Tweede Editie, AASFLAKBILJETTEH. ïoor onze lenstra. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. FEUILLETON. De stem van het geweten. 13e Jaargang Woensdag 27 November 1885 No. 3806 HAARLEM'S DAGBLAD AB 03ST1\TE J"S Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden„1.65 .Afzonderlijke nummersn 0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 n de omstreken en franco per post 0.37J/2 .ALDVTE^TIEJIsrTUIIËJIN": 1—5 regels 50 Cis.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertcntiön worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publicity Etrangêre ff. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Su<p.t Parijs 31bis Faubourg Montmartre. Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Santpoort; HeemstedeJ. LEUVEN, bij de Tol; HaarlemmermeerC. DOEKE3; Spaarndam, C. HARTENDORP; Zandvoort, J. ZWEMMER; VeUen, L. VENUS; IJmuidm, J. J. TJADBN; BeverwijkH. JUNGERIEf, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. BILJETTEN voor Veilingen en Aanbestedingen, voor Feestelijk heden, Concoursen etc kan men ter Stoomdrukkerij vai> dit Blad tot hoogst billijken pi<j9 laten drukken. Nieuwste Lettersoorten. Spoe dige aflevering. De Directeur Uitgever J. C. PSERIB00H. Officiëele Berichten. Burgemeester en Wethouders van Haarlem doen te weten, dat bij hunne beschikking van 21 November jl. aan A. van Dam vergunning is verleend tot oprichting van eene slachterij en rookerij in het perceel aan de Oranje- boomrtraat 133. Haarlem, 23 Nov. 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, BOREEL. de Secretaris, C. M. RASCH. In de étalage voor de vensters van het Bureau van dit Blad zijn de na volgende afbeeldingen gelegd: Grina). Gezicht op de oude kaai en de kaai Juillet- Bonneville. De brug over de Arve. Arton verschijnende den 16n No vember voor den politie-reohter in Bowstreet te Londen. Het huwelijk van den hertog van Marlborough met Miss Consuelo Van der Bilt. De allegorische teekening van den keizer van Duitsobland. Het herstel van de Olympisohe spelen in Griekenland. Een groep militaire wielrijders in Frankrijk. Khalil Rifaet Pasha, de nieuwe turksche grootvizier op weg naar de Verheven Porte om zyn post te aan vaarden. Manier van reizen in Columbia. In den Congo. Nieuwsgierige in landers. De expeditie naar As j anti. In den Transvaal1. Gezioht op Johannesburg in 1889, 2. Commis- sionerstreet te Johannesburg in 1892, 3. Paul Kruger, 4. Johannesburg in 1892: de markt. De Engelschen in Zuid-Afrika. Tooneelen in en om het Tanganyika- meer. De Indisoh-Afghaansohe grens- commissie. De moord op de zendelingen te Kuoheng1. De vestiging der ame- rikaanechemethodisten. 2 Het verhoor der moordenaars. Een schildeismodel. Het Fabricius-gedenkteeken te Osteel. Ruw weer. (Naar de schilderij van G. v. d. Laan. Deze 2 uit „Eigen Haard".) Politieke platen en portretten. Politiek Overïieht. De italiaacsche minister van finan ciën deelde in de Kamer Maandag een en ander mede over de begroo ting. De voornaamste van die mededee!ingen was, dat de begrooting van het jaar 1895,96 sluit met een batig saldo van 1.270.000 lire en het budget van 1896/97 een saldo van ruim 8 millioen zal opleveren, terwijl geen uitgifte van nieuwe schuldbrie ven wordt vereischt. Dit luidt dus nogal gunstig, maar en dit kan zeker geen verwondering baren bij de herinnering aan de groote, langdurige financieele moeilijkheden, die Italië achter zich heeft voorzichtigheid is nog zeer noodig, heelt do minister er bij