Sport en Wedstrijden.
Cricketwedatrijden.
Politiek Üyerzicnt.
moet daarom tot het noodzakelijkste
beperkt blijven en in sfrekking en
uitvoering eenvoudig, maar degelijk
zijn
80. Voortgezet vakteekenen, deco
ratief- en kunst-industrieel teekenen
op eene cursus voor voortgezet vak
onderwijs worden onderwezen.
De heer G. A. Scholten deelde mede
dat het programma eene onjuistheid
bevatte. De eerste conclusie nl. was
door spreker ingetrokken. Voorts had
spr. zich niet bezig gehouden met de
lagere school.
De tweede en derde conclusie kwa
men dus in behandeling.
Deze punten werden zonder stem-
mine; aangenomen.
Kwam thans aan de orde:
Vraag 4b. Behoort op de ambachts
scholen onderwijs gegeven te worden
in de kennis en het gebruik van
werktuigen, ook met het oog op de
voorkoming van ongelukken?
ConclusieHet is van belang dat
het onderwijs in de kennis en het
gebruik van werktuigen, ook met het
oog op de voorkoming van ongeluk
ken, worde opgenomen in het pro
gramma van elke ambachtsschool, in
het bizonder van die waar bankwerk,
met of zonder onderwijs in het eigen
lijke machinewerk onderwezen wordt.
Zonder stemming of discussie aan
genomen.
Vraag 4d. Is het aantal en het ge
halte der leerboeken ten dienste van
het onderwijs en de beoefening onzer
ambachten voldoende? Zoo neen, wat
kan gedaan worden om dit aantalen
gehalte te vermeerderen en te verbe
teren
Conclusie. Men moedige schrijvers
en uitgevers aan tot het creëeren of
herscheppen van oorspronkelijke Ne-
derlandsche handboeken voor het
onderwijs in- en de beoefening van
ambachten, en men doe dit, niet al
leen door zedelijken, maar ook door
geldelijken steun. Men schrijve in dien
zin prijsvragen uit, of drage aan er
kend bekwame vakmannen de sa
menstelling van zulke handleidin
gen op.
Het Congres noodigt de Nederl.
Maatschappij ter bev. v. Nijverheid
uit, daartoe het initiatief te nemen,
en zich daartoe zoo noodig in verbin
ding te stellen met andere Maatschap
pijen en Vereenigingen, welke daar
voor zijn aangenomen.
Het geheele punt werd aangeno
men.
Vraag 5. Tot hoever moet het
voortgezet Jager onderwijs en het mid
delbaar onderwijs voor alle leerlingen
gelijk zijn? en waar moet het ver
schillend worden voor afzonderlijke
ambachten, vakken en beroepen?
Het antwoord op deze vraag is
reeds vervat in het antwoord op
vraag 4a.
De congres-commissie stelt voor
hieromtrent geene verdere conclusie
te nemen.
Het congres-comité had echter nog
overgenomen een conclusie van dr.
Meyer, luidende als volgt:
t „Aan de Burgeravondschool met
weejarigen cursus, volgens de wet,
moet het onderwijs zijn voorbereidend
voor de praktijk. In 't eerste leerjaar
kan 't voor alle leerlingen gelijk zijn,
in 't tweede dient rekening gehouden
te worden met 't door de leerlingen
gekozen vak."
De conclusie werd zonder stemming
aangenomen.
Vraag 6. Op welke wijze kan het
best voorzien worden in het
onderwijs voor die beroepen en am
bachten, welke thans niet op de
ambachtsscholen onderwezen worden
a. Voor den tuinbouw.
Conclusie I. Het is gewenscht, dat
zoo spoedig mogelijk van Rijkswege
een Tuinbouwschool worde opgericht,
zich aansluitende aan de H. B.
met driejarigen cursus, en dat deze
inrichting zij geheel zelfstandig.
II. Het is gewenscht, dat de Staat
zorge voor cursussen voor Lager
Tuinbouwonderwijs, in streken, die
als middelpunten van Tuinbouw be
kend zijn, of voor het subsidieeren
van Lagere Tuinbouwscholen.
III. Eike Tuinbouwschool moet
onder gelijke bepalingen toegankelijk
zijn voor meisjes, zoowel als voor
jongens.
b. Voor het schoenmaken.
„Het congres is van oordeel, dat
het onderwijs in het schoenmakersvak
zoo moet worden ingericht, dat het
theoretiscn gedeelte in de avonduren
wordt onderwezen aan een speciale
inrichting en het practisch gedeelte
op de werkplaats, met wettelijke
rege iug van het leerlingcontract, als
einddoel."
