vanavond. Ga jig nou 's kijken met je marinier, dan kun je zien, dat je d'r niks mee te maken hebt." 's Avonds bij den uitgang zag Buder- man het verzoende paar„Nou Kee „Hg heit 't zeivers gezien. 'tWas wat lolligWe hadden wel mee willen doen." Op last van de justitie te Amster dam is onderzoek ingesteld naar het overlijden van een kind van een bewoonster van de Rozenstraat al daar. Na opening van het lijkje is een scheikundig onderzoek gelast. De reden daarvan is vermoedelijk dat het kind dat frisch en gezond was, plotseling is overleden door het toe dienen van aftreksel van zoogenaam de papaverbollen. Eerstdaags zal voor de eerste maal in Amsterdam arriveeren het oirous- gezelschap-Corfy Althoff bestaande uit artiesten van den eersten rang en met zioh voerend een 100 tal paarden van het edelste ras en 4 olifanten. Het gezelsohap, dat van Christiania komt, zal zgn voorstellingen geven in het circusgebouw van de maat- sohappg „Arena". Zondagavond heeft aan het station te Weesp een vreeselgk ongeluk plaats gehad. In den looaaltrein, die om ongeveer 7 uur te Weesp arriveert bevond zich een inwoner dier plaats, die, daar hg was gaan slapen, niet had gemerkt, dat de trein aan het station Weesp had gestopt. De trein was al in gang toen hg zgn verzuim bemerkte. Wellicht nog slaapdronken, traohtte hij toen uit den trein te springen, met het ongelukkig gevolg dat hij de waggons midden over zijn lichaam kreeg. De ongelukkige onmiddellijk een lijk. Daar een wagen door den schok was gederailleerd, had de trein een oponthoud van een uur. Zaterdagmiddag jl., ter gelegenheid van een kindervoorstelling viel door een misstap de beer P. Stadegaard van ,,'t Kalf' te Zaandam, van een der trappen van bet café „Neuf", van den heer J. de Boer, aldaar. De heer S. had het ongeluk daarbij op het hoofd te vallen, waardoor bij onmid dellijk door een beroerte werd ge troffen, tengevolge waarvan hg na verloop van een paar uur is overle den. De heer Stadegaard is een te Zaandam algemeen geacht en gezien ingezetene. Het vijfjarig doohtertje van den heer de Boer, dat zioh juist aan de trap bevond, kreeg den heer S. in zijn volle zwaarte op zioh, waardoor het kind eon been brak. Maandagmiddag omstreeks 3 uur zwaaide de uit Rotterdam vertrekken de Harwichboot Vieona. De veerboot op CharloiB, Katendrecht I, trachtte er nog voorbij te komen, maar raakte bekneld tusschen de Vienna, en een andere Harwichbcot, die, met een lichter op zij, vaslgemeerd lag. De veerboot werd letterlijk gekraakt. Eenige der passagiers sprongen over op den lichter. Onmiddellijk kwamen de bootwerkers, die de Vienna gela den hadden, te hulp zij trokken de Katendrecht I naar het veerhoofd de overige passagiers sprongen aan wal, en dadelijk zonk het bootje. De Vienna beschadigde haar roer, zoodat ze weer naar den steiger terug moest. De goederen moesten gelost worden, en overgeladen in de Harwichboot Amsterdam, die juist was aangeko men. Door uiterste krachtsinspanning met een leger bootwerkers, kon de Amsterdam desavonds te halftien in plaats van de Vienna vertrekken. Persoonlijke ongelukken zgn niet voorgekomen. Van de Katendrecht I moeite van onder de locomotief ver wijderd en op last van den burge meester, die dadelijk op de pla-tts van het onheil wa°, gekist en naar het daarvoor aangewezen gebouwtje op de begraafplaats gebracht. De man laat eene weduwe met vijf kinderen achter. De machinist was bezig met kolen scheppen, toen het ongeluk plaats greep, en schijnt daardoor den man niet gezien te hebben. Door de gemeentepolitie te Roer mond zijn aangehouden en ter be- sohikking der justitie gesteld J. Kirsch uit Brazilië en J. Rusing uit Rusland, wegens het uitgeven van een biljet van 50 dollar, weik papier niet meer geldig is. Men vond bg hen voor eene som van f1250 van dat papier, verborgen in hunne kousen. Het kasteel „De Haar.'