Tweede Editie.
ft. Nicolaas
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
FEUILLETON.
Dg stem van het geweten.
13e Jaargang
Zaterdag 30 November 1895
No. c809
HAARLEM S DAGBLAD
.AJBOIISriCTIEIIVniEilISrTSIPIRIJS:
Voor Haarlem per 3 maanden. f 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden„1.30
franco door liet geheele Kijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post0.37
-AJDVTEjE/TElsrTimrsr
Van 1 5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote lettere naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertënttén worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Oonipagnie Générale de Publicité Etrang'ere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, SuccParijs 3lbis Faubourg Montmartr
Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bloemendaal Santpoort en SchotenP. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; HaarlemmermeerC. DOEKE3; Spaarndam, C. HARTENDORP;
Zandvoort, J. ZWEMMER; VelsenL. VENUS; IJmuidenJ. J. TJADEN; BeverwijkH. JUNGERIEj, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
Kinder-Tijdscbrift.
[By ons volgend Nr. wordt de eerste
leveriDg gevoegd van een geheel
euw
Tijdschrift vior de Jeugd,
it in Haarlem en Omstreken enkel
alleen verkrijgbaar zal zijn voorge-
lonneerden op Haarlem's Dagblad.
De aandaoht der Lezers wordt op
eze keurige uitgave reeds bg voor-
aat gevestigd.
De 8#. NIcoïaasavond valt op
idomlerdag a. s Er wordt naar
men weet In de laatste drie dagen
og het meest gekocht, zoodat
et Nummer van dit Blad, dat
&TERD4G l¥«SD verschijnt
oor het plaatsen van
St. MGBLRRS-ftOÏERTENTIEN
- ij uitstek geschikt Is.
Spoedige inlevering zal onder
(cteekende aangenaam zijn. Voor
Ie opneming van annonces, die
in VKI.» DAGAVOND Tl EN UUK
Bikomen, kan niet worden in
gestaan.
J. C. PEEREBOOM.
Directeur Uitgever.
Politiek Overzicht.
Donderdag heeft de italiaansehe
Jremier in de Kamer eene belangrijke
'ede gehouden naar aanleiding van
hterpellaties betreffende binnenland
jche politiek, terwijl hij het aan den
Sinister van buitenlandsche zaken,
)aron Blano, overliet om die over de
juiten'andsohe politiek te beant
woorden.
Criepi verzekerde dat hij de grootst
mogelijke kalmte zal bewaren ondanks
ie heftigheid waarmede men hem
tanvalt. Hij trad in een betoog tot
teohtvaardiging der ontbinding van
rersoheidene republikeinsohe of so-
ïialistische vereenigingen. De verleden
wordeD, want anders zouden er wan
ordelijkheden komen.
Het Vaticaan, dat den schyn aan
neemt die wet niet te aanvaarden,
zou van zulk een zwakheid gebruik
maken en protesteeren als men de
wet sohond. Het Vaticaan is zeer
machtig, dank zij de vrijheid, die wij
het laten, dank zij zijne organisatie,
en dank zij de beweging ten zijnen
gunste die er thans in de wereld valt
waar te nemen. Crispi voegde er by
vroeger aan het Vaticaan verzocht
te hebben de waarborgen-wet aan te
nemen omdat zij de vrijheid van den
staac bewaart, waarvan de Pauselijke
Stoel niet ten eenenmale afstand kan
doen. Het weder ontwaken van de
katholieke actie moet bezorgdheid
doen geboren worden voor de toe
komst van den mensohelijken voor
uitgang. Men moet daarin voorzien
door eene wijze wetgeviDg en door
eendracht te doen heerscihen en een
stemmigheid onder de geheele liberale
partij. Crispi gelooft niet dat er eene
afzonderlijke wet noodig is om de
regeeriDg bevoegd te doen zijn het
eens verleende exequatur te herroe
pen (teekenen van goedkeuring.)
Sprekende over de buitenlandsohe
politiek, deelde Crispi mede dat Italili
eene vloot gezonden heeft naar het
Oosten, maar daarbij de dienaar is
van niemand. De zes mogendheden
zijn het onderling eens bij het werk
des vredes en der beschaving.
Men kan zeker zijn dat de vrede
niet verstoord zal worden en, mocht
dit, ongelukkiglijk, wèl het geval zjjn,
dan zouden de oude dwalingen niet
herhaald worden; onze, de italiaansehe
rechten, zouden worden beschermd
en gehandhaafd, (toejuiohingen.)
