April verliet het Stookbolm en kwam
den lsten Mei te Riga aan. Vapdaar
vertrok het den 4den naar Rozenburg
en kwam den 12den Mei te Maassluis
aan. Twee maanden later eindelijk,
deD I2den Juli voer het naar Port-
Said en passeerde Suez den 2den
Augustus.
In de twee maanden gedurende
welke het Bchip in den Nieuwen
Waterweg vastlag, deden ieeds eenige
geruohten omtrent lading en bestem
ming de ronde.
Naar wij nader vernemeD, is de
Doelwqk vrij van molest voor 12
maanden aan de Rotterdamsohe
Beurs verzekerd en is zq aan een
Fransche firma te ParqB in maand-
©barter verhuurd. De lading werd
grootendeels gesoheept te Maassluis
en wordt vermoed bestemd geweest
te zqn naar Obook en Dzjiboeti of
een andere plaats op de Oost-Afri-
kaansohe kust.
Volgens een telegram aan den
Petit Bleu had het sohip 40,000 ge
weren van Luiksch fabrikaat aan
boord, welke voor Abessyniq bestemd
waren en is het gesnapt door een
van de kruisers welke in het kanaal
van Suez de wacht houden tegen den
invoer van oorlogscontrabande.
Gelqk men zioh herinnert, worden
handelaars te Dzjiboeti en te Obook
door de Italianen verdaoht en be-
sohuldigd herhaaldelijk groote voor
raden wapene en krijgsvoorraad, voor
Menelik bestemd, van schepen welke
des nachts gelost werden in ontvangst
te hebben genomen en met kleine
ten de boeren in Nederland toi één
grooten Bond te vereenigen. Voor zij
die taak vrijwillig op zich namen,
hehben zij echter de kaart van het
land niet goed bestudeerd. Zij zijn
uitgegaan van de veronderstelling,
dat er in Nederland eigenlijk zoo goed
als niets bestond in den geeet, zooals
zij zich voorstelden. Wel bier en daar
eene Maatschappij of Landbouwver-
eeniging, maar bestuurd en nagenoeg
uitsluitend geBteund door „heeren",
half uit liefhebberij, half uit zacht
om zich zelf te verhefien, doch zonder
dat deze practisch werkzaam waren
in den landbouw ol zelf rechtstreeks
belang hadden bij het bedrijf.
Hadden de oprichters nauwkeuriger
onderzocht, zij zouden gezien hebben,
dat bijna overal in ons land groote en
kleine boerenvereenigingen zijn, waarin
het aantal „heeren" een zoer onder
geschikt element uitmaakt. De aan
gegeven weg tot het vormen van een
Nederlandschen Bond ware geweest,
de reglementen, statuten en grond
slagen van deze bestaande corpofatiën
te bestndeeren en te zoeken naar
punten van overeenstemming om,
daarop steunende, éóne algemeene
vereeniging tot stand te brengenelk
onderdeel volkomen vrijheid latende
voor locale oi provinciale eigenaar
digheden, speciale belangen, gods
dienstige of politieke aleur. Dit is ech
ter niet geschiedde oprichters hebben
iets geheel nieuws willen Btichten,
met een bepaalde godsdienstige en
zedelijke richting op den voorgrond
altijd groote moeite er op te komen
en zonder sterken aandrang, gaat dat
niet. Die aandrang moet van de pers
komeü. Alleen wanneer een groot
deel der pers den minister verzoekt
aan dien eisen van rechtvaardigheid
toe te geven, bestaat er kans dat het
gebeurt.
Van de pers hangt alles af.
Wel is waar kan ook de Kamei
bij de behandeling der begrooting
een nieuwen poet er in bre»gen;
maar dit is uiterst moeilijk. Zal er
in 1897 aan miliciens schadeloosstel
ling gegeven worden, dan moet de
pers zich doen gelden en wel ter
stond.
Op collega'ssluit u aan bij de
Residentiebode.
Hier hebben wij de grootFte ver
ongelqking van minvermogenden, die
zich denken laat. En die wordt ge
pleegd door den Staat, in de eerste
plaats geroepen aan particulieren een
goed voorbeeld ie geven 't Is geen
zaak van partijbelang, neen van so
ciaal belang. Wie een hart heeft
voor den kleinen man (en wie heeft
dat in dezen tijd niet kan en moet
daartoe medewerken.
