NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
FEUILLETQN-
De onneembare Stad.
13 j Jaargang
Vrijdag 16 Augustas 1895.
No. 3718
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37£.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat 1-4:, Haarlem. Telefoonnummer 122.
ADVERTENTIËN:
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
oum agenten en door alle boekhandelaren en courantier».
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE dt Co., JOMN F. JONES, Sue*., Pargt SIM» Faubourg Montmei tret'
BIJ dit Nummer is gevoegd
het Oemeenteraad8 ver slag van
14 Augustus 1895.
STADSNIEUWS.
Haarlem15 Augustus 1895.
Examens hoofdacte.
HAARLEM, 15 Aug. Woensdag en
heden zijn bij het alhier gehouden
examen voor hoofdacte geslaagd de
heeren
D. v. d. Giessen, B. Veenemans,
A. de Lange, P. Wijdenes, allen te
Amsterdam H. Jousma te Zwarte-
waalH. E. Jansen te Beverwijk
C. v. d. WerfF te Zandvoort.
Zondag hield de postduiven-ver-
eeniging „de Luchtggids" alhier eene
wedvlucht van de Landbouwtentoon-
toonstelling te Edam. De daiven
werden ten 1.40 (Greenwichtijd) los
gelaten, met een westen wind en
donker weer. De prijzen werden be
haald als volgt:
le pr. den heer P. J. Vester 2.01.41
P. J. v. Daalen 2.18.05
H.W.Bunrman 2.19.55
J. v. Booren 2.20.55
B. Hulshof 2.21.40
J. P. Brian 2 23.01
Gisterenmorgen omstreeks 7 ure is
de bliksem ingeslagen in het per
ceel aan het Rozenlaantje No. 8rood
bewoond door G. van Bilderbeek,
waardoor een 25 dakpannen en een
gedeelte van den schoorsteen zijn ver
brijzeld.
Persoonlijke ongelukken hadden
niet plaats.
Volgens een officieel bericht is bij
den bekenden diefstal ten huize van
den heer Sprenger, alhier aan dezen
ontvreemd
een bedrag van f275 aan 2 bank
biljetten van f40, 2 muntbiljetten
van f10 en 7 bankbiljetten van f25;
een bedrag van oogeveer f 36 aan
zilveren specie, waaronder stuivertjee;
1 gouden dames-cylinderhorloge,
het goud met sterren bewerkt, wit
porseleinen wijzerplaat en seconde
wijzer met plat glas er op, hangende
aan een zilveren breede en platte
chatelaine (van een armband ge
maakt) met zilveren haak om aan
de ceintuur te hangen, een charivari
een ouderwetsche horlogesleutel
met twee signetten er aan1 zilve
ren Zeeuwsche knoop, vrij groot, bij
wijze van broche; 2 gouden damt-s
vingerringen, 1 met bruin steentje en
1 met twee pareltjes en vier blauwe
steentjes.
De Commissaris van politie te Haar
lem verzoekt opsporing ook van
den dader inbeslagneming en be
richt.
Dinsdagavond gaven in een Jer
hótels te Zandvoort onze stadgenoo-
ten Mej. Jeanne Landré en de heer
G. Ph. Zalsman met den heer B.
Kwast, pianist, een concert.
Daar onze redactie niet tot bijwo
ning daarvan was genoodïgd, zullen
wij met deze bloote vermelding vol
staan.
Arrondissements-Rechtlank
Zitting van heden Donderdag 15 Aug.
Heden stond terecht Gerardus Ides
24 jaar werkman te Haarlem beschul
digd dat hij te Haarlem op den 24en
Juni 1.1. opzettelijk en moedwillig
Johannes Kwast, kruier, met een bier
glas geslagen heeft, waardoor Kwast
een schedelbreuk en hersenvliesont
steking heeft gekregen, tengevolge
waarvan hij den 7den Juli 1.1. is over
leden.
Zes getuigen waren opgeroepen,
Ferdinand Lanser bierhuishouder en
zijn vrouw Johanna Delhaes en als
getu'gen-deskundigen de heeren van
Maas, heel- en verloskundige, Max
Jessurun, arts en de doctoren van
Linden van den Heuvell en Bijleveld.
Lanser deelt bet gebeurde aldus
mee. Ongeveer halt negen kwam Ides,
die toen volkomen nuchter was, in
het bierhuis en vroeg een glas bier.