* De herstelling van het kasteel De Haar geeft aanleiding tot het afbre ken der woningen welke de kom vormden der gemeente Haarzuylen. Aangezien bijna alle woningen thans toebehoorea aan baron E. van Zuylen van Nijevelt en ook weer op zgn gronden zullen worden herbouwd, za! de herbouw van dit dorp geschieden in denzelfden geest die geleid heelt bij de herstelling van het kasteel, Het Rechthuis, tevens herberg, ont werpt n door den architect Joseph Ccyper.", de pachthoeven, bruggen en arbeiderswoningen, onder Riding der architecten Jac. van B raaten te Utrecht en Jac. van Gi s te Rotter dam, zullen een ond-Nederlandsch karakter dragen, en op die wijze zal daar een blijvend Oud-B-, lland in leven worden geroepen. De aardwerken van grachten 1 wallen werden in dit najaar reeds voltooid. Vtor 1 November 1896 moeten alle inwoners naar hun nieuwe woningen verhuisd zijo. Architectura ATJEH. Aan het verslag omtrent de voor naamste gebeurtenissen in het gou- nement Atjeh en Onderhoorigheden, loopende van 29 Sept. jl. tot en met 12 Oot., wordt door de Jav. Cthet volgende ontleend G r o o t-A t j e h. Kleine benden gaven nu en dan bewijs van hun aanwezen door het doen van enkele schoten op of nabij onze buitenste versterkingen, zonder ons eohter eenig nadeel te berokkenen. Door het volk van Toekoe Djohan zgn drie aohterlaadgeweren ontnomen aan, en twee paoglima's gedood van de kwaadwilligen. Toekoe Kadli Malikoel Adil, hoe- loebalang van Masdjid Raja keerde of koningstijger tot f 100, en een'eens een buitenkansje voor de^bevol- gevlekten of zwarten* tgger tot f 30. j king, die zeker niet na zal laten de Ook heeft de Regeering aan onzen J uitgeworpen zwavel te verzamelen en resident opgedragen om hen, die voor i voor een aardig duitje van de hand het dooden van tijgers de premiën te zetten. In gevallen als deze Bobijnt wenschen te ontvangen, eigenaars te j 't lang niet onvoordeelig te zijn, om laten van de huiden, maar maatre gelen te nemen om te voorkomen dat de premies meer dan eens voor het dooden van hetzelfde dier worden uitbetaald. Om de bevolking zooveel mogelijk aan te moedigen tot het dooden van tijgers, is bovendien nog besloten ook den administratieven omslag, welke veelal aan de uitbetaling van premie's voorafgaat en waardoor de belang hebbenden dikwijls geruimen tijd op de bun toekomende gelden moeten van de Westkust met 13 gezinnen I waohteB, te verminderen. Na vertoon (uitmakende 62 personen), welke j 7an ^et vel van het gedoode dier vroeger waren uitgeweken, weder naar hunne oude woonplaatsen, in de onmiddellijke nabijheid van Kota- Radja terug. Meerdere familiün zullen volgen. P o e 1 o e-W e h. Met het bouwen kan men nu de premie dadelijk uit betaald krijgen. Wachten, zooals voorheen, totdat de regent en de assistent resident gehoord zgn, behoeft niet meer. Ook wordt de bevolking door het Koloniën, LOMBOK. Aan de Soeo\ Ct. wordt geschreven Niemand, die hier komt, zal zioh een begrip kunnen vormen van den oorlog dio gewoed heeft. Wel liggen aan het strand duizenden