in het beat waren gestald vaa het hun toekomende. Ontvreemde of vermiste voorwerpen. Ontvreemd op 4 Sept. jl., ten na deele van Antonius Martens, pakhuia- kneoht, tijdelijk verblqf houdende in het logement „de Vrede Ark", Rapen burg 44 te Amsterdam uit eep ge sloten kast in voornoemd perceel 1 zilveren remontoirhorloge met vergulden .rand en knop en koperen binnenkastop de buitenplaat ver gulde figuurtjes 1 gouden medaillon ter grootte van een halven gulden, waarvan de glaas jes defect; en ten nadeele van U&rinus Sohots houtdraaier, wonende als boven, uit een gesloten koffer 10 rijksdaalders. Van deze diefstallen wordt verdaoht een persoon genaamd Herman Habe- kotbë, ongeveer 25 jaren, kort en tenger, krullend haar en knevel met opgedraaide punten, zwart; gekleed met donker fantaisieoostuum en slap pen, zwarten vilten hoed. wit front met liggend boord. Genoemde persoon is als zaalkneoht in de „Vrede Ark" werkzaam geweest en 4 Sept. van daar vertrokken, onbekend waarheen. De jCommissaris van Politie in de 2e seotie (bureau J. D. Meijerplein) te Amsterdam verzoekt opsporing, aanhouding en berioht. Eene begrsfenis. Dinsdagochtend werd op Eik en Duinen in den Ha*g ter aarde be steld het stcflalijk hulsel van den gep. Vice-adiniraal, den heer A. A. de Vries. Tot den kring van hen die de laatste eer bewezen aan den ouden gepensionneerden vlootvoogd, behoor den o. a. de oud-minister vaa marine Dyserinck, de gep. vice-admiraal Van Rees, Van Gennep eu Mac Leod, de gep. schouten bij nacht Van Ro-sum en Van de Veld8, de oud-inspecteurs van administratie Van Wely en Van Noys, de gepens. kapitein-luitenant ie zee De Bruiin Kops, den gepens. kapt. ter zee Mookde gep. majoor Raat. Eene deputatie van de v9re?niging Het Vaderland Getrouw, welke ver- eeniging van de.a overleden vice- admiraal veel steun ondervond, was eveneens tegenwoordig. In eenige diepgevoelde woorden bracht de oud-majoor Raat in her innering de vriendschapsbanden, met welke hij ruim een halve eeuw aan de Vries was verbonden onr daarna hulde te. brengen aan diens recht schapen karakter en aan de belang rijke diensten welke hij den lande bewezen had dien te rechtmatig be loond door de eervolle onderscheidin gen heen door vorst en regeering verleend. De oudste zoon, de beer N. A. de Vriej, dankte voor de belangstelling. Een tilt al kransen dekten de lijk kist. Kwikvergiftiging. Een interessant geval van kwik- vergiftiging heeft zioh te Apeldoorn voorgedaan. De heer J. Hö3ter, amanuensis aan de hoogere burger school „Prins Hendrik der Neder landen", gevoelde zioh reeds geruimen tijd ongesteld. Het eigenaardig geval deed zioh voor, dat de tanden in den mond vaa den patiënt losraakten. Bij 't geneeskundig onderzoek bleek, d„t de oorzaak der ziekte was toe te eohrqven aan kwikdampen, die de beer Boeter bad ingeademd. Deze dampen stegen op uit den vloer van het vertrek, waarin de heer H. ge woon was te werken. Door onvoor zichtigheid van een vroegoren leeraar moet het kwik onder dien vloer ge komen zqn. Men heeft nu den vloer opengebroken en het kwik verwij derd, maar de heer Höstor ie nog niet geheel hersteld Ook zqa broeder de heer B. Höater, die met hem werkte en thans te Veendam ver blijf houdt, lijdt onder de gevolgen eener vergiftiging door kwikdampen. Slaapziekte. In Woudrichem. doet zich een geval van slaapziekte yoor bq een pasge boren kindje. Toen het geboren was, was het een oogenblik bij bewustzijn. Daarna viel het in slaap en het is sedert blijven doorslapen. Het i9 31 Augustus geboren en leeft nog. Maandagmiddag