OCÖ.
V
f 5f
ften overstaan van eene oommissie
bewijzen te geven van geschiktheid
en van bekwaamheid ina. wetgeving,
b. gezondheidsleer, c. kennis van
werktuigen, d. leer der bedrijver.
Zij die van hunne bekwaamheid
wenechen te doen blijken, moeten
zich vóór 1 Juni e. k. bij gezegeld
adres aanmelden bij den voornoemden
Minister, met opgave van naam,
woonplaats, casu quo vroegere en
tegenwoordige betrekking en onder
overlegging hunner geboorte-akte.
Nadere inlichtingen worden mon
deling aan het departement van w.
b. en n. (afdeeling Arbeid en Fabrieks
wezen) verstrekt. Men zie ook de
Staatscourant van 12 dezer.
De adsistentbode bij het departe
ment van koloniëa, d. Z., is met den
dag waarop zijne veroordeeling wegens
den postzegeldiefstal onherroepelijk is
geworden, uit zijne bediening ont
slagen.
Vroemdalingenverkeer.
Het bestuur van „Nijmegen-vooruit",
Vereeni ing tot bevordering van het
vreemdelingenverkeer, heeft aan de
besturen van dergelijke Vereenigingen
in andere gemeenten een schrijver
gericht, waarin de wenschelij theid
wordt uitgesproken van samenwerking
der hier te lande gevestigde vereeni
gingen tot bevordering van het vreem
delingenverkeer, ten einde op ruime
echatd bekendheid te geven aan de
bezienswaardigheden van het vader
land. Het bestuur meent dat aan dit
denkbeeld uitvoering zou kannen ge
geven worden door verspreiding op
ruime schaal in het buitenland van
een zoogenaamden „folder" van Ne
derland, bewerkt op de wijze van den
„folder" der Zuid-Italiaansche spoor
wegen. Daze „folder" zou voor de
eerste maal in het Eugelech opge
maakt en 20,000 exemplaren daarvan
zouden in Engeland verspreid moeten
worden. De onkosten worden op f3000
geraamd, door bijdraren van de Ver
eenigingen en van belanghebbende
stoomboot-en spoorwegmaatschappijen
en hotelhouders te bestrijder.
Maandag is te Sloterdijk een metse
laarsknecht van een dak gevallen. Hij
kwam op het hoofd terecht, en was
oogenblikkelijk dood. De man wa-
naucelijk met slompen aan op het dak'
geklommen.
Dinsdagmorgen omstreeks 10 uur
verzamelde te Amsterdam Roens een
iÓOtal zijner vrienden op den Dam.
Zij begaven zicia naar den stadstim-
mertuin, waar een verkoop wegens
belastingschuld zou plaats vinden. Er
werd gedreigd, dat de omstanders van
het terrein verwijderd zouden worden,
zoo de yorde werd gestoord. Dit ge
schiedde niet. De inboedel braoht
f 131.75 op, waaruit de schuld kon
worden voldaan. Reens zag zich door
het oploopen der prijzen op het laatst
gedwongen bij bekenden geldteleeneD.
Twee broeders, lotelingen van de
zelfde lichting 1896 te Leiden, waren
overeengekomen dat het hoogste
nummer zou worden aangewezen en
het laagste vrijgesteld. Het hoogste
nummer gaf nu echter als reden van
vrijstelling op: lichaamsgebreken, en
toen bij daarom was afgekeurd, werd
de houder van het laagste nummer
voor den dienst aangewezen.
De militiecommissaris kwam tegen
die beslissing in beroep, omdat z. i.
de militieraad den houder van het
laagste nummer bad b^hooren vrij te
stellen zonder onderzoek of de houder
van het hoogste, die zich naar aan
leiding van art. 49 alinea 3, voor
aanwijzing aanbood, ook werkelijk
zou kunnen werden aaneewezen.
Ged. Staten van Zuid-Holland
hebben echter beslist dat art. 49,1
alinea 3 der militiewet, wel een voor
recht toekent aan twee broeders van
dezelfde lichting om onderling uit te
maken wie van beiden zal dienen,
zonder nadeel echter voer hnnue
medelotelingen, maar niet de gelegen
heid geeft om door aanwijzing van
den wegens lichaamsgebreken onge
schikte, beide broeders vrij te stellen
ten koste van hunne medelotelingen.
