Een Slachtoffer van
Omstandigheden.
BINNENLAND,
De oude Benjamin Westlake was
een zeer zonderling man. Hoewel hij
rijk wae, leefde hij heel stil en afge
zonderd. Nooit was hij getrouwd ge
weest en men kende geen bloedver
wanten van hem, behalve een neef
die op een mijl of vijf atsfands van zijn
huis een kleine boerderij dreef. Onge
veer zes jaar geleden hadden de oude
man en zijn neef, Allan Eastbrook,
twist gehad en daaruit was een stille
verwijdering ontstaan die nooit was
verdwenen. Allan, trotsch van aard.
wou niet bukken en gaf er de voor
keur aan, dan maar liever zelf zijn
weg door het leven te banen.
Een tijd lang gelukte hem dit vrij
goed, maar toen keerde Fortuna hem
den rug toe: tegenspoeden volgden
elkander op en ten slotte moest in
weerwil van zijn energie, de jonge
man wel erkennen, dat hij voortdu
rend terrein verloor. Was het wonder,
dat onder die omstandigheden zijn
jonge vrouw Hilda hem herhaaldelijk
verzocht zijn trots te overwinnen en
te trachten, de vriendschap van oom
Benjamin terug te verkrijgen? Maar
zelfs een beroep op de kinderen kon
haren man daartoe niet bewegen,
„Liever zou ik sterven," zeide de
haatdragende Allan, „en de kinderen
daarbij, voordat ik een beroep deed
op hem. Ik haat oom Benjamin en
wanneer ik in zijn nabijheid was, zou
ik voor mijzelven niet instaan."
De zaken gingen evenwel voortdu
rend slechter en om een onmiddel
lijke en uiterste catastrophe te voor
komen, nam de jonge man weldra
zijn toevlucht tot geldschieters. Wel
hielp hij zich daardoor voor een tijd
lang uit de moeielijkheden, maar toen
eindelijk de betaaldag aan den hori
zon verscheen, was het met de rust
van Allan Eastbrooks leven gedaan. Hij
werd somber en zwaarmoedig, behan
delde zijn vrouw wanneer zij hem
raad wou geven, ruw en hard en
verergerde ten slotte zijn verdriet nog
door zjjne pogingen om het in alco
hol te verdrinken. Zoo werd hij een
getrouw bezoeker van de herberg „de
Zwarte Koe" en het duurde niet lang,
of de andere bezoekers van dit eta
blissement wisten precies, hoe het
met zijne zaken geschapen stond,
daar Allan instede van zijn hachelijke
poBitie zoolang mogelijk te verbergen,
uitflapte dat hij op zijn laatste beenen
liep.
Het duurde ook niet lang of de
bom barstte. Na herhaalde aanma
ningen verloren de geldschieters hun
geduld en legden beBlag op de hoeve.
Juist op dat oogenblik werd het jongste
kind ernstig ziek en Allan, die het
vierjarig kind zielslief had, kreeg de
gewaarwording, dat dit de druppel
was die den beker deed overloopen,
O, dat hij, in staat was het geld op
te nemen 1 Tot elk offer was hij be
reid. Tot elk? De gedachte aan eene
verzoening met zijn oom schoot hem
door 't hoofd en hij trachtte dat gevoel
van trots en wraak dat zich van hem
had meester gemaakt, te overwinnen.
Turend naar het zwakke schepseltje,
dat op zijn bedje met een heete koorts
lag te worstelen, voerde hij met zijne
kwade neigingen een hevigen strijd.
Eindelijk kwam een weldadige tranen
vloed hem verlicht!ng schenken. Hij
was nu vastbeslotenHij zou den
volgenden dag zijn oom gaan opzoeken.
Des morgens moest hij eerst zijn
werk op de boerderij verrichten. Hij
was somber en niet geneigd tot pra
ten. Zijn vrouw Bloeg hem met bezorgd
heid gade, maar hij vertelde haar niet
wat zijn plan was, omdat hij zoo
dikwijls hare smeekingen om zich met
zijn oom te verzoenen met ruwheid
had afgewezen.
Zwjjgend zadelde hij zijn paard,
steeg op en reed weg, nadat hij Hilda
alleen had meegedeeld, dat hij binnen
een uur terug zou zjjn. In het naast-
bijgelegen stadje kocht hij van een
drogist een pond arsenicum, dat hij
zonder moeite verkreeg daar hij
opgaf het noodig te hebben voor
en men hem als een boer kende.
