van het personeel", staat «en drie- armige lichtkroon, sierlijk bewerkt. De Lustrumfeesten te Utrecht. Aan de receptie, die, Maximiliaan van Bohemen Donderdagmiddag gaf, ging vooraf eene openbare Senaats vergadering in de kleine zaal, alwaar door Utreohtsohe jongedames ei gesobenk zou worden aangeboden. De oommissie bestond uit de dames de Louter, Sandberg, Froger, Brond- geest, Snellen, Coblqn, Merkus En gelman, van Heeokeren van Brand senburg, van Lutterveld en van Ba er le. Nadat het „IÖ vivat" staande ge zongen was, werd het Corpslied aan geheven en alstoen opende jhr. Van Karnebeek, reotor van het „U. S. C." de vergadering en gaf, na het welkom te hebben uitgesproken, het woord aan Mej. De Louter, die met eene keurige toespraak, namens de Utreoht sohe jonge dames, een antieke kast aanbood. De kast is geheel gebeeldhouwd, in den stgl der 17e eeuw en bestemd tot opneming van het arohief van het oorps. Eene perkamenten oorkonde ver gezelde het geschenk. Nadat de fanfares en het applaus geëindigd waren, betuigde de rector aan de dames commissie de groote erkentelijkheid van het corps voor het schoone geschenk, dat .eene wondeplek heeft in de senaatskamer." Donderdagmiddag te 2 uur ving het concert door de Italiaansche kapel in den tuin van Tivoli aan. Het werd aan den Senaat aangeboden door van gouden en zilveren werken, van de !:Pan,;a No*ta" en .et Litteris". - - In 't eerst was de tuin aan alle ^en recht fantastischen indruk ma ken. Een gekostumeerde gondelvaart zou bij deze omgeving zeker passend zijn en in de verbeelding een water feest voor oogentooverer, zooals onze voorouders ze plachten te vieren. (D.) Al8 tegenhanger van het bericht „Boerhave overtroffen", voor eenige dagen temeld, diene het volgende: Dezehde wereldbekende wandelaar en spon man, de heer L. C. Dudok de Wit van „Slangenvecht" te Breu kelen, maakte Zondag 21 Junijl. een voetr;.i-je naar Noordbrabantte Zalt- bommei in een der voornaamste ho tels willende overnachten, werd aan Z.Ed. het nachtverblijf geweigerd, omdat hij geen bagage bij zich had. De ziekte op Hr. Ms. Friso. Uit Nieuwediep meldt men, dat nog veertig man van Hr. Ms. Friso, welke Woensdag uit Indië aankwam, naar het ho:-pitaal gezonden zijn, dus 140 in het geheel. Ieder die onder officieren en man- sc appen door zwelling van beenen verschijnselen der berri-berri toonde, moest naar het hospitaal. Zou het niet weneohelijk zijn het sohip buiten dienst te stellen en volkomen te ont smetten De fabriek van Van Kempen Zonen. Heden viert de Kon. Ned. fabriek heeren J. N. van Kempen Zonen te Voorschoten, haar 60 jarig bestaan. Alle werkliedenzouden vandaag een tocht naar het eiland Marken maken en daarna in Artis een gezellig samen- zgn hebben. De zaak, welke thans zulk een grooten omvang heeft bereikt, werd, naar het L. D. herinnert, in 1835 opgericht te Utreoht, door den heer J. M. van Kempen, die, aanvankelijk voor een wetensohappelgke loopbaan bestemd, zich zoo aangetrokken ge voelde tot de kunstnijverheid, dat hg besloot te doen wat in zgn vermogen was, om het zilverBmidsvak in ons land wederom in eere te brengen. Hij riohtte daartoe eene werkplaats in de Cbcorstrast te Utreoht in en het eerste werkstuk van groote beteeke- nis, dat deed zien, wat er uit die be scheiden werkplaats komen kon, was een G thieke bokaal, die in 1847 aan Koning Willem II te Utreoht werd aangebodeneen werkBtuk, waarop do roemrgkste helden uit het huis vi n