brengt dan ïn 't zelfde tij fvak van ^5
alleoverige groepen hebben bij ge Iragen
tot eene vermeerdering van f 3 mil
lioen in het geheel. De invoerrechten
hebben hierin het leeuwendeel
1 1,092,300 (ongeveer 36 pet.)de ge
zamenlijke accijnzen volgen met
t 647,200; dan komt de poBterij met
het aanzienlij ke bedrag van f 396,570;
de indireote belastingen (te zamen)
gaven f 370,420, de directe belastingen
1357,400, de loodsgelden f119,240, de
waarborg f 16,500 en de telegrafen
f6440 meer. Met slechts geringe uit
zonderingen is van de afzonderlijke
middelen de opbrengst ditmaal groo-
ter geweest dan ten vorigen jare, en
de beteekenis hiervan wordt nog ver
hoogd door de omstandigheid dat
het middel hetwelk in zijne wis
selvalligheid zoo vaak hot totaal
cijfer beheerecht, nml. het suooes3ie-
reoht, thans in de vermeerdering
8leohts een vrij matig aandeel heeft.
Bij de raming voor a/lS is de totale
opbrengst nog aohter; maar op zioh
zelf reeds is dit een gewoon ver-
sohqnsel, en, wat zeker nog niet dik
wijls voorgekomen ishet verschil
beloopt nog niet eens f 1 millioen (in
juiste ojjfers is het f937,300), terwijl
verleden jaar, (toen het eerste se
mester tooh ook geen stof tot klagen
had gegeven) het versohil ruim f21/*
millioen was. Er is m. a. w. op 30
Juni van dit jaar tuBBohen werkelijke
opbrengst en ramingsoijfer sleohts een
versohil van 1,6 pot., tegen een van
4,2 pot. op denzelfden datum van
1895.
Atjeh.
De oorrespondent te Batavia van
de N. R. Ct. seint onder dag-
teekening van Woensdag
Gisteren zijn twee bataljons naar
Gloempang getrokken op hun terug
weg zijn twee minderen gedood en
negen gewónd.
Vandaag zijn drie bataljons naar
Kroeng Raba gegaan - het derde
houdt Boekit Seboen en Kroeng Raba
bezet.
Het blad teekent hierbij aan
Onverdroten marcheeren onze ba
taljons naar Oost, Zuid en West door
het gezuiverde terrein, in wijden
kring gelegen om onze linie. Ons
komt het voor dat het doel dier be-
wegingen is, de kwaadwilligen daar
voorloopig uit verwijderd te houden
en de rustige kampongbevolking aan
het op ongezette tijden verBOhijcen
van troepen te gewennen, evenals dit
vroeger geschiedde in de seotoren
Linnen de linie.
Wil men daarvan eon gunstig re
sultaat vervrachten, dan zullen die
troepenbewegingen nog tijden lang
dienen te worden volgehouden en zal
van onze soldaten nog veel grooter
inspanning worden gevergd dan de
reeds zoo zware dienst der seotor-
patrouilles eisohte.
Valsohe wissels op de Neder-
landache Bank.
Dezer dagen is een belangrijke ver
duistering ontdekt ten nadeele van
de Nederlandsehe Bank. Bij de inven
tarisatie van de nalatenschap van den
heer J. J. B. Heemskerk, 29 Juni jl.
te Dordrecht overleden, bleek, dat
een bedrag van f123,000 bij de Ne-
derlandeche Bank was opgenomen
tegen afgifte van wissels, voorzien
van valsche handteekeningen. Een
nauwlettend onderzoek is onmiddellijk
ingesteld.
Een onderwijzer ontslagen.
Door B. en W. van Amsterdam
is aan den Raad voorgesteld den
derde klasse onderwijzer M. den
Hartog met ingang van Woensdag
te ontslaan. Aanleiding moeten B. en
W. gevonden hebben in de volgende
feiten
Den 8sten Juli 11. werd teAmsterdam
rangexamen gehouden. Van de daar
toe opgeroepen 150 derde klasse
onderwijzers waren een vijftiental
opgekomen en het examen werd af
genomen door eenige, door B. en W.
aangewezen hoofden van scholen.
