f weeft
Be lotte m te Men
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
148 jaargang
Donderdag 13 Augustus 1896
No. 4023
HAARLEM'S DASBLAH
j^oisn<rEnvcEn<rTSFi5,ij"S:
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden„1.65
Afeonderlijke nummers0.06
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
„de omstreken en franco per post 0.371/2
AT) V jHU^TIEHSTTTrniST:
Van 1-5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlek rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de PubUcité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Snee., Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Agenten voor dit Blad ixi denzone trek zijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tolfc\Haarlemmermeer, C. DOEKES SpaamdamC. HARTENDORP
Zandpoort, J. ZWEMMER; VelemA. VENUS; IJmuiden, TJADEN; Beverwijk, H JUNGERIE, Koningstraat. Genoemden Agenten nemen Abonnementen en Advertentën aan.
i.
Politiek Overzicht.
iHet engelsohe Lagerhuis heeft de
immissie voor de Zuid-AfrikaanBohe
jogelegenheden benoemd. Zg bestaat
15 leden en heeft Chamberlain tot
lorcitter. De namen der leden zgn
iR-Webster, Bigham, Blake, Buxton,
I H. Campbell-Bannerman, sir M.
Cks Beaoh, Cripps, sir W. Hart-
rke, John Ellis, sir W. Haroourt,
ckson, Labouehere, Wharton en
jyndham.
In de zitting van Dinsdag heeft
iüister Chamberlain nog eenige
pdedeelingen gedaan over den po-
jeken toestand in verband met Zuid
frik a. Hg begon met te verklaren,
it hg den tgd nog niet gekomen
btte om de politiek der regeering
i opziohte van Zuid-Afrika te be
indelen.
Wat de hervormingen in Transvaal
treft, de regeering deed al het mo-
jijke om het gewenechte resultaat
or vriendschappelijke vertoogen te
reiken. Na den ongelukkigen inval
ia het hare taak de goede gezind-
id tusschen de Hollandsche en En-
leche bevolking te herstellen. De
nieter geloofde, dat die politiek
lagde. Er was reeds een groote ver-
idering ten goede. De TraE3vaalsohe
jlksraad had nu eene wet aangeno-
en tot verbod van den verkoop van
irken drank aan inboorlingen en
ne wet om de kinderen van alle
jtionaliteiten op staatskosten te on
twijzen, en onderzocht eene wet
or een gemeenteraad van Johan-
pburg. Dat waren wel niet alle her-
imingen, die het volk gerechtigd
is te erlangen, zeide de minister,
far er moest rekening gehouden
irden met den zeer opgewonden
iat der gemoederen.
Het italiaansohe blad de Secoio
vat een bericht onder voorbehoud,
tdedeeling doende van eene samen
lering te Konstantinopel ontdekt,
i doel hebbende den sultan van
n troon te stooten en door zgn
on Selim te doen vervangen. Een
pot aantal personen zgn in heoh-
iis genomen, onder wie ofifioieren,
ibtenaren en mannen met goede
Bitiee.
Enfin, het Igvige dossier van be-
ihten over samenzweringen te Kon-
tnlinopel kan wel met een nog
tmeerderd worden.
Zooals wg weten waB door de
tionale vergadering van Kreta een
'»ks van eischen tot verbetering van
n toestand op dit eiland bg den
'ksohen sultan ingediend. Overeen-
matig zgn gewone wijze van han-
len heeft deze de nationale verga
ring steeds op antwoord laten
lohten, totdat de 40 zittingdagen
ti verstreken en het hervormings-
mité voor ontbonden is verklaard.
Ben voorloopige revolutionnaire j
geering is samengesteld onder
ordtterschap van den heer Gero-1
staros Yoloudakis, een bekendj
ofd der ontevredenen. De voorzit
1 heeft zgn eerste jeugd reeds ach
ter den rng hij is 92 jaar—maar
waar het de belangen van Kreta
geldt, heeft hg het vuur der jeugd
nog nist verloren.
Hg is een sterk voorstander van i
den Britschen invloed op Kreta.
De Weener oorrespondent van de
Standard beweert te weten, dat na
een onderhoud met den Amerikaan-
sohen gezant te Madrid de Spaansohe
minister van buitenlandsohe zaken
heeft besloten, het rapport, dat over
den toestand op Gnba was gereed
gemaakt en over de betrekkingen
tusschen Spanje en de Vereenigde
Staten niet aan de andere mogend
heden zal worden medegedeeld.
