i
woordigd door Van Spouren en goed
vertegenwoordigd. De vermoeiende
rol van dezen colporteur van aohter-
klap en ongelooflijk vruohtbaren on
ruststrooier werd zeer vlug en vlot
en met vrijwat komisohe kracht voor
gedragen. Bern viel dan ook de eer
van een terugroeping bij open doek
te beurt. Veel behagen schiepen de
talryke aanwezigen ook in de aardig
heden van den traditioneelen kneoht,
die gewoonlyk de spreektrompet is
voor de grappen, die de auteur van
een stuk een van de anderen niet kan
laten zeggen en die hy tooh kwijt
moet.
Er zyn er die Van Mauriks gaven
als tooneelschrijver niet bijster hoog
aanslaan en menige scèue in „Men
zegt" is koren op hun molen. Wanneer
de heer Van Maurik den luimigen
toon laat varen, wordt hij wel eens
zwaar op de band en het derde bedrijf
is daar een bewijs van.
Nu wij tooh over het derdo bedrijf
spreken, is een woord van lof over
de regie op zijn plaats. Het tooneel
was doorloopend zeer goed aange
kleed.
Om te resumeerenMen zegt, d«t
Cremer opnieuw getoond heeft te zijn
een gezelsohap van ernstig willende
dilettanten, en deze „men" zijn nn
niet de onziohtbare, ongrijpbare laste
raars en kwaadsprekers uit Van
Mauriks tooneelstuk, maar de toe
hoorders van gisteren en de vrienden
van Cremer, waartoe ook wy wensohen
gerekend te worden.
Arrondissements-Rechttank
Zitting van heden 9 Januari 1896.
Heden is de reeks van misdadigers
en overtreders voor het jaar 1896
weer begonnen te verschijnen voor
de Rechtbank alhier. Ze zullen helaas,
dit jaar evenals het vorige, weer aan
ons oog voorbijtrekken de misdadi
gers uit luiheid, uit drankzucht, uit
boosheid, mannen, vrouwen, ja kin
deren.
'tls waar, niet al die zaken hebben
geboren misdadigers tot held. Zoo
heeft bijvoorbeeld Jozef Hangjas den
9den September Betje de Vries, huis
vrouw van Van Dijk, weliswaar met
een stokslag den linker onderarm
stukgeslagen, maar de vraag is of hij
het wel zoo erg bedoel ie en boven
dien had deze Betje de Vries hem
eprst geslagen. Vandaar dat ook deze
Betje die als beroep opgaf voorma
lig zangeres," terechtstond wegens
mishandeling. Tegen haar vroeg de
ambtenair van O. M. veertien dagen,
maar tegen Hangjas veroordeeling
voor twee maanden.
Een hoogst eenvoudige overtreding
vormde de kern van de volgende zaak.
De heer L. M. J. Iuamink, inzenieur-
admin. der Noord Zuidh. Stoomtram-
weg-Maatsohappij en haar vertegen
woordigende, was in hooger beroep
gekomen van een vonnis van den
kantonrechter te Haarlemmermeer,
waarbij hy werd veroordeeld tot twee
boeten van 50 cents, wegens het laten
uitrijden uit de remise te Hillegom
van eeu trein, die niet werd vooraf
gegaan door een man met een witte
vlag, zooals in de gemeentelijke po
litieverordening werd voorgeschreven
en voorts omdat hij in dezelfde quali-
teit op een zijspoor los3e wagens
onbeheerd heeft laten staan.
Gedaagde heeft tegen dat vonnis
appèl aangeteekend en dit appèl werd
nu behandeld. De heer Immink voerde
als verdediging het betoog, dat wegens
het Provinciaal Reglement op de
wegen de gemeentelyke pol tieveror-
■dening buiten werking is gesteld en
dat door bedoeld Reglement alleen
aan de gemeente wordt overgelaten
nadere bepalingen te maken omtrent
de snelheid van de treinen.
De ambtenaar van het O.M., deed op
merken, dat deze zaak eenigszins
in overleg met den gedaagde is
ingesteld. Spreker requireerde wegens
eene onjuistheid in het vonnis, de
vernietiging daarvan en veroordee
ling van den gedaagde tot twee boe i
ten ad 59 oents, op grond o. a. van j
een vonnis der Arr. Rechtbank te
's Gravenhage inzake een dergelijk j
geval te Voorburg, waarbij deze recht
bank oordeelde, dat het Prov.
