AANPLAKBILJETTEN
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
liiifiiktisdekiigi.
12 Jaargang-
Dinsdag 27 November 1894.
No. 3499
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
J. C
STADSNIEUWS.
FEUILLETON
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37J.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentién worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en conrantiera.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOtt
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Elrangère G. L. DAUBE CoJOHN T. JONESSuce.Partjt 31 bis Faubourg Montmartre
Heden is}; het volgende regeerings-
telegram ontvangen
„Alle voorname Poenggawa's voor
zooveel bekend, zijn thans in onder
werping twee verwanten van de
Radja nog niet. De inlevering van
wapens vordert goed."
BILJETTEN voor Veilingen en
Aanbestedingen, voor Feestelijk
heden, Concoursen etc. kan men
ter Stoomdrukker^ van dit Blad
lot hoogst billijken prijs laten
drukken.
Rieuwste Lettersoorten. Spoe
dige aflevering.
De Directeur-Uitgever
H arlem26 Nov. 1894.
Stukken van den Raad.
Door de beeren J. C. P. A. Lanzing
en H. C. Louwerse Jr. wordt verzocht
om te mogen koopen thans door hen
gehuurde stukjes gemeentegrond aan
den Zijl weg. Wederinhuren willen
adressanten niet.
B. en W. verkoop van dien grond
niet gewenscht achtende, adviseeren
tot afwijzing van het verzoek.
Het bestuur van het bloemisten
en tuinbouwgilde Elizabeth, onderald.
van den Nederl. R. K. Volksbond,
verzoekt in beheer te mogen ontvan
gen de eigendommen van het voor
malig Brouwersgilde, teneinde deze
productief te maken voor werkver-
J [Adressanten willen de duinen laten
afgraven tot 2 voet boven den wa
terspiegel van het Kolkje en de vlakte
laten doorsnijden met slooten, een
en ander door bij het bureau voor
Vraag en Aanbod ingeschreven werk-
loozenvoorts de hierdoor verkregen
terreinen verhuren met verplich
ting voor den huurder tot behoorlijke
bemesting. De aldus verkregen voor-
deelen zuilen dan na aftrek van on
kosten strekken als pachtsom, terwijl
adressant ook wel kan meegaan met
eene verdeeling van de baten tusschen
de gemeentekas, het gilde en het
bureau van Vraag en Aanbod.
B. en W. hoewel de bedoeling
waardeerende, adviseeren afwijzend
op het verzoek te beschikken, omdat
bedoelde gronden bestemd zijn voor
de duinwaterleiding en al ware dat
zoo niet, meenen B. en W. dat de
onkosten niet zouden kunnen worden
gedekt, terwijl bovendien een weiland
en een huisje en een groot deel der
duinen (voor aardappelteelt) zijn ver
huurd.
Adres van D. Bremer en 17 andere
lijkbezorgers, waarin verzocht wordt
verschillende wijzigingen te brengen in
bet teraardebestellen op de N. Pro
test. begraafplaats der gemeente en
wel in het algemeene vakzij ver
zoeken een ander toegangspad, wijzen
op onvoldoelde afbakening, het ge
dwongen doorgaan tusschen de graf
paaltjes, het onvoldoend aantal gra
venmakers en het hinderlijke van het
prikkeldraad om de spijlen van het
ijzeren hek.
B. en W. vinden geen termen tot
vermeerdering van het aantal graven
makers, maar hebben maatregelen
genomen, om aan de andere verzoe
ken zooveel mogelijke te gemoet te
komen.
Proza en Poëzie.
De vereeniging „Proza en Poëzie,"
bestaande zooals men weet uitsluitend
uit werklieden van de werkplaats van
de Holl. Spoor, herdacht Zaterdag
haar vijfjarig bestaf n en dat met
niet weinig feestelijkheid. Nadat het
mannenkoor een feestlied had gezon
gen, dat gedicht was door den heer
H. Boeree en op muziek gebracht
door den directeur der vereeniging,
den heer P. H. Buisma, ram de
Voorzitter, de heer G. Musscher, het
woord en hield eene feestrede, waarin
hij er o. m. op wees dat de vereeni
ging, aangevangen met 24 werkende
leden, er thans 43 telt en 106 kunst
lievende leden.