verklaard. Maar een feit is het toch dat de toestand der schatkist iets is verbeterd. De toestand in de Aziatisohe pro vincies sohynt rustiger te zijner wordt van ongeregeldheden verder geen melding gemaakt. Hoewel de Pcrte het recht der mogendheden erkent om een tweede schip te sta- tionneeren, meent zij toch dat de aan wezigheid daarvan een aan de ver- waohting tegenovergestelde uitwer king zal hebben. De mohamedaan- bevolking wordt, naar aanleiding van dat verzoek betreffende het ver dubbelen van het aantal schepen, on- noodig ongerust gemaakt,onnoodig om de maatregelen, die door de Porte tot handhaving der orde worden geno men. Een verklaring in dezen geest is aan baron de Calice, den oudsten gezant, en verder aan de vertegen woordigers der Turksche regeering in het buitenland verzonden, om daarvan mededeeling te doen aan de regeeringen, en hierby is de last ge geven om aan dezen het verzoek over te brengen dat zij het gedaan verzoek zullen intrekken. Naar de Times uit Konstantinopel verneemt duurt de onverklaarbaar schijnende paniek der Armeniërs aldaar voort, Vermogende Armeniërs uit Skoetari steken dagelijks den Bosporus over om in Pera, voorstad van Konstantinopel, te overnachten. In de kringen der diplomaten te Kon stantinopel wordt een nieuwe Euro- peesche conferentie naar aanleiding vaD den toestand in Turkije onver mijdelijk geachthet samengaan der groote mogendheden zou alleen be treffen eenige bepaalde politieke quaesties, die onmiddellijk na afdoe ning zouden plaats maken voor an dere. De wederopkomende Macedo- nisohe quaestie alleen zou een der gelijke oonferentie noodzakelijk ma ken. De Times verneemt uit Athene, dat bij Canea op Kreta Woensdag een bloedig geveoht is geleverd tusschen de bewoners en Turksche troepen. De Turken hadden 16 dooden en 20 gewonden, onder wie hun bevelheb ber. De opstand der Kretensers schijnt een beslissend tijdperk in te gaan: er heerscht groote opwinding in de kringen der Kretensers die in Grie kenland wonen. Rusland wil gaarne een vloot- of kolenstation hebben voor den Indi- schen of Stillen Oceaan, vooral tegen over de maoht van Engeland en volgens het russische blad de Nowoje Wrenijais daarvoor zeer geschikt het eiland Way aan den ingang der Malakkastraat, dat tot de nederland- sche bezittingen behnort. Dit eiland zou Rusland vooral zoo goed passen, met het oog op de goede steenkolen, die niet ver vandaar, in het zuiden van Sumatra, zyn te krijgen. Met het oog op Atjeh en ook om een moree- len steun tegenover Engeland te heb ben, zou deze nabuurschap den Ne derlanders aangenaam kunnen zijn, gezien van de sympathieën die Rusland zioh verzekerd mag houden in Nederland te vinden. In het Ne- derlandsohe parlement zouden zeker genoeg leden wezen die Rusland in dezen ter wille zouden zyn. De Vos8. Ztg. laat zich zeer scep- tisoh uit over dit plan maar ze begint tooh met het Petersburger idee voor ernst op te nemen. Rusland zegt het blad zou zioh in zqn verwachtingen deerlijk teleurgesteld kunnen zien, want de Nederlanders stellen ook op de kleinste eilandjes van hun koloniaal gebied den hoog- sten priis, en zullen niet gesteld zijn op een vreemde mogendheid die een .kolenstation" als brandpunt van agitatiën tegen Engeland zou gebrui ken. Juist Rusland dat zoo voortref felijk met de Mohammedanen weet om te gaan en over sterke Moham- medaansohe krachten besohikt, zou in den Maleischen arohipel dubbel gevaarlijk zijn, ook voor Nederland en de tot nu sleohts van tijd tot tijd voorkomende