j 1. „Het hoofdbestuur uitte noodi- gen, de leden, de departementen en de departementale spaarbanken aan i te moedigen tot het oprichten van I „instellingen tot verhuring van tuin grond of land met onder den huur- prijs begrepen koop- of afiospen j ningen," ten behoeve van veldarbei- ders en daarmede gelijk te stellen personen zittirg, die eerst na vijven eindigde. D^ch dit mag voor mij geen reden zijn om de grenzen te overschrijden zooveel doenlgk ten minste. Het eerste amend., van de heeren Borge8ius c. p., luidde 1. Art. 1, b, 2., eerste alinea, aldus te lezen „3o. dat zij op den Sisten Januari sedert den laten Februari van het dit voor het amend.-Euyper o.s. Ein delijk meende de C. v. R., dat het amend. Schepel tot misbruiken aan leiding kon geven. Het oordeel van den Minister week niet beduidend van dit advies af. De Minister redeneerde aldus, dat men ongeveer den standaard der loo- nen kende dat de vaste levensstelling het zwaartepunt van het welstands- laatstV8r!oopen jaar in eene gemeente [kenteeken is. Daarom was het amend, in dienstbetrekking bij niet meer dan Van Kamebeek inderdaad een ver minking. Dooh daarom kon de Min. ook niet toelaten dat de vastheid van levensstelling zou vervallen. Vandaar zijn verzet tegen het amend. Borgesius en het amend. Kuyper, dat z.i. geheel onuitvoerbaar was. Ook tegen het amend. Sohepel ban de Min. bezwaar, wyl men bij een inwonenden zoon niet kon vaststellen wat loon deze geniet. Na dit deel van het debat besloot de Kamer, met 44 tegen 41 stemmen, geen avondzitting te houden. De gebruikelijke replieken, waarby de Min. nog verklaarde jaarwedden en bezoldigingen met inkomen uit dienstbetrekking gelijk te stellen werden afgestoken en 't kieswet-bootje stoomde door. Men kwam nu aan 3o. dat zij op den len Febr. sedert een jaar den eigendom met recht van vrije beschikking hebben van ten minste 1100 (nominaal), ingeschreven in de Grootboeken der Nationale werkeloosheid van een paar weken jSohuld of van ten minste f50, inge- het kiesrecht niet teloorging. Opge- schreven in de Rijkspostspaarbank merkt werd, dat zg. losse werklieden met het amend, van den heer Kuyper door deze bepaling toch werden bui- j o.s. strekkende om er aan toe te voegen: tengealoten. Het tweede deel beoogde .of van een polis van verzekering ook pensioenen en lijfrenten, van op het leven of voor pensioen, waarop niet- openbare instellingen als inko- .ten minste f50 is afbetaaldof dat zy men te beschouwen. als eigenaar of vruchtgebruiker van Het amend, der heeren Kuyper c. s. onroerende goederen over het volle stekkende om lid 7, 8 en 9 aldus te laatst verloopen dienstjaar voor min- lezenstens fl in de grondbelasting waren „2o. of, dat zij in het laatatverloo- pen burgerlijk jaar uit jaarwedde, bezoldiging, wachtgeld, pensioen, lijf rente of in dienstbetrekking bij niet meer dan vier personen, ondernemin gen, openbare of bijzondere instel lingen, een inkomen genoten hebben, dat uit elk dezer bronnen van inkomst afzonderlijk of uit meerderen geza menlijk genomen, ten minste bedragen heeft de som die voor de gemeente of het gedeelte van de gemeente twee personen, ondernemingen,open bare of bijzondere instellingen een inkomen hebben genoten als voorde gemeente of het gedeelte der gemeente, waar zij wonen, is gemeld ia de bij deze wet gevoegde tabel II. De laatste twee alinea's ven art. 15, 2o., van het gewijzigd wets ontwerp aldus te lezen „of dat zij op den eersten Februari j in