Het zou een schande wezen, indien
Nederland in dit opzicht bij België
nog langer ten achterbleef. Sedert
meer dan 20 jaren wordt daar aan
den milicien, wiens ouders minder
dan 50 francs belasting betalen, eene
schadevergoeding van 10 francs per
maand uitbetaald. Hoewel dit den
Staat 3 millioen per jaar kostte, heeft
Behalve missohien in een gedeelte de regeering voor de laatste verkiezin-
van Nd. Brabant dreigde dit laatste
denkbeeld al spoedig fiasco te zullen
karavanen naar den Negus te hebben uaaken en zooals wij zagen, heetthet
doorgezonden. Zelfs werd de Fran- j bestuur daarom alle bijzondere ken-
sohe gouverneur van Obock, Lagarde, teekenen dienaangaande teruggeno-
verdaoht dien handel waarin, naar i !:ö0n» zoodat er ten slotte niets is
men zegt, ook Rusland de hand zou overgebleven dan een programma,
hebben oogluikend toe te laten, zooals het bijna in iedere Landbouw-
zoo niet erger.'' j vereeniging of Maatschappq wordt
gevonden. Naast en miaschien in
De firma Wm. Ruys Zoon te concurrentie met deze zal, in sommige
Rotterdam tot wie het blad zioh om1 provinciën althans, de Boerenbond
inliohtingen heeft gewend, verklaarde zich in bet vervolg doen gelden
het bericht zelf het eerst uit de bla-|?ij. sommige zaken 1
den te hebben vernomen en geen
nadere mededeelingen te hebben ont
vangen.
De brand te Wormerveer die in
het begin der (vorige week woedde,
was eerst Maandag geheel uitgeblusoht.
Dien morgen werden 200 personen
aan het werk gesteld om de puin-
hoopen op te ruimen.
Intusaohen wordt nog steeds door
de brandweer een oog in het zeil ge
houden.
Voor eenige weken verloor eene
der huisgenooten van den heer R. te
Sohagen in het grasveld, aohter het
huis een diamanten steentje uit een
vingerring. Al het zoeken was te
vergeefs, zoodat men het kleinood
als verloren beschouwde. Zaterdag
jl. werd de buishaan tot den pot ver
oordeeld en bq onderzoek bleek, dat
de vermiste steen in de maag van
het dier eene veilige bergplaats had
gevonden.
Uit Gennep wordt gemeld
Onlangs las men in den gebruike
lijken stijl eene aankondiging, waarin
tegen overmaking van 50 cents in
postzegels of postwissel het welge
lijkend portret van H. M. de Koningin
werd aangeboden. Een paar Over-
maassche Oranjemannen, tuk op het
praohtig koopje, zonden het verlangd
bedrag en ontvingen een paar dagen
later een postzegel van drie
oents.
Het geheim der Zeisterheide.
De milicien van het 7e reg. infan
terie Langeveld, sedert September
1895 van de Zeisterheide vermist, is
Maandag door de marechaussees te
Aroen in arrest genomen en naar
Venloo overgebraoht
Aldus bericht de Limb. Koerier.
Pers Overzicht,
De Boerenbond.
Het Nederl. Landbouw Weekblad
bevat een hooldartikel, waarin de
oprichting van den bekenden boeren
bond in den breede wordt uiteengezet.
Aan het slot er van vat het blad zijn
oordeel over den bond in de volgende1
woorden samen
heden, waar de Landbouwmaatsehap- j
pijen officieel of officieus gehoord I
worden, zal r.u de Boerenbond ook)
een stem willen hebben in het ka- j
pitteioommiesiën uit haar benoemd,
subsidiën door het Rijk of de provin-j
cie aan haar verleend zullen nu over „ijno
beiden moeten worden verdeeld de j
gen er niet tegen opgezien, in plaats
van 10 francs, 30 francs per inaand
te geven, zoodat de Staat inplaats
van 3, nu 9 millioen 'sjaars zal uit-
keeren. Zoo zeker whs zij, daarmee
eenen volkswensch te bevredigen!