Oranje Nassau waren afgebeeld, en dat dus een historisohe gedachte uitdrukte. Toen het later bleek dat men te Ui-recht op den duur niet kon biijven, viel de keuze op Voorschoten, waar een nieuwe ruime fabriek werd ge bouwd. Verschillende prachtige werk stukken werden daar afgeleverd, o.a. het gelenxteeken van 1813 te's-Hage, het standbeeld van Pietersz. Koen te Batavia, enz.; maar vooral in gouden en zilveren werken werd een schat van wersstukken en feestgeschenken vervaardigd. De stichter der firma overleed in 1877 en liet de bloeiende zaak aan zijne zonen na, die den arbeid huns vaders waardig hebben voortgezet. De fabriek heelt een eigenaardig leerlingstelsel. Daar voor werkstuk afzonderlijk het loon bepaald wordt, kan de werkman een hooger lo >n verdienen dan voorheen. Maar nu heeft hij nog een ander voordeel. Hem wordt een leerling toegevoegd, die op de fabriek teekenonderwijs ontvangt en den werkman kosteloos hulp verleent in de eerste jaren. La ter, bij meerdere ontwikkeling van den leerling, wordt de overwinst op een werkstuk tus;chen werkman en leer ling naar verhouding verdeeld. Voor het personeel bestaan een zieken- en begr> fenicfondseen vereeniging tot aankoop van levensmiddeleneen zgden mooi bezet, doch ternauwernood was de koning vau Bohemen de groote ridderzaal ingetreden, of de gansohe stoet van edelen, dames en heeren volgde hem daarheen. Nadat hg op den voor hem be stemden zetel op het podium had plaats genomen, ving de steeds wis selende promenade voor den vorBte- lgken troon aan. De voornaamste gaBten des konings, de aartshertog Ferdinand en de keurvorst van Sak sen en hunne edelen, namen naast den koning plaats. Alle dames ont vingen uit de handen der pages, die op de trappen des troons stonden, bloemruiker;, de heeren een herinne ringsmedaille. Tal van autoriteiten, civiele en mi litaire, hadden zich laten inso'nrgven. Maximiliaan ontving tal van kran sen van afgevaardigden. Hij was ge kleed in witte zgde met gouden bor duursels, de wijde broek nauw over de knie sluitend. Een zwart fluweelen mantel met hermelijnen rand en even eens met gouden borduursel versierd, maakte met dat wit costuum een allergunstigst contrast. De leden van het soherm- en gym nastiek gezelsohap Olympia en de roeivereeniging Triton boden des avonds te 8 uur in den tuin een groot militair concert en.bal champêtre aan. Dit concert werd gegeven door het stafmuziekkorps van het 2e regiment infanterie uit 's Hertogenbosoh. onder directie van den heer B. J. A. Rehl, den vervaardiger van den aoademi- sohen feestmarsch. Toen als eerste nummer na de pauze deze ten ge- hoore werd gebracht, werd de heer Rehl luide toegejuicht. In den tuin was nabg den ingang van de zaal een tent opgeslagen, waarin een kleine tentoonstelling werd gehouden van eenige merkwaardig heden alle betrekking hebbende op de vereenigingen Olympia en Triton. O. a. was te beziohtigen een roei boot, waarmede eenige overwinningen door Triton zijn behaald, tal van pho- tographieën, verschillende medailles, enz. enz. De tentoonstelling trok een druk bezoek. Heden hebben de tweede opvoering van het Ridderhofspel, en daarna het volksfeest plaats. De Vacature ontving de volgende Bpaur- en vcorschctkas; eon wedu- merkwaardige aanvrage: wentonds en een peneioen Ion ds. Dat „Daar ik gepasseerde maand Maart de verhouding tusschen patroon en mijr Akte heeft behaald voor onder werklieden uitstekend is, blijkt o. a. wijzere?, ben ik zoo vrg uw te vragen daaruit, dat er 42 werklieden aan de of uw ook mij eiken Dinsdag de fabriek zijn met 25 tot 50 jaren Courant Vacature gratis wil overzen- dieust. Donderdagmiddag Kiezerahumor. Onder de verschillende biljetten voor de verkiezing van een lid der Provinciale Staten in het Hoefdkies district Zaltbommei, ingeleverd, waren er twee met de volgende rijmpjes be schreven 1. Geen mestvaalt voor gezondheid [aan den dijk. Ik stem op B. van Bergeik. 