krseg een meisje uit Amersfoort in de vestibule van het Hollandsobe spoorstation te 'tGra- venhage twist met een der juffrou wen die belapt zijn met de uitgifte I der plaatskaartjes. Da moeielijkheden j eindigden hiermede dat beide juf- 1 houwen een hevig zenuwtoeval kre- gen, de eene uit drift, de andere we- göDS de haar toegevoegde woorden. Te Dordrecht is Dinsdag een idioot 20 jarig meisje, Antoinette, Hendrika Boelens geheeten, in brand geraakt, 1 terwijl zij berig wa3 met lucifers te I spelen. Een agent van politie, die in het huis, waar zij woont, hevig hulp geschrei hoorde, snelde toe en wist met behulp van haar broeder het vuur te blusschen. Met ernstige brand- wonden overdekt werd het meisje! jnaar het gasthuis vervoerd. Haar; toestand geeft weinig hoop op herstel. Moord te Veeningen. De volgende bijzonderheden zijn ontleend aan de Mepp. Cour.: Gedurende de manoeuvres, die thans ook onder de geaa. Zuidwolde gehouden worden, zijn te Veeningen vele militairen ingekwartierd. Nu waren Zondagavond omstreeks half- acht eenigen hunner benevens een aantal jongelieden uit die gemeente in de herberg van W. Stappelbslt te Veeningen bqeen. Het meisje van H rm Kuijer was in gesprek met den cavalerist Hofaian, en bood hem aan uit haar glas mede te drinken. Dit werd door haar minnaar kwalijk genomen, doch tot een uitbarsting van toorn kwam het toen nog niet. Ongeveer halftien ontstond er ruzie onder de boerenjongens onderling, waarbij dezen evenwel' door de cava leristen van elkander werden ge soheiden. Een oogen blikje daarna vroe; Harm Kuijer, boerenarbeider bij den heer J. ten Kate te Veeningen of de cavalerist Hofman eens buiten wilde komen. Deze volgde hem, en kwam eenige oogenblikken later terug, uitroepende„Ze hebben mij gestoken." Hij kon niet verder loo- pennog enkele stappen en de on gelukkige viel zieltogend op den grond neer. Nauwelijks had hij nog de kracht om op zekeren Lambert Dunnewiud wijzende, uit te roepen „die heeft mij gestoken." Het slacht offer werd daarna door een anderen cavalerist, den hoefsmid Blokke, zoo veel mogelijk verpleegd. Niets baatte echter en eenige oogenblikken later gaf de zwaar getroffene den geest. Nu ontstond tusschen de boeren en de militairen een verwoed gevecht, waarbij van den kant der boeren van de messen gebruik werd gemaakt. Het gelukte eobter den militairen om de vermoedelijke daders, Harm Kuijer en Lambert Dunnewind, te arrestee ren, en deze den geheelen nacht, in de herberg opgesloten te houden. De militairen moesten in't laatst, daar zij verceweg de minderheid uitmaakten, van hunne karabijnen gebruik ma- keD, welke zij enkele malen in de lucht afschoten. Dit scheen indruk te maken, tenminste de boeren verwij derden zich gaandeweg. Van de twee gearresteerden was L. Dunnewind gewond. De marechaussees, die des ochtends arriveerden, hebben Kuijer en Dunnewind, na hen verhoord te hebben, aanvankelijk naar Zuidwolde gevoerd. Dat er hevig gevochten is,blijkt daar uit, dat vele militairen gewonden, o.a. de huzaar G. J. Jansen, die een diepe messnede onder den linker schouder bekwam benevens een snede over de pinkde huzaar Peters is aan den schouder gewond, en de huzaar Keij- man heeft een snede over den rug. Hoe vreeselijk toch, zegt het blai ten slotte, de zuc'ni dier jonge boeren knechten om steeds met het mes te snijden, en daardoor aan kameraden, maar boveüal aan boerendochteren een blqk van hun moed en kracht(?) te geven. Ea zulks geschiedt in de 19e eeuw, iu de zoogenaamde „eeuw der beschaving". breiding, wat bij aanneming van het