klapper- boomen geveld en hebben vele, die zijn blijven staan, hun kruin verloren, maar toch ziet men zelfs daar reeds een menigte woningen herrijzen vao planken of Kadjang matten en met zinken afdaken. Woningen meesten tijds door Arabieren en Chineezen, die handel komen drgven, daar ge- stioht Zij zullen wel spoedig vervan gen worden door grootere toko's. In het binnenland is de rust vol komen. weergekeerd. De Sawahs worden beplant en de levensmiddelen zgn, nu de bevolking beveiligd wordt1 door onze soldaatjes, tot het normale, dat is een zeer mati=( peil, gedaald. Een kuiken kost hier 25 pengs of 5 cents, een volwassen kip het dubbele. Een sappie met kalf krijgt men voor f 15 een picol rijst voor f2 en de rijst is zeer goed. Klappers heeft men om zoo te zeggen voor het plukken en voor 20 gulden rgdt men met een span paarden, al zgn het dan ook maar Biameesji van sohroefpaleu voor den tweeden Europeesoh en iulandsch bestuur steiger werd voortgegaan. Zeven en aangemoedigd om de plaag te be- twintig palen werden in de afgeloo- pen maand ingedraaid, waardoor het totaal der geplaatste palen 33 be draagt en 9 vakken geheel konden worden gemonteerd. Met het plaat sen der meerpalen werd een aanvang Onderhoorigheden. Noord kust. Door de slechte ontvangst den pretendent Sultan in de Gigienstreken ten deel gevallen, gat deze, op raad zijner vertrouwden, het plan voor den tocht naar Kemala voorloopig op. Oostkust. Geene bijzonderheden. T~\ i ixwfc ll/gOLUUUlUiaUUl, Westkust. Nabg Poeloe Dawoewer- zes maanden door hem was waarge- m aQnirra Kanna anronmon oft7T\m_ t - strijden door vergif, wali kambiog. vallen en rentjoes. Op 24 Ootober des oohtends 9 uur, waren de officieren der garnizoenen Batavia en Mr. Cornelis, onder bevel van generaal Segov, vereenigd in de voorgalerij van den leger-comman- dant, ook de officieren der schutterij waren daar tegenwoordig. Het Bat. Nieuwsblad deelt omtrent de overgave van het legerbestuur het volgende mede Nadat generaal Segov had doen uitkomen, dat het legeroommando den eenige handelsprauwen, afkom stig van Raboean Hadji, door Toean koe Abdulmadjid, neef van den pretendent Sultan beroofd. Deze werd hiervoor gestraft door vernietiging van zijn vaartuig, hetwelk door Hr. Ms. Nadura voor de monding der Bakongan-rivier werd stuk gescho ten. Ook de door den vorstelijken zee-j roover vermeesterde prauwen werden door dit oorlogsschip hernomen en aan de eigenaars teruggegeven. De weersgesteldheid kenmerkte zioh door veel regen vooral in het gebergte, waardoor de ri\ ieren zwol len en sohade aanriohtten. De gezondheidstoestand was over het algemeen ODgunstig. Het gemid delde ziekteojjfer bedroeg 27 tegen 26 en dat van de beri-beri 16 legen 15 gedurende den vorigen verslagtgd. Het sterfteogfer was lager. Aan een Bohrijven uit Ned.-Indië is het volgende ontleend „Onlangs had ik gelegenheid ver schillende posten in Atjeh te bezoeken waar ik sedert een paar jaren niet geweest was. Mgn indruk is, dat men alleszins reden heeft zich te verheu gen, dat de tegenwoordige politiek verder zal worden gevolgd. nomen, bedankte hij alle officieren voor den hem verleenden steun, als mede die der d.d. sohutterij voor hun aanwezigheid, en verklaarde hij, dat het commando mits deze overging op den aanvankelijk met dien rang ge- pensionneerden, maar sedert in ao- tieven dienst herstelden luitenant generaal Velter. Deze nam nu het woord. Hij deelde mede, dat hij niet gedacht had