April verliet het Stookbolm en kwam den lsten Mei te Riga aan. Vapdaar vertrok het den 4den naar Rozenburg en kwam den 12den Mei te Maassluis aan. Twee maanden later eindelijk, deD I2den Juli voer het naar Port- Said en passeerde Suez den 2den Augustus. In de twee maanden gedurende welke het Bchip in den Nieuwen Waterweg vastlag, deden ieeds eenige geruohten omtrent lading en bestem ming de ronde. Naar wij nader vernemeD, is de Doelwqk vrij van molest voor 12 maanden aan de Rotterdamsohe Beurs verzekerd en is zq aan een Fransche firma te ParqB in maand- ©barter verhuurd. De lading werd grootendeels gesoheept te Maassluis en wordt vermoed bestemd geweest te zqn naar Obook en Dzjiboeti of een andere plaats op de Oost-Afri- kaansohe kust. Volgens een telegram aan den Petit Bleu had het sohip 40,000 ge weren van Luiksch fabrikaat aan boord, welke voor Abessyniq bestemd waren en is het gesnapt door een van de kruisers welke in het kanaal van Suez de wacht houden tegen den invoer van oorlogscontrabande. Gelqk men zioh herinnert, worden handelaars te Dzjiboeti en te Obook door de Italianen verdaoht en be- sohuldigd herhaaldelijk groote voor raden wapene en krijgsvoorraad, voor Menelik bestemd, van schepen welke des nachts gelost werden in ontvangst te hebben genomen en met kleine ten de boeren in Nederland toi één grooten Bond te vereenigen. Voor zij die taak vrijwillig op zich namen, hehben zij echter de kaart van het land niet goed bestudeerd. Zij zijn uitgegaan van de veronderstelling, dat er in Nederland eigenlijk zoo goed als niets bestond in den geeet, zooals zij zich voorstelden. Wel bier en daar eene Maatschappij of Landbouwver- eeniging, maar bestuurd en nagenoeg uitsluitend geBteund door „heeren", half uit liefhebberij, half uit zacht om zich zelf te verhefien, doch zonder dat deze practisch werkzaam waren in den landbouw ol zelf rechtstreeks belang hadden bij het bedrijf. Hadden de oprichters nauwkeuriger onderzocht, zij zouden gezien hebben, dat bijna overal in ons land groote en kleine boerenvereenigingen zijn, waarin het aantal „heeren" een zoer onder geschikt element uitmaakt. De aan gegeven weg tot het vormen van een Nederlandschen Bond ware geweest, de reglementen, statuten en grond slagen van deze bestaande corpofatiën te bestndeeren en te zoeken naar punten van overeenstemming om, daarop steunende, éóne algemeene vereeniging tot stand te brengenelk onderdeel volkomen vrijheid latende voor locale oi provinciale eigenaar digheden, speciale belangen, gods dienstige of politieke aleur. Dit is ech ter niet geschiedde oprichters hebben iets geheel nieuws willen Btichten, met een bepaalde godsdienstige en zedelijke richting op den voorgrond altijd groote moeite er op te komen en zonder sterken aandrang, gaat dat niet. Die aandrang moet van de pers komeü. Alleen wanneer een groot deel der pers den minister verzoekt aan dien eisen van rechtvaardigheid toe te geven, bestaat er kans dat het gebeurt. Van de pers hangt alles af. Wel is waar kan ook de Kamei bij de behandeling der begrooting een nieuwen poet er in bre»gen; maar dit is uiterst moeilijk. Zal er in 1897 aan miliciens schadeloosstel ling gegeven worden, dan moet de pers zich doen gelden en wel ter stond. Op collega'ssluit u aan bij de Residentiebode. Hier hebben wij de grootFte ver ongelqking van minvermogenden, die zich denken laat. En die wordt ge pleegd door den Staat, in de eerste plaats geroepen aan particulieren een goed voorbeeld ie geven 't Is geen zaak van partijbelang, neen