Voor vrouwelijke werklieden.
„De opleiding van vrouwelijke werk
lieden is in Nederland zeer onbevre
digend en verdient de meeste belang
stelling en steun van Regeering.
gemeente en particuliere instellingen."
Na eenig debat werd besloten, con
clusie I te le-en alleen als volgt:
„Het is gewenscht dat zoo spoedig
mogelij k van Rij kswege een Tuinbouw
school worde opgericht."
De gansche conclusie a werd daarop
aangenomen.
De conclusie b werd met weglating
der woorden „in de avonduren", met
groote meerderheid aangenomen.
Ook conclusie c werd daarop aan
genomen.
Vraag 7. Verdient in het alge
meen de opleiding in de werkplaats
of die in de ambachtsschool de voor
keur?
Voor welke ambachten in het bij
zonder is het eene of het andere
stelsel het meest aanbevelenswaar
dig?
Is combinatie van beide stelsels mo
gelijk en wenschelijk?
I. De opleiding van ambachtslieden
behoort te geschieden in de school en
in de werkplaats. Beide moeten eik
ander aanvullen en in gemeen overleg
werkzaam zijn.
De arbeidstijd in de werkplaats
behoort zoodanig voor de leerlingen
verdeeld te worden, dat het onderwijs
op de school kan worden waarge
nomen.
In de school behoort onderwezen
te worden, zoo noodig enkele vakken
van lager onderwijs, doch stellig het
teekenen, als voertuig der gedachten,
en vooral de theorie van de vakken,
de kennis der grondstoffen, de con
structie van de gereedschappen, de
eigenschappen en de bearbeiding van
het materiaal.
II. Het congres spreekt de wen-
schelijkheid uit, dat den leerling, die
eene Ambachts chool met volledig
getuigschrift verlaat, de verpliehting
worde opgelegd, gedurende twee jaren,
nadat nij de school verliet, telken
jare zijn getuigschrift te doen aftee-
kenen door zijn patroon, als bewijs
van zijne zuiver practische vorderin
gen, en dit getuigschrift aan het be
stuur der school over te leggen.
De heer Heldt stelde namens het
bestuur der derde sectie voor, de
beide conclusiën in behandeling te
brengen dus ook de conclusie-Mouton,
luidende als volgt:
lo. „De ambachtsschool moet zijn
ingericht met het oog op de behoef
ten van den werkman in de eerste
plaats.
2e. „Zij moet in het belang van
het algemeen haar onderwijs zoo in
richten dat leerlingen voor het
grootst mogelijk aantal vakken daar
hunne opleiding kunnen vinden.
3e. „Zij trachte niet meer te geven
dan de voorbereiding van de prak
tijk.
4e. „Waar de ambachtsschool ont
breekt, trede de avondschool in hare
plaats, gepaard met de opleiding in
de werkplaats, onder bescherming
eener wet op het leerlingwezen."
De heer mr. A. Kerdij k diende het
volgende amendement in op de con-
clusie-Mouton
„De e erste opleiding van ambachts
lieden in de school verdient devoor-
seur boven hun eerste opleiding
deeis in de school, deels in de werk
plaats."
Dit zou dan de eerste alinea van de
conclusie-Mouton worden.
Na langs beraadslagingen werd in
st mining gebracht het amendement-
Kerdijk op de conclusie-Mouton.
Het amend, werd aangenomen met
99 teóen 27 stemmen, 1 blanco.
Bijgevolg is ais eerste alinea van
de conclusie-Mouton (dus niet
plaats van maar vóór de eerste alinea
des heeren Mouton) aangenomen het
bovenvermelde amend, des heeren
Kerdij k.
Het eigenlijke voorstel-Mouton
werd daarna met eenige wijzigingen
aangenomen met 39 tegen 25 stem
men.
De vergadering werd daarna
schorst tot hedenochtend 10 uur.
bosch aldaar, het lijk gevonden van
zekeren A. van Opijnen. Er was toen
alle vermoeden, dat hier een moord
had plaats gehad. Van den dader
werd tot dusver echter niets ontdekt.
Thans is K. W., vroeger te Assen
woonachtig, doch sedert eenigen tijd
in een Drentsch dorp verblijvende,
als verdacht van den moord naar de
gevangenis overgebracht.
De moord te Vlijmen.
Omtrent den te Vlijmen beganen
moord meldt men nader dat, volgens
het „on uit", bedoelde Bongers aan
leiding zou gevonden hebben zijne
vrouw, die in de nabijheid zijner
woning op het land eenige bezigheden
verrichtte, met een schot te dooden,
wijl deze geen gehoor gaf aan zijn
roepen om in huis te komen en de
koffie gereed te maken. Pinkster-
Zondag is Bongers onder sterk geleide
naar Vlijmen getransporteerd om bij
de lijkschouwing tegenwoordig te zijn
en ter plaatse een nader verhoor te
ondergaan en aanwijzingen te doen.
