Een Slachtoffer van Omstandigheden. BINNENLAND, De oude Benjamin Westlake was een zeer zonderling man. Hoewel hij rijk wae, leefde hij heel stil en afge zonderd. Nooit was hij getrouwd ge weest en men kende geen bloedver wanten van hem, behalve een neef die op een mijl of vijf atsfands van zijn huis een kleine boerderij dreef. Onge veer zes jaar geleden hadden de oude man en zijn neef, Allan Eastbrook, twist gehad en daaruit was een stille verwijdering ontstaan die nooit was verdwenen. Allan, trotsch van aard. wou niet bukken en gaf er de voor keur aan, dan maar liever zelf zijn weg door het leven te banen. Een tijd lang gelukte hem dit vrij goed, maar toen keerde Fortuna hem den rug toe: tegenspoeden volgden elkander op en ten slotte moest in weerwil van zijn energie, de jonge man wel erkennen, dat hij voortdu rend terrein verloor. Was het wonder, dat onder die omstandigheden zijn jonge vrouw Hilda hem herhaaldelijk verzocht zijn trots te overwinnen en te trachten, de vriendschap van oom Benjamin terug te verkrijgen? Maar zelfs een beroep op de kinderen kon haren man daartoe niet bewegen, „Liever zou ik sterven," zeide de haatdragende Allan, „en de kinderen daarbij, voordat ik een beroep deed op hem. Ik haat oom Benjamin en wanneer ik in zijn nabijheid was, zou ik voor mijzelven niet instaan." De zaken gingen evenwel voortdu rend slechter en om een onmiddel lijke en uiterste catastrophe te voor komen, nam de jonge man weldra zijn toevlucht tot geldschieters. Wel hielp hij zich daardoor voor een tijd lang uit de moeielijkheden, maar toen eindelijk de betaaldag aan den hori zon verscheen, was het met de rust van Allan Eastbrooks leven gedaan. Hij werd somber en zwaarmoedig, behan delde zijn vrouw wanneer zij hem raad wou geven, ruw en hard en verergerde ten slotte zijn verdriet nog door zjjne pogingen om het in alco hol te verdrinken. Zoo werd hij een getrouw bezoeker van de herberg „de Zwarte Koe" en het duurde niet lang, of de andere bezoekers van dit eta blissement wisten precies, hoe het met zijne zaken geschapen stond, daar Allan instede van zijn hachelijke poBitie zoolang mogelijk te verbergen, uitflapte dat hij op zijn laatste beenen liep. Het duurde ook niet lang of de bom barstte. Na herhaalde aanma ningen verloren de geldschieters hun geduld en legden beBlag op de hoeve. Juist op dat oogenblik werd het jongste kind ernstig ziek en Allan, die het vierjarig kind zielslief had, kreeg de gewaarwording, dat dit de druppel was die den beker deed overloopen, O, dat hij, in staat was het geld op te nemen 1 Tot elk offer was hij be reid. Tot elk? De gedachte aan eene verzoening met zijn oom schoot hem door 't hoofd en hij trachtte dat gevoel van trots en wraak dat zich van hem had meester gemaakt, te overwinnen. Turend naar het zwakke schepseltje, dat op zijn bedje met een heete koorts lag te worstelen, voerde hij met zijne kwade neigingen een hevigen strijd. Eindelijk kwam een weldadige tranen vloed hem verlicht!ng schenken. Hij was nu vastbeslotenHij zou den volgenden dag zijn oom gaan opzoeken. Des morgens moest hij eerst zijn werk op de boerderij verrichten. Hij was somber en niet geneigd tot pra ten. Zijn vrouw Bloeg hem met bezorgd heid gade, maar hij vertelde haar niet wat zijn plan was, omdat hij zoo dikwijls hare smeekingen om zich met zijn oom te verzoenen met ruwheid had afgewezen. Zwjjgend zadelde hij zijn paard, steeg op en reed weg, nadat hij Hilda alleen had meegedeeld, dat hij binnen een uur terug zou zjjn. In het naast- bijgelegen stadje kocht hij van een drogist een pond arsenicum, dat hij zonder moeite verkreeg daar hij opgaf het noodig te hebben voor en