Reglement geenszins de bevoegdheid
van de gemeente uitsluit, om op het j
verkeer van stoomtrams in de ge
meente zulke bepalingen te maken J
als met het oog op plaatse'yke be-
hoef ea noodig is.
De heer Immink werd verdedigd
door Mr. Th. de Haan Hugenholtz,
die uitvoerig het verweer van zijn
cliënt tceliohtte en betoogde, dat de
kantonrechter niet alleen bevoegd,
maar ook verplicht was te onder
zoeken in hoeverre de plaatselijke
wetgever het recht had, die bepalingen
te maken.
Voorts werd, evenals by eers'e in
stantie, een dubium opgeworpen om
trent de aansprakelijkheid van den
ingenieur-administrateur en ten slotte
conoludeerde pleiter tot het buiten
rechtsvervolging stellen van den ge
daagde.
Uitspraak over 14 dagen.
De volgende zaak was die van
Gerardus Verver, slager te Westzaan,
die terwyl de burgemeester van As
sendelft, de heer K. Cz. de Boer
(tevens lid van de 2de Kamer en van
Prov. Staten) in zijne gemeente sur-
veilleerende was, tot hem heeft gezegd:
„Wat wil jij hier We hebben hier
verklikkers genoeg, leelijke boer! Of
jij de burgemeester bent kan mij
niets
De man was dronken gew Bh- Hij
was ihans niet verschenen en gere-
qnireerd werd een gevangenisstraf
voor den tijd van een maand.
BINNENLAND,
Hofberichten.
H. H. M. M. de Koninginnen en
prinses Elisabeth van Waldeck en
Pyrmont woonden Woensdagavond
het Diligentia-cenoert in het Gebouw
voor Kunsten en Wetenschappen te
's Gravenhage bij.
H. M. de Koningin-Regentes heeft
laten vragen naar den toestand van
de slachtoffers van den brand op
Donderdag te VJissingen. Op het
antwoord zond H. M. aan den Bur
gemeester een bedrag van f 60 om
dit ten bato van het gezin B. aan te
wenden. Bij den brand verloren toch
de ouders niet alleen hun kinderen
maar ook alles wat zij bezaten. Niets
was geassureerd en niets kon gered
worden.
Bij kor. besluit is benoemd tut rid
der in de orde van den Nederland-
schen Leeuw H. van de Wetering,
aartsbisschop van Utrecht.
Lombok-kruisen.
In aansluiting aan het bericht, dat
de Lombok-kruisen aan de rechtheb
benden zijn toegezonden, verneemt
het Vadvan betrouwbare zijde, dat
verschillende officieren en stellig ook
een groot aantal minderen, die aan
de eerste expeditie hebben deelgeno
men, hun kruis niet ontvingen, om
de eenvoudige reden, dat hun naam
niet voorkwam op de uit Indië ge
zonden lijsten.
Eene grensregeling.
De regeering heeft een wetsont
werp ingediend tot grensverandering
tusschen Leiden eenerzijds en Lei
derdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude
anderzijds. Daarbij is hetzelfde be
ginsel gevolgd als aangenomen is
voor de grensverandering van Am
sterdam. Öedert tal van jaren onder
vindt Leiden de bezwaren van hel
ontoereikende van haar gemeentelijk
terrein en worden hare natuurlijke
ontwikkeling en groei daardoor be
lemmerd.
Verscheidene Leidsche inrichtingen
zijn reeds thans buiten de gemeente
gevestigd. Tal van gemeente-ambte
naren, onderwijzers, offioieren hebben
zich naar de grensgemeente ver
plaatst, evenzoo een groot aantal
studenten, ja zelfs hoogleeraren. De
uitvoering der Rykswerken kan
beter in Leiden dan in de landelijke
gemeenten geschieden en voor den
dienst van de posteryen en telegrafen
iB reeds eene indeeling gevolgd, die
van de gemeentelyke afwijkt.
