Vollenlioven's STOLT, Volleiihovens LAGER, JAAP EDEN, Vrat Jij Mi's Sjitiletteï. I C HAAN I. i. tl JACOBS, Haarlem. JAN RUSTIGE, K VAN EDM, Damstraat 20. Prijscouranten van B i o e m b o 11 e n Gierstraat 6'i. 53 5p ie im. S. ÏAK BREEÏËS Cs. GLANZEND, HARD, ZWART Rijwiel Email. JOH. BOOM, 27assaulaaxi 67. Machinefabriek, StoomketelmakcriJ, Grofsmederij, Metaalgieterij, Chocoladefabriek Geen Fortuin. eenige schilders opgemerkt en aan het werk gezet werd. Sport en Wedstrijden Worstelaars bij Bismarck. Uit Friedrichsruh seint men ons, dat Vrijdagmorgen de bekende wor stelaars Dirk van den Berg en Nie mann ten paleize van Vorst Bismarok en in tegenwoordigheid van den vorst Bismarok een worstelwedstrijd hebben gehouden. (TeL) Olympische spelen. Voor de spelen zyn nu 129 bui! tenlandsche athleten ingesohreven te weten'21 Amerikanen, 1 Australiër, 6 Denen, 42 Duitschers, 23 Engel- Bohen, 18 Franschen, 7 Italianen, 6 Oostenrijkers en 6 Zweden. Onder de toeschouwers zullen zyn de koning van Servië, grootvorst George en aartshertog KarelLodewijk. Rechtszaken. De oonolusie van het O. M. by den Hoogen Raad in de bekende zaak- Buddenborg, betreffende de geldigheid van een protest van nonbetaling aaD het postkantoor, strekt tot verwerping van het beroep ten principale en incidenteel. Stoornis inden gemeenteraad. Voor de reohtbank te Tiel stond Donderdag terecht A. M. B., secretaris der gemeente B., wonende te H. Hem werd ten laste gelegd dat hij in den namiddag van den 253ten Januari j. 1. door het bezigen der woorden „Ik ben hier niet op de seoretarie," waarby hij zich naar de plaats drong waar burgemeester en raadsleden zaten, zoo'n gedruis en zoo'n wanorde had veroorzaakt, dat de openbare vergadering van den gemeentelaad van Horssen was gestoord geworden. De getuigen, de heeren C. A. Hie bendaal, burgemeester, H. Arts, ge meent e-secretaris, A. S. Rinsma, rijksveldwachter, en M. J. van Keulen, gemeente-veldwachter, allen wonende te Horssen, bevestigden het ten laste gelegde. Het O M., waargenomen door mr. van Eyck Byleveld, subBtituut-officier van justitie, achtte het den beklaagde ten laste gelegde feit wettig onover tuigend bewezen en eisohte mitsdien met toepassing van artt. 144 en 122 van het Wetboek van Strafrecht, zyne veroordeeliDg tot eene geldboete van f25, te vervangen door een gevange nisstraf van 7 dagen. De verdediger drong aan op vrij spraak aangezien de kamer, waar het publiek geregeld luistert, niet door de gemeente is gehuurd. De offioier van justitie bleef evenwel bij zijn eisoh volharden. Uitspraak 2 April a. s. Gemengd Nieuws 300 menschen gered. In een der L indensohe bladen vin den wy onderstaande regels, een uit treksel uit het dagboek van een dame die op reis is naar Amerika: Eerste dag. Wy zijn in zeede zee staat hol. Het schijnt dat de pas sagiers my sleohts tot een onaange- aaam gezelschap zijn kunnen. Tweede dag. De kapitein is een charmant man. Zooeven is hij naast mij komen zitten, heeft naar myn gezondheid geinformeerd, heeft mij ïea paar oomplimentjes gemaakt, en en slotte heeft hy mij een gloeiende iefdesverklaring gedaan. Ik heb hem ledankt. Derde dag. Ik weet werkelijk liet meer, wat ik den kapitein moet ntwoorden. Hy houdt vuiig aan. Hy liedt my ziju