van so ciaal belang. Wie een hart heeft voor den kleinen man (en wie heeft dat in dezen tijd niet kan en moet daartoe medewerken. Het zou een schande wezen, indien Nederland in dit opzicht bij België nog langer ten achterbleef. Sedert meer dan 20 jaren wordt daar aan den milicien, wiens ouders minder dan 50 francs belasting betalen, eene schadevergoeding van 10 francs per maand uitbetaald. Hoewel dit den Staat 3 millioen per jaar kostte, heeft Behalve missohien in een gedeelte de regeering voor de laatste verkiezin- van Nd. Brabant dreigde dit laatste denkbeeld al spoedig fiasco te zullen karavanen naar den Negus te hebben uaaken en zooals wij zagen, heetthet doorgezonden. Zelfs werd de Fran- j bestuur daarom alle bijzondere ken- sohe gouverneur van Obock, Lagarde, teekenen dienaangaande teruggeno- verdaoht dien handel waarin, naar i !:ö0n» zoodat er ten slotte niets is men zegt, ook Rusland de hand zou overgebleven dan een programma, hebben oogluikend toe te laten, zooals het bijna in iedere Landbouw- zoo niet erger.'' j vereeniging of Maatschappq wordt gevonden. Naast en miaschien in De firma Wm. Ruys Zoon te concurrentie met deze zal, in sommige Rotterdam tot wie het blad zioh om1 provinciën althans, de Boerenbond inliohtingen heeft gewend, verklaarde zich in bet vervolg doen gelden het bericht zelf het eerst uit de bla-|?ij. sommige zaken 1 den te hebben vernomen en geen nadere mededeelingen te hebben ont vangen. De brand te Wormerveer die in het begin der (vorige week woedde, was eerst Maandag geheel uitgeblusoht. Dien morgen werden 200 personen aan het werk gesteld om de puin- hoopen op te ruimen. Intusaohen wordt nog steeds door de brandweer een oog in het zeil ge houden. Voor eenige weken verloor eene der huisgenooten van den heer R. te Sohagen in het grasveld, aohter het huis een diamanten steentje uit een vingerring. Al het zoeken was te vergeefs, zoodat men het kleinood als verloren beschouwde. Zaterdag jl. werd de buishaan tot den pot ver oordeeld en bq onderzoek bleek, dat de vermiste steen in de maag van het dier eene veilige bergplaats had gevonden. Uit Gennep wordt gemeld Onlangs las men in den gebruike lijken stijl eene aankondiging, waarin tegen overmaking van 50 cents in postzegels of postwissel het welge lijkend portret van H. M. de Koningin werd aangeboden. Een paar Over- maassche Oranjemannen, tuk op het praohtig koopje, zonden het verlangd bedrag en ontvingen een paar dagen later een postzegel van drie oents. Het geheim der Zeisterheide. De milicien van het 7e reg. infan terie Langeveld, sedert September 1895 van de Zeisterheide vermist, is Maandag door de marechaussees te Aroen in arrest genomen en naar Venloo overgebraoht Aldus bericht de Limb. Koerier. Pers Overzicht, De Boerenbond. Het Nederl. Landbouw Weekblad bevat een hooldartikel, waarin de oprichting van den bekenden boeren bond in den breede wordt uiteengezet. Aan het slot er van vat het blad zijn oordeel over den bond in de volgende1 woorden samen heden, waar de Landbouwmaatsehap- j pijen officieel of officieus gehoord I worden, zal r.u de Boerenbond ook) een stem willen hebben in het ka- j pitteioommiesiën uit haar benoemd, subsidiën door het Rijk of de provin-j cie aan haar verleend zullen nu over „ijno beiden moeten worden verdeeld de j gen er niet tegen opgezien, in plaats van 10 francs, 30 francs per inaand te geven, zoodat de Staat inplaats van 3, nu 9 millioen 'sjaars zal uit- keeren. Zoo zeker whs zij, daarmee eenen volkswensch te bevredigen! Bedenk