Precies een uur later kwam Allan
met het gevaarlijke goedje terug op
de boerderij, deed daar een haastig
maal en ging toen te voet naar het
huis van zijn oom.
Wat de jonge man niet wist was
dat Benjamin Westlake door een
plotselinge ongesteldheid was aange
tast. De oude man lag te bed. Allan
gevoelde zich zeer neerslachtig toen
hij zijn weg vervolgde en afgetrokken
nadacht over den vermoedelijken uit
slag zijner zending. Op eens werd hij
staande gehouden door een vreemde
ling, die van den anderen kant
kwameen zwierig geklee
maar aan wien men dadelijk zag dat
hij een avonturier moest zijn.
„Ik heb gehoord, dat gij Allan
Westbrook zijt, niet waar?" vroeg hij
familiaar. „Je bent zeker op weg naar
fiom Benjamin he Ik zou dat maar
liever laten, het dient toch nergens
toe. Ik ben zijn zoon, zie jeja kijk
me maar aan, je wist niet dat hij ge
trouwd was geweest. Maar zoo is het
toch. Mijn vader trouwde in Austra
lië, lang geleden, en ik ben zijn eenige
spruit. Moeder is lang dood. Ik heb
den ouden man daar juist opgezocht
hij is met mijne papieren tevre-
De koninginnen op reis.
den, wat meer ie: nog dezen nacht
zal hij zijn testament verander n in
mijn voordeel. Ik ga den notaris juist
halen. Eerst had hij jou alles ver
maakt, maar straks is dat gedaan, zie
je? Blijf er dus maar stilletjes van
daan, want het baat je toch {niet
meer 1"
Hierna liet de vreemdeling zijn
rotting eens tusschen de vingers rond
draaien en verwijderde zich spoedig.
De jonge boer had geen antwoord ge
geven, de vorbazing over dit onge
dacht incident belette hem dat, maar
hij bedacht, dat hij nu hij eenmaal
zoover gekomen was, zijn voorgeno
men bezoek ook wel kon gaan bren
gen. Toen hij bij Benjamin Westlake
binnentrad, begon reeds de avond te
vallen. Men liet hem in de kamer
waar de zieke lag en deze beval de
dienstbode die hem verzorgde om hem
alleen te laten.
Deze vrouw had jarenlang zijn huis
houding waargenomen en koesterde
hoop, dat zij in het. testament goed
zou zijn bedacht, zoodat zij wantrou
wend de komst van Allan had opge
merkt en toen zij de kamer werd
uitgezonden, daarbuiten bleetluisteren.
„Ik heb op mijn weg hierheen een
zonderling nieuws gehoord," zei Allan
tot zijn oom.
„En onaangenaam nieuws ook, niet
waar antwoordde de oude man.
„Oom, ik ben geruïneerd, ik heb
geen cent meer en ik ben gekomen om
u te vragen
„Je komt dus alleen, omdat de nood
je daartoe dwingtWel, jonge man,
je bent juist een oogenblik te laat.
Nimmer zul je ooit een cent van
mijn geld aanraken. Mijn testament
wa=, en is nog, in je voordeel, maar
nog dezen avond zal ik een nieuw
maken 1"
Allan werd door deze wreede woor
den geprikkeld tot toorn. Hij dreigde,
schold, smeekte, maar alles vergeefs.
De zonderlinge oude man scheen van
de wanhoop van zijn neef te genieten
en hem met vreugde te kwellen. Toen
een hoestbui hem het spreken belette,
verzocht hij Allan hem een lepel
van zijn drank te geven en de jonge
man nam het fleschje van de tafel,
dat naar hij opmerkte geheel vol was,
Blijkbaar was het zoo pas uit de
apotheek van den dokter gekomen. Een
lepel vol schenkende, bood hij zijn
oom het mengsel aan, maar deze
schrikte plotseling voor de medicijn
terug en riep:
„Neen, neen, ga weg I ik zal niet
nemen, wat jij mij geeft. Je zoudt
mij wel kunnen vergiftigen om mijn
geld te bemachtigen!"
Bij deze woorden kwam de huis
houdster weer terug. Het denkbeeld
van een nieuw testament joeg haar
wel vrees aan, maar toch verloor zij
de hoop op een flink legaat niet en
keek haren meester bemoedigend aan.