hart en naam aan. Hij egt zich te zullen dooden, zich een ,ogel door 't hoofd te jagen of de boot te laten zinken met de 300 pas sagiers. Ik houd mij goed. Vierde dag. Van avond heb ik het leven van 300 personen gered. En dau zegt men nog wel dat in Engeland geen grappenmakers zijn. Het Eichenermeer. Het geheimzinnige Eichenermeer in Baden is weer aan het zakken. De bodem komt weer duidelijk te voorschijn en men kan de ta'ryke muizengaten zien, waarmee de grond als bezaaid is. Veertien dagen geleden was het meer geheel droog, toen liep het vol en waar eerst de vlugge veldmuizen heen en weer sprongen, zwemmen nu groote kikvorsohen. Maar de daling van bet water is reeds weer begonnen. Het meer blijft nog steeds toesohouwers lokken. Uit den geheelen omtrek, zelfs uit Bazel tn Freiburg komen nieuwsgierigen. Aan den oever van het meer is on langs zelf een verplaatsbare herberg Een stoomspuit werd zelfs door de opgeslagen, die goede zaken maakt I vlammen aangetast en moest door i het bedieningspersoneel worden ver- Een praoti8Che uitvin ding. j laten. De brandspuit werd later deer Men kent de Döbereiner lamp zy RH? gehavend teruggevonden. In de bestaat uit- eene inriohting om water- puiuhoopen zijn reeds zeven lijken Btofgas te ontwikkelen, dat by het maar man vermoedt Hat werk". .Over koningen en interna tionale oonflioten" zegt de Griek. „Is er in het werk ook sprake van Oos- tersohe quaesties". «Zeker", is het antwoord van den verwonderden Griek, „het handelt geheel alleen over Oostersche zaken". Dan is dit boek geoonfiskeerd-', klinkt het ta melijk barsch uit den mond van den beambte. „De volgende reiziger", Brand te Calcutta. Te Caloutta heeft in de wyk der inboorlingen, Kiddepore, een hevige brand gewoed. Het vuur verspreidde zich met zulk een snelheid, dat wel dra drie straten in brand stonden. De militaire maoht werkte kraohtda- d g mede om het vernielende ele ment meester te worden; geheele huizenblokken werden gesloopt. De hulp der brandspuiten bleek, wegens gebrek aan water, ontoerei kend en weldra stond byna een vier kante mijl aan buizen in liobtelaaie. openen van het kraantje tegen een stukje platinaspons stroomt en dan vanzelf ontbrandt, ten gevolge van de eigenschappen van het platina spons om zuurstof in zioh te ver- diohten. Iets dergelijks is nu ook voor lioht- gas bedaoht door een jeugdigen Griek te Parijs, den heer Canellopoulos Het door hem uitgevonden middel om gas te ontsteken zonder het in aanraking te brengen met een vlam. bestaat uit een zeer klem stukje geprepareerde kool met een dun metalen draadje van vyf oentimeter lengte. Dit wordt op zijde van den gasbrander aange bracht; ais men de kraan opent, wordt eerst het stukje kool door het uitstroomeude gas gloeiend, vervol gens wordt het metaaldraadje wit gloeiend en steekt het gas aand.t alles in twee seconden. Welk een groot gemak deze vinding oplevert, behoeft geen betoog. Het tydrooveude éen voor éen aansteken van al de gasliohten in een groote zaal vervalt daardoormen behoeft aan eiken brander slechts het stukje kool aan te brengin, en wauneer aiie kranen openstaan, kan meu door het openen der hoofdkraan alle lichten te gelijk ontsteken. Ook wordt daar door het brandgevaar zeer vermin derd hoe dikwijls