eensOm de kiezers te winnen, verhoogde de Belgische Re geering de uitgaven en dus ook de belastingen. Sterker bewijs dat het doel algemeen hoog gewaardeerd wordt, bestaat er niet. Moge onze regeering dit ad notam nemen." krachten znllen worden versnipperd; bij landbouwonderwijs, proefvelden, lezingen enz. zullen dezelfde belangen zich door twee organen laten geiden, hetgeen tot verwarring aanleiding zal geven niet alleen, maar allicht een bron zal worden van naijver, waarbij ten 'slotte de landbouw schade in plaats van voordeel zal ondervinden. Het is om die reden dat wij het oprichten van den Boerenbond, zooals dit te Utrecht geschied is, betreuren. Niet, wij herbalen het, om het be ginsel, dat wij integendeel ten zeerste toejuichen om namelijk alle land bouwers in ééae groote Nederlandsche vakvereeniging bijeen te brengen evenmin om het oorspronkelijke plan, dat naast ol uit de bestaande clubs een bond van boeren wilde oprichten met bepaalde godsdienstige beginselen en bepaalde zedelijke eischen aan het lidmaatschap wenschte te verbinden; doch wij betreuren het om hetgeen ten slotte is tot stand gekomen niets anders, niets beters en niets hoogers ook dan een gewone landbouwmaat- Echappij met vertakkingen in alle provinciën, waarbij uit niets blijkt, dat zij in eenigerlei richting iets an ders zal willen of kunnen aanmoedi gen of tot stand brengen, dan hetgeen de bestaande vereenigingen met meer of minder succes nastreven." Schadevergoeding aan miliciens. Naar aanleiding van het betoog dat de Residentiebode onlangs hield om den miliciens in Nederland, gedurende hun diensttqd vergoeding te geven, waardoor volgens dit blad loting en militairen dienst minder impopulair zou worden, schrijft de heer L. HatF- mans thans in zijn Venloosch Week blad het navolgende: „Terecht is de Residentiebode van; oordeel. Een sociaal democraat over zijn program. De A met. Cour. schrijft onder dit „Merkwaardiger voor de kennis der stroomiDgen onder de sociaal-demo craten dan h9t luidruchtig Londensch congres is, wat reeds langer geleden op den sooiaal democratischen partij das: te Bern werd verhandeld. In ons land heeft dit niet de aan dacht getrokken, en toch verdient het de opmerkzaamheid van wie de ver schillende meeningen dezer wereld hervormers volgen wi!. „Namens de sectie Oberwil (in Bazel-land) heeft de „Landrat" Gschwind op dien partijdag de stel ling verkondigd dat het sociaal-demo cratisch program „in zijn geheel, zoo wel als in zijn onderdeelen, niet meer overeenkomt met de tegenwoordig bereikte maatschappelijke en politieke inzichten". De spr. hechtte niet lan ger aan het dogma, dat alle maat schappelijk handelen van den Staat zou moeten uitgaanhij hield zich overtuigd, „dat in het bijzonder het van staatswege bedrijven van den landbouw een economischen achter uitgang beteekent, wijl dit het, op dit gebied onontbeerlijk, op eigen initia tief-handelen van de landbouwende bevolking inkrimpen zou en in de plaats daarvan een duur en stellig weldra gehaat bureaucratisch beheer zou veroorzaken". „Ziedaar nu wat door de staathuis houdkunde telkens tegen de collecti- vistischeidee aangevoerd werd, erkend door sociaal-democraten 1" Koloniën. BATAVIA, 8 Juli. Atjeh. Anak Galoeng, Sibreh en Rahat. Men schrijft uit Atjeh van 30 Juni dat. indien daarvan iets zalaan de N. Ct. komen, het thans de tijd is om er j Kolonel Stemfoort zeiie bij de over- op aan te dringen. Immers de be- i neming van het gouverneurschap, dat grootingen zijn om dezen tijd in den