Allan, begrijpende dat langer vertoe
ven hem toch niet baten zou, ging
uit de kamer en verliet het huis.
Toen hij weer buiten stond ver
toonde zijn positie zich aan hem in
hare volle verschrikking. Toornig ging
hij voor de woning op en neer, alsof
hij niet in staat was de plaats te
verlaten. Zoo ging er een uur, twee
uur .voorbij en nog altijd liep hij daar
heen en weer, als aan den omtrek
van het huis zijns ooms gekluisterd,
Er reed een coupé voorbij waarin twee
mannen zaten en eerst toen besloot
Allan heen te gaan. In de duisternis
ging hij loom en moedeloos naar
huis.
De twee mannen waren de zoon
van Benjamin Westlake en een nota
ris, dienjhij uit de naburige stad had
gehaald. Ongehinderd kwamen zij het
huis binnen en maakten zich gereed
om naar boven te gaan, waar de oude
man lag, toen opeens de huishoud
ster de trap kwam afvliegen, doods
bleek en met de teekenen van groo-
ten schrik op het gelaat Zij gilde het
uit van ontzetting en was eerst na
een poos instaat, om zich duidelijk
uit te drukken. Eindelijk begrepen
de twee mannen wat er gaande wae:
de oude man was dood. Na het ver
trek van Allan had ook zij de kamer
verlaten en was eerst na een uur
weer even naar haren meester gaan
kijken. Toen vond zij hem dood in
zijn bed.
De jonge man, Westlakes zoon, za
delde haastig een paard en ging een
dokter halen. Deze liet zich niet lang
wachten, maar kon slechts den dood
constateeren V erschillende symptomen
leidden hem tot de opinie, dat de oude
man door een sterk vergif was be
zweken. Onmiddellijk werd de politie
gewaarschuwd, een onderzoek werd
bevolen en een drietal doctoren uit
de naburige stad (zijn eigen dokter
had zich aan het onderzoek onttrok
ken) vonden afdoende bewijzen van
vergiftiging door arsenicum.
Reeds dadelijk waren er drie per
sonen op wie de verdenking vielde
zoon van den ouden man, de huis
houdster en Allan Westbrooke. De
jonge Westlake wist evenwel zijn on- Vrijdag, den laatsten dag van het
schuld weldra te bewijzen immers, verblijf der koninginnen in de hoofd-
hij had van het plotseling overlijden 8tad, bracht de jonge koningin nog een
zijns vaders niets dan nadeel onder- bezoek aan Artis.
vonden. Tegen de huishoudster was Te 10 uur reed H. M., in gezel-
het eenige bezwaar, dat zij bang was schap van freule Van de Poll,surinten-
geweest dat haar naam in het nieuwe dan te, en de gouvernante, miss Saxton
testament wellicht met zou voorke-1 winter uit. Aangezien dit bezoek niet
men. regen Allan Westbrooke even- bekend en de te volgen weg niet ver
wei was er een geheele keten van meid werd, hadden de straten haar
a .nwgzingen. Hij was er door aan gewoon aanzien.
handen en voeten gevonden. Tal van Te ruim H uur nam H. M. van Ivan Recht voor A lien, behoorde, langai
herbergbezoekers verklaarden, dat zijige heeren die Haar in „Artis" hadden I het bureau van dat blad. DevertoiradJ
hem menigmaal bedreigingen tegen rondgeleid, afscheid met „vriende- voorbijgangers braohten het rij tui J
den overledene hadden hooren uiten. 1 lijken dank voor de moeite die zij tot staan en de toegesnelde politie.]
Zelfs zijn vrouw, daaromtrent onder- we[ hadden willen geven". Langs agenten namen de onverlaten iX
vraagd, moest de waarheid daarvan Muidergracht, Binnen-Amstel, Rokin hechtenis, geholpen door het terecht!
erkennen. Daarbij kwam het koopen I keerde H. M. te 11.25 ten paleize verontwaardigde volk.