in Indië terug te keeren, toen hij naar Nederland vertrok, maar dat hij zich door de omstandigheden genoodzaakt bad gezien, om aan den drang dor Regeering toe te geven. Nu was hg weer blijde, dat hij zich opnieuw te midden van de Indische offioieren zag. Het is de gewoonte, zeide de generaal, om bg gelegenheden als deze een beroep te doen op de me dewerking en de plichtsbetrachting der officieren, maar ik acht dit niet noodig, omdat het mij bekend is, dat de Indische officieren altijd hun plicht doen. De generaal wees echter op de noodzakelijkheid der kameraadschap. Niet, dat hij aan haar afwezigheid in het indische leger twijfelde, maar hij geloofde toch wel, dat er aan die kameraadschap, die te velde zoo dik werf duidelijk zichtbaar was, in het „We moeten eohter niet stilzitten garnizoen iets haperde. Z. E. bedoelde i i!a V TT WAütima rraKoal uon Hn 1 en de XXII Moekims geheel van de XXVI afsluiten door twee nieuwe bentings Tjot Madi en Ketapang Meot (beoosten Kroeng Gloempang). Binnen betrekkelijk korten tijd zal het dan in de XXVI Moekims even veilig wezen als nu in de XXV. „Het ongeluk van Atjeh was de zeer verklaarbare zucht van iederen in ook maar ciameesjes. cuoiou De bevolking gaat sober gekleed.bewindsman om aan den oorlog in De meeste mannen en vrouwen dra- korten tijd een einde te maken. Ik steekt alleen een stuk van de pijp schrijft boven water uit. Heden zou ze wor- jn een mijner den gelicht. N. B. Ct. gen het bovenlijf geheel ontbloot. De eenige weelde, die men kan opmer ken, is te vinden in de krissen, die somtijds waarlijk prachtig zgn. Te midden van klatergoud, rood en groen email, zgn robijnen en niet zelden diamanten aangebracht. Zulke wapens, die een waarde van twee a drie honderd rijksdaalders vertegen woordigen zgn geen zeldzaamheid. Een correspondent van het B.Hbld. Zondagochtend waren in de nabij heid van Ilpendam eenige hengelaars aan bet prijsvisschen in het Noord- Hollandeche kanaal. Een hunner ving een baars. Verheugd liep hij achter uit, doch kwam tusschen de rails van de stoomtram terecht juist op vorige corrospon- dentiën schreef ik reeds het een en ander omtrent het graf van wijlen den generaal Van Ham Het doet me genoegen thans te kunnen mededeelen dat het gereed is niet alleen, doch dat het ook een goed stuk werk is. Het is 8 M. lang en 8 M. breed, zoodat allen, d. w. z. de luitenant Musquetier en 18 minderen, er ,'ook het oogenblik, dat een trein in de! in rusten. Het wordt netjes onder- onmiddellijke nabijheid kwam aan-[houden en de militairen doen het 8toomen. De ongelukkige visscherallen, zonder uitzondering, met ge werd door de machine neergeworpen j noegen, want v. Ham was bemind en was terstond een lijk. Het akelig bij ieder die hem kende, verminkte lichaam werd met veel echter overtuigd dat er nog menige Gouverneur-Generaal te Bui tenzorg zal optreden, alvorens in Atjeh de toestand van orde en rust zal gevestigd zijn, welke men in vele streken van den Arohipel aantreft. Tooh gaan wij vooruitlangzaam maar zeker, op de oud-Hollandsche wijs, de beste. ..