Tweede Editie. '9 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. FEUILLETON. De IJzeren Zeeroover. 13e Jaargang Zaterdag 29 Februari 18£6 No. 3884 ^B03snsrsrMZEnsrTSFK,icrs: Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 8 maanden1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 de omstreken en franco per post0.371/2 Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. By Abonnement aanzienlijk rabat Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Bit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangere G. L. DAXJBE Co. JOHN F. JONESSua:., Perry's 31bis Faubourg Montmartre. Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKES; Spaarndam, C. HARTENDORP Zandvoort, J. ZWEMMER; Veleen, L. VENUS; IJmuiden, J. J. TJADEN; Beverwijk, H. JUNGERIEj, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentën aan. Het Bijvoegsel van het blad dat Zaterdagavond verschijnt, zal bevat en Een wonderlijk av ntuur. Haarlem mer Halletjes CCLIJC1 V.Binnenen Bui ten 'andse he berichten. Vstria. Advertentiën enz. NABETRACHTING uit den GEMEENTERAAD. XXXLIX. Woensdag heeft onze gemeenteraad getoond, dat hij niet enkel lang pra ten kan over kleiae zake i, maar ook spoedig weet te beslissen over groote. De overeenkomst met mevrouw Van der Vliet beeft geen enkel bezwaar uit elokt, die is met slaanden trom en vliegende vaandels door de gelederen der Raadsleden gemarcheerd. Uit het voorstel, nooh uit de behan deling daarvan krijgt de leek op het gebied van gemeentezak n een helder begrip van de beteekenis der over eenkomst, die de gemeente nu met mevrouw Van der Vliet heeft aange gaan. Kosteloos ontvangt Haarlem een groote uitgestrektheid duingrond, waarvoor zy indien zij die met geweld had moeten onhigenen, minstens acderhalven ton zou hebben moeten betalen. Ja zelfs is mij voorbij de ooren gewaaid, dat mevrouw Va der Vliet niet v; omemens was, deze terrei nen voor tweemaal honderdduizend gulden af te staan. In de plaats van deze belangrijke som kan un de gemeente het groote terrein dat zij krygt, betalen meteen klein stukje duingrond, gelegen aan den Kolk eu waarop mevrouw Van der Vliet bijzonder schijnt te zyn gesteld. Voor bare royale houding in deze zaak verdient mevrouw Van der Vliet een woord van hulde en tereoht werd haar dit in de Raadsvergadering, eerst door den heer Sneltjes en later door den Burgemeester, gebracht. Namens den Raad zeide de heer Sneltjes ook Burgemeester en Wethouders dank voor de ontzaglijke moeite, die zij zioh voor de zaak getroost hebben eu de burgerij zal zeker die loftuitiog met instemming hebben gelezen. Deze overeenkomst beteekent, dat wij los zyn van de tirannie van Am sterdams gemeentebestuur, dat aan de Duin water-Maa1 schappij verboden had, water te leveren in Haarlem, dar w«ar geen hcofdbuiB lag; een maatregel, die in de laatste jaren geheele stadskwartieren van duinwater verstoken houdt. Nu kan de aanleg van de leiding beginnen en, overeen paar jaar misechien, kan elk burger die het betalen wil, duinwater krijgen. Misschien vaart dan ook de gemeen tes as er wel by door een batig saldo. Ik onderschrijf den wensch van den beer Suelfjts, dat deze overeenkomst tal mogen strekken tot bevordering van de hygiënische en fiaancie.de belangen der gemeente. Mevrouw van der Vliet heeft ons ook aan een nieuwe schietbaan ge holpen, die weliswaar met een uitgaaf van f6000 zal moeten worden in orde gebracht, maar waar de Minister van Oorlog dan ook jaarlijks f 350 hnnr voor betaalt. Byna was daarbij de voor velen onaangename bepaling gemaakt, dat de baan op Zondag niet zou worden gebruikt, maar B. en W. hebben daaromtrent gelukkig nog een achterdeurtje weten open te houden, door de bepaling, dat voor het gebrnik der baan op Zondag hunne bijzondere vergunning