Tweede UIFLU NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. i. c. FEUILLETON. De stem van het geweten. I3e Jaargacg AARL Donderdag 12 December 1895 No. 819 Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeentel, per 3 maanden„1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden„1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 de omstreken en franco per post0.37T2 ADVEH/TEHSTTIBNT Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letteis naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentién worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicilé Êtmngère G. L. DAÜBE Co. JOHN F. JONESSucc., Parijs 3Ibis Foute,ur<j Mc Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bteemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKES; ^paarndam, C. HARTENDORP; Zandvoort, J. ZWEMMER; Velsen, L. VENUS; IJmuidenJ. .T. TJADEN; BeverwijkH. JUNGERIE, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.- iV L BILJETTEN voor Veilingen en Aanbestedingen, voorFeestelSJk- beden, Concoursen etc a«n men ter StooBdruhker|| vri. rise Bled tot hoogst billijken pit|S letcn Irukken. Meuwste Lettersoorten. Rpoe- lige aflevering. De Directeur Uitgever Politiek Overzicht. De zoogenaamde onthullingen die n een dee! der fransche pers zouden rorden gedaan over den president der republiek Felix Faure, blijken niets mders te zijn dan een slag in de lucht, lladen van verschillende richting als Figaro, MatinPetite Republique enz. ;ijn er mee voor den dag gekomen r wat zij vermelden is van dien aard, lat het slechts geschikt is om de po- Hilariteit, die de heer Faure over het ilgemeen bez:t, nog te versterken. Wijlen de schoonvader van den 'resident, zoo wordt dan ook gezegd, s wegens strafwaardige handelingen n zijn betrekking van procureur ge ïfeegd, bij verstek (hy had do vlucht enomen). tot tien jaar dwangarbeid eroordeeld. Dit is gebeurd in 1811, teven maanden voor de geboorte van oaar die thans mevrouw Faure heet. Mevrouw Belluot had scheiding ver kregen en bij het overlijden van den (rader in '48 had de familieraad uit naam van het kind de opengevallen nalatenschap verworpen. Felix Faure heeft mejuffrouw Belluot in '65 zon der huwelijksgift getrouwd. Het bericht dat de Italiaansche troepen op de grens van Eritrea door ie Sjoanen overvallen en ia de pan gehakt zijn, heeft in Italië begrijpe lijkerwijs diepe verslagenheid teweeg gebracht. Ofschoon geen wanbeleid aan generaal Baratieri wordt verwe j !en, erkent men toch dal de voorpos-1 jendienst bij de voorhoede alles te 3 onderofficieren en 300 soldaten ont kwamen en werden opgenomen door generaal Arimondi die tusschen Amba- Alagi ot Ambalagi (waar hetgeveoht plaats had) en Makaleh positie nam en den vijand eemgen tijd tegenhield, waarna hy in de grootste orde op laatstgenoemde plaats terugtrok. Makaleh kan het, naar men zegt, maanden lang uithouden. Maar men zegt ook dat het leger van den Negus niet voornemens is, zich voor dien versterkten post op te houden, maar naar Adigrat doortrekt. Baratieri rukt zoo spoedig mogelijk op die plaats aan. In de Italiaansche kamer moet het Maandag *al heel. vreemd zyn toege gaan. Den afgevaardigde Imbriani ward door een journalist op de tribune luidkeels toegeschreeuwdGy zijt geen Italiaan, waarop natuurlijk een geweldig rumoer ontstood-S De voor zitter had de grootste moeite om te beletten dat meer over de Afrikaan- sche aangelegenheden gesproken werd dan goed kon zijn, maar daar er niet veel leden tegenwoordig wa ren, gelukte het hem een eind te maken aan het