In zijn antwoord deelde de minister
van buitenlandsche zaken mee, dat
wat de koloniale quaesties betreft,
Italië een6 stelselmatige koloniale
politiek zal voeren, welke zioh zal
ontwikkelen zonder de kostbare on
dernemingen van vroeger en zonder
afwijking van de inzichten van de
Kamer en he' land.
De oostersche quaestie besprekende
legde hij den nadruk op den ernstigen
wensch van Italië om geen enkele
belemmering te scheppen voor het
optreden van Engeland, Rusland en
Frankrijk, en evenmin voor het voort
durend streven van Italië om teweeg
te brengen dat niet de drie, maar de
zes mogendheden gezamenlijk han
delen.
De minister werd herhaaldelijk
levendig toegejuicht.
Uit Konstantmopel wordt gemeld
Ondanks de verzekeringen van
noodzakelijkheid van een constitutio
neel regeeringsstelsel wordt betoogd.
Het schijnt evenwel, dat de meeste
van die plakkaten niet eoht zijn, maar
het werk van de paleispartij, die
daardoor den sultan schrik wil aan
jagen. De -sultan is vreeselijk bang
voor plakkaten, en een behendige
camarilla heeft daarin dus een voor
treffelijk middel om op zijne majesteit
te werken.
De gezanten der zes mogendheden
besloten in hunne bijeenkomst van
Maandag, dat de aanvraag om ver
dubbeling der adviesjachten niet kan
ingetrokken worden, maar dat men
integendeel op de inwilliging zou
aandringen. Alvorens nieuwe stappen
te doen, zouden de vertegenwoordi
gers der zes mogendheden aan hunne
regeeringen om instructies vragen.
aar aangenomen wetten zijn doorw
ie feiten gerechtvaardigd. Het sooia-1 Tewfik Pasja aan sir Philip Currie
lisme is op éene lijn te stellen met zijn de firmans over de wachtschepen
anarchie (van de Jinkerzyde wordtnog niet uitgevaardigd. Het vraagstuk
minister in de rede gevallen). is herhaaldelijk in bijeenkomsten van
■s behandeld. In antwoord
bestaan had in 't luisteren naar op
gewonden redevoeringen, met 30 an
deren in heohtenis genomen. Na
maanden lang in voorarrest te hebben
gezeten, in een donker hok, met
haast geen lioht noch lucht, zagen
ze eindelijk het daglicht weder schij
nen, doordat ze gevoerd werden naar
do plaats der terechtstelling. Geen
instructie's, geen procedure, geen
advocaten, neen, zonder een woord
tot hunne verdediging te mogen zeg
gen hoorden ze daar hun vonnis
fusilleeren. Dooh, terwijl de soldaten
op 't punt staan het doodeljgk schot toe
te brengen, boodschapt een ordonnans
dat de Czaar gratie van straf heeft ver
leend en het doodvonnis veranderd in 4
jaar verbanning en dwangarbeid in
Siberië.
Afgrijselijk zijn de verhalen, die
D. daaromtrent doet in zijn sohoone
werk „Gedenkschriften uit het Huis
der Dooden."
Eindelijk is de tijd der verlossing
daar. Hij keert naar Rusland terug,
echter niet met wraak in 't hartneen,
a(s een eohte Rus blij't hij zijn Czaar
liefhebben en niet minder zijn vader
land.
Weer begint hij te schrijven richt
een dagblad op, dat evenwel niet
gaat, beproeft het nog eens, tot hij
bemerkt dat dit zijn richting niet is,
en na eenigen tijd verschijnt zijn
bekende werk „Misdaad en Straf",
waarin hij, als goed patriot, het re
volutionaire nihilisme, dat „mit Blut
und Eisen" Rusland wil hervormen,
hekelt. Nog meerdere werken ver
schijnen van zyn hand, totdat in '81
zijn veelbewogen, rijke leven ein
digde.
Een welverdiend applaus van het
publiek, dat met gespannen aandacht
den spreker gevolgd had, bewees den
hoogleeraar hoezeer zijn voordracht
werd op prijs gesteld.
Concert „Arti et Religioai".
Woensdag had in de Muziekzaal der
Sociëteit „de Kroon'' onder leiding
van onzen stadgenoot Ph. Loots, de
aangekondigde uitvoering plaats van
het Amsterdamsch zangkoor Arti et
Religioni". Dit weldadigheidsconcert
STADSNIEUWS
eerste, tweede en derde
pagina.