Toen deze na afloop huiswaarts keer
den, werden zij opgewaoht door eenige
onderwijzers, die geprotesteerd had
den tegen deze rangexamens. De
sohoolhoofden stapten in de tram,
enkele der onderwijzers volgden hen
en een hunner, genoemde Den Har
tog, ontzag zioh niet de hoofden, en
met name een tweetal hunner, te
beleedigen. De hoofden dienden des
wege bij B. en W. een klacht in en
deze hebben, na advies ingewonnen
'te hebben van den arrondissements-,
j schoolopziener van district I, prof. J.
j C. Matthes, ingevolge de bevoegdheid
hun bq art 29c der wet op het Lager
Onderwqs gegeven, den Raad voor
gesteld den Hartog te ontslaan. Dit
ontslag is volgens het genoemde ar
tikel niet eervoldoch de wet eisoht
goedkeuring van het besluit door
Gedeputeerde Staten. Deze kunnen
dan tevenB, indien zq daartoe termen
aanwezig aohten, verklaren, dat de
onderwijzer de bevoegdheid tot het
geven van onderwijs heeft verloren-
Te Hilversum heeft de politie Dins
dagavond, op aanwijzing van een der
buren, bij T. Kok, wonende in den
„Sohspenkamp", op den zolder een
zesjarig zoontje van dezen in verre-
gaanden staat van verwaarloozing ge
vonden. Het k-iaapje was daar door
de ouders opgesloten, mishandeld en
zonder het hoogst noodige voedsel
en drinken gelaten.
Da politie had groote moeite om
de ouders te beschermen tegen de
woede van eene overtalrijke menigte,
welke hen niet alleen te lqf wilde
maar ook de woning wilde vernielen
en in brand steken.
Het onderzoek werd Woensdag
voortgezet.
(2V. v. d. D
Een honderdjarige.
Uit Rhenen meldt men van 15 de
zer
Heden vierde de heer M. W. van
de Waal alhier zijn honderdsten ver
jaardag. De geheele gemeente deelt
in de feestvreugde. Uit tal van hui
zen wapperde de nationale driekleur
en een fraaie eereboog was opge-
rioht voor de woning van den jubi-
laris, die tallooze blijken van belang
stelling ontving. Honderden kwamen
hem gelukwensohen. De heer Van
de Waal heeft van zijne 6 kinderen
nog 4 in leven. Verder heeft bij 25
kleinkinderen en 16 aohterkleinkinde
ren. De krasse grijsaard is nog vol
komen gezond en verheugt zich in
't volle genot van bijna al zqne zin
tuigen.
In de legerplaats bij Oldebroek
was Dinsdagochtend de 5e batterq
van het 2e regiment veld-artillerie
aan het houden eener taotisohe oefe
ning, toen bij het in galop in batterq
komen een bijdehands paard van het
middenspan voor een der kanonnen
viel, waardoor de berijder, de mili
cien W. Middel uit de gemeente
Marum, er onder geraakte en een
sohedelbreuk bekwam. Per zieken
wagen is hij onmiddellqk door den
officier van gezondheid naar de am-
bulanoe getransporteerd, waar hq is
overleden.
Werkstakingen.
De jongen8 van de glasblazerij te
Schiedam schijnen pogingen te willen
doen om de strike uit te breiden en
dan een loonlijst op te maken. Voor
zoover bekend, genoten de stakende
jongens fö per week en verdienende
mannen het loon, dat ook elders
wordt betaald.
Volgens de Schied. Ct. hebben ook
de werklieden der stedelijke gasfa
briek aldaar een eisch tot loonsver-
hooging bij de directie ingediend.
Brutale inbraak.
Het dagdienstmeisje van mej. A. A.
van S., belde Dinsdagochtend tegen
9 uren, zooals gewoonlijk, aan de wo
ning barer messteres, op den Schie
dam schen Singel te Rotterdam, doch
kreeg geen gehoor. Zij belde nog eens
en nog eens, met hetzelfde gevolg.