Uit het huwelijk, dat nu niet
bepaaldelijk„twee zielen gloeiende aan
een mocht smeden", zijn geen kin
deren.
Waardeering.
De afdeeling 's Gravenhage der Ver-
eeniging tot bescherming van dieren
had het voornemen opgevat om de
paarden en ezels, die aan het strand
te Scheveningen verhuurd worden, op
de beide Pinksterdagen, wanneer
van deze dieren buitengewone diensten
worden gevergd, te voeden met
brood voor rekening van de Vereeni-
ging. De eigenaars der paarden en
ezels loonden zich voor de attentie, aan
hun dieren bewezen, zoo dankbaar, dat
zij voor den tijd, gedurende welken
de beesten gevoederd werden, scoa-
devergoeding eischten, nl. een kwartje
voor een paard en een dubbeltje voor
een ezel, alles per kwartier.
De wedstrijd was ook dezen dag
door goed weer begunstigd en tamelijk
veel publiek was aanwezig.
Heden speelt de engelsche club te
gen „Amstels C. C." te Amsterdam;
morgen te 's Gravenhage tegen de
Haagsche C. C." en Vrijdag tegen
de „Hilversumsche C. C." te Hilver
sum.
Sclieveningen.
De StaatsBpoorweg-stoomtram naar
Scheveningen vervoerde den eersten
Pinksterdag 7000 en den tweeden
Pinksterdag 16000 personen.
Tot dusver zijn aan het Kurhaus
genomen 647 hoofdkaarten, 1005 bij
kaarten en 150 kinderkaarten.
Op len Pinksterdag werden afge-
gegeven 933 en op den tweeden 1075
tuegangsbiljetten.
De zeeoaden te Scheveningen wor
den den löen a. s. geopend, indien
althans vanwege de gemeente de
strandweg geheel hersteld is.
Naar verluidt zal op het „Salm-
orth" (bij Spijk) een gedenkteeken
worden opgericht met vermelding
van de namen van allen, die bij de
dynamiet-ontploffing op 19 Maart j 1.
het leven verloren. In de onmiddel-
ijke nabijheid van de plaats, waar
het schip in de lucht vloog, zal een
kruis worden geplaatst.
Stroopers.
Zondagochtend werden door den
jachtopziener S. op jachtterrein onder
de e meen te Loosduinen, van de
groothertogin van Saksen, drie per
sonen aangetroffen, bezig met het zet
ten van wildstrikken. Naar hun naam
fraagd, grepen de stroopers den
opziener aan, wierpen hem tegen den
grond, en terwijl twee hunner hem
vasthielden, mishandelde de derde
hem met een stok met loeden knop
zoodanig, dat heelkundige hulp moest
worden ingeroepen. Twee der stroo
pers, opperlieden uit 's Gravenhage,
zijn bekend.
Fiiiaiicieele Mededeeiingen
Het Weekblad van Broekman en
Honders bevat 0. a. de volgende op
gave van minder courante of incou
rante fondsen, in de week, tot den
datum van 4 Juni 18J5, door hun
tusschenkomst verhandeld.
Aand. Algem. Waterleid.
Maatschappij 93 pCt. incl
Helenaveen (Mij.
tot on tg. en verv.
der Peel genaamd) 84^pCt. ex.
Land iB zekere be
zitting te 's
(Negotiatie).
Maatseh. v. Hypo
thecair Crediet in
Nederland
U trechtseheHypo-
theekbank
Haagsche Rijtuig-
Maatschappij
Ned. Stoomboot-
Maatschappij
Oosterstoomtram-
Maatschappij
Delftsche D.still.,
Gist- en Spiritus
fabriek
De Deli-Brouwerij
Holl. Suikerraffin.
Kon. Ned. Beijersch
Bierbrouwerij
Ned. Fabriek van
Werkt, en Spoor-
wegmaterieel A
idem idem B
Stoombierbrouw.
„,t Haantje"
Baarnsche Koud-
water - Geneesinr.
Ned. Verz.-Maats.
op het leven te
's Gravenhage
Meer dan anderhalf jaar geleden
werd door een te Assen wonende heer
en dame op een wandeling in 't Stads-
250 pCt.