is niet bij het aansteken van gasliohten in een winkel-etalage brand ontstaan doordat licht ontvlambare weefsels in aanra- kiog kwamen met den wasstok. De samenstelling der kool is natuur lijk het geheim van den heer Canel lopoulos. Te Berlya heeft zich een maatsoh&ppy gevormd om zyn vinding in Duitschland en Oostenryk te ex- ploiteeren. In het zuiden van Rusland en in de buurt van de zee van Azoff heerscht nog steeds strenge koude. De rivieren zyn voor het meerenaeel met ys bedekt. In geen jaren heeft men daar zulk een strengen winter gehad. Volgens de France staat Algiers een hongersnood te wachten. Door de droogte is het land niet beploegd kunnen worden en was zaaien onmo gelyk. Daardoor blyft natuurlijk ook de oogst uit. Alleen in de omgeving van Oran heeft men kunnen zaaien, doch de oogst is daar vermeld door de vorst. De gouverneur generaal neemt maat regelen om het onheil te voorkomen. Geconfiskeerd. Een Grieksch reiziger komt in een douanekantoor in Turkye. De be ambte die zijn koffers naziet vindt daarin een boek van Herodes. Hy vraagt den reiziger „wie is de schrij ver van dit werk?" „Herodes" gevonden; maar men vermoedt, dat er nog veel meer slachtoffers zyn. Da weerbaarheid van Japan Het is den Japanners ernst met het versterken hunner vloot. Tot aan 31 Maart 1903 zullen gebouwd wor sen 1 pantsersohip van 15,140 ton, kruisers 1ste klasse, elk van 7500 ton, 3 kruisers 2de klasse, elk van 4850 ton en een torpedoboot van 1200 ton. Een tweede serie schepen moet in 1906 gereed zijn, en wel3 pantser- sohepen, elk van 15,140 ton, 2 krui sers lste klasse, elk van 7500 ton, 2 kruisers 3de klasje, elk van 32C0 ton, 2 torpedobooten elk van 1200 ton en eeu torpedo depotschip van 6750 ton. Ook het leger zal versterkt worden; met de nieuwe inrichting moet m-n in 1905 gereed zyn. De vermeerdering zal bestaan in 5 nieuwe divisies van 58253 man en 8107 paarden, terwyl de 6 best. ande divisies zullen wor den versterkt met 4341 paarden en 14474 manschappen. De vermeerde ring bedraagt dus 72827 maD en 12488 paarden, wat, gevoegd by de tegenwoord'ge maoht van 77168 man en 9969 paarden, een leger geeft van 149995 man en 22417 paarden. Legerhervormingen in China In Nanking zyn de Duitsohe offi- oieren, die door China zyn aange worven om een Chineesche troepen- maoht te vormen, met hun taak aan gevangen. In het geheel zijn 35 offi- oieren en onderofficieren bezig met het oefenen en opleiden van aoht compagnieën voetvolk, twee eskadrons ruitery, een battery artillerie en een compagnie scherpschutters, te zamen 2680 man. Deze kleine kern zal dan allengs tot een leger van 1COOO man worden uitgebreid. Leest men de bij zonderheden over de maatregelen die door de regeering zyn genomen om het leger te verbeteren, dan zou News over die hervorming sohryft, zoo mooi dat we ons van zelf berin neren gaan, dat wijin China zyD. Muller: Nou, bonjour, wel thuis. Meyer: Wel thuis? Ik kom or net vandaan 1 A. Ct. ADVKKFKNTIKN. VEKKOOPLOKAAL Bakenissorgracht No. 13, l kannen d a g e 1 ij k s goederen wór- isn ingebracht en worden op ver- s n g e n van hui» afgehaald. N. D. DE LEUS, Makelaar. Buigzaam glas Buigzaam glas is, volgens de Tdgl. Rundachauitgevonden door een glasfabrikant te Pittsburg, die glas