het genot zijn van een pensioen of Iqfrente van gelijk bedrag „neet dien verstande dat voor hen die in beide gevallen verkeeren, zoo noodig, ter bereiking van het ver- eischte bedrag inkomeD, pensioen en lijfrente worden samengeteld." De bedoeling van dit door den eer sten voorsteller breedvoerig toege licht amend, is, in het kort, er tegen te waken, dat het kiesreoht wordt verloren door verwisseling van pa troon, in dezelfde gemeente, in een jaar en om tevens te waken dat door Dit amend, werd door den heer Heemskerk toegeliobt voor wie het loest heeft het eigenlijk geen toelioh- ting noodig. Zoowel de C. v. R. als de Minister ontraadden het amend.uit een polis bleek, volgens den Min., hoogstens van het besteden van geld, niet van de vrye beschikking daarover. Daarna kwam men totdat zy hebben voldaan aan de eisohen van waar zij op 31 December woonden, bekwaamheid, door of krachtens de vormeld is in de bij deze wet ge- j wet gesteld vcor de benoembaarheid voegde labeltot eenig ambt, voor de vervulling had de bedoeling om ook jaarwed- van eenige betrekking of voor de den, wachtgelden enz., niet in dienst- uitoefening van eenig bedrijf of be- betrekking genoten, als inkomen te roep, waarover geen disoussie werd doen gelden en was overigens nog iets ruimer dan het voorgaande, ge lijk men bemerken kan, wat verde digd werd op den grond, dat het aankomt op constantheid van hetin- komen, niet op de identiteit der dienst betrekking. Een derde amend, was van den heer van Karnebeek. In art. 1, b, 2, te doen vervallen het eerste en derde lid, en in het tweede lid, in plaats van de woorden „van gelijk bedrag", te lezen „tot het bedrag als voor de ge meente of het gedeelte der gemeente, waar zy wonen, is vermeld in de bij deze wet gevoegde tabel", tengevolge waarvan in die tabel, gevoerd. Hierop volgde een amend, van den heer Bouman, die de toevoeging wenschte van het volgende „5. dat zy gedurende vijf jaren onafgebroken op de kiezerslijsten zijn eplaatst geweest, krachtens eene der bepalingen sub 1, 2, 3 of4vanlitera b van dit artikel, met dien verstande, dat zij, bij toepasselijkheid van art. 3 dezer wet, wederom gedurende vijf jaren onafgebroken krachtens eene der bepalingen sub 1, 2, 3 of 4 van litera b van dit artikel, op de kiezers lijsten moeten zijn geplaatst geweest, alvorens van deze alinea te kunnen gebruik maken.1* De C. v. R. was, evenals de Min., t van gevoelen, dat uit hetgeen dit in plaats van de woorden „minimum amend, bedoelde, niets biet k van wel inkomen" zal te lezen zijn mum pensioen.". Deze achtte de bedrijfsbelasting als basis voor het kiesreoht, voor de catagoriën van personen als hierbe- doeld, voldoende en wilde dus de zg. loonkiezers schrappen. De heer Schepel stelde voor In art. 1, b, 2°., tussohen de woor den „dienstbetrekking" en „zijn" in te voegen de woorden „of als inwonende zoon in het be drijf of beroep der ouders werk zaam" Een amend, dat ten doel had om ook als kiezers toe te laten de meerder jarige zonen, die, vooral in het land bouwbeJrijf (de voorst, meende, dat er wel 40,000 dergelijken waren) bij hun ouders in dienst zijn. Als naar gewoonte oepaal ik mij stand, doch van welstand in het ver leden alleen. De heer Bouman trok het amend, in. Dat is ten minste éen stemming minder. Ten slotte kwam in behandeling het voorstel—Kuyper c.s. om op het laatste lid te doen volgen: „5o. of dat zij het volle laatstver- loopen burgerlijk jaar geweest zijn leden van