Op dien grond is Heodrii Philippu*
Kelder, te Leider, de houder van bet
laagste nummer voor den dienst aan
gewezen, met handhaving dus van de
beslissing van den militieraad in het
3de district.
Men meldt aan het U. D.
Te Bennekom, in de Kraats, is bij
de echtelieden Van Ommeren een
kindje geboren met twee gezichten.
De geneesheer zal trachten bet over
bodige aangezicht te verwijderen.
Een stranding.
Men schrijft uit Monster
Tijdens dikken mist werd door het
blaffen van een hond aan boord ont
dekt dat bij paal 111 een stoomschip
was gestrand. De kustwacht gaf hier
van per telefoon kennis aan den Hoek
van Holland en bracht de reddings
boot in gereedheid.
Na het bericht verschenen spoed'g
de stoomreddingsboot en 5 sleepbou-
ten van den Hoek van Holland. De
strandingeplaats werd van den wal
met een misthoorn aan stoomred-
dingsbooten en eleepbooten kenbaar
gemaakt.
Het schip weigerde naam en natio
naliteit op ie geven en de bemanning
dekte de naamborden met zeilen af
ea weigerde hulp. Door de stoom
reddingsboot werd een anker met tros
uitgebracht.
Des nachts te 1 uur is het vaar
tuig zonder assistentie vlot gekomen.
Het bleek te zijn het stoomschip Themes
kapt. O. Knant, van Stettin naar
Rotterdam en Keulen met stukgoe
deren.
Te Wagenicgen heeft men aange-
teekend gedurende hoeveel minuten
de ten in Jannari te tien is gewee3t
'fc totaal was, in die geheele maand,
even 17 urea.
Men meldt uit Heerenveen, dat
Willem de V., arbeider te Ureterp,
rresteerd is als verdacht van brand
stichting aldaar.
Pers Overzicht.
De liberale ünie.
De Arnhemsche- Courantdi9 een
artikel aan de Liberaie Unie wijdde,
merkt daarin op, naar aanleiding van
de dikwijls gebruiktej uitdrukking
„nieuwe partii" bij het bespreken van
bet outwerp-program der Liberale
Unie, dat het doel van het program
der Lib. Unie alleen is te trachten
de beginselen en maatregelen te for
muleeren en aan te geven, die in het
programma van de liberale partij
dienen te worden opgenomen.
Voorts zet het blad uiteen hoe
langzamerhand in de liberale partij
tal van per-on en zijn ingelijfd, die
eigenlijk tot de conservatieven be-
hooren, waardoor de partij in zekere
mate is verBteend.
Als de roeping van de Liberale
Unie" beschouwt de Arnh. Ct. het
doen herleven van den oudea geest,
in het herstellen van het verband
tusschen partij leus en tijdgeest, dat
nu vijftig jaren geleden zoo sterk aan
wezig was, mair sedert voortdurend
is verzwakt en geheel dreigt te ver
vallen. Geen nieuwe partij wordt er
verlangd, die zich tegen de liberale
scharen moetde liberale partij moet
in 't leven teruggeroepen, moet ver
jongd worden
Dat is, volgens het blad, de eisch
van den tijd, da wsnsch van elk
liberaal, die het liberalisme niet in
het woord en den naam, maar in de
daad en het optreden ziet.
Deze verjongingskuur zal, dus be
toogt het blad, wil zij eene practieche
beteekenis hebben, niet moeten uit
gaan van het bestuur van de Liberale
Unie, dat alleen formuleert en ont
werpt, maar van de in haar vereenigde
liberale vereenigingen van het gansche
land. N et de Keurbende ea de voor
gangers, het liberale land zelf moet
den toon gevenvan de groote liberale
partij zelve moet de beslissing komen,
uf zij met den tijd wil aisdega*u,
dan wel blijven staan waar zij staat.
Eindelijk verklaart de Arnh. Cour.
nog, dat zoo de liberale partij dit
gewenschte nieuwe leven ontvangt zij
niet met haar kan naedegaac en dat
het dan zelfs de vraag kan worden
of de „radicale partij" nog wel recht
van bestaan heeft.
