Tweede Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
13e Jaargang
Maandag 28 October 1885.
No. 3780
HAARLEM S DAGBLAD
ALBOi-TJSTIETMIIEiLTTSFIRIJ-S:
Yoor Haarlem per 8 maandenf 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden„1.30
Franco door liet geheele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post 0.37V2
ADVEBTEOsTTIËlT:
Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groofce letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Ad verten tién worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux; Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het. Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Snee., Parijs Slbis Faubourg Montmartre.
Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bloemendaal Santpoort en SchotenP. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, jbij de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKES; Spaarndam, C. HARTENDORPj;
Zandvoort, J. ZWEMMER; Velsen, L. VENUS; IJmuidenJ. J. TJADEN; Beverwijk, H. JUNGERIE, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
Dit nummer bestaat uit
twee bladen,
EEHSTtfi BLAD.
Politiek 0versacht.
Vrijdag is in de fransobe Kamer
de behandeling van de interpellatie-
Jaurès over de werkstaking te Car-
maux voortgezet. Ook dezen keer voer
de socialistische afgevaardigde op zeer
heftige wijze uit tegen den prefect en
tegen de rechterlijke macht, en stelde
ten slotte de volgende motie
„De Kamer, overwegende dat alle
burgers er belang bij hebben dat het
oonfliot van Carmaux worde opgelost
op een wijze waarbij de vrede en de
billijkheid geen gevaar loopen, en dat
alleen een moreele arbitrage het con
flict kan oplossen, verzoekt den voor
zitter Brisson als scheidsrechter te
willen optreden."
Brisson antwoordde dat hij daartoe
gaarne bereid is, maar als dit tijdens
de zitting gebeurt, zal hij dan niet
den schijn van partijdigheid op zich
laden Niettemin verklaarde hij zich
bereid als scheidsrechter op te treden,
indien de Kamer zijne tusschenkomst
nuttig oordeelt.
De minister van binnenlandsche
zaken Leygues verklaarde, zioh niet
te kunnen vereenigen met deze oplos
sing. De zitting werd daarop geschorst.
Bij de heropening besteeg Leygues
de tribune en zeideTot 1891 heeft
Rasséguier in uitstekende verstand
houding geleefd metzijne werklieden;
zaken die wrak stonden, hielp hij weer
op de been, hij stichtte instellingen van
economischen en liefdadigen aard en
verzette zioh volstrekt niet tegen de
wet der syndicaten. Het syndicaat
echter wilde zijn eigen gezag in de
plaats stellen van dat van den patroon;
Reseéguier protesteerde, en zoo ont
stond het conflict.
Van den aanvang der werkstaking
af, vervolgde de minister, heeft de re
geering pogingen gedaan om eene
verzoening tot stand te brengen. Toen
richtten de werklieden een manifest
aan alle kameraden in Frankrijk, een
manifest dat een oorlogsverklaring
aan het patroonschap was. Het was
wegens dit manifest, dat Rességuier
weigerde zijne fabrieken weer te ope
nen.
De verdere beraadslaging werd tot
heden verdaagd, en de zitting daarna
In de coulours werd opgemerkt, dat
de motie van Jaurès aan bedenking
onderhevig is, daar zij een lastig pre
cedent sohept.
Vrijdag werd in de hoDgaarsche
Kamer een interpellatie behandeld
over de te Agram voorgevallen
schandalen en de beleediging de
hongaarsohe vlag aldaar aangedaan.
Minister Baniïy verklaarde dat deze
schandalen onvergefelijk zijn en voeg
de er bij dat de regeering de ver
antwoordelijkheid aanvaardt voor de
verklaring van den Souverein.
Met 174 tegen 110 stemmen werd
daarop een motie aangenomen door
de hongaarsohe Kamer, waarin ver
klaard wordt dat door haar acte is
genomen van het door minister
Banffy gegeven antwoord.