Bedenk eensOm de kiezers te
winnen, verhoogde de Belgische Re
geering de uitgaven en dus ook de
belastingen. Sterker bewijs dat het
doel algemeen hoog gewaardeerd
wordt, bestaat er niet.
Moge onze regeering dit ad notam
nemen."
krachten znllen worden versnipperd;
bij landbouwonderwijs, proefvelden,
lezingen enz. zullen dezelfde belangen
zich door twee organen laten geiden,
hetgeen tot verwarring aanleiding zal
geven niet alleen, maar allicht een
bron zal worden van naijver, waarbij
ten 'slotte de landbouw schade in
plaats van voordeel zal ondervinden.
Het is om die reden dat wij het
oprichten van den Boerenbond, zooals
dit te Utrecht geschied is, betreuren.
Niet, wij herbalen het, om het be
ginsel, dat wij integendeel ten zeerste
toejuichen om namelijk alle land
bouwers in ééae groote Nederlandsche
vakvereeniging bijeen te brengen
evenmin om het oorspronkelijke plan,
dat naast ol uit de bestaande clubs
een bond van boeren wilde oprichten
met bepaalde godsdienstige beginselen
en bepaalde zedelijke eischen aan het
lidmaatschap wenschte te verbinden;
doch wij betreuren het om hetgeen
ten slotte is tot stand gekomen niets
anders, niets beters en niets hoogers
ook dan een gewone landbouwmaat-
Echappij met vertakkingen in alle
provinciën, waarbij uit niets blijkt,
dat zij in eenigerlei richting iets an
ders zal willen of kunnen aanmoedi
gen of tot stand brengen, dan hetgeen
de bestaande vereenigingen met meer
of minder succes nastreven."
Schadevergoeding aan miliciens.
Naar aanleiding van het betoog dat
de Residentiebode onlangs hield om
den miliciens in Nederland, gedurende
hun diensttqd vergoeding te geven,
waardoor volgens dit blad loting en
militairen dienst minder impopulair
zou worden, schrijft de heer L. HatF-
mans thans in zijn Venloosch Week
blad het navolgende:
„Terecht is de Residentiebode van;
oordeel.
Een sociaal democraat over
zijn program.
De A met. Cour. schrijft onder dit
„Merkwaardiger voor de kennis der
stroomiDgen onder de sociaal-demo
craten dan h9t luidruchtig Londensch
congres is, wat reeds langer geleden
op den sooiaal democratischen partij
das: te Bern werd verhandeld.
In ons land heeft dit niet de aan
dacht getrokken, en toch verdient het
de opmerkzaamheid van wie de ver
schillende meeningen dezer wereld
hervormers volgen wi!.
„Namens de sectie Oberwil (in
Bazel-land) heeft de „Landrat"
Gschwind op dien partijdag de stel
ling verkondigd dat het sociaal-demo
cratisch program „in zijn geheel, zoo
wel als in zijn onderdeelen, niet meer
overeenkomt met de tegenwoordig
bereikte maatschappelijke en politieke
inzichten". De spr. hechtte niet lan
ger aan het dogma, dat alle maat
schappelijk handelen van den Staat
zou moeten uitgaanhij hield zich
overtuigd, „dat in het bijzonder het
van staatswege bedrijven van den
landbouw een economischen achter
uitgang beteekent, wijl dit het, op dit
gebied onontbeerlijk, op eigen initia
tief-handelen van de landbouwende
bevolking inkrimpen zou en in de
plaats daarvan een duur en stellig
weldra gehaat bureaucratisch beheer
zou veroorzaken".
„Ziedaar nu wat door de staathuis
houdkunde telkens tegen de collecti-
vistischeidee aangevoerd werd, erkend
door sociaal-democraten 1"
Koloniën.
BATAVIA, 8 Juli.
Atjeh.
Anak Galoeng, Sibreh en
Rahat.