men hem als een boer kende. Precies een uur later kwam Allan met het gevaarlijke goedje terug op de boerderij, deed daar een haastig maal en ging toen te voet naar het huis van zijn oom. Wat de jonge man niet wist was dat Benjamin Westlake door een plotselinge ongesteldheid was aange tast. De oude man lag te bed. Allan gevoelde zich zeer neerslachtig toen hij zijn weg vervolgde en afgetrokken nadacht over den vermoedelijken uit slag zijner zending. Op eens werd hij staande gehouden door een vreemde ling, die van den anderen kant kwameen zwierig geklee maar aan wien men dadelijk zag dat hij een avonturier moest zijn. „Ik heb gehoord, dat gij Allan Westbrook zijt, niet waar?" vroeg hij familiaar. „Je bent zeker op weg naar fiom Benjamin he Ik zou dat maar liever laten, het dient toch nergens toe. Ik ben zijn zoon, zie jeja kijk me maar aan, je wist niet dat hij ge trouwd was geweest. Maar zoo is het toch. Mijn vader trouwde in Austra lië, lang geleden, en ik ben zijn eenige spruit. Moeder is lang dood. Ik heb den ouden man daar juist opgezocht hij is met mijne papieren tevre- De koninginnen op reis. den, wat meer ie: nog dezen nacht zal hij zijn testament verander n in mijn voordeel. Ik ga den notaris juist halen. Eerst had hij jou alles ver maakt, maar straks is dat gedaan, zie je? Blijf er dus maar stilletjes van daan, want het baat je toch {niet meer 1" Hierna liet de vreemdeling zijn rotting eens tusschen de vingers rond draaien en verwijderde zich spoedig. De jonge boer had geen antwoord ge geven, de vorbazing over dit onge dacht incident belette hem dat, maar hij bedacht, dat hij nu hij eenmaal zoover gekomen was, zijn voorgeno men bezoek ook wel kon gaan bren gen. Toen hij bij Benjamin Westlake binnentrad, begon reeds de avond te vallen. Men liet hem in de kamer waar de zieke lag en deze beval de dienstbode die hem verzorgde om hem alleen te laten. Deze vrouw had jarenlang zijn huis houding waargenomen en koesterde hoop, dat zij in het. testament goed zou zijn bedacht, zoodat zij wantrou wend de komst van Allan had opge merkt en toen zij de kamer werd uitgezonden, daarbuiten bleetluisteren. „Ik heb op mijn weg hierheen een zonderling nieuws gehoord," zei Allan tot zijn oom. „En onaangenaam nieuws ook, niet waar antwoordde de oude man. „Oom, ik ben geruïneerd, ik heb geen cent meer en ik ben gekomen om u te vragen „Je komt dus alleen, omdat de nood je daartoe dwingtWel, jonge man, je bent juist een oogenblik te laat. Nimmer zul je ooit een cent van mijn geld aanraken. Mijn testament wa=, en is nog, in je voordeel, maar nog dezen avond zal ik een nieuw maken 1" Allan werd door deze wreede woor den geprikkeld tot toorn. Hij dreigde, schold, smeekte, maar alles vergeefs. De zonderlinge oude man scheen van de wanhoop van zijn neef te genieten en hem met vreugde te kwellen. Toen een hoestbui hem het spreken belette, verzocht hij Allan hem een lepel van zijn drank te geven en de jonge man nam het fleschje van de tafel, dat naar hij opmerkte geheel vol was, Blijkbaar was het zoo pas uit de apotheek van den dokter gekomen. Een lepel vol schenkende, bood hij zijn oom het mengsel aan, maar deze schrikte plotseling voor de medicijn terug en riep: „Neen, neen, ga weg I ik zal niet nemen, wat jij mij geeft. Je zoudt mij wel kunnen vergiftigen om mijn geld te bemachtigen!" Bij deze woorden kwam de huis houdster weer terug. Het denkbeeld van een nieuw testament joeg haar wel vrees aan, maar toch verloor zij de hoop op een flink legaat niet en keek haren meester bemoedigend aan. Allan, begrijpende dat langer vertoe ven hem toch niet baten zou, ging uit de kamer en verliet het huis. Toen