STADSNIEUWS
eerate en derde pagina.
Haarlem12 Aug.
De onderlinge sohietwedstrjjd, die
de laatste jaren gehouden werd tns-
schen de kaders van garnizoen en
sohutterg, weerbaarheidsvereenigin-
gen enz. hier ter stede, zal dit jaar
niet plaats hebben.
Voor het te Utreoht gehouden
examen gymnastiek 1. o. is Dinsdag
geslaagd de heer P. A. Bellaart,
alhier.
Vergadering van den Gemeenteraad
van Bloemendaal op Donderdag den
lSen Augustus 1896, des namiddags
te half aoht ure.
BINNENLAND
Atjeh.
De oorrespondent te Batavia der
N. R. Ct. seist onder dagteekening
van Dinsdag:
In Lepong werden geen geweren
gevonden..
Van gouvernementswege wordt be
richt, dat de vijand uit Lepong ver
dreven werd tot bezuiden Gunung
Aulat. Licht gewond werd de luitenant
Spoer (Spoel?) en de mindere DeVries.
Het 5de bataljon en de tweede berg-
batterij kregen bevel terug tekeeren
naar Juka (Java?).
Van den gouverneur-generaal van
Ned.Indië is aan het departement
van koloniën ontvangen het navolgend
telegram
Eergisteren naar Lepong. Vijand
uit benting Dea Mamplan verdreven.
Aldaar bivak opgeslagen. Een militair
beneden den rang van offioier gewond.
Vijand uit strandbentings door het
vuur der marine verjaagd.
Een reden van schoolverzuim.
Onder het opsohrift „Een reden
van schoolverzuim" deelt Het Nieuwe
Schoolblad het volgende verhaal mede j
van een voorval, dat aan een der
redaoteuren van het blad, dus den-,
kelgk aan het hoofd eener sohool te;
Amsterdam, moet overkomen zgn.
Ben jongen nit eender middelklassen
bleef onlangs een dag uit de sohool.
Op mgn Traag naar de reden van dit
verzuim deelde hg den volgenden
dag mee, dat zgn vader bekeurd was
en voor den kantonreohter had moe
ten komen „en toen mooht hg ereis
met vader mee".
De vorige week bleef hg versohei-
dene dagen aohtereen weg. Ziek was
hij niet, verklaarden zjjn mede soho
lieren. Een briefje, naar zgn huis
gezonden, bracht licht. Vader schreef
terug„Mijnheer, ik heb een café
zonder vergunning, nu zit de politie
mg zoo op het lgf, dat ik de jongen
te huis moet houden om op dat Boort
menschen te letten. Het leeres van
mijn jongen moet dan maar leiden,
voor mgn brood."
Ik ging er heen en vond den jon
gen in de koffiekamer, die door een
houten schot van 't voorhuis geschei
den was. Kwam er nu verdaoht
bezoek, een metselaar of zeeman b.v.
waarin de kastelein een vermomden
politieagent vermoedde, dan trok
hij aan een belletje en 't knaapje
moest dan in de gelagkamer vlug de
jeneverglaasjes doen verdwijnen.
Hot baatte weinig, of ik den man
't ongeoorloofde van zjjD handelwgze
onder 't oog braoht. De handel was
door Thorbecke vrij gemaakt, ver
klaarde hg en niemand mocht hem
beletten te verkoopenjwat hg verkoos.
Meer indruk maakte het, toen ik hem
wees op de slechte omgeving, waarin
zijn kind thans dagelijks verkeerde
en vroeg, wat er van den jongen
worden moest, als hg nu reeds de
sohool voor de kroeg verruilde.
Geholpen door de moeder, kreeg
ik den man eindelgk zoover, dat hij
beloofde 't kind weer sohool te zullen
zendenen reeds wilde ik vertrek
ken, toen zgn vronw hem aanstootte
en hij mg vriendelijk vroeg
„Zal 'k n een oognaoje inschenken,
meneer
De aanhouding van „De
Doelwijk."