Nummer 3 van het programma was
een toost van den Directeur
zal zij (de vereeniging) leven in glo
ria 1" vierstemmig gezongen. Toen
het was geëindigd werd den heer
Buisma een met zilver beslagen diri
geerstok, een zilveren insigne en een
lauwerkrans vereerd, welke laatste
hem werd aangeboden door Johanna
Arnold en Marie Oost wold. De kunst
lievende leden boden den werkenden
leden een zilveren eerepenning aan
om aan het vaandel te hangen, ter
wijl de Directeur der Vereeniging een
penteekening schonk, waarop de na
men van het Bestuur en de werkende
leden, geteekend door den leerling der
School voor Kunstnijverheid G. Kate.
Na deze wederkeerige blijken van
welwillendheid en vriendschap, die
een goeden dunk geven van de har
monie welke in deze vereeniging
heerecht, werd het zeer gevarieerde
programma voortgezet. Het blijspel
letje ,,'s Avonds in de Mane" vond
terecht veel bijval, vooral Lika, het
nichtje van den pachter, voldeed
daarin bijzonder. De liedertafel ver
wierf succes met de operette „Theobald
of een Studentengrap."
De groote zaal van „de Kroon':
was geheel vol.
Zaterdag 24 Nov. 1.1. werd in het
Schermgebouw van den heer A. J.
Meijerink den strijd beslist om den
3en prijs van den Korps wedstrijd,
Zondag 18 November te Amsterdam
gehouden.
Door een misverstand was die toen
niet voleindigd, waarop de beide
Haarlemsche Yereenigingen „Excel
sior" en „Thor" besloten niet door
loting, maar door een lateren wed
strijd, de fraaie medaille, uitgeloofd
door onzen stadgenoot den heer S. de
Jager, eervol te verdienen.
De strijd was zeer spannendlan
gen tijd schreef men „Excelsior" de
overwinning toe, tot de heer W.van
den Eijnde de balans ten gunste van
„Thor deed overslaan, welke vereeni
ging won met 16 tegen 20 punten.
Kegelwedstrijd.
De einduitslag van den korpswed-
strijd (seniores) gehouden op de ke
gelbanen in het stations Koffiehuis,
is na den wedstrijd van Zondag als
volgt
1. „Recht naar het Doel," Rotter
dam 287 houten; 2. „Hard gaat ie",
Haarlem 282; 3. „Hout of Fout",
Dordrecht 280; 4. „Links in die
Gasse", den Haag. 2785. „Unknown"
Rotterdam 275. De prijzen zijn me
dailles.
De eereprijs is behaald door den
heer P. Kooyman met 70 houten, de
consolatie-prijs door den heer W.
Kooreman met 41 h. De negen-prijs
door „Ewaldi", te Amsterdam met de
meeste negens, 6.
Voetbalwedstrijden.
De „Haarl. Footb. Club" en „Ra-
piditas" traden Zondag tegen elkaar
in het veld op het terrein van eerst
genoemde club. Ten gevolge van het
gure weer was slechts een klein aan
tal toeschouwers getuige van de
schoone overwinning, die de Haar
lemmers op de Rotterdammers be
haalden. Zij maakten namelijk een
score van niet minder dan 12 goals,
waartegenover „Rapiditas" een droe
vige 0. Het samenspel der „H. F. C."
was als gewoonlijk zeer goed, in tegen
stelling van dat der Rotterdammers,
dat nog al te wenschen overliet. De
„forwards" van „RapiditaB" presteer
den weinig, hunne „backs" waren ech
ter beter.
Denzelfden dag speelde ook te Heem
stede de Haarl. V. C. „Haarlem" te
gen de A. F. C. „Olympia". Ook in
dezen match behaalden de Haarlem
mers de overwinning en wel met 40.
Serenade aan den heer W.
B. Weidner
Het bestuur van de afd. Haarlem
van Toonkunst vatte eenige weken
geleden, het plan op om den grijzen
musicus, den heer W. B. Weidner,
ter gelegenheid van zijn 80s ten ver
jaardag, een serenade te brengen en
riep daartoe de medewerking in van
de Koninklijke Liedertafel „Zang en
"riendschap" en van het Stedelijk
Muziekkorps, die van beide kanten
welwillend en belangloos werd toege
zegd.