vijandelijkheden der inlanders zouden veel grootere be- teekenis erlangen, als zoo iets ge beurde. Nederland heeft geen en kele reden om Rusland in zijn doen tegen Engeland te helpen. STADSNIEUWS eerste en derde pagina- Haarlem, 26 November. Nijverheid. Maandagavond trad in de haar- lemeche afdeeling van de Nederl. Maats, tot bevordering van Nijver heid op de heer F. C. Dufour van Amsterdam, met het onderwerp elee- trische verlichting en krachtoverbren ging. Vele belangstellenden waren aanwezig. Aan de wanden waren verschillende afbeeldingen opgehangen tot ophel dering van het gesprokene. Na een kort woord over de voordeelen van het electri8ch licht voor verlichting van besloten ruimten (geen warmts, geen ontploffingsgevaar, geen lastig aansteken) kwam spreker tot de ver schillende systemen waarmee men steden kan verlichten, en noemde daarbij allereerst serieschakeling, welk systeem h-1 nadeel heeft dat bij kleine stoornis de geheele serie onbruikbaar is en dat men niet een lamp kan uitschakelen. Het wordt dan ook alleen nog gebruikt op groote emplacementen a's b.v. het station te Amsterdam. Dan heeft men het tweeleidernet, dat het groote voordeel heeft, dat men else lamp met een afsluiter kan uit schakelen, zcodat dan ook voor elke lamp minder de machine minder stroom heeft te leveren. De draden voeren naar verschillende verdeel punten en eerst vandaar uit wordt de stroom gevoerd in de straten. Van dit systeem was het groote nadeel dat het te duur werd. Bg grooter spanning, wanneer men altijd twee lampen achter elkaar liet branden, had men slechts den halven stroom noodig, hetgeen koper bespaarde. Dit was ook niet altijd geschikt, omdat als dan een Lmp brak in een kamer, ook de andere uitging. Daarna vond Hopkinson het drieleidernet met 2 dynamo's uit. Om in groote stations, waar het verbruik des zomers zeer gering, des winters zeer groot is, in de eerste periode kracht op te zamelen om die in de tweede periode te gebruiken, heeft men de accumulatoren in ge bruik genomen. Hierdoor kan men kleinere ma chines gebruiken onder voortdurende dagelykeche belasting. Bij het drie- 'eidernet dienen de accumulatoren verder tot gelijkmatige verdeeling van den stroom. Naast het gelijkatroomsysteem heeft men voor zeer uitgebreide netten het wisselstroomsysteem. Deze bereiken evenwel een te hooge spanning, dan dat men die in de huizen zou kannen toelaten. Tot 10,000 volts kan die stroom worden opgevoerd, maar voor hij in de huizen komt wordt hg door een transformator gemaakt tot een van _e spanning. Van dit systeem is het nadeel, dat men daarbij geen aocumulatoren kan gebruiken. Waarvoor kan men dezen stroom gebruiken Aanvankelijk eerst voor verlichting, later ook voor beweeg- kraoht, z. g. eleotromotoren voor kleine industrie en voor werktuigen verspreid over groote terreinen. In de laatste jaren vooral in Duitschland zijn deze motoren zeer in zwang ge komen. Het zijn slechts kleine dyna mo's die bij insohakeling dadelijk draaien, geen toezioht noodig hebben, geen heen- en weergaande deelen hebben en geen smeren behoeven, omdat ze loopen in zelfsmerende kussenblokken. Hunne belangrijkste toepassing hebben ze gekregen in trams. Daarbij onderscheidt men het aooumulatoren-systeem, waarbij elke wagen een zekere hoeveelheid drijfkracht meeneemt en het systeem van stroomtoevoer. Het eerste tjs- teem, hoe mooi ook theoTetiEch, in de praktijk onbruikbaar, om dat men zulk een enorm gewicht mee moet voeren. Daarna bracht men toevoer