Men schrijft uit Atjeh van 30 Juni
dat. indien daarvan iets zalaan de N. Ct.
komen, het thans de tijd is om er j Kolonel Stemfoort zeiie bij de over-
op aan te dringen. Immers de be- i neming van het gouverneurschap, dat
grootingen zijn om dezen tijd in den j' hij de voorschriften, hem door gene
raaak en nu is de vraag: Zal er door raai Vetter gegeven, stipt zou opvol-1
den minister op de begrooting van gen, en daar een ieder dacht, dat er
Oorlog een post gebracht worden, om voor de komst van Generaal De Mou-
„Het was zeer zeker een goed denk-! die schadevergoeding te verleenen, ja, lin niet meer zou worden uitgerukt,'
beeld van de oprichters, om te trach-dan neen Nieuwe posten hebben verraste allen de order, die een paar
uren na Vetter's vertrek gegeven
werd, en waarbij bqna alle korps-
commandanteo tegen den namiddag
half zes ten gouvernementsbuiie ont
boden werden. Zulk eeu order wil
nj. zeggen„er wordt morgen op
jgroo'.e schaal uitgerukt". Dut ver
moeden bleek waar te zijn. Ons
schitterend Bucces op 29 Juni is u
zeker uit de telegrammen ree is be
kend, doch de besohrqving van de
détails niet. Die zijn zóo interessant,
de Atjeher is op zoo krachtige wijze
overtuigd van de herleving van het
Indische leger, dat de indruk, door
den tocht naar Lam Pisang bij hem
te weeg gebracht, in geen verhouding
staat tot den slag, hem in alle op
zichten gisteren geslagen.
Toen in de eerste dagen van Juni
Lamkrak, het beruchte oord, getuch
tigd werdc mompelden velen dat wij
slechts half werk verricht ;hebben",
omdat onze oude versterking Arak
GzloSfcg nog in handen was van den
vijand en omdat Sibreh en Rahat
niet in de straf gedeeld hadden. Dit
was weggelegd voor den 29en Juni.
In het geheel waren daarvoor drie
colonnes aangewereD. De eerste, die
het reuzenwerk moe3t verrichten,
onder den luit.-kolonel Van Heutsz,
bestond uit de marechaussee, het 3d
en het 6a bataljon (kapt. jhr. Graaf
land, overste Hansen, majoor Okhuij-
zen); de tweede onder overste Boa
ters uit het halt 7e, het 12a en 14e
(majoor Jacobs, overste Soeters en
majoor Thomson); de derde nit het
5e onder overste Laeeulle.
De eerste had in opdracht Anak
Galoeng, dat volgens spionnenberioht
door 200 man bezet was, bij verras
sing te; nemen en daarna Sibreh en
Rahat te tuchtigende tweede om
htt noordelijk gebied te bezetten en
den terugtocht van de le colonne te
dekken aan den linker oever van de
Atjeh-rivierde 3e hetzelfde aan den
rechteroever.
De colonne van Heutsz rukte des
nachts om 12 uur uit den kraton
naar Lambaroe, van waar zjj hare
nacUtelqke onderneming in Z. rich
ting begon. Tegen 4 uur kwam zq
in het gezicht van Anak (Galoengde
grootste omzichtigheid moest nu be
tracht worden. De marechaussee,
versterkt door een peloton repeteer
geweren, moest de belangrijke onder
neming ten uitvoer leggen. Al hare
officieren namen aan den tocht deel.
Daar waren de kapt. jhr. Graafland
met zijne stcïcijneche kalmte en die
door zqne soldaten op de handen
gedragen wordt; de lange kranige
luitenant Dqkstra, die weinig zegt,
doch veel uitvoertde luitenant Wa-
gener, die alleen wordt opgemerkt,
ais er wat te vechten valt, en de
luitenant Stoop. Zij heeft haren,
onlangs per telegram gedecoreerden,
luitenant Vis verloren, die, doordat
hij z.g. controleur geworden is, belast
was met de waarneming van het
civiel bestuur. Dat Vis door dat
eerebaantje niet aan de tuchtiging
van Anak Galoeng mocht deelnemen,
was hem te erg. Hij vroeg daarom
mee te mogen gaan en dat werd hem
toegestaan. Het peloton repeteerge
weren stond onder don kranigen luit.
Rijnen. E3n prachtig stel, als men
hen zoo zag. Langzaam ging het voor
uit, sluipende, glijdende over het epen
terrein. Men hoorde den vijand dui
delijk bidden. Wat zou het naaste
oogenblik geven? Hoe zou men er
binnen komen Het z.g. gewapend
ijzerdraad, de bamboe-doeri, de niet
te forceeren poort waren onoverkome
lijke chicanes. Doch allen wareD be
sloten het onm-gelijke te beproeven
om aan de opdracht, Aoak Galoeng
bij verrassing te nemen, te voldoen.