j' hij de voorschriften, hem door gene raaak en nu is de vraag: Zal er door raai Vetter gegeven, stipt zou opvol-1 den minister op de begrooting van gen, en daar een ieder dacht, dat er Oorlog een post gebracht worden, om voor de komst van Generaal De Mou- „Het was zeer zeker een goed denk-! die schadevergoeding te verleenen, ja, lin niet meer zou worden uitgerukt,' beeld van de oprichters, om te trach-dan neen Nieuwe posten hebben verraste allen de order, die een paar uren na Vetter's vertrek gegeven werd, en waarbij bqna alle korps- commandanteo tegen den namiddag half zes ten gouvernementsbuiie ont boden werden. Zulk eeu order wil nj. zeggen„er wordt morgen op jgroo'.e schaal uitgerukt". Dut ver moeden bleek waar te zijn. Ons schitterend Bucces op 29 Juni is u zeker uit de telegrammen ree is be kend, doch de besohrqving van de détails niet. Die zijn zóo interessant, de Atjeher is op zoo krachtige wijze overtuigd van de herleving van het Indische leger, dat de indruk, door den tocht naar Lam Pisang bij hem te weeg gebracht, in geen verhouding staat tot den slag, hem in alle op zichten gisteren geslagen. Toen in de eerste dagen van Juni Lamkrak, het beruchte oord, getuch tigd werdc mompelden velen dat wij slechts half werk verricht ;hebben", omdat onze oude versterking Arak GzloSfcg nog in handen was van den vijand en omdat Sibreh en Rahat niet in de straf gedeeld hadden. Dit was weggelegd voor den 29en Juni. In het geheel waren daarvoor drie colonnes aangewereD. De eerste, die het reuzenwerk moe3t verrichten, onder den luit.-kolonel Van Heutsz, bestond uit de marechaussee, het 3d en het 6a bataljon (kapt. jhr. Graaf land, overste Hansen, majoor Okhuij- zen); de tweede onder overste Boa ters uit het halt 7e, het 12a en 14e (majoor Jacobs, overste Soeters en majoor Thomson); de derde nit het 5e onder overste Laeeulle. De eerste had in opdracht Anak Galoeng, dat volgens spionnenberioht door 200 man bezet was, bij verras sing te; nemen en daarna Sibreh en Rahat te tuchtigende tweede om htt noordelijk gebied te bezetten en den terugtocht van de le colonne te dekken aan den linker oever van de Atjeh-rivierde 3e hetzelfde aan den rechteroever. De colonne van Heutsz rukte des nachts om 12 uur uit den kraton naar Lambaroe, van waar zjj hare nacUtelqke onderneming in Z. rich ting begon. Tegen 4 uur kwam zq in het gezicht van Anak (Galoengde grootste omzichtigheid moest nu be tracht worden. De marechaussee, versterkt door een peloton repeteer geweren, moest de belangrijke onder neming ten uitvoer leggen. Al hare officieren namen aan den tocht deel. Daar waren de kapt. jhr. Graafland met zijne stcïcijneche kalmte en die door zqne soldaten op de handen gedragen wordt; de lange kranige luitenant Dqkstra, die weinig zegt, doch veel uitvoertde luitenant Wa- gener, die alleen wordt opgemerkt, ais er wat te vechten valt, en de luitenant Stoop. Zij heeft haren, onlangs per telegram gedecoreerden, luitenant Vis verloren, die, doordat hij z.g. controleur geworden is, belast was met de waarneming van het civiel bestuur. Dat Vis door dat eerebaantje niet aan de tuchtiging van Anak Galoeng mocht deelnemen, was hem te erg. Hij vroeg daarom mee te mogen gaan en dat werd hem toegestaan. Het peloton repeteerge weren stond onder don kranigen luit. Rijnen. E3n prachtig stel, als men hen zoo zag. Langzaam ging het voor uit, sluipende, glijdende over het epen terrein. Men hoorde den vijand dui delijk bidden. Wat zou het naaste oogenblik geven? Hoe zou men er binnen komen