van beweegkracht door de rails en van bjven af door draden of wel dcor pijpen. Deboven- grondeche geleiding is tot dusver de meest praktische gebleker, wat men dan ook van ontsiering der wegen moge zeggen. Door vereohillende aanwezigen werden den inleider vragen gedaan, die door dezen werden beantwoord. Ten slotte bracht de voorz. Mr. Joh. Enschedé een woord van dank aan den spreker. Verpachting van vischwater. Door Burgemeester en Wethouders dezer gemeente zya de navolgende vischwateren voor den tijd van vyf jaren verpacht. 1 de vissoherij in het Spaarne, van het punt waar de zuiderboom heeft "egen tot de Spoorwegbrug, de grachten binnen en de grachten om de stad, aan W. Kok te Spaarndam voor f 80 's jaars 2. de vissoherij in de trekvaart tusschen Haarlem en Halfweg-Amster- dam aan P. J. Jukes te Spaarndam voor f105 'sjaars; 3. de vissoherij in het Spaarne, ten zuiden van deze gemeente beginnende aan het punt, waar de zuiderboom heeft gelegen tot de Ringvaart, de Gasthuievaart van hot Zuider Buiten Spaarne tot het blaauw bruggetje, de Zomervaart. beginnende aan het Spaarne en de Fuikvaart tot de Ringvaart aan W. Kok te Spaarndam voor f 100 's jaars 4. de vissoherij in het Spaarne ten noorden van de gemeente Haarlem, van de Spoorwegbrug tot de afsohei- ding van het water, hetwelk steeds door Rijnland wordt verpaoht, zijnde tot de paal staande in den westelijken oever op 340 meter uit den Spaarn- damsohen dijk aan W. Kok te Spaarn dam voor f400 'sjnars; 5. de vissoherij in den Mooijenhel loopende van het Spaarne tot aan het Penniugsveer, daarin begrepen het Rak en de Lïede loopende van het Penningsveer tot onder de Spoor wegbrug aan de Amsterdamsohe vaart en van die vaart tot aan de Ringvaart van den Haarlemmermeerpolder enz., aan W. Kok te Spaarndam voor f1050 's jaars 6. de vissoherij in de trekvaart tus schen Haarlem en Leiden van het begin der vaart tot aan de Brouwers vaart tot aan de Barnaartsbrug aan W. Kok te Spaarndam voor f85 's jaars. en 7 de visscherij in de trekvaart tusschen Haarlem en Leiden van de Barnaartsbrug tot Halfweg Leiden aan W. Akersloot alhier voor f 75, s jaars. BINNENLAND, Bij koninklijk besluit is tot hoofd commissaris van politie te Amster dam benoemd de heer Franoken, commissaris van politie te Maastrioht. De heer J. A. Franken werd te Delft geboren en is thans 35 jaren oud. Hij genoot zijne opleiding tot offioier aan de K.M.A. en werd in 182 lot luitenant benoemd. Van zijn diensttijd bracht hy 5 jaar in Indië door, waar hy zich in Atjeh onderscheidde. In 1S90 werd de luitenant Franken weder bij het regiment grenadiers in gedeeld; het volgend jaar trad hij op als luitenant-adjudant te Doesburg by de infanterie. In Sept. 1893 werd hy gepension- neerd en genoot zijn opleiding voor het politievak bij den heer Voormo len te Rotterdam. Sedert December des vorigen jaars was de heer Franken commissaris van politie te Maastrioht. Het koniafclyk besluit zfiner benoe ming (van 23 Nov. no. 27) is opge nomen in de Staatscourant van 26 dezer. Uit de Staatscourant. By Kon. besluit is aan mr. A. F. L. graaf van Reohteren Limburg, gezantschapssecretaris 2e kl. in al- gemeenen dienst, vergunning verleend tot het aannemen der versierselen van ridder 3e kl. der Pruisische Kroonorde, hem door Z. M. den Keizer van Duitsohland, Koning van Pruisen, geschonken. Bij Kon. besluit is benoemd tot offioier van justitie by de arr.