incident. Crispi was wegens ongesteldheid afwezig. De ministerraad heeft reeds bevel egeven om 40G0 man naar Afrika te zenden, met artillerie en ammunitie. De mansohappen zullen zoo spoedig mogelijk te Napels worden inge scheept. Ook wordt nog gemeld, dat de Sjoanen zelf ook aanzienlijke verliezen hebben geleden, welke worden geschat op 3000 man aan dooden en gekwetsten. Volgens de „Italia Militare" gaan er drie bataljons en twee batterijen naar Afrika. Vilgens de „Opinione Liberale" hebben de Italianen ook Adoea ont ruimd en trekken zij zich op Adigrat samen. In de zitting van Dinsdag gaven verschillende afgevaard:gden hun wensch te kennen de regeering over den toestand in Afrika te mogen interpelleeren, Deze interpellaties zullen in verband met Crispi's ziekte niet voor Zaterdag worden gehouden In den duitschen Rijksdag heeft de rijkskanselier Dinsdag ontkend, dat de regeering niet eenstemmig was, wat Kardorff den vorigen dag had verklaard. In zijn levendig toegejuichte rede penschen overgelaten moet hebben, J verklaarde hy o. a. dat een krachtig hu het mogelijk was dat een vijande- optredea der regeering eigenlijk (ijk leger van 20,000 man de Italiaan-slechts mogelijk was met een Rijks- lelie voorhoede insloot en dat terwijl dag die eene aaneengesloten meerder den ras Makonnen allerminst ver-j beid bezat. (rouwde! Toch zou de regeering voortgaan, Men meldt nu uit Massowah dat j rust en welgesteldheid te bevorderen, jeneraal Arimondi reeds herhaaldelijk de aanwezige gevaren tegemoetgaan, Drders had gegeven aan majoor To (woelingen, die op de verwoesting van selli om terug te trekken, maar deze,den staat en de maatschappelijke bevelen schijnen den majoor niet Dereikt te hebben. Het geheele Sjoaan- iche leger viel toen op de troepen van 3en majoor aan, die 1500 man bij zich orde gericht waren, bestrijden. Moes ten de bestaande wetten toegepast worden om de maatschappij te be schermen en beklaagden zich de aad, waaronder 20 Italiaansche olfioie sociaal-democraten daarover, zij drce •en en 40 Italiaansche onderofficieren. gen daaraan zelf de schuld, wier pers Jet bataillon werd ingesloten en neer-1 over het Duitsche volk hoon en spot ïehouwen of gevangen genomen.uitstortte, o. a. bij de nationale Tweeduizend geweren, een batterij j overwinningsfeesten. Dat had diep Jerggeschut (dat echter door de inland-getroffen. Men moest niet vergeten, iche troepen vernageld was), veel .dat aan iniet weinigen de toekomst- krijgsvoorraad, levensmiddelen, enz. [staat niet als een rechtstaat maar rielen den Sjoanen in handen. Sleohts i als een roofstaat voor oogen zweefde. Als de jregeerirg nu de teugels strafier aanhaalde, dan was zij diiarbij van de gevoelens van alle welgezinde Duit echers verzekerd. Eindelijk heelt de sultan van Turkije toegegeven en is hij voor den drang der vereenigde mogendheden bezwe ken. Diasdagavond heelt een iradé uitgevaardigd, waarbij aan de vreemde wachtschepen verlof wordt gegeven de Dardenellen binnen te varen. In het oostenrijksche Huis van afgevaardigden heeft Badeni Dinsdag een warme lofspraak op Taaffe houden. Verder verzekerde de mi nister, dat de regeering hare hoogste taak zag in het bewaren van den vrede (usschen de verschillende na tionaliteiten. Het kieswetsontwerp zal. hoewel het al uitgewerkt is, eerst in Februari ingediend worden. Het oogenblik is nu voor de behandeling niet geschikt. Het ontbreekt aan tijd. Volgens een telegram uit Havana aan de Liberal zijn de opstandelingen op Cuba de provincie Matanzas, grenzende aan Havana, binnenge drongen