Gooi, is Valkenburg voor groot Tak's voordracht wèl het geval zou eu klein een vriend en raadsman zijn geweest, het aantal kiezers toch iedereen kont hem, on menig: „Goo- belangrijk vergroot wordt. Volgens ieskini" is op zqn schilderijen ver- het gemiddelde der gemaakte bere- eeuwigd. koningen, zal het ruim verdubbeld j worden, zoodat. mutatis mutandis, Een Driisvraag ongeveer hetzelfde geBohieden zal, wat na de herziening der Grondwet j Door de koninklijke vereeniging en de vaststelling van bet voorloopigHet Nederlandsoh Tooneel ia een kiesreglement plaats greep. prijsvraag uitgeschreven voor een Het totaal der stemgerechtigden tooneelspel, waarvan de stof is ont klom toen van omstreekB 135,000 tot leend aan dejgeechiedenis van ons 300,000, terwijl thans, wanneer de j land of ons vorstenhuis. Het stuk wet met Januari is ingevoerd, waar-1 zal gesohikt moeten zqn ter opvoe- schijnlqk 600,COO a 650,000 kiezers; ring voor H. M. de Koningin tijdens ter stembus zullen komen. !de inhuldigingsieesten in 1893. De Dit is volgens het Centrum geen prijs voor het bekroonde stuk zalf 1C00 onbeduidend verschil, dat do aan- bedragen, dacht en de zorg van heo, die zich met de publieke zaak bezighouden, in hooge mate vereisoht, inzonder heid onadat het volgende jaar bij den Btembusatrijd voor het eer»t een Leger en Vloot de pantserf.art. ie Haarlem. -j Met ingang van 1 Nov. a.s. worden vry aanzienlijk deel der arbeidende geieM^„S bö het wapen der »eld- klasse tot de atembus zal wordenme| jne om defllljlief toegeia.eu. bij dat wapen t« worden overgeplaatst; Dan soh'ldert het blad zijn lezers b* d. 2. luiteilinu P.rk af welks aohnkkehjke gevolgen men vïn b.t 2e reg vest.-art. ts Am.lerd.in zioh hiervan heelt voorgesteld Het e, Ku,ioh Loj blad voor zioh heeft eobter rertroo- d t. DordV; wen in het snik en l. vaat overtuigd bjj he|"2 „ft d„ 2 p dat de kiesreohtuitbreidiog one tan Rldder 3 goede zal kom.o, wanneer de le.der. Qorinobem bs b„ 3e |d del, en mannen van initiatief eleehta ,oit H_ B,J h f3 zorgen op l,d klaar to rnjn en reke artwArnhem eo J. H. Porth.in. van ning wenscnen te houden met de - nieuwe toestanden. Of zou men kunnen vergeten, vraagt het blad. dat reeds in 1838 de uitzetting vaa de grenzen der kies bevoegdheid ons voordeel aanbraoht Dat toen de Reohterzijde voor 't eerBt Mi8hand.9llllg van een politie- regeeringsmeerderneid werd en een ambtenaar, einde kon maken aan de «ohoolti- Voor de Amsterdamsche rechtbank rannie der liberalen werd Dinsdag behandeld de zaak te- Het -s waarlqk niet zonder redsn, geü de 5 personen (vier officierenen meent het, dat in de Eerste Kamer een student) die in de rn*aod Juli van liberale zijde werd gewaarschuwd j deB avonds in de Warmoesetraat den tegen een „clerioale strooming als inspecteur van politie v. d. Schrieck gevolg van de invoering der nieuwemishandelden. Drie der officieren zul - kieswet. len voor den krijgsraad terechtstaan, Die strooming zal blqken te bestaaD, de vierde, de 2a luitenant Pijnappel >1 heeft ook een liberale wetgever de j werd, wijl hij de mishandeling in ver- j kieswet gemaakt en al schijnen zqneeeniging met een burger, zijn broeder, geestverwanten zioh te wiljen beij-1 pleegde, voor den gewone., rechter I veren op sociaal gebied eenigermate i gedaagd. te halen, wat, vooral onder de J Volgens de dagvaarding zijn ge- Rschtszakei). Pers Overzicht. De nieuwe Aren. Het Centrum zegt, in een le artikel onder dit opsohrift dat zich thans, na aanneming der kieswet door de Eerste Kamer eene nieuwe Area voor het Nederlandsohe volk