-reoht- bank te Alkmaar, mr. J. C. baron Baud, thans subst. offioier van justitie by de arr. reohlbank te Amsterdam. By Kon. besluit zyn benoemd, tot kantonrechter-plaatvervangerin het kanton Eist, N G. Francken, notaris te Eistin het kanton Ter-NeuzeD, J. N. J. Boom, inapeoteur der dir. belast., invoerr. en aco. te Ter-Neu zen. By Kon. besluit is benoemd (ot notaris binnen het arr. Amsterdam, ter standplaats Amsterdam, J. A. Ritman J.-Hz. cand.-notaris aldaar. Hartjesdag. Gerrit sohryft in zijn Tooneelcau- serie „Uit de Koffiekamer" in de 2 elegraaf ln het buitenland beklagen ze zioh soms, wanneer in een stuk een naam voorkomt, die toevallig ook de naam van een nog lovend raensch is. Dat geval heeft zioh du ook te Amster dam voorgedaan. Buderman zat met eeu voor deze dagen nog al vrien delijk gezicht op z'n kantoor, toen er binnenkwam een roode, vleezige gezonde fabrieksmeidpaars jak, zwarte rok, roode kousen, zwarte pantoffels, glimmend baar en haar krulletjes op hot voorhoofd geplakt. Buderman keek op. „Wat blieft u?„ Ze begon te snikken„Meheer, je hebt me geschandaliseerd." „Wat blief?" 'tls 'n' sohandaal, meheer I We binne met z'n veertigen op de Wa> kaarsenfebriek, waarom mot je mijn alleen verbaüsoeren „Ik begriip je niet, kind!" „Je speelt nou 'n stuk van den Hartjesdag en je zet op 't biljet, dat Kee van de Waskaarsenfebriek mee doet D'r binne bij ons wel tien Mie's en vyf Trui's, maar d'r is maar een Kee en dat ben ik „Ben jy Kee „Zoo waaraohtig as ik hier sta!" „Maar, wat zou dat nou?" „Wat dat zou Dat de meiden van de febriek me in veiling nemen, zal me zorg zyn. Dat binne tooh 1 Maar ik heb twee jaar verkeering aan 'n marinier Die heit me gezeid: „ze hebben je op de plan ken gebraohtl En nou iaat ie me zitten. Dat heb-je d'r nou vanDat heb-je d'r van" Ze kreeg een half zenuwtoeval. „Kind* zei Buderman, vaderlijk „hier heb je twee vrijbiljetten voor Naar het fransch van ETIENNE ENAULT. HOOFDSTUK IX. 30) Eenige minuten later kwam langzaam eene gedaante te voorschijn uit een gat, in de helling van den weg gegraven, en dat den herders tot schuilplaats diende. Deze gedaante sloeg denzelfden weg in als Msxime. Het was Simplice. De jonge idioot had 6enige uren in de schuilplaats geslapen en keerde kalm naar Stangala terug. HOOFDSTUK X. Zes weken na deze gebeurtenissen waren Maxime en Camille gehuwd. Met eene reis door Frankrijk, Zwit serland en Italië werden de eerste maanden van het huwelijk doorgebracht, Maxime had deze reis gewild, eenigezins tegen het verlangen van Camille, die er de voorkeur aan zou hebben gegeven onmiddellijk op Stan gala te komen wonen en het goud, dat haar echtgenoot rondom zich zou uitzaaien, in goede daden om te zetten. De echcone natuurtafereelen in du Midi, de majes- tueuse pracht der Alpen, de schilderachtige steden in Lombardije, Toscane en den Romeinschen Staat, deden haar achtereenvolgens de ruwe berglandschappen van Bretagne vergeten. Zonder eenige tegenwerping te ma ken, liet zij zich tot in Sicil leiden, waar zij vol geest drift eene uitbarsting van de Etna aanschouwde. Maar toen Maxime haar te Palermo voorstelde om nog tot Konstantinopel door te gaan, beklaagde zij zich glim lachend over een aanval van heimwee en onmiddellijk werd besloten terug te keeren. Met welk eene vreugde was de jonge man van Bretagne naar het italiaaneche schiereiland gereisd 1 Met welk eene vervoering had hij zijne liefde voor Camille doen deelen met de bewonde ring voor de meesterstukken van natuur en kunst, die hij had kunnen bewonderen 1 Het is zoo genotvol om zich hand in hand