BINNENLAND.
Rechtzaken.
GEIENG-D NIEUWS.
VARIA.
De Koninginnen te Ischi.
Het Tiroler Tageblatt schrijft over
de aankomst van H.H.M.M. de Ko
ninginnen in Ischi, dat aan het statiën
eene groote menigte stond om de
Vorstinnen te begroeten en dat ko
ningin Wilhelmina door haar lief
uiterlijk de algemeene aandacht trok.
In 6 rijtuigen werd naar Ischi gere
den, van welks huizen gevlagd werd,
en dit wel met de Oostenrijksche [en
Belgische kleuren. Op het hotel Igler-
hof prijkt echter de Nederlandsche
driekleur, evenals op de school van
het dorp.
De voor de hooje gasten bestemde
kamers zijn zeer net ingericht, en de
Koninginnen zijn gelukkig, dat zij
het zoo goed met het weer getroffen
hebben.
Allerlei plannen zijn medegedeeld
omtrent de reis van Hare Majesteiten
naar het Noorden, bv. dat de Vor
stinnen 3 September Kampen zullen
bezoeken.
Met zekerheid kan worden bericht,
dat omtrent de reis van H.H. M.M.
naar Drente en Overijsel [nog niets
is bepaald, dan alleen dat zij ver
moedelijk zal plaats hebDen in de
eerste helft van September.
Tram Soest—Baarn.
Donderdag is de Soester paarden
tram feestelijk geopend. In drie ver
sierde wagens, geleverd door de firma
Pennock te 's-Gravenhage, werden de
gasten om 11.30 van het versierde
statiën afgehaald en zette de stoet
zich, onder de tonen van muziek in
beweging.
Het eerst werd halt gehouden bij
den intendant van het paleis te Soest-
dijk en een hoera aangeheven voor
HH. MM. de Koninginnen. In opge
wekte stemming bereikte men het
nieuwe raadhuis te Sosst, waar de
eerewijn aangeboden werd en de bur
gemeester, de heer Loten van Doelen
Grothe het nut schetste, dat deze
nieuwe lijn voor Soest opleverde. Des
middags vereenigden alle genoodig-
den zich aan een gemeenschappelij-
ken maaltijd in het hoter Ubbink,
waar menige hartelijke dronk werd
ingesteld. Aan den disch zaten de
burgemeesters van Baarn en Soest
met secretarissen, leden van den Raad
van Soest, directeurs van trams uit
andere plaatsen, aandeelhouders enz.
Des avonds was er concert aan het
hotel Ubbink en een fakkeloptocht
met muziek naar den burgemeester van
Soest. Jammer dat dit feest dooron-
weder en Btortregens ten deele mis
lukte.
Inbraak te Amsterdam.
Donderdagnacht is weder in de bu-
reelen van het Ochtendblad, de Courant
ingebroken. Door een der onbewoonde
huizen van het Hol heeft men zich
toegang weten te verschaffen tot het
platte dak der expeditielokalen en
verder door het uitsnijden van een
ruit tot de bureaux van De Courant.
Ontvreemd zijn: twee wekkerklokjes
en een gouden oorbelletje. De lade,
waarin gewoonlijk het geld geborgen
werd, is geforceerd, doch niet geopend.
Misschien dat deze tweede inbraak
leiden zal tot de ontdekking der da
ders van den diefstal gepleegd in
dezelfde lokalen in den nacht van 6
op 7 April.
Vrijdag voormiddag is te Scheve-
ningen uit zee aangekomen de bom
schuit SCH 292, genaamd de „Vol
harding", met het bericht dat een
der opvarenden, de matroos G., bij
het voorhangen van een zwaardtouw
was misgestapt en verdronken.
De oude Rijnspoor.
De pleidooien, die Woensdag in de
zitting van de rechtbank te Utrecht
gevoerd werden, betroffen eene zaak,
welke nog een uitvloeisel is van de
overeenkomst, waarbij in 1890 de Ne
derlandsche Rijnspoorweg-maatschap-
pij haar bedrijf heeft overgedragen
aan den Staat. Zooals bekend, is die
overdracht geschied tegen betaling
van eene koopsom, bestaande uit het
op de aandeelen gestorte aandeelen
kapitaal ad f30,467,586 en 5 pc. van
dat bedrag als rente over het tijdperk
1 Mei 1189—15 Oct. 1890 ad f888,637,
benevens een bedrag van f 6,808,928
als schadevergoeding wegens vervroeg
de naasting.
Uit dit bedrag zijn betaald de
schadevergoedingen aan de leden der
directie en aan de ambtenaren en de
resteerende f5.587,720 waren bestemd,
om bij de liquidatie als overwinst
onder de aandeelhouders te worden
verdeeld. De eindafrekening heeft tot
dusver nog niet kunnen plaats hebbe»,
omdat verschillende proeessen de
liquidatie tegenhielden. Ter elfder
ure is nog een houder opgekomen
van een der in 1864, ten getale van
230 stuks, uitgegeven bewijzen van
deelgerechtigheld in de overwinst, die
na uitkeering van 5 pc. dividend
aan de aandeelhouders in eenig jaar
ter verdeeling mocht overblijven.
Bij de oprichting van de Neder
landsche Rijnspoorweg-maatschappij
hebben de houders der oorspronkelijke
in 1839 verleende concessie voor het
inbrengen van die concessie een groot
aandeelen-kapitaal verkregen en bo
vendien het recht bedongen op 5 pc.
in de eventueele overwinst. In 1864
is er voor het eerst overwinst behaald,
en toen zijn, om voor de toekomst
moeilijkheden te voorkomen en on
zekerheid wie gerechtigd waren tot
een aandeel in de overwinst, stukken
aan toonder als bewijzen van deelge-
rechtigheid uitgegeven. Als houder
van een dier bewijzen heeft de heer
C. Beijlholt de liquidateuren van de
N. R. S. Mij. aangesproken tot beta
ling van zijn aandeel in de 5 pc. van
de netto-overwinst 5 pc. van
15,585,720 is f299,286, waarvan '/soo
is f 349.10JJ waarop z. i. de houders
recht hebben.