en verbieden zij er op straffe des doods het binnenhalen van den suikeroogst. STADSNIEUWS eerste en derde pagina. Haarlem, 11 December. Dinsdagavond hield de heer W. van Nes de door ons aangekondigde letterkundige voordracht in de boven zaal der sociëteit „Vereeniging". Jammer dat slechts een twintigtal personen blijk van hunne belang stelling gaven. Zij die er niet geweest zijn, hebben een waar genot moeten missen. Als letterkundig redenaar amuseerde de heer Van Ne3 zyn auditorium, dat hem in gespannen aandacht volgde, uitstekend. Op gezellige, natuurlijke wijze liet de heer Van Nes zijn held, Heinrioh Willemsen zijn levensgeschiedenis, die in velen opzichten merkwaardig mag heeten, verhalen. Heinrioh Wil lemsen mag met recht een Amster- damsche type genoemd worden. Meesterlijk wordt in dit verhaal het leven van den handelaar in het begin der 28 heitt onzer eeuw ge- sohetst en aangetoond, hoe deze wel aan poliitiek deed, doch zich uit het politieke leven terugtrok, zoodra de handel er gevaar onder zou loopen. Een luid applaus was de welverdiende dank van het auditorium. De heer Van Nes zoide ons, dat dit door hemzelf g schreven verhaal zal verschijnen in eene serie van boekjes getiteld„Bibliotheek voor de huiskamer, portretten naar het leven." Het eerste deeltje van deze biblio theek, een boekje van 95 bladzijden is reeds verschenen. Het is getiteld „Willem JanBen" en voorzien van 4 illustraties van de hand Van den zoon van den schrijver. In onderhoudenden trant geschre ven zal dit werkje ongetwijfeld zyn weg vinden en gelezen worden door allen die van degelijke leotuur hou- don. De schrijver stelt zich voor, wat door elk weldenkende op prijs zal worden gesteld, door zijne werkjes het huiselijk leven te doen ontwaken uit den doodslaap, waarin het gedom peld schijnt. Zy zullen zioh kenmer ken door reinheid van inhoud, zuiver heid van taal en eenvoudigheid van stijl." Ned Ver-tot afsch. v. sterken drank- Dinsdagavond hield de Nederl Ver: tot Afschaffing van Sterken Drank, Afd. Haarlem een openbare vergadering in het gebcuw der My tot Nut van 't Algemeen, waarbij als spreekster optrad Mevr. J. U. L. Flothuis van Dommele, met hel on derwerp .,De vrouw en de drank bestrijding." Na een inleidend woord van den heer W. L. Schram Azo., waarin hij als een verblijdend teeken des tijds er op wees hoe het al luider wordt uitgesproken, dat hervormingen op maatschappelijk en geestelyk gebied door drankgebruik worden tegenge houden, betrad Mevr. Flothuis het spreekgestoelte, om met een hel dere, sympathieke stem. vaak niet zonder gloed en bezieling, haar on derwerp te behandelen. Veel, zeide spreekster, wordt van de vrouw bij de bestrijding van het drankgebruik verwacht. I* ze physiek zwakker dan de man, ze zal door energie het menschdom vaak veel meer van dienst kunnen bewijzen dan mannen m8t zware hersenen. Veel wordt van do vrouw verwach*, omdat zij het is die het meest lijdt bij het misbruik van sterken drank. Als de man zich in de kroeg bevindt, terwijl tehuis de maaltijd wacht, te huis ko mende op alles aanmerking maakt, de kinde.en onverdiend kastijdt, en a!s hij straks zijn roes uitslaapt, een bange stilte in huis heerscht, als bij des Maandags door drankmis bruik met gekneusde ledematen wordt te huis gebracht, of ook van rijn weekloon twee derde verdrinkt|en de vrouw van hei overige een derde de geheele we k moet huishouden. Als cte j mgeling door drank verhit, ver keerde stappan dort wie lijdt dan het meest De vrouw, de moeder G lukkig is drankgewoonte onder de vrouwen