BINNENLAND,
Naar men verneemt zullen H.H.
MM. de Koninginnen bij hare komst
te Maastricht een bezoek brengen
aan de onderaardsche gangen van den
St. Pietersberg. De vorstinnen zullen
aan den ingang ontvangen worden
door den heer Ceulen, burgemeester
van St. Pieter, die de h oge gasten
in den berg zal rond geleiden. De gan
gen zullen smaakvol versierd en [ver
licht worden, terwijl de weg, die tot
de onderaardsche gewelven leidt en
thans oneffen is, zal worden gelijk
gemaakt.
Hot onderwijs der Koningin-
Nu dr. Van de Stadt einde Juni
a.s. met het onderwijs in de natuur
kunde aan H. M. de Koningin zal
aanvangen, zullen de volgende heeren
met de opleiding van H. M. zijn belast:
dr. Salverda de Grave, letterkundige
vakken; dr. Kraemer, algemeene en
oude geschiedenisdr. Kan, aard
rijkskunde; dr. Blok, vaderlandsche
geschiedenisdr. Kossmann, Hoog-
duitsche taaldr. Van de Stadt, na
tuurkunde.
Het spreken in de Tweede
Kamer.
De Boodschapper klaagt over de
wijze, waarop sommige leden der
Tweede Kamer het woord voeren,en
in het bizonder jl, Vrijdag voerden.
De woorden der hoogmogende
heeren zijn schier onverstaanbaar
voor de pers-tribune gaat ontzaglijk
veel verloren, en dat acht het blad
een schande, daar de pers het recht
heeft de woorden, die de plicht haar
voorschrijft aan de natie over te bren
gen, duidelijk te kunnen verstaan.
Een beroep op de Handelingen gaat
niet op.Het is een feit,dat bijna niemand
ze leest, ja zelfs het groote deel der
natie ze amper bij name kent. Niet
de Handelingenzegt de Boodschapper,
maar de dagbladpers wordt geraad
pleegd. Niet de stenografen met
alle waardeering overigens voor hun
moeilijken arbeid 1 maar de jour
nalisten op de pers-tribune leiden op
dit punt de pubiieke opinie.
En toch „hoezeer dit wel door nie
mand zal weersproken worden, schijnt
daaromtrent een andere opvatting in
de Kamer te bestaan.
We zwijgen nog van de meermalen
geuite klacht, dat de Kamerleden
zich, in het algemeen gesproken, niet
de moeite gunnen den journalisten
tijdig mededeeling te doen van wat
zij zullen voorstellen, b.v. van de juiste
formuleering eener motie, van een
interpellatie of van een amendement.
Dat laten we liggen.
Wij bedoelen hun wijze van spreken.
De meeste leden schijnen er niet
eens aan te denken, dat er journalis
ten op de pers-tribune aanwezig zijn;
dat die menschen daar maar niet
voor hun vermaak zitten, maar om
het publiek.
Ware het anders, de heeren volks
vertegenwoordigers zouden althans
een poging aanwenden, om duide
lijk en verstaanbaar te spreken,
om althans van de officieele spreek
plaats met het gelaat naar de pers
tribune hunne redevoeringen af te
stekenen niet gelijk meestal ge
schiedt van hun zetel dikwijls met
den rug naar de journalisten."
Als gunstige uitzonderingen noemt
De Boodschapper de heeren Roëll,
Sprenger von Eyk, Kuyper,Lohman,
Heemskerk, Seret en De Kanter.
„Michel" de aan velen bekende
voormalige bode bij de Tweede Kamer
der Staten-Generaal, die door zijne
vlugheid, gedienstigheid, voorkomend
heid en goedhartigheid, in de gunst
stond van de Kamerleden, die hij
bijna 20 jaren in 's lands vergader
zaal heeft bijgewoond, is Donderdag
overleden.
Michel de Fooy, aldus 's mans naam,
genoot reeds eenige jaren zijn pen
sioen, maar zijn figuur werd in de
Kamer niet licht vergeten en zijn
persoon zal zeker in aandenken blijven
bij de vele „heeren", zooals hij de
leden noemde, met wie hij, vooral,
aan de linkerzijde, waar hij gewoonlijk
dienst deed, is omgegaan.
