
was een plaatsje op het programma
ingeruimd en het mag gezegd wor
den dat althans het achtstemmige
„Heilig heilig" dat plaatsje volkomen
waardig was.
Dit nummer slaagde ook als uit-
v ering zeer goed. Vooral het dames-
quartet was schoon van klank, maar
ook de heeren-soiisten en het koor
droegen er het hunne toe bij om de
kleurrijke compositie een waardige ver
tolking te bereiden.
Na dit werk verdient vermeld te
worden het eerste koor, dat mede
hoogst verdienstelijk met frieschenj
klank en zorgvuldige nuanceering
werd gezongen. In het verder verloop
van het programma scheen bij het
koor eenige vermoeidheid in te tre
den de aanvankelijke reinheid van
intonatie begon zich min of meer wan
kelbaar te toonen.
De begeleiding geschiedde op een
harmonium en was blijkbaar aan be
kwame handen toevertrouwd.
PHILIP LOOTS.
Het sensatiestuk „De levende brug"
zal, zooals is medegedeeld, in onzen
schouwburg vier avonden achtereen
worden opgevoerd. Donderdagavond
is de eerste opvoering. Ongeveer 40
maal is dit stuk met groot succes
te Amsterdam gegeven. Hetzelfde suc
ces zal het ook hier wel genieten, im
mers bekend is het, hoe alles is in 't
werk gesteld om het sensationeele van
het stuk nog te verhoogen.
De toestand der twee choleralijders
hier ter stede is steeds vooruitgaande.
De Gemeenteraad van Bloemen-
daal zal op Donderdag den 22en No
vember 1894, vergaderen des namid
dags ten half twee ure.
Onderwijzers jaarwedden.
Vele leden van het Nederlandsch
Onderwijzersgenootschap hebben zich
op audiëntie begeven bij den minis
ter van binnenlandeche zaken, om lo.
het adres van 25 Sept. jl. nader toe
te lichten2o. den Minister een af
schrift te overhandigen van het adres,
door het hoofdbestuur twee jaren ge
leden aan den toen maligen Minister
gericht; 3o. den Minister te vragen,
of hij verbetering van de jaarwedden
der onderwijzers in uitzicht kon
stellen.
Hoezeer de Minister volmondig er
kende dat de salariëering der onder
wijzers te wenechen laat, vooral om
dat deze ambtenaren „geen avenir"
hebben, en hoezeer hij in het vrij
langdurig onderhoud meermalen zijne
belangstelling in de zaak der onder
wijzers deed blijken, verklaarde hij
echter nadrukkelijk geene toezegging
te kunnen doen, daar hij niet wist
hoe, bij den gedrukten financieelen
toestand van vele gemeenten, deze
hoogere onderwijzersjaar wedden kon
den uitbetalen, en hoe de gemeen
ten genoodzaakt konden worden tot
geregelde verhooging dier jaarwedden.
Ook de opneming der onderwijzers
in het pensioenfonds voor de wedu
wen en weezen van burgerlijke amb
tenaren achtte de Minister hoogst be
zwaarlijk, zoodat de Regeering voor
de naaste toekomst niet veel hoop
geeft aan de onderwijzers.
Koffie diefstal.
Een brutale koffiediefstal heeft
te Amsterdam Maandagnacht plaats
gehad. In perceel 107 Gelderscheka-
de hoek Rechtboomsloot is sedert ja
ren gevestigd de koffiebranderij tevens
koffie en theehandel der firma Root
Fernantzen.
Het is nog een oud Amsterdamsch
huis, met twee ramen, aan elke zijde
van de deur een, en in die ramen
kleine vierkante en paralellogramvor-
mige ruiten.
Des nachts om drie uur waarschuw
de de politie een der firmanten, die
boven woont, dat de winkeldeur open
stond. Dat was verdacht, want ge
noemde heer had 's avonds om half
een die deur goed gesloten. Wat
bleek nu bij onderzoek Dat een der
Naar het engelsch
vail CHARLES READE.
23)
HOOFDSTUK VTTT.
