Mtoor-Dnitata.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Vrijdag 25 Januari 1895.
No. 3547
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
c.
STADSNIEUWS.
„Weldadigheid naar Vermogen".
B IN N E N L A N X),
FEUILLETON
12e Jaargang
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franee door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Buraau: Kleine Houtstraat Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, SuceParij» 31 bis Faubourg Montmartre:
Nota's, Rekeningen, Wissels, Qui-
tantiën, Brievenhoofden, Memoranda
sn alle overige Drukwerken, die op
kantoren voorkomenworden ter
Stoomdrukkerij van dit blad goed-
billijk en vlug gedrukt.
De Directeur Uitgever
Haarlem, 24 Jan. 1895.
De heer L. Jansen Fz. vondWoen-
dagavond een aandachtig gehoor voor
de door hem gehouden voordrachten
bij de leden met hunne dames van
de afdeeling Haarlem der Nederland-
schen Vereeniging van Spoorweg
ambtenaren, die het gezellig boven
zaaltje van café „Brinkmann" vulden.
Verscheidene malen reeds zijn wij
in de gelegenheid geweest den
heer Jansen proeven van zijn talent
te hooren afleggen, en ook de avond
van Woensdag heeft zijne goede re
putatie van uitstekend lezer te zijn
bevestigd. Van de zestal voordrach
ten, die hij voor dezen avond geko
zen had, en waarmee hij het aandach
tig gehoor wist te boeien, werden
voor de pauze gegeven „Alle vijf" van
en ,,'t Diner van Manus" van
Justus van Maurik Jr., het eerste
een eenvoudig, treffend verhaaltje, het
tweede geschreven in den bekenden
gezelligen trant van van Maurik, om
den lachlust op te wekken. Ondanks
echter het verschil van inhoud wer
den beide op juisten toon door den
heer Jansen voorgedragen.
Verder bevatte het programma voor
dezen avond nog: „Hoe Jetje ge
zoend werd," door J. van Maurik Jr.,
„Jodocus" van W. M. Terwogt en „De
vertrapte pier" en „De wedstrijd in
het reciteeren", heide door F. D.
Henny.
Arrondissements-Rechtbank
Zitting van heden Donderdag 24 Jan.
'De vischventster te Zaandam, Grietje
Bendeker, die veertien dagen geleden
terecht stond wegens brandstichting
in? hare eigen woning, werd heden
veroordeeld tot 2 jaar gevangenisstraf
De eisch van het O. M. was éen
jaar.
Een niet veel goeds belovend ventje
is de veertienjarige Hendrikus Dirks.
Dit „jochie" stal in December een
koevoet van de firma Beijnes en
zeven en vijftig spieën van de Hol-
landsche Spoor. Deze spieën wegen
te zamen veertien kilo, maar het
ventje vervoerde ze in eenmaal in zijn
broekzakken
Wanneer hij gelegenheid heeft zich
even om te keeren, steekt nij spottend
den tong uit tegen het publiek. Reeds
vroeger heeft hij ook wegens diefstal
van ijzer 14 dagen gevangenisstraf
ondergaan.
Deze kwajongen is, naar de subst.
off. v. just, mededeelt, de eenige uit
een groot gezin die niet oppassen
wil. Strenge straf acht spreker ter
zijner verbetering noodig en requireert
derhalve zijne veroordeeling tot ge
vangenisstraf van 6 weken.
Onder de treurigste strafzaken
ter wereld behoort wel de moed
willige verlating van kinderen door
hnnne ouders. Voor dit feit staat
Ferdinand Felder terecht, verwers-
knecht, die naar de dagvaarding
zegt zijn dochtertje Wilhelmina even
drie jaar oud, in de maand Novem
ber onverzorgd aan haar lot heeft
overgelaten.
Felder werkte toen in den Haag
en gaf daar f5,kostgeld. De reis
kostte hem f 1.50 en daar zijn loon
f 10,bedroeg had hij nog f 3.50 in
den zak toen hij des Zaterdags thuis
kwam. In zijn woning in de Tulpen
straat was zijn vrouw niet meer, deze
was in de gevangenis met haar zui
geling.
Een bekende van Felder, vrouw
Smit in de Kleine Houtstraat, ver
klaarde zich bereid het kind van Fel
der en een zijner voorkinderen tot
zich te nemen, op voorwaarde dat de
vader voor de kleertjes zorgen zou.