Niet gewoon te moeten wachten en
een raam open ziende staan, maakte
zij zich zoo ongerust, dat zij een fami
lielid ging waarschuwen, die daarop
ae hulp der politie in de Witte de
Withstraat inriep. Met- een ladder
kreeg men toen toegang tot het door
mej. S. bewoonde bovenhuis, doch
hoe men ook zocht, van de bewoon
ster was geen spoor te ontdekken,
totdat, zij ten laatste jop den zolder
op den vloer liggende werd gevonden,
de handen op den rug gebonden en
met een prop in den mond.
De reeds bejaarde dame werd na
tuurlijk terstond uit hare benarde
poBitie verloBt en was den eerBten
tijd niet in staat inlichtingen te ge
ven zij was door schrik en angst
meer dood dan levend. Bij horten en
stooten vernam men later van haar,
dat des avonds omstreeks 6 uren
twee als heer gekleede personeD, zich
uitgevende voor belastingambtenaren,
zich ten harent vervoegden om de
woning te zien.
Zq werden binnengelaten en na de
inrichting van het huis gezien te
hebben en zich van een en ander op
de hoogte gesteld te hebben, grepen
zq plotseling de dame beet, wierpen
baar op den grond, bonden haar en
brachten haar op den zolder, in den
toestand, waarin zij Dinsdagochtend
gevonden werd. Den ganschen avond
en nacht had zij smartelijke pijnen
te lijden, nog vermeerderd door eene
wond, die zij in het gelaat^ opliep,
tengevolge van den val of de worste
ling met de bandieten. Thans is haar
toestand naar omstandigheden bevre
digend.
Toen mej. S. op den zolder en uit
het gezicht van de misdadigers was,
hebben zij op hun gemak de woning
doorzocht, daarbij gebruik makende
van de sleutels, die in een sleutel
mandje op de tafel lagen.
Het signalement dat de oude dame
van haar aanranders aan de politie
opgaf, heeft tengevolge gehad dat
Dinsdagmiddag naar het bureau in
de Witte de WithBtraat is gebracht
zekere Van I., vroeger agent van po-
1 tie te Amsterdam, die {aldaar tot
nader verhoor wordt gehouden.
Er is een portefeuille met omstreeks
f800 aan bankpapier gestolen. Er
zijn echter geen andere voorwerpen
van waarde verdwenen.
De jgewezen agent van politie ech
ter is op vrije voeten gelaten, omdat
is gebleken dat hij geen schuld heeft
aan de geweldpleging en den diefstal.
De moord te Alblasserdam.
Een oorrespondent van de N. R. Ct.
heeft een bezoek gebraoht aan de
ouders van de vermoorde Baartje
Kloot in Alblasserdam, en bq die ge
legenheid ook het geredde meisje
Maregje gesproken. Uit dat onder
houd met de ouders en met het niohtje
is gebleken, dat de man de kinderen
uitnoodigde met hem in de boot te
gaan, dat zij den hoogen dijk afgin
gen in de griend en er toen nergens
een boot was le zien.
„Dat kost me wel honderd gulden I"
had de man volgens het verhaal
door Maregje gedaan nog uitge
roepen.
En toen, terwql de kinderen nog
stonden te kqken, gebeurde bet.
Maregje, die het dichtst bq hem
stond, had hij plotseling een hevigen
stomp in den rug gegeven, zoodat
zq te water was gevallen (in de ri
vier).
Zq had nog gezien dat Baartje ge
vlucht was en dat de man haar was
nageloopen. Zq had Baartje nog
hooren roepen„Als je me geen
kwaad doet, krijg je mijn spoor
mandje!" Verder weet zq niets.
Op een vraag van den oorrespon
dent wat zq deed, toen ze in het water
werd gestooten was het antwoord
Er stond een boomje, zoo'n
struik, en daar greep ik me aan vast.
En heb je niet geprobeerd, er
uit te klauteren
Ja, maar ik kon niet.
Kwamen er geen schepen voorbij?
Ja, een boot met twee sleepers
(gesleepte vaartuigen).
Heb je toen niet geroepen?
Neen.
Waarom niet
Geen antwoord.
Zouden de menschen op die schepen
je hebben kunnen zien, als ze je ge
roep hadden gehoord?
Ik weet het niet.
Verder wordt het verhaal gedaan
van het vinden van het lqkje en van
den vermoedelqken moordenaar.