Het z.g. gewapend ijzerdraad, de bamboe-doeri, de niet te forceeren poort waren onoverkome lijke chicanes. Doch allen wareD be sloten het onm-gelijke te beproeven om aan de opdracht, Aoak Galoeng bij verrassing te nemen, te voldoen. Het was bijna kwart vóór vijf. Dqkstra is met zijn handvol dap peren vóór de poort gekomen. Klaar blijkelijk heeft de vijand niets van de nadering bemerkt. Het gewapend ijzerdraad kan niet verwqderd, de poort niet geopend worden aan de j andere zqden beproeven de officieren eveneens het vruohtelooze. Een lu- j mineus idee sohiet Dqkstra door het hoofd. Met wenken en teekens beduidt hij twee naast hem staande mare chaussees allen Amboneezen dat bq sterk genoeg is ben over de poort te tillen. Zq hebben moeite hun j hoera te weerhoudenDqkstra tilt hen achtereenvolgens met krachtige hand op en plaatst hen in de leeu- i wenkooi. Fluks wordt de pin uit den boom getrokken, die do poort afsluit,1 de boom er af, de poort geopend en het angstaanjagend geschreeuw van de Amboneezen verkondigt wqd en zijd, dat een handvol dapperen van j hei Indische leger den strqd op leven en dood zijn begonnen. Het was toen kwart vóór vqf. De maan verliohtte den omtrek slechts zwakmen had moeite vriend van vjjand te onder scheiden. Van dieD strqd eene be schrijving te geven is onmogelijk ieder die daar optrad, doorleefde er een heldenleven het was den Atje her onmogeiqk zijne versterking te verlaten, daarom streed hij er den strqd op leven en dood. Luitenant Wagener krijgt een sohotwond door zqn linkerduim, wordt terzelfder tqd besprongen, dooh met hulp van lui tenant Rqnen wordt den vermetele bet paspoort voor de eeuwigheid ge geven. Daar krijgt Rqnen zelf een Bohotwond in zijn heup of bnik, bq weet het zelf niet, en ontvangt tege* Iqkertqd een klewaDgslag over den rugde gewonde Wagener helpt hem op zqn beurt van sen wissen dood. Daar krqgt Dqkstra een klewangslag over de borst, dooh eon Ambonees zendt den vermetelen vqand naar de andere wereld. Graafland zit er bq omringd door een paar zjjner getrou wen, en vertelt niet, dat een schot wond zqn been doorboord heeft, dit zou immers den troep kannen ont moedigen. Vis staat buiten voor den eenig mogelqken uitgang, om af te rekenen.met ben die door do vluoht trachten te ontkomen, doch zq komen nog niet, en hq hoort het oorver- doovend krijgsgeschreeuw daar bin nen. 't Is om dol te worden on bq heeft moeite zijne 40 man in bedwang te houden. Stoop is nog de eenige officier daar binnen, die ongedeerd is, dooh de krachten dreigen hem te begeven. Versoheidenen onzer liggen er machteloos ter neder; het bloed stroomt uit de wonden. Boven alles hoort naen het eigen aardig stemgeluid van Graafland, dat de zqnen tot moed aanspoort. Maar dat is niet noodig allen zqn helden; de gewonde luitenants denken Diet meer aan pqn en bloedverlies; het aantal vechtende Atjehers vermindert met de seoondemen struikelt over de lijken de klewangs van de mare chaussee, de bajonnetten van de re peteergeweren doen hier dienstdaar ontwaart men een zestal Atjehers in een open hut de benting was er mes gevuld en dit maakte den strqd moeilijker men noodigt hen uit er uit te komen om te veohten op leven en doodde vijand weigert. Goede raad is duur. Er mooht zoo weinig mogelijk gevuurd worden, om de makkers daar buiten niet te raken. De hut wordt in brand gestoken nog weigeren de Atjehers er uit té komen, zij gaan liever in de vlammen opmen ontwaart er een jongen een der onzen dringt vooruit, grijpt het kind bij een been en