2. Niet Bergeik met zgn meisjes gezicht, Maar ik stem Lenshoek, een man [van gewicht. Een afschuwelijke dood. Te Wijnandsrade in Limburg bracht Woensdag een twaalfjarige jongen een paar koeien naar de weide. Hij had de onvoorzichtigheid het touw waarmede hij éen der beesten vast hield zich om het lijf te knoopen het dier werd onderweg schuw en sloeg op hol. Het sleepte den knaap door het land mede, en toen op zijn hulpgeschreeuw een paar arbeiders toeschoten en het dier tot staan brach ten, blies de knaap ernstig verminkt den laatsten adem uit onder de he vigste pijnen. Een muizenplaag- Te Rouveen vertoonen zich weder om, als voor drie jaren, een groot aantal muizeneen groot deel van den oogst zoowel te Staphorst als te Rouveen is door die dieren verwoest. Eerst zjjn vele roggeakkere, die eem rgken oogst beloofden, vernield daar- na kree-' de haver een beurt. Bn waar bier en daar een weide tusschen het bouwland ligt, wordt ook deze niet overgeslagen. Al het jonge, malscbe gras wordt weggevreten, terwijl de harde stengels onaangeroerd blijven staan. Verschillende landbouwers schaften zich daarom pref. F. Loeffler' Mause-Bacillus aan en met aan vankelijk goeden uitslag. Een tweede middel, dat ook vele muizen het leven kost, bestaat in het graven van tamelijk diepe, aan de wanden steil oploopende gaten. De muiten, die in deze kuilen terechtkomen, kunnen langs de wanden: niet weer naar boven klauteren en worden des morgens gedood. Meermalen vindt men ze bij tientallen in een kuil. Een derde middel is het bestrooien van den akker met muizentarwe, mogelijk wel aan te bevelen, doch in alle gevallen te kostbaar om alge meen toegepast te worden. Slechts een paar stukken grond werden er tot nog toe mee bestrooid. Daar echter niet alle landbouwers die middelen toepaseen, blijven nog genoeg dieren over om hun verschij ning een ware ramp te achten. Pers Overzicht. Atjeh. De jongste beriohten uit Atjeh wek ken volgeDs de Standaardbevreem ding. Generaal Vetter is ontheien van zijn mandaat. Een nieuw militair en civiel gouvernement is aangesteld. Wij zgn dus uit de eerste in de tweede periode overgegaan. En toch ontbreekt zoo uit Indië als van uit het plein elke aanduiding, wat de beteekenie zij, die wij aan dezen overgang hebben te heohien. Zoo oppervlakkig maakt het, meent de Standaardden indruk, alsof we nu uit den baitengewonen weer in den gewonen toestand zijn terugge keerd alsof het werk der tuchtiging is afgeloopenen alsof we nu weer binnen onze linie gaan zitten wachten op de dingen die komen zullen. Is dit zoo en gaan we weer op den uitkijk staan als voorheen, dan vreest het blad, dat na niet langen tijd met de Atjehers het oude lieve leventje weer van voren af aan zal beginnen en dat zij straks weer in onderhandelin gen zullen treden, die op nieuwe teleurstelling moeten uitloopen. „Zoo is wel de pijnlijke zweer bloedig doorgesneden iaat het blad er op volgen en voor het oogen- blik gezuiverd, maar uit het kwade „Dat