Maar indien de pogingen tot her
schepping van de ontaarde liberale
partij mochten afstuiten op onwil,
apataie of gemis aan poletiek inzicht j
bij -ie liberale vereenigingen, die over1
het programma der Liberale Unie j
een besluit te nemen hebben, dan I
ware, zegt zij, de liberale partij feite
lijk eene conservatieve geworden. Ia1
dien stand van zaken zouden de
vooruitstrevende liberalen naar recht
en plicht zich dienen te vereenigen
tot eene nieuwe partij, die evenmin
met het radicalisme als met dat
liberaal conservatisme zou kunnen
medegaan.
Eet Wetsontwerp op het Personeel.
Het Dagblad v. Z.-Hoü. het wets
ontwerp op bet personeel besprekende,
zegt te verwachten dat de te nervatten
beraadslaging over de hervorming van
de belasting op het Personeel belang
rijk zijn zal en dat bij ve'en gedurende
het reces de bedenkingen zwaarder
zullen zijn gaan wegen.
Het blad betoogt, dat afgescheiden
van de quaestie van het personeel
zelve, het vraagstuk der na iere reve
ling van de gemeente financiën zeker
ook krachtig op den voorgrond z-1
treden.
„De regearing heeft, zoo zegt het
blad, in antwoord op een tot die re
geling betrekking hebbende vraag,
welke in de afdeelingen der Eerste
Kamer, bij de overweging der begroo
ting voor dit jaar, werd gedaan, te
kennen gegeven, dat de definitieve
vaststelling der wetsvoordrachten voor
d9 bedoelde regeling eerst kan ge
schieden, wanneer de grondslagen der
nieuwe wet op bet personeel zijn
geiegd.
„Natuurlijk werd door die verklaring
ook bedoeld eenige pressie uit te
oefenen op de Tweede Kamer, in 't
belang der aanneming van het ont
werp betrekkelijk het Personeel.
„Trouwenp, reeds waagde de mi
nister Sprenger van Eyk in diezelfde
richting een coup, toen lig, bij 't
bestrijden van eea ingrijpend amen
dement in de Tweede Kamer, dreigde
met de niet-indieuing van een nadere
regeling der Gemeente-fioanciëo, als
men zijn voordracht zoo belangrijk
wijzigde.
„Wij hopen, dat de leden der
Tweede Kamer zich niet zuilen lat n
voeren van den goeden weg, op welken
het Personeel allereerst en allermeest
naar zijn eigeo inhoud wordt beoor
deeld.
„Da hervorming van het Personeel
mag niet tot eiken prijs worden door
gezet. Nog a'.tij 1 staan wij de meening
voor, dat de bestaande wet op het
Personeel, door niet ingrijpende ver
anderingen, zeer goed ware te besten
digen, als men er toch niet in slaagt
om door de nieuwe wijze van helfiog
den middelstand compensatie te ver
zekeren voor den druk van andere
directe belastingen.
Doch nu de regeering zelve zulk
een nauw verband legt tusschen 't
Personeel, gelijk zij het wil wijzi
gen, ea de hervorming, der gemeen
te financiën, kan, dunkt ons. vaneen
eindbeslissing over het personeel geen
sprake zijn, voordat de Tweede Ka-
kamer weet, wat het kabinet met
de Gemeente-financiën voor heeft.
„Gesteld dus, dat de regeering de
zekerheid verkreeg van een meerder
heid te vinden voor het Personeel,
dan zouden wij meenen, dat het amen
dement, waarbij de invoering der
nieuwe wet tot eeu later tijdstip
werd verdaagd, nog niet eenmaal
afdoende kon worden gerekend
dooh dat de eindstemming over het
wetsontwerp zou moeten worden ver
daagd tot de regeeringavoordracht
betrekkelijk de Gemeente-financiën
zou zijn ingekomen."
Financieels Mededeelingen.
Het Weekblad van Broekman en
Hondera bevat o. a. de volgende op
gave van minder courante of incou
rante fondsen, in de week, tot den
datum van 11 Febr. 1895, door hun
tusschenkomst verhandeld.
A and. Maats, tot expl. v.
Bouwterreinnen 110 pCt.
An-sterd. Westel.
Entrepot 65
Maatsch. tot expl v.
Bouwterr. „Welte
vreden" 52 a 53
Rotterd. Handelsver. 18,50
Oblig. Ned.-Ind. Cultuur-
Maatschappij 97
Aand.Oc8t-JayaCult.-Mij. 96
Probolingo Koffie-
M«atschappij 100
Oblig. Ie Hyp. Westland.