Deze vordering werd uit zijn naam,
toegelicht door mr. C. D. Asser. PI.
verwierp de distinctie, die door de
gedaagde maatschappij in haar ver
weer gemaakt wordt tussehen winst
en exploitatie-winst.
Subsidiair werd gepleit, dat, ook al
was de eischer alleen gerechtigd te
deelen in de exploitatiewinst, hem
zijne vordering behoorde te worden
toegewezen, omdat de som van ruim
514 millioen het bedrag representeert
van de winst, die de maatschappij
zou hebben gemaakt, indien haar
bedrijf tot 1898 had voortgeduurd.
En op de tegenwerping, dat dit
bedrag feitelijk niet is exploitatie
winst, omdat niet werkelijk tot 1898
is geëxploiteerd, werd. geantwoord,
met een beroep op art. 1296 B. W. dat
de maatschappij vrijwillig haar bedrijf
heeft overgedragen en zelve de ex
ploitatie verhinderd heeftzij heeft
dus den houders de uitoefening van
hun voorwaardelijk recht onmogelijk
gemaakt en moet daarom tegenover
hen geacht worden met de exploitatie
te zijn doorgegaan.
Voor de gedaagde maatschappij
trad ep mr. K. J. Philips, die zich
er eenigszins over verbaasde, dat deze
eischer, een looper in een kleeren-
magazijn, dit proces is komen voeren
en niet een van de oorspronkelijke
concessionarissen, waarvan sommigen
nog in leven zijo.
Ging de stelling van den eischer
op, dan zou men moeten aannemen,
dat naast het absolute eigendomsrecht
van de aandeelhouders nog aan eene
andere categorie van personen, die
mets ingebracht hebben, het recht
gegeven is, om mee te deelen in de
baten der liquidatie. Dat is niet aan
te nemen en ook de regeering heeft
dat niet zoo opgevat. Maar ook al
wilde men de redeneering, dat de vijf
miilioen zijn gekapitaliseerde exploi
tatie-winst, aannemen als juist, dan
zou de eischer toch nog geen recht
op eenige uitkeering hebben. Die 5
millioen toch zouden dan niet zijn
winst, behaald in het jaar 1890; maar
representeeren de geheele winst, die
na 1890 gemaakt zou zijn tot het
einde van de concessie, d. i. gemiddeld
2i pc. per jaarhet gaat niet aan,
eene gekapitaliseerde winst van zeven
jaren te beschouwen als eene jaar-
lij ksche winst.
Het O. M. zal in deze zaak over
drie weken conclusie nemen.
Toen keizer Wilhelm Zaterdag na
afloop der gewone voorjaarsparade
onder de daverende toejuichingen der
menigte aan het hoofd der vaandel
compagnie van het 2de garderegiment
door de Friedrichstrasse naar het ko
ninklijk paleis reed, werd plotseling
tussehen twee over elkander staande
huizen een wit doek gespannen, waar
op met zwarte letters te lezen stond:
„Veterani Te salutant Imperator!"
In het midden was een groene lau
werkrans geschilderd, omgevende de
jaartallen 1870 71 en het cijfer 25.
Beleediging van gedelegeerden.
Een berieht uit Moesch meldt, dat
de gedele-eerden der drie mogendhe
den door de Tnrksche politie ernstig
zijn beleedigd. Gendarmen drongen de
woning der gedelegeerden binnen, en
trachtten esn hunner bedienden te
arresteeren, waarbij zij vnile beleedi-
gingen uitten. Do gendarmen werden
met moeite door de kavaSBen der ge
delegeerden vezdreven.
Een verschrikkelijk ongeluk heelt
plaats gehad in het Spaansche dorpje
Toral de Los Vados, in de provincie
Leon.
Twee jonge mannen en hun knecht,
alle drie kalkbranders, begaven zich
naar een hunner ovens om dezen aan
te steken. Zij werden vergezeld van
hun zuster, een meisje van vijftien
jaar. De oven werd spoedig aange
stoken en stond reeds gloeiend, toen
één der broeders, die hem nog meer
van brandstof en schelpen wilde voor
zien, uitgleed en in de gloeiende
massa viel. De knecht en de broeder
van het slachtoffer schoten ter hulp;
ongelukkig geraakten de beide man
nen bedwelmd door het uitstroomen-
de gas en ook zij stortten in het vuur.
Nu schoot ook het meisje toe. Tot
tweemaal werd de hand, die zij door
den ovenmond den mannen toestak,
gegrepen, doch het meisje was te zwak
om den ongelukkige naar boven te
trekken. De pc on n, die op haar
hulpgeschreeuw kwamen toeloopen,
vonden haar bewusteloos liggen naast
den oven, waarin haar broeders ver
brandden.
Men heeft van de jonge mannen
geen spoor meer teruggevonden.
Een Spartaan. Hans (die eiken
morgen vijf centen krijgt, als hij een
lepel levertraan inneemt) „Mama, ik
moet een tol van vijftig centen koopen,
geef mij dus vandaag maar in eens
tien lepels I"
Rechter. Ge hebt dezen heer, een
redacteur, mishandeld welke reden
hadt gij daartoe?
Beklaagde. Toen ik laatst 100 gulden
gestolen had, heeft hij in zijn blad
honderd dertig gezet 1 Ik heb daardoor
de grootste onaangenaamheden met
mijn vrouw gehad I