men kiezen of deelen zal. omtrent de reden, die hem heeft bewo- „Dat men toont te weten, wat men gen zgn ontslag te nemen als voorzitter wil." van de Club van R. K. Kamerleden. Toen verschillende bladen het onjuiste geruoht verspreidden, dat die ontslag neming een gevolg was van het feit, „dat de meerderheid der vergadering niet met het advies van den nestor der olub wenschte mede te gaan," heb ik,' om eenerzijds de waarheid te die nen, maar om anderzgds zelfs den eohgn te vermijden den heer Haffmans iets onaangenaams te willen aandoen, mg bepaald tot de mededeeling, „dat de naaste aanleiding tot mr. Haff mans' ontslagneming niet was de af stemming van zijn iu de club uitge- braoht advies." Op de daarna gestelde vraag„wat dan wel de naaste aanleiding was", bleef ik het antwoord sohuldig, niet omdat ik het niet kon geven, maar omdat ik den heer Haffmans de gele genheid niet wilde benemen, dit ant woord zelf te formuleeren. Tol heden echter bevatte het Ven- loosck Weekblad dienaangaande niets, ja zelfs vermeldde het nog met geen enkel woord het reeds van 20 Mei dagteekenend feit van mr. Haffmans' aftreding als voorzitter der Club. Missohien dat zijn drukke be moeiingen met mgn persoon bedoelde aangelegenheid geheel aan zgn aan- daoht onttrokkenhet kan daarom nuttig zgn, hem te herinneren, dat er nog altijd lieden zgn, die gelooven dat het ontsteken van „licht,meer licht" over deze zaak belangrgk zou kunnen bijdragen tot verkrijging van een juist inzicht omtrent de wgze waarop, en de middelen waardoor, sommige met het vertrouwen hunner partijgenooten ver eerde personen meenen de bereiking van een door hen gewenscht doel te mogen bevorderen." De Staat ala toongever. De N. Amsterdammer heeft gelezen dat de minister van oorlog de bepa lingen nopens de bezoldiging van de burger-geëmployeerden op daggeld, in de militaire bakkerijen werszaam heeft aangevuld. Aangevuld in dier voege, dat te rekenen van 1 Juni 1896 aan „vorenbedoelde" geëm ployeerden, bg arbeid van langoren duur dau 12 uur per dag, eene ver goeding per uur kan worden toege kend, berekend naar het Vu gedeelte van het bedrag van het gewoon dag geld. De N. Amat. merkt nu op: „Hier is allereerst sprake van een werkdag van 12 uur. Neenvan arbeid van langeren duur dan 12 uur per dag. En den burger-geëmployeerden, van wien zulk een lange arbeidstijd wordt geëisoht, wordt niet extra-vergoeding daarvoor toegezegd, maar een ver goeding kan hem worden toege kend. Men kan van den Staat eisehen, dat [hij, ook waar hij werkgever is, als toongever optrede. Kwijt een minister zioh op deze wgze van den pliohi, die in dit op- zioht op hem rust?" De eindstemming. De bekende Haagsche eorrespon dent van de Zutph. Cour. maakt o. m. dez8 twee opmerkingendat deze kieswet alles behalve een nationale wet isdaar er ze fa onder de 56 voorstemmers velen zgn, die hun stem voor niet van harle hebben uitge bracht en dat er over de uitbreiding van het aantai kiezers niet veel te zeggen valt; daarover zal de praktijk pas uitspraak kunnen doen. De A'. Prov. Gron. Cour. zegt dat de fouten, die aan het bestaande kies recht kleven, door deze wet bestendigd en vermenigvuldigd worden en vreest dat Yan Houten, hetzij hij nog kort of lang aanblgve, van de door hem zelf geprovoceerde agitatie wil zal hebben. Dit conservatief geknutsel kan geen stand houden. Gelukt het vooreerst de natie aan dit Byzantgnsch peuter- werk te gewennen, het zal, vreest het