Stoomtr. weg-Maats. 100
Opr. Bew. Kon. Pakketv.-
Maatschappij f320
Sport en Wedstrijden.
"Worstelwedstrijd te
Amsterdam.
Maandagavond zou te Amsterdam
de kamp om het kampioenschap van
Europa, die verleden week in den
driedaagschen strijd onbeslist was
gebleveD, uitgevochten worden in vijf
ronden en moest er dus onherroepe
lijk een beslissing volgen.
Het publiek was weder in grooten
getale opgekomen, niettegenstaande
de verhooging der entrées. Er was
dezen keer echter minder leven dan
de vorige maal en de kampioenen
konden geregelder werken. Van beide
zqden werd mooi geworsteld en de
overwinnaars van een ronde werden
Steeds luide toegejuicht. De he*r
Blazer uit Rotterdam had wederom
welwillend de regeling op zich ge-
nonaeD, bijgestaan door eenige ama
teurs als juryleden.
De uitslag is als volgt: la ronde
overwinnaar Van den Berg, met een
halve ooilier forcé, des te moeilijker,
daar Niemann met zijn korten nek
en rond hoofd bijna niet te houden
iin dezen greep. Tijd 14 miD. 2e
ronde Niemann, overwinnaar ia 10jé
min. 3e ronde Niemann in 5 min. 4e
ronde v. d. Berg in 2lA min. en 5a
rende Van den Berg, winnaar na een
hevigen strijd in 15 min.
Dirk is dus overwinnaar en blijft
kampioen van Europa. Natuurlijk
groote opgewondenheid ,van het pu
bliek. Ook Niemann werd levendig
toegejuicht en verdient allen lof voor
de kranige en royale wijze, waarop
hij zijn tegenstander tekampte.
Na de 2e ronde groote opschudding
in de zaal, door het binnentreden van
een Tark in vol kostuum. Een man
netje om bang van te worden. Het
was echter reeds bekend geworden
dat het de heer Memmick waf, kam
pioen-worstelaar van den Sultan van
Turkije, die zeer veel met deze sport
schijnt op te hebben en er een uit-
ge ezoncoilectie worstelaars opnahoudt.
Deze Memmick moet zeer sterk zijn
en reeds vele bekende athleten hebben
overwonnen, o. a. Tom Canon en Paul
Poons, welke laatste het na een strijd
van 2l/j uur opgaf.
De Turk, die geëngageerd is in het
het circus Aithoff, was gekomen om
onze worstelaars uit te dagen. Ooze
kampioenen trokken wel een beetje
leslijk gezicht, toen zij door de gaatjes
van het scherm kijkende, den reus
zagen binnenkomen ec schenen niet
veel lust te hebben om het met hem
te wagen.
Toen na afloop der 3e ronde de
impreesario van Memmick op. het
tooneel verscheen en in het Fransch
mededeelde, dat Memmick iedereen
uitdaagde om zich met hem te meten,
daarbij uitlovende een prijs van 1000
tot 5000 gulden en zelfs nog meer,
zonder tegen-inzet, zoo zeker schijnt
hij van zijn zaak 1e zijn, nam eerst
de heer K wel Busch Forret van Rot
terdam en daarna ook de heeren Van
den Berg en Niemann de uitdaging
aan.
Van Woensdag af zullen nu in het
circus gedurende eenige avonden een
serie ronden geworsteld warden, welke
zober zeer belangrijk zullen zijn, te
meer, daar zich nog eenige buiten-
lindsche worstelaars hebben doen
inschrijven.
Een ieder zal daar zijn beste beentje
wel voorzetten en toonen wat kracht
en vlugheid vermag.
Letteren en Kunst.
De eeuwige candidaat vosr do
Académie franchise.
