noemt ons wel eens de Chineezen
van Europa I"
„Dat heal vlaieod.... voor de
Chineezenliet Li vertolken.
Toen kon ik weggaan.
Dit is het zuiver relaas van mijn
droom.
Helaas, het zal mij wel niet vergnnd
zijn die veiwezonlykt te zien.
Maar den held van mijn verhaal,
den Chineeechen Bismarck, heb ik
aanecbouwd van aangezicht tot aan
gezicht.
En zijn gevolg ook. Het zijn alle
maal „leelijke Chineezen". Onder ons
gezegd, vieze kerels ook. Zy zien er
nit al8ol water en zeep artikelen van
ongekende wöelde zyn in China.
Mijn vrouw zou nooit toestaan, dat
ze in onze „goede kamer" kwamen.
Gelukkig logeeren ze dan ook in
het „Hotel des Indes" welks eigenaar
ik iet geluk kan wenschen met deze
zonderlinge logés met hun Oostersche
manieren.
Invloed van de Westersche be
schaving schijnt het gevolg reeds
hebben ondervonden. Bij bet weg-
yyden vsn bet station, in den omni
bus van het hotel, kregen twee be
dienden zoo hevige ruzie, dat ze
elkaar door de ruiten duwden en de
politie er aan te pas moest komen.
Op mijn woord, ze vochten als
Hollandsche polderjongens 1
H. A. GANUS Jr.
Uit de Staatscourant.
Fy kon. beBluit is met ingang van
15 Juli benoemd tot notaris binnen
het arrondissement Groningen, ter
standplaats de gemeente Appingedam,
mr. S. Boltjes, oandidaat-notaris, thans
griffier by het kantongerecht te Bols-
ward, uit welke laatstgenoemde be
trekking hem eervol ontslag wordt
verleend.
By kon. besluit is aan de na te
noemen peronen verlof verleend tot
het aannemen der ondersoheidings-
teekenen, aobter hunne namen ver
meld mr. M. W. du Tour van Bel-
linokbave, te 's Gravenhage, opper-
ceremoniemeeeter van H. M. de Ko
ningin, de versierselen der orde van
Sint Alexander Nevsky, hem door
Z. M. den Keizer aller Russen ge-
sohonkenH. W. J. E. baron Taets
van Amerongen, te 's Gravenhage,
gepensionneerd ritmeester, kamerheer
van H. M. de Koningin, de versier
selen der orde van Sint Anna, eerste
kl., hem door Z. M. den Keizer aller
Russen geschonken.
By Kon. besluit is, met ingang van
1 April 1896, aan den, met ingang
van gemelden datum, op zyn verzoek,
eervol uit zyue betrekking ontslagen
magazynkneoht by de stap el magazij
nen W. Goosens, pensioen verleend,
ten bedrage van f350 'sjaars.
Bij Kon. besluit is, met ingang van
1 Juli, aan den, met ingang van ge-
melden datum, op zyn verzoek, eervol
uit zijne betrekking ontslagen hoofd
commies by het bureau van den
inspeoteur van den geneeskundigen
dienBt der landmacht, J. P. Wenteler,
pensioen verleend ten bedrage van
f 1872 'a jaara.
Bij Kon. beBluit zijD, met ingang
van 1 November, in hunnen rang
overgeplaatstby het wapen der in
fanterie en wel by het 6de regiment
de kapitein J. A. Roeloffs, van den
generalen stafbij den generalen staf,
de kapitein C. D. de Roon, van het
6e regiment infanterie.
Atjeh.
Uit een op den 2den dezer van den
van den Gouverneur-Generaal van
Ned.-Indië by het departement van
koloniën ontvangen telegrapbisch be
rioht blijst, dat by de jongste ge
vechten in Atjeh zyn gesneuveld de
sergeant F. Verhey (algemeen stem
boeknummer 24109), de korporaal W.
H. Treurlings (algemeen stamboek
nummer 28053) en de fuselier H. J.
Klaassens (algemeen stamboek num
mer 23330) en dat gevaarlijk is ge
wond de fuselier H. H. K. Boomsema
(algemeen stamboek nummer 40069).
Timor.
De oorrespondent te Batavia van
de N. B. Ct, seint onder dagteeke-
ning van Zaterdag
In Amfoeang op Timor is een ern
stige rustverstoring ontstaan. De op
roerlingen hebben verscheidene moor
den begaan. De politie is versterkt.
