BINNENLAND.
Letteren en Kunst.
Sport en Wedstrijden,
Rechtszaken.
afd. zelve en van de onder&fd. Rede
rijkerskamers, Zouaven en Timmer
lieden.
De houtbewerkers maken een
goed figuur. Er is een zeer meoi
in hout gesneden Mariabeeld, een
kippenhok, een theetafel met uittrek-
blaa op rollen en van J. A. Lips een
geheel uit sigarenkisten-hout vervaar
digde imitatie van het altaar in de kerk
op de Oude Groenmarkt, een werk
waarbij men niet het minst het ge
duld van den maker bewondert. Van
handigheid getuigt ook een mandje
van bindbast vervaardigd.
Onder de inzendingen van de
metaalbewerkers trekt een miniatuur
stoomwerktuig voor een baggermolen
de aandacht, het werk van Theod.
Koninge,een parapluie-standaardje van
van El, die ook het ontwerp voer
een vaandel voor deze afd. inzond,
en een passerdoos van W. Deppe.
De bakkers zelfs hebben kans gezien
om iets aardigs te exposeeren. Zij
vervaardigden portretlij sten in strik
vorm en hingen in de openingen de
portretten van koningin Wilhelmina.
van den algemeen voorzitter van den
Bond, van den onlangs afgetreden
afdeelings-voorzitter, den heer de Jong,
van diens opvolger den heer J. H. A,
Lohman en van den president der
tentoonstellings-commissie, den heer
A. J. Dernison. Een wittebrood en
een krentenbrood van reusachtige af
meting zouden iemand honger doen
krijgen.
De schilders zijn vertegenwoordigd
door een aantal ontwerpen en teeke-
ningen, de decoratieschilder J. A. van
Yelsen gaf een proefje van zijn kunst
door de inzending van een doek,
waarop een en ander zijn vak rakende,
is afgebeeld. Wat zoude* de sehu en-
makers anders inzenden dan schoenen
Dat hebben ze ook gedaan en elegant
uitziend werk geleverd.
Met dit vluchtige overzicht zouden
we kunnen eindigen, ware het niet
dat er nog een nieuwigheid te ver
melden overbleef en wel eene door
den heer Dernison verbeterde ruige
gele kaspar-doperwt. De verbetering
van de vrucht is hierin gelegen, dat
zij 8 9 erwten in de schee behelst,
terwijl gewoonlijk niet meer dan
5 6 voorkomen. Zöven is al eene
uitzondering.
Bij het heengaan troffen we nog
in het voorzaaltje eene inzending draad
en gaas van de firma J. B. Lohman
en een aantal eigen vervaardigde ge
reedschappen, als spaden, vorken,
kruiwagens en dergel. aan en we
verlieten het gebouw, met de over
tuiging dat de tentoonstelling wel
klein, maar zeer bezienswaardig is.
Een woord van dank aan den heer
Dernison,die ons vriendelijk de noodige
inlichtingen verschafte, mag hier een
plaats vinden. Het tentoonstellings-
bestuur bestaat, behalve uit dezen,
uit de heeren H. Vester, J; Bork,
H. A. J. Lohman, C. Roest, J. van
Kessel en J. P. Meijer.
Ongeveer te twee uur werd de ten
toonstelling namens den eerevoorzit
ter Z.D.H. Mgr. Bottemanne, door
den Z.E. heer Wierdels, geestelijk ad
viseur van de afd., geopend.
Spreker begon met een woord van
dank aan den heer commissaris der
Koningin en B. en W. dezer gemeen
te, voor de beEchikba .retelling der
zaal, waaruit hunne sympathie bleek
voor den werkman en het werk in
zijn vrije uren doorhem vervaardigd.