105
160
40
84/s
100
40
15
10
61
80
100
116
15
165
Zooals wij gemeld hebben sloten
na den wedstrijddag van Maandag de
eerste innings der Haarl. C. C. „Rood
en Wit" en die der „Ivanhoe C. C."
respectievelijk voor 113 en 20 runs.
Ook Dinsdag, den tweeden dag van
den wedstrijd, bleven de Haarlemmers
in de meerderheid, alhoewel hun elf
tal niet volledig was daar de heeren
Flier en Pleyte ontbraken. „Rood en
Wit" scoorde Dinsdag 68, de „Ivanhoe
C. C." 62 rnns, zoodat eerstgenoemde
club de overwinning behaalde met
99 runs. De heer PoBthuma nam 7
wickets, de heer C. Feith 2, de heer
van den Berg 1.
Donderdag zullen de discussies in
de belgische Kamer over het wets-
ontw.erp tot verhooging der invoer
rechten worden gesloten. Dinsdag
werd het door eenige afgevaardigden
sterk bestreden. Naar de Indépen-
dance beige meldt, bestaat alle kans,
dat het zal worden verworpen.
In overleg met de commissie uit
het oostenrijksche Huis van Afge
vaardigden is het wetsontwerp tot
uitbreiding van et kiesrecht in Oos
tenrijk vastgesteld en openbaar ge
maakt.
Het aantal der leden van het Huis
van Afgevaardigden zal van 353 tot
400 worden vermeerderd. De 47 zetels,
welke er bij komen, worden ter be
schikking gesteld van diegenen, die
het minst in de directe belasting
bijdragen. Het aantal van deze klasse
der belasting-betaienden wordt op
1.200.000 geschat. Van deze 47 zetels
worden er 34 gevoegd als onder-af-
deeling bij de tot dusver bestaande
stads- en land-curie. Ten plattelande
zal de verkiezing geschieden dooi
kies-colleges, in de steden alleen dan
wanneer dezelfde afgevaardigden dooi
beide curies worden gekozen.
Bovendien wordt nog eene afzon,
derlijke curie gevormd voor de werk
lieden. Voortaan zal ook aan alle
werklieden het kiesrecht worden ver
leend, die gedurende twee jaren heb
ben bijgedragen tot eene zieken-kas.
Het aantal van deze kiezers-
wordt geschat op 600.000. Ook
klasse, welke 13 der nieuwe afgevaar
digden mag kiezen, zal het kiesrecht
uitoefenen door bemiddeling van
kiescolleges, bestaande uit„Wahlman-
ner", die, zeiven door de stemgerech
tigden gekozen, de afgevaardigden
moeten kiezen.
Van de nieuwe zetels verkrijgen
derhalve de werklieden er 13 terwijl
de overige 34 ter beschikking worden
gesteld van de laagste belasting-be
talende klasse. Tot deze klasse be-
hooren hoofdzakelijk de anti-semieten,
zoodat deze uitbreiding van het kies
recht vooral ten goede zal komen
aan deze onverdraagzame drijvers, die
naar met weet, in Oostenrijk, en vooral
te Weenen, met den dag veld winnen.
Dit wetsontwerp wordt te Weenen
door de bladen zeer ongunstig beoor
deeld.
De organen der liberale partij, gelijk
de Neue Freie Presse en het Wiener
Tageblatt willen niets van deze be
perkte kiesrechtuitbreiding weten. Al
leen het officieuze Fremdenblatt ver
dedigt het ontwerp, met het conser
vatieve Neue Wiener Tageblatt, ter
wijl natuurlijk de oppositie-bladen
daarmede den spot drijven. De offici
euze, conservatieve Presse acht het
geraden, voorloopig te zwijgen.
De slotsom is, dat de kans voor de
aanneming van dit wetsontwerp al
uiterst gering moet worden beschouwd.
Uit Athene wordt gemeld, dat de
Grieksche ministers van financieën en
justitie Donderdag zullen aftreden
het geheele overige Kabinet waar
schijnlijk Maandag zijn ontBlag zal
nemen.
Naar de Times uit Sjanghai ver
neemt hebben omstreeks 30 Mei op
roerlingen alle Engelsche, Fransche
en Amerikaansche zendinghuizen
Tsjengtoe en Tejetsjing vernield. De
zendelingen te Tsjengtoe zijn veilig
onder de bescherming van den staat,
neer zij zich bedrogen en meenden dat hij zich nog op het
bosehpad bevond, dan zonden zij voor hem naar Oianchito
rijden. Dan moest hij op zijne hoede zijn voor de terugkee-
ende vervolgers. Plotseling schoot hem iets te binnen. Die
witte helm; welnu een weinig zwarte modder verhielp het
kwaad.