Een oorlogsschip van Borneo gaat
naar Koepang.
De os lusten, die aadert eeaigeo
tijd op ket aan Portugal toeoe-
hooread gedeelte va* ket eiland
Timor beersoken, schijnen gedeelte*
lyk overgeslagen te zyn naar de Wee-
torhelft, die aan ons behoort Het
eiland is 82 geographieohe ra ijlen
lang en in het noorden, waar nu
onrust heersoht, zeer bergaobtig. De
zuidkust 1b vlak, vruchtbaar, bosoh-
ryk, en gel yk he t Westen, weinig
bevolkt. De bergen zyn steil, de da
len smal en de ravijen soherp en
diep ingesneden. Het geheele terrein
is met rotsblokken bezaaid, soms van
600 voet hoogte, en met hoog gras
en doornaohbg struikgewas bedekt.
Op die rotsblokken versobuilt zich
de Timoreee, als by ia zyn kampong
aan bun voet niet veilig ia.
By onze komst op dit eiland in
1813 Boheidde zioh een der 3 stam
men, die der Belo«neezen, in twee
deelen en de Keizer over de een
helft van dien stam verbond ciob met
ons en vestigde zioh te Koepang, waar
wy het lort Conoordia oprichtten.
Dit keizerrijk Sonnebait is gesplitst
in versohillende distrioten, waarvan
de hoofden zioh weiDig storen aan
hun van de zon afstammenden vorst,
In 1857 werd eene expeditie te
gen het hoofd Fettor van Takaip
afgezonden, waarby de radja van
Amfoeang veizooht werd ons te hel
pen. Takaip werd getuohtigd, evenals
Atapoepoe, maar de hulp bleef ach
terwege. Oematam en Amfoeang on
derwierpen zioh daarna en de radja
vaD Ledak, die in 1852 den luitenant
ter zee Glabbeek van der Does bad
doen overvallen en dooden, kreeg
vergiffenis.
By bet departement van koloniën
is het volgende, van Zaterdag gedag-
teekende, telegram van den Gouver
neur Generaal van Ned.-Indië ont
vangen
„Rust in Amfoeang (Timor) weder
ernstig verstoord. Tot herstel wordt
gewapende politie versterkt. Hr. Ms.
flottielje vaartuig Borneo tydelyk te
KoepaDg."
Li Hung Chang in on» land
Zaterdagmiddag te 13;4 ure reed de
speciale trein met het Cöineesohe ge-
zantschap het Staatsspoorstation te
's Gravenhage binnen. De adjudant
der Koningin, kapitein ter zee Zegers
Veeokens en de ordonnanoe-offioier
luitenant Loudqn, die het gezelschap
waren tegemoet gereisd, verlieten het
eerst bet rijtuig en plaatsten zioh aan
den ingang van den salonwagen waar
in de grootkanselier de reis
maakte, om hem op Haagsch grond
gebied te ontvangen.
Kort daarna Btapte Li Hung Chang,
gekleed in het wel bekende gele vest
en getooid met een pauwenveer, den
trein uit, aan den arm ondersteund
door een lid van zyn gevolg.
Op het perron vond de hooge Chi-
neesohe staatsman ter zijner ontvangst
geaohaard de heeren Verkerk Pisto-
rius, minister-resident en secretaris
generaal van buitenlandsohe zaken
Groeneveld, oud vioe president van
den raad van Indië, Cremer, hd der
Tweede Kamer; Fock, oommiBsaris
der Koningin, allen in galakostuum;
den gouverneur der residentie en den
luit. kol, Bierman, plaatselyk oomman
dant. Li Hung Chang, die een bloem
ruiker in de hand droeg, trad dadelyk
op generaal Van Helden toe en wiB-
selde met dezen opper-offioier eenige
woorden, gelijk mede met den heer
Groeneveldt en anderen die kolonel
Zegers Veeokens hem voorstelde.
Na een kort oponthoud in de waoht-
zaal van de koninklijke familie, ter
zyner besohikkiug gesteld en welke
voor deze gelegenheid met groen en
plantea was versierd, begaf Li Hung
Chang zioh naar het op het stations
plein gereed staande bofrijtuig, waar
hij, met de vertegenwoordigers der
Koninginnen naast zich, naar het
Hotel des Indes reed, begeleid door
oavalerie, door de Rijnstraat, langs
de Prinsengracht en het Voorhout.