hij weer buiten stond ver toonde zijn positie zich aan hem in hare volle verschrikking. Toornig ging hij voor de woning op en neer, alsof hij niet in staat was de plaats te verlaten. Zoo ging er een uur, twee uur .voorbij en nog altijd liep hij daar heen en weer, als aan den omtrek van het huis zijns ooms gekluisterd, Er reed een coupé voorbij waarin twee mannen zaten en eerst toen besloot Allan heen te gaan. In de duisternis ging hij loom en moedeloos naar huis. De twee mannen waren de zoon van Benjamin Westlake en een nota ris, dienjhij uit de naburige stad had gehaald. Ongehinderd kwamen zij het huis binnen en maakten zich gereed om naar boven te gaan, waar de oude man lag, toen opeens de huishoud ster de trap kwam afvliegen, doods bleek en met de teekenen van groo- ten schrik op het gelaat Zij gilde het uit van ontzetting en was eerst na een poos instaat, om zich duidelijk uit te drukken. Eindelijk begrepen de twee mannen wat er gaande wae: de oude man was dood. Na het ver trek van Allan had ook zij de kamer verlaten en was eerst na een uur weer even naar haren meester gaan kijken. Toen vond zij hem dood in zijn bed. De jonge man, Westlakes zoon, za delde haastig een paard en ging een dokter halen. Deze liet zich niet lang wachten, maar kon slechts den dood constateeren V erschillende symptomen leidden hem tot de opinie, dat de oude man door een sterk vergif was be zweken. Onmiddellijk werd de politie gewaarschuwd, een onderzoek werd bevolen en een drietal doctoren uit de naburige stad (zijn eigen dokter had zich aan het onderzoek onttrok ken) vonden afdoende bewijzen van vergiftiging door arsenicum. Reeds dadelijk waren er drie per sonen op wie de verdenking vielde zoon van den ouden man, de huis houdster en Allan Westbrooke. De jonge Westlake wist evenwel zijn on- Vrijdag, den laatsten dag van het schuld weldra te bewijzen immers, verblijf der koninginnen in de hoofd- hij had van het plotseling overlijden 8tad, bracht de jonge koningin nog een zijns vaders niets dan nadeel onder- bezoek aan Artis. vonden. Tegen de huishoudster was Te 10 uur reed H. M., in gezel- het eenige bezwaar, dat zij bang was schap van freule Van de Poll,surinten- geweest dat haar naam in het nieuwe dan te, en de gouvernante, miss Saxton testament wellicht met zou voorke-1 winter uit. Aangezien dit bezoek niet men. regen Allan Westbrooke even- bekend en de te volgen weg niet ver wei was er een geheele keten van meid werd, hadden de straten haar a .nwgzingen. Hij was er door aan gewoon aanzien. handen en voeten gevonden. Tal van Te ruim H uur nam H. M. van Ivan Recht voor A lien, behoorde, langai herbergbezoekers verklaarden, dat zijige heeren die Haar in „Artis" hadden I het bureau van dat blad. DevertoiradJ hem menigmaal bedreigingen tegen rondgeleid, afscheid met „vriende- voorbijgangers braohten het rij tui J den overledene hadden hooren uiten. 1 lijken dank voor de moeite die zij tot staan en de toegesnelde politie.] Zelfs zijn vrouw, daaromtrent onder- we[ hadden willen geven". Langs agenten namen de onverlaten iX vraagd, moest de waarheid daarvan Muidergracht, Binnen-Amstel, Rokin hechtenis, geholpen door het terecht! erkennen. Daarbij kwam het koopen I keerde H. M. te 11.25 ten paleize verontwaardigde volk. van arsenicum op den morgen van terug. Een onzer verslagge^ zijn bezoek, de verklaring van den het dejeuner werd aan de beide de menigte tot bij het rijtuig doorgeJ jongen Westlake, dat hij Allan voor- j Koninginnen nog eene eigenaardige I drongen was, werd door publiek enl dat deze in zijns vaders huis binnen-1 hulde gebraeht. De kinderen uit de agenten mede opgebracht, in den waar gittgj