den leeftyd van 23 jaren heeft bereikt
en daarna de tusschenkomst van den
kantonrechter in te roepen. Daarmede
gaan na de oproeping eohter nog
drie maanden heen, daar de vader
niet zal verschijnen. Het wordt zoo
doende Juli 1896 voor het huwelijk
kan worden voltrokken.
Pers Overzicht.
Volksvertegenwoordiging
De antirev. Nederlander bevatte
dezer dagen eene artikelenreeks over
volksvertegenwoordigingwaarvan
Zaterdag het slotartikel werd geplaatst
en die werden geschreven naar aan
leiding van de wijze waarop onlangs
de Standaard hare bewering had
toegelioht, dat stemdwang in strijd
zou zijn met de antirevolutionaire
beginselen.
Het blad gaat uitvoerig de Engel-
sohe staatsinstellingen na. aan welke
het groote waarde hecht, daar
land zoo zegt het immers de
bakermat van het oonstitutioneele
staatsrecht is.'
De Nederlander wijst er o. m. op.
dat elke staatsrechterlijke bevoegd
heid in Engeland werd en nog steeds
wordt ontleend aan de kroon. Eene
souvereiniteit van vorsten en graven
naast die der kroon is, volgens het
anti revolutionair orgaan,onder Enge
lands staatsinstellingen even onuit
staanbaar als een souvereiniteit van
het volk of van een deel des volks.
.Maar even oud is", gaat het blad
voort, „in Engeland het beginsel, dat
de vorst gebonden is aan het be
staande reoht, dat het volk zelf, niet
enkel dus de ambtenaren, moet mede
werken tot het bestuur des lands en
tot de handhaving van het reoht, en
dat zonder zijn toestemming in het
reoht geen verandering kan worden
gemaakt."
Vervolgens zet het blad uiteen hoe
het Huis der Lords is ontstaan,
welker roeping was het geheele land
te vertegenwoordigen; d. w. z. op te
te komen, ook tegenover de Kroon,
voor aller rechten en vrijheden. Naast
het Huis der Lords ontstond het Huis
der Gemeenten, dat in zijn wezen
met het eerste een geheel uitmaakt
Hierna merkt de Ned. op, dat de
waarborg voor de rechten en de
vrijheden van het Engelsche volk,
lag in de gezonde opvatting van
zelfbestuurdaar de uitvoering van de
wetten in den regel werd opgedragen
niet aan ambtenaren des Kom'ngs,
maar aan de burgerij zelve. Hoe dit
dan plaats had, deelt het blad zeer
uitvoerig mede.
.Men verstaat in Engeland niet
onder zelfbestuur, dat allerlei locale
kringen naar eigen inzicht mogen
huishouden en, als kleine souvereinen,
zich behooren te kunnen verzetten
tegen den eouverein des lands; maar
men verstaat er onder een beginsel.
Dit beginsel nl., dat de burgers zei
ven worden belast met de uitvoering
en handhaving der wetten.
„Door dat zelfbestuur (self govern
ment) is in Engeland de grondslag
gelegd voor eene regeering van het
volk, door het volk. zonder te ver
vallen in eene regeering afhankelyk
van den tijdelyken volkswil."
Vo rts deelt de Nederlander mede,
hoe aanvankelijk de burgers in
Engeland in graafsohapsvergaderin-
gen bijeenkwamen om de leden van
het Huis der gemeenten te kiezen en
hoe eerst in onzen tijd Engeland
gekomen is tot .persoonlijke stemin-
levering een beginsel, dat eigenlijk
met zijn oude, gezonde staatsrechter
lijke begrippen in strijd is, en waar
van men reeds nu sohijnt terug te
n'et in de eerste plaats behoeft te
letten op de opdracht van eene partij,
maar op de duizendwerf zich krui
sende belangen van zijn land en zijn
omgeving."
Over een derde en een vierde arti
kel van de Nederlander in een vol
gend pers-overzicht nog enkele woor
den.
De oppositie tegen Van Bouten.