platen maakt, welke bijna als blik bewerkt kunnen worden. Zy sprin gen niet door slagen; noch door ver andering van temperatuur; men kan ze buigen en kloppen en in stukken verdeelen met beitel en sohaar. Hoe dat buigzame glas gemaakt wordt is nog een geheim. Voorts worden nog andere uitvin dingen in de Amerikaansohe glasny- verheid berioht. Een fabrikant, zoo verzekert men, maakt doodkisten van glas, waarin de dooden voor bederf bewaard blijven, zoolang de kist tfgtrSSSBH- CU 86UU[lfJUfj5 K, niet gebroken wordt, en glazen trap-: CfbfEVW WWWBQ pen, leuningen, deurposten en tegels -- voor „glazen huizen", die echter niet doorziohtig zyn. Zelfs worden in Amerika tegen woordig talelkleeden, gordqnen, das sen, doeken enz. uit fijne glasweef sels gemaakt. Opgericht 1833. Do opstand der Matabelen. Reuter's correspondent uit Kaapstad bericht dat er een geveoht heeft plaats gehad, bij Buluwayo, tussohen een Engelsoho patrouille en de opstande lingen in Matabeleland. De Engelsohen hebben 7 dooden, 1 gewonde en 4 man worden vermist. Hoe groot de ver liezen der opstandelingen zyn, weet men niet. Woensdag tegen middernaoht ver spreidde zioh te Buluwayo het valsche gerucht, dat de opr erige inlanders tegen de stad oprukten. De vrouwen werden door een paniek aangegrepen; ir>en bracht baar naar het stadhui?. Een afdeeling Hollanders begaf zioh naar Shangani, waar een Hollandsoh gezin met knocben was doodgeslagen. In alle richtingen werden strydkraoh- ten uitgezonden. De zaken staan te Buluwayo volkomen stil. Een daar aangekomen mijnwerker vertelde dat bij onderweg twee vree- selyk verminkte mannen had gezien. De mijnwerkers van Shangani zyn in het „laager" gegaanmen heeft hun tot hulp een aantal manschappen gezonden. De opstand veroorzaakt ongerust heid ia Transvaal. VARIA. GrappenmakerLaatst ben ik ge red door een dollen hond. JErnatig manWat zegt ge daar. Hoe is dat nu mogelyk? GrappenmakerHet is tooh waar. Het dier was zoo vriendelijk my niet te bijten. Dingen, die men toch soo zegt 1 Muller komt op het Damrak zijn vriend Meyer uit Purmerend tegen, die blijkbaar juist van het Centraal-Station is afgestapt. Wel kijk I roept Muller verheugd, ben jy 't, Meyer? Meijer, droogjes. Of ik het ben men wel zeggen dat het haar ernst Wie zou ik zijn als ik het niet was daarmede is. j Muller, verheugd Alleen goedgebouwde, gezonde en I Wel, kerel, hoe gaat het, leef-j sterke jongemannen van het land, nog? tusschsn 16 en 20 jaar, uit bepaalde j Me dunkt van ja streken van de provincies Anhoe-1 Zoo zooen hoe gaat het Je en KiangBoe hebben kans op de lijsi ziet er patent uit ten der officieren, diö met de wer- Meyer kalm ving zyn belast, te worden opgeno-1 Wel, ik ben net zooals ik er men. De rekruten verbinden zioh uit zie. voor den tijd van tien jaren en kun- j Muller nen in dien tijd niet, zooals nu ge- J Wel, wel 1 En kom-je nu zoo bruikelyk is, voor elke nietige redeneens in Amsterdam verlof krijgen; het verlof wordt sleohts i Meijer, bedaard by ernstige gevallen, ziekts of dood' Ja, als ik me ten minste niet der ouders enz. toegestaan. Ze heb- in 't station vergist heb I ben een soldij van vijf dollar in dej Muller: Zoo, zoo; en heb-je je maand, de uniform wordt hun gele- vrouw en kinderen niet by je verd. Aan het hoofd van elke afdee- j Meyer (ziet even om zioh heen) ling en onderafdeeling der troepenNeen, ten minste staat een Duitsoher, en onder dezenMuller En konden ze het vandaag eea Chinees. Het klinkt alles zoo in Purmerend wel buiten jou stellen het antwoord. „Waarover handelt dit mooi, zooals de North China Daily MeyerBlijkbaar wel. SlaapVamer-Inrichtingen. Haarlem, Barteljorisstr. 