Na een woord van dank aan de
inzei.ders, patroons en leden der
jury, vestigde spreker er de aandacht
op, dat uit deze bescheiden tentoon
stelling blijkt toewijding van den
werkman aan zijn vak, een eigen
schap die waardeeriag en steun ver
dient tegenover het morren van den
ontevredene, die daardoor allen adel
aan zijn vak ontneemt.
.jGaat voort, christelijke werklie
den, op den ingeslagen weg!" riep
spreker ten slotte uit. Toont door
uw voorbeeld en door uw gedrag,
dat de werkman geëerd moet wor
den I"
Met applaus werd deze rede be
groet.
De uitspraak der jury kunnen wij
heden niet meer melden, zij volgt in
bet Nr. van morgen.
Door de rechercheurs Verkerk en
Van Halst is aangehouden en naar
het Huis van Bewaring overgebracht,
F, de KuBter, oud 21 jaren, koopman
alhier woonachtig, verdacht van dief
stal, door middel van een valschen
sleutel, van een partij vleesch uit de
slachtplaats van den vleeschhouwer
Weller. Halfgebraden is het vleesch
in zijne woning gevonden en in be
slaggenomen.
Door de politie is in beslag geno
men een valsch kwartguldenstuk, voe
rende de beeltenis van H. M. de
Koningin Wilhelmina en het jaartal
1895.
Kegelwedstrijd.
De uitslag van den personeelen wed
strijd van de kegelelub „Hard gaat
ie," is als volgt
le pr. goud. med. v. Lith Am?t 73:
2ö pr. v.zilv. Gründemann, alhier 70;
3e pr. de Bruine Groeneveldt, Leiden
694e pr. zilv. med. Ravenswaai,
Rott. 68; 5e pr. zilv. Tueke Amst.
676e en 7e bronzen H. H. Lehbeck
en J. J. H. Fischer Amst. met 67 en 65.
Consolatie zilv. med. Hulsmann
Amst. 42; eereprijs K. H. Lohbeck
283; negeapr. A. Aartsen, 9 negeas
achtenpr. Sickler, Amst. 9 achten en
zevenpr. van Lith 15 zevens, de
laatste prijzen in 50 worpen.
Bureau voor Vraag en Aanbod
voor den Arbeid.
Te Haarlem bestaat gelegenheid tot
inschrijving van werkloozen voor vak
mannen op Woensdagavonden en losse
werklieden op Zaterdagavonden tel
kens van tot 9% unr op den „Doelen".
Door de commissie worden de vol
gende werkeloozen aanbevolen:
Timmerlieden, metselaars, schilders,
scheepstimmerman, smid, opperlieden,
boekbinder, schippers en zandvaar-
ders, tuinknecht, oppasser loopknecht,
vormer voor ijzergieterij, colperfcears,
losse werklieden, te zamen 82 perso
nen, welke gedurende de laatste maand
zijn ingeschreven.
Heeren Werkgevers, welke van deze
aanbieding wenschen gebruik te ma
ken, wordt beleefd verzocht hunne
aanvragen te bezorgen in de bus
welke geplaats is in de gang van den
Doelen.
Namens de Commissie
J. HUIZING, Seoret
Visscherij te Zandvoort.
Zeven schuiten zijn alhier dit jaar
voor de visscherij aangemonsterd,
waarvan de laatste Donderdag is uitge
zeild.
Voor 2 schuiten is tot nu toe
nog geene bemanning te vinden ge
weest, zoodat de visschersvloot, die
toch reeds niet groot was, met 2
schepen zal worden verminderd. De
oorzaak van dien achteruitgang is
geringe vangstde besommingen
welke den laatsten tijd werden ge
maakt, zijn ook zoo gering, dat het
meer dan waarschijnlijk is, dat de
pogingen, welke worden aangewend
om nog ééne schuit in de vaart te
brengen, t6 vergeefsch zullen zijn.
Enkele matrozen van hier hebben
zich reeds elders voor de haringvis-
scherij doen aanmonsteren. Deze
visscnerij is ook voor Zandvoort zeer
gewenscht, daar men het ook met de
kant visscherij, zocals die thans is,
niet zal kunnen uithouden.