Kwartier over achten trok men Za
terdagavond uit de Vereeniging in
optocht naar het huis van den jubi
laris op de Kruisstraat vlak tegenover
hotel Funckler. Vooraan ging een rij
agenten van politie, daarachter kwam
het muziekkorps gevolgd door de
heeren Mr. W. Jager Gerlings, Mr.
Th. de Haan Hugenholtz, J. K. Ta-
dema en Dr. K. Prins als vertegenwoor
digende het bestuur van Toonkunst.
Achter hen marcheerden vier aan vier
de leden der koninklijke liedertafel
met hun banier. Een aantal fakkel
dragers vergezelden den stoet.
't Was overal vol, een joelende volks
menigte krioelde voor, om en achter
den stoet, maar van verwarring of
gedrang was geen sprake Uit de ven
sters van het hotel de „Leeuwerik" en
op het balkon van het „Grand hotel
Funckler" werd bengaalsch vuur ont
stoken. Toen men op de tonen van
een vroolijken marsch voor het huis
van den jubilaris was gekomen, gingen
de bestuurders van Toonkunst met
de heeren Robert en Kriens en de
vertegenwoordigers der pers naar
binnen en complimenteerden den heer
Weidner, die, omringd door zijne fa
milieleden, gezeten was voor een wa
ren bloementuin.
Buiten hief het Muziekkorps La-
tanns Jubileumsmarsch aan.
Door de geopende vensters van de
benedenkamer waarin men zich ver
zameld had,wierpen de fakkels een
fantastisch licht.
Nadat de liedertafel het Wilhel-
us in de oude zetting had gezon
gen, nam de president van Haarlems
afdeeling van Toonkunst, Mr. W.
Jager Gerlings het woord en her
dacht de verdiensten van den heer
Weidner op het gebied van de toon
kunst in Haarlem en noemde hem
den Nestor der Haarlemsche musici.
Spreker wees er op, hoe de geschied
schrijver die later de historie van
Haarlems toonkunst zal boekstaven
en rekening mee zal honden dat zij
door den heer Weidner steeds is ge
leid op de richtige paden en gaf den
wensch te kennen, dat de levens
avond van den jubilaris verguld moge
worden door de velen, die van zijn
ondericht hebben genoten.
De heer Weidner dankte, zeer aan
gedaan, voor deze woorden van hulde
en waardeering. „Vijftien jaar geleden,"
zoo zeide hij, was hier een dito feest
toen ik 50 jaar als toonkunstenaar
werkzaam twas. Dat ik evenwel thans,
nu ik mij reeds zoolang uit het pu
blieke leven heb teruggetrokken, nog
deze belangstelling zou ondervinden,
had ik niet durven denken.
Er zijn van die oogenblikken in
's menschen leven en dit is er een
van, die men nooit vergeet en waar
bij men niet kan uitdrukken wat men
gevoelt."
De liedertafel zong nu den welbe
kenden Feestzang aan de Kunstenaars,
waarbij door de hh. J. J. F. Lomans,H.
L. Jeroe, D. H. Blok, J. van Breemen,
J. D. Franse, C. D. Autonisse, Henri
Pielage, M. Brondgeest en J. W.
Daudeij het solo edeelte werd voor
gedragen. Hierna kwamen de bestuur
ders van „Zang en Vriendschap", de
heeren H. van Breemen, T. C. Niep-
hans, J. van Breemen en M. Brond
geest binnen en sprak de voorzitter
dier vereeniging, de heer Ed. de Lanoy,
den jubilaris toe. Spreker verklaarde
geheel te beamen wat Mr. Jager Ger
lings had gezegd en wees op de
verheven roeping van den kunste
naar, zoo schoon uitgedrukt in de
woorden der zooeven gezongen hymne
„Der Menschheit Würde ist inlhrem
Hand gegeben." De heer de Lanoy
bracht den jubilaris dank voor wat
hij voor de liedertafel heeft gedaan
en wenschte hem een rustigen ouden
dag toe.
De heer Weidner zeide ook dezen
spreker hartelijk dank. Het muziek
korps voerde den Marsch uit Tann-
hauser uit. Toen daarop de jubilaris
buiten kwam, om den heer Kriens
nit te noodigen nog even binnen te
treden, werd hij luide toegejuicht.
Weinige minuten later trok de
stoet, langs Nieuwe Gracht en Jans
straat, weer terug naar de Sociëteit
„Vereeniging" waar hij ontbonden
werd.