noo- dig is. Natuurlijk trok de heer Klein hier tegen te velde. Hem ergert dat schieten op Zondag ja zelfs zeide bij, dat het voor de burgerij een ergernis was, maar dat kan dunkt mij de heer Klei a niet meenen, daar hij het den ingezetenen wel niet hoofdelijk kan hebben afgevraagd. Ik ken bijvoor beeld, laat ik het, getal laag nemen, zeker wel vijf dozijn menschen, die zich over dat Zondagschieten volstrek t niet geraakt toonen als ze maar niet geraakt worden. En de heer 't Hooft, die de rede neeringen van den heer Klein nooit onder zich kan laten, schijnt ook nog wel eenige lieden te kennen, die in die schietoefeningen geen been zien. Tel isc die lieden van den heer 't Hooit bij mijn lieden, dan kom ik tot de slotsom, dat de heer Klein zich vergist heeft toen hij sprak van een „ergernis voor de burgerij", hij zal bedoeld heb ben „de burgerij, voor zoover ik die ontmoet en spreek." Hiermee stap ik af van dé duinen, een stap van wat ben je roe en midden in 't licht. Daar is ten eerste de ver gunning van Burgemeester en Wet houders vau de gaslabriek, om het aantalgaegloellichtiantaarns (wie weet een korter woord) uit te breiden tot 420. Op zichzelf steekt daar niets bijzon ders in, maar ine dunkt dat diever- guuciug wel wat te veel gegeven werd op een manier, altof de Gasfabriek de bevoordeelde was en de Gemeente, nu ja dat gloeilic'ut wel aardig vond, maar er toch koud onder bleef, ot er m- er gloeilichte kwarneD, al dan niet. Nu vind ik en velen met mij, dat de straatverlichting belangrijk verbeterd is, sedert de gloeiapparaatjea hier en daar in de straten op de lantaarns zyn geplaatst. De pruef is door de gasfabriek genomen op hare kosten die kosten waren niet zoo gering, omdat de lieve straatjeugd dadelijk den oorlog aanbond met de gloeiap- paraten en proefondervindelijk naging of misschien steenen barder zijn dan glas. Nu is de proef geslaagd en wordt er leukjes medegedeeld, dat aan de gasfabriek vergunning is verleeud, om nog meer gloeilichten te plaat sen. De gasfabriek is een koopman, met wien honderden zaken doen eu moe ten doeD, tegen hun zin. 'tls zoo'n razend dure koopman 1 Maar als nu zoo'n koopman, ongevraagd, zijn waar verbetert, zonder dat het den afne mers ie:s kost, d&n ia het toch wei billijk om te zeggen: „de koopman is eens royaal geweest." Vooral omdat, wanneer ik me (niet zeer vergip, de gemeente niet het recht heeft, het gebruik van gloeilicht op straat voor te eohrijven. Had dus de gasfabriek geweigerd het te doen, dan nas het eenvoudig niet gekomen! De tweede lichtquaestie was Jhet adres van de firma W. Voet <fc Zonen e. a. om te over <egeu of niet, iegelijk met de waterleiding, een aanleg voor electrisch licht kan worden gemaakt. De Rsad stelde dit verzoek in han den van B. en W. om advies en de Raad scheen nog al waarde aan het adres ie hechten. Maar de beer de Kanter zei eens netjes en vierkant waar 'top stond. Advies uitbrengen, goed en wel, als dan de Raad maar niet zoo deed als met het advies van B. en W. over de gas-voorstellen,die indertijd heelemaal niet ia behande ling genomen waren. „Als jullie dat weer op die manier denkt te trak- teeren, ondeugende jongens, dan kun nen we de moeite van een advies wel sparen." Ik vergis me: de heer de Kanter zei niet ondeugende jongensmisschien dacht hij het alleen. In ieder geval, twee van de Raadsleden kwamen tegen die beschouwing op en de heer de Kanter antwoordde weer en we hielden ons hart al vast voor een debat, dat heelemaal niet aan de orde was, teen gelukkig de burgemeester zei„stilte in de klas, we hebben het daar niet over 1" Mij zal het benieuwen wat van dat adres komen zal. Over de bedoeling er van konden verschillende onder teekenaars my geen Jicht verschaffen en welbeschouwd is de meening van het