opent. Het blad wqst er op, dat al geeft Van Houtens wet geen finale uit werking hunner beginselen, reeds daagdJan Hendrik Pijnappel oud veel te laDg werd verzuimd. nn Wq staan nu dit zet het Centrum vervolgens uiteen - voor geheel andere staatkundige verhoudingen, dan aoht jaar geleden. Een vast-aaneengesloten Rechter zijde bestaat niet meerde antireyo- lutionnaire partij is bovendien hope loos verdeeld en de katholieken alleen zijn niet sterk genoeg, om meerder heid en portefeuilles te veroveren. Deze gewijzigde staatkundige ver houdingen meent het Centr. moeten den Katholieken aansporen tot ver dubbelde zorg en werkzaamheid. Er moeten middelen gezocht worden om althans eenigen invloed op den loop van zaken uit te oefenen en die kansen, zijn naar het het blad voor komt, grooter dan tot dusver om zulks als minderheid te doen. Letteren en Kunst. H. Valkenburg. De sohilder Hendrik Valkenburg vierde Dinsdag zijn zeventigsten ver jaardag. Valkenburg werd te Deventer ge boren, ging op zijn 18s jaar naar de Antwerpsohe Aoademie en keerde na enkele jaren in zqn vaderland terug. Hg wqdde zioh aan het onder wijs, ofsohoon minder uit voorliefde, en werd leeraar te Almeloo, waar hij 12 jaar bleef wonen, tot hij in 1863 vandaar als leeraar aan de middel bare sohool te Helmond werd ge plaatst. Na korten tijd werd hij direc teur van de nieuwe Burgeravond school te Zwolle. Nu eerst kon hij meer tqd geven aan de sohilderkunst, die hem steeds dierbaar was, ©n zoo behaalde hij zijn eerste groote suooes waarvan de koninklijke subsidie het gevolg was. Thans vestigde hij zich voorgoed te Amsterdam, en verwierf ra daar op de wereldtentoonstelling vaner heel wat publiek in de zaaiook 1883 de gouden medaille met zijn waren vier auditeurs-militaires aan- doek „Godsdienstoefening in den Aoh- j wezig. terhoek." i Ais eerste getuige werd gehoord dr. Sedert heeft Valkenburg zich ge- Aietrino, die bij den inspecteur v. d. heel aan de aohilderkunst gewqd, Schrieck eene bloeduitstorting aan trouw en eerlijk in haar dienst voort- den rug en aan den arm waarnam, werkend. In de laatste 14jaren woon Ongeveer 14 dagen bleef de patiënt de hq geregeld te Laren, waar de onder getuige's behandeling. Ook vond omgang met Mauve niet zonder in- hij een hoofdwond van ongeveer 5 vloed bleef op zqn riohting. Daar, in cM, lengte. 23 jaar, tweede-luitenant" der huzaren en Piba, Antonius Pijnappel, oud 21 jaar, candidaat in de rechten, ter za ke, dat zij zich te Amsterdam, in den avond van 6 Juli 1896 in (of nabij) de Warmoefstraat hebben schuldig gemaakt aan het navolgende de beide beklaagden, dat zij zich met vereenigde kraohten met geweld verzet hebben tegen den surveilleereu- den inspecteur van politie A. J. v. d. Schrieck, wiens qualiteit van politie beambte bekend was, welke politie beambte den eersten beklaagde, die aan een hem herhaaldelijk door dien beambte gegeven last om zich uit eene aldaar op den openbaren weg ont stane volksverzameling te verwijderen, niet voldeed, had aangehouden en zulks door ter bemoeielijking en ver ijdeling dier aanhouding genoemden Van der Schrieck te stompen, met stokken te slaan en bloedig aan het hoofd te verwondenalthans, dat beide beklaagden te zamen vereenigd, in elk geval ieder voor zioh, voor noemden 8urveilleerenaen politie-be- ambte, wiens qualiteit- van politie beambte aan beklaagden bekend was, moedwillig en gewelddadig gestompt, met stokken geslagen en bloedig ver wond hebben. Voor zooverre betreft den eersten beklaagde, clat hij daar enboven bij het plegen van voorzegde