Volgens beriohten uit Rome aan
de Fransohe bladen, werd de Doel
wijk op 36 kilometers van de kust
aangetroffen en volgde zg niet de
route naar Indië, daar zg zioh rechts
van het eiland Perim bevond in plaats
van links, zooals de sohepen die naar
Aden stoomen.
Da aan boord gevonden geweren
zgn Mausers.
Wat den Fransohen snperoargo
aangaat die op de Doelwijk zou zgn
aangetroffen en mee naar Massaua
genomen, beweert de correspondent
van den Temps dat hij een Fransoh
passagier was en dat men uit zijn
aanwezigheid (verkeerdelijk?) afleidde
dat de lad ng van Fransohe herkomst
was. De Italiaansohe Fanfulla zegt
dat er in het geheel maar éen pas
sagier aan boord was en deze was
een Fransohman.
Woensdag werd er te Rome mi
nisterraad gehouden ten einde een
oommissie tot verbeurdverklaring te
benoemen. Een dergelijke oommissie,
in sommige landen permanent, is in
Italië sinds 1866 niet bijeen geweest.
Het is een soort van gemengde reoht
bank, waarin derhalve, zoo wordt be-
rioht, ook de Nederlandsohe regee
ring vertegenwoordigd zal zgn.
Het Berliner TageUaU heeft een
particulier telegram uit Rome ontvan
gen van dezen inhoud
,De Nederlandsche gezant heeft
aan den minister van buitenlandsche
zaken Visconti Venosta verklaard,
dat zijne regeering bij de zaak van
het in beslag genomen schip Doelwijk
geen bijzonder belang heeft.
„De bemanning van de boot ie, na
aankomst te Maseana, vrijgelaten.
„De ministerraad heelt zich bezig
gehouden met de quaestie der eom-
miösie tot verbeurdverklaring, waar
van de benoeming spoedig zal ge*
schieden.
„De officieuse dagbladen nemen de
zaak niet tragisch op. „L'Italie" zegt,
dat Italië zelf aan Meneiik, door zijn
toetreden tot de Brusselsohe confe
rentie, het recht heeft gegeven om
wapenen te koopenverder heeft
Italië een fout begaan door aan de
mogendheden van den oorlogstoe
stand met Meneiik kennis te geven.
Daardoor kooit het dat nu niets
Kan gedaan worden. Het blad spreekt
den wensch uit dat de regeering zich
niet in avonturen steken en met Me
neiik vrede sluiten zal.
Volgens de Opinione heelt de re
geering door het beslag leggen op de
Doelwijk getoond dat zij waakzaam
ia en bereid om Meneiik, zoo noodig,
de macht van Italië te di-en gevoelen.
Maar het land wil voor alles den
vrede en is daartoe, na uitlevering
der gevangenen, genegen. De Opinione
kan tevens verzekeren, dat de Neder
landsche regeering aan het Italiaan
sche ministerie het vertrek der Doel
wijk van Rotterdam met een lading
wapenen heeft aangekondigd.
„Betreffende de vraag, o' Meneiik
het recht bezit om wapenen te koopen,
merkt de Tribuna op, dat hg dat
heeft verbeurd, daar hij slavenhande
laar iskrachtens het Brusselsohe
verdrag heeft Italië dus het reoht om
op de lading wapenen bezl&g te doen
Omdat er vermoeden bestaat dat
de Doelwijk niet het eenige voor
Abessynië bestemde schip was, blij
ven de Italiaansche oorlogsschepen in
de Roode Zee kruisen.
Men is nog niet eenstemmig over
de vraag of de passagier aan boord
van de Doelwijk een Franschman
was, of van andere nationaliteit.
Een militaire manoeuvre.
Maandag waren een 25tal infante
risten van het 5e regiment infanterie
bezig zich te oefenen in het leggen
van bruggen.
Een drukte van belang. Eindelgk
was de brug klaar en zou men over
gaan tot de beproeving. Met hun vgf
en twintigen zouden ze op de brug
gaan staan. Zoo gecommandeerd zoo
gedaan. Zg gingen er op staan, maar
zij stonden niet lang. Krak krak'
daar ging de boel: de geheele!
brug met de 25 infanteristen en al.
Met hun allen vielen ze in 't water,
dat gelukkig daar niet diep is, zoo
dat zij allen zioh betrekkelijk spoedig
wisten te redden.
