HET SPOOK ÏA1ROOKFIELD. I NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Vrijdag 4 Januari 1895. No. 3529 ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIËN: r. J. C. PEEREBOOM. De Wereldtentoonstelling ib ln 1895. STADSNIEUWS. „Weldadigheid naar Vermogen". FEUILLETON- 12e Jaargang ARLE DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door bet geheele Rijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30. u franco per post 0,37 Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onae agenten en door alle boekhandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE CoJOHN F. JONESSucc., Partj» 31 bis Faubourg Montmartrs p N< ta's, Rekeningen, Wissels, Qui tantiën, Brievenhoofden, Memoranda en alle overige Drukwerken, die op kantoren voorkomenworden ter Stoomdrukkerij van dit blad goed- billijk en vlug gedrukt. De Directeur Uiig ever )or Dit is een tentoonstelling, die klein is opgezet, maar gedurende de voor bereiding onder de beraadslagingen en overleggingen ongemerkt grooter n<1 en grooter is geworden, totdat de ondernemers op eens bespeurden, dat spruit dien zij Jantje hadden willen doopen, zoo geducht uit de kluiten was geschoten,dat het raadzaam was hem Johannes te gaan noemen. Ik stel mij voor dat het zoo gegaan js. Onder den indruk van de onge- jukken tentoonstelling en van de bak- k1 kerijtentoonstelling wilde men een faktentoonstelling maken voor het hotel- ien reiswezen. Maar toen het ~Jrogramma stond te worden opge maakt, bleek pas hoe ruim de stof was, ja hoe bijkans alles in onze ónrustige eeuw direct of indirect tot 3D bet reiswezen of tot het hotelwezen )- kan worden gerekend. En toen men daarbij bespeurde, I'jlat uit alle hoeken van de wereld aanvragen om plaats en bewijzen van belangstelling kwamen, toen ging de tentoonstelling van hotel- en reiswezen wereldtentoonstelling heeten. Jantje was opgegroeid tot Johannes. - Meen niet, dat alleen de zucht tot ien (trouwens zeer begrijpelijke re- ilame) het uitvoerend comité op het lenkbeeld bracht, hare expositie dien osmopolitischen titel te geven. Verre an dien. De feiten hebben het ge- ild en voor feiten behoort men te wichten. Wat dunkt er u van, dat onder de talrijke aanvragen om tentoonstellingsruimte zijn uit Caïro Jeruzalem? Wf-t zegt ge er wel ran, dat er in Italië een sub-comité is opgericht, gevormd door vijf com mandeurs en vijf chevaliers en waar- yan de voorzitter is Zijne Excellentie Thomas Villa, vice-president van de italiaansche Kamer? Mij dunkt, het getuigt van belangstelling in onze amsterdamsche Wereldtentoonstel ling, dat de Kamer van Koophandel te Turijn fop haar eigen kosten ad vertentiën heeft geplaatst, waarbij zij exposanten in haar land aanspoort tot inzenden. Kom daar in ons land eens om. Menige Kamer van Koop handel (en ik zal geen namen noe men) komt niet zoo flink voor den dag. Maar ge wilt meer. Ge zegt, dat Italië de wereld nog niet is. Welnu dan, wat dunkt u ervan, dat men in Frankrijk zeer ernstig denkt over een regeerings-subsidie aan de ten toonstelling Dat er in Frankrijk een sub-comité is gevormd door mannen met klinkende namen, waaronder die van een persoonlijken vriend van keizer Wilhelm Als men dit ziet, dan mag men vrij de moeielijkheid om in Berlijn een sub-comité tot stand te brengen, daaraan toeschrij ven, dat in die stad een tentoonstel ling zal verrijzen in 1896 en dat men er voor de concurrentie van Amster dam bang is. Die vrees zelve is voor onze expositie een compliment te meer. Maar nu ik wat ik daar heb ge schreven nalees, krijg ik een gevoel van schaamte. Mijn aanhef is name lijk zoo echt-nederlandsch. Ik ben daar bezig met