trekt het uit de vlammen. De jongen is gered, dooh slechts voor een oogenblik, want nauwelqks losgelaten, springt bq in de brandende hut terug en wordt door het vuur met de zqnen verteerd. Het is vqf uur geworden en geen Atjeher vertoont zioh meerzou iemand getracht hebben te ontvluch ten Jawel, Vis is reeds lang in aotie 16 Atjehers worden met de wapens in de hand afgemaakt, en in de gracht geworpen. Het aantal vijanden dat sneuvelde, is nog met geen mogelqk heid te bepalen. De offioier van ge zondheid heeft handen vol werkwq hebben vijf dooden, vier officieren gewond en 29 minderen. Alles wat niet gewond iB. helpt verbindende colonne commandant is op het signaal „ophouden met vuren", ten teeken dat de strijd heeft opgehouden, voor- uitgerukt en trekt de versterking binnen. Dooh iaat me kort zqn. 120 is het aantal lijken dat de vqand in onze handen aohterliet I Geen fictie, geen overdrijving 1 Een hoera, een krachtig hoera voor het kranige korps marechausseeVan de officieren is alleen Rijnen gevaarlijk gewond, de anderen licht. Ook van de minderen zijn de wonden niet gevaarlqk. Nu voortgerukt naar Sibreh eri Rabat; op de marechaussee valt niet meer te rekenenzq wordt met de gesneuvelden en gewonden terugge zonden en i-verste van Heutsz vraagt ter vervanging het half 7de bataljon. Een kraohtig hoera werd aangeheven voor de marechaussee, waarin tevens het besluit lag haar waardig te vervangen. Aangemoedigdjldoor het schitterend succes, reeds in den vroegen ochtend' behaald, rukten het 3de en 6 ie over winnend voorwaarts en reeds om 6 uur, nog vóór het 7de ter plaatse kan zijn, is aan de opdracht voor es groot d8el voldaan, en de Z.kant d< kampongs met hare vereterkinge genomen. Kapitein Jansen bijg< naamd „Jansen mooi", omdat hij zo leelqk is heeft de sterke bentin Pasar Sibreh stormenderhand gent men, twee Atjehers onthoofd en d hoofden aan de oorlelletjes in d poort opgehangen, daaronder visitekaartje, waarop „bataljon anam (6de bataljon). Sibreh en Rahat wordei aan de vlammen prijsgegeven en d terugtocht aangenomen'; 11 uur. He 7e zal dien terugtocht dekken. Nau welijks heelt de vijand dit bespeurt ol een vijftigtal bezet opnieuw d benting Pasar Sibrehde voorBt compagnie van het 7e aitaqneert onde een vervaarlijk gegilde vijand vluch in allerijl, een tiental wordt gewont of sneuvelt en de cavalerie doet eene prachtige charge. Opnieuw wordt dé opnamestelling ingenomen, nog eer hall uur gewacht op een eventueel opdringen van den vijand, doch hij waagt het niet meer vooruitte komen, Van da overzq-ie van de rivier wordi nu en dan een schot gelost, doch dt terugtocht gaat verder ongestoort voort. Anak Galoeng is geslecht, de huttei zijn verbrand, doch da lqken zqn ah corpora delicti voor den vijand achter gelaten. Deze slag is moreel en physiek ver pletterend. In The Straits Times van 1 dezer vindt men, onder het hoofd„The Dutch in Acheen" een zeer waardee- rend artikel betreffende het jongste gevecht te Anak Galoeng. Daarvan wordt o. a. getuigd, dat de overwinning der Nederlandsche strijd krachten te Anak Galoeng van zeer veel gewiokt is, en wordt de raad- gegeven om nu ook flink tegen Le- pong te ageeren. Gaarne vestigen wij de aandacht opi dit artikelte meer, dewijl wij op het punt van waardeering waarlijk niet verwend worden door de Engelsche, speciaal door de Straitsbladen. (J. B.) Letteren en Knnst. Henri Bosnians. Na een langdurig lijden is te Am sterdam overleden de hier ter stede ook zeer bekende cellist Henri Bos- mans in den ouderdom van 40 jaar, Bosman was een uitstekend violon cellist, een goed onderwijzer en een ongeëvenaard quartetspeler. Bosmans heeft zijn opleiding geno ten aan de Koninkiqke Muziek.