eenig college door het openbaar gezag ingesteld; leeraar bij eenige godsdienstige gezindheid; leeraar aan eenige inrichting van hooger onderwijsbestuurelid van een instelling van weldadigheid, voorko mende op de lijst, bedoeld in art. 3 der wet van 28 Juni 1854 (Staatsbl. no. 100); of bestuurslid van een als rechtspersoon erkende vereeniging, die opgericht is met een staatkundig, er toe het oordeel der C. v. R. en van wetenschappelijk, opvoedkundig of den Minister weer te gev n. weldadig doel, mit3 het ledental van De C v. R noemde het amend.- zulk een vereeniging niet minder dan Van Karnebeek een verminkings- vijftig bedraagt, noch ook minder dan amend., dat noodeloos een geheele het sesvoud van het aantal be3tuurs- categorie van personen schrapte en leden." ontraadde dit. Een amend, dat stellig ook geen j Eveneens het amend.-Borgesius, dat breedvoerige verklaring behoeft en de controle zou bemoeielyken en bet een aanvulling was van de z. g. kenteeken van gesohiktheid verzwak „capaciteiten", doch niet met intel- ken. Ook het tweede ameBd. werd lectueele, doch met sociale „capaci- ontraden op grond van de moeilijk-teiten", dewelke vooral geschiktheid heid der controle en a fortiori gold aanduiden. De C. v. R. achtte het amend, niet aanbevelenswaardig, wijl de waarborg van welstand ontbrak en de Minister meende, dat de in dit amend, be doelden toch wel kiezers zouden wor den uit anderen hoofde, zoodat de aanvulling overbodig was. Vrijdag zal er, denkelijk, gestemd wordeü, dat het een lieve lust is. G. Jr. De Koninginnen bezochten met Pinksteren de kerk te Soest onder gehoor van ds. Brans. Bij deze ge legenheid had een vrouw de onbe schaamdheid om vlak voor de Ko ninginnen plaats te nemen en soheen er genoegen in te hebben H H. M.M. voortdurend flink aan te kijken. Toen de koster het bemerkte, werd de vrouw verwijderd. Men gelooft met een waanzinnige te doen te hebben. Het lijk van Prins Willem George Frederik van Oranje. De N. R. Ct. bevat het volgende bericht, waaruit blijkt de onjuistheid van het bericht, dat het ochtendblad van het Jibld. van Donderdag bevatte. „Volgen8de laatste beschikkingen zou het stoffelijk overschot den 25en 's morgens te elf uur, uit Padua wor den overgebracht. Op het bepaalde tijdstip, zoo meldt een italiaansch blad, begon een pleeg werklieden met het opgraven, maar na een hal ven dag hadden zij een meter diep den grond uitgegraven zonder eenig resultaat, 's Avonds werd het werk voortgezet, nadat nog andere werk lieden met spade en houweel zich bij de eerste gevoegd hadden. Bij bet graven kwamen wel been deren voor den dag van personen die of veel ouder of veel jonger gestorven waren dan de prins, byv. een stuk schouderblad van een man boven de veertig en een ellepijp van een kind1 maar overigens niets dan een paar beenderen van een kalf en beitjes van j kippen. Prof. Tamassia en dr. Vivaldi I waren bij het werk tegenwoordig en onderzochten die beenderen naarmate ze opgegraven werden. Toen alle po gingen vruchteloos bleven, werd uit het archief op het Museum het pro- cesverbaal gehaald der begrafenis van den prins. Daarin wordt gezegd dat het stoffelijk oversohot in een houten kist, door een zinken kist omsloten, begraven werd. Iq den morgen van den 25en waren ter nlaatee: de Nederlandsche gezant te Rome, de vertegenwoordiger der Koningin, de prelect, graaf Brunelli (voor het stadsbestuur), de vice consul van NederlandAndrea Bizio en eenige verslaggevers. Ook