u de belangrijkheid van eene nederlandsche tentoonstel ling te bewijzen met blijken van be langstelling uit het buitenland. Laat mij er veel liever eens op wijzen, dat H. M. de Koningin-Regentes als be schermvrouwe is opgetreden, dat het eere-comité wordt gevormd door man nen, die in ons land beroemde na men dragen, dat in de sub-commis sies voor de verschillende onderdeelen bekwame deskundigen bereid zijn ge weest, zitting te nemen. Dit zegt veel, meer nog dan de belangstelling in den vreemde al kunnen we die ook niet missen, En wilt ge nog versterkt worden in uw gunstig denkbeeld om trent onze Wereld-Tentoonstelling, dan noodig ik u uit om een kijkje te komen nemen op het terrein van de tentoonstelling, dat door de stad Am sterdam bereidwillig daarvoor is af gestaan. Het is het welbekende terrein ach ter het Rijksmuseum, de plek waar liefhebbers van paarden wedrennen hebben gezien en waar de beoefenaars van ijssport zich met schaatsenrijden vermaakten en nog dezen winter zul len vermaken wanneer er namelijk ijs komt, iets wat op dit oogenblik nu half Nederland natte voeten heeft Ivan 'tplassen door flapsneeuw, niet heel waarschijnlijk is. De hoofdingang is onder het Rijks museum door, dan is er een ingang aan de Ruysdaelstraat, een aan de Van Baerlestraat en een uitgang aan de Hobbemastraat. Er staat een groote keet op het terrein, de verblijfplaats van den aannemer en de opzichters, mitsgaders het pied k terre van den architect, den heer Evert Breman. Dit gebouw zal tijdens en voor de tentoonstelling een onderdirecteur der belastingen met zijn personeel en een essayeur voor de goud- en zilverwer ken huisvesten, want alles wat ge- expoeeerd wordt, is vrij van belas ting. Het terrein lijkt klein, omdat een groot gedeelte ervan op dit oogenblik nog afgesloten is en onder water staat Dat is de ijsbaan van de skatingclub. Dit gedeelte komt den eersten Fe bruari ter beschikking van het ten toonstellingscomité. De totale opper vlakte is 160.000 vierkante meters of 160 bunders. Dat is wat men een aardig lapje noemt. Aan de eene zijde ziet men het Rijksmuseum, aan de andere wordt het terrein begrensd door de Waskaarsenfabriek, die een wonderlijk gezicht zal zetten als het tentoonstellingsterrein electrisch ver licht wordttegenover het Rijksmu seum is het museum-Lopes Suaeso de limite. Behalve af-, uit-, op- en weggravin- gen is er op 't oogenblik natuurlijk nog niet veel te zien. Pas Zaterdag is het hoofdgebouw aanbesteed, dat- wil zeggen de bovenbouw, want de onderbouw is al een heel stuk heen. Het zal 25000 M3. beslaan en rusten op 3000 palen, die voor 'fc grootste deel al op hun plaats zitten. Wat zou men in ons land bouwen zonder palen? Het ijzer dat voor den onder bouw noodig is, een quantiteitje van twee millioen kilo's, wordt geleverd door een firma die er haar werk van maakt, dergelijke zaken op tentoon stellingen te verhuren. En nu is het voor ditmaal genoeg. Een volgenden keer hoop ik u eens een bezoek te laten brengen op het bureau van de Tentoonstellings-Commissie op den Singel 451, waar ik u dan in kennis zal brengen met de leden van het uitvoerend comité en met den architect, den heer Breman. Als het u aanstaat, lezer, dan zal ik den ge- heelen winter en in 't voorjaar nu en dan u eens komen vertellen wat er voor nieuws met de onderneming gebeurt en hoever het er mee staat, totdat ge in Mei de poorten zult kun nen binnengaan. P. M. Haarlem3 Jan. 1895. Volgens achterstaande advertentie is met Januari de gelegenheid weder opgesteld zich voor de school voor Kunstnijverheid alhier als leerling te laten inschrijven. De ontwikkeling van genoemde inrichting is