Wil men hier met de haringvangst
beginnen, dan zijn daar ongetwijfeld
moeilijkheden aan verbonden, do h
daar deze greotendeels van geldelij-
ken aard zijn, zouden zij wel uit den
weg te ruimen zijn, wanneer men op
dit gebied iets voor Zandvoort zou
willen doen.
Te Beverwijk zal de keuring van
hengsten ter toekenning van provin
ciale Bubsidiën en aanhoudingspre-
miën voor Noord-Holland boven het
IJ gehouden worden op Vrijdag 15
Maart a. s.
Vooraf zal eene keuring worden
gehouden ter inschrijving van paar
den in het Stamboek.
Door de politie te Halfweg is aan
gehouden en ter beschikking gesteld
van de Haarlemsche justitie een
jongmensch als ontvlucht uit 's Rijks
werkinrichting en voor het onder
gaan van een jaar gevangenisstraf
gesignaleerd in het Algemeen Politie
blad.
Marktbericht.
Graan- en Zaadmarkt gehouden te
Hoofddorp Haarlemmermeer, 7 Maart
1895.
Roode wintertarwe f0.a f0.
Witte tarwe f4.a f5,40, Zomer
ristarwe f 0.a f 0.Rogge f 3.50
a f 4,Haver f4.50, a f5.25, Che-
valiergerst f 0.—a 0.Duivenboonen
f5.40 a f 5.85, Paardenboonen f4.75
a f5.20, Wintergerst f3.25 a 13,75.
Verzekering van werklieden
voor den ouden dag.
In het café „de Kleine Willem
Barends" te IJmuiden trad Donder
dagavond als spreker op in een volks
vergadering, belegd door het departe
ment Velsen der Maatschappij tot
Nut van 't Algemeen, de beer Mr. H.
Smee»ge, lid der Tweede Kamer en
oehandelde voor een zeer talrijk ge
hoor, waaronder veel werklieden „de
Verzekering van Werklieden voor den
ouden dag.".
Op duidelijke wijze werd doorhem
aangetoond, dat het noodzakelijk is
voor de oude afgewerkte mannen
te zorgen, die het hunne ruimschoots
bijgedragen hebben tot instandhou
ding der Maatschappij.
V' lgens spreker moeten werklie
den en werkgevers geholpen door den
Staat deze zaak op void, ende wijze
regelen.
Parlementairs praatj es
Met algemeene stemmen is het
wetsontwerp betreffende de heffing
der invoerrechten aangenomen.
Maar wat de motie-Gerritsen be
treft (arbeidsduur en loonsbep&ling)
is men nog lang niet aan het stem
men toe.
Prof. Drucker, die heden (Donder
dag) het eerst het woord voerde ter
verdediging van de motie, trachtte al
lereerst in het licht te stellen dat zij
geen inmenging van den wetgever
vraagt, maar slechts een wensch uit,
aan den Staat als werkgever gericht.
Een algemeene wettelgke regeling zo*
zeker de voorkeur verdienen, omdat
de toestand der arbeiders nog lang
niet zoo is als die ken en behoorde
te zijn. Men had 't bezwaar geopperd,
dat loonsbepalingen de werkloosheid
vermeerderen; met voorbeelden be
streed spr. deze meening, gelijk hij
ook bestreed, dat de wanverhoudin
gen in de vakken en steden er door
zouden vermeerderen en dat de beste
werklieden er het meest bij gebaat
zouden zijn* De motie vroeg ook niet,
dat de Staat de bepalingen zou over
nemen, doch alleen dat de Staat re
kening houde met het in sommige
steden geldend gebruik, mits duide
lijk vaststond wat daaronder moest
worden verstaan. Dat in verschillen
de steden ee*ige ongelijkheid sou
heereehe*, afhankelijk van loeale toe
standen, was niet te ontgaan. Maar
de motie zou in elk geval verbetering
van toestanden tengevolge hebben.