Aan de gemeente Leiden zullen,
volgens het ingediende voorstel, wor
den toegevoegd respectievelijk 97,85
en 140 Hectaren, thans behoorende
tot het grondgebied van Leiderdorp,
Oegstgeest, en Zoeterwoude, bewoond
door respectievelijk 2765, 1S28 en
2755 personen, waaronder respectie
velijk 191, 181 en 329 kiezers.
De omschrijving van het gebied,
dat bij Leiden zal worden gevoegd,
is opgemaakt overeenkomstig het
advies van Ged. Staten van Zuid-
Holland, behoudens de aanhechting,
volgens den wensoh van Leiden, van
een strook grond aan de overzijde
van den spoorweg naar Haarlem.
Overeenkomstig het voorstel van
Ged. Staten wordt geen uitkeering
als schadevergoeding toegekend
doch uitdrukkelijk is bepaald, dat
geen verandering wordt gebracht in
de uitkeering van het fixum voor het
personeel, waardoor aan de lande
lijke gemeenten geen verlies maar
veeleer voordeel ^ordt toegekend.
Ontbinding van den Raad van
Zoeterwoude zal niet noodig zijn,
dewijl het aantal Raadsleden aldaar,
niet gelijk te Leiderdorp en te Oegst
geest, eene vermindering zal behoe
ven te ondergaan.
Provinciale Staten.
Voor de a. s. Dinsdag in het dis
trict Helder plaats hebbende ver
kiezing voor een lid van de Provin
ciale Staten van Noord-Holland,
(vaoature Beukenkamp), is door de
liberale kiesvereeniging „Burger
plicht" .te Helder en door de Vrij
zinnige Kiesvereeniging te Oosterend
op Tessel, oandidaat gesteld de heer
dr. P. P. C. Huek, rijks-adviseur in
visscherijzcken te Helder.
ValEcli geld.
Als een bewijs, hoe veel geld in
omloop is, kan worden medegedeeld,
dat alleen aan het Rijks Ontvangkan
toor der accijnzen te Amsterdam ge
durende het jaar 1895 aangehouden
werden 21 guldens en 15 rijksdaalders
waarvan vermoed werd, dat ze waren
vervaardigd in nabootsing van echte
muntstukken, welk vermoeden, bij
het onderzoek door het muntcollege
te Utreoht, juist bleek te zijn.
Slechts 2 dier stukken waren ge
goten, de overige waren alle geslagen
op valsche stempels en vooral de
rijksdaalders waren zoo bedriegelijk
nagebootst, dat alleen een scherp en
geoefend oog ze van de eohte kon
ondersoheiden.
Onwillig.
In de Egelantierstraat te Amster
dam zat Woensdagochtend een bruid
op haar bruidegom te wachten. Sin
jeur kwam maar niet opdagen. Moe
van het zitten, besloot de jonge
dochter eindelijk maar eens in de
richting van des bruidegoms domioi-
lium op te wandelen; het weer was
niet kwaad en het bruidstoilet zou
er dus niet onder lijden- En jawel,
daar kwam hij aan, heel in de verte,
kenbaar aan zijn mooi zwart pak en
glimmenden cylinder.
Een hartelijke ontmoeting wa3 er
het gevolg van, daar de bruidegom
eenige kenteekenen gaf reeds ergens
geweesi te zijn, waar iets anders
gedronken wordt dan zuiver duin
water. Toen ging het arm in arm
voort naar huis terug, om de familie
te halen, tot op eens de bruidegom
een openstaande deur in het vizier
krijgt, waarboven het woord „Ver
gunning" was gesohilderd. Plotseling
schiet hij los, gelijk een baars aan
de mazen van een net ontglipt, en
verklarende dit niet te zullen ver
laten, omdat het den voorkeur ver
diende boven het etablissement op
den O. Z. Voorburgwal, hoek Pxin-
effeoten en andere waarden te koopen,
zonder naar de herkomst te vragen.