Óp Poeloe Weh vorderen de werkzaamheden goed. Als er slechts kapitaal gevonden wordt, om de zaken flink aan te pakken, kan daar een flink station van beteekenis ont- staaD. Of dat het geval zal wezen?'» Uit Japara wordt geschreven aan Da Loc. In het district Bandjaran wemelt het van tijgers. Hun roofzucht en stoutmoedigheid kennen geen perken, zij zijn de schrik der bevolking. Daarom is de premie voor het vangen eigenlijk die soort van hoogere ka meraadschap, die den mindere ver trouwen doet stellen in den meerdere of oudere, want dat vertrouwen, dat uit een ridderlijk en ferm voorbeeld ontsproot, dat was het, waaraan men die hoogere kameraadschap kende. Vervolgens richtte do generaal het woord tot den overste Penn en zgn officieren Hun had hij niets van dien aard te zeggen hg kende den overste en ziju korps en zij kenden hem. Hij hoopte, dat de overste nog lang de eer zou mogen hebben om aan het hoofd van dat kranige korp3 te staan. Daarna nam de generaal het com mando op zioh, den generaal Segov bedankende voor de waarneming. Ten slotte vielen de gebruikelgko saluutschoten en werden alle offioieren bedankt. De zoo eenvoudig uitgesproken woorden van Z. E. maakten op de aanwezigen een goeden indruk. dicht bg een vuurberg te wonen, ofschoon wij van onzen kant liever op een eerbiedigen afstand van een in werking zgnden krater wensohen te big ven. Omtrent de aardbeving van Zondag namiddag 20 Ootober wordt nog medegedeeld, dat de beweging veel langer heeft geduurd, dan men over het algemeen kon waarnemen. Merk waardig was de zachte trilling, die aan de sterkere sohokken voorafging. De aardbeving is zelfs te Djokja, dooh in mindere mate, gevoeld. Uit Soekaboemi sohrgft men aan de Jar a Bodedat Zondag jl. ook daar de aardbeving is gevoeld en wel om 4.15 namiddags; de schokken duurden onafgebroken 76 seconden en waren hevig. Het Bat. Nieuwsblad meldt, dat de milde overvloed van regen, als een reactie gevolgd op de langdurige felle droogte, aanhoudt. Dat het ook in de bovenlanden goed geregend heeft, bewijst de hooge waterstand in de rivieren. Letteren en Kunst. Johanua Van Woude. Laten wij in deze voor haar zoo droevige dagen niet vergeten dat de sohrijfster van „Hollandsch Binnen-|ren vervuld en van het stuk gemaakt 24 Nov. 1895. Uit Amsterdam. Hollandsche SchouwburgDirectie le Gras Haspels. Een ontaard Vaderklucht in 3 bedrijven van Hans Fischer in Joseph Jar no, door M. Hoefnagels. Willem Van Zuylen's naam op het programma, ergoeen volle zaal tenminste stalles en baloons uitver- kooht. Als Van Zuylen optreedt in de een of andere kluoht, die in Ber lijn opgang heeft gemaakt (deze werd den 18en September van dit jaar in het Residenz Theater aldaar voor het eerst opgevoerd) dan maakt het goedlaohsche publiek zioh op naar den schouwburg, waar dit monster van „komiekigheid" te zien is en laoht den laoh der onnoozelen; lacht om de onmo gelijkste onmogelijkheden, laoht om de olown-achtige grappen der optre denden en zegt later dat het „zioh geamuseerd heeft."' Zoo ook hier weder. De inhoud van „Een ontaard Vader" na te vertellen is, zonder vervelend te worden, onmogelijk; het is de oude geschiedenis van verwarring op verwarring ;Jde verwarringen, di§ in alle kluchten voorkomen. En tooh valt het te loven, dat verdienstelijke too- neelspelers, als de meeslen bij dit gezelschap zijn, hun taak ernstig op vatten, als gold het niet een stuk, dat wordt opgevoerd om den Mammon te dienen, maar ais dienden zij de kunst. En van Zuylen, Rosier Faassen, Tar- taud en Alex Faassen, mevr. v. E ijs denVink. Rika Haspels eu mevr. BurlageVerwoert hebben hunne (helaas 1 dankbare) taak naar behoc- huisje" een niet te loochenen aan spraak heeft op de genegenheid en dankbaarheid van geheel Nederland; laten wij niet vergeten, dat zij met die liefelijke sohepping een afdoend be wijs