Wat de identiteit van den man be
treft, nu eens zei Maregje, dat hij de
moordenaar was, dan weer zei ze,
dat hq het niet waB, zoodat men daar
niet heel veel verder mee kwam
Dat de misdadiger niet gevluohtis
wqten de ouders van het vermoorde
meisje aan de omstandigheid, dat juist
op dat oogenblik veel menschen op
den djjjk liepen, o.a. ook de werklui
die van Papendrecht kwamen er was
in den polder een jongen met een
orgeltje, waar de menschen bij bleven
luisterenzq moesten hem zeker ge
zien hebben, had hij willen vluchten.
Men schrijft nader uit Dordreoht
aan hetzelfde blad
Aan het verslag van mijn onder
houd met de familie der beide kinde
ren moet nog als noodige aanvulling
worden toegevoegd, dat de geredde
Maregje geheel hersteld bleek te zijn.
Zq was Dinsdag nog niet door de
justitie gehoord.
Grasmaaiers hebben te Alblasser
dam het geruoht verspreid, dat op den
dag van het ongeval, omstreeks 4 uur,
een man van de Alblasaerdamsohe
zqde de rivier de Noord is overge
zwommen naar de Steenplaata onder
Hendrik Ido Ambaoht. Bevat dit ge
rucht waarheid, dan is het goed dat
er de aandacht op gevestigd wordt.
Uit een paardenspel, dezer dagen
te Epe vertoevende, ontsnapte een
beer. Bruintje maakte ongemerkt een
kleine wandeling en stapte zonder
zioh le laten aandienen een villa, door
twee dames bewoond, binnen. In de
gang werd de onwelkome bezoeker
tegengehouden door de dienstbode
die hem cordaat de deur wees.
Spoedig was Bruin io zqn woning
terug.
Boheepvaart in Friesland.
De correspondent te Akkrum van
het Rdbld. achrqlt:
De scheepvaart klaagt steen en been
over den zeer lagen waterstandge
wone tjalken kunnen niet meer met
volle lading varen en de Btoombooten
zelfs kleine, varen aan en over den
grond. Dit is een gevolg van het zeer
sterke afstroomen in het voorjaar,
daar de zomer van 1S94 had geleerd,
dat bq een sterken regenval het wa
ter niet tqdig kan verwijderd worden.
Nu 1896 zooveel minder vochtig is,
wordt de hoeveelheid water, die men
binnen de provinoie heeft gehouden,
te gering, want er verdampt veel en
de boeren laten van de kanalen in
de polders loopen om hun landsloo-
ten aevuld tè houden. E6n gevolg is,
dat het water dagelqks aanzienlijk
daalt. Daar komt nog bq, dat, wegens
gebrek aan afstrooming en verver -
Bobing, het beetje water, dat nog in
de vaarten staat, sterk verontreinigd
en langzamerhand een gevaar voor
de gezondheid wordt. Om meer dan
éen reden is dus een ernstige verbe
tering dringend noodzakelijk.
Verwachtingen omtrent den
oogst over 1896 in Friesland.
Tarwe staat nitmuntend.
Rogge eveneens goed.
Gsrst belooft een voldoende op
brengst.
Haver laat zich goed aanzien, doch
is wat lioht en kort van stroo, ten
gevolge van de droogte.
Boekweit wordt er weinig verbouwd;
wat er is, laat zioh goed aanzien.
De boonen staan uitmuntend.
De erwten bloeien praohtig en laten
zich goed aanzien.
Koolzaad is er weinig verbouwd.
In eene reekB van jaren is de stand
niet zoo best geweest als in dit voorjaar
Vlas staat goed, vooral het vroeg
gezaaide; het later heeft van de droogte
geleden.
Kanariezaad is er weinig verbouwd;
wat er is staat behoorlijk goed.
Chioorei. Hieromtrent valt hetzelfde
op te merken als van het vlas gezegd is.
Aardappelen staan praohtig te velde.
Er is een massa uitgepoot. De vroege
Boorten geven ten gevolge van de
droogte weinig knollen.
Beetwortelen zqn met de aard
appelen het hoofdproduct geworden.