In verhoor genomen, erkende hij de
gestolen effecten in zyn bezit gehad
te hebbenhij zeide ze gekocht te
hebben van een hem onbekend man,
van wien hij een vage persoonsbe
schrijving ga f. Hij had ze eohter reeds
weder van de hand gedaan. Of bij,
wat dit laatste betreft, waarheid sprak,
is niet gebleken eeDe huiszoeking
te zijnent werd den heer Goelst niet
toegestaan. Ook de verdere naspo
ringen te Londen hadden geen resul
taat. Dinsdag keerde de onder-inspec
teur hier terug. N. R. Ci.
De pokken nemen te 's Hertogen
bosch op onrustbarende wijze toe.
Eiken dag wordt het getal lijders aan
deze ziekte grooter, en het getal
sterfgevallen houdt daarmede gelijken
tred. De zorgeloosheid omtrent aan
gifte, revaccinatie en ontsmettings
middelen blyft dezelfde.
Gedurende de voorlaatste 24 uur
werden 9 personen door de ziekte
aangetast en bij sommige lijders
duurt het proces, dat den dood voor
afgaat, slechts enkele dagen.
Een nieuwe zeeramp heeft vermoe
delijk het visschersdorp Zwartewaal
getroffen. De aldaarthnisbehoorende
vischsloep Koningin Emmawelke
voor ten hoogste veerlien dagen naar
zee was vertrokker, heeft nu reeds
drie weken reis. Het getal opvarende
bedraagt dertien.
Cenir
Bij een der Haag-che duktoren is
Dinsdag een trommel met eenige
duizenden aan waarden gesteler. Men
verdenkt een bloedverwant.
Van de vermiste sloep Eersteling
schipper B. van der Steen, uit Pernis,
is niets meer vernomen, zoodat het
thans als zeker mag gelden dat de
met man en muis is vergaan.
De laatste keer dat een sloep uit die
gemeente is vergaan was op 15 Jan.
1885.
Van bevriende zijde werd den heer
Johs. van Wotki te Rotterdam, dezer
dagen uit Duitschland bericht, dat de
in het vorige jaar door middel van
braak uit zijne woning ontvreemde
effecten in handeD waren van een
Duitscher, te Londen woonachtig. Aan
de politie werd terstond hiervan mede-
deeliDg gedaan en naar aanleiding
daarvan begaf zioh Zaterdag de onder
inspecteur van politie de heer K. F.
Goelst naar Londen. Met behulp der
Londensche detectives werd deze
Duitscher opgespoordhij bleek
iemand te zijn, van wien het bekend
is dat hij er zyn werk van maakt
Pers Overziclit.
De rechten der Uitlanders in
Transvaal
Het weekblad de Amsterdammer
merkt op, dat de Uitlanders niet zoo
geheel verstoken zijn van alle rechten,
zooals zij beweren.
„Zij die zich laten naturaliseeren,"
zegt het blad, „bezitten reeds na een
tweejarig verblijf het kiesrecht voor
den Tweeden Volksraad, die met eene
Europeesche Tweede Kamer is te
vergelijken. Maar behalve die tak van
vertegenwoordiging is er nog een
andere, de Eerste Volksraad, een veel
minder talrijke Eerste Kamer of Se
naat, waarvan de goedkeuring met
die van den President noodig is, om
aan de door den Tweeden Volksraad
aangenomen wetsontwerpen kracht
van wet te geven. Om aan de ver
kiezingen voor den Eersten Volksraad
deel te nemen, moet men twaalf jaren
in het land hebben gewoond, en mee
ten twee derden der burgers uit het
district, waarin de candidaat vooi
deze „groote naturalisatie" woont, die
candidatuur steunen, welke ten slotte
nog door den President moet worden
goedgekeurd. Met dit zeer beperkte
kiesrecht voor de Eerste Kamer heeft
de Tran8vaalsche wetgever klaarblij
kelijk een dam willen opwerpen tegen
een al te snelle uitbreiding van den
invloed van vreemde elementen in
de gegeven omstandigheden was die
beperking (trouwens eens veel minder
hatelijke en kleingeestige dan het
„hoogst aangeslagen" zijn een daad
yan politiek zelfbehoud.