biad, spoedig blijken, dat we er weinig verder meê komen, omdat er geen wezenlgk nieuw bloed door komt in het kiezerscorps en dus de weg tot sooiale hervormingen voor- loopig blijft gesloten. Grondbezit. Onder dit opsohrift lezen wg in de Raag8che Courant het navolgende „Meer en meer dringt het besef door, dat in den grondeigendom een der groote faotoren schuilt van eco- nomisohe hervormingen. „Dit blijkt nu weer u t het Voor- loopig Verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot goedkeuring van de uitgifte in erlpaont van grond tusschen den Staatsspoorweg en het Scheur onder 's Gravenzande (Hoek van Holland). „Van verschillende zijden vond het nl. toejuiching, dat de Staat den eigendom van het bedoelde terrein niet overdraagt. Zoodoende zal het voordeel van eventueele waardever meerdering niet verloren gaan voor het Rgk, zeide men, blijkens het V. V." De Katholieke Kamerclub. Het Kamerlid mr. Harte zendt het volgend schrijven aan De Tijd: „Sinds ettelijke weken geniet ik de eer, door mgn collega, het lid der Tweede Kamer mr. Haffmans te wor den besproken in het Venloosch Week blad. Blijkbaar meent de geachte achrg- strook begint het gebied vanToek Oemar; een rand van struikgew arenpalmen, suikerriet en pisai boomen sluit hier het gezicht af vele klapperboomen en de enk daken die men tusschen bet gro ziet doorschemeren, doen tot een w varend gebied besluiten. In den vod sten rand kan men zelfs met h bloote oog versohillende versterki gen van den vgand zien liggen, hl bloed zal de oude zweer telkens weer ver, dat toon en inhoud van die artike- oploopen en nieuwe operatie zal on- vermgdelgk zijn. jlen zgner waardig zijn, weshalve ik ook niet zal traohten hem tot staking den aan onderstaand adres, bad reeds de „ik wilde nu ook eens gaarne naar Koloniën. Atjeh. Aan een brief uit Kota-Radja in de Java Bode, gedateerd 16 Mei, dus nog voer de Pinksteroperaties, iB het volgende ontleend De benting Lamdjamoe ziel er zeer gezellig uit en is gebouwd volgens het meestal op Atjeh gevolgd model: een vierhoek met op de N. O. en W. hoekpunten een oirkelbaetiou, bewapend met een kanon van 12 cM. A. Langs de houten borstwering, aan de voorzijde van een flinke ijzerdraad- en aloëversperring voorzien, loopt het banket, de verhooging waarop de bezetting plaats neemt, wanneer ge vuurd moet worden. Op de vrg groote binnenruimte bevinden zich het soldaten-logies en de woningen van de o'fioieren der bezetting, op het oogenblik een kapi tein en drie luitenantshoewel na tuurlijk geen paleizen, zgn tooh deze woningen werkelijk veel minder pri mitief da»; men wel zou denken; voorzien van voor- en aohtergalerij en flinke slaapkamer, bieden zij alles aan wat een ongetrouwde zich zou wensohen heeft men een groot gezin b'j zioh. dan wordt het eenigszins bedenkelijker, maar een groot gezin is ook minder op zijn plaats op een post waar het fluit6n van de kogels een dikwgls voorkomende muziek is. In den N. W. hoek is het verhoogde schilderhuis geplaatBt, een wachtpost, ongeveer tien Meter hoog, en bezet door een man van de vaste bezetting en twee man met het repeteergeweer bewapend van het 3e bataljon de op Aijeh aanwezige repeteergeweren zgn namelgk uitgereikt aan een peloton van de le compagnie Europeanen van het 3e bataljon van de met deze geweren bewapende mansohap- pen is in den laatsten tijd steeds een detachement van pl. m. 25 man op Lamdjamoe aanwezig. Van uit dit verhoogde schilderhuis heeft men een uitmuntend gezicht op den ingang van de kloof van Bera- dinop den voorgrond heeft men de opengehakte strook vóór de linie, hier 8-50 M. breed en begroeid met vrij hooge alang-alang; door de he vige regens is het hier vrij lage ter rein op verscheidene plaatsen in eene eawah herschapenaan de Noordzijde strekt zioh eene vrij groote .lagune uitiets Noordelijker van den post „Dit nu is geen stelsel, het is geen van deze zijne werkzaamheid te bewe- systeem, het is geen staatkunde. 