Het was bijna kwart vóór vijf.
Dqkstra is met zijn handvol dap
peren vóór de poort gekomen. Klaar
blijkelijk heeft de vijand niets van
de nadering bemerkt. Het gewapend
ijzerdraad kan niet verwqderd, de
poort niet geopend worden aan de j
andere zqden beproeven de officieren
eveneens het vruohtelooze. Een lu- j
mineus idee sohiet Dqkstra door het
hoofd. Met wenken en teekens beduidt
hij twee naast hem staande mare
chaussees allen Amboneezen
dat bq sterk genoeg is ben over de
poort te tillen. Zq hebben moeite hun j
hoera te weerhoudenDqkstra tilt
hen achtereenvolgens met krachtige
hand op en plaatst hen in de leeu- i
wenkooi. Fluks wordt de pin uit den
boom getrokken, die do poort afsluit,1
de boom er af, de poort geopend en
het angstaanjagend geschreeuw van
de Amboneezen verkondigt wqd en
zijd, dat een handvol dapperen van
j hei Indische leger den strqd op leven
en dood zijn begonnen. Het was toen
kwart vóór vqf. De maan verliohtte
den omtrek slechts zwakmen had
moeite vriend van vjjand te onder
scheiden. Van dieD strqd eene be
schrijving te geven is onmogelijk
ieder die daar optrad, doorleefde er
een heldenleven het was den Atje
her onmogeiqk zijne versterking te
verlaten, daarom streed hij er den
strqd op leven en dood. Luitenant
Wagener krijgt een sohotwond door
zqn linkerduim, wordt terzelfder tqd
besprongen, dooh met hulp van lui
tenant Rqnen wordt den vermetele
bet paspoort voor de eeuwigheid ge
geven. Daar krijgt Rqnen zelf een
Bohotwond in zijn heup of bnik, bq
weet het zelf niet, en ontvangt tege*
Iqkertqd een klewaDgslag over den
rugde gewonde Wagener helpt hem
op zqn beurt van sen wissen dood.
Daar krqgt Dqkstra een klewangslag
over de borst, dooh eon Ambonees
zendt den vermetelen vqand naar de
andere wereld. Graafland zit er bq
omringd door een paar zjjner getrou
wen, en vertelt niet, dat een schot
wond zqn been doorboord heeft, dit
zou immers den troep kannen ont
moedigen. Vis staat buiten voor den
eenig mogelqken uitgang, om af te
rekenen.met ben die door do vluoht
trachten te ontkomen, doch zq komen
nog niet, en hq hoort het oorver-
doovend krijgsgeschreeuw daar bin
nen. 't Is om dol te worden on bq
heeft moeite zijne 40 man in bedwang
te houden. Stoop is nog de eenige
officier daar binnen, die ongedeerd
is, dooh de krachten dreigen hem te
begeven. Versoheidenen onzer liggen
er machteloos ter neder; het bloed
stroomt uit de wonden.
Boven alles hoort naen het eigen
aardig stemgeluid van Graafland, dat
de zqnen tot moed aanspoort. Maar
dat is niet noodig allen zqn helden;
de gewonde luitenants denken Diet
meer aan pqn en bloedverlies; het
aantal vechtende Atjehers vermindert
met de seoondemen struikelt over
de lijken de klewangs van de mare
chaussee, de bajonnetten van de re
peteergeweren doen hier dienstdaar
ontwaart men een zestal Atjehers in
een open hut de benting was er
mes gevuld en dit maakte den strqd
moeilijker men noodigt hen uit
er uit te komen om te veohten op
leven en doodde vijand weigert.
Goede raad is duur. Er mooht zoo
weinig mogelijk gevuurd worden, om
de makkers daar buiten niet te raken.
De hut wordt in brand gestoken
nog weigeren de Atjehers er uit té
komen, zij gaan liever in de vlammen
opmen ontwaart er een jongen
een der onzen dringt vooruit, grijpt
het kind bij een been en trekt het
uit de vlammen. De jongen is gered,
dooh slechts voor een oogenblik,
want nauwelqks losgelaten, springt
bq in de brandende hut terug en
wordt door het vuur met de zqnen
verteerd.