Zoo onschuldig als de toelichting acht
te de heer Hintzen de metie niet.
Niet de wetgevende dooh de uitvoe
rende macht zou er door gebonden
worden. Het opdrijven der loonen
boven de in de particuliere industrie
besteede, achtte spreker een gevaar
lijk iets alleen nog te rechtvaar
digen indien misbruiken waren ge
bleken, die z. i. echter niet waren
aangetoond. De verhoogde loonsbe
palingen werkten z. i. werkstakin
gen in de hand. Tegen die bepalingen,
die geen rekening houden met indus
trieele bekwaamheden en de produc
tie-prijzen ver hoegen, was spr., ook
op grend van de te Amsterdam op
gedane ondervinding, ten sterkste
gekant en hij meende de motie ook
daarom te moeten afstemmen, omdat
zij in de gevolgen eenzijdig zou wer
ken.
Natuurlijk bleef tegenspraak niet
uit. Inzonderheid voor de bouwvakken
verhoogde loonsbepalingen bepleiten
de onder herinnering dat de nij
verheid er nergens op was achteruit
gegaan, daar we waren „afgedwongen"
betwistte de heer Heldt, dat ver
hooging van productie-kosten daarvan
het gevolg zou moeten zijn. Hij be
streed voorts dat te Amsterdam de
ondervinding een ongunstige zou zijn
geweest en meende dat de motie geen
vrees voor werkstakingen of wat dan
ook behoefde te wekken.
Ook de heer Heemskerk verdedigde
de motie. Een nieuw argument in
zijn rede was, dat hij den Staat niet
wilde zien ingrijpen in bestaande toe
standen, d&ar waar loonsbepalingen
bestaan. Overigens sloten zijn argu
menten zich bij die der overige ver
dedigers der motie aan en is neg
alleen te releveeren, dat hij, herinne
rende aan het tot stand komen der
bepalingen te Amsterdam, uitdruk-
kelij k deed uitkomen, dat die volstrekt
geen „rood" karakter droegen.
Voor den heer van Karnt beek gold
het bezwaar, dat men den Staat wilde
dwingen de gemeenten na te volgen
en dus gemeentelijke protectionisme
in de hand te werke*.
De heer Rutgers hield weder een
zijner redevoeringen, puntig en sar
castisch, waarvan hij het geheim bezit.
Hij begon met de verklaring, dat
hij vóór de motie was. Natuurlijk, als
de Staat een aanbesteding hield, een
raming maakte voor een in zekere
gemeente uit te voeren werk, dan
moest- hij daarbij rekening houden
met de locale verhoudingen, met
loonstandaard en gebruikelijke* werk
tijd. Dat was bijna een axioma.
Maar en nu begon hij de motie
eventjes aftebreken wat de voor
steller wilde, was dat de Staat ook
loon- en arbeidsduurbepaliagen zou
maken. En daar was de heer Rutgers
mordicus tegen. Want de Staat moest
onzijdig blijven en niet veranderlijk
wezen, al naar de gemeentebesturen
beliefden. Als de gemeentebesturen
royaal wilden wezen met het geld der
belastingbetalers, dan zouden dezen
wegloopen en met hen het werk. Dan
zou er nood ontstaan en moest de
Staat weer bijspringen. Daarom was
de motie bedenkelijk en ook omdat
zij een stap zette op den weg die tot
desorganisatie van den arbeid zou
leiden.
Heden (Vrijdag) 11 uur voortzet
ting.
G. Jr.
Heden seint men ons uit Den Haag,
dat de motieGerritsen is verworpen
met 38 tegen 36 stemmen.
Koloniaal werfdepot.