Zooals te begrijpen is heeft het
terugtrekken van koning Carlos van
Portugal na zijne belofte den koning
van I alië te komen bezoeken, de goede
verstandhouding tussohen beide rijken
doen verkoelen* Een gevolg van het
gebeurde is o. a. dat de portugeesche
gezant te Rome met onbepaald verlof
het land heeft verlaten,Jerwij 1 Italië hare
diplomatieke betrekkingen met Por
tugal heeft afgebroken.
De Standard verneemt uit Konstan-
tinopelAuthentieke inlichtingen laten
geen twijfel of de gevatte leden der
Jong-Turksohe partij, die in de ge
neeskundige sohool door een krijgs
raad veroordeeld werden, zijn vervol
gens door een Turksch oorlogsschip
in zee gebracht en een voor een
overboord geworpen. Onder de ver
dachte personen is de minister van
marine Haseac Pasja. Hij wordt in
zijne woning bewaakt.
De Times verneemt uit Kaïro De
jongste gebeurtenissen in Turkije
hebben het gezag van den sultan in
Egypte verzwakt. De Oelema's van de
Mohamedaaneohe hoogesohool van
Elazhar blamen den sultan, omdat hij
hunne rechten in den boedei van prins
Halim verwaarloost.
Spanje heeft met hare oorlogs
schepen in Cuba's wateren veel tegen
spoed. Nadat reeds een drietal ver
loren is gegaan, is nu de kanonneer
boot Cazidad bij Cradonas gestrand.
De bemanning kon zich met de sloe
pen redden.
De Times verneemt uit Hongkong
In welingelichte kringen heeft men
vernomen, dat het onlaDgs gesloten
verdrag tussohen Rusland en China
aan Rusland het reoht verleent met
zijne vloot in de haven van Port-
Arthur te ankerenen verder het
recht Om een spoorweg aan te leggen
van Port-Artbur naar de Transsibe-
risohe lijn, terwijl de exploitatie vau
die lijn in Russische handen zou be
rusten. Voorts zou|het verdrag aan Rus
land verscheidene uitsluiteude han-
delsvoorreohten toekennen,waartegen
over China slechts het recht zou
hebben den spoorweg na twintig jaar
tegen een overeen te komen prijs
terug te koopen.
De Times protesteert in een hoofd
artikel tegen zulke bepalingen van
het verdrag, die Port-Arthur feitelijk
aan Rusland overleveren, want Chi
na's reoht om den spoorweg terug te
koopen, beschouwt de Times als
waardeloos. Het blad meent, dat niet
alleen Japan en Engeland, maar ook
Duitschland geen genoegen kan ne
men met een verdrag, dat het politiek
en commercieel evenwicht in het
Oosten feitelijk weer verbreken zou.
Van offioieele zijde wordt dit Times-
bericht echter tegengesproken.
STAD8NIEÜ W6
eerste en ticeede pagina.
Haarlem26 October.
Schouwburg.
.Laatst optreden vau Willem van
Zuijlen voor zijn vertrek naar Berlijn,"
wordt ons in advertentiën en op aan
plakbiljetten aangekondigd. Willem
van Zuijlenkunnen wij dien naam
wel uitspreken, zonder niet tevens te
denken aan zoo menigen avond, dat
hij, de blijepelspeler van nature, ons
zoo kostelijk deed genieten in de een
of andere kluchtWant het is op
merkelijk, dat niettegenstaande van
Zuijlen zich ook in het tragische zeer
goed weet te bewegen en hij o.a. de
zen zomer te Berlijn het meeste succes
verwierf met rollen, die juist minder
tot het komische behooren, het pu
bliek zich hem nu eenmaal niet an
ders wil voorstellen dan van Zuijlen,
de komiek.
Willem van Zuijlen nu, het is reeds
genoegzaam bekend, gaat ons voor
eenigen tijd verlaten. Alvorens hij
echter naar het buitenland vertrekt
om daar nieuwe lauweren in te oog
sten, zullen wij Haarlemmers nog
eens in de gelegenheid zijn van zijne
gaven als tooneelepeler te kunnen
genieten. Als Mister Thomas For-
ster in de klucht „Twee Wapens"
van de bekende Duitsche blijspel
schrijvers Oscar Blumenthal en Gus-
tav Kadelburg sal hij Woensdagavond
alhier optreden voor het laatst in ge-
ruimen tijd.