nog zeldzaam. Toch kooit zelfs bij ontwikkelde vrouwen voor. Spreekster noemde hiervan enkele treurige feiten. Daarom zeide, ze, is de vrouw het meest geroepen tot den strijd tegen de drankgewoon ten. Wel wordt er veel tegen het op treden der vrouw aangevoerd, en staat haar veel in den weg. Allereerst haar afhankelijke positie. Zy mag volgens veler meening geen lid zyn eener vereeniging. Dat is alleen voor den man. Zij mag alleen tehuis broekjes maken voor liefda digheidsinstellingen of bijbels uitrei ken. Toch gaan wij ook hierin voor uit. De tijd is voorby dat de vrouw een brief teekende „Uw onderdanige vrouw", of de kerk vroeg„heeft de vrouw een ziel", maar is het geen schande dat zij die de schoone roe ping heeft kinderen op te voeden, niet zelve lichamelijk en zedelijk een betere opvoeding geniet? Ook staat haar in den weg de weinige bekendheid met de tegen woordige drankbestrijding en de ge volgen ook van het matig drankge bruik. Die gevolgen werdeD door de spreekster met sombere kleuren ge schetst, en onder anderen hoe matig drankgebruik het vermogen tot con trole over ons oordeel aantast, geen geestelijko opwekking te weeg brengt, maar onzen geest doet inzinken, ja hoe matig gebruik door de vrouw, het kind waarvan zij moeder zal worden, reeds voor de geboorte ver- giftigt. En als de vrouw dat alles nu weet, aldus eindigde spreekster, dan zal zij zich niet alleen van alle gebruik onthouden, maar zelf mededoen aan den strijd tegen den Alcohol. Dan zal ze ook hare kinderen vroegtijdig met het kwaad bekend maken. Maar ze zal meer doen. Voor de vooruitstrevende vrouw is hiermede haar taak niet afgedaan, maar doende wat haar hand vindt te doen, zal zy arbeiden voor de vry- making der vrouw opdat ze recht streeks aan den strijd zal kunnen deelnemen en zoolang wij nog geen drankwetten hebben als in Amerika, al haar invloed aanwenden tot ver krijging van Kiesreoht en van een wet die echtscheiding wegens drank misbruik mogelijk maakt. Bij het hierop volgend debat steldo de heer Stroocloeck voor deze lezing toe te zenden aan den Staat, om hem in kennis te stellen met het kwaad dat zij in de hand werkt. Mevr. Flothuis verwachtte daar niet veel van. Voor een verbod der regeering is ons volk nog niet rijp. Dat zou zoolang ons volk niet van het kwaad doordrongen is, oproer verwekken. De heer Sohram zeide dat een wet uit het hart en den geest van het volk moet voorkomen. Het volk is de Staat, wij moeten „doen door laten." De heer Schout is het niet eens met mevr. Flothuis. Wij moeten be strijden wat naar onze overtuiging het verderf van het volk is, wat ook de gevolgen zyn. Komt daardoor oproer, dan hebben wij onzen plicht Nadat mevr Flothuis den heer| Schout nog heeft beantwoord en de heer Schram nog heeft opgemerkt dat alle vrucht een tijd van groeien moet hebben, terwijl, al was er een drank wet als de heer Sohout bedoelde, er nog geen inannen zouden gevonden worden om haar uit te voeren, sluit de voorzitter de heer Schram met een woord van dank aan de spreekster, de, vooral door dames, goed bezochte vergadering. Vel8en. In de plaats van den heer Hoekstra die naar Haarlem vertrokken is, werd in de vergadering van het Departe ment Velsen der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen tot bestuurslid gekozen de heer W. A. P. F. L Bakker, die als secretaris van dit Departement zal optreden in plaats van den heer J van der Hoeve, die de betrekking van penningmeester van den heer Hoekstia zal overnemen. IJmuiden. Een onbekend heer deed Zondag middag onderzoek met