Het Katholieke Centrum bespre
kende het voorloopig verslag van de
afdeelingen over de begrooting van
binnenlandsche zaken, geeft als zijne
meening te kennen, dat de heer
Van Houten er in geslaagd is de
liberalen van alle riohtingen om zioh
te vereenigen en als vogels te van
gen met het verleidelijk lokaas der
onderwijsposten. Zijne bondgenooten
van verleden jaar heeft hij daardoor
afgestooten, maar dit baart hem blijk
baar weinig zorg nu het groote doel
is bereikt.
„De beantwoording van het Voor
loopig Verslag zal ons omtrent dit
punt wel spoedig nog meer licht
zekerheid geven. Maar inmid
dels kan men dit Verslag reeds als
een succes van belang voor den mi
nister besohouwen. De overwinning
bij het aanstaande begrootingsdebat
schynt hem gewaarborgd, nu „vele
leden" zijn „politiek beleid" hebben
gebillijkt."
Ten slotte vraagt het Centrum wat
blijft er na dit verslag nog over van
het karakter dezer regeering als mi
nisterie ad hoo?
De Radicale Amsterdammer teekent
bij dit laatste aan
„Een vraag, op haar plaats bij hen,
die de onderwijsposten bezien van
het standpunt der daaraan toegekende
politieke beteekenis maar voor hen,
die daaraan niet wenschen mee te
doen, zonder zin. Immers zy zou dan
kunnen gesteld worden bij alles wat
de Regeering ter hand nam buiten
haar hoofdzaak."
„Een vraag voorts, waartegenover
de herinnering voegt, door de N. R.
Ct. gereleveerd, dat zij, die thans zoo
kras optreden tegen het aan de orde
stellen van wat zij politieke voor
stellen noemen, reeds spoedig na het
optreden van het tegenwoordig kabi
net een belangrijk politiek vraagstuk,
het herstel der missie bij den Paus.
op den voorgrond schoven.
„Doch men ziet, er broeit nog
steeds onweer, vooral uit het Zuiden."
Het liberale Handelsblad merkt
naar aanleiding van de oppositie der
katholieke pers tegen minister Van
Houten op, dat het tegenwoordige
kabinet krachtens zijne wording
alleen gehouden is een kiesreoht tot
stand te brengen, dat niet gelyk is
aan dat van zijn voorganger. In
andere opzichten is het eohter geheel
vry en het heeft dan ook reeds her
haaldelijk getoond die vryheid te be
zitten en te willen handhaven.
Het blad meent, dat de opvatting van
sommigen onjuist is, als moet het kabi
net de katholieke partij naar de oogen
zien en mag het niets voorstellen,
wat deze onwelgevallig is, daar het
door anders te handelen verraad
pleegt tegenover de bondgenooten
van April 1894.
„De oppositie heeft geen reoht over
verzaking van opreohtheid en van
goede trouw te klagen," zegt het
Handelsblad. „Wat zy in 1894 met
haren steun bij de stembus bedoeld
heef», heeft zij bereikt: het ministerie-
Tak is gevallen. Maar verdere aan
spraken mag zij niet maken. Zij wist
willen komen, al kan zooiets niet op in April 1894, dat zij, liberale candi
eenmaal geschieden."
De Nederlander komt vervlgeons
tot de conclusie: dat in Engeland het
kiesrecht niet alleen aan den sou-
verein des lands, den Koning is
ontleendmaar dat het ook is gegeven
aan het landof liever aan de ge
meenten.
Hierna geeft de Nederlander als
daten steunende, dezen niet aan voor
waarden kon binden, waaraan die
candidaten zich trouwens niet lieten
binden. Evenmin heeft de oppositie
recht het ministerie onder hare voogdy
te stellen, en voor een hulp, die uit
sluitend ten eigen bate werd ver
leend, een soort van vergoeding te
vorderen, in het opofferen van wat
zijne meening te kennen, dat hoever j het ministerie voor het land noodig
men het kiesrecht ook uitbreidt, toch I en nuttig acht, zooals de voorstellen
het beginsel hetzelfde blijft en dat'van den minister Vau Houten in de
ieder, zoo hij de zaak goed inziet, begrooting van zyn departement,
moet erkennen, dat kiesrecht den „Wanneer die ontevredenheid der
kiezer niet ten eigen bate verleend oppositie de regeering noopt zooveel
wordt. j mogelijk, ook by de kieswet, naar
„Men behoort te gevoelen, dat in j een hereeniging der liberalen te stre-
beginsel het kiesrecht niet berust op ven, wy zullen ons daarover slechts
eene organisatie van partijen, maar verheugen."