van arsenicum op den morgen van terug. Een onzer verslagge^
zijn bezoek, de verklaring van den het dejeuner werd aan de beide de menigte tot bij het rijtuig doorgeJ
jongen Westlake, dat hij Allan voor- j Koninginnen nog eene eigenaardige I drongen was, werd door publiek enl
dat deze in zijns vaders huis binnen-1 hulde gebraeht. De kinderen uit de agenten mede opgebracht, in den waar
gittgj gezegd had dat de oude man Wiflemstraat, dezelfden die H.H |dat hij een der schuldigen was. Eerg
hem onterven wou, tde mededeeling I reeds op den tweeden dag van I hadden geestverwanten van de kerel
van de huishoudster over de bedrei-jhaar verblijf in de hoofdstad toezon- uit het rijtuig naar hem geslagen ei
gingen, die Allan tot zijn oom had I l2;enj kwamen omstreeks 1 uur in toen werd hij onder stompen en slagen-
geuit, terwijl zij aan de deur luister-1 optocht met vaandels en oranjevlag- voortgestuwd door de verontwaardigde!
de. Het lag, zoo redeneerde men, im-1 gen? geleid door de bestuursleden en I burgers,
mers voor de hand: voor Allan dieIcommissarissen van orde dervereeni-j
uitmuntende wijze is de orde gehand!
haaid.
In de LeidBcheBtraat en op het DaaJ
rak hebben enkele onverlaten echte
de bittere verontwaardiging der
gerij opgewekt, door schandelijk*
daden en woorden.
Een rijtuig met personen die flcJ
vermomd hadden en gekroonde bees-
tonkoppen droegen, is langs het Dam|
rak gereden op den middag van der
blijde inkomst der Koninginnen. Groe-L
tende en buigende reden deze lieden,!
tot welke Corneliisen, een colporteail
12
1V>De opwinding en toorn tegen del
geruïneerd was, beteekende de plot"! ging „Oranje's vriendenkring", op kerels, die de Koninginnen poogden]
selinge dood zijns ooms, voordat deze Men Dam voor het paleis aangetogen. I te beleedigen, waren zoo groot, dat del
een ander testament kon maken, vol-1 - - - - - -
komen redding uit al zijne financi- ow
moeielijkheden. De verdenkingI MM. De kinderen waren in (lelover beklaagt onze verslaggever zichl
werd nog grooter, toen de jonge I heste kleeren gestoken.
Westlake en de notaris verklaarden, De Koninginnen lieten zich niet lang
dat hij bij hunne komst nog om het 1 machten. Zij verschenen aan een ge- aan de Oudebrugsteeg vergrepen naail
huis dwaalde. lopend venster (Koningin Wilhelm, na hij verklaart, politie-agenten zich a
verdenking van moord met 1 blootshoofds), groetten en werden hem en brachten hem slagen toe.
voorbedachten rade werd Allan on-1 ievend.ig toegejiiiCh.t door* d© mensch.en.-1
middellijk gevangen genomen. Het I massa, welke rond de kinderen ge
duurde niet lang of hij werd in de 8Chaard stond,
openbare zitting verhoord en welis-1 ^yerd veel en lang gezongen.
waar was hem een bekwame verde- De voorzitter van „Oranjes Yrien-, „--o or~.
diger toegevoegd, maar wat vermocht 1 denkring" werd binnengeroepen en door de politie afgezette ruimte, teYem|
deze tegen zulk een aaneenschakeling I (joor jjjd. de Regentes gecomplimen-1 a>ls herkenningsteeken dient en dat]
van aan wijzigingen? Geen enkel jury- Jteerd wegens de uitstekende leiding, |h" ,ao
lid koesterde ook maar een oogenblik I aa(jat jjjj kaar bedankt had voor het
f/ll r» O V* /-I r\ Ortklll/I TTOV. nAH I w r -r-f .1
niet.
Maar in de gang van den politiepostl
Onder
Hij werd op vrije voeten gesteldl
zoodra hjj verhoord was en zijn iden-l
titeit bewezen had door het persbewiji I
met portret te toonen, dat den drager!
het recht van toegang geeft in elke|
door de politie afgezetti
als herkenningsteeker
hij op zijn jas droeg.
...j Wij hebben nog denzelfden dag i
twijfel aan ^de schuld van den ver- i v-erl0f om Hare Majesteit de Koningin klacht ingediend over de behandeling
-"""" deze hulde te mogen brengen. door hem op het politiebureau onder-1
De Koninginnen hebben, zooals wij gaan en de zaak wordt thans onder. I
meldden, te 3 uur 40 min. de reis naar zocht.
Engeland aanvaard. Dit is noodig. Want al was de politieI
Aan het station werd aan HH. MM. zeer begrijpelijk verbitterd en geërgerd!