Ecniie Zola, dien men wel eens den
eeuwigengcandidaat voor de Académie
Franyaiee genoemd heeft, zal nu, zuo-
als men weet, trachten den zetel van
Alexandre Dumas te veroveren. Maar
hoeveel tegenstand hij daarbij onder
vindt. kan blijken uit de laatste der
wekelijksche artikelen „La Vie Lit
téraire" van Gaston Deschamps in
den Temps. Gaston Descaamps be
weert, dat hij het verbazende talent
van Zola bewondert en dat Zola dit
ook wei we» t. Maar in tusschen vertelt
hij, dat Z >la dezer dagen niet anders
doet dan trap op en trap af klimmen I
bij alle leden der Académie, hij wiej
hij, als hij geen stemmen wint, dan
tocQ allerlei bijzonderheden opmerkt, j
met behulp waarvan hij fis Daudet i
zeker een zeer gedocumenteerden ro- j
man, „lTmmortel" zou kannen schrij
ven en waarover hij zich 'met zijn
vriend De Goncourt vroolijk maakt.
Voorts vraagt Gaston Desohamps
of Zola's artikelen iu don Figaro
waarin de schrijver brak met de
„jongeren", niet eea vleierijtje was
aan het adres der Académie: kIb hij
zich voordeed als een der ouden, zou
de Académie hem mi schiea eerder
kiezen. Nog perfider dan deze insi
nuatie is de opmerking, dat Zolaals
hij Dumas opvolgde, zijn speech op
zijn voorganger reeds klaar zou hebben
die zou te vinden zijn in Zola's „Nos
auteurs dramaliquts", waarin Dumas
nog al aangevallen wordt. Deschamps
drukt de Deftigste gedeelten uit die
critiek af en vraagt of het niet een
bijsonder aardig academisch genot
zou zijn door een nieuw geïnstalleerd
lid zijn voorganger te hooren aforeken
En eindelijk herinnert Deschamps
er aaD, dat een rijke meneer, die Zola
verfoeit, het plan heeft te kennen
gegeven een bloemlezing te laten
maken uit Zola's werken, waarin het
gemeenste en vuilste wat in zijn
ooeken te vinden is, zou worden bij
eenverzameld- Zola zou hierover heel
kwaad zijn en beweerd hebbeD, dat
die gemeenheden volstrekt niet het
voornaamste zijn in zijn boeken.
Dit geeft Deschamps ooktoa, uta&r
hij vraagt, wat za er clan in doen en
no6n±t een paar geheel onnoodige
bladzyden van deze soort. Het slot
is„A1b Emile Zola niet gekozen
wordt, dan zal hij bet allesn aart zich
zei ven hebben te wijten."
Men vraagt zich te vergeefs af, wat
Zola toch beweegt lid te willen worden
van een Acadéjuie, die noch De Gon
court, noch Daudet, noch zooveel
andere groote mannen onder hare
leien telt ol geteld heeft, die een
graaf Costa de Beauregard kiest, van
wien slechts zeer weinigen ooit ge
hoerd hebben en die op 8en paar
dichters en dea due d'Amale na, meer
onbekende, dan bekende personen als
leden heeft. Maar wat is men bang,
dat Zola het worden zal
Zangwedstrijd.
Den 18en April zal te Rotterdam een
wedstrgd van wtrklieden-zangvereeni-
gingen gehouden worden, uitgeschre
ven door de vclkszaugschool van
„Amphion". De wedstrijd is verdeeld
in eene afdeeiing voor mannenkoor
en in eenealdeeliug voor gemengd
koor. Ia elke afdeeling zingt iedere
mededing-nd 8 vereeniging een no ai
mer naar keuze en een verplicht
nommerdeze verplichte nommers
zijn gecomponeerd door den heer
Lijsen, directeur aan de rijkskweek
school voor onderwijzers te Middel
burg.
Ia de afdeeling mannenkoor dingen
de volgende vereenigingen mede
„Nationale Zangschool en Zangver-
eeniging"en „Kunst na Arbeid", beide
Amsterdam „Euterpe", „Kou. Nat.
zangschool" en ..Crescendo", alle te
'e Gravenhage„Proza en Poëzie" en
„Kunst na Arbeid", beide te Haarlem;
„Caecilia" te Schiedam; „Caecilia"te
Dordrecht„Nut en Genoegen" te
Gorincheai„Kunst na Arbeid" te
Leiden „Mannenkoor dor Delftsche
Nijverheid" te Delft„Crescendo" en
„Virginia", beide te Rotterdam.
In de afdeeling gemengd koor zul
len mededingen„N. C. G. O." te
Schiedam „Nationale Zangschool en
ZingvereeuigiDg" te Amsterdam; „Ons
Genoegen" te Dordrecht; „Wilhel-
mina", Virginia" en „Crescendo", alle
te Rotterdam.