te laten meevoeren door haar, die men liefheett, te midden van de drukte of de een zaamheid en met haar alle aandoeningen te deelen, de landstreken en de bewoners rondom zich te zien ver anderen, terwijl ons hart alleen niet verandert. Tot op het oogenblik, dat deze reis in den vreemde ophield, had Maxime zich steeds vroolijk en levendig betoond. Zijne vurige liefde hield gelijken tred met de levendig heid van zyn geest. Dikwijls hadden zijne oorspronke lijke opmerkingen, en zijne geestige woorden Camiller ge woonlijk van ernst sprekende lippen tot een lach ge plooid. Blijkbaar werd zijn geluk door geen enkele j kwellende, angstige gedachte verstoord. Zijn wil had op zijn geweten het overwicht behaald. Maar nauwelijks was de terugreis aangevangen, nauwelijks moest hij aan j zijne aanstaande terugkomst op Stangala denken, of 1 sombere schaduwen gleden over zijn gelaat en een zwaar moedige ernst openbaarde zich in zijn toon en houding. Deze verandering van humeur, die in den beginne bijna onmerkbaar was, deed zich steeds duidelijker gevoelen naarmate het jonge paar verder in Frankrij k doordrong, gezeten in hun reiswageD. Vooral in de nabijheid 5 van het kasteel, dat zij zouden gaan bewonen werd de 1 verandering op Maximes gelaat duidelijk zichtbaar. Ca mille maakte er zich ongerust over. „Scheelt je iets Maxime?" vroeg zij en drukte lij) hand. „Mij niets," gaf hij ten antwoord met een eeniga- 1 zins gedwongen lach. „Spijt het je dan, dat onze reis niet langer heeft ge- duurd „In jou gezelschap Camille, kan ik niets betreuren." j „Is dat volkomen waar „Zeer zeker." „Dat is zonderling! Het schijnt mij juist toe, alsof je iet« van je vroolijkheid op Sicilië hebt achtergelaten. Als dat zoo is, laten wij dan spoedig terugkeeren om het op te sporen, dan zullen wij het tot Konstantinopel met ons meevoeren." „Onnoodig lieveling, wij zullen het hier wel terugvin den en het bewaren," antwoordde Maxime en omhelsde Camille teeder. „Dank je. Nu ben ik gerustgesteld," antwoordde de jonge vroaw zachtjes. De postkoet?, voortgetrokken door twee goede, bre- tagnische paarden, daalde op dat oogenblik eene helling at, vanwaar men het gezicht had op Stangala met zijn witten voorgevel en zijn omgeving van geel gebladerte der boomen in herfstdos. Maxime was do eerste die het zag. Er ging eene ril ling door zijne leden. „Wij zullen er weldra zijD," zeide hij met een onhoor- baren zucht. „Ziedaar onze woning, nog ongeveer twee mijlen van hier." Hij strekte zijne hand in de richting uit van het kasteel. Camille boog zich uit het portier. „Ja, ja," zeide zij vrcolijfr. „Ik zie het wat is hel mooi! wat een prachtig huis! en zulk een groot park 1 en wat een prachtig uitzichtHier de bergen en ginds de zee." M xime verzonk in gedachten. „Les Ravines" ligt aan don linkerkant," vervolgde Camille. „Wij kunnen het niet zien, de berm van den weg beneemt ons het uitzicht. Dat doet er echter niet toe, ik breng het van verre een hartelijken groet, want ik ben er bijna even gelukkig geweest.1' „Gelukkig!" mompelde Maxime verstrooid. „Zeker; als ik het tijdstip toen mijnheer Bamalec mij kwelde met dat huwelijksplan betreffende Martin Scaër uitzonder, heeft myn vader zich bijna altijd zeer goed en toegevend jegens mij betoond." „Hij is niet slecht, dat geef ik toe, alleen hebzuchtig. Het was ook niet omdat wij „les Ravines" passeerden, dat ik het woord „gelukkig" herhaalde." „Waar dacht je dan toen aan?"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 1