'gen. Hij ga er mede voort tot hij-zelfen ongeveer 250 M. daarvan verwij- „Zoo blgft het hinken op twee ge-; er genoeg van krijgt. derd, bevinden zioh twee heuveltjes, dachten voortduren. Vroeg of iaat zal dat oogenblik wel waarsohijnlgk Atjehsohe graven, van „En juist wat men in Indië zoowel aanbreken, en met het oog daarop; waar aohter de benting eenige dagen pen een prachtig geschenk aangebo- zonden K rijgt, zou ik toch gaarne een als hier te lande vóór alle dingen (meen ik hem in overweging te mogen geleden herhaaldelijk des naohts be den. Op een voetstuk, waarop met antwoord van uw Edls wachten." j vraagt, is dat aan vergulde letters is aangebracht „Hulde een einde komen. eerste plechtigheid plaats. Door het eenige betrekkingen zier. personeel werd den heeren Van Kèm- „Wanneer ik de courant niet ge- vraagt, is dat aan de besluiteloosheid geven, alsdan het belangstellend pu schoten werd, doch hierover later. eene oomplete benting, daar ei zware loopgraaf, ja, eigenlijk zou m( wel kunnen zeggen, dat die rai éene doorloopende linie van verste kingen iskijkt men nauwkeurig n een kijker, dau ontdekt men telke aohter dien voorsten rand wed nieuwe loopgraven, kleine bentinj borstweringen bamboe doeri, verspe ringen enz.; ook op de hellingen de toppen der heuvels, die den gang der kloof begrenzen ontde men vijandelijke versterkingen, t< wijl de Boekit Seboen, inhetmidd der kloof gelegen, met eene zwa benting bekroond is. Het huis van Toekoe Oemar Pakan Badak, even voor deningai der kloof gelegen, en dat door he door een zwaren aarden wal en bai boedoeri-versperriag omgeven wa is door onze artillerie in eikand gesohoten, terwijl onze projeotieli Belangrijke gaten in de borstwerii geslagen hebben. Van de kampong Lam Pisang, waarschijnlijke residentie van Toek< Oemar, ziet men niets, deze is ongt veer in het midden der kloof gelegi en halverwege de Boekit Seboen. De heuvels aan weerszijden van kloof zijn op het oog steil en gedee teliik met zwaar hout begroeid, g deeltelijk kaalvermoedelgk zijn geheel onbewoond, althans men zi geen enkel teeken van leven. Uit deze korte besohrgving zultj kunnen opmaken lezer, dat het gee peulschilletje zal zijn, om onzen vriei Oemar in zgne residentie te gas opzoeken. Wel heeft de op onze poi ten Lamdjamoe, Lamtih en Blang o gestelde artillerie de versterkingen den ingang der kloof en in de naastgt legen kampong gelegen voor een groi gedeelte vernield en wordt deze g heele terreinstrook voortdurend dot ons geschut erg onveilig gemaak wel is daardoor de bevolking gi dwongen geworden in de terrei plooien tussohen de heuvels eer schuilplaats te zoeken en is zg voor bij de tegenwoordige weersgestel heid daar aan vele misères blootgi steld, maar toch is het naar mgr bescheiden meening wel te voorziei dat ze bg een oprukken van om zijde in massa hare schuilplaatse verlaten en hare versterkingen bi zetten zal. Het nemen van den eersten ran zal onder bescherming