op eene organisatie des lands, en
dat dus een lid van het parlement
Leger en Vloot.
Onderscheidingen voor lang-
durigen dienst.
Aan tal van opper-, hoofd- en ver
dere officieren is weer te rekenen
van 6 December e.k. machtiging ver
leend om het oijfer in het vroeger
'aan hen uitgereikte ondersoheidings-
teeken voor langdurigen Nederland-
schen dienst als officier te doen ver
wisselen als o. a. dat van 35 in 40-
jarigen dienst aan den luitenant-gene
raal W. K. L. van Helden, inspecteur
der cavalerie, en aan den generaal-
majoor C. L. Doorman, commandant
der bereden artillerie.
Voorts heeft de minister van
oorlog met ingang van 6 Deo. a.s.
het onderscheidingsteeken van 15 ja
ren Xederlandsohen dienst als officier
toegekend
bij het personeel der militaire ad
ministratie aan den kapt.-intendant
J. v. d. Werff, alsmede aan de le
luits. kwartierm. N. E Rost, H. M.
C. v. d. Harten en C. W. F. Doorman
bij het personeel van dengeneesk.
dienst der landmacht: aan de offi
cieren van gez. le kl. A. Butner, J.
T. Noordijk, dr. A. Kuipers en A. v.
d. Moer; aan de apothekers le kl.
J. v. Riel en J. L. van Wermesker-
ken, benevens aan den paardenarts
2e kl. L. J. M. Rijnenberg;
by het wapen der infanterieaan
den le luit. W. N. A. de Vos, thans
op nonaotiviteit
bij den staf: aan de le luits. A.
S. Rus8er, leeraar bij den hoofd-
oursus, E. A. Umland, werkzaam bij
de norm. schietschool, P. J. G. Schott,
werkzaambij de oadettensohool, be
nevens A Buytendijk en P. P. C.
Collette, beiden werkzaam by de Kon.
Mil. Aoademie
bij het reg. grenadiers en jagers:
aan de le luits. P. J. Kouwenberg,
jhr. P. G. Siberg, jhr. E. A. Teding
van Berkhout, H A. de Chalmot, J.
M. F. J. Latour (adjudant) en A. J.
Groustra
le reg. aan de le luit. J. D. Gre-
vink en H A Zegers;
3e reg. aan de le luit. P. W. We
ber (gedetacheerd by do hoogere
krijgsschool) H. J. Boelofs (adjudant)
en W. Abresch
4e reg- aan de luits. F. A. T. Som-
mer, P. Giel (adjudant) en H. G. van
Meurs;
5e regt. aan den le luit. W. F. v.
d. Oudendijk Pieterse
6e reg. aan de le luits. P. D. Buijze
en H M. A. Vigelius (adjudant);
7e reg. inf. a«n den le luit. P. W.
van Lonkhuyzen (adjF. L. Ovink,
ged. bij het kol. werfdepot en F. H.
Boissevain
Se reg. inf. aan den 1ste luit. adj-
J. Kruisinga, ged. by het kol. werf.
depot
bij het wapen der cavalerie2e
regt. huz. aan den ritmeester W. H.
Peters
bij het wapen der artillerie: Staf.
Aan den kapt. C. J. Pické toegevoegd
aan den commandant der bereden ar
tillerie
le reg. vest. art, aan de kapiteins
W. F. van Hoogstraten en W. L. G.
A. Sohwartz
2e regt. vest. art. aan den kapt. A.
de Mandt;
regt. vest. art. aan de kapiteins
A. J. de Booy, jhr. F. W. A baron
van Asbeck, J. W. Verft', Y. van der
Meulen en J. H. A. Mijsberg
4e regt. vest. art. aan de kapiteins
J. van Vnuren en J. E. Fabius
korps pantserfort-artillerie aan den
kapitein G. B. van Roekei.