- - .uitgeleide gedaan door den burge- door het schandelijk gedrag der kwa-l
zettende, veroordeelde hem in korteI meester van Amsterdam, mr. Vening jongens in het rijtuig en al maaktal
woorden ter dood. 1 - - - 1 - -• 1
dachte en zij verklaarden hem eenpa
rig schuldig aan de gepleegde daad.
Het baatte niet, dat hij met de over
tuiging van een man die zich vlek
keloos voelt, zijn onschuld volhield.
De rechter, zijn baret op het hoofd
1 Meinesz, de kommandanten van stad, de opwinding van het publiek tegen I
Het meeat scheen door dit ontzet-1 schutterij en marine, voorts enkele I de onverlaten de agenten ook zenuw-
tend vonnis doctor Marchant gotrof-1 andere civiele en militaire autoritei- achtig, zoo behooren arrestanten be-
feu. Na den dood van den ouden I ^en alsmede enkele commissarissen I schermd te worden door de politie.
Westlake, die weliswaar persoonlijk der jj jj. 3- Deze behoort er strikt de hand aai
met hem bevriend was geweest, wasl jj de Koningin-Regentes ver- te houden dat, in de eerBte plaatal
hij stil en somber geworden. Hij legde I zocht den Burgemeester, haren dank op het politieburea zelf, de in heoh-
een onverklaarbare neiging tot de I oyer te brengen aan de burgerij voor tenis genomen personen door agenten
eenzaamheid aan den dag en legde, |de talrijke blijken van gehechtheid, I noch door woord, noch door daad|
toen Allan terechtstond, zijne verkla-1 jegens hare dochter en haar aan den worden beleedigd.
ring af op een eenigszins aarzelende rda„ gelegd. I
wijze, alsof hjj het deed met tegen- 'poen de trein zich in beweging stelde, V/ A P? I A
zm. Zenuwachtig en gejaagd wachtte hieven de op het perron aanwezigen
rïnvi nifcnvQelr n ran vaaUI aso n f I
den uitspraak des rechters af
een luid hoerah aan, wat door de
toen deze het doodvonnis uit-1 vorstinnen, die op het balcon van
sprak, werd hij zoozeer getroffen, datl^en waggon stonden, vriendelijk wui-
men hem
moest.
naar zijn rijtuig brengen yend werd beantwoord.
Sarkasliach.
DameHeussh, meneer, ik ben al
erg, erg oud.
HeerKom juffrouw, nu overdrijft I
De voor de terechtstelling vastge- De Koninginnen in Engeland. u tocl1 zeker wel een paar maanden'
stelde dag kwam steeds nader. I T 1
De Londensche correspondent der
N. R. Cl. schrijft van Donderdag-
Slechts een week voor het oogenblik
waarop Allan Eastbrook onder beuls-
handen sterven zou, werd dokter avond
Marchant ziek. Terwijl hij kalm op
De pirron-grijsaard.
Een man keerde van zijn reis terug I
en wilde het station verlaten. Daar
zijn stoel zat, greep een plotselinge I worden Zaterdag omtrent het
aanval van beroerte hem aan. Welis-1 middaguur alhier verwacht met den
De gravin Van Buren en hare doch-1 bemerkte hij, dat hij zijn spoorweg-
kaart verloren had. De controleur, die
r j t j i~n_ ii I aan den uitgang stond, wilde hem dua
waar herkreeg hij, door spoedig ge- extra trein van den London-Chatham-1 niet doorlaten.
roepen hulp, weer spoedig het bewust- and-Dover-spoorweg. Die extra-trein Toen vroeg de man den contro*
zijn, maar hij bleef zwak en het was za* denzelfden ochtend half negen van heur2eg vriend, hoe moet ik het
duidelijk, dat het niet lang meer met |5ier ^ertre™f,1? ea a; odevoeren aanleggen om hier vandaan te ko-
hem zou duren. Met flauwe stem deQ J1661 William Forbes, directeur menfs
vroeg de dokter om een rechter bij van vastelandsche verkeer, die, I p)ari moet, gij uw biljet afgeven
aoaa„a!i.-.-i- I namens znne maatschannn. de door-l j^a^. yerforen mijl I
hem te zenden. Aanvankelijk dacht name.ns zijne^ maatschappij, de door-
men dat zijn verstand geschokt was, luchtige reizigsters aan het haven-1 j
maar de dokter werd zenuwachtig, s^a^on Queenboro, zal opwachten,
wees naar een courant, die op de tafel 0D* j1*13* vervolgens naar hier te drommel
lag en een omstandig verhaal van de geleiden. De Valk zal tusschen nege-
- 'nen en tienen wel binnen wezen, en
Koop dan een nieuw, voor den I
rechtszaak tegen Allan bevatte enL
herhaalde zijn verzoek zoo nadrukke- extra-trein dan op het vastgestelde
lijk als hem mogelijk was. Men seinde uur (half-ell) kunnen vertrekken.