„Twee Wapens" is eene klucht, die
niet alleen in Duitschland maar ook
hier te lande den grootsten opgang
gemaakt heeft, getuige het feit, dat het
in den vorigen winter door twee gezel
schappen tegelijk met een zeldzaam
succes opgevoerd werd. Wat nu ei
genlijk het kluchtige van deze klucht
is? Waarom het te gaan schrijven;
kluchten toch laten zich zoo moeilijk
vertellen, men moet ze zien, wil men
Z3 genieten.
De omstandigheid dat Willem van
Zuijlen met de Vereenigde Rotter-
dameche Tooneelisten alhier optreedt,
doet ons onwillekeurig aan het be
kende spreekwoord denkenonbe
kend maakt onbemind. Het gezel
schap der heeren le GraB en Haspels
komt belaas te weinig hier (zijne
laatste voorstelling was, als wij het
wel hebbeD, ruim 2jaar geleden)
om eene groote bekendheid bij het
publiek te bezitten. En dat is jam
mer, want dit Rotterdamsche gezel
schap behoort èn door de uitstekende
krachten, die het bevat, èn door het
goede samenspel waardoor het zich
zoo gunstig van andere gezelschappen
onderscheidt, ongetwijfeld tot het beste
wat wij hier te lande op tooneelge-
bied bezitten. Wat wij dan ook hopen
is, dat zij, die Woensdag den
schouwburg zullen bezoeken, dezen
niet alleen zullen verlaten met de
aangename voldoening van eens flink
gelacheD, maar ook met het verlan
gen het gezelschap le Gras en Has
pels nog herhsalde malen hier ter
stede terug te zien.
Van Lier—Schouwburg.
»Goed, ik zal tot morgen waohten,
maar als gij mij dan de bewijzen niet
hebt geleverd dood ik u 1"
„Maar ziet gij dan niet, dat mijn
oogen de woede uitstralen, die mijn
binnenste verteert, dat ik u zou kun
nen dooden?"
Deze twee volzinnen zouden iemand
die nooit van het drama „Martelares"
gehoord had, al een denkbeeld geven
van het soort waartoe dit stuk moet
gerekend worden, 't Is een „melo"
van de bovenste plank. Hoogverheven
geesten of die zich daarvoor houden
spreken met supiêtne minachting van
een „draak"eilieve waarom zou
men niet nu eu dan eens gaan kij
ken naar zulk een mythologisch dier?
't Is droevig, overdreven' droevig, maar
werkt in elk geval niet zoo op de
zenuwen tls de drama's van onze
allernieuwste en allerjongste auteurs
het efiect dat de draak op de traan
klieren teweeg brengt is maar voor
bijgaand'tis vroolijk ook, maar
niet zoo vermoeiend grappig als
de moderne kluchten.„Kom maar hier,
Draak, ouwe jongen, je bent wel een
goed bee3t hoor, geet den baas maar
een poot, joDgen 1''
Mevrouw Van Lier Cuijpers vervult
de titelrol (gravin de Moray) op zeer
uitnemende wijs. In deze soort van
stukken heeft zij werkelijk groote ver
dienste. Haar spel is welverzorgd en
zeer karakteristiek, haar temperament
past zich gemakkelijk en natuurlijk
aan de hoog-gespannen toestanden in
dit drama. Naast haar verdient ge
noemd te worden mevr. Kinsbergen-
Rentmeester, die de smart van de
dochter wanneer zij thuiskomende,
haar moeder nit het ouderlijk huis
verjaagd vindt, zeer gelukkig wist
weer te geven. Van Nieuwland was
in de rol van Sir Elie Drake .end
noe, mejuffrouw, heb ik de eer joe te
groeten 1" geheel in zijn kracht.
J&useum van Kunstnijverheid.