gewelddadigheden genoemden Van d. Schrieck opzettelijk met het oogmerk hem te beleedigen heeft toegevoegd „schooier, pateer, plebeeër." Als getuigen ware* gedagvaard dr. Arnold Aietrino en dr. Pieter Tanja, arts, als deskundigen, A. J. v. d. Schrieck, inspecteur van politie, W. F. Mart. Wesser, surnumerair, A. Kat, kruier, J. Schardau, kellner. P. Aalsters, portier, R. W. Th. Kohier, kellner, B. Matteaaan, diamantslijper, en A. P. Wiiix, 2e luitenant der hu zaren te 's-Gravenbage. Bij den aanvang der zitting was Mr. D.Simons, verdediger der beide beklaagden, deed den getuige verkla ren, dat de wonden volkomen gene zen zijn en geene schadelqke gevol gen meer kunnen hebben. Dr. Tanja, tweede getuige en des kundige, heelt den verwonde in het Binnengasthuis de eerste hulp ver strekt aan het hoofd bleek esn wonde toegebracht te zijn t)t op het been; indien infectie uitbleef, zou de wond als niet levensgevaarlijk mogen wor den beschouwd. De derde getuige, de inspecteur v. a. Schrieck, bevestigde het reeds vroe ger door hem opgemaakt proces-ver baal van het gebeurde. Door een der kellners van de „Reichsballen" was getuigs te hulp geroepen om de beklaagden en hunne vrienden te beduiden, dat zq niet zouden worden binnengelaten. Hij maakte zich aan ben bekend als po litie-beambte, doch werd door hen eerst op beleedigende wijze aange sproken, met woorden alsben je bedonderd kerelsmaakt je dat si gaartje goed, "schooier, patser, plebeeër, en later met stokken geslageD, ter wijl get. den gummiprotector trok ter «elfverdediging. De beklaagden en hunne vrienden waren opgewonden doch niet bepaald beschonken. Mr. Simons deed den inspecteur het distinctief, een ^eel lint toonen, en verklaren, dat dit distinctief door Burg. en Weth. is vastgesteld. Het bleek echter, dat de inspecteur dat lint niet volgens voorschrift over de bor8t droeg, echter om deze reden, dat het dragen van het lint op de voorgeschreven wijze de nieuwsgierig heid van het publiek gaande maakt zonder noodzaak. De eerste beklaagde, de luitenant, ontkende het eerst geslagen te heb ben. Hij werd door den inspecteur met den gummistok geslagen zonder daartoe aanleiding te hebben gegeven, en sloeg terug tot zelfverdediging. De tweede beklaagde nam op de barik der besohuldigoen de houding van een advocaat aan, pogende te doen aannemen, dat de verklaringen van den inspecteur, nu afgelegd, op een bepaald punt in strijd waren met het vroeger door hem opgemaakt proces verbaal. Met die houding was de pre sident der rechtbank niet bijster in genomen. De verklaring ven den surnume rair Wesser stemde overeen met di9 van den inspecteur v. d. Schrieck. Met volle zekerheid kon get. zeggen, dat de inspecteur den gummistok trok, nadat de luitenant hem een stomp voor de borst had toegebracht, en dat ook de tweede beklaagde den in specteur al dadelijk te lijf ging met stokslagen. Ook. de verklaring van den kellner Schardau strookte met het door den inspecteur gegeven verhaal. Ook hij weet zeker, dat de luitenant de eerste wa?, die tot handtastelijkheden over-, ging- Op eene vraag van mr. Simons deelde get. mede, dat de „Rijkshallen" zich niet van uitsmijters pleegt te bedienen, doch luidruchtige knapen steeds den toegang weigert. „Men gaat dus bij u altijd preven tief te werk?" vroeg depresident. ,Ja, altijd primitief" antwoordde get. De kruier Kat heeft gezien, dat de beide broeders Pijnappel den inspec teur met hunne stokken sloegen, na dat hij reeds bewu-teloos op den grond lag. Toen get. deze lage be handeling had waargenomen, hield hij de beide