gezegd had dat de oude man Wiflemstraat, dezelfden die H.H |dat hij een der schuldigen was. Eerg hem onterven wou, tde mededeeling I reeds op den tweeden dag van I hadden geestverwanten van de kerel van de huishoudster over de bedrei-jhaar verblijf in de hoofdstad toezon- uit het rijtuig naar hem geslagen ei gingen, die Allan tot zijn oom had I l2;enj kwamen omstreeks 1 uur in toen werd hij onder stompen en slagen- geuit, terwijl zij aan de deur luister-1 optocht met vaandels en oranjevlag- voortgestuwd door de verontwaardigde! de. Het lag, zoo redeneerde men, im-1 gen? geleid door de bestuursleden en I burgers, mers voor de hand: voor Allan dieIcommissarissen van orde dervereeni-j uitmuntende wijze is de orde gehand! haaid. In de LeidBcheBtraat en op het DaaJ rak hebben enkele onverlaten echte de bittere verontwaardiging der gerij opgewekt, door schandelijk* daden en woorden. Een rijtuig met personen die flcJ vermomd hadden en gekroonde bees- tonkoppen droegen, is langs het Dam| rak gereden op den middag van der blijde inkomst der Koninginnen. Groe-L tende en buigende reden deze lieden,! tot welke Corneliisen, een colporteail 12 1V>De opwinding en toorn tegen del geruïneerd was, beteekende de plot"! ging „Oranje's vriendenkring", op kerels, die de Koninginnen poogden] selinge dood zijns ooms, voordat deze Men Dam voor het paleis aangetogen. I te beleedigen, waren zoo groot, dat del een ander testament kon maken, vol-1 - - - - - - komen redding uit al zijne financi- ow moeielijkheden. De verdenkingI MM. De kinderen waren in (lelover beklaagt onze verslaggever zichl werd nog grooter, toen de jonge I heste kleeren gestoken. Westlake en de notaris verklaarden, De Koninginnen lieten zich niet lang dat hij bij hunne komst nog om het 1 machten. Zij verschenen aan een ge- aan de Oudebrugsteeg vergrepen naail huis dwaalde. lopend venster (Koningin Wilhelm, na hij verklaart, politie-agenten zich a verdenking van moord met 1 blootshoofds), groetten en werden hem en brachten hem slagen toe. voorbedachten rade werd Allan on-1 ievend.ig toegejiiiCh.t door* d© mensch.en.-1 middellijk gevangen genomen. Het I massa, welke rond de kinderen ge duurde niet lang of hij werd in de 8Chaard stond, openbare zitting verhoord en welis-1 ^yerd veel en lang gezongen. waar was hem een bekwame verde- De voorzitter van „Oranjes Yrien-, „--o or~. diger toegevoegd, maar wat vermocht 1 denkring" werd binnengeroepen en door de politie afgezette ruimte, teYem| deze tegen zulk een aaneenschakeling I (joor jjjd. de Regentes gecomplimen-1 a>ls herkenningsteeken dient en dat] van aan wijzigingen? Geen enkel jury- Jteerd wegens de uitstekende leiding, |h" ,ao lid koesterde ook maar een oogenblik I aa(jat jjjj kaar bedankt had voor het f/ll r» O V* /-I r\ Ortklll/I TTOV. nAH I w r -r-f .1 niet. Maar in de gang van den politiepostl Onder Hij werd op vrije voeten gesteldl zoodra hjj verhoord was en zijn iden-l titeit bewezen had door het persbewiji I met portret te toonen, dat den drager! het recht van toegang geeft in elke| door de politie afgezetti als herkenningsteeker hij op zijn jas droeg. ...j Wij hebben nog denzelfden dag i twijfel aan ^de schuld van den ver- i v-erl0f om Hare Majesteit de Koningin klacht ingediend over de behandeling -"""" deze hulde te mogen brengen. door hem op het politiebureau onder-1 De Koninginnen hebben, zooals wij gaan en de zaak wordt thans onder. I meldden, te 3 uur 40 min. de reis naar zocht. Engeland aanvaard. Dit is noodig. Want al was de politieI Aan het station werd aan HH. MM. zeer begrijpelijk verbitterd en geërgerd! - - .uitgeleide gedaan door den burge- door het schandelijk