Bij het wapen der genieStaf,
aan den leluit. F. R. van Roijen,
werkzaam bij de Koninkl. Milit. Aoa
demie, en P. A. A. Faure.
alle kunstenaars zullen medewerken
om het aandeelenkapitaal te laten
volteekenen en ook door het zenden
van berichten en artikelen, als het
blad er eenmaal zijn zal. Er zullen
reproducties van de beste werken van
kunstenaars-aandeelhouders, die te
vens geabonneerd zyn, in worden
opgenomen.
Sport en Wedstrijden.
Voetbal.
Het engelsche elftal derSaxmund-
ham Club speelde Maandag tegen een
hollandsoh elftal. Zij waren niet veel
gelukkiger dan den vorigen dag want
zy maakten slechts 2 goals tegen het
hollandsohe elftal 9.
Zondag speelden in den Haag de
Haagsche V. V. en „Victoria" uit
Rotterdam tegen elkaar, waarbij de
eerste won met 3 I goals.
Rechtszaken.
Verkeerde dienstijver.
Een politie-agent te 's Gravenhage
kwam onlaDgs als schoenmaker ver
kleed in een bierhuis zonder vergun
ning, trok allerleelykete gezichten
en vroeg een glas water, dat hem
bereidwillig gegeven werd Een beelje
jenever of brandewijn zou do gene-
zijg voltooien en ook dit werd hem
gegeven, maar voor 5 centen.
De man maakte proces-verbaal op.
Zoowel de president der rechtbank
als het O. M. gispten ten sterkste
deze manier om een drankwetover
treding te constateeren. Tegen de wet
was evenwel gezondigd en dus vor
derde het 0. M. een geldboete.
Letteren en Kunst
Kunstbode.
Te 's Gravenhage zal, wanneer de
oprichters instemming vinden voor
hun plan, een nieuw kunstorgaan
worden opgericht, van kunstenaars
uitgaande, dat De Kunstbode zal
heeten. De heeren J. G. Vogel enP.
A. Haaxman jr., die de redactie zul
len vormen, zeggen in hun prospec
tus, dat zy met de stichting van dit
kunstblad meenen te voorzien in een
behoefte van de kunstenaars aan een
blad, waarin zy vrij en ongestoord
hunne denkbeelden kunnen ontwik
kelen en blootleggen. Zy hopen, dat
ÖEMEN9D NIEUWS.
Het Belgische vorstenhuis
Het wordt als zeker medegedeeld,
dat weldra de verloviDg zal worden
afgekondigd van prinses Henriëtte
van Vlaanderen met prins Emanuel
den zoon van den hertog van Alen<?on.
De graaf van Vlaanderen, de broe
der van koning Leopold, heeft twee
dochters. De oudste is prinses Hen-
riette, in 1870 te Brussel geboren
de tweede, prinses Joséphine, huwde
in 1894 met prins Karei von Hohen-
zollern. Voorts heeft de graaf nog
een zoon, de 20-jarige prins Albert,
die als de vermoedelyke erfgenaam
van den Belgischen troon wordt be
schouwd. Naar men weet, is het
praatje in omloop, dat deze prins in
het huwelijk zal treden met prinses
Clémentine, de jongste doohter van
koning Leopold.
PriDS Emanuel van Alenyon, is 23
jaar oud en officier bij de Oosten-
rijksohe cavalerie. Hij is de kleinzoon
van den hertog van Nemours, den
oudsten zoon van koning Louis
Philippe. Zijn vader, de hertog van
Alenyon, trad in 1868 in het huwe
lijk met de Beiersohe prinses Sophie.
niet oneigenlijk kunnen vertalen als
Zonderling Volk. Wel werden de kin
deren goed opgepast en werd trouw
door de oudsten van het Zonderlinge
Volk voor hen gebeden, maar een
dokter mooht er niet bij komen. De
kinderen stierven. De rechter gaf nu
aan de gezworenen te verstaan, dat,
als de man geweien bad, dat genees
kundige hulp voor zyne kinderen
noodig was, zijne godsdiensxige be
zwaren hem uiet verontschuldigden.