aan den rechter, die in de zaak gefun
geerd had en toen deze kwam, ver
klaarde de dokter, dat Allan Eastbrook
aan zijn ooms dood geheel onschuldig tijdig
Hoe kom ik aan een nieuw!
mijn vriend 1
Aan 't bureau, wat duivel!
Tu- tt a- rti-A- j u r u ili Hoe kom ik aan 't bureau
Jhr. H. A. Clifford, hofmaarschalk Yrien(j
der Koningin, zal, met den Ylissing-
nachtdienst reizende, vroeg
te Queenboro' landen, ten
was. De dokter had bij het gereed- einde daar de noodige schikkingen te
maken van het drankje voor den uiaken.
4:„v-.4 v.:4 _„iTlnnd
patient, bij vergissing een oplossing
van arsenicum inplaats van water
genomen.
Eerst toen hij de verschijnselen
van arsenicum-vergiitiging, zag be
greep hij zijn vergissing en had toen zijn
zelibeheersching zoodanig verloren,dat
hij den moed niet had de waarheid
te zeggen. Hij begreep zeer goed,
dat dit zijn ondergang zou zijn en
zijn geheele leven in de oogen van de
menschen verwoesten zou. De gewel
dige zielestrijd evenwel had zijn ge
zondheid geknakt en hem ten slotte
aanleiding gegeven, alles te zeggen
wat hij wist.
Allan Eastbrook werd natuurlijk in
vrijheid ge-deld. Van zijn ooms erfe
nis stond hij edelmoedig een gedeelte
at aan diens zoon. De vreeselijke tijd
dien hij had beleefd, was hem echter
een
Door den uitgang, maar daar
kom je niet door als je niet eerst ja
biljet afgeeft.
Dat is juist het moeielijkste.
Nou, dan moet je maar bovea
Donderdag liet koningin Emma den blijven op .t erron-
LFionl nnw iMorlovlortnovi T.An/inn 1
gezant der Nederlanden te Londen Niets *bleel denreiziger over als
,raad volgen. Hij ging terug
met hare dochter in de Hollandsehe
kerk in Austin Friars de godsdienst
oefening zou bijwonen. Bij deze gele
genheid zal ds. D. W. Schuuring
naar het perron en bleef daar dagen,
maanden en jaren. Eu zoo werd hjj
een perron-grijsaard.
Eindelijk stierf hij en, omdat hij
(uit Assen) de predikbeurt vervullen. L0 altijd zyn kaartjJ9 Qie't g0vonde5
De dienst is een uur vervroegd, want tad en het ook in zijn nalatenschap
koningin Emma wil, naar ik verneem, ontbrak moe8t men hem in't station
den namiddag te Claremont door- begraven.
brengen.
En men dolf hem een graf tusschen
de rails in den nacht, toen er geen
dienst was.Daar lei men hem in.De chef
Na de Konninginneweek.
Onder dit opschrift meldt het Ebld.\ sprak enkele woorden van waardee-
het volgende
ring, hij roemde het tamme gedrag
Onze politie heeft moeilijke dagen van den perron-grijze, dien allen ken-
achter den rug. Zij heeft te waken den en die voor allen een perron-
gehad dat nergens de hartelijke vreug- meubel geworden was I
de, waarmede de geheele bevolking Nu ligt de perron-grijsaard zacht in
de Koninginnen verwelkomde in zijn kopl bed en hij hoort rustig de
Amsterdam, gestoord werd door de treinen, met al wat zij lief en leed
uitingen en daden van de kwaadwil- bevatten, over zich heen gaan. Dan
harde les geweest, die hij zich I ligen, waarvan elke groote stad er bedenkt hij lachend, hoe goed hij 't nu
ten nutte maakte door voortaan zijn steeds een aantal heeft. Verscherpte heeft en hoe onaangenaam de men-
waakzaamheid en vastberaden overleg schen het elkaar op de aarde maken,
en optreden zjjn dan noodig. En op
drift te betoomen.
Naar het Engeluh.