gedrag der kwa-l zettende, veroordeelde hem in korteI meester van Amsterdam, mr. Vening jongens in het rijtuig en al maaktal woorden ter dood. 1 - - - 1 - -• 1 dachte en zij verklaarden hem eenpa rig schuldig aan de gepleegde daad. Het baatte niet, dat hij met de over tuiging van een man die zich vlek keloos voelt, zijn onschuld volhield. De rechter, zijn baret op het hoofd 1 Meinesz, de kommandanten van stad, de opwinding van het publiek tegen I Het meeat scheen door dit ontzet-1 schutterij en marine, voorts enkele I de onverlaten de agenten ook zenuw- tend vonnis doctor Marchant gotrof-1 andere civiele en militaire autoritei- achtig, zoo behooren arrestanten be- feu. Na den dood van den ouden I ^en alsmede enkele commissarissen I schermd te worden door de politie. Westlake, die weliswaar persoonlijk der jj jj. 3- Deze behoort er strikt de hand aai met hem bevriend was geweest, wasl jj de Koningin-Regentes ver- te houden dat, in de eerBte plaatal hij stil en somber geworden. Hij legde I zocht den Burgemeester, haren dank op het politieburea zelf, de in heoh- een onverklaarbare neiging tot de I oyer te brengen aan de burgerij voor tenis genomen personen door agenten eenzaamheid aan den dag en legde, |de talrijke blijken van gehechtheid, I noch door woord, noch door daad| toen Allan terechtstond, zijne verkla-1 jegens hare dochter en haar aan den worden beleedigd. ring af op een eenigszins aarzelende rda„ gelegd. I wijze, alsof hjj het deed met tegen- 'poen de trein zich in beweging stelde, V/ A P? I A zm. Zenuwachtig en gejaagd wachtte hieven de op het perron aanwezigen rïnvi nifcnvQelr n ran vaaUI aso n f I den uitspraak des rechters af een luid hoerah aan, wat door de toen deze het doodvonnis uit-1 vorstinnen, die op het balcon van sprak, werd hij zoozeer getroffen, datl^en waggon stonden, vriendelijk wui- men hem moest. naar zijn rijtuig brengen yend werd beantwoord. Sarkasliach. DameHeussh, meneer, ik ben al erg, erg oud. HeerKom juffrouw, nu overdrijft I De voor de terechtstelling vastge- De Koninginnen in Engeland. u tocl1 zeker wel een paar maanden' stelde dag kwam steeds nader. I T 1 De Londensche correspondent der N. R. Cl. schrijft van Donderdag- Slechts een week voor het oogenblik waarop Allan Eastbrook onder beuls- handen sterven zou, werd dokter avond Marchant ziek. Terwijl hij kalm op De pirron-grijsaard. Een man keerde van zijn reis terug I en wilde het station verlaten. Daar zijn stoel zat, greep een plotselinge I worden Zaterdag omtrent het aanval van beroerte hem aan. Welis-1 middaguur alhier verwacht met den De gravin Van Buren en hare doch-1 bemerkte hij, dat hij zijn spoorweg- kaart verloren had. De controleur, die r j t j i~n_ ii I aan den uitgang stond, wilde hem dua waar herkreeg hij, door spoedig ge- extra trein van den London-Chatham-1 niet doorlaten. roepen hulp, weer spoedig het bewust- and-Dover-spoorweg. Die extra-trein Toen vroeg de man den contro* zijn, maar hij bleef zwak en het was za* denzelfden ochtend half negen van heur2eg vriend, hoe moet ik het duidelijk, dat het niet lang meer met |5ier ^ertre™f,1? ea a; odevoeren aanleggen om hier vandaan te ko- hem zou duren. Met flauwe stem deQ J1661 William Forbes, directeur menfs vroeg de dokter om een rechter bij van vastelandsche verkeer, die, I p)ari moet, gij uw biljet afgeven aoaa„a!i.-.