Vooral de koloniale specialiteiten
hadden schik in den bode Michel,
die, vroeger in Indië bij verschillende
toewansbesaar als trouw dienaar in
betrekking, met de Indiemannen op de
groene banken van het Binnenhof,
meestal Maleisch sprak.
Ook buiten de Kamer verrichtte
Michel diensten voor de leden, en bij
de groote parlementaire diners van
weleer in het hotel „Paulez", ont
brak Michel zelden om aan tafel te
dienen. Hij kende zoo goed den
smaak en de gewoonten van de afge
vaardigden.
Van wijlen zijn „présjedent" Dullert
sprak hij als van een edelman en altijd
met tranen in de oogen.
„Zoo krijgen we ze niet weérom
meheer 1" was zijn stereotype uitroep,
wanneer een van de groote staats
lieden, die hij bijna dagelijks in de
Kamer zag, van het wereld- of staats-
tóonecl was verdwenen.
Toen hij, gepensionneerd zijnde,
aficheid -had genomen van de leden,
hebben velen hunner meegedaan om
hem als herinnering aan zijn Kamer
diensttijd en als bewijs hunner gene
genheid een leunstoel thuis te zenden,
in welken armstoel de ouden bode
in zijn eigen huisje, nog verschei
dene jaren van welverdiende rust
genoot.
Voor de commissie van examen in
Noord-Holland, (akte hulponderwij
zer en hulponderwijzeres) hebben zich
aangemeld 171 candidaten (60 man
nelijke 111 vrouwelijke.)
De forensen-quaestie
Gedeputeerde Staten van Noord-
Holland hebben in zake de Amster-
damsche forensen belasting voor de
gemeente Amsterdam ongunstige be
slissing genomen.
Eene principieele beslissing is ech
ter niet genomen. Het besluit betrof
zes reclames, waaronder een van
iemand die maar tien van de 24 uur
in Amsterdam verblijf houdt.
De dynamiet-ontplofflng.
Het bericht, dat drie personen, bij
de dy nam ietontploffing bij Lobit ge
wond en ifi het ziekenhuis te Kleef
verpleegd, overleden zouden zijn, is
onjuist gebleken. Alleen schipper Van
Meeker en is aan zijne wonden over
leden. De knec.it van Leenders, hoe
wel op het uiterste liggende, leefde
Donderdagochtend nog, en vrouw Ver
maas is aan de beterhand.
Van de dynamietontploffing te Lo
bit is te Arnhem, misschien ten ge
volge van den wind, die uit het Wes
ten woei, niets gehoord. Toch ver
haalde ons iemand, die alle vertrou
wen verdient, dat terwijl hij aan het
dessert zat, een kindje van anderhalf
jaar op eens „boem" zeide. Hoe het
kind hiertoe kwam, terwijl dit woord
niet tot zijne gewone „taal" behoor
de, wist men niet. Later herinnerde
hij zich dat juist op dien tijd de ont
ploffing plaats had. Deze schijnt dus
gehoord te zijn door den kleine, wiens
waarnemingsvermogen sterker ont
wikkeld of wiens aandacht niet door
het gesprek of huiselijke dingen be
zig gehouden was. Arnh. Ct.
Een huis ingestort.
In de Groote Rozenstraat te Gro
ningen is men op de plaats, waar het
onlangs uitbesteede nieuwe laborato
rium zal verrijzen, druk bezig met de
fundamenten. Er is dientengevolge
een groot gat gegraven, tengevolge
waarvan Donderdagmorgen de woning
toebehoorende aan den heer J. Kei
zer en in huur bij de 80-jarige wed.
Broekmans, gedeeltelijk instortte. De
wed. Broekmans lag no/ te bed toen
het onheil geschiedde. Slechts met
moeite kon de oude vrouw zich vast
klemmen, tot men haar redde. Zij
bleef ais door een wonder ongedeerd.
Koloniën.
Lombok.
Uit Soerabaja werd den 19en Fe
bruari aan de Loc. geseind
Het stoomschip Amboina van de
Koninklijke pakketvaartmaatschappij
is hier heden van Ampenan aange
komen. Geëvacueeid werden de kapi
teins der infanterie J. Reerink en J.