adres, zooals het daar in al zyn kortheid ligt, en al is het een licht- qnaestie, nog al duister. Po'itie.k Oversioht. De franeche Kamer heeft Donder dag beraadslaagd over de interpellatie betreffende Siam en het met Enge land gesloten contract. Deville sprak zijne goedkeuring uit over dit contract. Zooals gemeld is heeft men voor eenige dagen dit contract in deKamer besproken in verband met de egyu- tische quae8tie. Dit deed ook Don derdag Deatourcelles weer, die klaagde over het stilzwijgen der regeering over dit vraagstuk, daar nu in En geland de meening wordt geboren en uitgesproken, dat Frankrijk zich niet met dit belangrijk vraagstuk bemoeit. De heer Floureos vroeg overlegging van alle op Siam betrekking hebbende documenten aan een commissie. Te vens verlangde deze afgevaardigde dat het ontwerp der overeenkomst tusschen E geland en Tunis een onderwerp van discussie in de Kamer zou uitmaken. De heer Berthelot verzekerde in zijn antwoord, dat hij de onderhan delingen, welke omtrent Siam nog loopende waren, niet aan het oordeel der Kamer kon onderwerpende re- geeriug zal het tractaat weten te doen eerbiedig n. De motie der heeren Destournelles en Deloncle, waarbij de Kamer haar goedkeuring hecht aan de verklarin gen der regeering, werd door opste ken der handen aangenomen. De heer Ganthier de Clagny (raüié) vroeg verlof de regeering te interpel- jleeren over de moeil§kheden, welke zij ondervindt bij het uitvoeren harer (hervormingen. Op voorstel van den 1 minister-president,den heer Bourgeois, werd de discussie hierover tot over een maand verdaagd. De heer Pontbriant, van de rech terzijde interpoli, de regeering over het aanbod tot medewerking dat de tegenwoordige minister van openbaar onderwijs, de heer Combe, heeft ge daan aan den directeur der staats spoorwegen. De heer Combs betoogde in zijn antwoord, dat hij dit had ge daan zonder eenig persoonlijk belang op het oog te hebben. De heer De Bernis, eveneeris van de rechterzyde, vroeg den minister van justitie, of er geen reden bestond de zaak te vervolgeD, waarop deze ontkennend antwoordde. Met 282 tegen 92 stemmen werd het door de regeering goedgekeurde voorstel aangenomen, om over te g*an tot de eenvoudige orde van den dag. Een vry onbelangrijke zittingdag dus. Aan de bespreking was voorafge gaan de behandeling van eene inter pellatie van Pontetbriant over bet aan bod van samenwerking, door den tegenwoordigen minister van onder wijs, Combes, g9daan aan den direo- teur der staatsspoorwegen. Combes verklaarde, dat er in deze volstrekt geen persoonlyk belang van hem op het spel stond. Nadat door de Bernis was gevraagd, of geen termen be stonden eene gerechtelijke vervolging Ui.' te lokken van wege denj minister van justitie, welke vraag door deze ontkennend was beantwoord, werd met groote meerderheid de eenvou dige orde van den dag aangenomen en aanvaard. In het engelsche Lagerhuis is Don derdag door Curzon nogmaals be- kraohtigd de waarheid van de reeds uitgesproken verzekering, dat de en- gelsohe regeeriug geen voorstellen heeft ontvangen, van de Porie noch van eene europeesohe mogendheid, betreflende de ontruiming van Egypte door Engeland. Na eeue beraadslaging, die 8 xit- tingdagen in beslag heeft genomen, heeft het Lagerhuis met 202 tegen 65 stemmen het voorstel van Balluur tot wijziging van het reglement van het Huis aangenomen. Ds door de regeeriug bestreden amendementen werden alle verworpen. Het schiereiland Korea, vóór den jap^nsch-chineesnhen oorlog een kans geheel onbesproken plek van de wereld, is sedert dien meer en meer bekend geworden, en wat daar ge^ eohiedt valt tegenwoordig groote be langstelling te beurt. Eerst waren het de krijgsoperatiën ten tijde van meldea oorlog, daarna de opstanden in het. rijk, nu zijn het