39 41. worden net en goedkoop af geleverd ter Boek- en Handelsdrukkerij SchaoSelstrsat 41, Haarlem rTVTT TTITITTTT1 Hreippache Handwater GENEES-INRICHTING. Kleine Houtweg, r Kamperlaan. 4 r Minder gegoeden betalen half 4 geld. 4 kAAAAAIAlAAAAAi Pédiouro, Behandeling van Likdoorns en Nagels welke in de hoogte of in het vlee«ch groeien, zonder pijti. Aan minder gegoeden worden ka-r- ten afgegeven, geldig voor 3 maan den, prijs een gulden oik! esi droog, Prima kwaliteli STERNKOUCN, droge GASCOKE8VEEN BRI QUETTES en aiie andere van BRANDSTOFFEN, bij Maieenessergracht No. 73 Teiaphoonnmnffier 70. Allééaverkoop voor Haarlem en Omstreken Vraagt een proefbusje h 0,25 en ge bestelt direct een bus k/l,25. meest versterkende drank. beste Bier voor dagelijksch gebruik. Verkrijgbaar bij alle solide Bierhandelaren, als bij den Hoofdagent vervaardigt en herstelt Stoomketels en Stoommachines van iedere constructie, benevens alle benoodigde werktuigen voor publieke werken. Inrichting tot Hydraulisch Blinken van de zwaarste Ketels en IJzerconstructiën. Herstelplaats voor Locomotieven en Spoorwegmatericel. Inrichting voor het repareeren van Stoombooten. 20 tons hij8chbok voor het lichten van bootketels enz. Metallieke pakking voor de pakkingbuseen vau Stoom werktuigen. De familie Godefroy was een aantrekkelijk en jarwege geacht gezin. Bij liet venster zaten moeder en dochter te [erken. Met schitterende kleuren borduurde eene op fluweel, terwijl de andere bezig was p een groot stuk gaas allerlei wonderlijk ge- ormde figuren te teekenen. Irene Godefroy was niettegenstaande haar wen en twintig jaren, nog) een heel mooi wisjemet een droefgeestigen blik keken donkere oogen uit het bleeke gelaat, waar gen het zwarte haar fraai afstak. De familie leefdb zeer eenvoudig; als men n vader zag, was men geneigd te zeggen «■eer een wien het in de wereld niet is mee- loopende eenige zoon Octave was bij do oor to Chartres geplaatst en moeder en doch- verdienden met handwerken nog wat uy het komen van Godefroy. De moeder stond op om naar het eten te daar men geen dienstbode rijk was. Irène kte de tafel en spoedig daarop trad de heer s huizes binnen. Op hetzelfde ogenblik werd gescheld. Hij opende c3e deur en keek verbaasd naar u bezoeker. „Gij vergist u, mijnheer! Neen, waarlijk niet. Herinnert ge u mij a niet meer, Godefroy! Dan hebben de ja- mij zeker geheel veranderdik ben raudière." ,LivaudièreIs het mogelijkDan hebben nog samen lezen geleerd! Wat doet het genoegen u te zien, kom tooh binnen." livaudière kwam binnen het was evenals defroy, een oud heertje van tegen de zes- Hij had! een versleten zwarte jas aan en hoed op, die reeds meermalen in de goot moest zijn gewaaid, naar het uiterlijk te oerdeeïen. „Ja, wij zijn oud geworden, en geen wonder na een tijdsverloop van vijf en twintig jaren. Gij vertrokt indertijd