H. C. G. Angenentde tweede luite
nant der infanterie J. Smitsveertien
onderofficierennegen en zestig min
deren achttien dwangarbeiders. De
geleider van het transport was de
officier van gezondheid der tweede
klasse C. H. L. Baelde. Pastoor Voogel
kwam ook mede. Op de reis herwaarts
i3 een Europeesch militair overleden.
Hij werd bij Meindert's droogte over
"boord gezet. De gezondheidstoestand
te Ampenan is nog steeds ongunstig.
Er zijn meer dan honderd zieken in
het hospitaal. Dagelijks komen tach
tig a negentig manschappen op het
ziekenrapport. Meerendeels zijn het
koortslijders. Tor reede van Ampenan
liggen nu de oorlogsstoomers Koningin
Wilhelmina en Prins Hendrik der Ne
derlandenverder de Cycloop en de
leverantieboot Sindarie. Sedert zijn
in de omstreken van Ampenan en
Mataram blokhuizen opgerichtde be
zetting daarvan wordt om de 14 da
gen afgelost. Op Ampenan hebben
nog dagelijks uitlevering van geweren
en andere wapens plaats.
Yan Ampenan ontvangen wij, wat
den politieken toestand betreft, goede
tijdingen, maar wat de gezondheids
toestand van den troep betreft, wei
nig opwekkend nieuws. Onze batal
jons worden vreeselijk geteisterd door
koortsen en buikziekte, het hospitaal,
dat trouwens aan geen enkelen eisch
van hygiene voldoet en eer een schuur
dan een ziekeninrichting gelijkt, is
geregeld overvuld, zoo zells, dat de
lijders op den blooten grond een lig
plaats moeten vinden. Hoe bevorder
lijk dat voor hunne genezing is, be
grijpt men. Bovendien is geneeskun
dige hulp onvoldoende: van de vier
officieren van gezondheid is er altijd
een op ziekentransport, een moet den
dienst op de posten waarnemen, zoo
dat er slechts twee overblijven. En
daartoe zijn zij, hoe groot hun ijver
en toewijding ook mogen zijn, niet
in staat.
Vier dagen geleden kwamen 180
zieken van Ampenan, [morgen of over
morgen komen er 3 zieke officieren
en 150 mindere militairenmen kan
uit die cijfers opmaken hoe ellendig
het er met den algemeenen gezond
heidstoestand is gesteld. En de rede
nen daarvan? De bodem van Ampe
nan is zeer poreus, lagunes [zijn er
niet, van de vroegere lijkenlucht, de
beruchte odeur dAmpenan, zooals de
soldaten haar noemden, bemerkt men
geen spoor meer. De voeding is niet
slechter dan in het garnizoen, het
logies der troepen is beter dan op
vroegere expedition. Men put zich
uit om de oorzaken te raden, maar
niemand slaagt er in.
Onder de Sasaks heerscht de vree-
selijkste misère. Geen dag gaat voor
bij, zonder dat de lijken van eenige
stakkerds, die aan honger en uitput
ting gestorven zijn, in de nabijheid
onzer bivaks gevonden worden. De
soldaten, in een ruwe sehors het hart
van den barmhartigen Samaritaan
verbergend, doen wat zij kunnen om
de armen te heipon, zij geven van
hun eigen rantsoen een gedeelte weg
aan de hongerenden. En te midden
van al die misère kwam het beruchte
beppen besluit van den directeur van
binnenlandsch bestuur, waardoor de
toestand nog verergerde. Gij kunt be-
grijpen, hoe aangenaam wij on3 hier
gestemd voelen."
Zoo schreef men ons uit Ampenan
De resident van Bali heeft aan de
drie te Ampenan aanwezige Europee-
sche handelaren bijdragen verzocht
om in den nood der Sasakt tegemoet
te komen. Dat is de plicht der re
geering, dunkt ons, en een plicht, die
ten spoedigste dient te worden ver
vuld.
SoerHbl
Atjeh.