Ben hunner viel met het hoofd op
een balk, waardoor hg vrg ernstig
verwond werd. ütr. OL
Ontvreemde of vermiBte voor
werpen*
Op 8 Aug. zgn in een winkel in
de Zomerhofstraat te Rotterdam ont
vreemd
1 nieuw Bellrock rijwiel;
1 dames safety, groen, Mercury,
nieuw
1 dames safety, Manhattam houten
velgen zonder pedalen, nieuw
1 dames safety, Mercury, met cei-
laloïd, rokbeschermer, nieuw
1 heeren safety, Mercury, gebruikt,
imitatie houten velgen
1 heeren safety, gebr. Keraa gebo
gen stuur, 84 inches, gearing, holle
velgen,weinig gebruikt, 8 racepódalen;
1 silverking lantaarn, geheel ver
nikkeld
ongeveer 6 diverse lantaarns van
minder qualiteit;
diverse bellen en hoorns
2 cyclometers;
eenige tasschen van rijwielen
12 luohtpompen.
De Commissaris van Politie in de
le afd te Rotterdam verzoekt opspo
ring, inbeslagneming en bericht.
In den namiddag van 2 Aug. jl.
heeft een persoon zioh noemende J.
J. Jong, die opgaf te Rotterdam te
wonen aan de Hof kade 15, bij eenen
rij wielverhunrder aan den Boezem-
pingel 70 aldaar een rijwiel gehuurd,
Voor 1 a 2 uren, doch keerde niet
met dat rijwiel terug. Signalement is
klein en vrij gezet, ongeveer 21 23
jaren, bruin haar en aankomend kne
veltje, gezonde kleur, gewone neus en
mondgekleed met een zwart colbert-
costuum, staande wit'e boord met
or- geslagen punten en lange gekleur
de da-, zwarte fantasiehoed en vrg
zware zwarte rijgschoenen. Het rijwiel
is zwart gelakt, model 1895, met ach
terwiel van 28 en voorwiel van 80
inches */M race-ketting, rubber peda
len (niet stofvrij), gebogen nikkelen
stuurstang, gemerkt 59, met gummi
handvatten en signaalhoorn, bruin
lederen zadel, waaraan dito tasoBje,
waarin oliefleeohje en verstelbare
schroefsleutel. De nikkelen achternaaf
is gemerkt T. S. en 8. en met een
paard op een rgwiel. De zitstangstrop
is gemerkt 61, Dunlopbanden, ge
merkt B. D. en Co., staande onder
een leeuw. Het kroonstuk van de
voorvork is vernikkeld.
De oommissaris van politie in de
afd. te Rotterdam verzoekt op
sporing en berioht.
Weergevonden.
Omtrent den weergevonden Lange-
veld deelt de L. K. nog het volgende
mede:
Langeveld vroeg onder de manoeu
vres verlof om even het gelid te
mogen verlaten. Dit werd hem toege
staan en van deze gelegenheid maakte
hg gebruik om stilletjes achter te
blgven. Toen zgne kameraden ver
genoeg uit het gezioht waren, verwij
derde hij zioh in tegenovergestelde
riohting.
Hg wierp toen geweer en bajonet
weg en ruilde bg een boer zgn uni
form tegen burgerkleeren. In deze
kleederen heeft hg de wgk genomen
naar Duitsohland, alwaar hg in de
gemeenten Walbeok, Wachtendonk,
Straelen en Hernngen afwisselend
gewerkt heeft. Versoheiden over zgn
dood geschreven artikelen heeft hg
gelezen en er natuurlgk hartelijk om
gelaohen.
Daar hg geen „Heimatsohein" kon
vertoonen, werd hem het verblgf in
Duitsohland aldra bemoeilgkt en werd
hg eindelgk eergisteren door den bur
gemeester van Walbeok de grenzen
overgezet en aau de mareokausBee's
te Aroen overgeleverd. Binnenkort
zal hg voor den krggsraad terecht
staan.
Pers Overzicht.
Wat moeten wg nu deen in Groot
Atjeht
Deze vraag stelt het Alg. Hbld.
boven een artikel, dat weder eens wat
afwisseling brengt in al de lectuur
die men in den laatsten tgd aangaande
de zaak-Den Hartog of de Maastrioht-
sche werkstaking te lezen kreeg.