De vorige maand werden bij het
koloniaal werfdepót voer den militairen
dienst in Indië aangenomen 164 per
sonen, aan wie een handgeld werd
uitbetaald van 40.910.
Van die 164 werden 122 in de ver
schillende garnizeenen van ons land
voorloopig en te Harderwijk defini
tief aangenomen en wel 76 Neder
landers, 29 Dnitechers, 10 Bel
gen, 5 Zwitsers, 1 Luxemburger
eu 1 Oostenrijkers. De overige 42
werden overgenomen van de korpsen
van het leger hier te lande, namelijk
26 van de infanterie, 10 van de ar
tillerie, 4 van de cavalerie, 1 van de
genie en 1 van de koloniale reserve.
Als een bewijs van groote trouw
bij dieren deelt men aan de P. O. C.
mede, dat de hond van den man, die
Woensdag te Groningen door een
trein overreden werd, nadat zijn.
meester was vervoerd, naar de plaats
des onheils, kenbaar aan een plas
bloed, terugkeerde. Het trouwe dier
bleef daar liggen en liet zich door
een volgenden trein overrijden.
De om zijne anarchistische gevoe
lens ontslagen onderwijzer A. Dijkstra,
van Menaldumadeel, zal binnenkort
in aanraking komen met den straf
rechter. Althans er is tegen hem en
zijn broeder eene aanklacht wegens
mishandeling ingediend, en dat wel
door zijn eigen vader. De broeders
hebben den ouden man eene wonde
aan de achterzijde van het hoofd toe
gebracht en drze heeft gemeend van
dat feit de justitie in kennis te moe
ten stellen.
De uitgevers zenden ons het eerste
Nr. van den eersten jaargang van het
tijdschrift voor electrotechniek „Elec-
tra".
Deze eerste aflevering beslaat lit
vel druks (24 pag.) 4U formaat en
bevat artikelen van technisehen aard,
oeconomische beschouwingen en al
lerlei mededeelingen uit buitenland*
sche tijdschriften, benevens kleinere
mededeelingen, r chtsquaesties en
een lijstje van over het vak nieuw
verschenen werken.
Het nationaal kampioenschap voor
wielrijders zal dit jaar op de baan te
Arnhem worden verreden, waarschijn-
luk den 2en Juni. Ook zal in 1895
de honderdkilometer-wedstrijd aldaar
gehouden worden.
De eerste wielerwedstrijd wan dit
jaar op de baan der Wielrij-lersclub
„Arnhem" zal op 5 Mei plaats hebben.
Da rechtbank te Amsterdam heeft
Donderdag uitspraak gedaan ih het
geding tegea Bloemsma eu Mesker,
die op 26 Februari terechtstonden
beschuldigd yan diefstal van eeue som
van f2100 ten nadeele van den heer
Cadènes, Spuistraat 291, en wel in
den nacht yan 14 op 15 October 1894.
Zooals men vreet, werden beiden te
Leeuwarden aangehouden.
De rechtbank achtte beiden sehnl-
dig aan het ten laste gelegde feit en
veroordeelde Bloemsma (recidivist)
tot 6 en Mesker tot 5 jaren geyan
genisBtraf. D. eisch was 8 en 6
j *ren.
D; Haagsche rechtbank veroordeel
de Donderdag den timmerman t9
's-Hage die in het kleedermagazijn
van de firma Peek en Cloppenburg daar
ter stede eene groote partij gemaakte
Squelsh, kiemde hare lippen vastberaden op elkaar en knikte
verscheidene malen achtereen met het hoofd.
„O SquelBhriep Jane haastig uit, „wat bedoel je daar
mee. Beirelt het iets in tante Hawkins testament?"
Sqnelsh knikte bevestigend.
„O vertel mij toch wat je bedoeltAls 't je biieit Squelsh,"
drong Jane aan.
„Ja jnffrouw, wanneer u belooft het niemand te zeggen,
dat ik het u heb verteld, en wanneer het u iets waard is,
dan kan ik het doen en het laten," zeide Squelsh.