knapen in het oog om hen door de politie te laten vervol gen. Z o geschiedde ook. In de on middellijke nabijheid van het politie bureau werden zij gearresteerö. Get. Köbler en get. Aalster, een portier en kellner, leggen verklaringen af, die het verhaal der andere getui gen volkomen bevestigen. De laatste getuige, de heer Wirix, luitenant der huzaren, verklaart op drie passen afstand van luitenant Pijnappel gestaan, doch niet gehoord te hebben, dat de inspecteur zich b( - kend maakte. Ook heeft get. niet ge zien, aat de inspecteur door P^Qappel geslagen werd voordat de gummistok voor den dag kwam. De president maakte den getuige opmerkzaam, dat hij toch een en an der gehoord en gezien moet hebben, als hg aoo dicht in de nabijheid is geweest, en gelijk hij zegt, zoo scherp heeft opgelet. De eerste beklaagde blijft beweren, dat hij geslagen heeft, maar dat de j inspecteur eerst geslagen had. Ondanks i een scherp verhoor van den president volhardde de beklaagde bij die be wering. Nog meerhij zeide volle recht te hebben gehad te handeieu, gelijk hq gehandeld heeft. De president bield hem op een tooa i van verontwaard:ging voor. dat hij, die als officier zelf gerequireeid kan worden om de rust en het openbaar gezag te helpen handhaven, en wiens heele leven moest zijn een vergen van gehoorzaamheid, maar ook een ge hoorzamen aan bevelen van hooger- hand, de allerlaatste behoorde te zijn ooi hier, op de bank der beklaagden, op hoogen toon te big ven beweren naar recht en eer te hebben _ea*n- deld. Beklaagde bleef ook ontkennen.de beleedigende woorden te hebben ge sproken. Het O M. eischic tegen den eersten beklaagde 4 maanden en tegen den tweeden 3 maanden gevangenisstraf. De verdediger, mr. Simons, toege vende, dat verzet tegen de politie een ernstig feit is, meende, dat waar het behandeld wordt, wel degelqk bewezen moet zijn, alles wat word: ten laste gelegd. In de eerste plaats wraakte pi. het nu, dat een ambtenaar van politie zqn diatinotief in den zak droeg en niet zooals door autoriteiten wa3 voorgeschreven. Eu als men in een plaats als de „Rijkshallen", waar men geeu politie verwaoht, iemand ontmoet, die zioh „politie" noemt, en even eendistino- tief laat zien. dat hq niet op voor geschreven wqze draagt, dan is het wel aan te nemen, meende p!., dat men hem aanzag voor iemand, die zich eenig gewicht wilde toekennen. In de dagvaarding is gezegd, dat er verzet iB gepleegd tegen een sur veilleerend iospeoteur van politie, ten einde een aanhouding te verij delen. SurveilleereDd was de inspecteur zeker niet, oordeelde epren v^ade aanhouding is z. 5. ook niet gebleken. De inspeoVeur heeft wel verteld, dat hij den len bekl. wilde arresteerec, wegens de ontstane volkverzameiiug, maar deze bewering is eerst later opgekomen. In het eerste proces verbaal was alleen gezegd, dat hq den len bekl. aangreep,Jomdat hij hem kraohtiger wilde aanmanen, zioh te verwijderen. Yerzet tegen een arrestatie was er dus niet. Integendeel, de beklaagden zijn later zelf naar het bureau ge gaan om te infoimeeren naar hunne vrienden. Yan een volksverzameling is ook niets gebleken. In elk geval maakten beklaagden er geen deel van uit, daar zij alleen nader wilden weten waarom zq iu de „Rijkshallen" met toegelaten werden. Van het primair ten laste gelegde kunnen beklaagden, meende spr.. niet schuldig erkend worden. Voor den len bekl. zou veroor deeling wegens eenvoudige mishan deling kunnen volgen, als de recht bank zijn ontkentenis niet deed gel den, maar het wettig en overtuigend bewijs aannam. Voor den 