Zq staan beet; hier en daar echter
hebben zij te lqden vau de maden
der mangelworteivlieg.
De klaver leverde eene uitmuntende
weide voor het vee; de bloei is praohtig.
De graslanden leverden in den be
ginne overvloedig voedsel voor het
vee. Door de droogte hebben vooral
de hooggelegen landön veel geleden.
De opbrengst der hooilanden is niet
hoog, doch de qualiteit is goed en
ten deele is het hooi mooi gewonnen.
Bosch. Slaat goedhet jonge eiken
hout heeft echter iets door de vorst
(a-a)
Onweder,
Uit Druten sohrijft men dd. 15 Juli
Een geweldig onweer trok heden
over onze gemeente. De bliksem trol
den mast der gierpont en sloeg hem
te pletterde voerman eener kar, die
zich juist in de pont bevond, had de
tegenwoordigheid van geest het wild
geworden paard onmiddellijk met
sterke hand bij den teugel te grijpen
en voorkwam daardoor groota onge
lukken. Bij een volgenden slag werd
de nok van het veerhuis zelf getroffen,
er onistond een begin van brand, die
dadelijk gebluscht werd, terwql de
bliksem voor de derde maai in eene
woning sloeg, waarin eveneens brand
ontstond, die eohler ook nog tqdig
gebluscht werd.
Te Deventer woedde Woensdag
middag een hevig onweder. De blik
sem sloeg in een hooiberg, staande
in de Voorstad, waarnaast er nog 16
stonden, waarvan de meesten reedB zqn
afgebrand. Opmerkelijk is het, dat
ook voor eenigen tijd het onweer op
dezelfde plaats in de hooibergen sloeg,
die meerendeels in de asoh werden
gelegd.
Men meldt uitingen (Neder-Betuwe)
dd. 15 Juli
Hedennamiddag ontlastte zioh een
hevige donderbui. In 't naburige Eek
en Wiel sloeg de bliksem in een ka
pitale boerenwoning,welke afbrandde.
De regon viel bq atroomen neder.
VolgeDa den regenmeter viel er 20
rnM., d.i. 20 liter per M\ of 2000 H.L.
per H.A. Deze bui is van groote
waarde voor den landb*. uwer en vee
houder.
Letteren en Kunst.
Ia de Juli-aflevering van „Woord
en Beeld" vindt men, als herinnering
aan de uitvoering van Handel's Mes
sias in de St. Bavo te Haarlem op
5 Juni j.l., Messchaerta niet ge
lukkig geslaagd portret, met, naar
foto's, de portretten van Rogmans,
Marie Liining, Marie Wilhelmj en
Willem Robert.
De heer Philip Loots sluit de af
levering met een eompositie Op het
water, wGoiden van Do Rop. Veldheer
toekende de randversiering van dit
blad muziek.
Sport en Wedstrijden
Wielrijden.
Jaap Eden heeft aan een der re
dacteuren van Paris Vèlo verklaart,
dat hij binnenkort naar Holland zou
gaan, om daar te rqden, eu dat hij
direct daarna weer naar Parijs terug
keert.
Jaap moet ontroostbaar zqn over
z'n peoh bq den Grand Prix.
Ponteochi beweert bij den wedstrijd
om den Grand Prix door Jaoquelin
te zqn gehinderd, die de geheele
breedte van de baan voor zioh alleen
zou hebben genomen
Wat de eerste drie vau den grand
Prix met dezen wedstrijd hebben ver
diend: Morin, 6000 fr., een gouden
medaille, een kunstvoorwerp, le grand
prix, 150 fr., le prix de Vincennes.
Jacquelin, 2000 fr., gouden medaille,
2e grand prix, 150 fr., le prix de
Vincennes. Eden, 800 fr., gouden
medaille, 3e grand prix, 500 fr., le
vreemdelingenprijs,
De wedstrijd om den prqs van den
14den Juli, die te Parijs in hetVélo-
drome de la Seine werd gereden,
noemt men daar den kleinen grand
prix, omdat zoovelen der mededin
gers naar den grand prix hierin
uitkomen. Alleen is het jammer dat
Eden en Morin in dezen wedstrijd
niot startten. De eerste wordt geplaagd
door een ongevaarlijke ongesteldheid,
die hem het zitten op een zadel on
mogelijk maaktde eerzuoht van den
tweede is voorloopig verzadigd.