De gezworenen beslisten, dat het niet
bewezen was, of de man willens en
wetens zyne kinderen zoo verwaar
loosd had, dat er onnoodig lyden of
schade aan hunne gezondheid het
gevolg van was, en spraken hem vrij.
Standbeelden voor Carnot.
Arton-
Volgens een opgave in den lemps
hebben de naaporingeu der fransche
politie naar Arton fr. 25,000 gekost.
Nu twee maanden geleden moet hij
in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag
en in België gesignaleerd zijn, maar
zoodra de fransche rechercheurs daar
verschenen, was hij weer vertrokken.
Eindelijk meende men te weten dat
hy naar Londen gereisd was tele
grammen werden gewisseld en Don
derdagavond vertrokken twee fransche
inspecteurs uit Parijs. Geholpen door
de Engelsche reoherche hebben deze
hem gevangen genomen. (Zij ontvan
gen daarvoor thans de magere be
looning van fr. 200 en fr. 100). Arton
had vele papieren by zichin zijn
tijdelijke woning heeft men ook nog
nasporingen gedaan, maar het blijkt
niet of daar iels gevonden is.
Voor de reohtbank te Chelmsford,
in Engeland, had dezer dagen een
nrran zich te verantwoorden voor den
dood van zijne vier kinderen. In dezen
zomer heerschto er nl. in de stad, of
het dorp, waar hij woonde diphtherie.
Al zjjne vier kinderen werden aan-
Een beetje matiging verzoekt de
Figaro ten opzichte van het oprichten
van standbeelden, en zonder de minste
aanmerking te maken op de groote
verdiensten van Carnot dringt het
blad er op aan, dat men zioh vooral
matige in de standbeelden-hulde voor
dezen vermoorden president der
republiek. Op dit oogenblik, zegt de
schrijver in het Parijsche blad, Ph.
De Grandieu, heeft Gamot meer
standbeelden daD Alexander deGroote,
Cesar, Lodewijk XIV en Napoleon
er ooit hadden. En byna iedere week
richt men er een nieuw op. Er zijn
reeds te Lyon, Fontainebleau,
Limoges, Bordeaux, Toulouse, Nancy,
Maubenge, Dijon, Nolay, Beaune,
Chabanais, Saint-Chamond en nog
meer.
De schrijver wijst verder op de
geringe motieven voor vele stand
beelden. Te Saint-Chamond is er by v.
de laatste week een onthuld, geen
enkel lid van de familie was erbij....
In wat betrekking stond de plaats
tot wijlen den president Carnot Wel
hij is SainlChamondeen8doorgekomen
op eenzijner reizen I Te Chabanais is
de reden niet veel meer steekhoudend,
daar had de vader van wylen den
president een landhuis, waar zyn
iinderen soms hun vacanties door
brachten; dat was in de oogen van
den gemeenteraad reden genoeg om
plechtig een buste op een voetstuk
te plaatsen.
De schrijver wijst er verder op,
dat zoo Carnot in den dienst van
het vaderland gedcod werd, dit ins
gelijks het geval was met Lodewyk
XVI, met Hendrik IV en dat deze
öf een enkel öf geen standbeeld be
zitten. En de president van een andere
republiek, Lincoln, viel insgelijks
onder den aanslag van een moorde
naar, en hij had groote dingen ge
daan, niet alleen voor zijn vaderland,
maar voor de geheele mensohheid
maar Lincoln hoeft geen standbeelden
in dozijnen plaatsen in de Vereenigde
Staten, integendeel maar enkele. Bo
vendien mag men ook wel een beetje
aan de toekomst denken, vervolgt
De Grandieu, en wat zal deze zeggen
van dien overvloed van standbeelden
voor Carnot
Neen, dan is mevr. Carnot fijnge
voeliger. De 375,000 frs. die inge-
sohreven werd voor een nationaal
monument voor baar overleden echt
genoot besteedt zij geheel aan wel
dadige doeleinden, voor vrouwen van
werklieden, die het best voor dit doel
in aanmerking komen. Dat is een
monument van het soort, dat nooit
belachelijk wordt.