naar Mexico. Waar komt gij nu vandaan, .oudb vriend!" „Uit Indié. ik wist eigenlijk niet of ik «vel hier durfde komen," en de goede man wierp een beschaamden blik op zijn sjofele plunje „maar ziet gij, ik wilde u toch gaar ne nog eens terugzien, ik ben niet rijk en..." „En ik ook niet, kom, 'blijf bij ons eten, het is wel geen Lueullus-maaltijd, maar...." „Het is al veel als men iederen dag te eteu heeft," meende Livaudière; „ge zijt getrouwd, als uw vrouw het maar goed vindt." „Mijn vrouw houdt reeds bij voorbaat va* al mijn vrienden, en mijn dochter Irene ook. Miin zoon is niet thuiszooals ik u zeide, we hebben het niet royaal. Wacht even, ik zal mijn vrouw gaan waarschuwen." Alleen gebleven, zette Livaudière zich neer en veegde met zijn zakdoek langs voorhoofd en slapen. Hij glimlachte als iemand', die zich weder eerustgesteld voelt. „Brave lieden!" mompelde hij halfluid. Irene legde nog een.couvert op tafel; de vriendelijkheid der ontvangst deed (Jen ouden man blijkbaar goed. „Ik heb nooit kinderen gehad," zeide hij, „wat zou ik met hebbes- pegeven zoon dochter en toch is het misschien beter zoo daar ik arm ben „En dat zou u erg spijten," plaagde dc va der. „Ik zal u toonen dat ik niet ondankbaar hen," zeide Li vau there „ik ben getroffen over al uw goedheid. Üw vader en ik hebben el kaar steeds goed mogen lijden, we zijn beiden van Orleans, gingen daar school en waren Bleeds in elkanders gezelschap. Dat 'as de gelukkigste tijd mijns levens, daarom ben ik er ook weer teruggekeerd om er te sterven." „Woont gij in Orleans'? Ge denkt er toen niet aan, dezen avond nog terug te keeren V: „Zeker. „Maar mijnheer, het is veel te koud," zeide Irene. „En ge zijt daarvoor veel te dun gekleed," protesteerde Godefroy, „blijf hier vannacht, dan kunt ge in het bed van Octave slapen." „Maak geen complimenten," noodde zijn vrouw. „Dan ga ik het bed opmaken," zeide Irène. „Eerst een maaltijd en dan een bed,-gij zijt veel te goea wleuüou- „Het is veel beter in ieder ge>n« ,1 een lange reis meen coupé derde r. laste, «mi eerste klasse zult gij ook al evenmin reizen als wij. en als gij u met het weinige tevreden wilt stellen „Spreek daar niet over, ik ken dat bij on dervinding; men kampt tegen het noodlot e*i men delft het onderspit, is dat niet dik wijls het leven!" „Wij kunnen er van meespreken," beves tigde zijne echtgenoote. „Kom Livaudière, vertel ons eens. van uw avonturen, die ge tooh in die vreemde landen ongetwijfeld moet gehad hebben." „Mijn avonturen hebben bestaan in den strijd om het dagelijksch brood." „Hebt gij zelfs geen schipbreuk geleden of zijt ge nooit op een onbewoond eiland ge strand!" „En zijt ge nooit dbor de wilden opgege ten vroeg Godefroy lachend. „Maar vader, dan zou miinheer Livaudière nu hier immers niet zitten 1" Ten slotte ging men ter ruste. Godefroy bracht zijn gast naar diens kamer en zeide toen zij daar alleen waron„Ge moet u met een eenvoudig verblijf têvreden stellen, want „Godefroy, ik heb u bedrogen," viel Livau dière hem in de rede. „Ik heb mij bij anderen «aangemeld, vroegere schoolvrienden evenals gij, en dio hebben mij zelfs niet in hun kamers genoodigd. Een, dien ik vroeger wen Louis geleend heb, liet mij nu door zijn knecht de deur uitgooien. Gij