Er waren veel nieuwsgierigen op
de been, vooral in den omtrek van
het station, waar onder de menigte
veel beweging heersohte toen de zonen
van het Hemelsche ryk passeerden.
By het Hotel des Indes, van welk
gebouw de Chineesohe vlag (de zwarte
draak en de roode zon op een geel
veld) tusBohen de Nederlandsohe en
Bataviasohe vlaggen ontplooid -was,
waohtteeen diohte menigte op de
komst van Li Hung Chang.
By ket binnentreden van hetkvtel
boden de beide dochters van den
directeur, den keer Wirte dsn kanso
lier ieder een bloemruiker een, van
welke de een de kleuren van de Cki-
neeeohe vlag weergaf tonryl de ander
de kleuren van de Nederlandsohe vlag
vertoonde. Met eene diepe neiging
bedankte de staatsman voor deze op
lettondheid, waarna hy zioh, onder
steund door twee soldaten zyner lijf
wacht, onmiddellijk naar zijne ap&r-
tementen begaf.
Te t uren reed h$ uit naar de
woning van den minister van buiten-
land8che zaken, om dezen zijne op
wachting te maken, en daarna bracht
hij bezoeken aan de overige ministers
aan hunne departementen, hetwelk
zioh bepaalde tot het aohterlaten van
zijn visitekaartje.
Aan het diner dat de min. van buiten
landsohe zaken Zaterdag te zijnen huize
ter eere van Li Hung Chknggaf en
waarop genoodigden allen in ambts
gewaad of gala-costuum verschenen,
heeft de gastheer een dronk ingesteld
op Z. M. den keizer van China en
op de betrekkingen van handel
en vitendeohap, die sedert eeuwen
reeds tusschen beide natiën bestaan.
De onder-koning heeft in antwoord
hierop een heildronk uitgebracht op
Hare Majesteiten de Koninginnen en
op de welvaart van het land, dat hem
thans zoo gastvrij ontvangt.
De minister van buitenlandBche
zaken heeft reeds Zaterdagnamiddag
ter beantwoording van het hem e-
brachle bezoek, zijne opwachting ge
maakt by Li Hung Chang en bij die
gelegenheid zich geruimen tijd met
dien staatsman onderhouden.
Circa halfzeven kwam Li Hung
Chans Zondagavond te Scheveningen
waar hij eerst een bezoek bracht aan
de Cinematographs Lumière.; Door
den directeur-generaal Goldbeck ont
vangen, bleet hy met blijkbaar ge
noegen de voorstelling bijwonen en
deed verschillende vragen omtrent de
inrichting. Toen steeg hij weer in
het hofrijtuig en reed met zyn gevolg
langs de zeezij in het Kurhaus om,
ten einde aan de landzijde uit te
stappen voor de hoofdtrap; van het
hotel, die geheel versierd was. Daar
werd hij (ontvangen door den minis
ter RÖell, de heeren Cremer en Groene
veldt, den dixeoteur-generaal van het
Kurbaus en den raad van commissa
rissen, de heeren Patijn, Uitenhooven,
Huijdecoper en Ruijs.
De groote eetzaal van het Kurhaus
was in tweeën gedeeld, de eene helit
was tot receptiezaal ingericht en van
de eigenlijke eetzaal gescheiden door
een keurige bloemendecoratieeen
Cbineeschen tempel. De tafels waren
in hoefvorm opgesteld en in de tus-
8chenruimte was een overvloed van
planten en bloemen aangebracht,
waaruit een Chineeeche pagode oprees.
De gezant nam aan tafel plaats
naast den minister RoëlI en was van
den minister Bergsma slechts geschei
den door zijn tolk. Hij droeg zijn
geel staatsiebovenkleed en een prach
tige diamant prijkte op zijn hoofd
deksel. De overige ministers en gas
ten namen deel aan den feestmaaltijd
waaraan bijzondere zorg was besteed.
Te ongeveer 9 uur verliet de ge
zant de eetzaal om geruimen tijd te
verwijlen in de Kurzaal. Zelden wa
ren zooveel bezoekers bijeen- als Zon
dagavond. Vele personen moesten wor
den geweigerd, daar èn zaal èn terras
geheel gevuld waren. Zij konden in
atwachting der komst Chineesch stu
deren, daar het feestnummer van
den „Courrier de Soheveningue", op
geel papier gedrukt, in Chineesche
karakters een hulde bracht waarvan
de Oostersche beeldspraak uit de ver
taling duidelijk bleek. Den gezant
was deze hulde reeds dadelijk aange
boden daar die opdracht prijkte op
het menu op gele zijde met gouden
rand.