Overdrijving.
Ds Brugs hc BeiaardVlaamsch
liberaal weekblad, vestigt in haar
nummer van Zaterdag j!., de aan
dacht op een gastvoorsieiling ynn
Willem van Zuylen in den Neder-
land&chon schouwburg te Brugge.
Van Zuylen zal optreden in Vriend
Frits. U t de „3anbevei:nfe" is het
volgende ontleend:
„Willem van Zuylen heeft in
Duiiscnland, te Berlijn gespeeldook
de Vriend Frite. Men heelt er hem
in den hemel gedragen en de meest
ernstige critiek plaatste hem zonder
aarzelen boven Coqueün. Ea tccb,
AVillem v&u Zuylen speelde in 't Ne
derlandsen in ae Duitsche hoofdstad.
Dadelijk werd hij dcor alle steden
van N' ord-Duitcchland gevraagd. 't
Was een echte triomftocht. Men do: d
hein de schitterendste voorstellen om
zich san het Duitseh looneel te laten
hechten en Duitseh te leeren spreken.
„Duitseh heeft Wiilem van Zuylen
nu leeren sprekeD, in één jaar tijös.
Dezen win:er speelde hij te Berlijn
Vriend Frits in 't zuiverste Hoop-
duitseh. De bewondering is aanbid
ding geworden.
„Ook in Engeland kent men en
bewondert men Willem van Zuylen.
„Naar Amerika werd hg gevraagd.
„Op Java biedt men hem een
fortuin aan, om daar een seizoen
als tooneelkunstenaar te komen op.
treden.
^Wellicht lui3tert Willem van
Zuylen naar een van die voorstellen
en dan hebben wij voor lang of voor
goed geen gelegenheid meer nem bier
zeiven te zien.
„Dus de kans, r ie ons Maandag
aangeboden wordt door bestuurder
Gevaert is er een uit de duizend, die
door de heele verstandige bevolking
moet aangegrepen worden."
Rechtszaken.
Een inbraak te Amsterdam.
Dinsdag stonden voor de arr.-recht
bank te Amsterdam terecht een vier-
tal dieven, thans in voorloopige hech
tenis, beklaag! van poging tot braak
in een perceel in het Hemelrijk, eea
eteeg aan het eiade der Spuistraat
bij het Heketveld.
Vermakelijk zijn de verklaringen,
die de beklaagden van bet gebeurde
gever.. De eerste beklaagde was geheel
euf, hij is trouwens reeds viermaal
in het krankzinnigengesticht te Me-
denblik verpleegd, zoodat die sufueid
volgens beklaagde wel eenigszins
verklaarbaar is. Welnu, in dien toe
stand van sufheid werd hij in den
nacht van 21 December in de War
moesstraat door een onbekende lastig
gevallen; bekl. sloeg de schrik om
het hart, hij nam de vlucht en rustte
niet voor hij de woning van Wesaela
in het Hemelrijk, war.r de bende ge
snapt werd, bereikt had, vloog de
trap op, vond in de duisternis e
bos sleutels en loopers die hg 1
zich stak, liep in zijn verwarring©
kamer op en trof den tweeden be
klaagde, die zich op een slaapkamer
bevond. Beide „heeren" hielden el
kaar wederkeerig voor deu rechtma-
tigen bewoner.
Vervolgens doet de tweede
klaagde een roerend verhaal. Hij was
reeds eenige dagen zonder huisvest
ting, de politie wilde hem niet meer
herbergen, hij besloot daarom ergens
een onderdak te zoeken en begaf zich
zeer toevallig naar de woning van
Wossels om op de trap uit te slapen;
de trap was hard, dus liep hij naar
boven, trad een slaapkamer binnen,
waar esne vrouw te bed lag, waarom
hij zich dan ook weder met een stoel
tevreden stelde.
Nauwelijks gezeten, kwam de eer
ste beklaagde binnen, met het zoo
even vertelde gevolg. Weldra volgde
hun arrestatie, want die nare politie
wilde maar niet gelooven, dat de
heeren bij vergissing .in het huis wa
ren gedrongen.
Do derde en vierde beklaagden heb
ben „nikft" gedaan edel achtbare heer!