Op het Museum van Kunstnijver
heid alhier zal aanstaande Zondag
tentoongesteld zijn een fotograüsohe
afbeelding der Germaansohe Rechts
pleging in de Ballerkuil waarvan bq
gelegenheid van het bezoek harer
Majesteiten de Koninginnen aan de
gemeente Rolde en de daar aanwe
zige hunnebedden, een voorstelling
gegeven werd.
De heeren Gratema en Knappert
deelen ons hieromtrent in hunne
beschrijving „Bij klimmen der Zonne"
die eveneens op het Museum ter
inzage voorhanden is, het volgende
mede
.De naam van het gehucht Balloo,
waaraan de kuil den zijnen ontleent,
oudtijds Banlo of Banloo, wijst dat
uit. Hij beteekent het woud dat ge
bannen is of waar gebannen wordt.
Beide opvattingen duiden op de
rechtspraak hetzij men denkt aan de
heilige reohtsvrede, die over het bosch
ligt, daarover is afgekondigd, ge
bannen hetzij men heoht aan het
richten, het bannen en dus let op de
handelingen, die daar plaats vonden.
Wyst dus de naam zelf ons reeds
op rechtspraak, historisohe berichten
bewijzeu, dat ook later de rechts
pleging daar plaats greep.
Moohten wij uit den naam Balloo
gevolgtrekkingen maken voor over
oude tyden, jongere reohtsbronnen
geven met voldoende historisohe
zekerheid aan dat de loting, de hoog
ste rechtsprekende vergadering in de
landsohap, daar bijeen kwam. In het
landrecht van 1412 wordt het gehuoht
Balloo als zoodanig bepaaldelijk ge
noemd.'
Verder zal eene uitgebreide verza
meling afbeeldingen tentoongesteld
zijn van Drentsche oudheden, Hunne
bedden, wapens, huisraad enz., die
ons omtrent zeden en gewoonten uit
de grijze oudheid enkele aanwijzin
gen geven.
Zondag is de toegang van alle
lokaliteiten gratis opengesteld.
Heden (Zaterdag)avond wordt vol
gens aohterstaande advertentie in het
koffiehuis van den heer M. Ku;
Stationsplein 12, een
opend. De zaal, gelegen aohter de
koffiekamer, is ongeveer 10 M. lang
en 5 M. breed en geheel naar de
eischen des tijds ingericht Voor vol
doende ventilatie, benevens voor uit
stekend licht is gezorgd.
De zaal die twee fraaie biljarten
bevat, gemaakt door den biljartmaker
P. H. van Roon alhier, maakt met
hare spiegels een goeden indruk.
r M. Kuypers,
biljartzaal ge
In den afgeloopen nacht ten 2 ure
20 min. is J. Beu. eling, oud 20 jaren,
stoker bij de H. IJ. S. Maatsch., bij
het rangeeren van goederen- en steen
kolenwagens op de spoorlijn nabij den
Kruisweg alhier bij ongeluk van de
machine gevallen, daaronder geraakt
en overreden, aan de gevolgen waar
van bij tien minuten later is gestorven.
Hij had belangrijke verwondingen aan
de onderbuik bekomen terwijl zijn
linkeronderarm was verbrijzeld.
Er komen in den laatsten tijd dief
stallen van ingekuilde aardappelen
in IJ- en Haarlemmermeerpolders
meermalen voor, ten nadeele van den
landbouwer C. G.in den polder van
Assendelft is thans een varken ont
vreemd.
Hoewel de treinenloop voor het
station Halfweg thans vrij regelmatig
is en alle re len tot tevredenheid geeft,
is aan den raad van administratie
der Hollandsche IJzeren Spoorweg
Maatsohappy door eenige ingezetenen
het verzoek gedaan om ook trein 43
te doen stoppen in het bijzonder voor
d^c kinderen, die te Haarlem de bur
gerscholen bezoeken, waar de lessen
meestal te 8Va uur aanvangen.
BargerlijkeStand uit deOmstraken
VELSEN
Van 19 tot en met 26 Oct.