2en bekl. moest ook hier vrijspraak volgen. Eindelijk besprak pl. de vraag, of deze rechtbank wel bevoögd was om deze zaak te behandelen. De militaire rechtbank moet de zaak aan de bur gerlijke overlaten, als het delict is ge pleegd in samenwerking met een bur ger. Maar dat is hier niet het gevai, want de beleediging van den inspec teur is geen commun delict. De 2e bekl. deed niet medo. Zelfs was hier geen connexiteit. Het feit was niet door verscheidene personen tegelijk Ten slotte stelde de pl. de vraag of, als de 2a bekl. werd vrijgesproken en dus de burger uit het geding weg valt, de burgerlijke rechter nog be voegd is, om over den militair te oor- deelen. Wat de mate van straf aangaat, wees epr. er op, dat hoe hooger een persoon staat, hoe zwaarder een straf ingrijpt in zijn leven, du3 hoe zwaar der ze weegt. Het subsidiair ten laste gelegde is mishandeiing van een inspecteur van politie, van wien zij wisten, dat hij inspecteur was. Over dit laatste had pl. reeds ge zegd „Het gevecht is toegegeven, niet het mishandelen na het bewuste loos worden van den inspecteur. Maar hiervan is ook geen bewijs, dan de getuigenis van Kat, en pl. meende, dat die in zijn qver en ver ontwaardiging wat meer heeft denkeu te zier., dan te zien was. Het hoofd punt ie nuwie het eerst geslage jacht ontsnapten. Terwql de drie mannen daar neer lagen in de eerste de beste schuilplaats, die zij hadden kunnen ontdekken, en hunne kreten onder het gehuil der golven verloren gingen, konden zij in het minst niet .zien van hetgeen er op het voorschip gebeurde. Kenner, die zoo goed als buiten kennis was, had er zioh trouwens geen rekenschap van kunnen geven; maar de anderen waren vervuld van schrik bq de gedachte, dat zq zich alleen bevonden, en hunkerdeu naar het doorbreken van 69n lichtstraal, zooals zieken naar den morgenstond verlangen. Telkens opnieuw vroeg Fisher aan Messenger„Kunt gij iets zien En telkens weêr kreeg bq het enkele woordje „neen" ten antwoord. Op een gegeven oogenblik meende hq Burke's donkere gestalte op ;de brug te zien en zijne krachtige stem zelfs boven het geloei van den storm uit te hooren maar het visioen was weder in een oogwenk verdwenen, en er bleef niets anderB over dan de ondoordringbare nacht- Meer dan een uur lang bleven de drie mannen, die zioh de eenige achtergeblevenen waanden, tegen elkander aandringen om zioh een weinig te verwarmen onder het armelqke schutdak, dat tg gevonden hadden en wachtten zq aldus den dood af, die hun onvermqdelijk voorkwam. Het moet omstreeks drie ure geweest zijn, of althans dioht bq het doorbreken van den dageraad, toen de hen omringende nevelen vaneen scheurden en de golven een weinig tot bedaren kwamen. Op dat oogenblik vernamen de drie lotgenooten, die daar nog altqd als versuft neerlagen, onmiskenbaar en duidelqk den klank van Burke's stem en voelden zij zioh daardoor als tot nieuw leven opgewekt. De opening, welke er tussohen de wolken was ont staan, wierp thans een zwak licht op het tooneel der verwoesting, en vertoonde hun boven op de brug de i forscbe gestalte van dien man van ijzer en staal, terwijl zqn luide bevelen boven het gedruisch der wateren uitklonken. „Voorwaarts, gq lieden!" bulderde hq: „die mast gaat naar omlaag. Geeft acht op u zeiven Terwijl hq sprak, breidde het staalgrauwe licht zioh al meer en meer uit, en wierp een koud, grijs schqnsel op de barnende golvende golven en het schip. Het j verdwijnen der volslagen duisternis soheen uit de bodemlooze diepte verwijderde omtrekken en vormen 1 als van klippen en kusten