In de Kurzaal zelf prijkte een Chi
neesch wapen met de zeven pauwen-
veeren gekroond naast de Nederland
sohe wapens.
De loge, voor den gezant ingericht
in den trant als by vorstelijke be
zoekers gebruikelijk, was met Chi
neesche versieringen getooid en daar
aan sloten zich twee vertrekken aan
I voor 't gevolg op de galerij, met smaak
ingericht. Het volkslied begroette den
naar buiten gingen. Het vuurwerk
slaagde voortrétfelijk. Vooral de groote
nummer», ket Xederlaadsoke wapen
en een Chineeeche pagode, voldeden
zeer, terwijl het slotnummer in Chi
neesohe letters een hulde hr&okt aan
den gezant.
Ongeveer tien uur was het feest
aigeloopen-
De gezant betuigde meermalen zyn
ingenomenheid Jaet de ontvangst en
was voor halfeif terug in zyn hotel.
Buiten de geabonneerden namen
3000 personen Zondag biljetten voor
het Kurhaus.
De extra-trein der EL IJ. S. M.
waarmede Li Hung Chang heden a. a.
naar Baam zou reizen ten einde het
aangekondigde bezoek Hare Majes
teiten te Soestdyk af te leggen, ver
trok ran 's Gravenhage des namid
dags te 2.55 en komt te Baarn aan
te 4.23. Des avond» vertrekt de Chi
neesche groot-kanselier te 9.16 weder
van Baarn, om 10,50 terug te keeren.
Dinsdag d. a, v. vertrekt de Chi
neesche staatsman met een extra trein
der Holl. spoor te 8.10 minuten naar
Amsterdam, welke trein te 9.06 aldaar
aankomt. Het vertrek nit Amsterdam
des avonds is bepaald op 9.30 aan
komst alhier 10.25.
Woensdag 8 Juli eindelijk vertrekt
de onderkoning wederom per extra-
trein van genoemde Maatschappij te
8.58 's voormiddags naar Rotterdam,
waar de aankomst aan het station
Delftsche Poort zal plaats hebben te
9.21 minuten.
Al deze uren van vertrek en aan
komst zijn in Greenwiohtijd aange
geven.
Nieuwe postzegels.
De minister van w. h. en n. be-
rioht, dat nieuwe postzegels ter waarde
van f 5 in gebruik worden ges
Die zegels zullen uiterlijk 20 Juli
aan alle poet- en bijkantoren en bij
aanvraag ook op de hulpkantoren
verkrijgbaar zijn.
Leger deB Heils.
Van den chef-secretaris van het
Leger des Heils in Nederland, majoor
Maidment, ontvingen wij met de uit
noodiging tot bijwoning van den
Woensdag 8 Juli a.s. op het landgoed
Voordaan, nabij Utrecht te houden
grooten nationalen velddag, het pro
gramma daarvaD, met verzoek daar
over iets te melden.
Het kleine boekje is verBierd met
de portretten van de nieuwe leiders,
kommandant en Maréohale Bjoth
Ciibborn. Er blijkt uit, dat de leest-
dag te 9 uur reeds zal aanvangen en
door den commandant zal geopend
worden, bijgestaan, door den geheelen
staf. De generaal, die Zondag te Am
sterdam aankwam, zal ook tegen
woordig zyn en om -10 uur eene hei-
ligings-conferentie leiden. Evenals
vorige jaren, zal ook dit aar tel uur
een gemeenschappelijk déjeuner wor
den gehouden. Het Handelsdepar-
ment zal eene tentoonstelling hou
den van alle in dit departement ver
vaardigde artikelen en de landkolonie
zal haar eerste vruchten te aanschou
wen geven. Wegens hare zwakke
gezondheid kan de Maréchale niet
tegenwoordig zyn. Te 7 uur zal de
velddag gesloten worden.
Een ongelukkig watertoohtje.
Drie Amsterdamsche knapen, van
8 tot 13 jaren, woonacotig in het He
meirijk, echte zwervers, bevonden zich
Vrijd-.g te SchelLnkwoude. Zij had
den daar in de buurt gebedeld. Na
een poos langs den IJkant gezworven
te hebben, maakten zij zioh meester
van een visschersschuitje, om een
poosje te gaan spelevaren.