-cbool te 'e-Gravenhage onder leidiug van den heer Giesse. Vandaar is hij naar Groningen vertrokken om deel uit te maken van het orkest van den heer Backer, en voor een 20-tal jaren is bij zich te Amsterdam komen veBtigen. Hii werd als solocellist op genomen 1b het Pïirk-orkest. Tot zijn dood toe was Bosmans leeraar aan het conservatorium en aan de muziekschool van de Maat- ichappij tot bevordering van Toon kunst. In den laatsten tijd kon hq door zijne slepende ziekte natuurlijk zijne werkzaamheden niet waarnemen. Voor de laatste maal is hij opgetre den in een kamermuziek-soiréa, waar hij een quarter van Brahm's ten beste gaf. Bosmans was gehuwd met Sara Benedicts, piano-virtuose. De teraardebestelling had heden om half elf plaats op Zorgvlied. Sport en Wedstrijden. Lawntennis. De nationale Lawntennis wedstrij den, die Zaterdag j.l. op de banen van de Bataat te 's-Graveuhage een aanvang namen, zijn Zondag en heden voortgezet. Voor het meerendeel der partijen was de opkomst van deelne mers flink, 't Ontbrak den spelers vaak niet aan bqval van de zqde der toeschouwer-. Vooral de beslissingekamp in de „dames-single", tusscöen do dames A. van Aken, van 's-Gravenhage en E. Viruly, van Rotterdam, gaf van beide kanten zeer fraai spel te zieni Deze partij werd ten riotte gewonnen door mej. A. van Aken, die daardoor voor 1896 houdster is van den zilve» ren beker, uitgeloofd door De Gruy- ter's Stores. nog wel eens willen zien op welken gewezen wordt, wanneer men van des „broeders vrouw" spreekt. HOOFDSTUK XX. Het vertrek der Outheims. „Ik kan wel zeggen, dat ik Egon's idee verklaarbaar vind," zeide gravin Stephanie, die in gezelschap van Eugenie von Bietinghoft" de pachthoeve inspecteerde. „Heeft hij passie voor den landbouw, wel, lieve he mel, laat hq dan iederen dag die passie botvieren, maar dit oude wormstekige boerenhuis tot een vast verblijf te kiezen, dat is belachelijk. Het slot is zoo ver niet af, hij zou te paard in een kwartier heen en terug kunnen zqn. Gekke streken, ik zal niet dulden, dat hij zoo geheel en al boer wordt. En wat beteekenen die groote kisten in de gang juffrouw Gutheim „Zij bevatten de boeken van den graaf uit het tuin huis, hij liet ze hierheen brengen, ten einde zich de bovenkamer tot bibliotheek in te richten." Gravin Hallwey schudde het hoofd, een boosaardige trek vertrok hare mondhoeken. „Hij wil zich geheel en al van het slot losmaken," zeide Eugenie stekelig met een kirrenden lach. „Wie zou ooit gedacht hebben dat zoo iets mogelijk was. En zult gij hier met Egon willen wonen?"vroeg de gravin plotseling. „Ik?!" Een vurige blos overtoog Eugenie's gelaat. „Ach, waar dacht gq aan, lieve gravin. Egon denkt niet aan mij bq de inrichting dezer vertrekken, ant woordde zq verbitterd. „O, freule, daar vergist ge u in. Graaf Egon sprak er herhaaldelijk over, om eerst de wenschen zijner echt- genoote te wille vernemen, wanneer het de aanschaffing van meubels betrof, hij herhaalde met nadruk "Juf frouw Gutheim kon den zin niet voltooien. „Papperlapap In dit berookte hok zal hij mij niet stoppen willen, hq heeft daarbij aan geheel iemand an ders gedacht hij heeft immers een vrouw, en die is juist goed genoeg er voor om achter de kookpannen te staan. O, de mannen worden zeer veeleischend en keeren tot de vroegere tijden terug, toen degelijke slot- vrouwen het