Zij merkte nu op, dat Lucy hare oogen niet meer open
kon houden. Zij ging nu verder dan aanvankelijk haar plan
was geweest, en besloot om hen voor den nacht nachtver
blijf te verschaffen. „Neemt uwe hoeden maar mee," zeide
zij, „en volg mij maar." Zij deed een der twee toeslaande
deuren open en deed hen binnentreden in eene kamer met
een bed. Het karpet was van den grond genomen en stond
opgerold in een hoek, maar alles zag er netjes en helder uit.
„Deze kamer is wel verhuurd, maar de huurder komt niet
voor morgenmiddag twaalf uur; neem mij niet kwalijk, dat
de kamer zoo overhoop ligt. Breng de lieve kleine maar naar
bed, dan zullen wij nog eens wat gezellig praten. Ach,"
zeide zij met eene plotselinge verandering van toon, die trei
lend was, „ik heb ook een meisje gehad uit mijn eerste hu
welijk; het zou ongeveer van denzelfden leeltijd zijn geweest
als het uwe, wanneer ik het in het leven had kunnen hou
den; ik voelde mij dan ook dadelijk tot de kleine aange
trokken, toen ik ze naast u op den drempel zag staan, met
hare jonge oogen vol teederheid en zorg."
Juffrouw Haynes stortte eenige tranen toen zij deze woor
den sprak en droevige herinneringen oprakelde, en de ge
lukkige mceder gaf de bedroefde een kus, welken deze terug
gaf. Juffrouw Haynes verliet het vertrek, riep de dienstbode,
ruimde met deze de kamer op, waschte vervolgens de bor
den en kopjes om en hield tevens een praatje, want juffrouw
Haynes moect iemand hebben om mee te spreken. In tegen
stelling met Deborah Smart had zij eene goede opvoeding
genoten, maar toch las zij nooit een boek in den laatsten
tijd, en zij, die niet willen lezen moeten babbelen.
De tusschendeuren waren dun en sloten niet al te best,
daar het hout was gekrompen, en zonder het te willen kon
Sarah nu en dan allee verstaan, hoewel zij er niet de minste
aandacht aan schonk. Het eerste wat zij als eene zorgzame
moeder deed, was het bed met hare-handen geheel te be
tasten, en zij besloot onmiddellijk om Lucy niet onder de
dekens te leggen. Zij zeide tot haar zich niet te ontkleeden.
Lucy knielde nu neer en zeide haar gebedje op. Teen zij dit
gedaan had vroeg zij of zij voor de goede dame moeht
bidden.
„Doe dat lieveling, ik zal het ook doen. Het is het eenige,
wat wij voor haar kunnen doen." Zij legde nu Lucy op de
dekens neer en spreidde een doek over haar uit. Intusschen
was zij in gedachten verzonken, aan welke zij spoedig luch^
gaf. „Mijn kind, is het niet vreemd, dat degenen, die ge
zworen hebben ons steeds bij te staan en bij ons te blijven,
van ons-gaan, en dat iemand, die ons nog nooit heeft ge
zien, hare armen en huis voor ons opent, omdat wij vreem
den zijn in een vreemd land? God zegene haar!"
Een lnid kloppen aan de buitendeur deed zich hooren. Het
werd gevolgd door een haastigen uitroep uit de andere ka
mer. „O Milly(dit was de dienstbode). Dat is stellig het
kloppen van mijn verloofde."
„Ik hoop het voor haar, dat het zoo is," riep Sarah uit,
nadat Millicent en hare meesteres de gang waren ingesneld.
„Het is zoo Lucy; wat doet mij dat een genoegen," riep
Sarah.
„Mij ook mama."
„Kom maar hier I kom maar hier I" gilde juffrouw HayneB
half, en duwde teeder een naar Sarah meende wel wat al te
koelen en stilzwijgen den verloofde, de kamer binnen. „Ik
moet hem geheel voor mijzelf hebben." Nu volgde eene lange,
teedere omhelzing.
Sarah begreep zoo ongeveer wat er plaats had. Zij ging
naast Luey zitten, en zeide eenigszins droevig. „Ja, zij zijn
gelukkig, die twee." Wat vroolijker vervolgde zij „Nu mijne
beurt moet ook komen."
Sarah Mansell kon niet precies hooren wat er gezegd werd,
maar ik zal het den lezer mededeelen.
Juffrouw Haynes, die nu het gaslicht had aangestoken,
maakte zich ongerust over het uiterlijk van haar verloofde