van ons gi schut en vooral wanneer dit in de vroegen oohtend verrassender wgz geschiedt, waarsohijnlgk geen of we nig verliezen kosten, maar dan b( gint eerst «le moeilijkheid. De aan d kloof grenzende heuvels zullen bi klommen, de zioh daarop bevindend versterkingen zullen genomen mo< ten worden en dit nu zo ider de maohtigen steun der artillerie; vof voor voet zal er terrein moeten gi wonnen worden, versterking na ve sterking zullen we moeten nemei waarsohgnlijk ten koste van vele vei liezen; misschien ook verlaat de vi and, zioh op zgne beide flanken be dreigd ziende, vrijwillig zgne stellii gen en bepaalt hg zioh tot de hare nekkige verdediging van zijn redui de Boekit Seboenmissohien gee hg ook dit vrgwillig prgs en verdwgi hg bij ons oprukken in het gebergt om met zooveel mogelijk geweren e mansohappen ons behoorlijk te kun nen tehnisbrengen. Dit alles ligt echter nog in het on bestemde, is nog onzeker, maar zeke is, dat wanneer de uitslag van deze tocht evenredig zal zgn aan de gees drilt waarmede onze troepen tegen de aartsverrader zullen oprukken,dat da eene zege zal bevochten worden, di éene van de schoonste bladzgdeu i het roemrijke historieboek van he Indische leger zal mogen vulien. De Tangkoebau Prahoo. Uit BandoeDg werd aan de Jav Bode gesohreven, dd. 23 Mei De Tangkoeb&n prahoe is aan he werken. Men ziet uit de kota n witten dan zwarten rook van de platten rug zijner kroon als kolomme bliek eens volledig te willen inliohten Aan het einde der opengekapte opstijgen. De krater van dezen 207 „Ha zoo, en jij hebt de voorwaarde die Leo gesteld den kogel vreest, welke aan zijn ellendig bestaan een wa i om zich te redden, voor je zeiven aangenomen," einde zou maken. Leo, die de zorg maar liever op zijn hoonde Eugenie al knarsetandend voort. Waar wa3 de welluidendheid dezer zoete stem geble ven, waarheen de engelachtige zachtheid der groote oogen geweken? Het hoofd van den jongen kapitein zonk op diens borst neer. „Leo zou het niet gekund hebben, hij ware onderge gaan in het slijk het lot was te zwaar voor hem 1" „Maar jij, :ij die mij trouw beloofd hebt, o, jegens mij jieb je geen beloften te houden, niet waar?" „Juist daarom ben ik hier. Zie ik heb geweten, dat het een zware strijd zou geven, doch ik heb gemeend, dat je even als ik aan het ongeluk de voorkeur zou geven boven de schande." „Leo's plicht ware het geweest, zijn fout weder goed te maken, hij had moeten boeten, niet wij, die niets misdreven hebben, dan dat wij elkander liefgehad heb ben. En is het soms geen schande om de dochter van den woekeraar hu als zgn vrouw zijn woning binnen te voeren. Ik vind geen woorden, om den af schuw te schilderen, die zich bij deze gedachte van mij meester maakt. Egon, Egon, laat het onweer maar ko men en inslaan, wg beiden redden ons." „En mijn broeder zou als een vogelvrij verklaarde het land moeten mgden, en onze moeder dan Zij zou het laatste, wat zij bezat, opofferen om die schuld te delgen neen, Eugenie, je kent het eergevoel der Hall- wey's nog niet." „Bij wien zou ik het bewonderen, bij Leo soms, die broeder laadt Ha, ik zou van schande door den grond kunuen zinken, moet ik jou eergevoel Boms bewon deren, die mij, je verliefde bruid, in den steek wilt laten, om je hof te maken aan de rijke dochter van Kemper 1" „Eugenie 1" riep Hallwey met opvlammende oogen, „ik wil je woorden alleen toeschrijven aan de smart, die je baheerscht. Je behoort thans niet zwak te