Het blad betoogt dat met het tuch
tigen van Toekoe Oemar de zaak
niet afgedaan mag zgn, maar dat
men volgen3 de ondervinding in Pa-
lembang, in de kampongs en ter
Westkust van Sumatra opgedaan,
„zgn plan tot het einde moet door
zetten, niet rusten voordat de kracht
van tegenstand overwonnen of ge
neutraliseerd is," daar men alleen
dan, mits men, zoolang noodig, de
administratieve macht laat steunen
door de militaire en aldus voorkomt
dat het verzet zich opnieuw organi
seert de bestendiging van ruBt en
vrede kan verwachten.
En dat moet toch, zegt het Hbld.,
ons doel zijn
Naar het het b'ad wil voorkomen,
zijn wij thans op dezen goeden weg,
want de vgand wordt verslagen, waar
hij zich verjoont, en tot nu toe
blgkt niet van eenig voornemen om
te rusten voordat de kraoht van te
genstand werkelijk „overwonnen of
geneutraliseerd is." Ea, waar noodig,
bezetten wij de streken waaruit de
vijand verdreven is en worden zij
door sterke patrouilles bezocht, om
te voorkomen dat het verzet zich we
der organiseert.
Met genoegen constateert het Alg.
Hbld. dat dit in hoofdzaak het inder-
tgd door Van der Hegden gevolgde
Bysteem is, „want," zegt het, „dat is
het stelsel dat ook elders in onzen
archipel steeds goede resultaten heelt
opgeleverd, en het eenige in Atjeh,
dat, ook door den At jeher,erkend wordt
als ons gezag ten goede komende,
verderen weerstand daartegen nutte
loos makende..
Aan het einde van zgn artikel zet
het blad uiteen, dat, wanneer wij
van de in de laatste maanden ge
maakte overwinningen geen partg
trekken en ons weder opsluiten in de
geconcentreerde linie, of, nog erger,
opnieuw „rugwaartsche schreden" ma
ken, ten slotte niets gewonnen is, en
men na weinige jaren opnieuw uit
FEUILLETON.
Roman van EDHOR.
HOOFDSTUK XX.
Htt vertrek der Outheims.
)e boosaardige zin dezer woorden stiet af op Lindis
gelrein gemoed. „Ik plukte ze voor Franciska, zij is
i op die bioemen gesteld en ze zet ze in vazen op de
inkcommode. Franciska is zoo handig en ze weetal
zoo fraai te maken."
,Ja, ja, die Cieka heeft er slag van om evenals alle
•uwen met stevige armen de mannen, zelfs de schran
sten, om den vinger te winden. Een aangename
iselgkheid werkt op het gemoed van den ordelieven-
i man als honing op het gehemelte. In deze oml^js»
g deed Ciska het Zigeunerbeeld verschgnen, met
boerenhuis als effectvollen achtergrond, werkelgk on-
aalbaar. Ach, dom gansje, die ge sjjt, hoe anders
idt ge bent hebben kunnen boeien I Die zwarte Jutta
de andere vrouw wisten hare schoonheid te verhoe-
^■en, met de diamanten te sohitteren en te verblinden.
Een Grieksoh gewaad voor u, met edelgesteenten bezet,
de gloeiende robgnen in de zwarte lokken, ah, ah
de vederlichte gestalte in de rosé atlas en de bruin
achtige teint met het waas de eerste jeugd in goud
gezet, de wereld zou u toebehooren. Gij zoudt voreten
aan uw voeten vinden, doch laat Egon loopen, hij heeft
u niet lief, hem bindt alleen de band des huwelijks.
Staar me nu maar niet zoo wezenloos aan, er heeft
u .zeker nog nooit iemand over schoonheid gesproken,
is het wel? Maar ik zeg u, ge zijt het!" Met een heftig
gebaar rukte zg de bloemen uit Lindis' hand en wierp
ze in woede over het bruine gezichtje met de verschrik
te oogen.
„Jutta en Else^kenden dat, zij verblindden de oogen
der mannen; ook u is deze soort schoonheid verleend,
beproef uwe macht slechts een enkele maal." In de
hoogste opgewondenheid zweeg Eugenie.
Uit het struikgewas naast de veranda was ongemerkt
graaf Egon te voorschgn getreden, die reeds een poos
het gesprek had aangehoord.