Er in geloopen.
Een slagersknecht, die als getuige
voor de rechtbank te Kottbus in
Duitschland was versohenen, kroeg
het gewone getuigengeld a f 0,90
(1 50 Mark) uitbetaald. Dat waB dezen
getuige niet naar den zin. Hij vroeg
aan de reohtbank dit bedrag te willen
verhoogen, en betoogde 10 Mark per
dag te verdienen en een halven dag
verzuimd te hebben voor zijn getui
genis, dus recht te hebben op 5 Mark.
Na een oogenblik over de zaak be
raadslaagd te hebben besloot de
rechtbank den getuige op zyn ver
klaring te gelooven en hem 5 Mark
getuigengeld toe te staan.
Doch een paar dagen later viel dit
meevalletje den slagersknecht niet
langer mee. Hy kreeg thuis een dag
vaarding wegens het afleggen van
valsche verklaringen omdat hij zich
men van 3650 Mark. Want hij
diende immers tien Mark per
Aardbeving in Italië.
Een hevige aardsohok is Maan
avond te Reggio di Calabria gevi
de bevolking is op straat gevlu
Een drama aan boord.
Een verschrikkelijk drama is v
gevallen aan boord van het Italij
sche landverhuizersschip TJrug
Een zekere Marino Franzese had
vriend Speranza verteld, dat hy j
de politie gezocht werd wegens;
vermoorden van zijn vrouw. Het
haal deed de londe over het s|
en Franzese werd braaf bang;
maakt. Op zeke-en morgen trad
op Speranza toe en terwijl hij 1
de hand ter begroeting reikte, i
hij hem zonder blijkbare aanleii
dood. De moeder van den vermot
riep om hulp, dooh ontving event
een doodelijken messteekde vt
die op den moordenaar toesni
was weldra in een verwoed gev]
met dezen gewikkeld. De versohr
pessagiers vluchtten en meldden
officieren wat er voorgevallen i
Met een aantal gewapende matn
togen dezen naar het tooneel vani
strijd, dooh het kostte hun heel
moeite den woesteling, die razi
met zyn mes om zioh heen sl(
meester te wordeD. Terwijl zijn a
dacht werd afgeleid door een i
officieren, die dreigde hem nedei
zullen schieten, werd hij door]
der matrozen besprongen en gei
veld.
Reuter meldt uit Bogota in Coll
bia dat daar ongeregeldheden heb!
plaats ;gehad voor de kazernes. 1
grooie menigte omringde de geli
wen en kwam in gevecht met
troepen. 23 personen werden
geweerschoten gedood of gewond
ongeregeldheden ontstonden door
poging vau eenige soldaten on
deserteeren.
De toestand der Russisohe keizt
blijft gunstig. Zoowel de keize
als de jonge grootvorstin Olga
naar omstandigheden zeer welvare
Aldus luidt het laatste bulletin,
Zondag door de
uitgevaardigd.
Te Cleveland in den Amerika»
schen staat Ohio is tengevolge i
een verkeerd signaal een wageD i
de eleolrische tram met 20 a 30 f
sonen van een 30 M. hoog viaó
in de Eoyahoya-rivier gestort. Een
personen wisten nog intijds van
wagen te springen, de overigen
dronken. Dertien lijken zyn rei
gevonden.
Landverhuizing.