Wel waren ze in dien nacht ter hoogte
van het Hemelrijk geweest, doch te
hebben met de twee eerste beklaagden
niets te maken.
De verklaringen d. r politie zijn
helaas in strijd met die, welke de 3de
en 4de beklaagden van hunne aan
wezigheid bij het. Hemelrijk gaven,
De tweee laatste beklaagden stonden
op den uitkijk, later gingen ze 1
Hemelrijk in, waarin reeds de ,twes
eerste beklaagden verdwenen waren
en toon de agenten eens poolshoogte
gingen nemen, bespeurden 2ij dat de
twee eerste beklaagden de woning van
Weesels hadden beireden en druk bezig
waren een onderzoek in co in t
stellen.
Van rust dus geen sprakewel werd
de eerste beklaagde gesnapt, terwijl hij
druk bezig was zich den inhoud v&a
een effectentrommel toe te eigenen.
Beide beklaagden werden met be
hulp van burgers aangehouden, terwijl
de derde en 7:erde beklaagden dien-
zelfden nacht nog zijn ingerekend.
De bestolene, die in een der be
klaagden een familielid herkent, zegt
dat bij dien avond is uitgegaan ns
alles behoorlijk gesloten te hebben;
om 4 uur 's morgens thuiskomend,
vond hij alles opengebroken, behalw
I een der trommels waarin zich gouden
j en zilveren sieraden bevonden^eluk-
kig waren de dieven van het spaar*
bankboekje, waarop wel 1000 gulden
stond, afgebleven.
De bestolene is zeer verbolgen voo»I
op den derden beklaagde, het familie*
kocht heelt? O ja, ik herinner het mij hij heeft een
meerschuimen pijp en een wandelstok gekocht!"
„Wat?" riep itc verbaasd uit.
„Een meerschuimen pijp en een wandelstok, met een
kb •in mannetje er boven op, die lucifers vasthoudt."
Roderick zette een schuldig gezicht en bev* stigde het.
„Ja moet weten," zeide hij ter verontschuldiging, „dat
zij iu de eerste de beste gelegenheid waar wij kwamen,
flechts dergelijke dingen verkochten, en je kunt toch
niet verwachten, dat ik heel Parijs ga rondwandelen.
Als ik na het ontbijt wat ben gaan uitrusten, dan stel
ik voor, dat wij ons gereed maken voor eene laoge wan
deling en naar het Palais Royal gaan."
„Wel, dat 'is ongeveer driehonderd meter van hiar,
nietwaar? Weet je wel zeker, dat je daartoe in staat
ruit zijn
Hij keek mij verwijtend aan.
„Je zult toch niet wiilen, dat iemand zich dood werkt
als hij vacantie heelt genomen. Jij bent ook zoo wan
hopig krachtig. Ik geloof dat de grootste levenswijsheid
is houdt uw gemak, en beschouw de groote vraagstuk
ken kalm uit de diepte van een gemakkelijken stoel.
Het is verrassend, hce gemakkelijk alles u toeschijnt
als men het op die wijze beschouwtmaak u nooit
opgewonden over iets ik doe het nooit."
„Neen hij niet, nietwaar Mary Maar wat die wan
deling naar het Palais R -yal betreft, wees ik, dat ge
met u beiden zult gaan, want ik heb juist een brief
ontvanger, die mij terugroept naar het jicht. Het i3
zeer ongelukkig, maar ik moet gaaD, ofschoon ik over
eene week hier waarschgnlyk weer terug zal zijn om
mij weer bij u te voegenin het andere geval zult gij
hooren welke mijne plannen zijn zoodra ik ze zelf
weet."
Eenigsiins tot mijne verbazing keken beiden mij aan,
spraken geen woord, maar blijkbaar waren zij zeer ver
wonderd. Mary's groote oogen staarden m\j verbijsterd
aan, maar Rodericks gelaat vertoonde eene ernstigen
uitdiukking. Hij vroeg mij niets en zeide niets, maar
ik raadde zijce gedachte „Je houdt iets verborgen"
en het stille verwijt was duidelijk voelbaar. Misschien
bad hij om eene nadere verklaring gevraagd, wanneer
de onaangename stilte niet opnieuw was verbroken.