zijn. Zelfs wanneer Kemper van zijn verlangen afstand zou willen doen, zou ik thans toch niet tot een huwelijk met je overgaan nimmer, niet voordat de laatste pfennig betaald is. Hst geld is eerlijk geleend en moet ook eerlijk teruggegeven worden. Voortaan zal er stren ge spaarzaamheid op Hallwey heerschen. Jou echter voor de zorgen des levens te vrijwaren, dit zal mijn voornaamste streven zijn. Wil je bij mijn moeder komen inwonen „Of ik wil En gij dan, Egon „Ik Een diepe zacht ontsnapte er aan Egon's borst. „God kan licht een verandering doen plaats vinden. Hij is niet meedoogenloos. Wellicht, dat Hg mij spoe dig van nit het juk redt. Hij kent toch immers de maat, tot hoever wij, uienechen, het dragen kunnen." E8n harde strijd teekende zich in de schoone trekken van den graaf af. Met groote schreden liep hij de kamer op en neer en bleef eindelijk voor de ionge hof dame staan. „Eugene, je geeft mij dus mijne vrijheid vroeg hij met een onbeschrijfelijke droefheid in de stem en bgna onhoorbaar zacht. „De eer gaat boven alles, ja, ik geel je je vrijheid." Eugenie was opgestaan, de oude heldengeest harer voorvaderen scheen over haar neergedaald, om voor een oogenblik alle zwakke en zelfzuchtige gevoelens harer ziel te verdringen. „Ik dank je!" zeide Egon Hallwey, kuste de kleine, blan ke hand, die zijn verlovingsring droeg en schreed naar de deur. „Ik wil mij naar mijne moeder spoeden, nog weet zij niets, niet waar. Eugenie, ik zie je spoedig bij haar 6n je blgft haar troost en haar steun ik zal vaak thuis komen om mij te troosten ir: uw beider aanblik en frissche hoop te putten op een betere toe komst." „Ja, ik Egon, Egonriep zij in waanzinnigen angst hem omstrengelend. „En je liefde!" Tr-nen verstikten hare stem, wild snikkend hing zij aan zijr. hals. „Mijn liei-ie behoort jou, zij behoort jou voor immer 1" Smartelijk bewogen streelde bij het blonae baar van het schoone meisje, om welks bezit honderden hem be nijd hadden. „Maar wat zal de dochter van den woekeraar voor je zijn?" vroeg zij in de grootste spanning. „Een voorwerp van 7oortdurenden afschuw voor mijn oogen een onbeschrijfelijke foltering wijl ik daarbij aan jou zal denken." „Ga in vrede, Egon, ik wil je lot niet nog zwaarder maken door verwijten en klachten. Ga en verzuim niets ter redding van je familie-eer, ik help je dragen en kam- pen, ik ben immers sterk in het bezit van je liefde." HOOFDSTUK VII. Vader en dochter. In de geopende vensters van het grijze huis in P die op fle plaats uitzagen, zaten een menigte musschei en pikten de broodkruimels van de vensterbank, di een kleine, licht bruin getinte meisje haDd heimelijk or den hoek wierp. De zon straalde helder door den kouden wintermon gen en bracht een gouden weerschijn op de dikke zwartbruine haarvlecht, die zich aebter den venstervlen| gel heen en weer bewoog en eindelijk kwam een smal brain gezichtje te voorschgn loeren en een paarzwartq schitterende oogen blikten lachend over de vroolijkpie| pende vogelenschaar heen. Verschrikt vloog deze ech ter plotseling weg. De slanke meisjesgestalte, die zoolang Dp den grond gehurkt had, sprong op en keek de vluchtelingen naj die op het dak van het achterhuis neergestreken wa.' ren. „Schuwe, schuwe vogeltjes, die je bent het waj een roofvogel, maar hij while jelui niets doen 1" sprafi zg met ee.i welluidend weeke stem en strekte verlanj gend de armen uit. Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 2