heeft geleverd van hare hooge reine opvatting van het huwelijks leven, en dat „Hollandsoh Binnen huisje" bewust of onbewust een open baring is van haar eigen gelooven en hopeD. Zij heeft getoond, dat het haar niet te doen was om een financieel voor- deebg huwelijk. Zij heeft als de hoofd persoon in „Hollandsch Binnenhuisje" met allen eenvoud genoegen willen nemen, en heeft steeds als zuinige huisvrouw en trouwe moeder haar plicht betracht, om zioh onderwijl op letterkundig gebied verder te ontwik kelen en ook op die wijze welvaart over haar huisgezin te brengen. Aan welk nameloos lijden moet zij ten prooi zijD, nu zij, die door haar letterkundig talent fijngevoeliger en ontvankelijker voor indrukken is dan wie ook, zioh te verdedigen heeft tegen een besohuldiging van misdaad, den reohter van instructie als eenig mensohelijk wezen ziet te mid den van de verschrikkingen van het jvangenisleven Men zegt dat de aanleiding tot de oneenigheid in het huishouden van de schrijfster gelegen is in het feit, dat haar echtgenoot, notaris gewer den, niet meer passend vond, dat zijn vrouw verder schreef en haar dit wilde beletten. Maar wie vermag aan een roos verbieden om te bloeien, of aan een vogel ontzeggen om te zingen Nog laat het zioh aanzien, dat zg part nooh deel heeft aan de daad, waarvan men haar besohuldigd heeft, maar zou deze kwestie in elk geval geen vingerwijzing zijn om de wet ten gunste der vrouw wat te veran deren, en in de eerste plaats zoo spoedig mogelijk het scheiden wat gemakkelijker te maken En indien het onverhoopt toch waar mocht zijn, dat zg tot die wanhopige daad haar toevlucht heeft genomen, laten wij dan bedenken ïoeveel lijden en strijden aan dat besluit zal ziju voorafgegaan, laten wij bedenken, dat zg als trouwe moeder, als flinke huisvroaw, als gevierd auteur en als dochter van een geëerd man, wel bitter door den nood gedrongen moet zgn geweest vóór zij tot zoo iets kwam. Zij moet als een gejaagd hert in haar radeloosheid en vertwijfeling niet meer hebben geweten wat zg deed; want dat het ontdekt zou wor den en wel direot, lag voor de hand. Maar bovenal laten wg bedenken, De vulkanen in onzen arohipel schijnen thans als bij afspraak te willen toonen, dat zij nog lang niet uitgedoofd zijn, zegt het Bat. Nieuws blad. Wg' vernemen nu datdewelbe- dat de notaris steeds gezond en levend kende GoenoengDerapo gelegen op op zgn beenen is gebleven en wel de grens van Benkoelen en Palem- j erg vlug is geweest, om een zoo „aa[um Bbang weder in werking is en tot twee gruwzaam schandaal te maken, en of dtoden van tijgers aldaar bij spe-[ malen toe groote hoeveelheden zwa-jdat nog wel nu de echtscheiding aan- oiaal besluit van het gouvernement vel heeft uitgeworpen, gepaard met1 staande was. Tel. verhoogd, wat betreft een gestreeptenonderaardsch gerommel. Dit is nog I wat er van te maken viel. Zoolang deze soort stukken in den smaak van het publiek blijft vallen, is er geen Loop, dat van ons tooneel nog eens een verheffende, veredelende in vloed zal uitgaan. Vooraf ging „Liever niet", een niet onaardig lever de rideau van Henrici (Beijer's Tooneelbibliotheek le serie No. 4) dat ik hun, dis in de tooneel- speelkunst „lielhebberen" ten zeerste kan aanraden. Zij zuilen suoces heb ben bg hun welwillend auditorium. T AfscheidsvoorsteJling van den Scandinavischen Circus. Sohumann heeft Maandagavond af scheid genomen van het cirouslievend publiek, dat hem zulk een warm hart