Esn der bedienden van het hotel trad binnen om mij
mede te deeleo, dat buiten een man wachtte, die mij
wilde spreken, en hij vroeg mij of ik hem in dit ver
trek of in eene aparte kamer moest binnenlaten. Ik
kon niet bedenken, dat er in Parijs iemand was, die
zaken met mij kon hebben te bespreken en z ide dus
„Laat den man hier," waarop deze spoedig binnentrad
ea tot mijae groote verbazing niemand andere bleek te
zijn dan een van de schavuiter» dengene, die Vier-
oog door den kapitein werd genoemd van het gezel-
acnap, dat ik den vorigen avond had ontmoet. Hij
scheen volstrekt niet verwonderd over de ontmoeting
en trad met een matrozengang de kamer binnen, terwijl
hij eerst staan bleef toen bij Mary zag. Daarna kwam
hij met zijne hand aan zijn voorhoofd en 8loe£ aan op
de manier der zeelieden, terwijl hij een gezicht zette
aleof hij een groote hond was, die in een huis komt,
waar geen honden worden toegelaten. Zijn eerste woor
den waren wel wat verrassend
„Ik ben koorknaap te Tipperary geweest, mijnheer,"
zeide hij en keek daarna om zien heen alsof deze me-
dedeeling ons op een goeden voet met elkaar moest
breneen.
„Wilt u niet gaan z:tten?" vroeg ik, terwgl hij zijn
hoed in zijne handen ronddraaide en Mary aankeek
alsof hij in haar een visioen meende te zien, „en ver
oorloof mij te vrager», wat het feit, dat u koorknaap
in Ierland zijt geweest te maken heeft met uwe aan
wezigheid hier?"
„Dat brengt ons op de zaak, ik ben u daarvoor dank
baar mijnheer, want ik ben op het land nooit op mijn
gemak en moet een kiel onder mij hebben, zoodat ik
ais de dame hier er niets tegen heeft maar zal blijven
stean, en u den brief geven, die alleen voor mijnüeer
bestemd is zooals mijne instructies luiden."
Hij bracht weer zijn hand aan zijn rechter oog en
reikte mij een brief over, goed geschreven op goed pa
pier. Is keek hem aan terwgl ik las en zag, dat zijne
oogen de verrassende hoedanigheid bazat&n. dat hij er
een van op Mary richtte en een op het plafond en bei
den in eea blix samenvatte, terwijl zijn lichaam heen
en weer zwenkte alsof hij niet gewend was om op een
onbewetglijken vloer te staan. Is las echter den brief,
en geef den inhoui hier weer:
„Kapitein Bliek brengt zqne groeten over aan
mr. Mark Strong, dien hij het genoegen had gister
avond bij zich te ontvangen en geeft zijn leed
wezen ti kennen over de ontvangst, die hem
toen ten deel is gevzllen. Kapitein Black hoopt, dat
hem het voorrecht zal zijn gegund mr. Strong op
zijn jacht „La France^ te ontvangen, dat nog
tö Dieppe tegenover de amerikaansche boot Portland
voor anker ligt, hedenavond elf uur on hemgadtv/g*
heid te kunnen bewijzen zijner waardig."
Dat was inderdaad zonderling. Niet alleen gaf het
mij den schijn, dat de man van de Rne Joubert vol
komen wist, dat ik Hills bondgenoot was, wat diens
plannen betrof, maar hij kende ook mijn naam e
te oordeelen naar den toon waarop hij schreef, was hi
duidelijk, dat hij mijne positie kende en het feit, dat
ik volstrekt niet in den handel was. Of het goed voor
mij was, dat hij dit wiat kon ik toen niet zeggen, maar
is. had besloten om met list ie werk te caan en Hall
te beschermen zooveel mij mogelijk was.
„Heeft uw mee3ter u gezegd, dat ge op antwoord
moest wachten?*' vroeg ik eensklaps, toen de zeernso
zijn rechteroog van het plafond afwendde en mfj aamag
en zeide
„Al3 u het verlangt, dat ik hier eea raad zal geven?
Zeker, zei hij, als die mijnheer wii schrijven, dan «1
hij schrijven, als hij het plan heeft om bij mij aan
boord te komen hij bedoelt zijn jacht dan m!
hij aan boord komen; en wij zullen gezamenlijk drin
ken alles en zooveel als wij willen, zooals dat bij hen*
ren gaat."
Wordt vervolgd.)