„Wanneer al de eischen van de
UitJander-', of juister gezegd van
de National Uniondie voorgeeft uit
hun naam te spreken thans werden
ingewilligd, dan zou zeker binnen
korten tijd de vertegenwoordiging
eene Engelsche meerderheid en de
Republiek een Engelschen President
hebben. Dan zou het met de onaf
hankelijkheid van de Transvalere ge
daan zijn, al schreef ook Sir Cüarles
Dilke vijf jaren geleden, dathetver-
leenen van stemrecht aan de Uitlan
ders en zelfs de afschaffing der Hol-
landsche taal niet zouden leiden tot
eene annexatie van de Transvaal door
Groot-Brittannië."
Aan het slot van zijn artikel brengt
de Amsterdammer in herinnering dat
de engelsche minister Oaamberlain
een telegram had gezonden aan dr.
Jameson om onverwijld het trane-
vaalsche grondgebied te ontruimen
en een aan president Kruger, waarin
hij de verwachting uitsprak, dat de
president zou doen wat in zijn ver
mogen was cm vijandelijkheden te
voorkomen, en dat hij daarvoor kon
rekenen op de medewerking der Brit-
Eche regeering, waarop het blad laat
volgen
„Dit aanbod is te laat gekomen
gelijk men weet, de Boeren hebben
die medewerking niet afgewacht, maar
alvast met Jameson en zijn bende
afgereker.d, op ouderwetsche wijs. En
John Bull, die dagelijks kan merken,
dat hij zijn vrienden met een lan
taarntje moet zoeken, zal zich waar
schijnlijk nu wel eens bedenkeD, eer
hij weder tegen de kleine Zuid Afri-
kaansche Republiek den bullebak
gaat spelen."
Rechtszaken.
Door 't Hof te Amsterdam werd
Woensdag in hooger beroep behan
deld de zaak tegen den 21-jarigen
loopknecht Moen, die inNov.jl. door
de rechtbank werd vrijgesproken van
de besohuldiging dat hij by gelegen
heid van de bekende relletjes op den
Dam, in den avond van 4 Oot., met
steenen naar de politie zou hebben
geworpen.'
Van die vrijspraak kwam 't O. M.
in hooger beroep, en bij monde van
den adv.-gen., mr. Jolles eisohte het
dien dag vernietiging van 't vonnis
en veroordeeling tot acht maanden
gevangenisstraf.
Mr. Van Anrooy, ook thans weder
voor bekl. optredende, wees met een
onkel woord op de lichtvaardigheid
waarmede de justitie iu Amsterdam
de preventieve heohtenis dikwijls
toepast, wat z. i. ook 't geval wasm
deze zaak, waar de bekl. een maand
in voorarrest zat, zonder dat eenig
redelijk motief gegrond op het maat
schappelijk belang daarvoor was aan
te voeren.
Voorts meende pl. dat uit de ge
hoorde verklaringen niet blykt ;dat
bekl. gegooid heeft, terwijl al ware
dat feit bewezen, toch art. 141 Straf-
reoht, waavop de vervolging geba
seerd is) niet toepasselijk is, omdat
niet blijkt dat bekl. deel uitmaakte
van een geweldplegende menigteten
hoogste kan hier aan een geïsoleerd
feit worden gedacht. Pl. verzocht
mitsdien bevestiging vau 't vonnis
der rechtbank. Subsidiair verzooht
pleiter een lichte straf, omdat geble
ken is dat bekl. een oppassende jon
gen is, die allerminst als geweldenaar
bekend staat.
Mr. Jolles, replioeerende, verklaar
de dat hij zeer gehinderd was door
de appreoiatie van den verdediger
over de .lichtvaardige toepassing
der preventieve hechtenis te Amster
dam." Spr. zeide dat met die toepas
sing zeer zorgvuldig wordt gehan
deld en'dat pl. daarover minder juist
kon oordeelen. Voorts betoogde mr.
Jolles dat hier geen .geïsoleerd feit"
bestaat, maar wel degelijk deelneming
aan een algemeen verzet, dat zeer
ernstig is en ernstig dient gestraft te
worden.
By dupliek drong mr. Van Anrooy
zijn verwering nog nader aan.
Uitspraak over 14 dagen.