Blijkens officieele mededeelingenj
Washington zijn in het jaar dal,
Mei jl. is geëindigd 258.536 jlai
verhuizers in de Vereenigde Sta,
aangekomen, dat is 27.095 min)
dan in het voorgaande jaar, j
minder dan in eenig jaar sedert 13
Van de 258.536 zijn evenwel 2Ï
personen niet toegelaten en we
op kosten van de stoomvaartm»
schappijen, die hen vervoerd haddi
teruggeionden. Op grond van
armenwet van 3 Maart 1891 zijn1
1725 afgewezen, en 694 krachtens
wet die bepaalt dat werklieden i
in het buitenland zich bij oontrt
verbonden hadden niet mogen w
den toegelaten. Bovendien zyn i
landverhuizers weder teruggezond)
omdat zij binnen den tijd van
jaar na hun aankomst ten laste i
de openbare weldadigheid war
gekomen.
Hoog© schoorsteenen voor
schepen.
De Amerikaansche bouwmees'
Cramp heeft van de toepassj
van geforceerde trek op de di
hem te bouwen stoomschepen afi
zien en geeft nu de voorkeur s
heel booge sohoorsteenen.
Het Nieuwe Amerikaansohe o|
logsschip Brooklin zal een echo»
steen krijgen, waarop de top 150 v,
boven hei roo3teroppervlak ligt,zijc
op zijn aanslagbiljet voor de- inkom- dit nog 30 voet meer dan die afsts
stenbelasting te laag had aangegeven
getast. De man haalde eohter geen j en tevens kreeg hij een nieuw aan-
dokter. Dat verbood hem zijn gelooi; j slagbiljet, waarin zyn aanslag voor
hij behoorde tot eene sekte, die zich een inkomen van 1500 Mark verhoogd
op den kaapmail8teamer Scott 1
draagt, welke 120 voet is. Laq
schoorsteenen geven goede geïno
ceerde trekking, waaronder de k
..Peculiar People" noemde. Men zou ditwerd tot den aanslag voor een inko-niet lijden, en waarbij men nochif
verwisseling plaats. Op deze wijze ben je als eene
vreemde in mijne familie opgenomenEn daarom ook,
mmeter van ondankbaarheid, spijt het mij je als een
slang aan mijn hart te hebben gekoe3terd."
Camille was verbijsterd door den slag van deze ont
dekking. Zij wilde de waarheid van dat alle3 in twijfel
trekken maar eene geheime stem in haar binnenste
zeide haar, dat het waarheid wa».
„Wat vertelt u mij dmr?-' riep zy uit. „Spreekt u in
ernst tot mijO, misleid mij niet, dat zou afschuwelijk
zijn. Hoe! ik ben uwe dochter niet U hebt mij slechts
uit liefdadigheid opgevoed?"
„Ja, uit liefdadigheid, dat is het woordAls een
hulpbehoevend kind op den openbaren weg achterge
laten, zonder naam en door niemand erkend, zou je
zonder mijn medelijden den dood gevonden hebben
Ik kan bewijzen wat ik hier vertel, want ik bezit de
kleertjes nog, die je droegt toen ik je vond. Zij zijn met
twee letters gemerkt D. M. Jahet is inderdaad wel
een geluk voor ray geweest, dat ik goed en barmh irtig
voor je geweest benJe beloont er mij goed voor, dat
moet ik je tot je eer verklaren Als je mij voor schande
en ellende zoudt hebben kunnen bewaren, zie je het
koelbloedig aan, dat ik in den afgrond stort! Komaan,
mijn huis uit, adderJe verdient de bescherming van
mijn aangenomen vaderschap niet l"
Eene plotselirge verandering scheen Camilles in brein
en houding teweeg gebracht. Zij verhief zich, rechtop
en keek Bamalec doordringend aan.
»Du3 u zijt niet mijn vader?" vroeg zij beslist.
„Neen, duizendmaal neen! En voor den drommel, ik
wenech er mij geluk mee!"
„Dus ben ik u mijne opvoeding, mijn kosten uwe
liefde wellicht, gedurende twaalf jaar, schuldig
„Ja, maar dat is eene schuld, die nooit afbetaald zal
worden."
„U vergist u mijn eerlijkheidsgevoel gebiedt, dat ik
ze u albetaai. Ik ben een eerlijk meisje, en u zult be
taald worden."
„Wat heeft dat te beteekenen?"