De uitslag van de eerste afdeeling,
gisteren i?, als voigt
Scratch, 2000 m. le serie1. Hei
man, 2 lengten voor, 2 Murphy, 3
Ruinart. 2e serie1. Jacquelin, een
wiellengte vóór, niettegenstaande hij
eenigen tijd was ingesloten, 2 Der-
nauoourt, 3 Muringer. 3e serie, le
Booquillon (100 s lengten voor), 2e
Kiser, 3e serie, le Chinn (4 lengten
voor), 2a Thibaudin, 3e Govin. 5e
serie, le Ponteochi (1% lengte voor),
2e T. Reboul, 3e Fournier. 6e serie,
1 Bourillon, (2 lengten voor), 2 Whee
ler, 3 Piette. 7e serie, 1 Gras (200
M. voor,) 2 Dary, 3 Durand. In den
wedstrijd tussohen de tweede-aauge-
komenen won Kieer de le, en Robert
son de 2e seri6.
Woensdag reden nu de winnaars
in deze verschillende afdeelingen de
semi-finale van den prijs van den
14en Jvli. 1
De uitslag van V oen3dag was: le
halve finale, 1 Jaoquelin, 2 Pon
teochi, 8 Booquillon. 2e halve finale:
1 Bourrillon, 2 Wheeler, 3 Beyman,
3e haive finale1 Chinn, 2 Kiser, 3
Robertson.
Finale1 Jaoquelin, 2 Chinn, 3
Bourrillon. Jacquelin nam dadelqk
de leiding, gevolgd door Chinn; reohta
van Jacquelin Bourillon. Chinn ver
ruilt van machine maar passeert tooh
kort daarna de beide leiders; bij de
laatste ronde komt Jacquelin eohter
voor. Hq hindert hierbq Bourriilon
in 't oog loopend. Hq wint nauwe
lijks met een wiellengte van Chinn
Bourrillon is een lengte achter Chinn.
De laatst aankomende reoiameerde,
en de jury liet Jacquelin 20 frank
boete betalen, waaraan Bourrillon al
zeer weinig had.
N.R. Ct).
Matoh Cordang-Luyten.
De felkens uitgestelde strqd tus
sohen M. CordaDg, amateur-wereld
kampioen over den afstand van 100
KM. en Henri Luyten, tweede aan
komende in den wedstrqd om het
kampioensohap van de wereld voor
beroepBrqdere, over dienzelfden at-
Btand, zal plaats hebben op Zondag
19 Juli a. s. des namiddags te twee
uur, op de Amsterdamsohe Wieler
baan. Het is hot bestuur vau de sport
vereeniging „het Willemspark' ge
lukt beide rqders over te halen hier
den strqd uit te veohton wie van
beiden de sterkste is. De gaogmaking
zal gesohieden door quintuplets, qua
druplets, triplets en tandems. Nog
nimmer ia de Amsterdamsohe baan
bereden door een quintuplet (een
tweewielig rqwiel metvqf zitplaatsen).
Leger en Vloot,
De cadetten der oavalerie van de
K. M. A. uit het 4e studiejaar, gede
tacheerd bij de militaire sohool alhier
zullen op 17 Juli a.s., onder bevel van
den le luit. A K. van Wqok, van
den staf der oavalerie, 'naar Venio
vertrekken, om aldaar bij het 2ereg.
huzaren te worden gedetacheerd.
9EMEN&D NIEUWS
De omgekeerde wereld.