Felder gaf daarop geen antwoord en
vertrok, zooals hij zelf zegt, baloorig
over zijn vrouw, Zondagavond naar
den Haag, de stumpers onverzorgd
achterlatende.
Wel tracht hij nu te beweren, dat
de belofte van vrouw Smit in zijne
oogen niet veel te beteekenen had
en dat hij feitelijk niet in staat was
de kinderen te onderhouden omdat
hij geen geld bezat, maar de subs. off.
v. just, qualificeert het misdrijf als
zeer ernstig. Er kan twijfel bestaan
over de vraag of hij verplicht was tot
het onderhouden der kinderen van
zijn vrouw uit het eerste huwelijk,
maar zeker was hij daartoe verplicht
ten opzichte van zijn dochtertje Wil
helmina.
Eisch gevangenistraf van 3 weken
Daarna stond terecht Hendrik Ja
cobus de Wilde, 18 jaar, koopman
wegens het ontstelen van een porte-
monnaie met geld aan een stom
dronken man, dien hij met Albertus
Willemse zou thuis brengen.
Deze Willemse. het boefje dat on
langs aan een dame in de kerk op
de Groenmarkt, een portemonnaie
ontrolde en nu in bewaring is, treedt
als getuige op. Zijn verklaring is nu
anders, dan die hij vroeger aan mr.
Van Outeren heeft gedaan, „maar",
zegt hij, „als je 24 uur in een hok
zit, zeg je maar alles om er uit te
komen." Stijf en sterk ontkent hij,
dat er tusschen hem en den be
klaagde in de cellen beneden een
gesprek is gevoerd. Het is evenwel
door een rijksveldwachter opgetee-
kend en de Wilde vroeg Willemse,
om maar aan de Rechtbank te zeggen
dat het donker was, dus dat hij het
wegnemen van de portemonnaie niet
heeft kunnen zien.
Eisch zes maanden.
Eindelijk kwam nog voor de 19-
jarige Joseph Bos, arbeider te Lands
meer, wegens nachtelijken diefstal
van zeven eenden. Beklaagde bekent,
de eisch is 4 maanden gevangenis
straf en de ambtshalve toegevoegde
verdediger pleit clementie.
Is het niet merkwaardig en treurig
tevens, dat van de 4 beklaagden in
dit verslag vermeld, drie nog slechts
aankomende jongens zijnOver 't
algemeen en niet enkel heden komen
er tegenwoordig tal van jeugdige per
sonen als beklaagden voor de recht
bank.
Afdeeling: „Werkverschaffing"*
Van 1 Nov. tot 24 Januari hebben
zich de volgende personen aangemeld
42 voor werkvrouw, 5 voorwasch-
vrouw, 9 voor naaister, 6 voor grond
werker, 18 voor loopwerk, 3 voor brei
werk, 14 voor loopknecht, 5 voor op
passer, 3 voor koffiehuisbediende, 2
voor schoenmaker, 4 voor schrijf
werk, 1 voor stucadoor, 2 voor koet
sier, 3 voor kantoorbediende, 6 voor
schilder, 12 voor los werkman, 3 voor
kleedermaker, 2 voor timmerman, 1
voor sigarenmaker, 2 voor licht werk,
1 voor dames-laarzenmaker, 2 voor
mangelwerk, 1 voor bloemistknecht,
1 voor baker, 1 voor broodbakkers
knecht, 2 voor kookster, 1 voor
waakster, 1 voor smid, 1 voor strijk
ster, 1 voor dagmeisje, 1 voor zadel
mak "r.
Particulieren en werkgevers, die
van bovenstaande aanbiedingen ge
bruik wenschen te maken, wordt
beleefd verzocht hunne aanvragen
schriftelijk tot het Bestuur te rich
ten, bus Doelen of Stadhuis.
Inlichtingen kunnen dagelijks van
91 en van 36 uur verkregen wor
den bij den administrateur, burem
Doelen.
Aangaande de bekende Spaarkas
zaak te Hillegom wordt ons nog ge
meld:
Nader blijkt dat jde nalatenschap
van wijlen den penningmeester H.
Nieuwenhuis o.m. bestaat uit onbe
zwaarde vaste eigendommen ter waarde
van circa f9000.
Ook al blijven de sedert 1882 afge
treden commissarissen weigerachtig
de voorgestelde bijdragen te voldoen,
bestaat er geen twijfel meer of de in
leggers ontvangen al hun inlagen
uitbetaald.