Veel pleizier hadden zy evenwel
niet van hun tochtje, want
hevige N.-W. wind joeg het schuitje
nabij de Oranjesluizen op het droge.
Daar zaten zij nu. Aan wal te ko
men, daar was geen denken aan,
want tusschen hat schuitje en den
wal lag een dikke laag on begaanbaar
week slib, waarin zy bij hun pogen,
ooi hun vaartuigje te verlaten, zon
der twijlel den dood zouden gevonden
hebben.
Zoo waren zij genoodzaakt in hun
de stoker van het stoomgemaal van
ftehellinkwoude D. Kekers kwamen,
kun to hulp.
Doeh gemakkelijk waren zy niette
helpen. Met trotseering ran eigen
levensgevaar, door een eind door het
slik te baggeren, wisten zij de jon
gens met tonwen en dreggen naa,
zich toe te halen, waarna de knapen
ten huize van den rijksopzichter Te
Null liefderijk werden opgenomen en
yan het noodige voorzien. Daarna
werden zij naar hunne woring te
Amsterdam getransporteerd.
Naar aanleiding van hetgeen een
„dorpsonderwijzer" aan de Amh. Ct.
gesohreven heeft en in ons blad is
overgenomen, meldt men, dat school
kinderen wel gebruikt zyn om een
woordenboek in de wereld te brengen.
In het woordenboek van Van den
Ende vindt men een berieht van „Den
Drukker tot den Lezer", waarin aan
Pieter van Waasbergen herinnerd
wordt, hoe zyn vader .,Van Waae-
bergen" weleer een Fransoh en Ne-
derlandsoh woordenboek had samen
gesteld. Hy plaoht namelijk aan de
■ohooljongens en anderen voor iedere
honderd woorden, die ae hem brach
ten, twee stuivers te geven, en alzoo
had hy „hetzelve werk voor den le
zer byeen gelapt."
Door dr. A. de Jager werd deze
bijzonderheid medegedeeld in het
Tweede Deel van zyn „Arohief voor
Nederlandsohe Taalkunde."
Twee Chineesche bedienden, die,
nadat Zaterdag de stoet het plein voor
het station in Den Haag had verlaten,
in den hotel-omnibus zouden wegrij
den, kregen met elkander twist. Een
hunner sloeg een ruit van het rijtuig
stuk en bracht met een stuk glas zyn
tegenstander een snede over het
hoofd toe. Anderen beweren, dat hy
zijn tegenstander met het hoofd door
de ruit zou geduwd hebben.
De twistenden werden gescheiden,
de een werd met den omnibus en de
ander met een afzonderljjk rijtuig
vervoerd. Beiden bleken verwond te
zjjn. In het Hötel des Indes werden
zij door dr* Ookerse verbonden.
Een merkwaardig geval.
Het gebeurde in Zomermaand van
het jaar 1896, dus ongeveer gelijk
tijdig met de opvoering van het be
roemde Ridderhofspel in de stad Ut
recht, en kort nadat men in een der
landen aan de Noordzee had uitge
vonden om dt.- koeien door middel
van een machine te melken dat
in het kleine huisje van de weduwe
D. en in de daarbij behoorende
schuur, staande op een klein dorp in
de provincie Utrecht, zaken voorvie
len, zoo merkwaardig, d.»t wij ze
meenen te moeten brengen onder de
aandacht van sommige natuurkun
digen, spiritisten, schaapherder^, theo
sofen, dames, die opheldering in
duistere zaken geven en met een ei
werken, zevendezoons, en andere we
tenschappelijke menschen.
Wij zullen trachten de zaak zoo
kort mogelijk te vertollen.
Vrouw D. heelt een d chter, die
zes eu twintig lente's telt en Teuntje
heet. Teuntje is een plattelandsche
schoone met vermiljoenklenrige wan
gen, een voorhoofd dat glimi als een
spiegel, vuurroode armen als smids-
hamers, gele tanden en witte wenk
brauwen in éan woord, het ideaal
van een bos reknecht.
Een eindje verder woont Hannes,
die sedert een paar jaar op het dorp
by den wethouder is komen dienen
als borreknecht.
Hannes mint Teuntje teeder, maar
Teuntje heeft een „teugenbezwaar
teugen 'eca" en dat isde sterke
drank. Een dag ol wat geleden heeft
zij 't Hannes nog eens voor 't laatst
gezegd, 'a avonda, achter het kerkhot.