Het is een zeer ernstige, weten
schappelijke theorie, welke geleid
heelt tot een allerzotste proef. Lord
Kelvin (Sir William Thomson) lieeft
onlangs opgemerktdat, aangezien
elk prooeB in de natuur het gevolg
is van moleoulaire beweging, do gan-
eohe loop van 's werelds zaken zou
kunnen worden omgekeerd als men
die beweging kon omkeeren. Dan
zou men een waterval naar boven
zien stroomen en rivieren zouden uit
de zes tegen de bergen opklimmen,
regenbuien zouden opstijgen uit den
grond, geheel uitgebloeide bloemen
zouden tot den knopvorm terugkee-
ren ende menschen zouden als
grijsaards geboren worden om als
zuigelingen te sterven-
Maar wij kunnen nu eenmaal onze
moleculen niet rechtsomkeert doen
maken. Eohter heeft men er iets op
gevonden om toch een aanschouwe
lijk beeld te geven van sommige pro
cessen uit zulk een „omgekeerde
wereld". En wel door middel van
de kinetoscoop. Men heeft eenvou
dig alle beelden in omgekeerde volg
orde gereproduceerd en toen kreeg
men resultaten, die de toeschouwers
deden twqfelen aan hun verstand.
Want men zag b. v. de volgende
dingen gebeurenIemand nam een
leeg glas van de tafel, bracht het aan
zijn mond en zette het met wijn ge
vuld weer neer. Een ander werd
gezien, zittend op een stoelplotse
ling vloog een eindje sigaar van den
vloer in zqn mond, er kwam rook uit
de kamer naar de sigaar, die steeds
langer werd, totdat de rooker haar
in zijn koker wegborg. Een derde
zit te eten, maar op zoo'n manier dat
hij stuk voor stuk uit zijn mond
neemt, totdat hij een heele kip vóór
zioh heeftenz. enz.
Deze vermakelijke vertooning moet
vooral pleizierig zijn voor menschen
die wat te veel geld uitgeven en in
den kinetoscoop met omgekeerde
beelden de kunst kunnen leeren om,
door veel uit te geven, een leege
beurs te vullen.
hier voor zich zelve en voor haar kleinen zoon een
complete vestiug geschapen."
„Vreesde zij wellicht, dat ongeroepenen haar lijk zou
den stelen?" lachte Eugenie spottend.
„Ik geloof niet, dat deze vrouw iets ter wereld vrees
de. Er staat van haar veel moedigB opgeteekend in
de chroniek van ons geslacht, zij bezat een koenen
geest."
„Maar wreed tevens." De geest van tegenspraak
Bcheen Eugenie heden te bezielen. Wilde zij zich wreken
wijl haar verschijnen daar straks aan den oever van
het meer graaf Egon zoo onwelkom was geweest? Ja,
onwelkom. Het oog der liefde ziet scherp. Zij begreep
hem in het geheel niet meer. Welk een ontzettende
haast had hij bij het diner in h6t prinselijke slot aan
den dag gelegd. Hq kon maar niet spoedig wegkomen.
O, zij had een juist oog en vermoedde verkeerde wegen
en zie zij trof hem daarop aan. Zij was hem onge
merkt gevolgd, bij Adèle tandpijn voorwendende. Ha,
haHaar blik beschouwde bet bruine, onschoone
gezichtje der jonge vrouw, dat zich met merkbaar
onbehagen naar den oever toekeerde in de richting van
de pachterswoning, evenals verwachtte zij daar een
gelietde gestalte te zien, want haar kalm oog drukte
verlangen uit. Neen, Goddank, op dit Zigeunergezicht
kon hij niet verliefd worden, Egon Hallwey niet, hij
beminde steeds het schoone, het volmaakte en dat
bezat zij niet.
„Ik ga niet mede in den toren 1" riep Eugenie plot
seling in het stijgende zelfbewustzijn van hare verlei
delijke schoonheid. Hoe dwaas was zij toch geweest
met haar domme achterdocht, die zoo plotseling was
opgedoken en haar met gierenklauwen vasthield 1
„Neen, ik ga niet mede naar binnen naar die heil-
looze Jutta, zelfs haar tot stof vergaan lichaam zou nog
onheil kunnen brengen, en ik sou daar liever niet door
getroffen worden."
„Wilt ge dan alleen hier achterblijven?"
„Ik blijf hier in de boot zitten, totdat ge uw bezoek
hebt afgelegd, Graaf Egon, neem u in acht in die
gevaarlijke nabijheid!"
Het zou moeielijk te zeggen zijn geweest, wat Eugenie
von Bietinghoff met die „gevaarlijke nabijheid" eigen
lijk bedoeldehet vergane lichaam der Jutta of de, in
den eersten bloei der jeugd prijkende jonge vrouw, die
zwijgend en zonder eenige hulp de boot verliet.