„Wat bedoel je daarmee?" riep Jane nit. „Daar wordt ge
beld voor het middagmaal, ik moet weg. Toe, vertel het
mij eerst I"
„U hebt niet zooiets als een bankbiljet van tien pond
knnnen oversparen?" vroeg Squelsh en wreef zich in de
handen.
„O Sqnelsh, dat zon ik je niet geheel en al kunnen geven.
Dat is mijn kleedgeld voor een geheel half jaar."
„Zeer goed jufirouw," antwoordde Squelsh, „het is mijne
schuld niet, dat ik bereid was om u het beate middel aan
de hand te doen om misschien in het bezit te komen van
een fortuin dat duizenden bedraagt. Maar wanneer u liever
nw geld houdt dan luistert naar hetgeen ik bereid ben u
mede te deelen, ofschoon hot mij mijne betrekking kan kos
ten, houdt n het dan maar. Maar dan moet n niet gaan
zeggen, dat het mijne sthnld is geweest."
Jane snelde naar haar schrijftafeltje, zocht het bankbiljet
van tien pond te voorschijn en verliet een oogenblik later
de kamer, tien pond armer en de door Squelsh Deloofde
mededeeling rijker.
„Ik doorzie Amy's plannetje geheel en al," dacht Jane
toen zij naar beneden liep, maar hoe slim zij en Samnei ook
meenen te zijn, ik zal nog slimmer wezen. Zij zullen vol
strekt niet vermoeden, hoe ik hunne sluwe handelwijze heb
doorzien. Geduld maar tot morgen, dan zal ik hun een groote
verrassing bereiden. Zij kunnen heel goed bedrogen worden 1"
HOOFDSTUK XI.
Jane zat des avonds met een boek voor haar, plannen te
beramen voor den volgenden dag.
Mevrouw Dudley zat to breien en wierp nu en dan een
blik vol verbazing op het verloofde paar, dat op de sofa
beurtelings zat te giehelen en te twisten.
Hubert was dien avond uithij maakte volstrekt geen
geheim van zijne ver van streelende verbazing over Amy's
keuze.
De majoor zat bij den haard kalm te dutten achter zijn
krant.
Nellie zat te werken met een vrij ernstig gelaat. Ten tien
ure begaven allen zich naar boven en weldra had de slaap
rust gebracht over het geheele huis.
De volgende dag was een Vrijdag de ontvangdag yan
mevrouw Dudley.
Des namiddags trokken de meisjes h re beste iaponneï
aan om vervolgens in het salon op de bezoekers te wachten.
„Ik hoop maar," riep Amy uit, „dat wij vandaar niet
door oude dames zullen worden lastig gevallen. Dikwijl»
komt het verlangen bij mij op om pruisisch zuur in hare
thee te mengen wanneer zij maar niet weg willen gaan ten
wijl zij weten gemist te knnnen worden."
„Daar komt iemand. Ik ben nieuwsgierig wie het is?"
riep Jane uit.
De meid opende de deur en kondigde aan Mademoi
selle Guilgault.
„Hoe gaat het mademoiselle?" riep Jane uit, en drukte
de bezoekster hartelijk de hand.
Mademoiselle Guilgault was meestal eene welkome be
zoekster; van haar werd verondersteld dat zij de laatste mode
uit Parijs wist te vertellen en onfeilbaar was wat betreft
goeden smaak bij inkoopen.
Zij was eene niet opvallende, kleiue vrouw( die den indruk
wist te maken van eene aardige, aangename verschijning.
Zij wierp een scherpen blik op Samuel teen zij plaats nam
op een stoel nabij den haard.
„Mijn neef, mijnheer Samuel Dudley," zeide Jane.
Mademoiselle glimlachte, toonde eene rij valsche tanden
en boog bevallig.
Wordt vermlgi.)