Bevallen: D. M. WykerWol-
terman z. H. M. Nauta— Vermeulen
z. A. GrapendaalMoog d. C. J. B.
Raaman—Eiohelberg d.
ZANDVOORT.
Ondertrouwd: 23Oct.E.Bluijs
en M. P. van Nieuwenhoven.
Bevallen: 18 Oot. D. Koper z.
20. A. Koper—Koper z. 24' J. Vis
serVan Duivenboden z.
Overleden: 21 Oct. K. Koper
60 jaar.
SPAARNDAM.
HAARLEMMERMEER
Van 15 tot en met 21 Ootober.
Ondertrouwd: T. Cuperus en
K. Geluk.
Getrouwd: C. Bakker en M. C.
Vermeulen. P. Lanser en A. J. C. v.
d. Vlugt. H. J Betjes en G. v. Eohdom.
Bevallen: J. v. Mesman—Ver
vloed d. G. Roodzantv. d. Pol z.
M. v. Wieringen—Hulsbos z. M. Maar
schalk— Meijer z. J. KorsriezeStolp
d. K. KrookHuizinga d.
Overleden: J. v. Dam 3 md.
N. Vlaar 14 md. A. v. d. Putte 4
wk. H. Makkenze 73 j. W. Pruissen
7 wk. A. Lankhaar 59 j.
HAARLEMMERLIEDE EN
SPAARNWOUDE.
Bevallen: J. M. Calvelage—
Piët z. M. Piers—Spruitenburg d. C.
Roubos—de Jager z.
Overleden: J. Dijkzeul wed. G.
Moolenaar 82 j. P. C. Peetoom d. 2
weken.
HEEMSTEDE
van 19—26 Ootober.
Getrouwd: H. Matter en G.
Planting.
Bevallen: A. G. LeuvenNqs-
sen z. W. E. de WildeDennemie z.
Overleden: G.Handgraaf 11 m.
BINNENLAND,
Parlementaire Praatjes.
Het was een zonderling „bezuini-
ging8"-amend9ment, dat van den heer
Bahlmann. Van art. 80 der afd.
Openbare werken van de Indische
begrooting nam hij geen cent af. Maar
hij splitste den post in twee deelen,
zoodat van „opmeting en ontwerping
van nieuwe spoorweglijnen" een
memorie-post werd gemaakt, waarop
evenwel geen oversohrijving kon
plaats hebben, m. a. w. waarvan geen
gebruik kon worden gemaakt. Dat
wilde dus zeggengeen nieuwe lynenl
Wel een vérstrekkend amendement,
gelijk de heer Cremer, voorzitter der
Comm. van Rapp., die het bestreed,
zeide. Want wel was volgens den heer
Bahlmann, de mogelijkheid openge
bleven, dat bij de wet gelden voor
nieuwe spoorwegen gevraagd konden
worden, maar voor de voorbereiding
was tooh geld noodig. Daarom vroeg
de heer Cremer verwerping van dit
amend, en zoo deed ook de Min. Het
amend, werd dan ook met 33 tegen
17 stemmen niet aangenomen, zooals
de parlementaire term luidt.
Daarna werd de behandeling der
artikelen voortgezet in een eenigs-
zins vlugger tempo.
De begrooting lokte geen stemming
uit. Zij werd aangenomen en zelfs
de heer Bahlmann stemde niet tegen.
Het debat over de Indische tarief wet
(verhooging der invoerrechten) lever
de niet veel nieuws op de argumenten
waren bij het algemeen begrootings-
debat uitgeput.
D heeren Meesters en Vos de Wael
wezen op het te verwachten nadeel
voor de Nederlandscne industrie en
ook de heer Bahlmann nam 't op voor
de manufacturen en de minerale wa
teren. terwijl de heer Truyen ver
klaarde nog niet best te weten hoe
hij stemmen zou (maar al dadelijk zij
gezegd dat hij voor stemde.)