toedraagt. Voor een klein, maar en- thousia8lisoh publiek heeft hg voor de laatste maal in dit seizoen de hooge- school gereden jen zijn acht in vrij heid gedresseerde rapbeDgsten voor gesteld, maar op de programma's heeft hij zijn vrienden een tot weer ziens toegeroepen. Zwart op wit heeft hij verklaard, dat hij sleohis tijdelijk Amsterdam verlaat, waar „hij zioh mocht verheugen in een buitengewoon talrijk bezoek en een bijna voorbeel- deloozen bijbal." In de stallen alleen de paarden, die voor deze dank- en afscheidsvoor- stelling noodig zijn en op het dienst rooster alleen mededeeliDgen, waar en hoe laat alle artisten met hunne bagage moeten aanwezig zijn om naar Dresden te vertrekken, waar het ge zelsohap "Woensdagmorgen aankomt. Hetgeen Sohumann met zijn gezel sohap in het afgeloopen seizoen „ge- leistet" hebben, al het fraais dat hg op equestrisoh gebied ons heeft ver toond, geeft mij aanleiding mg' aan te sluiten bij de hulde, die Sohumann dien avond door zijne vele vrienden werd gebracht zich uitende in de aanbieding van twee bronzen groepen op zijn vak betrekking hebbende en een fraaie lauwerkrans. Aan mevrouw Clara Schumann werd een kunstig van was vervaardigde tak orohideëen op spiegel vereerd. Mogen wij spoedig dezen oirous weder het wel kom in Amsterdam toeroepen. Tot Maandag is voor de Ned. Opera steun toegezegd voor circa f14.000. De Londensche tooneelspeler Pen- ley is dezer dagen voor de duizend ste maal als Charley's Tante opge treden. Bijna drie jaar lang heeft hij avond aan avond en nog tweemaal per week een middag extra, dezelfde rol gespeeld. Een telegram uit Newyork meldt het overlijden van den zeeschilder Maurits Frederik Hendrik de Haas, in den ouderdom van 63 jaar. De Haas wa3 te Rotterdam gebo ren, studeerde aldaar en te 's Graven- hage, en ging in 1851 naar Londen. „Aan Stangaia." „Verklaar mij die geheimzinnigheid als 't je blieft?" „Gaarne, lieve Camille. Ik vroeg mijzelf af, of je na een paar jaar in dit huis zoo eenzaam te hebben gewoond, nog zoudt kunnen uitroepenik b9n geluk kig geweest! en hieraan twijfelde ik ondanks mijzelf." „Wat een denkbeeld Heb ik dan op „les Ravines" meer afleiding gehad dan Stangaia mij kan aanbieden „Dat zeker niet." „Welnu dan?" „WelnuWat zal ik je zeggen de smaak verandert dikwijls met de omstandigheden. Eene jonge vrouw is niet altijd tevreden met hetgeen voor het jonge meisje volstaat." „Het is mogelijk," antwoordde Camille met een glimlach. „Als jong meisje leefde ik afgezonderd op eene soort landhoeve, op den top van een heuvel, als jonge vrouw heb ik tot woonplaats een kasteel, in een be- kocfrlijk dal gelegen. Je zult tooh moeten bekennen, dat ik zeer slecht te voldoen zon zijn, als deze veran dering in mijne positie niet voldoende was." „Je hebt het recht nog veel meer dan dat te wen schen en te verkrijgen, lieveling." „Ik verzeker je Msxime, dat ik je niet begrijp.'^ Bij het uitspreken van deze woorden vestigde zij op hnar echtgenoot een blik vol verbazing en nieuwsgie righeid. Deze dacht een oogenblik na, wierp een snellen, somberen blik in de richting van Stangaia, en ant woordde toen: „Je bent ieng, je bent schoon en rijk. Dat zgn wel wat te kostbare gaven voor de eenzaamheid. Het is onmogelijk, dat eene vrouw, die dat alle3 bezit, vroeger of later niet de eerzucht bij zich voelt opkomen om in de wereld te verschijnen, te schitteren en te genieten." „Ik vind dat integendeel zeer goed mogelijk." ,.Pas