spinnewiel draaiden en den stijgbeugel voor hunne heeren en meesters ophielden. Deze spelonk kon allicht de vrees voor spoken bij mij opwekken, ik zou geen enkelen nacht in dit ellendige kot willen blijven." „Maar, freule, hoe kunt ge zóo spreken." Diepe ver ontwaardiging maalde zich op Ciska's trekken af. „Onze woning is ten alle tijde gezellig geweest en een lief tehui3 voor innerlijk tevreden meDSchen. En onder graal Egon's handen zal het nog duizendmaal schooner worden, hij heeft vele zaken doen zenden, die het zul len opsieren, ach, ons lief huis benoeft zich werkelijk niet te schamen over zijn eenvouden wanneer het voor u weggelegd mocht zijn om als een degelijke huisvrouw hier te heerschen, genadige freule, zoo spreek dan met liefde en achting van de woning uws echtge- noote. Vergeef mij mijne taal, maar mijn hart blijft toch immer binnen deze wanden, waar het aangevan gen heeft te kloppenik kan op het huis niet hooren smalen." „Gij spreekt als een boek alleen wel wat sentimen teel. Mijn hemel, wie zou van uw lichaam zóo iets verwacht hebben, ge hebt zeker geen zenuwen, is 't wel zeide Eugenie spottend, toen zij in Ciska's schoo- ne, heldere oogen tranen zag. „In elk geval ligt er aanhankelijkheid en gevoel in die woerden, mij ware het hoogst aangenaam als gij en uw broeder wonen bleeft. Doch het is nu immers eenmaal uw vrije wil, dat ge heengaat," kwam gravin Stephanie snijdend koel tusechen beiden. „Wat ge daar echter zegt, Eugenie, van Egon's plan nen, berust toch zeker maar alleen op vermoedens, niet waar Hij is wel Ï3 waar niet aan het slot gehecht, gelijk wij bemerken, maar streeft een eenvoudig doel na, doch daarom mocht gij hem nog niet verdacht maken." „Gelooft gij er zelf dan niet aan vroeg Eugenie loerend. „Ik neen. Eerder geloof ik, dat hij het Jicht des geestes verloren en Nicolaus' donkere ziel geërfd heelt. Maar wat onzin ookl Doch ge zult ons zeker nog wel meer willen laten zien. juffrouw Gutheim?" „Wanneer het u niet te veel moeite is, onze provi siekamers liggen vlak naast de gang." „De provisiekamers, ja ge hebt gelijk, dat is de trots van iedere huisvrouw, ik ga graag met u daarheen, ik ben in vele jaren hier toch niet in huis geweest en het was eenig en alleen een idee van freule von Bietinghoö, dat wq op ons toertje het rijtuig ver lieten, om een bezoek te brengen aan üe pacütüoeve, die onze plotselinge belangstelling opwekte, wijl graaf Egon zooveel sympathie voor haar aan den dag legt. Ge moe3t met ons medegaan, Eugenie I" zeide de gravin, toen Eugenie langzaam naar de huisdeur toetrad, om in den tuin terug 'te keeren. „Ik meegaan Eugenie haalde de schouders op. „De reuk vau den koestal zit bier overal in de luobt, ik hoop niet in de gelegenheid te zullen komen om mij persoonlijk te moeten bekommeren om de provi siekamers van het huis." Zq sohoot als een roofvogel de deur uit en de ve randa op, waar Lindis juist de trappen opkwam, om baar gewoon dagelqksoh bezoek te brengen. Zq kwam uit het veld; in hare loshangende haren hing het witte zaadpluis der uitgebloeide korenbloemen en in de handen droeg zij een reusaohtige bouquet van herfst bloemen, die zq op de weide geplukt had. Half ver: schrikt deinsde zq bq den aanblik der adellqke jongd dame terug, die met alle kenteekenen van verbitterd heid den, drempel overschreed. „Ha zoo, plukt ge bloemen, nu daarbq kan hg u zoo allerliefst ongestoord in het veld aantreffen, zoele herdersuurtjes, niet waar Wordvervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 2