Haarlem, 29 November.
LeziDg in „Teyler'L
Woensdagavond trad vooreen eivolle
zaal in Teyier's stichting op prof. dr.
Jan ten Brink van de Leidsche uni
versiteit. Spreker bewoog zich op het
gebied der letterkunde en wel speoiaal
op dat der Russisohe eene litteratuur,
die bezig is zich te ontwikkelen; maar
zóo rijk en zóo vol gevoel, dat ze
weldra de voornaamste plaats zal
innemen onder de besohaafde lezers.
Van de vier moest bekende schrij
vers „Tolstoi, Turgenieff, Gogol en
Dostojewski" koos de hoogleeraar
den laatsten, daar deze volgens hem
nog boven de drie anderen de kroon
spande.
Dostojewskiwiens levensjaren
loopen van 1821—1881, was gesproten
uit een adellijk geslacht, had tot vader
een officier van gezondheid der Rus
sisohe armee en werd te Moskou
opgevoed. Reeds vroeg zag hij, door
de betrekking, die zijn vader be
kleedde, de groote ellende, geleden
in de hospitalen en daarbuiten, zoo-
dat zijn hart. toch al ontvankelijk
voor medelijden met anderen, zoo
't kon, nog meer geopend werd voor zal zonder twijfel goed geslaagd zijn
erbarming. wat de bat9n betreft, want de zaal
Dat mededoogen moest zich uiten, was zeer goed bezet, en de onkosten,
maar in een militaire loopbaan wasgewoonlijk aan een muziekuitvoering
da-r allerminst gelegenheid voor, od, I verbonden, zullen di'maal niet al te
schoon pas éen jaar officier, kreeg1 groot geweest zijn, daar zangers en
bij in '44 zijn ontslag. Nu was hysolisten, welwillend hunne medewer-
vrü, nu geen krijgstuoht meer, die hem i king hadden toegezegd. Voor ons is
bond, maar met hart en ziel aanhet evenwel van meer belaDg er op
't schrijven, waarvan 't gevolg was te kunnen wijzen, dat deze uitvoe:ing
dat in '45 een zijner beroemdste uit een muzikaal oogpunt volkomen
werken verscheen: „Arme Lieden." bevredigend mag genoemd worden.
Diep tragisch schildert hij hierin de Het groot aantal aandaohtige toehoor-
kommervolle omstandigheden," waarinders zal met ons een avond van waai
een kleine ambtenaar aan een der en innig kunstgenot hebben doorge
ministerie's zioh bevond, wiens eeuige bracht. Het geheele concert tooh droeg
ZJriBpi ontkent de feiteD, die van de de ministers 1. -..-
ribune te berde zijn gebraoht in zakeop de nota waarin de Porte do mo-j troost is een familielid, met wie hg j den stempel van eene fijne muzikale
)omiale Fixe. Hg zegt de indieninggendheden verzoekt, niet aan te drin-van tijd tot tijd oenige brieven wis-opvattiüg, en vooral de koornummers
koe van een voorstel, strekkend om gen op de inwi liging van het verzoek selt, totdat ook deze toeverlaat hem werden met zooveel gloed en warmte
bedoelde wetgeviDg te verbeteren enom de wachtschepen te mogen ver-1 ontvalt en hij nu gansoh alleen z'n gezongen, dat men het zich nauwe-
iringt aan op betere middelen ter meerderen, hebben Groot Brittannië, ellendig bestaan moet voortsleepen. lyks volmaakter denken kan. Dat
verzekering van de openbare veilig- j Rusland, Oostenrijk-Hongarije, Italië) Zijn groote medegevoel bracht als. kon men verwachten van iemand als
ieid. Hg loochent de hem ten laste en Frankrgk te kennen gegeven dat van zelf mee sterk sympathiseerende heer Loots, die meermalen in dit
gelegde tegenstrijdigheden in de zij geen enkele reden inzien waarom met de liberale, revolutionaire richting,blad andere uitvoeringen besprekende,
lolitiek ten aa nzien der geestelijkheid.zij af zouden wijken van het verzoekdie tegen '4S zich overal in Europa'heeft getoond zijne zaak meester te
Jij heeft indertijd eene bepaling der j van hun ambassadeurs. openbaarde. Weldra sloot D. zioh zijn, en wiens compositiën zioh door
raarborgenwet bestreden, maar thans Te Konstantinopel zyn weer oproe- dan ook aan bij een der vele clubs degelijkheid en naïviteit, maar bovenal
loet zg gehandhaafd en nageleefd rige plakkaten aangeplakt, waarin de en werd, hoewel dit aansluiten allleen door een fijn gevoel en originaliteit
kenmerken. Het zal wel niet noodig
zijn, do uitgevoerde nummers afzon
derlijk te bespreken.