de operatiën der Rust-en. Over de bewsgin-jen der Rassen heeft Curzon Donderdag ook i in het Lagerhuis het woord gevoerd. Hij zeide dat Rusland noch Sevei noch eene andero plaats in Korea heeft bezet en dat daarvoor tot dus verre nog geen vree3 behoeft te be staan. Wel wordt het gebouw der rnssische legatie in de hoofdstad door 150 soldaten bewaakt, waarin ook de koning eene schuilplaats gezocht heeft. Bovendien zyn te Seoul 500japansche soldaten. Naar de Ternes uit Konstantinopel verneemt heeft de Sultan bevolen, twee keizerlijke firmans gereed te maken, waarbij prin« Ferdinand van Cobnrg wordt erkend ala vorst van Bnlgarye en als gouverneur-generaal van Oost-Roemelië. De Daily News verneemt van 25 dezer uit Konstantinopel dat, volgens een verhaal uit partiouliere bron, den Hen dezer de Turken te Marsowan alle Armeensohe inwoners sommeer den om den islam aan te nemeD, en 150 weigeraohtigen doodden. Een telegram van den staats-secre- taria te Pretoria aan den oonsnl- generaal te Lonuen zegt, dat het ge deelte van het artikel der Volksstem vm 22 Januari, waarin sprake is vau een vervalecht telegram, onjuist is. De regeeriug deed zulk een mededet- ling (aan J meson) niel. De üeraldo te Madrid openbaart een telegram van Wo- nsdag uit Cuba betreffende den opstand. Hierin wordt melding gemaakt van zesoiitoaoetingeu met de Cubaansche opstandelingen by Sorelianos. De Spanjaarden ver sloegen de troepen van Maoeo, ten getale van 4000 manzij doodden er 42 en maakten 6 gevangenen, terwij zij zelf 16 ewonoen hadden. De Amerikaansche journalisten, die le Havana gearresteerd zyn, werden in vrijheid gesteld op voorwaarde dat zij omniddeihik Cuba zouden verlaten. De te New-York gevangen genomen flibuBtiers zijn insgelijks in vrijheid gesteld, evenwel onder borgstelling. Het uit Illinois afkomstige rebel lenhoofd Inglesito werd niet met de wapens in de hand gevangen geno men. STADSNIEUWS eerste, ticeede en derde pagina. Haarlem, 28 Februari. Woensdagavond trad in de kleine Nutszaal alhier op voor de nfd. Haar lem van de Ned. Onderw. Prop.-club (voor drankbestrijding) mevr. J. H. L. Flotnuis van Dommelen van Rot terdam. Spreekster schetste in eene boeiende rede, hce 't vooral de vronw is, die lydt <>nder de gevolgen van het drank misbruik. Zal zy dan niet meedoen aan den strijd tegen den alcohol? Als oorzaken van het feit, dat de vrouw daarin tot nog toe zou weinig belangstelling toonde, noemde zij lo. de afhankelijke p sitie van de vrouw en 2o. de weinige bekendheid by de vrouw omtrent het wezen van den alcohol en de tegenwoordige wijze van dra kbeHrijding. Als de vrouw zal ingezien hebben, dat ze verplicht is kennis te nemen van verschillende maatschappelijke vraagstukken en zij zich voldoende van 't alcohol-vraag- stuk op da ho gte gesteld heelt, dau zal zij ook onthoudster worden. Ze zal arbeiden aan de vrijmaking van de viouw en ook rechtstreeks deelnemen aan den draukstrijd. Dat zij vé-4 vermag, dat bewijzen Engeland en Amerika. Had vroeger de drankstryd een philantropisch karakter, nu is het een wetenschappelijk hervormings werk, gesteund ook vooral door het intellect. Spreekster gaf een overzicht van de ontwikkeling van de Ned. Ooderw. prop.club, hoe die zich in korten tijd tot eene bloeiende veree- niging had ontwikkeld en toonde in het kort aan, wat de onderwijzer in de school als drankbestrijder kan dom. Zyn taak zal zijn juiste begrip pen omtrent den alcohol aan te brengen en de drinkgewoonte haar eanctie te ontnemen. Daarvoor echter is het noodig, dat de onderwijzer onthou der is. Burgerplicht. De neutrale kies vereeniging Bur gerplicht tal Maandag a. s. vergaderen. De goedkeuring van de nieuwe statu ten is nl. afgekomen en wanneer dit aan de leden officieel is medegedeeld, zal het oude