Voordat H omes weg liep zei hij
„Teun, je mot 'et zelf weten, maar
je doet er niet goed mee. Ik zal je
eens wat zeggen, dat ik anders maar
gezwegen zou hebben. Eergisteren-
avond heb ik op het kerkhof je va
der gezien, in 'c wit, met een blauwe
slaapmuts op zijn hoofd. Hij zei mij
vrindelijk g'n avond en hij stak zijn
vuist op tegen jullie huis. Je mot 't
schuitje te blijven, den w
gezant bij zyn verschijnen en hij boog avond, den geheelen nacht, zonder;zeil weten, Teun."
een oogenblik over de balustrade, eten of drinken, blootgesteld aan weer i 't Was ot Teuntje door den grond
Daarna nam hij plaats en bleef het en wind. zonk, toen Hannes dat zei„Houd je
geheele tweede gedeelte van het con- Eerst des Zaterdags kwam er red- mond toch met die akelige praat,"
cert van het Philharmonisch orkeBt ding opdagen. Het bedienend perso- had ze gezegd en toen was ze naar
bijwonen. Ook bleef hij het vuurwerk neel van de Oranje-luis werd hun huiB gegaan. Dien nacht deed ze geen
bezichtigen, doch achter de dazen hachelijke n toestand gewaar. De oog dicht, want het raam van haar
deureD, terwijl enkele volgelingen sluisknechts W. Prins en J. Kloet en kamertje zag juist op het kerkhof, en
ak ze haar oogen sloot, zag ze aller! de
akelige gezichten. ge
In den loop van den volgends jm
dag vertelde Teuntje aan haar moed? va
wat Hannes had gezegd, want 1 oi
was haar onmogelijk om het m
sw$gen. d(
Moeder en dochter twijfelden ge; le
oogenblik aan de juiBtkeid, wa di
zulke verschijningen vallen in di d<
omtrek zoo dikwijls voor en ieder© le
weet er van te vertellen, dat er o: nc
eigenlijk niet aan getwijfeld k< ie
worden. zt
's Avonds, tegen tien uur, juist to
de beide vrouwen naar bed zoudi
gaan, daar hooren zij het kiezelzai
rondom hot huis kaarsen, en e
oogenblik later wordt aan het vensti
luik geklopt, eerst twee zachte tikfc
en een flinke slag achteraan. Tegel
kertijd klonk een „klagerig gelui] 6
door de reet van de deur. Moed T
zei later, 't leek op 't geluid vaD e A
hond en Teuntje schreef 't toe ai 2
een kater. Dat de vrouwen doodsaxi 0
sten uitstonden spreekt vat zelf, ms Y
er gebeurde toch verder niets bijzc
ders meer. Den vokenden nac
precies 't zelfde verschijnsel.
Toen Teuntje 's morgenB naar fc
schuur ging om de geit te melk< c
stond haar een vreeselijke sohrik 8
waohten. Want al dadelyk merkte
dat er iets in de schuur gebeurd wi 1
De zeuning van de varkens lag c
derstboven, het voer van de geit 1 1
in alle hoeken verstrooid, de kipp
liepen los en de nesteieren war
kort en klein. Ze dacht dat ze
bestierf". Maar er was meer. Tq
vrouw D. zelf ook kwam kijkeD, ze
het eene varken een gezicht, alsof j
mensohenveretand had,,'t was oi
beest begreep, dat 't niet in orde w»
zei vrouw D. Eenige van de bei
kennissen werden in 't geheim g
nomen.
De zuster van vrouw D., een pa
buurvrouwen en de klompenmaki
vooral de laatste moet in zulke zak
zeer ervaren zijn. Met de varke
was je gauw klaar, zei hij. Je jq
ze eenvoudig 's avonds voor twaalvi
maar na zonsondergang, drienw
om 't kerkhof. Als er een driemi
naar 't zelfde graf kykt is 't mis
dan moet je weer van voren af a
beginnen. Maar liepen ze goed doj
dan gaf hy een briefje van zyn hai
dat de beesten zoo zuiver als gl
waren.
Maar 't andere, dat was kwajer.
zuster van vrouw D. gaf voor
kippen den raad Haarlemmerolie. E
paar droppels in 't voer. dan war
ze gewoonlijk weer klaar. Maar
geklop, daar hielp de Haarlemmi
olie niet voor, en dit was de klo:
penmaker bij uitzondering met
vrouwen eens.