Velsen.
Offchoon eenige heeren, meest allen
bestuursleden der Verei-niging „Hulp
en Bijstand" het voornemen hadden
opgevat, om weer warme spijs in een
lokaal op de Heide gratis te verstrek
ken, is hun na onderzoek gebleken,
dat in dezen winter de behoefte
lukkig nog niet zoo groot is om reeds
uitvoering aan dit plan te geven.
Voorloopig zal men er dus nog niet
toe overgaan.
Te Sloten (N.-H.) is een derde koe
van de vtehoadster Pruim aan milt
vuur gestorven de overige runderen
zijn thans ingeënt.
De krans, die Zaterdag aan de uit
Lombok terugkeerende militairen na
mens IJmuidens burgerij aangeboden
is, werd door hen te Amsterdam - ver-
gegeven aan kapitein Wijnmalen met
verzoek hem op het bureau van af
monstering op te laten hangen. Zij
stelden hem op hoogen prijs, ma r
begrepen, dat het ook hun kameraden,
die na hen zullen repatrieeren, genoe
gen zal doen te weten, hoe hunne
daden door de bevolking van IJiijui-
den gewaardeerd zijn geworden.
Bij den landbouwer van. Wijk bij
Nieuw Vennep zijn acht schapen do r
honden verscheurd.
{Zie vervolg Stadsnieuws 3e pag
Parlementaire praatjes.
Precies zooals ik de eer had te
voorspellen ving het debat over de
wetsontwerpen betreffende de gemeen
tezaken van Opsterland en Weststel
lingwerf aan, met een rede over de
grondwettige quaestie, door die wets
ontwerpen in het leven geroepen. Er
ger dan datDe heer Borgesius ging
zelfs de geheele geschiedenis der be
paling van art. 144, alinea 4, der
Grondwet in bijzonderheden na. Na
tuurlijk met een bedoeling en wel
dezete doen uitkomen, dat de be
paling slechts kon worden toegepast
met goedvinden der Staten-Generaal
en dat positief van „grove" verwaar-
loozing moest zijn gebleken. Nu kon
er grove verwaarloozing zijn zonder
opzet of kwade bedoeling, ook in het
onderhavige geval, maar in elk ge
val heeft men rekening te houden
met de bedoelingen der betrokken
gemeentebesturen. Er was hier geen
weigering om een begrooting op te
maken, wèl om een begrooting op
een bepaalde wijze vast te stellen,
gelijk door de hoogste administratie
ve macht werd gevorderd. Het recht
nu om dat te vorderen, werd door
den heer Borgesius op Staatsrechte
lijke gronden bestreden. Nader in
gaande op den toestand der beide ge
meenten en de belastingheffing aldaar,
betoogde spr. dat van „grove" ver
waarloozing geen sprake kon zijn.
Althans de Min. bad dit niet bewe
zen. En te minder was de heer Bor
gesius nu geneigd de voorstellen aan
te nemen, omdat hij andere uitwegen
zag, bijv. heffing van meerdere op
centen op het ongebouwd en opcenten
op 't gedistilleerd. Met ernst waar
schuwde hij tegen de ernstige gevol
gen die dwangwetten als deze hebben
konden.
De uitvoerige rede van den heer
Borgesius werd gevolgd door een even
uitvoerige van den heer Pijttersen,
grootendeels een herhaling van feiten
en cijfers door hem in zijn artikelen
in De Amsterdammer medegedeeld
Een en ander ten betooge, dat de
door de Reg. gewenschte inoreuk
p de autonomie der gemeenten
niet gerechtvaardigd kon heeten,
omdat de oorzaken van d n achter-
uitgang der gemeenten O. en W.
niet te vinden waren in het be
heer der respectieve raden. Subsidiën
voor werkverschaffing, ter vervanging
van de bedeeling, die z. i. volstrekt
niet te ruim geregeld was, of opcen
ten op het gedistilleerd konden deze
gewelddadige maatregelen voorkomen.
Beide sprekers betoogden dat de hoof-
delij&e omslag niet kon worden op
gevoerd.
Aan hun zijde schaarde zich dr.
Kuijper, wiens stem zoolang niet in de
Warner was vernomen en wiens rede
naarstalent en zeggingskracht door zijn
Iziekte niet bleken te hebben geleden.
Naar het engelsch
van THOMAS COBB.
35)
HOOFDSTUK XX.