Mevr. C. en de heer Gerard Zak-
man werkten op dit concert mede.
Eerstgenoemde, welke wij enkele
malen met genoegen in de Groote
kerk hadden hooren zingen, en over
wier muzikale talenten wij reeds een
gunstige meening hadden verkregen,
heeft in alle opzichten opnieuw ge
toond eene ^bekwame zangeres te zijn.
Vooral het lieve „Zonnestralen" van
den directeur, werd door haar zeer
schoon gezongen.
De heer Zalsman is bij ons een
goede bekende, die ongetwijfeld een
schoone toekomst tegemoet gaat.
Zgn voordracht en opvatting zgn
uitnemend. Jammer, dat de intonatie
dikwijls te wenschen overliet en dat
wel, zooals we vernemen, tengevolge
van een lichte ongesteldheid. Wij
gelooven, dat het beter zou zijn, om
onder zulke omstandigden niet voor
het publiek op te treden.
Een woord van lof willen we nog
gaarne aan den heer L. brengen voor
zgn keurig accompagnement der
solo-nummers.
Met zelfvoldoening kunnen allen,
die aan dit concert hebben medege
werkt, op hun werk terugzien. X.
Woensdagmiddag deden twee jonge
dames samen inkoopen, toen ze op
eens bemerkten dat zij gevolgd wer
den door een man, dien zij niet ken
den. Wanneer zij een winkel binnen
gingen waohtte ny totdat zy er weder
uitkwamen eD liep haar dan weer na,
zonder iets te zeggen.
De twee jonge meisjes, natuurlijk
me6nende dat de man het op hare
portemonnaies voorzien had, vonden
dit allesbehalve aangenaam en be
sloten ten slotte zich hierover bij de
politie te beklagen. Zij gingen daar
toe het bureau in de Zijlstraat bin
nen en wezen den dienstdoenden in
specteur den man aan, die bedaard
voor het bureau op hen was blijven
waohten. Nu hield men hem daar een
poosje terwijl de beide jonge dames
zich verwijderden. Het was een zekere
M. bewoner van de Zuidpolderstraat.
Om welke reden hij de beide jonge
meisjes aldus gevolgd had, is niet
gebleken. Uit eigen beweging zei hij
dat hij volstrekt geen zakkenroller
was
Eene nieuwigheid.
„Zstl Zstl" klonk het dezer dagen
iemand in de ooren, die kalm in het
Kenaupark liep te wandeleD,
plotseling snorde hem een wielrijder
ten minste een man op een rijwiel
voorbij. Zoowel het metalen ros
als de rijder trokken zijne aandacht.
Meenende dat laatstgenoemde de doffe
Cordang en andere celebriteiten op
het gebied van wiel-racen minachtend
den neus optrekken wijl zy daarop de
kracht hunner kuiten, het uithoudiogs-
vermogen hunner longen, niet kunnen
toonen. Onze wandelaar, die ais hij
iets ziot wat hem vreemd voorkomt,
gaarne wil weten wat hg ziet een
uitstekende stelregel riep den
rijwiel bestuurder toe: stop een oogen-
blik, en toen deze dat niet scheen te
hooren „arrêtez un moment-' (alsof
iemand op eene dergelijke machine
gezeten juist een vreemdeling, niet-
Nederlander, moest zgn) maar de
vaart van het rijwiel vertraagde niet,
zoodat hij met de bevrediging zijner
nieuwsgierigheid moest wachten, tot
dat de rentenierende wielrijder, zooals
wij den berijder kunnen qualificeeren,
na eene ronde in het park te hebben
afgelegd, zgn ros door even een
sohroefje om te draaien, tot stilstand
bracht. Dit ros bleek nu te zgn een
motor-rijwiel, een gewoon safety rij
wiel met luchtbanden, alles zeer ste
vig natuurlijk, met een motor aan
het frame, die met benzine gevoed,
een stang in beweging brengt, als
exoentriekstang werkende op de as
van het achterwiel, wasrdoor dit in
draaiende beweging wordt gebraoht.