steeds vooruitgaande en het Bestuur heeft de groote voldoe ning elk jaar een aantal jongelieden decoratieschilders, lithografen, gra veurs en stempelsnijders, beeldhou wers in hout en modelleurs af te leveren, die steeds met goed gevolg in het kunstambacht optreden; ter wijl de schilder- en teekencursus als ook de cur*us voor kunstnaaldwerk door een groot aantal dames werden bezocht. Op het Museum van Kunstnijver heid op het Paviljoen is thans eene tentoonstelling geopend van het werk der leerlingen, waaronder vooral de verzameling houtsnijwerken de aan dacht verdient; ook het graveer- en schilderwerk is goed vertegenwoor digd, terwijl het geheel een overzicht geeft van de practische richting die bij het onderwijs wordt gevolgd. Zij die belangstellen in het onder wijs kunnen deze tentoonstelling kos teloos bezichtigen. In de afgeloopen maand Dec. 1894 zijn op de Aardappel- en Botermarkt alhier aangey. yerfcocM laagste ïoozs.pr. Boter 814 Kg. 789 Kg. f 1,00 f 1,30 Biggen 898 st. 806 st. f3,f10, Schramm. 374 st. 341 st. f 6,16, Aardapp. 605 Hl. 600 Hl. fl.25 f3.25 Appelen 291 H.L. 186 H.L. 2.— 6.— Peren 301 HL. 227 H.L.fl.— f6.— Maandelijksch overzicht der uit gaven van de Vereeniging Aan behoeftigen werd in Nov. en Dec. na onderzoek uitgereikt Aan brood en levensmiddelen Nov. '94 f 481,0854, Dec. '94 f586,01, totaal van 1 Nov. '94 tot 31 Dec. '94 f 1067 09^ Aan brandstoffen f62,98 en f214,55, totaal f277,53. Aan ligging en kleeding f 68.775, en f94,82„ totaal f 163,60. In geld f 965,45 en f 1057,91 totaal f 2023 36. Totaal in Nov. '94 f 1578,29 en in Dec. '94 fl953,295. Totaal van 1 Nov. '94 tot 31 Dec. '94 f 3531,58s. VelBen. Ook om propaganda te maken, is namens „het Witte Kruis," afdeeling VelseD, buiten bezwaar van de kas een keurig nette portefeuille-kalen der van 1895 rondgezonden, met den Nieuwjaarswersch Geluk en Vrede in Uw huis, Dat wenscht U Veleen's Witte Kruis, terwijl op de achterzijde het doel der Vereeniging aldus omschreven wordt: Ons Doel. Met elkaar het Kruis te dragen, Dat behoeft'ge zieken drukt, Hen te steunen en te schragen, Gaan zij onder leed gebukt; Met elkaar er naar te trachten, Zooveel mooglijk hulp te biên, Oud'ren smarten te verzachten, In hun nooden te voorzien Met de kranken mee te lijden, Licht te brengen in hun huis. Zich uit liefde aan hen te wijden, Dat is 't doel van Witte Kruis W. D. De Secretaris der afdeeling is de heer W(ynoldy) D(aniels). Tengevolge van het langdurige stormachtige weder is opnieuw eene belangrijke hoeveelheid zand in de buitenhaven te IJmuiden gekomen, zoodat de waterseinen aan de sema phore een meter minder aangeven dan eenige dagen geleden. Bij een waterstand van A.P. staat er 76 dM. De kans dat het visschersvaartuig IJ. M. 26 met de opvarenden nog terecht zal komen, wordt zeer klein, omdat bij den Helder een bazaanmast is aangespoeld, niet afgebroken maar in zijn geheel, jjie herkend is als aan die schuit te hébben behoord, zoodat het scheepje hoogstwaarschijnlijk ver brijzeld is en de visschers verdronken zijn. Twee veelbeloovende jongens van 14 en 15 jaar, zijn door den gemeen teveldwachter du Pau te Alkemade gevat, verdacht van herhaaldelijk ge pleegde diefstallen. Op de prijsvraag „Het ontwerpen van de twee gevels van een hoek huis", uitgeschreven door de afdee ling Leiden en Omstreken van de Maatschappij tot bevordering der Bouwkunst, zijn drie antw >orden in gekomen onder -de motto's: N. in cirkel (geteekend), XIX de e uw, en D. Zij worden ter beoonleeling in handen gesteld van de afdeeling hier ter stede. Naar het engelsch van THOMAS COBB. 18) HOOFDSTUK XI. Arnold spreekt over de toekomst. „Je wilt