was uit Rome gekomen graaf Greppi, adju dant van koning Humbert, die Z. M. moest vertegenwoordigen bij de pleoh- tige overdracht van het lijk; tegen den 26en waren overigens zoowel door de burgerlijke als de militaire overheid alle schikkingen getroffen de gemeenteraad van Padua had zich dpen vertegenwoordigen en kaarsen en een krans met het stadswapen beschikbaar gesteld, maar de verte genwoordigers van Nederland hadden beleefdelijk bedankt voor de bloemen en de kaarsen, met het oog op den eenvoud der plechtigheid. Ook de Koning van Italië is, even als onze regeering, in kennis gesteld met 'net mislukken der pogingen om het lijk te vinden. De Van Speyk ligt sedert 14 dagen te Venetië. Maatschappij tot Nut van 't Algemeen. Donderdagochtend werd in het Couoertgebouw te Amsterdam de ver gadering der afgevaardigden hervat. De voorzitter deelt mede dat Woens dagavond aan den maaltyd der af gevaardigden hulde gebracht werd aan HH. MM. de Koninginnen; op een telegram aan de Vorstinnen ge- rioht, was namens H. M. de Konin gin-Regentes een telegram van dank betuiging ontvangen .{Toejuichingen). De voorzitter zegt verder dat zich onder de afgevaardigden bevindt de heer A. W. Kamp, die thans voor de 50e maal het departement Meppel op de algemeene vergadering verte genwoordigt. Spr. brengt hulde aan dezen afgevaardigde De vergadering stemt in geestdriftvolle toejuichingen met deze wel< erdiende hulde in. De heer Kamp dankt voor de ge brachte hulde en eindigt met den kreet: Leve de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen. Aan de orde komt dan het volgen de punt van den beschrijvingsbrief; Voorstel van het departement Nieuw-Lekkerland. Het departement Nieuw-Lekkerland stelt voor 2o. „mooht het hoofdbestuur van meeniog zyn, dat dit niet kan ge schieden door middel van de bekende kleine geschriften, door de van zij nentwege aan te wyzen sprekers tot het houden van voordraohten of door een artikel in het jaarboekje, zoo worde voor de te maken propaganda uitgetrokken een bedrag van f 500." Hft eerste gedeelte van het voor stel wordt aangenomen, waarmee niet is uitgesproken dat de tuinbou wers per ee eigenaars van den grond moeten zyn. Het tweede gedeelte van het voor stel wo:dt verworpen. Aan de orde komt: Voorstel van het departement Apeldoorn. Het departement Apeldoorn stelt voor, dat de algemeene vergadering besluite, „dat aan het hoofdbestuur jaarlyks een crediet worde toegestaan, als bijdrage in de kosten, op de begroo ting der departementen uitgetrokken voor verspreiding op de meest ruime schaal van gesohriften vanwege de Maatsohappij uitgegeven, en dia som voorloopig te bepalen op f500." Dit voorstel wordt verworpen. Na de behandeling van deze pun ten ging de vergadering over in ge heime zitting ter behandeling van het navolgende voorstel van het hoold- bestuur lo. a. „in 't algemeen en voortaan, een bedrag, gelijkstaande met 10 pCt. van de jaarwedden der ambte naren, jaarlyks ter beschikking te stellen van het hoofdbestuur, ten einde dit, na overleg met den aan- gestelden ambtenaar, naar gelang van de omstandigheden, op de meest doelmatige wijze aan te wenden tot verzekering van ouderdoms- en in validiteitspensioen voor dien ambte naar en eventueel van een lyfrente voor zijne na te laten betrekkingen. ,het traktement van den alge- meenen seoretaris by de berekening van 10 pCt-, wegens het genot van vrije woning, te stellen op een bedrag f 1000 hooger dan dat, hetwelk op de