Aan het verslag omtrent de voor
naamste gebeurtenissen in het goe-
vernement Atjeh enOnderhoorigheden,
loopende van 29 Januari jl. tot en
met 11 Februari, wordt het volgende
ontleend
Groot Atjeh. Op onzen post Biloel
werden bijna dagelijks schoten gelost
zonder nadeelige gevolgen, terwijl
Lamkoenjit, Kroeng-Gloempang en
Senelop elk slechts een paar malen
van het vijandelijk vuur eenigen
overlast hadden: te Lamkoenjit kre
gen wij daardoor éen gev/onde (Euro
peesch fuselier).
Bovendien kregen laatstgenoemde
post op 2 en Biloel op 4 Febr. in
den vroegen morgen een schietbeurt,
evenals Senelop op 19 Januari jl. -
had te doorstaan. Van de 13 op
Lamkoenjit afgeschoten projectielen,
sprongen er 2 boven en 8 dicht bij
de benting en te Biloel van de 8
projectielen terzelfder plaatse respec
tievelijk 2 en 3, een en ander zonder
eenige nadeelige uitwerking.
Tweemalen werden onze transporten
eenigermate verontrust, zoomede de
aflossing van Senelop, hoewel daar
door geen verliezen werden geleden.
Den 7den dezer maakte een Atjeher
amok nabij Lamjongde Europeesche
fuselier, die met het nazien van de pas
sen was belast, werd door hem dood
gestoken en een ander licht verwond
waarop hij werd neergeschoten.
Op het eiland Weh viel niets bijzon
ders voor.
Den 4den Febr. had de plechtige
erkenning en bevestiging plaats van
de Radja's van Edi-Besar, Simpang-
Olim en Tjoenda; bij diezelfde gele
genheid deed de door het goeverne-
ment sedert 1877 erkende vorst van
Simpang-Olim afstand van zijn
gezag.
Onderhoorigheden. Oostkust. Inden
politieken toestand kwam geen ver
andering.
Noordkust. TeTelok-Semawé werden
rust en orde niet verstoord.
De Pretendent Sultan had zich naar
Kwala Batoe begeven. Van zijne
plannen was niets met zekerheid
bekend.
Westkust. In den nacht van 31 Ja
nuari ji. op 1 Febr. drongen vier
gewapende lieden op den passer te
Melaooeh een huis binnen, waar zij
een der bewoners doodden en diens
vrouw gevaarlijk verwonden. De da
ders wisten daarop zich uit de voeten
te maken. Elders bleef het rustig.
De weêrsgesteldheid was drukkend
en warm, gepaard met oostelijke
winden nu en dan viel er een weinig
regen.
De gezondheidstoestand op de zee
posten ter Westkust was minder
gunstig, daarentegen ter Noord- en
Oostkust wat beterende.
In Groot-Atjeh was de toestand over
het algemeen gunstiger. Het gemid
delde ziektecijfer bedroeg 27 tegen 31
en dat van de berri-berri 12 tegen 15
gedurende den vorigen verslagtijd.
Het sterftecijfer was hooger.
öemengdNieuws.
Bismarck's 80ste vei jaardag.
De hoogleeraren der universiteit te
Innsbrück hadden zich aangesloten
bij de Oostenrijkers die den grooten
Duitschen staatsman op zijnen tach
tigsten verjaardag huldigen willen.
Thans hebben zij zich echter terug
getrokken en wel, volgens de Neut
Freie Pr esse, op aandringen van den
minister van onderwijs, den Pool
Madeyski. Deze heeft den rector naar
Weenen ontboden en hem aangezegd
dat hij niet zou dulden dat de rector
of een der hoogleeraren zoude deel
nemen aan de huldiging van Bismarck.
„Weigeren zy, dan vallen er slacht
offers," zeide de minister.
Hierop besloten de hoogleeraren
zich te onthouden.
Keizer Wilhelm heeft bevolen dat
bij gelegenheid van prins Bismarck's
verjaardag alle oorlogsschepen zullen
vlaggen.
De vlucht van Slatin Bey.
De Times van Donderdag bevat
het slot van het verhaal van Slatin
Bey,s ontvluchting, waaraan wij nog
het volgende ontleenen.