Inspecteur Holt aan het werk.
Dat heeft mijne ervaring mij geleerd. Degeen, die de kist
heeft geopend, deed dat kalm en zonder overijling. Hij ver
wijderde de planken boven het graf, sprong er in, nam een
schroevendraaier ter hand en maakte eenvoudig de schroe
ven achter elkaar los. Daarna klom hij er weer uit, totdat
hij den rand van het deksel vasthield, en daarna...."
„Houd maar op!" riep Arnold uit. „U maakt mij ziek,"
en hij liep naar de deur en begaf zich naar beneden, terwijl
inspecteur Holt alleen achterbleef, het deksel weer op zijne
plaats bracht en hem daarna volgde.
„U blijft nu zeker hier?" zeide hij en trad de eetkamer
binnen om zijn hoed te halen.
„Dat hangt van de omstandigheden af," antwoordde Ar
nold. „Neem mij niet kwalijk, dat ik u alleen liet, maar ik
ben nog met geheel in orde, en op mijn woord u waaTt...."
„Wat al te realistisch nietwaar? Nu, goeden dag mijnheer
Derweut."
Toen hij eenmaal buitenshuis was, wreef inspecteur Holt
zich vergenoegd de handen en begaf zich met vlugge schre
den naar „The Laurels". Nadat hij in de ontvangkamer was
binnengelaten verschenen weldra dokter Viret en Florence,
die niet was te overreden om zieh verder niet met die pijn
lijke zaak in te laten. Na de beproeving van dien morgen
zag zij er zeer vermoeid en uitgeput uit, maar haar blik ver
helderde toen zij inspecteur Holt zag, die ondanks zijne
laatste vergissing haar nog vertrouwen inboezemde.
Door het onderzoek was geenszins eenig licht in de duis
ternis gekomen, en evenals toen Owen haar het nieuws had
medegedeeld, was zij met afgrijzen vervuld over de verdwij
ning van het lijk harer moeder.
„Ik was bang, dat u weer naar Londen waart terugge
keerd," zeide zij, toen de detective haar had begroet, „want
ik heb er naar verlangd om u te kunnen spreken. Inspec
teur Holt," voegde zij er smeekend bij, „spoor als 't u blieft
het lijk mijner moeder op! Waar zou het kunnen zijn? Alles
wat ik in de wereld bezit zou ik er voor over hebben om het
weer te vinden."
Het was meer haar toon dan hare woorden, die de harten
van hire toehoorders troffen, hoewel Holt hiervan minder
liet blijken dan dokter Viret.
„Ik zal mijn best doen," gaf hij ten antwoord, „meer kan
ik niet zeggen. Wat wij moeten ontraadselen is een van de
duister-'e gchei zinnigheden, waarbij ik ooit betrokken ben
geweest. Wat wij het eerst moeten opsporen is, wie de moor
denaar van mijnheer Dt-rwent is geweest."
„Dat is van geen belang bij het andere vergeleken 1" riep
Florence u:t. „Mijne lieve moeder heeft men mij ontstolen.
Zeg nnj waar zij is, laat haar lijk worden teruggebracht en
weer rusten in haar graf!"
Dotter Viret drong haar met zachte hand plaats te nemen
in een stoel, en terwijl inspecteur Holt ook ging zitten, bleel
hij zelf staan met zijn blik gevestigd op het droeve, schoone
meisjesgelaat.
„U moet weten miss Derwent," verklaarde Holt, „dat ik
hoop. dut de eene ontdekking de andere ten gevolge heeft.
Niet dat de perBoon, die mijnheer Derwent vermoordde ook
noodzakelijk het lijk uwer moeder moet hebben doen ver-
dwij en. Dat volgt er volstrekt niet uit. Iemand kan haar
kist hebben geopend om te beginnen...."
„Maar daarmee kan men geen doel hebben gehad," aldus
viel Florence hem in de rede. „Er was geen enk, le mogelijke
be wee-reden voor."
„Diefstal was de beweegreden niet," antwoordde de inspec
teur. „Mijnheer Derwent had zijn horloge nog op zijn
lichaam. Het was stil blijven staan op kwart voor vieren. Ik
kom zoo juist van „The Rookery"."
„Hebt u geen enkele aanwijzing gevonden vroeg dok
ter Viret.
„Ik kan niet zeggen juist eene aanwijzing té hebben dok
ter, maar een paar omstandigheden hebben toch mijne aan.