Kwast, die daar bediende was, maar
toen niet behoefte te bedienen, bracht
het hem en vroeg om zijn geld, maar
kon hel niet krijgen. Een woorden
wisseling volgde. Ides gaf den man
eerBt een hevigen schop en toen een
vuistslag op zijn neus, dat het bloed er
uitsprong. Later kwam Kwast weer
naar hem toe en zei op kalmen toon: „je
moet mij niet kwalijk nemen, maar
toen jij vroeger hier bediende was,
vroeg je ook om je centen."
Eenige oogenblikken daarna greep
Ides opeens zijn glas bier dat op de
toonbank stond en gaf er Kwast een
slag mee, dat deze op den grond viel
en bewusteloos bleet liggen. Op een
vraag van den officier van justitie
geeft Lanser ten antwoord, dat Ides
na de daad geen oogenb:ik getracht
heeft zijn slachtoffer te helpen, maai
hem liet liggen zooals hij daar lag.
Bekl. beweert, dat Kwast hem ge
aard heeft en hem wederkeerig heelt
geschopt en geslagen. Hiervan zeggeD
evenwel Lanser noch zijn vrouw een
woord.
De eerste hulp werd aan het politiebu
reau aan den gewonde verleend door
den heer Van Maas, die bevond dat
by dronken was, maar den schedel
breuk niet beeft geconstateerd omdat
naar de verklaring van getuige de lo-
caliteit dat niet toeliet. Get. dacht
aan een huid wond.
De ambtshalve toegevoegd verdedi
ger Mr. F. A. Bijvoet vraagt of, daar
er ook bloed nit het oor kwam, het
niet beter zou zijn geweest een gron
diger onderzoek in te stellen en of
het niet beter zou zijn geweest, hem
niet aan het bureau van politie te
laten verblijven, maar te transportee
ren naar een plaats, waar hij behoor
lijk kon worden verpleegd.
Get. geett dit wel toe, maar doet
nogmaals opmerken dat hij op dat
moment aan een schedelbreuk niet
denken kon.
Den volgenden dag, na den nacht
te hebben doorgebracht in het politie
bureau, is Kwast naar het gasthuis
gebracht. Getracht is toen, hem nog
door een operatie te redden, maar
vergeefs.
De heer Jessurun, gevraagd of de
afloop misschien anders zou zijn ge
weest wanneer hij direct in bet gast
huis zou zijn gebracht, antwoordt dat
het de kansen op beterschap zou
hebben vergroot.
De drie deskundigen zijn het erover
eens, dat de hersenvliesontsteking
waaraan KwaBt stierf, is veroorzaakt
door den schedelbreuk en deze door
den slag.
De ambtenaar van het O. M. qua-
lificeert bet feit als mishandeling met
doodelijken afloop, een ernstig feit
door de omstandigheden waaronder
het is gepleegd. De zwaarste strat zal
spr. niet eischenbekl. had wegens
de talrijke malen dat hij vroeger voor
mishandeling is veroordeeld, als reci
divist kunnen worden terechtgesteld.
Toch zal een zware strat noodig we
zen en spr. requireert de veroordeeling
van Ides tot gevangenisstraf van 6
jaar.
In zijn pleidooi voerde Mr. Bijvoet
verschillende omstandigheden aan ter
verontschuldiging van den beklaagde;
o. a. dat hij aangeschoten was geweest
en dat zijne omgeving thuis hem op
den verkeerden weg heelt gebracht.
Hoofdzakelijk waszyn pleidooi gericht
op het betoog, dat de zorg die de heer
Van Maas onmiddellijk na het ge
beurde aan den gewonde heeft besteed
niet voldoende is geweest. „Die be
handeling," zegt pleiter, „is niet
deugdelijk geweeBt. Meer oplettend
heid had daarbij in acht genomen
moeten worden en de gewonde over
gebracht in een reiner, zuiverder
atmosfeer dan die er heerscht in een
politiebureau of in een slaapstee."
Tot staving van dit betoog wees
pleiter op de verklaring van de drie
andere deskundigen, dat oorbloeding
en braking treffende symptomen zijn
van een inwendige beleediging.
Concludeerende refereerde pleiter,
het feit qualificeerende als mishan
deling ernstig letsel ten gevolge ge
had hebbende, zich ten aanzien van
de mate van straf, die hij veel te hoog
noemde, aan de uitspraak der recht
bank.
Na re- en dupliek werd de uitspraak
bepaald op heden over 14 dagen.
Na de pauze stond terecht Corne
lis Hoogeveen, 19 jaar, arbeider te
Alkemade, beklaagd van 3 diefstallen,
gepleegd in die streek in de maand
Juli, reap, van een konijn, drie stuks
ondergoed en drie konijnen.