jaarlijksche begrooting der Maat sohappij daarvoor wordt uitgetrokken; 2o. „onder dezelfde bepalingen als bedoeld, voor de thans in funotie zijnde ambtenaren, tot verzekering van hunne toekomst en die van hun ne na te laten betrekkingen, op de jaarlijksche begrooting der Maat sobappij uit te trekken a„voor den algemeenen seoreta ris, behalve gedurende de eerste 4 jaren, de afloopeode bedragen van pl. m. i 35,15, pl. m. f24,90, pl. m. 19.en pl. m. f6,50. een bedrag vanf700 „of zooveel meer als noodig is om voor hem op 65-jarigen leef tijd te verzekeren een jaarpen sioen van f1500 en voor zyn eventueele weduwe een wedu- wenpensioen vanf900 b„voor den boekhouder een be drag van f150, c) „voor den klerk een bedrag van f 25. Het slot der beraadslagingen in geheime zitting was, dat tot verze kering der ambtenaren is besloten en wel in den vorm van eene ver zekering by eene partiouliere Maat schappij, terwijl aan het hoofdbestuur is opgedragen eene nadere regeling te dien aanzien vast te stellen in overleg met de betrokken ambtenaren. Amsterdam bracht nog dei/ dank aan den voorzitter voor de leiding der vergadering, waarna deze werd gesloten. Op 20 Mei very»legde zich te Leiden bij een vischhandelaar een persoon, die, zeggende Johannes Beverwijk te zijn, voorgaf kost en inwoning in een christelijk gezin te zoeken en tot het Leger des Heils te willen toetreden. Hij heeft tot den 22en dezer bij den vischhandelaar gelogeerd, waar hem j een paar heerenbottines en een naald i parapluie in bruikleen zijn afgestaan. Na zijn vertrek op laatstgenoemden datum, heeft hij niet meer van zich doen hooren, maar toen werd in die woning een gouden heerenremontoir- horloge vermist. Volgens informatie zou de man eigenlijk Hendrik Haak genaamd en te Groningen geboren zijn. Hij is ongeveer 22 jaar oud, tamelijk lang en slank, blond met smal gelaat en litteeken bij het rech teroog, terwijl hij een kinderachtige uitspraak heeit. De commissaris van politie te Leiden verzoekt opsporing van den verdachte, inbeslagneming van het horloge en bericht. Eene botsing. Omtrent het spoorwegongeluk by IJselmonde vermeldt de N. R. Ct. nog het volgende De eerste pleziertrein van Den Haag en Amsterdam en tussohengelegen stations naar Parijs heeft op zijn terugtocht Woensdagnaoht een onge val gehad. Even voorby het station IJselmonde heeft die trein gestooten op eene ran- geerende maohine. Door de botsing kregen de passagiers een hevigen sohok en in het voorste gedeelte van den trein kregen verscheiden personen verwondingen. Het ongeval gaf 2 uur vertraging. Met eene andere looomo tief werd naar Rotterdam gereden, waar de reizigers in station Delftsche Poort overstapten. 6 a S reizigers, alsmede de beide op den trein zich bevindende oonduo- teurs werden licht gewond. Het ma terieel ia sleohts in geringe mate be- sobadigd. Onder de gekwetsten zyn drie da mes De Loor uit Haarlem, twee niet ernstig aan de beenen, een ernstig aan het rcohteroog, gevolg van eene botsing met een tegenover haar geze ten reiziger. Een medereiziger deelt omtrent het ongeval het navolgende mede Toen de trein des nachts ongeveer om half twee het station IJselmonde passeerde, hoorde men eensklaps noodsein van de locomotief en men een gevoel alsof de trein on verhoeds gestopt werd, wat zulk een hevigen schok teweegbraoht dat wij in de ooupé tegen en door elkaar vielen, terwyl onze bagage uit het net viel. In onzen wagen, een der laatste drie van den trein, had