Den dag na dien waarop zij den
Nijl overzwommen, bereikte het reis
gezelschap de plaats waar Slatin van
gidsen moest verwisselen. Hij besloot
zoo dicht mogeiijk langs de rivier te
gaan, maar zij hadden nog maar enkele
uren geloopen, toen een vriend kwam
berichten, dat een patrouille Derwi-
schen hen op het spoor was. Zij konden
noch juist zich tusschen heuvels ver
bergen, toen zij werkelijk eenige Der-
wischen op vlugge kameelen over
den weg zagen trekken, dien zij had
den gevolgd.
Zij keerden naar de rivier terug en
waren aan het slachten van een
schaap voor den eersten flinken
maaltijd, dien zij sedert het vertrek
uit Khartoem zouden nuttigen, toen
een bode opnieuw de komst van Der-
wischen meldde. Weder vluchtte men
in de heuvels en hier zag Slatin een
grooten troep aanhangers van den
Mahdi voorbijtrekken. De vluchteling
waagden zich nu niet meer aan den
Nijloever, maar trok in noordweste
lijke richting naar Edduen, waar hij
opnieuw van gidsen verwisselde. Van
de kameelen was er echter slechts
éen bruikbaar, zoodat Slatin en zijn
bejaarde gids om beurten moesten
loopen en rijden. Negen dagen hiel
den zij dit vol totdat zij eindelijk te
Assoean aankwamen.
In minder dan 24 dagen, waaron
der vijf dagen rust in de Bayuda-
woestijn had de vluchteling 1000 mij
len afgelegd, voor het meerendeel
door dorre vlakten met niets meer
dan gedroogde dadels en hard brood
voor voedsel.
Een mijnramp.
In een kolenmijn in Wyoming
heeft een ontploffing plaats gehad.
Men vreest, dat 68 werklieden zijn
omgekomen.
Eeu bende Kaukazische Tataren
heeft een aanval gedaan op het spoor
wegstation Oedzjawa en een daarbij
liggende zoethoutfabriek. Ze plunder
den de fabriek, doodden een bewaker
en verwondden een anderen, en scho
ten op een paar treinen, zonder ech
ter iemand te raken.
Inmiddels werden de politie-kozak-
ken gewaarschuwd en achtervolgden
de vluchtende Tataren. Bij Dzjewat
kwam het tot een gevecht, waarbij
vijf roovers en twee kozakken gedood
en vier kozakken gewond werden. De
overige bandieten namen de vlucht.
Het waren overblijfselen van een
bende die het vorig jaar was ver
strooid. De Kozakken houden thans
de wacht op de gedeelten van den
spoorweg welke door de roovers kon
den worden bedreigd.
De oorlog tusschen China en
J apau.
Uit Tientsin wordt meegedeeld dat
Japansche kruiers ettelijke onzijdige
bodems hebben doorzocht om te zien
of ze smokkelwaar vervoerden. Dien
tengevolge kreeg de Bngelsche krui
ser Aeolus bevel nabij Takoe te an
keren, teneinde de Britsche schepen
te beschermen.
De Chineezen versperren den mond
der Peiho, door er jonken te laten
zinken, daar zij verwachten dat de
Japanners een landing zullen beproe
ven. Die verwachting veroorzaakte
te Tientsin een paniek. Maar de laat
ste telegrammen uit Takoe melden
dat de Japansche vloot zuidwaarts
is afgedeinsd.
Uit Sjaeghai verneemt de Times
dat een Japansche vloot is aangeko
men voor de Pescadores-eilanden, en,
dat de Chineezen torpedo's leggen in
de haven van Amoi.
De Jananners hebben de Pescado
res eilanden aangevallen.
VARIA,
„Luister Lotje", zei de vrouw van
den huize, „ik geef eene partij met
souper en bal. Nu moetje toonen, wat
je kunt, om de eer van mijn huis op
te houden".
„Met alle plezier, mevrouw", ant
woordde de keukenmeid„maar ik
kan niet anders dansen dan de wals
en de polfeavoor de quadrilles zult
u mij moeten excuseeren".
Het gebeurt dikwijls dat buitenge
woon hooge personages zich persoon
lijk op de hoogte stellen van de za
ken en den lageren beambten lagen
leggen om ze dan later, als zij in den
strik geloopen zijn, ongemakkelijk
door te halen.