Niet minder dan zestien getuigen
waren in de zaak gedagvaard en aan be
klaagde die in voorloopige hechtenis"
was, ambtshalve als verdediger toe
gevoegd de heer Mr. L. C. Kronenberg.
Hoogeveen ontkende. Eisch 2 jaar
gevangenisstraf. De verdediger pleitte
nietigverklaring der dagvaarding.
De Rechtbank veroordeelde heden
den 21jarigen varensgezel, Cornelia
Reinders, die Donderdag jl. terecht
stond wegens het afsnijden en stelen
van paardestaarten tot gevangenisstraf
van een jaar.
De eisch was eveneens een jaar.
H. de Mon werd wegens verschil
lende diefstallen veroordeeld tot ge
vangenisstraf van 6 weken. De eisch
was 4 maanden.
De tentoonstelling in den
Hertenkamp.
De Hertenkamp heeft thans een
ander aanzien verkregen en beter zou
voor hem tijdelijk de naam van
bloemenkamp passen. Overal prach
tige perken van enkele en dubbele
begonia's, in balimaanvormige en
ronde perken.
Aan den ingang ziet men eenige
coniferen, hulsten en palmen en
loopt men verder het terrein op,allerlei
bloemen. De tenten zijn voornamelijk
bezienswaardig. Voor de hoofdtent
heeft de firma Ruijsenaara alhier een
paar reusachtige palmen ter opluiste
ring ingezonden en in deze tent zien
wij van deze firma een prachtstuk, dat
veel arbeid heelt vereischt. Het is een
hoorn vanovervloed, met orchidacëen
en rozen, op een voetstuk, geheel uit
resida's samengesteld, eveneens ter
opluistering ingezonden. Dan merken
wij in deze tent op canna'p, coleua'
de laatste vooral bezienswaardig om
hare prachtig gekleurde bladen en
dubbele begonia's, die met hare ver
schillende kleuren een schoon effect
maken.
In eene andere langwerpige tent
dicht bij de hoofdtent, zijn het de
prachtige hangers, met de schoone
bloemen die het meest de aandacht
trekkende fijne varens en de
gloxinea's.
De perken op het terrein, zijn alle
even mooibijzonder verdienen ver
melding eene inzending met oranje
kleurige foxia's en tene met cenallums
van mevr. Viseer van Hazerswonde te
Heemstede.
Ook de tent met de b uquetwer-
ken zal zeker druk bezocht worden.
Prachtige bloemenkransen en bou-
quetten ziet men daar, die een heer
lijken geur verspreiden, benevenB
fijne varens en palmeoorten.
Zooals wij reeds vroeger hebben
gemeld, zijn er 6 tenten, dus rest ons
nogde beschrijving van 3, d e hoewel
niet tot de grootste in omvang, toch
hoogst belangrijkste inzendingen be
vatten. In de eerste zien wij prach
tige afgesneden gepijpte Cactus Dah
lia's in flescbjes die door fijne varens
bedekt zyn.
In een andere tent zijn fijne soorten
begonia's, waaronder ten zeerste de
aandacht trekt eene bijzondere soort
de „begonia Keesens Gloria" van de
heeren W. D. Keesen Dz. en Zn.,
Aalsmeer en andere dubbele nieuwe
knolbegonia's van die firma.
De laatste tent die wij zagen be
vatte 8 bakken afgesneden rozen van
de firma Zocher Co. alhier, in
verschillende kleuren, die daardoor
een zeer goed effect maakten.
De uitslag der bekroningen is als
volgt
1. 50 Gevuldbloemige Knolbego
nia's in minstens 25 verscheidenheden.
le prijs gouden medaille, C. Blan
kensteen, tuinbaas, Haarlem, 2e pr.
verguld zilveren medaille, G. Blan
kensteen, tuinbaas, Heemstede. 3e pr.
zilveren medaille, Pb. Dees, Haarlem.
2. 100 Enkele Knolbegonia's in
minstens 50 verscheidenheden.
le pr. g. m. G. Blankensteijn, tuin
baas, Heemstede. 2e pr. v. z. m. Ph.
Deijs, Haarlem.
3. 50 Enkele Knolbegonia's in min
stens 25 verscheidenheden.
le pr. v. z. m. C. Blankensteijn.
tuinbaas, Haarlem. 2e pr. z. m. Ph.
Deijs, Haarlem.
4. 25 Enkele gele Knolbegonia's in
verscheidenheden.
le pr. v. z. m. G. Blankensteijn,
Naar het engelsch
van
MAX PEMBERTON.
LU
HOOFDSTUK IX.