Bestuur aftreden en het nienwe zijne functie aanvaarden. Van dat nieuwe Bestuur heeft de heer Tu.G. Schnrmann weder bedankt, terwijl ook de heer P. N. Sabel zioh uit het Bestuur wenscht terug te trekken. In hunne plaats zullen der halve nieuwe bestuursleden moeten worden benoemd. De bijeenkomst zal worden besloten door een voordracht van den voor zitter Dr. L. Mulder, waarvan het onderwerp niet genoemd wordt. Den 9en Maart a.s. hoopt de heer C. ter Kuile, ontvanger der registratie en domeinen alhier, zijn veertigjarig jubilé als ambtenaar te vieren. Den 9en Maart van het jaar 1856 werd hy aangesteld als surnumerair en was achtereenvolgens ontvangen te Horst, Oosterhout Zaandam. By Kon. besluit van 18 Nov. 1887 werd hy als zoo danig benoemd te Haarlem. Op de gehouden tentoonstelling van Pluimgedierte te 's Gravenhage, verwierf de heer J. van Booren alhier, in afd. Postduiven met bonten doffer een eereten prys. Het slachten van kalveren. In de laatst gehouden bestuursver gadering tegen het mishandelen van dieren alhier is besloten, aan het Hoofdbestuur van de Nederlandsohe Vereeniging tot besoherming vao dieren te s Gravenhage inliohtingen te vragen omtrent het wreedaardig slachten van kalveren in onze stad. Gelyk men weet, is dat punt door de Haagsobe vereeniging sedert eenige maanden op hare agenda gebraoht en is onze gemeente daardoor eeniger- mate gebrandmerkt als eene, waar het slagersbedrijf met bizondere wreed heid wordt uitgeoefend. Aangezien bij het Bestuur vau de Vereenigiug tegen het mishandelen van dieren nimmer dienaangaande klaohten zijn ingekomen, wordt de mededeeling van de feiten, welke bovengenoemd Hoofdbestuur aanlei ding gegeven hebben, aan de wijze v n t-laohten te Haarlem zyn aa daoht te schenken, met belangstelling te Naar het engelsch van M1AJX £P:E M B E R T O N. HOOFDSTUK IX. Ik ontmoet het naamlooze schip. 58) Dat alles waa zoo snel in zijn werk gegaan, dat onze man- neD nauwelyks tijd hadden gehad om huune verbazing te kennen te geven, toen de sloep alweer op het dek hing. De groote bedrijvigheid op het dek van het oor logsschip eindigde even geheimzinnig, als het begonnen was. Weder zag men geen enkel teeken van leven op 'tdek; maar het schip bewoog zich voort en stoof ons voorbij met een vaart, zooals ik nog nooit gezien had. Zulk een merkwaardige omkeer scheen onze beman ning te verstommen. Zij zagen elkander verbluft aan en schenen nasr eene verklaring te zoeken. Maar den sleutel tot het raadsel werd gegeven, niet door een hunner, maar door Paolo, die naast my stondzijn anders kalm gelaat was rood van opwinding. „Ha I" risp hy uit, „dat is een Amerikaanl" Hij maakte een handbeweging in de richting van ons roer, en toen zag ik wat hem bezighield. E9n groote witte stoomboot kwam snel aan varen, ik herkende den vorm en tok dien van twee booten die volgden. Het was een boot van de Amerikaansche marine, en zij keerde van Eu;opa naar haar eigen land terug. Het geheim van de vlucht was niet langer onverklaarbaar: het gele schip was gevlucht voor de val, waarin bet bij Da geloopen was. „Gij hebt scherpe oogen, Paolo," zeide ik. Boos haalde hij zijne schouders op. Ik had geen tijd om mij verder met hem bezig te hoaden, want evenals hij bepaalde ik al mijn aandacht tot het tooneel, dat volgde. Het naamlooze schip staakte opeens zyn vlucht en lag bijna geheel stil. Een oogen- blik wisten wij niet wat het van plan was, maar ook maar ésn oogenblik. Toen het den steven wendde om de golven weder te klieven, zag ik een anderen kruiser, lang en wit en schijnbaar wel gewapend aan zijne zijde, welke aan het naamlooze schip den doortocht versperde. Ten laatste zou het du« te kampen hebben met een Bchip zijner waardig en bij het vooruitucht van dien veldslag kwam een groote