GEMENGD NIEUWS
Koningin Victoria is zeer veront
waardigd geweest over keizer Wil-
helm's telegram aan president Kruger,
waarvan zij het eerst hoorde door
lord Salisbury. Volgens de Westmin
ster Gazette heeft de koningin haren
kleinzoon een brief geschreven waarin
zij uitdrukking gaf aan haar misnoe
gen. De koningin, voegt het blad er
bij, is de eenige persoon voor wie de
keizer bang is en heeft een grooten
invloed op hem, zooals in het eerste
jaar van zijne regeering gebleken iB.
Schouwburgbezoek.
Sir Augustus Harris, de bekende
Londensche tooneeldireeteur, heeftin
een interview de meening uitgespro
ken, dat men het publiek zal moeten
gaan toestaan te rooken in den
schouwburg. Ja, sir Augustus gaat
verderhij meent dat de eenige ma
nier voor de schouwburgen om de
concurrentie vol te houden met de
oafés-chantants, zou zijn het publiek
ook te eten en te drinken te geven
in het theater. De menschen gaan nu,
wanneer zij hun werk gedaan hebben,
niet naar den schouwburg omdat zij
er niets te eten kunnen krygen. De
prins Van Wales liet zich onlangs een
diner brengen in zyn logesir Augus
tus Harris zou wenschen, dat men
dit volgde. Niet overal zou men eoh
ter mogen rooken de stalles en het
parterre zouden voor niet-rookers
gereserveerd moeten blijven.
Stel u voor, Sarah Bernhard of
Eleonora Duse spelende voor een
rookende, etende en drinkende, met
vork, en bord rammelendj,
nigte.
Het gouden kalf. r
Na al de andere schandalen v°
fransohe „journalisten" zijn geog,
begint zioh thans, tengevolge ?,a
overlijden van Max Lebaudj
ingewikkelde geschiedenis te onL'
waarvan men alleen dit nu re,a
weten kan komen, dat de miL
van oplichterij en afdreiging -
op ondernemingen als Panar^j
den Zuider-spoorweg zijn toegR,
eveneens zijn aangewend jbij
rijken maar ziekelyken miliciei
Men weet wat de minister van l.
in de Kamer verklaard heefr
verklaring is het begin gewee;
een gereohtelijk onderzoek, datpi
heeft tot het in heohtenis nemei
zekeren Lionel Werther de Ce»1.;
man van orgeveer acht en vei
jaar, die zeer weelderig woontei
Maltsherbes, vroeger gediend!
in het leger, maar aan poliiai
gaan doen en een rol heeft gep»
in het Boulangisme. Hy vestigco'
een soort van verkiezingsagenlt
en gaf een krantje uit, dat misji
niet veel gelezen werd maar toc9£
menschen bang maakte. Hosei
de raadsman, de intieme vrienpf
Max Lebaudy geworden Dat6i
geheim. Maar wat er ook nca:
heimzinnig zij, deze vriendschap.'
hem geen windeieren hebben gia
Hij was het die Max Lebaufc
relatie bracht met den direotetP
La France, opdat deze zijn iiei
zou gebruiken ten einde den p
lijken millionair van het kazern<
verlost te krygen.
Wanneer al wat nu nog duip'
in dit sohandaal zal zyn opgehe6
zal er, vreezen we, nog geen anti0
gegeven zijn op de vraag, hc^
mogelijk is dat een man als de^
teur van La France nog altop
acht kan worden invloed te oee(
Het is heel natuurlijk dat men ;ei
aan het voor- en nadeel dat F1
land als Frankryk bladen vanfe
a' n iemand kunnen toebrengen0'
de vrees voor de vijandsohaprc
waardeering van de vriendschP*
eiken „journalist" wie hy ook
een van die ziekelijkheden P
Parijsche samenleving, welke0'
overtuigd men ook zij van deü
der afgunst, telkens en telk6e
menschen' die, in hun betrekkif6
in bun vermogen „iets te verliezei8
ben", pijnlijk vei bazen. 01
Om Max Lebaudy is heen g^8
als om het gouden kalf. En gé11
liet hij zich berooven, enkel vt1
van zijn eenigen hartstocht, spê'
jongste liefhebberij der haute~'
Zekere Balenzi, directeur vp
„Sooié'é franqaise de banque ,0
change," een kantoor in de rue S®
had een gedeelte van Max' verii
onder zioh en was bijzonderlijk;15
met het regelen der weddenscbi
die zijn jeugdige cliënt bijderi
aanging. Zijn beheer is van dieil
geweest dat hij het noodig heeft
de vlucht te nemen. Een bevst
aanhouding is tegen hem uitg*a
digd. el
Het gtrucht dat Bismarck nj2
Berlijn 2al komen, om op IS
de proclamatie-feesten ten hov£1
won n, wordt nu door den Han-
schen Courier bevestigd, die ver;a'
dat prof'. Schweninger den priP
reis in dit jaargetij le beslist
ontraden. En, voegt het blad
daar de Keizer weet dat Bismaf1
alles den raad van zijn lijfartsPr
op te volgen, heeft. Z. M. b&r
joDgste bezoek aan FriedrichsièE
tegen Bismarck zelf met geen !a:
van gerept. j®<
De laatste officieele berichte?1
de cholera in Rusland luidej0!