Het is vqf uur geworden en geen
Atjeher vertoont zioh meerzou
iemand getracht hebben te ontvluch
ten Jawel, Vis is reeds lang in aotie
16 Atjehers worden met de wapens
in de hand afgemaakt, en in de gracht
geworpen. Het aantal vijanden dat
sneuvelde, is nog met geen mogelqk
heid te bepalen. De offioier van ge
zondheid heeft handen vol werkwq
hebben vijf dooden, vier officieren
gewond en 29 minderen. Alles wat
niet gewond iB. helpt verbindende
colonne commandant is op het signaal
„ophouden met vuren", ten teeken
dat de strijd heeft opgehouden, voor-
uitgerukt en trekt de versterking
binnen. Dooh iaat me kort zqn. 120
is het aantal lijken dat de vqand in
onze handen aohterliet I Geen fictie,
geen overdrijving 1 Een hoera, een
krachtig hoera voor het kranige korps
marechausseeVan de officieren is
alleen Rijnen gevaarlijk gewond, de
anderen licht. Ook van de minderen
zijn de wonden niet gevaarlqk.
Nu voortgerukt naar Sibreh eri
Rabat; op de marechaussee valt niet
meer te rekenenzq wordt met de
gesneuvelden en gewonden terugge
zonden en i-verste van Heutsz vraagt
ter vervanging het half 7de bataljon.
Een kraohtig hoera werd aangeheven
voor de marechaussee, waarin tevens
het besluit lag haar waardig te
vervangen.
Aangemoedigdjldoor het schitterend
succes, reeds in den vroegen ochtend'
behaald, rukten het 3de en 6 ie over
winnend voorwaarts en reeds om 6
uur, nog vóór het 7de ter plaatse kan
zijn, is aan de opdracht voor es
groot d8el voldaan, en de Z.kant d<
kampongs met hare vereterkinge
genomen. Kapitein Jansen bijg<
naamd „Jansen mooi", omdat hij zo
leelqk is heeft de sterke bentin
Pasar Sibreh stormenderhand gent
men, twee Atjehers onthoofd en d
hoofden aan de oorlelletjes in d
poort opgehangen, daaronder
visitekaartje, waarop „bataljon anam
(6de bataljon). Sibreh en Rahat wordei
aan de vlammen prijsgegeven en d
terugtocht aangenomen'; 11 uur. He
7e zal dien terugtocht dekken. Nau
welijks heelt de vijand dit bespeurt
ol een vijftigtal bezet opnieuw d
benting Pasar Sibrehde voorBt
compagnie van het 7e aitaqneert onde
een vervaarlijk gegilde vijand vluch
in allerijl, een tiental wordt gewont
of sneuvelt en de cavalerie doet eene
prachtige charge. Opnieuw wordt dé
opnamestelling ingenomen, nog eer
hall uur gewacht op een eventueel
opdringen van den vijand, doch hij
waagt het niet meer vooruitte komen,
Van da overzq-ie van de rivier wordi
nu en dan een schot gelost, doch dt
terugtocht gaat verder ongestoort
voort.
Anak Galoeng is geslecht, de huttei
zijn verbrand, doch da lqken zqn ah
corpora delicti voor den vijand achter
gelaten.
Deze slag is moreel en physiek ver
pletterend.
In The Straits Times van 1 dezer
vindt men, onder het hoofd„The
Dutch in Acheen" een zeer waardee-
rend artikel betreffende het jongste
gevecht te Anak Galoeng.
Daarvan wordt o. a. getuigd, dat de
overwinning der Nederlandsche strijd
krachten te Anak Galoeng van zeer
veel gewiokt is, en wordt de raad-
gegeven om nu ook flink tegen Le-
pong te ageeren.
Gaarne vestigen wij de aandacht opi
dit artikelte meer, dewijl wij op het
punt van waardeering waarlijk niet
verwend worden door de Engelsche,
speciaal door de Straitsbladen.
(J. B.)
Letteren en Knnst.
Henri Bosnians.
Na een langdurig lijden is te Am
sterdam overleden de hier ter stede
ook zeer bekende cellist Henri Bos-
mans in den ouderdom van 40 jaar,
Bosman was een uitstekend violon
cellist, een goed onderwijzer en een
ongeëvenaard quartetspeler.