Onlangs kwam zulk een individu
ergens op een klein station in den
trein. De portier bracht zijn pakkage
in een eerste klasse coupé, legde het
koffertje in het net en de manteljas
netjes opgevouwen op de bank. De
heer gaf hem een kwartje waarop de
man aan zijn pet tikte en zeide
Dank u beleefd mer.eer.
Daarop lronste de hooge ambtenaar
de wenkbrauwen en zeide:
Weet je niet dat je jezelf bloot
stelt aan onmiddellijk ontslag, door
die tooi aan te nemen Hebben je
chefs je niet gezegd toen je in dienst
der maatschappij bent gekomen, dat
je onder geen omstandigheden fooien
van het publiek mocht aannemen?
De arme man keek verschrikt en
werd zenuwachtig want hij begreep
dat hij in den val geloopen was. Hij
had dien grooten man nooit gezien,
want hij begreep dat het iemand
moest zijn die tot de „hoogen" be
hoorde. Eensklaps schoot hem een
gelukkige gedachte door 't hoofd
U heeft gelijk, meneer, zeide hij.
Maar u behoort niet tot het publiek
u is directeur-generaal van de maat
schappij. Dit is wat anders.
De man behield zijn kwartje en zijn
betrekking.
't Waren een tramconducteur en de
secretaris van een voetbalclub. De
secretaris geeft den conducteur een
paar aanplakbiljetten, waarop de ge
wichtige gebeurtenis was vermeld, dat
de club den volgenden dag een match
zou houden.
De biljetten zullen wat kleiner
gemaakt moeten worden, als u wilt
dat zij in de tram worden aangeplakt
meneer. Dat de passagiers klagen dat
ze al het licht wegnemen.
Kleiner? Neon, waarachtig
niet,, we kunnen onze biljetten niet
kleiner maken dan moet u maar
wat grooter tram nemen.
Vader. Wat blief? Met tienduizend
gulden schuld durft u mijn dochter
vragen
Vrager (verbluft.) Moet ik daar
soms uit opmaken dat uwe dochter
misschien niet eens zooveel heeft
Een aardig praatsertje zat in een
tram met haar moeder en vermaakte
al de aanwezigen met haar dwaze
vragen en opmerkingen. Daar kwam
een Chinees het tooneel speelt in
Londen in de tram en ging vlak
over het kind zitten.
Zij staarde hem eerst heel verbaasd
aan en keek toen met een gezichtje
van „Ik geef het op" haar moeder
aan.
Mama, wat is dat?
Chut. Dat is een Chinees, lieve
ling, antwoordde haar moeder zachtjes.
Zijn dat diezelfde Chineezen, die
tegenwoordig door de Japanners wor
den doodgemaakt, zooals papa ver
telt?
Ja, kindlief. Spreek nu wat
zachter.
Het kind dacht een oogenblik na
en zeide: „dat kan ik me begrijpen."
Commissariaat vaa Politie te Haarlem.
De voorwerpen zijn dagelijksbehalve
Zon- en feestdagenvan 11 tot 1 uur
voor de eigenaars terug te bekomen.
Eene portemonnaie waarin 2 oor
knopjes. Twee parapluies. Een pols
mofje. Twee cahiers. Eene rozekrans.
Een paar sokken. Een omslagdoek.
Een keeshond. Een sluimerrol. Eene
voile met een lapje zijde. Eene muts.
Eenige paren schoenen. Een bijl en
een lantaarn. Een kettinkje. Een oor
knopje. Twee gipsen ornamenten.
Twee zakkammetjes en een stuk wit
band. Eene handkar. Een zilveren
dames-horloge met kettink. Een spoor
mandje. Eene portemonnaie met eenige
centen. Gevonden in de opgehaalde
vuilnisstoffeneen zilveren theelepel,
een bloedkoralen kettinor met zilveren
haak en een zilveren armband (defect)
te bevrage aan het bureau van den
Hoofd-Opzichter der Stadsreiniging,
Harmenjansweg. Een pakje kwitan
ties. Een armband. Eenige sleutels.