Petersburg (stad) van 28 DecP
tot 4 Januari 28 nieuwe en 19P®
gevallen, gouvernement Kiëf \f
tot 21 December 12 nieuwe
sterfgevallen, gouvernement SB
tersburg van 22 tot 28 Decemfc
nieuwe en 7 sterfgevallen. n
Een belangrijke vooruitgang
d
Kostbare geschenken r(
De sultan van Turkye heeft, zij
men weet, aan den Czaar eenige81
bare Nieuwjaarsgeschenken ges51
ken. Deze bestaan in een diania'
halssnoer voor de keizerin, ter
van 35,000 en een met diaa$E
bezetten sigarenkoker voor den P°
Deze koker, die T. 10,000
-el
lengte, noch door gelaat of kleeding op elki nder, en op
een tijdstip dat ieder zijne reizen te paard aflegde,
leverden deze kleine feiten niets onrustbarends op.
Hij had dan ook niet gemeend zijne vrienden van
deze voorvallen te moeten verwittigen, uit vrees noc-
deloos deze vreedzame rust te zullen verstoren, waarvan
hij hen zoo gaarne zag genieten.
Sedert hij op Neuvilie vertoefde, leefde .Jean, zoo gced
als in den zevenden hemel. Hij verliet Andrée alleen
dan, wanneer het niet anders ging, niet moede wor
dende haar aan te zien, hare woorden op te vangen,
en slechts met de grootste inspanning de dwaze liefde
verbergende, welke hem verteerde.
Hij was trouwens ook nog geen enkele maal met
haar alleen geweest, zoodat hij haar zijn gevoelens niet
had kunnen blootleggen. Maar hij achtte zich innerlijk
verzekerd dat Andrée zich bemind gevoelde en dat,
indien zij zich, met een zachten blos, afwendde zoodra
zijn blikken te wei-prekend werden, zij hem niet uit
toorn te vermijden zocht.
Op zekeren dag, had hij haar de hand toegestoken,
om haar te helpen een brug te overschrijden, die niet
zeer stevig meer was, en waar hare moeder en zuster
reeds over heen waren gegaan. Jean had daarbij dui
delijk gevoeld hoe haar vingeren in de zijne beefden.
Hij had ze, inniger dan wel te pas kwam, gedrukt en
het kwam hem voor dat Andrée, op haast onmerkbare
wyze, die lieficoozing beantwoord bad.
Was dit willekeurig geschied, of had de angst slechts
een krampachtige trilling te weeg gebracht? Jean durfde
deze vragen niet beantwoorden, maar voor het eerstin
zijn leven was hij door en door gelukkig en hy zette
dan ook zonder eenige gewetenswroeging deze bekoorlijke
idylle voort.
Den zesden deg, in den loop van den morgen, terwijl
Jean zijn bevelen aan de dienstboden uitdeelde, wan
delden mevrouw de Coisf-y en bare dochters alleen door
het park, waar hij beloofd had zich bij haar te zullen
voegen, toen de barones, bij het verlaten van een groep
heesterp, die langs de rivier bloeiden, een man achter
de heg zag staan en duidelijk opmerkte hoe haastig hij
zich bij hare nadering verwijderde.