hoeveel per sonen de reddingboot bemand was geweest en toen men medegedeeld had van elf steide hij den schipper dier boot f55 ter hand, dus f5 voor eiken man. Men meldt ons uit Zandvoort Dinsdagmiddag om half twee had de openbare aanbesteding plaats van het lossen der lading en het bergen der tuigage en proviand van het ge strande barkschip Forsele, door den heer Steijger, als vertegenwoordiger van den kapitein. Iagekomen waren drie biljetten die echter, hoewel de aanbesteding in het openbaar zou plaats hebben, niet in het bijzijn der insohrijvers werden geopend en voorgelezen, wat de on tevredenheid der aanwezigen opwekte. Nadat bovengenoemde heer Steijger zich met de hoeren Schuitenmaker uit IJmuiden en Karstens verwijderd had en daarna do biljetten geopend had, werd aan het publiek mede- deeling gedaan, dat de heer W. H. van Konynenburg uit Noordwijk de laagste inschryver was, die verzocht werd by bovengemelde heeren te komen. Op eene vraag voor hoeveel de heer v. Konynenburg aannemer was geworden, weigerde arnvankelyk de heer S. zulks te zeggen. Later deel den de heeren Sobuitenmaker en Karstens mede, dat was ingeschre ven door J. van Duivenboden te Zandvoort voor 243/1 pCt. voor het bergen der lading en 50 pCt. voor het bergen der tuigage en van het proviand M. Teekman te Zandvoort voor 26 pCt voor het bergen der lading en voor 20 pCt. voor het bergen der tuigageen W. H. v. Konynenburg te Noord- wijk voor 25 pCt. voor het bergen der lading en tuigage. Hoewel de aanbesteding in tweëen zou geschieden (lading en tuigage met proviand ieder afzonderlijk) en aan de laagste inschry vers de werken gegund zouden worden, zoo is on danks dat. den heer v. K. alles ge gund. Dat de Zandvoorters over de wijze van handelen by de z g. open bare aanbesteding niet zeer tevreden waren, is licht te begrypen. Te Aalsmeer is voor het jaar 1S96 met de armen practijk belast Dr. Wijs man aldaar. De raad der gemeente Alkemade heeft de tractementen der ouderwij zers vastgesteld op f 600, behoudens voor hen die nu reeds meer genieten. BINNENLAND, Parlementaire Praatjes. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft zyn eerste échec geleden. Hy had voorgesteld om de door het vei trek -an het garnizoen uit Grave vrijgekomen militaire gebouwen te bestemmen tot een Rijkskrankzinni- gengestioht voor rustige lijders, waar het stelsel van prisons-asiles kon Naar het franach van ETIENNE ENAULT. HOOFDSTUK XII. li) i „Doet u maar open u moogt de deurtjes open zet ten om ze vrijheid te geven." Camille wierp een laatsten blik op de bekoorlijke ge vangenen, duwde vervolgens de beide deurtjes van ijzer- Iraad naar boven en deed eenige schreden achteruit om Ie vogels gelegenheid te geven om te vluchten. Deze schenen eerst eenigszins verbaasd te bemerken, lat er eene opening was, waardoor zij konden vluchten. De verbazing werd spoedig door groote vreugde gevolgd, m merele, roodborstjes, meesjes, tortelduiven en win- ;erkoninkjes wilden van dezen uitgang gebruik maken. D? vlugsten en stoutmoedigsten vlogen het eerst weg, ie "anderen volgden zonder overhaasting. En gedurende tAnioP mïTïll for) arc a 3a 1 nnl, »ftn3 Am Pamïl la 4 r. tanïna ten Simpiice vervuld met vleugelklappen j en vroolijk getjilp; eene treffende sy.nphonie die uitstekend de liel le vcor ruimte en vrijheid weergaf. „Laten wij nu aan de slachtoffers van den brand den ken," zeide Antonice. „Wij moeten om de vogels de menschen niet vergeten." „Je zult dus heden twee goede dadon verrichten," zeide Camille. „Stemt je dat niet gelukkig „Zeker. Wanneer gaan wij er heen „Over een kwartiertje op zijn laatst." Vervolgens wendde zij zich tot Simpiice: „Beste jongen, wil je even gaan zeggen, dat de kalè3 moet voorkomen „De kales voorkomen," herhaalde hij in gedach ten. „O ja ja, ik zal gaan." Ea zeer verheugd, dat hij van dienst kon zijn, liep hij het grasperk over, niet zonder verscheidene malen om te kijken naar Antonine, die hem uit de verte bleef toelachen. Toen hij verdwenen was, verdiepte zij zich een oogen blik in gedachten en riep eensklaps uit „Neeü. ik vergis mij niet! het is opvallend 1" „Wat?' vroeg Camüle. „Het verwondert mij, dat men het hier nog niet heeft opgemerkt," vervolgde de jonge weduwe en vestig de haar blik op het gelaat van hare vriendin. „Maar vertel mij eens waar je het over hebt „Wel, ik dacht aan de gelijkenis tusschen jou en Simpiice." „Zoo, vindt je dat ook „Is die opmerking dan al meer gemaakt?" en mijzelf maar wij zijn er nooit bij blijven stil staan." „Dezeltde zuivere trekkeD, dezelfde uitdrukking van gelaat, eenigszins dezelfde gelaatskleur ea bovendien Maar misschien heb je dat zeil notfit opgemerkt? „Wat dan „Wat ik heb zooeven getieD, dat Simpiice bij het be gin van zijn hals met twee gitzwaite teekens gemerkt ie, en onder de kant van je kraag kan ik duidelijk de zelfde teekens onderscheiden." „Dat heb ik nooit gezien," zeide Camille, zeer ont roerd. „Weet je wel zeker, dat dit zoo is." „Ja, zeker. Bovendien kan je jezelf er van overtuigen. Maar waarom doet dat je zoo ontroeren „Ten eerste zal je moeten toestemmen dat die gril van het lot zoo 2 onderling is, dat ze indruk op mij moet maken. Bovendien „Bovendien Ga voort." Maar Camille antwoordde niet. Zij bewoog zich niet en scheen in diep nadenken verzonken. „Waaraan denk je toch?" vroeg Antonine haar. „Je veronderstelt toch zeker niet, dat Simpiice ie bloedver want, je broer is?" Camille ontwaakte uit haar gepeins. „Integendeel," zeide zij, „ik begin het juist te geloo- ven. Als je wist „Wat dan?" „Je moet dan weten, dat mijnheer Bamalec mijn va der eigenlijk niet is," antwoordde Camille met zachte stem. „Ik ben als kind op den weg gevonden, nu twaalf jaar geleden. Mynheer Bamalec heeft zich over mij er- „Dat is eene zonderlinge geschiedenis." mompelde Antonine verbaasd. „Wie heelt dat gezegd?" „Mijnheer Bima'ec zelf, in een vlaag van toorn." „Dus zeker een uitvindsel van zijne woede." „Neen. Ik kon mij niet vergissen omtrent de waar heid." „Maar hoe mark je daaruit de gevolgtrekking, dat Simpiice misschien je broeder is?-' „Ik vergelijk de data en kom daa tot de ontdekking dat de arme jongen in een afgrond is gevonden door mijnheer Jean Tiéhouart in denzelfden tijd toen mijnheer Bamalec mij tot zich nam." Een glans van vreugde straalde uit Antonine's oogen. „Goede hemel riep zij uit, „als hij je broeder was, wat zou ik dan veel van hem houden 1" „Lieve Antonine lu „Maar hoe zal je een bewijs kunnen vinden voor je veronderstelling „Dat weet ik niet." „Dat is toch ergerlijk." „God zal mij helpen." „Daarvoor zal ik van ganscher harte bidden." „Sstl" zeide Camille, „daar komt iemand." Een bedi?nde kwam mededeelen, dat het rijtuig ge reed was. De twee jonge vrouwen staken het grasveld over toen zij Simpiice zagen, bezig met bloemen pluk ken. Camille riep hem. Hij snelde toe met de handen vol camelia's en dahlia's. Zij legde hare beide handen op zijn schouder en keek hem zoo doordringend in de oogen, dat de arme idioot er verlegen door werd en zijn blik wilde

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 1