te hebben opgeroepen. Men J zag in de verte iets als een met schuim overdekt I strand, en hoe het jacht omgeven was van de hoekige punten van donkere rotsen, die het als een sohaar van grimmige sohildwachten schenen te bewaken. Op een mql &f8taDds strekte zioh het land uithet soheen geheel zwart, afgrqselqk en hoog gelegeumaar zq waren er van gescheiden door een breeden stroom van toornige, bruisobende golven en toen de mannen zioh rekenschap van de» toestand gaven, slaakten zij een luiden angstkreet, klagend en toornig als van lieden, die sterven gaan, en voor wie de dood geen rust zal mee brengen. „De mast! Klautert den mast uit, zeg ik ui" brulde Burke ten tweede male, en de matrozen verstonden de beteekeni3 zijner woorden eerst, toen zij zagen hoezeer hij gelijk had. Acht hunner zaten in het touwwerk ge strengeld en de maet die heo beschut had helde voor over naar de zee, met eiken nieuwen schok dreigende in het hol van schuimend water te storten, dat tusechen de verschansing en de rotsen lag. In dit oogenblik van spanning waagde een dier lie den, die vermeteler was dan zijne makkers, het zich langs een der dwarshouten af te laten, en hing daarop in de lucht, *erwql de anderen hem gadesloegen zonder den moed te hebben zijn waagstuk na te volgen. In het eerst scheen het meer dan waarschqnlijk dat de mast verdwijnen zou, nog voordat hij de brug bereikt had en zich daar op neder had laten vallen, en de hevige ontroering dergenen die hem gadesloegen nam nog toe door het slingeren van het schip, waardoor de zeeman ieder oogenblik zijn steun los kon laten. De drie neeren begrepen ook volstrekt niet waarom de mannen inden mast bleven, niet wetende dat het jacht doormidden waE gebroken bij de machinekamer en dat het voorschip geheel onder water lag, terwql er boven dien nog een diep kanaal liep tusschen het achterdek en het roer. De acht matrozen hadden die wqkplaats opgezocht in het eerste oogenblik van het onheil, en toen de schemering doorbrak, waren zij voor het meerendeel half dood van koude en buiten staat nog eene poging tot zelfbehoud aan te wenden. Slechts een hunner had geestkracht genoeg behouden om zioh van daar te verwijderen, maar zqne pogingen bleven vruchteloos, om hem elders te doen aanlanden. Hq had bijna langs de touwen de brug bereikt en stond op het punt den sprong te wagen, toen er een nieuwe ramp plaats had. Een hevige stortzee beukte op den waggelenden mast, en hg brak af als een doode tak, de zeven mannen met luiden slag in het water slingerende en den achtste losrukkende van het want, zoodat hij als een steen neerzonk. Zijn hoofd kwam 'met zulk een afgrijselijken klank op een rotspiek i neder, dat zq die het aanhoorden zich het gelaat be- j dekten en niets meer wilden zien. Van het zevental, dat met den mast verdwenen was, kwamen er sleohts twee weder boven. Het bleeke licht van den dageraad bescheen hunne van ontzetting verwrongen geziohten, i en zq kermden op hartverscheurende wijze, alsof de zee terug zou wqken en de rotsen omhoog zouden rijzen om hen te redden. J Onderwijl liep Burke als een opgesloten roofdier over j de brug op en neêr, want overal onder hem stond ket water 6n hq had niet den minsten kans zich een door tocht te banen naar de veiliger haven van den aohter- j steven. Maar zoodra hij het drietal neeren bemerkte, scheen hij een weinig tot bedaren te komen en sohreeuw- de hq hun toe: „Heidaarl Hebt ge geen touw bq de hand?" j „Geen meter zelfs," riep Messenger hem ten ant woord toe. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 2