Zij snelde in allerijl toe, boog zich over het oeverpad
heen en zag den man zoo hard hij slechts kon het ha
zenpad kiezen in de richting van Conflane. Ongelukkig
lijk was de heg zoo breed en zoo begroeid, dat hij spoe
dig aan haar oog onttrekken werd. Hoe snel hij ook
te werk mccht zijn gegaan, had mevrouw de Coissy
toch den tijd gehad zijn gestalte te zien, en zelfs ten
deele zijn gebaard gelaat, dat door middel van een
grooten vilten hoed tegen de zonnestralen werd be
veiligd.
Zoodra Jean bij haar kwam, deelde mevrouw de
Coissy hem deze zonderlinge ontmoeting mede en eindigde
met te zeggen
„Het is heel vreemd, immers indien die man een
boer is, welke reden had hij dan om zich te verbergen
Jean had haar met de grootste opmerkzaamheid aan
gehoord.
„Maar hoe .zag die man er uit?" vroeg hij. „Kunt
gij mij zijn persoon niet beschrijven?"
„Slechts ten deele," klonk het antwoord. „Het is een
lange, forschgebouwde man, van omstreeks vyf en veer
tigjarigen leeftijd, met grovet rekken, eene hoogroode
gelaatskleur, terwijl hij een dichtgepianten rooden baard
draagt."
Hoezeer Jean zichzelf ook meester wenschte te blijven,
eene kleine siddering doorliep toch zijne leden. Trek
voor trek paste dit signalement bij Barberouese, 's gra
ven geheimen agent.
Kon het zijn, dat hij hunne kijkplaats ontdekt had?
Maar hoe
Hij wilde niets van de verwarring, die hem had aange
grepen, laten blijken.
„O!" sprak hij op luchtigen toon: „waarschijnlijk de
een of andere landlooper, die door uwe tegenwoordig
heid verschrikt is geraakt, en vrij wat banger toonde te
zijn voor u, dan gij voor hem."
„Gelooft gij?" vroeg de barones, weer gerust gesteld
door zijn woorden.
„Ik ben er zoo goed als zeker van."
En ziende dat Valentine en Andrée angstige blik
ken op hem vestigden, had hij den moed niet die te
doorstaan en zeide
„Laat ons liever voortwandelen."
De dag verliep zonder nieuwe gebeurtenis, maar na
tafel, terwyl de barones en hare dochters zich ver
kleedden, trad Jean op een wapenrek toe, dat een der
vertrekken van het benedenhuis versierde, en haakte
de geweren en pistolen daarvan los om zich te verge
wissen of zij wel in orde en geladen waren.
Tegen zes uur keerde Julien terug. Jean vergezelde
hem naar zijne kamer en deelde hem mede wat de
barones had gezien.
„Dat dacht ik welriep de jonge officier uit. Ik
werd gevolgd." i
Jean wankelde. Het Scheen hem toe dat zijn
op eens ineen stortte. ,n]
„Wat zegt gij daar Zijt' gij gevolgd geworden ?"'ftn
hij op gesmoorden toon. 'e;
Julien vertelde hem, op zijne beurt, hoe, drieate]
eenvolgende dagen, drie ruiters denzelfden weg a,d
hadden afgelegd, met de door ons aangestipte tus£
poozen. L
„En heeft dat uwe vermoedens niet gaande geiq
Waarom hebt gij ons daarvan niet gesproken bio
Jean. ia
„Neen. Ik geloofde aan toevallige ontmoetinn
stamelde Montbazin. „Bovendien vreesde ik de q0(
te zullen verschrikken." )el
„Maar gij hadt mij moeten waarschuwen," verkira
Kwikzilver. e
„Dat is zoo, maar ik herhaal u, ik kon my niet,
stellen jjj,
„Komaan," viel Jean hem met eene plotseling
welling van toorn, in de redeik zie wel in d^
geen tijd hebben te verliezen. Morgen reeds, zotri
berousse ons daartoe ten minste de gelegenheid^
zullen wij Neuvflle moeten verlaten." ,je
„Maar waar gaan wij dan heen?"
„Alsof ik dat wist!" sprak Kwikzilver nog
ontstemd „Wij zullen recht voor ons uit gaan,
geluk af." .a
Wordt vervoLc
sle