hebt mij aan uw tafel deen aanzitten. Neem mij niet kwalijk dat ik mij zoo armoedig heb aangekleed, terwijl Ik rijk beiip want ik heb veel geld gewonnen en overgespaard, oude vriend, en al wat ik heb, is voor u en uw kinderen. Ik bezit an derhalf millioen, morgen ga ik naar Orleans terug en laat d.oor een notaris een wettig stuk opmaken, waarin ik u en uw kindere i tot mijn erfgenamen benoem. En nu, de hand er op. en dan naar bed, want ik ben moede." Godefroy was sprakeloos van verbazing bij deze med'edeeling. Bleek stond hij in de eet kamer en trachtte tevergeefs geregeld na te denken over de mededeeling van zijn gast. Hij wilde het gewichtig nieuws aan zijr vrouw vertellen, maar heel voorzichtig hij had wel eens gehoord van menschen, die, op het heoren van een goede tijding, doodble^e i van vreugde. Hij ging daarom eerst naar de kamer van Irène en vertelde haar hot wonderbare nieuws, „Mijnheer Livaudière heeft dus eerst ge dacht dat wij hem niet vriendelijk zou Jut ontvangen cmdat hij arm wan!" Godefroy begaf zich weder naar de eet kamer, waar hij zijn vrouw bezig vond met de overblijfselen van het maal weg te ruim >r Yoorz'tbfig drelrte hij haar Gs belofte van Livaudière mede toen zij eindelijk den zin dev woorden begreep, barstte de goeae vrouw in tranen uit. Hoe menigmaal had zij ge klaagd dat het leven voor hen nooit anders geweest was dan een lange reeks van teleur stellingen, morrend gevraagd waarom alles juist hen tegen moest loopen. En nu, plotse ling dio groote verandering. Zij was te eluk- kig! En rijkelijk vloeiden weder haar de tranen. Dien volgenden morgen waren moeder en dcohter reeds vroeg bij elkaar, om samen hun groote vreugde te bespreken en allerlei plan nen voor de toekomst te maken. Het was Zondag, dus bleef Godefroy, als naar gewoonte, een uurtje langer slapen. Tegen negen uren verscheen hij in de eetkamer beide vrouwen legden gelijktijdig den vinger op de lippen, een zwijende waarschuwing om toch vooral den gast niet door eenig gemas te storen. Toen het tien uren sloeg, zeide Godefroy dat hij zijn vriend wilde gaan wekken, en met veel luidruchtigheid tikte hij op de deur van het ldeine kabinetje. Daar hij echter geen antwoord kreeg, opende hij de deur nut een vroolijk plagendfen uitroep. Doodsbleek echter trad hij eenige stappra achterwaarts. Beide vrouwen schoten toe, doch haar ruw terugduwend, riep hij „gaat heen 1" „Wat is er! Is mijnheer Livaudière ziek?' „Dood!" zeide Godefroy, en liet zich in een stoel zinken. Irène bleef rechtop staan, de lippen vast op elkaar geklemd, liet hart kloppend met ongelijke slagen. „Vader, dit is een ontzettende sl»g v^or ons, maar erger is het voor hem, die zvlkce* edele daad wilde verrichtenLaat ona moed 'ïovden en weder werken, als v»ocge% voor ons dagelijksch brood." „Dit is de hardste slag, die ons nog ge troffen heeft, mijn kind; maar gij hebt gelijk laten wij ons niet aan deze teleurst jli; ïg overgeven. Eerst moet ik zijn dood aangeven en dan moet onze arme vriend begraven worden." „Mijn arm kind!" klaagde de moeder. ,„Het geluk is voor ons niet weggelegd, moeder!" antwoordde Irène gelaten. „Berus ten in onB lot, is het eenige wat ons over blijft." L. D.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 7