eohter niemand eenig letsel bekomen, maar in de rijtuigen 2e en 3e klasse in bet voor ate gedeelte van den trein hadden ver scheidene personen min of meer zware kwetsuren bekomen, waaronder ook spoorbeambten. In een der voorste rij tuigen was een binnenwand uit elkaar de De oorzaak van bet ongeval was, dat onze trein op eene losse machine liep, die op onze lyn stond. Bij de botsing was een buffer als een strootje afgeknapt, terwijl de andere kromge bogen tegen het voorwiel van de an dere maohine was geklemd. Natuurlijk heersohte er bij de rei zigers groote ontsteltenis. Men hielp echter gezamenlijk de ge kwetsten, ongeveer een tiental, en na 2 uur oponthoud reden wy met be hulp van eene locomotief van een goederentrein langzaam naar Rotter dam, waar wij in het station Delftsche Poort overstapten en in goede om standigheden, dooh veel te laat, aan kwamen. De pleziertrein had op Fransch grondgebied ook nog vertraging on dervonden, daar een der reizigerskaar beweerd werd bij ongeluk, aan de noodbel trok, zoodat de trein stopte en proces verbaal tegen den passagier werd opgemaakt. Aan een anderen medereiziger moe ten hij het overstappen te Brussel, station du Midi, een bankbiljet en eenige retourkaartjes gerold zyn. Per Harwichboot zijn te Rotterdam aangekomen 300 sohotsche en iersohe paarden bestemd voor de cavalerie en artillerie hier te lande. De levenslustige jonge dieren wer den naar de stallen van de firma Ook horst getransporteerd, ten einde ge leidelijk naar het remontedepot te worden vervoerd. Opgesloten. Uit Gramsbergen schiyft men We hebben evenals Hardenberg bezoek gebad van Z.Exc. den Com missaris der KoniDgin. Hoewel dit op zichzelf voor de wereld buiten ons weinig belang moge wezen, door het „inoident" te Hardenberg is bet bepaald veel belangrijker gewordet Daar in Hardenbtrg heeft, sohrikniei lezer, Z.Exc. gevangen gezeten, i dat zelfde lot voorafgeg an, door de comm.-griffier. Terwyl ZExo. me den burgemeester zich in een ande gedeelte van het gemeentehuis be vond, waren de raadsleden met dei grilfier in de raadkamer. Toen het verlaten dezer kamer een raadsleden, een ware Hercules, deur wilde openen, draaide hij doo de veer en allen zaten gevangen. Fluks werd een smid geroepen de deur opengestoken. Toen eeni oogenblibken later Z.Exc zioh ml den burgemeester in dezelfde kamt bevond, wierp laatstgenoemde de des dioht, daar de besproken zaak slecht voor vier ooren bestemd was, ei helaas thans zat Z.Exo. gevaDgei Ten tweeden male moest in grot ornaat de zoon van Tubal Kai komen, en de hooge vertegenwoord gers van het gezag u,it hun wel nil benarde maar toch vrij lachwekkend politie verlossen. Gelukkig werd door allen de zaa van den vroolyken kant opgenomet wat zeker wel het beste w Koloniën, Atjeh Batavia, 29 April1 Mt Aan de Javabode wordt uit Koti Radja van 30 April geseind „Heden is uitgerukt met het 9a bitaljon en eene bergbatterij in <j richting van Toengkoeb en Kroenj kali ter demonstratie in de 13 Mo kims en de vernieling van de eigei domuien van Toekoe Tjoet va Toengkoeb en den Imam van Si8a die naar Oemar zijn overgeloope Het bombardemement van Lam P sang wordt voortgezet, de vijand antwoordt dit niet. Een later telegram meldt: „D^ colonne is te 11 uur tdirug^ komen zonder Mesdjid Siem te heb ben bereikt; zij heeft éen licht wonde gekregen. „De demonstratie is nietdoorgeze de tegenstand der bevolking was a gemeen. De missigit Siern en Kroen kali waren zwaar bezet. Een