Deze machine weegt de kleinigheid van
ruim 70 K.G. De maximale hoeveel
heid benzine, die ze bevat is 7 liier,
die haar in staat stellen ongeveer
300 K. M. aohter elkaar af te leggen.
Wat de voor en de nadeelen van
deze motor-velo's zijn Het voordeel
ligt uatuunyK voor ae nana, aaar
het beslaat in het zich snel kunnen
verplaatsen zonder inspanning van
eemg lichaamsdeel.
Welke de nadeelen zyn Het is
zeer zeker jammer voor den agent
die ze exploiteert in ons land voor
eene fabriek in München, maar bij de
aangekondigde proefrit van Donder
dagmiddag soheen alles er op a>n-
gelegd die nadeelen aan den dag te
brengen.
Onder bizonder groote belangstel
ling en nadat geruimen tijd gewaoht
was het vullen met de gevaarlijke
benzine en het doorgloeien van het
ontvlammingsbuisje vorderen nog al
eenigen tijd nam op het Kenau
park de berijder plaats op zijne ma
chine en na ze met de beenen aan
weerszijden, in eene niet zeer elegan
te houding te hebben moeten voort
duwen zette ze zioh in beweging
maar heel langzaam, zoodat het
eenig8zins lachwekkende feit zioh
voordeed, dat de straatjongens ze
moesten voortduwen om ze in bewe
ging te bouden. Vereoheidene malen
bleef de machine dan ook staan
vooral bij de hoeken. Toen het na
eenigen tijd iets beter ging, had de
man het ongeluk bjj het uitwijken
HHRLö voor een persoon te slippen en kennis
zuchten die hij hoorde, slaakte, sloeg jte nreken m©t den grond,
hij een blik vol bezorgdheid op hem,j Kortom men was dezen dag zoo
welke echter spoedig voor verbazing1 weinig op dreef mot de motor-vélo
plaats maakte bij de ontdekking dat dat eerst werd besloten om de reis naar
niet de man zuchtte maar de maohine de Dreef, zooals die aangekondigd
en dat deze (de man namelijk) niet) was, maar niet voort te zetten. Ge
trapte maar zich, kalm met de beenen lukkig voor de wachtende menigte
voor zioh uitgestrekt en de voeten by de Houtbrug en op den Dreef
op voetrusten geplaatst, voortbewoog, toonde de velo zich beter in hare
Het was dus een rijwiel door mecha- kracht en van veel gunstiger zijde,
nisohe kracht bewogen een rijwiel,toen de Kinderhuis vest en Wilhelmina-
waarvoor Jaap Eden, Kees Witteveen, straat langs werd gereden. Ook daar
Naar het fransch
ETIENNE ENAULT.
HOOFDSTUK X.
33)
„Blijkbaar was mijn denkvermogen in de war," merkte
j op, „en meende ik zonderlinge, onmogelijke gelui
den te hooren. Maar ik ben nu goddank weer kalm en
zal niet meer onder den invloed van die grillen der
verbeelding komen."
Na. deze woorden verliet hij de kamer en zocht Camille
op, die op hem wachtte om aan tafel te gaan.
Het was een vroolijk middagmaal. Verheugd over
haar terugkeer in Bretagnè straalde de jonge vrouw van
vreugde. Bamalec, die zijn wijn sec dronk en nog al
dikwijls zijn glas opnieuw vulde, betoonde zich vroolijk
en luidruchtig. Wat Maxime betreft, hij gevoelde zich
imH van cfent en bevriid van alle beklem-
vuurwerk liet schitteren. Het sloeg acht uur toen de tafel
werd opgeheven. Het was een zaohte, liefelijke avond
de maan scheen heerlijk en onder den invloed van de be-
toovering vm dezen avond vergaten Maxime en Camille de
vermoeienissen der reis en besloten eene wandeling in
het park te maken. Bamalec volgde heD, hoewel hij
maar zeer weinig gevoelig was voor de p ëtische in
drukken van den avond. Maar behalve, dat hij steeds
volle aandacht wijdde aan wat rijk was, schepte hij er
werkelijk behagen in het geluk der jonge echtgenooien
te aanschouwen.
In den beginne werd onder de wandeling het gesprek
niet afgebroken. Camille vroeg of er nog iets bizonders
in den omtrek was voorgevallen.