ontzaglijke stilte over ons. Eenige minuten lagen de twee booten naast elkander de Amerikanen gaven allerlei signaleD, maar deze ble ven onbeantwoord; op het dek van bet naamlooze schip waren nu wel een honderd man, welke allen ijverig bezig waren. Het werd duidelijk, dat de kapitein besloten was tot een ander plan, want langzaam wendde het schip en met matige snelheid voer het voorby het andere. Toen het by na voorby was gevaren, begonnen de twee groote kanonnen bijna tegelijkertyd lo» te branden, en terwyl de granaten over het de* van de kruiser scheerden, voerden 1$ met zich masten, dekhnt- ten en menschen en brachten alles in een vreeselijken toestand van echipbreuk en dood. De kruiser was vol komen onvooroereid op dit verraid en lag te wanke len op zee; verschrikkelijk gegil en gejammer werden gehoord van het desdat nu lag te sidderen onder den Btroom van vuur, welke de kanonnen van het vijandige schip uitwierpen- De strijd zou slechts op een manier geëindigd kun nen hebben, waren de andere Amerikaansche schepen op dat oogenblik niet zoo nabij geweest, dat zij hunne kanonnen konden gebruiken. De vreeselijke granaten sisten en floten ons om de ooren en kwamen met zoo veel kracht in zee terecht, dat op twintig plaatsen fon teinen van groen water opspoten en de oppervlakte van den Oceaan bedekt werd met schnim. Geen enkel schip zon zulk een aanslag hebben kun nen doorstaan en de kapitein van het naamlooze sohip, ziende dat hij waarschijnlijk omsingeld zon worden, vnurde nog tweemaal, en ondernam den aftocht met die wonderbaarlijke snelheid, welke het schip reeds aan den dag had gelegd. In vijf minuten wa3 het buiten bereik van het vuurin tien minuten brachten de Amerika nen de bemanning van het geteisterde schip over op hunne eigen bootde tegenstanders waren by na aan den horizon verdwenen in dieD tijd. Op ons dek waren het leven en lawaai by na oorverdoo- vend. Yan een toestand van zenuwachtige spanning en twijfel waren onze mannen in een toestand van groote vreugde geraakt. Sommigen hunner weren er veor, dat wij maar aadeiya aan oouru zouden gaan van de ge- teietirdeechepeDj anderen wilden liever terstond het anker lichten en zulk een gevaarlijk vaarwater verlaten. Een onderhoud op het achterdek deed ons tot het eerste besluiten; wij lieten een sloep in zee en na twintig minuten geroeid te hebben waren wij bij de passagiers boot. Het was een deerniswaardig tooneel; want toen wy nader kwamen zag ik vrouwen, die zenuwachtig zaten te snikken, terwijl de mannen beurtelings hen toespraken en in de richting keken vanwaar de drie Amerikaansche pantserschepen kwamen aanstooraen. Het was inderdaad een tooneel van groote verwarring en wanhoop en driemaal riepen wij de mannen, dio op de brag stonden, alvorens antwoord te krygen. Toen wij eindelijk up het dek stonden, begroette de bevel hebber, kapitein Ross, ons met vele dankbetuigingen; j maar het was treurig den man aan te zien: hij was wit van toorn en xya siem trilde als die van een man door j groote aandoeningen overweldigd. Hij nam ons mede 'naar de kaartenkainer, want hij wilde alle byzonder- heden omtrent ons weten onze namen en onze adressen en die van de officieren, opdat wy als getuigen zouden kunnen optreden als hij zich by het Britsche Gjuyer- nemeut beklaagd had. „Twintig jaren lang", zeide hij, terwijl tranen van toorn in syne oogen opwelden, „twintig jaren lang heb ik den Atlantischen Oceaan bevaren, maar dit is de eerste keer, dat ik van zoo iets gehoord heb. Groote God, heeren I het is nieta minder dan zeeroovery en ;dat in het gewone vaarwater; maar ze znllen er voor hangenZjj signaleeren, dat ik zal bijleggen, notabene ik die de mail aan boord heb en honderd duizend gulden

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 1