Bosmans heeft zijn opleiding geno
ten aan de Koninkiqke Muziek.-cbool
te 'e-Gravenhage onder leidiug van den
heer Giesse. Vandaar is hij naar
Groningen vertrokken om deel uit
te maken van het orkest van den
heer Backer, en voor een 20-tal jaren
is bij zich te Amsterdam komen
veBtigen. Hii werd als solocellist op
genomen 1b het Pïirk-orkest.
Tot zijn dood toe was Bosmans
leeraar aan het conservatorium en
aan de muziekschool van de Maat-
ichappij tot bevordering van Toon
kunst. In den laatsten tijd kon hq
door zijne slepende ziekte natuurlijk
zijne werkzaamheden niet waarnemen.
Voor de laatste maal is hij opgetre
den in een kamermuziek-soiréa, waar
hij een quarter van Brahm's ten
beste gaf. Bosmans was gehuwd met
Sara Benedicts, piano-virtuose.
De teraardebestelling had heden
om half elf plaats op Zorgvlied.
Sport en Wedstrijden.
Lawntennis.
De nationale Lawntennis wedstrij
den, die Zaterdag j.l. op de banen
van de Bataat te 's-Graveuhage een
aanvang namen, zijn Zondag en heden
voortgezet. Voor het meerendeel der
partijen was de opkomst van deelne
mers flink, 't Ontbrak den spelers
vaak niet aan bqval van de zqde der
toeschouwer-.
Vooral de beslissingekamp in de
„dames-single", tusscöen do dames
A. van Aken, van 's-Gravenhage en
E. Viruly, van Rotterdam, gaf van
beide kanten zeer fraai spel te zieni
Deze partij werd ten riotte gewonnen
door mej. A. van Aken, die daardoor
voor 1896 houdster is van den zilve»
ren beker, uitgeloofd door De Gruy-
ter's Stores.
nog wel eens willen zien op welken gewezen wordt,
wanneer men van des „broeders vrouw" spreekt.
HOOFDSTUK XX.
Het vertrek der Outheims.
„Ik kan wel zeggen, dat ik Egon's idee verklaarbaar
vind," zeide gravin Stephanie, die in gezelschap van
Eugenie von Bietinghoft" de pachthoeve inspecteerde.
„Heeft hij passie voor den landbouw, wel, lieve he
mel, laat hq dan iederen dag die passie botvieren,
maar dit oude wormstekige boerenhuis tot een vast
verblijf te kiezen, dat is belachelijk. Het slot is zoo
ver niet af, hij zou te paard in een kwartier heen en
terug kunnen zqn. Gekke streken, ik zal niet dulden,
dat hij zoo geheel en al boer wordt. En wat beteekenen
die groote kisten in de gang juffrouw Gutheim
„Zij bevatten de boeken van den graaf uit het tuin
huis, hij liet ze hierheen brengen, ten einde zich de
bovenkamer tot bibliotheek in te richten."
Gravin Hallwey schudde het hoofd, een boosaardige
trek vertrok hare mondhoeken. „Hij wil zich geheel
en al van het slot losmaken," zeide Eugenie stekelig
met een kirrenden lach.
„Wie zou ooit gedacht hebben dat zoo iets mogelijk
was. En zult gij hier met Egon willen wonen?"vroeg
de gravin plotseling.
„Ik?!" Een vurige blos overtoog Eugenie's gelaat.
„Ach, waar dacht gq aan, lieve gravin. Egon denkt
niet aan mij bq de inrichting dezer vertrekken, ant
woordde zq verbitterd.
„O, freule, daar vergist ge u in. Graaf Egon sprak
er herhaaldelijk over, om eerst de wenschen zijner echt-
genoote te wille vernemen, wanneer het de aanschaffing
van meubels betrof, hij herhaalde met nadruk "Juf
frouw Gutheim kon den zin niet voltooien.
„Papperlapap In dit berookte hok zal hij mij niet
stoppen willen, hq heeft daarbij aan geheel iemand an
ders gedacht hij heeft immers een vrouw, en die is
juist goed genoeg er voor om achter de kookpannen
te staan. O, de mannen worden zeer veeleischend en
keeren tot de vroegere tijden terug, toen degelijke slot-
vrouwen het spinnewiel draaiden en den stijgbeugel
voor hunne heeren en meesters ophielden. Deze spelonk
kon allicht de vrees voor spoken bij mij opwekken,
ik zou geen enkelen nacht in dit ellendige kot willen
blijven."