Naar het engelsch
van CHARLES READE.
HOOFDSTUK IX.
26)
„Dat moet hij hebben gezegd," zeide Elizabeth. Hierna
daeht zij een oogenblik; na. „Neen, hij heeft het toch niet
gezegd. Zij heeft niets meer kunnen hooren, en ik wist het
toch niet, want eerst vanmorgen bij het ontbijt heeithijhet
mij verteld. Ja zij kon het niet weten of zij moest ze
er zelve hebben ingenaaid en dat is niet aan te nemen. Het
is een raadsel; dat gaat mijn verstand te boven."
Salomon dacht er op zijne beurt ook over na. Hij zeide
dat er op het tolkantoor eene knappe vrouw langer dan twee
uur op haar man had zitten wachten, met een kind bij zich.
„Een meisje?"
„Ja, een meisje."
„Wat had zij aan?"
„Daar heb ik niet op gelet."
„Hoe zag het kind er uit?'
„Donker met mooie„donkere oogen een mooi kind."
„Het zou mij niets verwonderen ot zij zijn het. Een echt
genoot hebt ge natuurlijk niet gezien."
„Ja zeker tenminste zijn rug. Die vrouw is evenwel
geen dief eene eerlijke vrouw, met een goed, engelachtig
gelaat."
„Inderdaad," zeide Elizabeth, „zij zag er nit als eene eer
lijke vrouw, en als haar verhaal waar was, dan is het hard
om haar te verdenken. Het is toch eene geheimzinnige ge
schiedenis."
Salomon Grace kwam nu met eene andere verklaring voor
den dag„Hij drinkt en speelt. Een van die gebreken iB al
genoeg voor een man, om in New-York 400 kwijt te raken.
Ik heb hier al dikwijls een man alles zien verliezen door
den drank en het dobbelspel, maar ik heb er nog nooit van
gehoord, dat iemand zoo gek was om zich zijne bank
biljetten te laten ontstelen, die in de voering van zijn vest
waren genaaid. Of de zaak geheimzinnig is of niet, dat is
in ieder geval een leugen."
Het laatste gedeelte werd door Mansell gehoord, die aan
den achterkant het huis was binnengekomen. Hij kwam
langzaam binnen en zeide„Heb je er ooit van gehoord dat
een eerlijk man een huis binnensloop om een vrouw tegen
haar aanstaanden man op te zetten
Salomon werd vuurrood van schaamte, want zijne positie
was niet al te mooi. „Dat kan ik niet met ja beantwoorden,
maar ik heb ook menschen gekend, voor wie de waarheir
onaangenaam was, waar deze ook werd verkondigd."
„Wat waar is, is dat jij een afgewezen aanbidder van mijne
aanstaande en een boosaardige huichelaar bent!"
Elizabeth maakte zich ongerust, want zij wist dat Salomon
in een oogwenk den ander zou hebben kunnen worgen en
zij had een niet geheel blind vertrouwen in zijn kaimte van
aard, ofschoon hij er zich zeer op beroe ode.
„Zoo Matthews, wil je soms, dat hij je de ribben in je
lichaam breekt En Salomon, vergeef het hem om mijnent
wille; hij heelt zooveel onaangename dingen aan het hoofd.
Ik wil n nu niet langer ophouden."
„Dat wil zooveel zeggen als ga maar heen," zeide de arme
Salomon. „Ik ben kalm," zeide hij, bijna schreiende van
toorn. Zeker, ik zal gaan; het is maar beter ook, dat ik ga.
Maar engelsche...."
„Wat is er, oude Ohio-er?"
„Een woordje tot afscheid."
„In de taal van Chicago?"
„Ieder zijn beurt. Dat is toch engelsch dunkt mij."
Nadat hij vertrokken was, nam Elizabeth een opgewekten
toon aan. Zij zeide tegen James, dat zij geen oogenblik had
gedacht, dat hij de 400 had verdobbeld oi verdronken.
„Maar," zeide zij, „je behoeft volstrekt niet boos te worden
op Salomon Grace, dat hij gezegd heelt, wat de geheele
wereld vertelt."
Na een oogenblik van stilte hield zij eene wijsgeerige be
schouwing.
„Hoor eens," zeide zij, „als je mij de keus geeft tusschen