„De grootste bekoorlijkheid der schoonheid ligt in het
kuische, onbevlekte hart, mijn armen Lindis," zeide hij
met ernst en trok de slanke vrouw heftig tegen zijne
borst. „De slang nadert mijn paradijs en ik liet het
zoover komen. Vergeet de woorden welke zg daar ge
sproken heeft. Goddank, nog vermoedt ge niet, wat er
in het gezegde ligt. Behoud uw eenvoudig kleed, op 't
welk uwe ziel helderder straalt."
„De taal van den verlieide. Verrukkelijk! De beide
Hallwey graven, beiden. Jammer, dat de gravin het
niet gehoord heeft en Adële, allen, allen I" Met een
schaterlach stormde Eugenie door den tnin en naar de
equipage toe, die voor den ingang stond.
„Zeg aan de gravin, dat ik maar vooruit ben ge
gaan, het zou mij te warm geworden zijn in deze
koestalatmosfeer," riep zij Frits toe, die bij het portier
stond.
„Ik kan het maar niet op, freule, ik kan het maar
niet op I Dus vertrokken, en zoo op stel en sprong I"
„Zooals ik u reeds zeide, met stille trom. Graaf Egon
was er in den beginne wel wat verbluft van, in de
achtergelaten brieven zgn wel redenen opgegeven, dooh
die niet steekhoudend zijn; nadat hij echter nog in den
loop van den dag een telegram ontvangen had, welks
inhoud hg niet heelt medegedeeld, schijnt hij peinzend
kalm te zijn. In elk geval een zonderlinge manier om
afscheid te nemen en de zee ovar te gaan, niet waar,
waarde baron. Wat zal Adèle er wel van zeggen?"
Schlichting trok de schouders op. „Hm, een zon
derling karakter, die Leo. Hij heeft, om zoo te zeggen,
de kroon als 't ware op het hoofd, schudt haar ech
ter onversohillig af en werpt ze in den grooten
Ooeaan. Hm, een weinig overspannen zgn de Hall-
wey's altijd geweest, maar van gravin Stephanie's zo
nen had ik een ander element verwacht. Wat maken
die menschen zioh het leven toeh moeielijk I" Baron
Schlichting klopte de asoh van zijn Bigaar ai en zette
rijn voet in den sierlgken zwanengondel, waarmede hij
ov«r het meer gekomen was. „Zullen wjj het geneegea
hebben u heden bij de prinses te zien vroeg hij ga
lant den hoed afnemend.
„Hedep, neen. Ik heb geen tijd, er zijn brieven te
beantwoorden. A propos, baron Schlichting, kent gg
het slot Schwarzbach
„Of ik het ken. Magnifiek, allerliefst gelegen in een
dal, een prachtige streek, heeft een ietwat lichtzinnigen
majoraatsheer, de familie wil hem een schrandere vrouw
geven, zg zueken al lang in de be3te adellgke families
naar een geschikte.... Drommekaters 1" Baron Sohlich-
ting's mondhoeken vertrokken zich tot een ondeugenden
glimlach. „Gij gaat naar de oude tante Schwarzbach,
is 't niet?"
„Ik was reeds in het voorjaar gevraagd, doch destijds
sloeg ik de uitnoodiging af. Maar nu wordt het te ver
velend op Hallwey. Graaf Egon gaat naar de pachthoeve
en wil zich daar dezen winter inspinnen. Gravin Ste
phanie heeft onverdragelgke luimen en lijdt ontzettend
aan migraine. Kortom, ik wil dolgraag hier van daan."
„En u laten vangen!" Schlichting liet een zacht ver
wonderd fluiten hooren. „Curieus nieuwsHij klopte
weder de asch van zgn sigaar en ging schrijlings op
den kapt der boot zitten. „Dat is alles prachtig, freule
vou Bietinghoff, maar hoe staat het toch eigenlijk met
de echtscheiding?"
Eugenie's oogen schitterden groenaohtig, evenals het
riet aan den oever van het meer. „De zaak bevindt zich
nog steeds in haar eerste stadium en de gravin sprak
er over om weer naar Mtnchen te willen gaan."
„TTerkeljjk en graaf Egon
Zg haalde de schouders op. „H$ heelt soo ontzettend