„Dat b9teekent, dat ik met Martin Scaër zal trou
wen."
Bimalec stond daar als verstyfd. Het kostte hem
eenige moeite om hetgeen hij hoorde goed te begrijpen.
In eene plotselinge opwelling van teederheid wilde hij
de hand van Camille vatten om die in de zijne te
drukken, maar zachtjes trok zij hare hand terug.
„Bent u voldaan?" vroeg zij op een aandoenlijk
droelgeeetigen toon.
„Ik? maar ik beu verrukt!" antwoordde hij snel
ademhalend. „Waarlijk,ik was er verre van dit te verwach
ten. Ik durf nauwelijks gelooven aan de oprechtheid
van je belofte."
„Orn allen twijfel bij u weg te nemen, bezweer ik u
dat ik mijne belofte zal houden."
„BravoIk vertrouw op je. Ik kan dus de goede
tijding aan de geheele wereld mededeelen
Camille beefdetoch antwoordde zij op kalmen
toon
„Ja maar eerst na het vertrek van Maxime
Tréhouart."
„Hij verlaat vandaag nog Stangala."
„Als dat zoo is, dan machtig ik n te beschikken
over mijne hand;en mijn leven voegde zij erzacht en
droevig bij, als gold bet een afscheid.
Op dat oogenblik tiad mevrouw Louvet het huis
wesr binnen, vergtzsld door Richard en William.
HOOFDSTUK XI.
Antonino had William en Richard ontmoet by haar
terugkeer van een morgenwandeling op het veld. Zij
waren afgestegen en met hun drieën waren zij in eea
druk gesprek gewikkeld naar het landgoed van Barna-
lec gewandeld.
Bamalec ontving de twee valsche Engelschen veel
beter dan deze gedacht hadden. Z rader schijnbaar mis
noegen vernam hij, dat Maxime de erfenis-quaestie met
hen in orde had gemaakt. Hij was bovendien een van
die mannen, die dikwijls op de armoede minachtend
neerzien, maar nooit tegen den rijkdom een leelijk ge
zicht zetteD.
Hij noodigde de jonge mannen uit den dag op „les
Ravines" verder te blijven doorbrengen, en toen
Richard weigerde onder voorwendsel, dat zij spoedig
naar Roscofl moesten terugkeereD, drong hij zeer aan.
Ondanks een vluchtigen wenk van zijn broeder nam
William de uitnoodiging aan. Tot aan het diner was
men gezellig en opgewekt bijeen.
Camille was somber en teruggetrokken. Antonine deed
eenige pogingen een glimlach op haar gelaat te voor
schijn te brengen, maar het gelukte haar slechts een
van die flauwe, pijnlijke glimlachjes te voorschijn te
roeper, eigen aan her, die niet meer aan het geli
gelooven.
„Blijf hopen," ztide zij tot haar, terwijl zij naast ha
plaats nam in het prieel van kamperfoelie; „de god
God is met de jeugd en de liefde en die God zal jen
verlaten. Maxime zal rijk ter Jgkeeren en dan kan je n
hem trouwen, lieve engel."
„Zou je denken f" was slechts Camille's antwool
daar zij r.iet den moed had om te vertellen wat|
tusschen haar en Bamalec was voorgevallen.
„Ik ben er zeker van. Je zult nog eens even geluki
zijn als ik het ben."
„Je bent dus gelukkig, Antonine?'
„O ja. Als je eens wist, hoe ik bemind wordJ
„Door wien dan?"
„Voor jou heb ik geen geheimen, liefste. Ik zal je di
ook zonder aarzeling op je vraag antwoorden do
William Maxwell."
„Maar mij dunkt, jullie kent elkaar nauwelijks?'1
„Weet je dan niet, dat liefde eene openbaring i
Wanneer men elkaar lief heelt, kent men elkaar ree
een eeuwigheid
„Zottinnu herhaal je den een of anderen zin i
een gedicht."
„Maar lieve Camille, de poëzie is ook de zon des
vensMen kan zich niet genoeg aan hare stralen v
kwikken."
Wordt vervolgd]