„O zeker!" antwoordde Bamalec, „er zijn integendeel
zonderlinge dingen gebeurd sedert je afwezigheid."
„Zool" zeide Maxime en glimlachte,„heeftmisschien
de duivel hier iets van zich doen hooren
„Nog veel erger, of beterantwoordde Bamalec.
„Och kom 1"
„Zeker, want er zijn wel menschen die nog gevaarlij
ker zijn."
„Vader heeft gelijkdie twee schelmen bijvoorbeeld,
die wij op „les Ravines" hebben gehad, kunnen wel
onder deze categorie worden gerangschikt."
„Juist, het betreft hen," zeide Bamalec,
„Wat hebben die bandieten dan gedaan?"
„Vertel ons dat eens," zeide Maxime en werd ernstig
„dat moet inderdaad iets bizonders zijn.
„Ten eerste is het hun gelakt uit de gevangenis te
Morlaix te vluchten, wasr zij waren opgesloten."
„En ik ook," voegde Cimille er bij.
„Na zich eenige dagen in den omtrek op het land ver
borgen gehouden en zich zoodoende aan alle nasporin
gen onttrokken te hebben, zijn zij op een avond naar
Rorcoff gegaan, waarschijnlijk met het plan om zich
daar in te schepen. Toen zij reeds dicht bij de stad
waren, zagen zij een man op een zijpad loopen, dien
terugkeerde van eene boerderij en den hoofdweg weer
opzocht. Zij herkenden en volgen hem. Die man was
Martin Scaë\
„O, de ongelukkige!" zeide Camille.
„Het is waar, dat hij een vreeselijk oogenblik moet
bebben doorstaan als hij die schavuiten in handen
is gevalleD," zeide Maxime.
Hij is hun niet ontsnapt," vervolgde Bamalec. „Wel-
dra vielen zij hem aan, propten hem den mond met een
zakdoek en sleepten hem diep in het kreupelhout.
Da r doorzochten zij zijne zakken en vonden slechts
sleutels. Maar deze sleutels hebben een eigenaardigen
vorm, die de bestemming aanduidt. Het zgn stellig sleu
tels van een geldkist. Zij steken ze bij zich, binden
vervolgens hun slachtoffer aan een boom en vervolgen
hunne reis naar Roscoff.
„Dus zij hebben hem gelukkig niet vermoord," fluis
terde Cacnille.
„Maar waarschijnlijk wel bestolen," zeide Maxime.
„Ja, te Roscuff hebben zij zioh zijne woning laten
aanwijzen, zijn bediende vermoord en ongeveer hónderd
duizend francs uit zijn kas gestolen. Dat heeft hij zelf
den volgenden morgen kunnen zien, want eerst dien
volgenden morgen werd hij door een boschwachter ont
was va-tgemaakt."
„Die diefstal zal hem wel ziek gemaakt hebben 1"
merkte Maxime op ia een toon, waarin eenige ironie
lag opgesloten.
„Zoo ernstig, dat die zgn dood tengevolge heeft ge
had," antwoordde Bamalec.
Deze onverwachte mededeeling deed Maxime en Ca
mille verstommen,
Verwondert u dat vervolgde de verteller. „Dat vind
ik niet meer dan natuurlijk. Ik herinner mij zelfs Mar
tin Scaër te hebben voorspeld, dat hij een dergelijk en
dood zou sterven."
,Dat was scherts van u vader."
.Ongetwijfeld, maar op die wyze worden de meeste
waarheden verteld Iu
„En weet men ook, wat er van die twee schavuiien
geworden is?-' vroeg Maxime.
„Men heeft niets van hen gehoord. Men vermoedt,
dat zij aan boord van een visscherspink hebben weten
te komen, die ben naar Jersey, Guernsey of misschien
wel naar Engeland heeft gebracht."
„Dus zij zijn aan de menschelijke gerechtigheid ont-
Bnapt," zeide Camille, „en nu zij rijk zijn door het be
zit van die honderdduizend francs, kunnen zij als tij
dat willen voortaan kalm en gelukkig in den vreem
de leven. Als men dat {bedenkt stemt het iemand
droevig."
„Ja, maar dat is vrijwel onmogelijk."
„Waarom rader
„Omdat dergelijke misdadigers langs eene helling rol
len, die vroeger of later eensklaps afbreekt bij een galg