Graaf Egon's gelaat bleef onbeweeglijk. Hij trok
alleen de boot nog verder op den rotswand.
Eugenie zong met hare schoone, weeks stem een
gondelliedje.
Graaf Egon en zqn vrouw schreden, dicht tegen den
toren geleund, voorzichtig den hoek om, waar de met
ijzer beslagen denr in hare verroeste scharnieren
hing.
„Of het ons gelukt, dit kunstwerk van een vesting
te bestormen?" zeide hij met een zweem van scherts;
zijn lippen echter bleven ernstig.
„Het groote slot, dat meestal nog aan een veiligheids
ketting dwars voor de deur hing, heeft graaf Nicolaus
er af laten nemen, ik weet mij nog zeer goed te herinne
ren, hoe mijn broeder Leo en iK het wereldwonder
aangaapten, het ware ons anders niet mogelqk geweest
om er binnen te komen. Men heeft het destijds moeten
laten springeD, wijl mijn voorzaat Jobst, den sleutel in
het meer heeft geworpen, ten einde Jutta de eeuwige
rust te gunnen. Een merkwaardige vrouw, die gravin
Jutta. Het is u toch bekend, dat graaf Jobst bij haar
begrafenis in de kist van den kleinen zoon edelgesteen
ten vond, die zij daarin verborgen had om ze met
zich te laten verdwijnen?"
Lindis beaamde dit zacht. In haar brein flikkerde
een denkbeeld op, snel, plotseling, maar toch onom-
stootelijk zeker. Met een in het oog loopenden ijver,
ja, haastig zelfs, hielp zij den graaf bij zijn pogingen
om de deur uit hare scharnieren te lichten. De klink
was ingeroest, doch eindelijk, eindelijk, week zij voor de
kracht van den gespierden arm, met een krassend, dof
geluid bewoog zij zich van hare plaats. Door er het
gewicht van zijn gansche lichaam tegen aan te zetten,
gelukte het eeret den graaf om de deur achteruit te
doen wijken, doch zij opende zich niet genoeg, maar
liet Bleehts een kleinen kier vrij, die den bezoeker niet
geheel zonder hinderpaal den weg paeseeren liet. Ook
scheen er een bijzonder mechanismus in de onderschei
den banden en schroeven der deur te liggen, dat zij
echter niet verder onderzochten.
Een eigenaardige muffe lucht kwam de binnen tredenden
op den drempel te gemoet en een dozijn vleermuizen
fladderden opgeschrikt om hunne hoofden.
„Eenige treden voeren naar omlaag, wacht een oogen
blik 1" waarschuwde Hallwey en ging daarop voort:
„De rots is tot een bepaalde diepte uitgehold, zie
hier, men kan nog de bewijzen van dit moeitevolle
werk zienhij wees op de met bijl- en hamerslagen
behouwen wanden van den kelder, waarheen een houten
trap afvoerde.
„Laat mij er maar eerst in afdalen, ik weet wel
niet, of de verweerde treden nog draagkracht genoeg
bezitten.
Reeds bij den tweeden stap viel de trap ineen en de
graaf sprong in het nog vrij diep gelegen gewelf.
„Een oogenblikje geduld, ik zal wel spoedig een nieu
we trap improviseeren."
Jutta scheen echter goed overdacht den indringer
den toegang moeilijk te willen maken.
Ia den kleinen, donkeren voorkelder bevond zich geen
enkel voorwerp, dat tot steunpunt kon dienen, dooh
Hallwey wist zich wel te redden.
Wees zoo goed en treed hier op dit smalle, vooruit
stekende punt, de natuur heeft hier zelve een trap ge
maakt en deze zal ons ook bq het naar boven gaan
goede diensten bewqzen,"
Lindis deed, gelijk haar gevraagd was, en stak den
voet naar voren, die doornat van het zeewater op den
drempel vochtige sporen achterliet.
„Zie zoo, wilt ge thans den kleinen sprong wagen
Ik zal er wel voor zorgen, dat ge niet valt."
Wordt vervolgd).