-i- I namens znne maatschannn. de door-l j^a^. yerforen mijl I hem te zenden. Aanvankelijk dacht name.ns zijne^ maatschappij, de door- men dat zijn verstand geschokt was, luchtige reizigsters aan het haven-1 j maar de dokter werd zenuwachtig, s^a^on Queenboro, zal opwachten, wees naar een courant, die op de tafel 0D* j1*13* vervolgens naar hier te drommel lag en een omstandig verhaal van de geleiden. De Valk zal tusschen nege- - 'nen en tienen wel binnen wezen, en Koop dan een nieuw, voor den I rechtszaak tegen Allan bevatte enL herhaalde zijn verzoek zoo nadrukke- extra-trein dan op het vastgestelde lijk als hem mogelijk was. Men seinde uur (half-ell) kunnen vertrekken. aan den rechter, die in de zaak gefun geerd had en toen deze kwam, ver klaarde de dokter, dat Allan Eastbrook aan zijn ooms dood geheel onschuldig tijdig Hoe kom ik aan een nieuw! mijn vriend 1 Aan 't bureau, wat duivel! Tu- tt a- rti-A- j u r u ili Hoe kom ik aan 't bureau Jhr. H. A. Clifford, hofmaarschalk Yrien(j der Koningin, zal, met den Ylissing- nachtdienst reizende, vroeg te Queenboro' landen, ten was. De dokter had bij het gereed- einde daar de noodige schikkingen te maken van het drankje voor den uiaken. 4:„v-.4 v.:4 _„iTlnnd patient, bij vergissing een oplossing van arsenicum inplaats van water genomen. Eerst toen hij de verschijnselen van arsenicum-vergiitiging, zag be greep hij zijn vergissing en had toen zijn zelibeheersching zoodanig verloren,dat hij den moed niet had de waarheid te zeggen. Hij begreep zeer goed, dat dit zijn ondergang zou zijn en zijn geheele leven in de oogen van de menschen verwoesten zou. De gewel dige zielestrijd evenwel had zijn ge zondheid geknakt en hem ten slotte aanleiding gegeven, alles te zeggen wat hij wist. Allan Eastbrook werd natuurlijk in vrijheid ge-deld. Van zijn ooms erfe nis stond hij edelmoedig een gedeelte at aan diens zoon. De vreeselijke tijd dien hij had beleefd, was hem echter een Door den uitgang, maar daar kom je niet door als je niet eerst ja biljet afgeeft. Dat is juist het moeielijkste. Nou, dan moet je maar bovea Donderdag liet koningin Emma den blijven op .t erron- LFionl nnw iMorlovlortnovi T.An/inn 1 gezant der Nederlanden te Londen Niets *bleel denreiziger over als ,raad volgen. Hij ging terug met hare dochter in de Hollandsehe kerk in Austin Friars de godsdienst oefening zou bijwonen. Bij deze gele genheid zal ds. D. W. Schuuring naar het perron en bleef daar dagen, maanden en jaren. Eu zoo werd hjj een perron-grijsaard. Eindelijk stierf hij en, omdat hij (uit Assen) de predikbeurt vervullen. L0 altijd zyn kaartjJ9 Qie't g0vonde5 De dienst is een uur vervroegd, want tad en het ook in zijn nalatenschap koningin Emma wil, naar ik verneem, ontbrak moe8t men hem in't station den namiddag te Claremont door- begraven. brengen. En men dolf hem een graf tusschen de rails in den nacht, toen er geen dienst was.Daar lei men hem in.De chef Na de Konninginneweek. Onder dit opschrift meldt het Ebld.\ sprak enkele woorden van waardee- het volgende ring, hij roemde het tamme gedrag Onze politie heeft moeilijke dagen van den perron-grijze, dien allen ken- achter den rug. Zij heeft te waken den en die voor allen een perron- gehad dat nergens de hartelijke vreug- meubel geworden was I de, waarmede de geheele bevolking Nu ligt de perron-grijsaard zacht in de Koninginnen verwelkomde in zijn kopl bed en hij hoort rustig de Amsterdam, gestoord werd door de treinen, met al wat zij lief en leed uitingen en daden van de kwaadwil- bevatten, over zich heen gaan. Dan harde les geweest, die hij zich I ligen, waarvan elke groote stad er bedenkt hij lachend, hoe goed hij 't nu ten nutte maakte door voortaan zijn steeds een aantal heeft. Verscherpte heeft en hoe onaangenaam de men- waakzaamheid en vastberaden overleg schen het elkaar op de aarde maken, en optreden zjjn dan noodig. En op drift te betoomen. Naar het Engeluh.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 10