Nogmaals beproefde de Minister
van Koloniën een omstandige verde
diging van het ontwerp, maar hij
scheen zich reeds by voorbaat bij een
verwerping neder te leggen, in de
hoop dat de tegenstanders een beter
inzicht in de Indische financiën zouden
blijken te bezitten dan hij.
Art. 1 van het ontwerp werd ver
worpen met 58 tegen 14 stemmen.
Tegen stemden de heeren Meesters,
Van Bylandt (Gouda), v. Gennep,
Borge8ius, Guyot, Tydeman, Drucker,
Lely, Kerdijk, Staalman, Bouman,
Pqnacker, Van Kerkwijk, Van Delden,
Hintzen, Heldt, Kolkman, Vos de
Wael, De Ram, Schepel, Van der
Borch, Van der Kun, Veegens, De
Kanter, Lohman, Donner, Lieftinok,
Vermeulen, Harte, Heemskerk, d'An-
sembourg, Thooft, Tak. Gerritsen,
Mutsaers, Zijp, A. Smit, Van Alphen,
Mees, Plate, Bool, Van der Schrieck,
Hartogh, Hesselink, Conrad, De Beau
fort, Roessingh, Smits van Oyen, Van
Deinse, Borret, Travaglino, Schaafs-
ma, Btmlmann, v. Gjjn, Haffmanns,
Cremers, Ferf en Everts.
Voor stemden de heeren Pijttersen,
Beelaerts, Roijaards, Sohimmelpen-
ninok, Viruly, v. Stirum, Truijen, v.
Bylandt (Apeldoorn), Pijnappel, v.
Karnebeek, Rutgers, Miohiels, Bastert
en de Voorzitter.
De Min. vroeg daarna schorsing
van het debat, d. w. z., dat hij
het ontwerp terugneemt.
Het voorstel des voorzitters om den
12a Nov. de wet op het personeel in
behandeling te nemen, moest wel
verzet uitlokken met het oog op de
politiek.
Het werd bestreden door de heeren
Travaglino, Kolkman en Beelaerts.
De beide eerBten waren van meening,
dat als de Kamer aan die wet drie
weken zou besteden, wat betrekkelijk
nog „de Fransche slag" mocht heeten,
er te weinig tijd overbleef voor de
begrooting. De behandeling van beide
zaken zou er onder iqden. En dat
was onnoodig, zeide de heer Beelaerts,
omdat invoering van de wet op het
personeel met 1 Jan. 1896 toch beslist
onmogelqk zou zijn.
Ook de heer Borgesius scheen aan
vankelijk geneigd tegen te stemmen,
wegens de onvoldoende voorbereiding
van de wet op het personeel. Maar
aangezien de Min. het hoofdbezwaar
vollediger inliohting toch niet
had opgelost, wilde hij geen struikel
blok in den weg leggen.
De Min. van Fin. verklaarde ook,
dat de Reg. op spoedige behandeling
prijs stelde en de Voorzitter meende,
dat, als men 4 Deo. met de begrooting
begon, dat tijdig genoeg was. Daarom
bestreed hy dan ook het voorstel van
den heer Travaglino om eerst 19 Nov.
terug te keeren (hy repte zelfs van
vroegere brjeenroeping dan 12 Nov.)
en evenzeer het denkbeeld om in
Januari het personeel te behandelen.
Het voorstel des Voorzitters werd
ten slotte met 61 tegen 17 stemmen
aangenomen.
En de Kamer is dus tot 12 Nov.
naar huis.
G. Jr.
Blijkens aan het departement van
binnenlandsche zaken ontvangen tele-
graphisch bericht van Hr. Ms.gezant
te Parijs, is bij minisWieele beschik
king van '24 d jzer de FranFche grens
wederom voor den invoer van vee uit
Nederland opengesteld. (Stok)
Handhaving van het gezag.