Het Zonneeiland.
Van dit alles nam ik slechts een zeer vluchtigen blik,
want onze gidsen brachten ons haastig langs een iraai grint
pad, omzoomd door struikgewas en daarachter palmen, zwaar
in blad en geleidden ons aldus naar een lang, wit gebouw,
dat op eene hoogte stond en vanwaar men een uitzicht bad
op de geheele vallei daar beneden. Onderweg deelde Adam
mij onmiddellijk mee, wat het doel van de reis was.
„De graaf," zeide hij, „die, ik kan het u nu wel zeggen,
eigenaar is van deze plek en van degenen, die hier wonen,
zal u onmiddellijk ontvangen. Wanneer het onderhoud voor
bij is kan het zijn, dat hij u verzoekt onmiddellijk de pa
tiënte op te zoeken. Neem mijn raad aan en zeg niets van
liet portret, dat ik u op bet jacht liet zien."
„De patiente is zijne dochter niet waar?"
Zijne eenige dochter. Achttien jaar geleden is zij te Weenen
geboren. Graaf Andrea was toen goeverneur van Oostenrijksch
Polen. De ondankbaarheid van het Hof en zijne liefde voor
de menschen deden hem de beschaafde wereld ontvluchten.
Na verscheidene jaren te hebben rondgezworven kwam hij
hier, en hier zal hij en wij allen zijn leven eindigen.
O, waarde Trevena 1 leer den graaf liefhebben."
„Ter wille van u zal ik het beproeven. Is het dit huis
hier
„JuiBt, en wij behoeven niet bang te zijn hem wakker te
maken, want hij staat steeds gelijk op met de zon."
Terwijl hij deze woorden sprak traden wij het huis of lie
ver de binnenplaats binnen, waar de lucht bezwangerd was
met de heerlijke geuren van een duizendtal bloemen. Het
was eene groote, cirkelvormige ruimte, met een vergulden
koepel hoog boven ons en een groot marmeren bassin in
het midder. Goud- en zilvervis6chen, donkerblauwe visschen,
in allerlei verscheidenheid, zwommen te midden der aan de
oppervlakte drijvende lelies en groene planten rond. Daar be
vonden zich vo els met bonte vederpracht: parkieten, statige
ooievaars, ijsvogels, zingende en klapperende in de takken
van de breede palmen en het zacht geluid van het nit de fon
tein neervallende water klonk als muziek in de ooren.
Eenige bedienden, in kostbare witte livreien want wit
was de geliefkoosde kleur op het eiland hielden de wacht
bij den ingang van andere vertrekken, die uitkwamen op
deze vestibule; nauwelijks hadden wij echter op het slaan
eener klok gewacht, of een bediende, nog sierlijker gekleed
dan de anderen, veizocht ons hem te volgen, en toen wij
twee kleine en eenvoudig gemeubelde kamers waren door-
geloopen, stonden wij tegenover den graaf zelf.
Het eerste oogenblik was het mij slechts mogelijk alleen
mijne aandacht te schenken aan de buitengewoon kostbare
inrichting van het vertrek waarin ik mij bevond, een ver
trek, dat, wat artistieke volmaaktheid betreft, alles over
trof. Het was eene groote kamer, dertig bij vijf en dertig voet
naar ik meende, en was geverfd in een bizonder zacht ge
tint, zeer bekoorlijk groen. Van het plafond hingen lampen
van zilver filigrainwerk, maar de friesen schenen van mas
sief ivoor te zijn, terwijl de wanden daar beneden met prach
tige teekeningen in waterverf waren beschilderd. De zetels
bestonden nit easy-chairs met kostbaar tapisseriewerk, ver
der bevonden er zich verscheidene kleine ingelegdetafelftjes
met voorwerpen in Sèvres-porselein,' Saksisch-porselein en
fijn brons werk beladen. In een der hoeken zag ik een groote
klok in den vorm van een volwassen mannegestalte, wiens
armen het uurwerk droegen, en ik zag dat boven den stoel,
waarin de graai gezeten was, een crucifix hing.
Het gelaat van den man, voor wien ik zulk eene levendige
belangstelling koesterde, werd door het schijnsel van het
zonnelieht bestraald, dat door de vensters van licht beschil
derd glas naar binnen viel. Hij scheen een oud en eenigszina
gebrekkig man en was gekleed in de uniform der Oosten*
rijksche lijfwacht. Zijn staalgrijze baard reikte bijna tot zijn
middelzijne handen waren lang, zijn gelaat gerimpeld
bleek en bloedeloos. Toch spraken zijne oogen van een in-