zeggen, dat je vaders moordenaar wilt opsporen," zeide zij met eene huivering van afschuw. „Als hij vermoord is." „Zoo iB het Floy. Ik bekommer mij volstrekt niet om den moordenaar, als hij vermoord is, zooals je zegt. De moorde naar mag van mijn part opgehangen worden of niet. Waarom ik mij bekommer en wat ik wil vinden is het bewijs, dat oom Roderick dood is." „En toch," zeide zij, „is dit der politie! zoozeer mislukt, dat inspecteur Holt tot de gevolgtrekking kwam, dat vader nog moet leven." „Er bestaat groot verschil tusschen Holt en mij, Floy. Voor hem is het slechts een beroepsquaestie en voor mij om zoo te zeggen eene levensquaestie. Ik heb het geld noodig." Verontwaardigd Btond zij op, haalde diep adem, terwijl hare oogen van toorn fonkelden. „Hoe kan je toch zoo aan geld denken I" riep zij verwij tend uit. „Dat is afschuwelijk, ergerlijk. Wat bekommert ge u om geld indien hij dood is?" „Nu, wanneer hij nog leeide, zou ik er mij al heel weinig om bekommerengaf Arnold hierop ten antwoord en stond insgelijks op. „Hoor eens hier Floy; koester nu niet de ge dachte, dat het mij niet zeer spijt voor jou het spijt mij drommels. Toch is het onnoodig om zoo over het verlorene te treuren, en ik zou er bijna een eed op willen doen, dat oom Roderick dood is als een pier. Ik bezit geen cent op de wereld en een jaariijksch inkomen van meer dan duizend pond ligt op mij te wachten. Wanneer ik er niet naar ver langde om het te bezitten, dan zou ik geen~ mensch zijn; en dat ben ik juist wel." Zij verliet de kamer en sprak Arnold niet eerder dan aan de lunch. Zij wilde werkelijk gaarne gunstig over hem den ken, zooals steeds het geval was geweest voor dezen dag; dus trachtte zij er haar neef toe te bewegen over andere dingen te praten. „Wat ik zeggen wilde," zeide hij weldra, „ik zag, dat het bordje voor „Boschzicht" verdwenen was. Het is dus einde lijk verhuurd. Aan fatsoenlijke lieden?" „Vader was zeer met mijnheer Fairford ingenomen," gat zij ten antwoord. „Hij woont hier nog geen drie maanden." „Dus een oude vent, wanneer tenminste oom Roderick zoo goed met hem kon omgaan „Mijnheer Fairford is volstrekt niet oud. Hij ziet er niet ouder uit dan jij jonger zelfs dan jij vóór je vertrek." In den namiddag kwam Arnolds bagage en vo r het diner zinspeelde hij er op, dat Florence hem den sleutel van den wijnkelder maar moest geven. Toen hij haar later weer op zocht in de zitkamer, gloeiden zijne wangen, en een oogen blik gevoelde zij bijna vrees voor hem. „Wat is het drommels stil hier," zeide hij en nam naast haar plaats op de sofa „rf-ehoon iedereen het wel gezellig zou kunnen vinden dunkt mij, als hij er maar aan gewend was. Bovendien zal ik na vandaag nog genoeg te doen heb ben. Ik vrees, dat ik je wat lang alleen heb gelaten Floy." „Ik was boven bij Ann," was haar antwoord. „Ik heb haar vandaag langer dan gewoonlijk alleen gelaten." „Die goede, oude Ann. Zij was nog de kwaadste niet. Haar paspoort is zeker afgeteekend? Ach ja," voegde hij er ernstig bij, „wij moeten allen sterven; dat doet iemand nu en dan eens nadenken, nietwaar Het wijst np een mo raal maak gebruik van den tijd, die u gegeven is. Dat zal ik hier doen, wanneer je het goed vindt." „Daar heb ik niets mee te maken," zeide zij en zocht een stoel bij de piano op. „Wat bedoel je daar mee?" „Wanneer vader werkelijk dood is, dan behoort alles jou toe. Ik heb hier volstrekt geen rechten." „Kom Floy, spreek nu zoo niet. Je weet, dat ik niets om deze bezitting zou geven, als jij er niet waart." Hij verliet de sofa en legde zijne armen op den rug van haar stoel

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 1