ernst gevecht zou dus onvermijdelijk weest zijn en volgens de instruct aan den colonnecommandant gegeve moest dit vermeden worden. „Volgens soo juist ingekomen onneDbericht wil Toekoe Oemar. monstreerende nan de Koeala Atje tusechen Lampeneroet en Ketaps Doea een inval doen oin Oleh-leh vermeesteren. Zijn kans van slagi wordt op nihil geschat." De Javabode teekent hierbij aai Het was zeker goed gezien, de bi doelde colonne onder deze omsta! digbeden niet in het vuur te brenge dat had tot niets geleid, dan tot va dooden en gewonden. Onnoodig i3 het nu nog den Atj her te willen toonen, dat de Compe brani sekali is; dat weet bij al lai en dat erkent hij zelf openlijk. Maar wij moeten hem ook lab zien, dat wij niet meer terlaloe hoé zijn en onze troepen niet in het ope veld noodeloos voor echijl willen 1 ten dienen aan een vijand, die zit verbergt en van achter allerlei ve schansingen op ons schiet. Het schijnt dat generaal Vetter o< van meening is dat er een gebru moet gemaakt worden van de artiL rie. Hij zal zeker in zijn redeneeringt den vijand, dien grooten factar, ni vergeten, welke men door mee allen die over Atjeh praten en schr ven, met merkwaardige naïveteit zi negeeren. De Jav. Ct. meldt over dezelfc zaak Het besobieten der verst erkiugt van Toekoe Oemar werd, sedert 27 d zer, met onregelmatige tusscbenpooz voortgezet. Het vuur werd slech zwak beantwoord. Daar bericht was ingekomen, d Tjoet Toengkoep, Nja Makam Imam Siëm, wier volgelingen ree in de 26 Moekims tegen ons haddi gestreden, eenige dagen geleden m benden strijders naar de Zes Mo kims waren getrokken, om Toeki Oemar te steunen, werd, in di nacht van 28 op 29 April, de v sterking van eerstgeaoemde bij Toen koep met een klein detachement nomen en vernield en werden huizea daarin verbrand. Een Europeescn fuselier werdlio „Wie :s die mijnheer?" „Blaydes, schijnt het dat zijn naam is, of liever ge zegd was!" „Was?" „Hij ia dood." „Dood?" „Morsdood vermoord, door iemand, dien ik van even naby zag als ik u thans aanschouw, maar in het geheel niet bekeek. Men heeft mij gezegd dat alles in de „Globe" staat Leest het mij voor, mijnheer, ik bid u." HOOFDSTUK VH. Onschuldig verdacht. Tom Ericksen strekte moedig de hand naar het avond blad uit. Hij had het te koud om het hart om te beven. De huurkoetsier had een stoel by de tafel geschoven, zette zijne beide elbogen midden op het katoenen tafel kleed en liet het warme vuurroode gelaat op de handen rusten, Tom zette zich tegenover hem neder. Hij vond de paragraaf, die betrekking had op den moord, door liep die regelen eerst van begin tot einde, en las toen langzaam hardop Vreeselijke Moord U Hampstead. Laat in den afgeloopen nacht, ol wel in den vroegen morgenstond, i8 er een vreeaelyke moord in den omtrek van Zuid-Hampstead gepleegd. Een machinist, die heden ochtend vroegtijdig op weg was naar zijn werk en het zijpad volgde, dat Finchley Road met het oppergedeelte van Haverstrock Hill verbindt, zag een zwaren knup pel op het gras liggen. Toen hij dien stok ophief, be vond hij dat deze bevlekt was met bloed, en daar vlak bij ontdekte hij een getrokken degenstok, waarvan het staal tot aan het handvatsel gebroken was. De machi nist zette nu zijne nasporingen voort en kwam aldus aan een hollen boom, waar hem een ontzettend schouw spel wachtte. Daar lag namelijk het lijk van een heer in avond-costuum. Hij was dood, en dat naar alle waarschijnlijkheid reeds sedert eenige uren. Het