Aldus schreed Seymour op den open weg manmoedig
voort met de revolver, onmiddellijk tot het gebruik gereed,
in zijn gordel en zijne borst gloeiende van grimmige veront
waardiging. Zijn taktiek iag duidelijk voor de hand. Wan
neer hij iemand ontmoette, zou hij het boseh binnendringen,
zich omdraaien en zijn leve., zoo noodig zoo duur mogelijk
verkoopen. De stevige militaire Btap van den geoefenden
soldaat begon ten slotte door den grooten afstand te veel
van zijne krachten te vorderen. Vermoeid en met loome
beenen Btapte hij echter voort. Stonden er ook huizen langs
den weg? Hij kon het zich niet herinneren. De opwinding
der laatste uren had alle herinneringen van vroeger aan
dezen weg doen verdwijnen.
Nu en dan liet hij zich vallen en luisterde met gespannen
aandacht en zijn oor tegen den grond.
Plotseling deed zich het geluid hooren van een paard dat
achter hem op den weg galoppeerde.
Vlug wierp hij zich tnsschen de struiken en met de revol
ver in de hand zag Seymour, achter een boom verscholen,
een ruiter voorbij rijden en hoorde het geklapper van de
machete, die in de schede stak. Met bonzend hart kwam hij
weer te voorschijn en vervolgde zijn weg. Na haaBtig naden
ken was zijn oordeel, dat waarschijnlijk slechts een man hem
van achteren was gevolgd. Zouden zij werkelijk meenen, dat
hij trachten zou Oianchito te bereiken? Wisten zij of raad
den zij het plan van den oud-soldaat? „Quien sabe?"
De nacht begon te vorderen en de heuvel achter Oianchito
teekende zich scherper at en werd duidelijker zichtbaar.
Bravo I De aistand was nu niet meer dan zee ot acht|mijlen. En
met zijn forschen stap bewoog hij zich snel over den weg.
Na het oversteken van een kleine kreek werd een eenzaam
gelegen huis bereikt, met daarachter eenige hutten. Herin
nerde hij zich dit nog? Seymour pijnigde zijn brein en
schreed verder voorwaarts. Plotseling snelden vier of vijf
groote honden den weg op, vielen onstuimig op hem aan
en blaften luid. Het hart klopte hem in de keel. Hij durfde
niet schieten dan alleen in de uiterste noodzakelijkheid. Hij
greep een knuppel, die op den weg lag, deed eenige stappen
achterwaarts, keerde zich om en gaf den voorste zulk een
Blag, dat alle honden huilende afdeinsden. Voorwaarts ging
het weer met gejaagden pols, het werd nu duidelijk zicht
baar, dat de morgen spoedig zou aanbreken. Bij het schijnsel
der sterren zag hij dat het tusschen halt twee en twee uur
in den nacht was. Zorgvuldig en vol vrees voor en achter
zich ziende, dwong hij zijne loodzware beenen hem den weg
te doen vervolgen. Een paar hutten van stroo duidden aan,
dat de stad slechts een paar mijlen verder moest liggen. Door
wanhoop aangespoord was hij, afgemat en verzwakt, steeds
werktuigelijk voortgegaan.
De zware revolver en gordel drukten pijnlijk op zijn nat
en door den regen kil geworden lichaam. Steeds voort even
wel voor zijn tehuis, vrienden en geboorteland. Hoe zonder
ling, dat er geen spionnen op hun terugkeer den weg af
kwamen Het onweer moest hen afgemat hebben en doet
terugkeeren. Had hij bovendien in de Chorrera niet al zijne
bezittingen in hunne macht achtergelaten? Bahl Wat be-
teekende znlk een bezit? Zou hij van Oianchito niet
troepenafdeeling kunnen uitzenden om hen onschadelijk te
maken? Deze gedachten dwaalden in zijn brein rond.
Plotseling kwam een ruiter bliksemsnel op hem toeiijdet
met opgeheven machete. Seymour richtte zijne revolver oj
den man, terwijl hij een schrede zijwaarts deed en haalde
den haan over. Met een woesten gil stortte de man neer-
terwijl zijn verschrikt paard woest het bosch inholde en hel
lichaam met zich sleepte.
Een half uur lang bleef Seymour als een bezetene door-
loopen en zocht in de halve schemering van den aanbre-
kenden dag zooveel mogelijk de schaduw van het bosch op.
Had de vervolger de honden gehoord De vluchteling durfde
den weg niet betreden uit vrees voor nieuwe hinderlagen
Seymour verliet den weg en ging noordwaarts langs de
lage heuvels naar den oever der rivier aan den oostkant van
het dorp.
Slot volgt.)