op. Sta niet in voor de toekomst!" „Ik sta in voor mijne gevoelens, dat is het a-leen en ik weet zeker, dat de wereld met haren glans en ge noegens mij nooit zal aantrekken." Zij gaf dit antwoord met de kalme waardigheid en overtuiging, die hare schoonheid zoozeer verhoogden. Maxime druktft haar teeder de hand. „Dus," antwoordde hij, „is het je wensen niet om in de een of andere groote stad te gaan wonen, waar al lerlei vermaken te genieten zijn „Neen zeker niet." „Maar als ik tot je zeide Camille, dat ik het aange naam zou vinden in Parijs te wonen, tenminste des winters, zou je daar zeer op tegen zijn?" „Openhartig gesproken ja." „Waarom „Omdat wij zamen een droom van geluk hebben ge droomd, dien ik gaarne wilde zien verwezenlijkt." „En welke droom is dat?" „Herinner je je hem niet meer ,,K»m mijn herinneringsvermogen wat te hulp." „Het zij zoo. Het was op den dagwaarop ons huwelijk voor de eerste maal was bepaald. Wij lie pen onze vriendin Antonine te gemoet. Onder die ge zellige wandeling zeide ik tot jou Als je er in toestemt Maxime, zullen wij op Stangaia eenvoudig leven, zoodat ons budget voor liefdadige doeleinden steeds groot ge noeg zij om de ongelnkkigen te helpen. Herinner je het je nu?" „Ja, ja, ik herinner het mij." „Dat is nog niet alle-'. Ifc heb toen gezegd, dat ik zelf hulp en troost in de hulpbehoevende gezinnen zou komen brengen en gij gaatt toen ten antwoord Ik zal je daarbij dikwijls vergezellen. Camille. Ik ben er van overtuigd, dat je dit niet vergeten zult hebben." „Neen, lieve engel 1" „Je begrijpt dus wel, dat wij, al was het alleen des winters, niet in Parijs zonden kunnen gaan wonen, want vooral in dat seizoen zullen de armen en ongelnkkigen hier buiten ons het meest noodig hebben." „Dat is waar. Wij zullen dus op Stangaia blijven." „Heerlijk Maxime. Maar misschien spijt het je zeer mij deze belofte te doen?" „Mij volstrekt niet," gaf' hij ten antwoord. „Met jou bij mij is het mij onverschillig waar ik woon. Jou liefde is mij het dierbaarste van allee." „En die zal tot mijn dood met je zijn," antwoordde de jonge vrouw met beminnelijke kalmte. Maxime sloot haar in zijne armen en drukte haar tegen zijne borst. „Als ooit de verveling je in onze eenzaamheid op Stangaia mocht komen storen, lieveling," zeide hij, „aarzel dan geen oogenblik met het mij te zeggen wij zullen dan gaan wonen waar je wilt." „Welnu, dat beloof ik je. Maar daar ik in eene stille omgeving ben opgegroeid en er geheel aan gewend ben geraakt," zeide zij met een zweem van scherts, „weet ik vooruit nooit tot je goeden wil mijn toevlucht te zullen moeten nemen." „Ik wensch het van harte Camille, maar toch vreeB ik „Vrees niets. Bedenk toch eens aat iK een buiten bloem benik heb lucht en zon noodig. De atmos feer van die verwarmde serres, die men Groote Steden noemt, zou noodlottig voor mij zijn als ik ze moest inademen." „Laten wij er dan niet verder over spreken," zeide Maxime met eenige moeite. „Juist, ma: r nog iets. Op reis hebben wij verschil lende steden bezocht. Welnutelkens als ik mij te midden van die groote steenen muren bevond, langs die nauwe, naast elkaar loopende straten, werd mijn hart door droefheid bewogen. „Hoe nu," zeide ik dan tot mijzelf. „God heeft de velden, de weiden en den oneindigen hemel ge schapen en er zgn schepselen, welke aan verblijf plaatsen vol stof, slijk en duisternis de voorkeur geven." Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 2