's Middags kwam de geestely
eens kyken. Hij had al van 't gex
gehoord, want het dorp was er v
van en de schooljongens stonden i
troepjes naar 't behekste huisje
kijken. Als vrouw D. door het ra«
keek, liepen ze hard weg.
De geestelijke ncheen alles ma
niet te gelooven. Hy wilde wel ee
met vrouw D. des naohts op d
klopgeest waken, maar dan mol
Teuntje in de pastorie gaan slape
omdat de huishoudster anders gei
gezelschap had. Maar daar hadden i
beide vrouwen iets tegen, 's Middai
kwam de ondermeester presenteer
om te waken. Hy had een wandelstt
model '95 by zioh, en zei, dat hij c
's nachts mee zou brengen.
Vrouw D. informeerde of je da
niet iemand mes dood zou kunni
slaan enals 't haar man toi
eens was, meende ze. „Maak je ma
niet ongerust vrouw", zei de onde
meester, „een geest heeft geen vleest
en beenen en daar sla je vierka
doorheenmaar ik hou 't er voc
dat de geest wel weg zal blijven,»
ie hoort, dat er een stok op he
staat te wachten."
's Avonds kwam Hannes, waarac
tig, ook om te waken. Hannes h<
1 met Teuntje en haar moeder een lai
'gesprek. Toen 't uit was.zeiTeuntj
„affain." Hannes bleef waken en c
ondermeester werd afgezegd. En t
op den huidigen dag heeft men V8
den geest niet me6r vernomen,
het varken zet weer een gezicht a
een varken. Tusschen Hannes
Teuntje is 't weer an.
Er zyn er, die zeggen, dat ze he
goed begrypen, wie 't Bpook gewee
is, maar daarom komen ze er nc
niet voor uit.
Toen dezer dagen de pomp va
Voor hem zoowel als voor alle kringeD, die met de
Hallwey's in vriendschapsbetrekking stonden, was het
een pnbliek geheim, dat graaf Egon zich voor zyn fa
milienaam opgeofferd en een huwelijk beneden zijn
stand gesloten had, waarover een jaar geleden nog al
druk werd gesproken. Men wist zelfs te vertellen, dat
de landsvorst zich voor de quaestie had geïnteresseerd
en over de gansche zaak den dekmantel der vorsten
gunst had geworpen, ouu haar zoo min mogelijk opzien
te doen barenhet was nu eenmaal weder een ramp,
die over de edele fatnile in den laitsten tyd gekomen
was, en hier hielp men daarom bereidwillig ignoreeren,
wijl s ihwijgende deelneming het m9est gewenscht was
om de feiten te overbruggen.
Dokter Mertens wiet zich op een behendige manier
uit de verlegenheid te redden. Hij boog met ridderlijke
galanterie voor de jonge vrouw, die haastig opgestaan
was, en wendde zioh vervolgens vol ambtsyver tot de
oude Margaretha, die juist ontwaakte.
Nadat hij de zieke onderzocht en een recept had voor
geschreven, nam hij afscheid van den kapitein. Daarop
vloog zijn blik als zoekend naar de donkere venstornis,
waarin Lindis zich teruggetrokken had, doch al zijn
dra'en baatte niets, zij kwam niet te voorschijn en hy
moest wel heengaan.
„Ik kom morgen terug," verzekerde hij buiten de
kamer. „De typhus is in vollen aantocht, ix wil hopen,
dat het sterke gestel van dat oude mensch weerstand
biedt, vyf en twiutig jaar is overigens ook nog zoo erg
oud niet. Wy willen daarvoor maar het beste hopen.
Hm, ja, wat de verpleging betreft, ge zoudt er goed
aan doen, door een bijzonder geschikt persoon in dienst
te nemen, de ziekte is nog al gecompliceerd, het zal
noodig zijn, dat er 's nachts gewaakt wordt en zoo
j meer."
I „Ik zal de noodige maatregelen nemen," antwoordde
de graaf ongeduldig kort. Van een overbrenging van
Margaretha naar eeu ziekenhuis wilde hij niets hooren.
I Den volgenden morgen vóór hij naar den dienst ring,
I kwam Frits, met een ietwat bleek gezicht, dat duidelyk
verried, dat hij den nacht wakend had doorgebracht.
Hij droeg een koffieblad en zette het met den gebrui-
kelijken morgengroet op tafel neer.
„Hoe gaat het met Margaretha?" vroeg Egon be
zorgd.