In het uittreksel uit bet voorloo-
pig verslag over hoofdstuk IV (justitie)
van de staatsbegrooting voor 1896
lezen wy o. a. het volgende:
Vooral waren het rustverstorin
gen op de openbare straat die een
onderwerp van bespreking uitmaak
ten. In de groote steden, speoiaal in
Amsterdam,worden telkens optoohten,
zoogenaamde wandelingen, gehouden
van werkstakers of demonstreerende
lieden, waardoor aan de rustige bur
gers veel overlast en aan de winke
liers en neringdoenden in de wijken,
die bij voorkeur worden bezocht,
veel schade wordt berokkend. Niet
zelden vloeien uit die betoogingen
botsingen voort met de politie of met
personen die aanstoot nemen aan
kreten of liederen, door de betoo-
gers geuit, hetgeen het verkeer op
de publieke straat somtqds zelfs ge
vaarlijk maakt. Daarby komt, dat
werkstakers andere arbeiders, die aan
den arbeid wensohen te blijven, be
moeilijken, ja.) zelfs hun dit met ge
weld beletten. O. a. werd gewezen
op mishandeling van een ouden brug-
waohter te Krommenie, beleediging
van een R. K. geestelijke aldaar, het
gefluit en gesohreeuw van sommigen
als H. M. de Koninginnen zioh in 't
openbaar vertoonen.
Uit al deze en dergelyke feiten
bleek, maar velen meenden, dat de
handhaving van het gezag veel te
wenschon overlaat, en dat middelen
moeten worden beraamd om aan dien
toestand een einde te maken.
Intussohen by de bespreking van
de wijze, waarop aan het kwaad ware
tegemoet to komen, kwam groot ver
schil van gevoelen aan den dag.
Sommige leden waren van oordeel,
dat ons geheele strafstelsel te slap is.
Naar het gevoelen van eenige
leden zou veel moei'ijkheid voorko
men worden, indien de optoohten op
de openbare straat strenger werden
tegengegaan. Thans hangt dienaan
gaande alles van de burgemeesters
af, wier opvattingen soms verbazend
ver uiteenloopen.
Door goede instructiën aan de
burgemeesters, hoe ten aanzien van
deze materie te handelen, zouden deze
waar het noodig was, met meer kracht
optreden, terwijl tevens gevallen
als het laatstbedoelde zouden worden
voorkomen. Ook dit gevoelen bleef
niet onweersproken. Er werd gewaar-
sohuwd tegen het uitvaardigen van
eenvormige instructiën, waardoor al
licht meer kwaad dan goed zou wor
den gesticht. Alles hangt hier te zeer
af van plaatselqke toestanden en om
standigheden.
Naar aanleiding van deze bespre
king werd nog de opmerking gemaakt
dat de rustverstoringen, waarover
men klaagt, voornamelijk te Amster
dam voorkomen. Nu wenschten som
mige leden dienaangaande tweeërlei
in het midden te brengen. Vooreerst
dat die wanordelijkheden nooit voor
vallen bij gelegenheid van eigenlijke
optochten, maar dat de lieden, die
ze te voorschijn roepon, zich bij
troepjes door de straten bewegen,
hetgeen uit den aard der zaak niet
vooraf kan worden verboden en
waartegen moeilijk is op te treden,
voordat het strikt genomen reeds te
laat is. Maar in de tweede plaats moet
het feit, dat de hoofdstad telkens het
tooneel is van opstootjes en verzet
tegen de politie, naar het oordeel van
deze leden, voor een deel worden toe
schreven aan de omstandigheid,dat het
gehalte der lagere politie-ambtenaren
aldaar veel te wensohen overlaat.
Dat korps behoorde met de meeste
zorg gekozen te worden uit personen
aan wie men hooge eischen van takt
en plichtsbetrachting by de vervul
ling van hunne ongetwijfeld zware
taak kan stellen.
Vele leden waren van oordeel, dat
een der oorzaken van het kwaad,
waarover geklaagd wordt, gelegen is
in de onvoldoende organisatie van
het politiewezen ten onzent. Ware dit
beter ingericht, dan zouden justitie
en politie wier samenwerking thans
onvoldoende verzekerd is, kraohtiger
kunnen optreden, en daarop komt het