„Maar, freule, hoe kunt ge zóo spreken." Diepe ver
ontwaardiging maalde zich op Ciska's trekken af. „Onze
woning is ten alle tijde gezellig geweest en een lief
tehui3 voor innerlijk tevreden meDSchen. En onder
graal Egon's handen zal het nog duizendmaal schooner
worden, hij heeft vele zaken doen zenden, die het zul
len opsieren, ach, ons lief huis benoeft zich werkelijk
niet te schamen over zijn eenvouden wanneer het
voor u weggelegd mocht zijn om als een degelijke
huisvrouw hier te heerschen, genadige freule, zoo spreek
dan met liefde en achting van de woning uws echtge-
noote. Vergeef mij mijne taal, maar mijn hart blijft
toch immer binnen deze wanden, waar het aangevan
gen heeft te kloppenik kan op het huis niet hooren
smalen."
„Gij spreekt als een boek alleen wel wat sentimen
teel. Mijn hemel, wie zou van uw lichaam zóo iets
verwacht hebben, ge hebt zeker geen zenuwen, is 't
wel zeide Eugenie spottend, toen zij in Ciska's schoo-
ne, heldere oogen tranen zag.
„In elk geval ligt er aanhankelijkheid en gevoel in
die woerden, mij ware het hoogst aangenaam als gij
en uw broeder wonen bleeft. Doch het is nu immers
eenmaal uw vrije wil, dat ge heengaat," kwam gravin
Stephanie snijdend koel tusechen beiden.
„Wat ge daar echter zegt, Eugenie, van Egon's plan
nen, berust toch zeker maar alleen op vermoedens, niet
waar Hij is wel Ï3 waar niet aan het slot gehecht,
gelijk wij bemerken, maar streeft een eenvoudig doel
na, doch daarom mocht gij hem nog niet verdacht
maken."
„Gelooft gij er zelf dan niet aan vroeg Eugenie
loerend.
„Ik neen. Eerder geloof ik, dat hij het Jicht des
geestes verloren en Nicolaus' donkere ziel geërfd heelt.
Maar wat onzin ookl Doch ge zult ons zeker nog wel
meer willen laten zien. juffrouw Gutheim?"
„Wanneer het u niet te veel moeite is, onze provi
siekamers liggen vlak naast de gang."
„De provisiekamers, ja ge hebt gelijk, dat is de trots
van iedere huisvrouw, ik ga graag met u daarheen,
ik ben in vele jaren hier toch niet in huis geweest
en het was eenig en alleen een idee van freule von
Bietinghoö, dat wq op ons toertje het rijtuig ver
lieten, om een bezoek te brengen aan üe pacütüoeve,
die onze plotselinge belangstelling opwekte, wijl graaf
Egon zooveel sympathie voor haar aan den dag legt.
Ge moe3t met ons medegaan, Eugenie I" zeide de gravin,
toen Eugenie langzaam naar de huisdeur toetrad, om
in den tuin terug 'te keeren.
„Ik meegaan Eugenie haalde de schouders op.
„De reuk vau den koestal zit bier overal in de luobt,
ik hoop niet in de gelegenheid te zullen komen om
mij persoonlijk te moeten bekommeren om de provi
siekamers van het huis."
Zq sohoot als een roofvogel de deur uit en de ve
randa op, waar Lindis juist de trappen opkwam, om
baar gewoon dagelqksoh bezoek te brengen. Zq kwam
uit het veld; in hare loshangende haren hing het
witte zaadpluis der uitgebloeide korenbloemen en in
de handen droeg zij een reusaohtige bouquet van herfst
bloemen, die zq op de weide geplukt had. Half ver:
schrikt deinsde zq bq den aanblik der adellqke jongd
dame terug, die met alle kenteekenen van verbitterd
heid den, drempel overschreed.
„Ha zoo, plukt ge bloemen, nu daarbq kan hg u
zoo allerliefst ongestoord in het veld aantreffen, zoele
herdersuurtjes, niet waar
Wordvervolgd).