„Ze heeft een slechten nacht gehad. De dame en ik
hebben geen oog toegedaan* Slechts met de grootste
moeite konden wij haar in bed houden, eerst tegen den
morgen nam het ijlen wat af. Oogenblikkelyk slaapt zij
en ook ik heb inmiddels wat geslapen."
„Zoo, en je hebt nog bijtijds de koffie klaar gekregen,
dat is flink, ik dacht al, dat ik van morgen maar zon-
der ontbijt zou moeten stellen. Ik wilde dan ook juist
naar het casino gaan. Doch er gakt toch maar niets
j boven eigen huiselijkheid, vooral als het daarbuiten
zoo bar koud is."
Met een dankbaren lach bracht de kapitein den kop
aan zijne lippen.
1 In aarzelende verlegenheid plukte Frits zich aan de
[mouwen. „De koffie ik had zoo lang geslapen, de
dame wekte my eerst voor eenige oogenblikken, zij had
joiBt de koffie gezet en voor Margaretha warme melk
klaar gemaakt
Met een ruk bracht Hallwey den xop van de lippen
en zette hem weder op tafel neer.
Zijn gelaat betrok in het oog vallend, „Ja moet van
daag nog iemand zien te vinden die de ziekenverple
ging op zich neem*. Het middageten voor ons allen
haal je uit het casino, dat spreekt vanzelf." Hallwey
gespte den degen om, bing den mantel over de schou
ders en greep naar helm en handschoenen. Met zware
schreden verliet hy de woning.
Verbluft bleef Frits staan. „Ezel, die ik ben 1" Hij
sloeg zich met de vlakke hand tegen het hoofd. „Kon
ik dan ook mijn mond houden? Daar staat nu die
heerlijke koffie. Maar 't zal me niet weer gebeuren. Hy
kon haar anders gerust drinken, de handen der jonge
vrouw mengen geen vergift, zy weet het best met Mar-
gar tha om te i-pringen, en hoezeer deze in den begin
ne ook tegen haar aanging, nu neemt zij de medicij
nen het liefst van haar aan."
Margaretha's toestand werd steeds erger en toch
raasde zij niet meer met inspanning van al hare krach
ten en liet zich eerder tot bedaren brengen, wanneer
Lindis haar toespra».
Merkwaardig, hoe gewillig de oude vrouw het duldde,
wanneer deze met een zoet vleiend woord haar wang
streelde, hare banden byeenpakte en ze onder de ver
warmende dekens sohoof. Hoe stil zy luisterde wan
neer Lindis geruststellende woorden van troost tot haar
sprak. Ook Frits luisterde met een onbewuste verruk
king naar de tooveraohtig weeke stem, die heimelijk
zyn oor binnendrong,, en zaohtjes en van lieverlede
ook zyn hart. Tussohen die beiden bestond een stil
zwijgende overeenkomst, dia." vbkzwiigendvervulden.
Zij losten elkauder stipt af bij de ziekenverpleging e
beraadslaagden gezamenlijk voor de veranderingen, di
er in de tot dusverre gevolgde wijze van verplegin
moesten plaats vinden.
De dokter vqnd echter by zyne bezoeken de jong
vrouw nooit aan het ziekbed. Hoe vaak hy ook kwaï
en welke versohillende uren van den dag hy ook kool
steeds bleef zij onziohtbaar. Ook graaf Hallwey von
haar niet aanwezig, omdat hij telkens door Frits lil
zeggen, wanneer hy de oude Margaretha wenschte I
zien. Margaretha was een oude en onbetwistbaar d
trouwste dienstbode van de familie Hallweydaaroi
werden ook alle mogelijke middelen aangewend, oi
haar hare krachten terug te doen krygen en de ziekt
meester te wordenop het punt der ziekenverplegin|
eohter, die de graaf aan ervaren handen wilde toevei
trouw zien, stiet hij bij de patiënte op een hardnekk]
gen tegenstand.
„Ik wil geen vreemde menschen om mij hebben, zoi
is het voor mij het best", was haar voortdurend ant
woord op de voorstellingen van den graaf, en latei
toen zij haar herstel tegemoet ging, lag zij met een ze
kere vroolijkheid in de kussens en verzekerde bij hoo
en bij laag, dat zij in haar gansche levBn nog niet zó'
vertroeteld was geworden als thans, en graaf Egoi
moest haar wel gelooven.
Wordl vervolgd)*