lichaam was overdekt met bloed, en het hoofd afgrijse lijk verminkt, als ware het verpletterd geworden door slagen met een of ander stomp werktuig toegebracht. Er kaa geen twijfel bestaan of de misdaad werd ge pleegd met behulp van den bovenbedoelden knuppel, (tot hiertoe de eenige leiddraad om den schuldige op het spoor te komen) wat den degenstok betreft, de on gelukkige man heeft hem zeker getrokken om zijn leven zoo duur mogelijk te verdedigen. De politie is aanstonds met de zaak in kennis gesteld, en het lijk werd naar het doodenhuis van Marylebone overgebracht om de schouwing af te wachten. Intusschen is tijdens het eerste onderzoek, reeds heel wat licht over de zaak verspreid geworden, en doet het ons leed te moeten melden dat men in het slachtoffer kapitein J. Montgomery Blaydes herkend heeft, laatste lijk behoorende tot de Coldstream Guards, en een offi cier die zich onderscheidde in den veldtocht van 1815. Hij droeg geen papieren of geschriften hoegenaamd bij zich. Tom hield op dit punt met lezen op. „Ga voort, mijnheer." „Ja, ik zal verder gaan. Maar dat is heel zonder ling." „Zeg dat niet. Men heeft hem ook bestolen. Dat is maar waar ik op neer wilde komen, en aangezien wij anders geen leiddraad vinden, moeten wij ons daaraan vastklampen." Tom moest zijne lippen bevochtigen, aleer hij verder kon gaan „Men heelt geen brieven of eenigerlei geschrift bij hem gevonden en het was alleen aan het merk op zijn linnengoed te danken, dat men zoo spoedig kon ont dekken wie de overledene was. Het blijkt thans dat de ongelukkige kapitein, gedurende den Iaatst°n tijd, het dorp West End bewoonde, op geen mijl afstande van de plek waar hij vermoord werd, en dat hij zijn huis een weinig na tienen gisterenavond verliet, met het plan zijn avond op een feest te eindigen. Hij nam daartoe een huurrijtuig. De politie hoopt dat de koet eier zich bij haar aanmelden zal „Dat heeft hij al gedaan verklaarde Jim. „Gij kunt dat eindje weglaten." „En kunt gij den man niet beschrijven?" „Niet duidelijk. Ik zou alleen kunnen zweren dat hij noch laag noch klein was en een broek van nanking scheen te dragen." (Tom droeg dien waarlijk, maar zijne beenen waren onder tafel verborgen). „Neen," her nam Jim. „Ik "rees dat men door mij niet op het spoor komen zal. Mi ar iets anders is het met de door hem gestolen voorwerpen. Daardoor zal men licht y( krijgen." „Er was een diamanten doekspeld." „Die heb ik gezien. Wat meer?" „Al zijn geld." „Onee, hij betaalde mij flink. Wat anders „Een gouden horloge." Hij had moeite die woorden uit te brengen. Jim slo met de gebalde vuisten op tafel. „Dat is al genoeg!" riep hij uit. „Let op mijne woc den, dat zal hem aan den galg brengen. Wat vo soort horloge?" Maar ditmaal volgde er geen antwoord, want vrouw van den huurkoetsier stond op den dremj achter den stoel van haar echtgenoot en haar oog en die van Tom, ontmoetten elkander, met een vrea lijkeü, veelbeteekenden blik. „Wat is er gaande met een horloge?" vroeg zij b fluisterend, en met onvasten tred naderbij tredende,O rie hand op den schouder van haar man te laten rt ten. „Wiens horloge bedoelt gij „Het horloge van een vermoorde," gaf Jim ten ai woord. „Ik vroeg juist hoe het er uitzag. Het zal i schuldige aan het gerecht overleveren." „Dat zal het ook," fluisterde zij hem verschrikt in h oor. „Het is een remontoir, en de man die tegenoi je zit, draagt het bij zich Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 2