Tweede Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
De Zeewolven.
FEUILLETON.
14» Jaargang
Dinsdag 29 September 1896
No. 4063
HAARLEM'S DAGBLAD
^.BOisr3srEnv5:icjsrTsi3E.zj"S:
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheelè Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post 0.37Va
^jD"vziK,,T,mi\r''zxm2sr:
i 1 5 regels 50 G'ts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenteu
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Monimartre.
Agenten voor dit Blad in den omtrek rijn: Bloemendaal Santpoort en SchotenP. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; [Haarlemmermeer, C. DOEKESSpaamdamC. HARTENDORPj
Zandvoort, J. ZWEMMER'; Velsen, A. VENUS!; IJmuiden, TJADEN; Beverurijk, H. JUNGERIEj, Koningstraat. Genoemden Agenten nemen Abonnementen en Advertentën aan.
Politiek Overzicht.
De berichten in de Eogelsohe bla
den over den toestand in Turkije
luiden nog alles behalve geruststel
lend.
Met betrekking tot een door keizer
Wilhelm dezer dagen den Sultan ge
schonken photographic zegt de ifctcAa-
bote„Het bericht is op zichzelf juist,
doch do uitlegging in Turksche krin
gen, alszou daarmede bedoeld zijn eene
stilzwijgend goedkéuring der gepleeg
de gruwelen, is natuurlijk geheel en al
misplaatst. De Sultan had den wennoh
te kennen gegeven, een photographic
der keizerlijke familie te bezitten en
aan dezen wensoh gaf keizer Wilhelm
gehoor.
De zaak dagteekent echter van vóór
de gebeurtenissen, welke in Augus
tus te Konstantinopel plaats vonden.
In elk geval ware het te wenschen
geweest, dat de Duitsche gezant, met
het oog op het inmiddels gebeurde,
de overhandiging der photographie
nog wat bad uitgesteld."
De Duitsche gezant te Konstanti
nopel heeit op last zij oer regeering
aan den Sultan medegedeeld, dat
keizer Wilhelm bij de besprekingen
der keizers'te Weenenen te Breslau op
zich had genomen, den Sultan nadruk
keiijk te wgzen op de noodzakelijk
heid der invoering van hervormingen
in het Turksche Rijk, waarbij even
wel de verzekering was gevoegd, dat
Rusland, Oostenrijk en Duitechland
er niet in zouden toestemmen dat
Turkije in do tegenwoordige omstan
digheden werd verzwakt. Aldus meldt
de Int. Corr.
Zoo sohrgfl Reuter's agent te Kon
stantinopel onder dagteekening van
21 Sept. o. a. het volgende:
„Er bestaat nog geen enkel ken-
teeken van terugkeerend vertrouwen.
Do toekomst is nog even onzeker als
drie weken geleden. De handel staat
zoo goed als stil, en allen die om
hun bedrgf of handel genoodzaakt
zgn te Konstantinopel te blgven, zen
den vrouwen en kinderen naar Europa
omdat zij vreezen, dat bg volgende
ongeregeldheden ook andere Chris
tenen dan de Armeniërs zullen te
lijden hebben.
„Met de aanhouding van de Arme
niërs die, naar men beweert, tot het
revolutionair comité behooren, en met
de ontdekking van bommen te Scu
tari en Pera, is de beweging nog niet
aan .een einde. Integendeel wordt
algemeen als zeker aangenomen, dat
nog meer afdeelingen van hetArme-
nisoh uitvoerend oomité zich in de
stad schuil houden, en dat zoodra
het toezicht der politie begint te ver
slappen, eene nieuwe demonstratie
zal plaats hebben, ernstiger en van
meer uitgebreiden aard dan die van
20 Aug."
Uit Athene i. d. 25 Sept. wordt aan
de Standard geseindDe dagbladen
bevatten tal van berichten over buiten
sporigheden der Turksche troepen in
versohillende gemeenten van Maos-
d onië. :De Grieksohe Christenen zijn
aan de ruwste behandeling blootge
steld, onder voorwendsel dat zg met
de oproerige benden heulen.
In eon telegram uit Konstantinopel
aan hetzelfde blad wordt gemeld, dat
het aantal personeD, die op 15 en 16
Sept. den dood vonden bg de onge
regeldheden te EgoeÏD, oDgeveer dui
zend bedraagt.
In ce Turksche hoofdstad is verder
©en dépêche ontvangen, houdende be
richt,dat een honderdtal Armeniërs zijn
vermoord te Divrig, welke plaats,
evenals Egoeïn en Gnmu8kira,.der[iu
het vilajet Kharput gelegen ie.
In tegenstelling met deze veront
rustende geruchten wordt uit Konstan
tinopel aan de New-York Herald
(Parijsche uitgave) geseind:
„In diplomatieke kringen alhier is
men algemeen van gevoelens, dat de
oriois in de Oostersohe quaestie haar
ergste standpunt heefd beleefd. De
gezanten der groote mogendheden
zouden zich bg het statue quo neder-
leggen cndePorte voornemenB zijn,
onmidddllgk rapport uit te brengen
over de reeds ingevoerde hervormin
gen. De rust is hier verder niet ge
stoord."
STADSNIEUWS
eerste en derde pagina.
Haarlem, 28 Sept.
Vreemdelingen-Verkeer.
Op Zaterdag den 269n September
jl. vergaderden te Utrecht de Neder-
landsche Vereenigingen ter bevorde
ring van het Vreemdelingenverkeer
onder presidium dor vereeniging
„Nijmegen Vooruit".
Behandeld werden ontwerp-statuten
en ontwerp-huishoudelgk reglement
van een opteriohten Nationalen Bond
voor Vreemdelingenverkeer in Neder
land. Staande de vergadering traden
tot dezen bond toe de Vereenigingen
teBaarn, Dordreoht, Groningen,
Middelburg, Monnikkendam, Nijme
gen, Utreoht en Zwolle. De Vereeni
gingen te Haarlem en Maastricht wa
ren vooralsnog door bunne statuten
verhinderd toe te treden, maar ver
klaarden wijziging dier statuten tot
een ernstig punt van bespreking in
hunne eigene vergaderingen te zullen
maken. De vereenigingen te Apel
doorn, Arnhem en Vlissingen ver
klaarden voorlcopig niet te zullen
toefreden. Een zestal andere vereeni
gingen hadden schriftelijk bericht
dat zg verhinderd waren afgevaar
digden ter vergadering te zenden,
maar dat zij de ontwikkeling der zaak
met belangstelling gadesloegen.
De ontwerp-statuten enz. waren
opgemaakt ^door eene commissie, be
staande uit de vereenigingen to Dord
recht, Groningen en Utrecht. Besloten
werd op voornoemde ontwerp statuten
de koninklijke goedkeuring aan te
vragen.
Als een verblijdend verschijnsel deel
de de voorzittende vereeniging mede
dat, geheel ongevraagd, door de ge
meente Leeuwarden een subsidie groot
f80 voor den bond was verleend.
De behandeling van een ontwerp-
vouwkaartals reclame-middel voor Ne
derland werd voorloopig uitgesteld.
Een rapport daaromtrent was opge
maakt door de vereenigingen te
Haarlem, (afgevaardigde: delesecre
taris Dr. J. NieuweDhuyzen Krase-
man) Middelburg en Nijmegen.
Ten slotte werd nog besloten de
leiding der voorloopige werkzaamhe
den bg voortduring aan de Nijmeeg-
sche vereeniging toe te vertrouwen.
De Vereeniging tot Verfraaiing van
Haarlem en omliggende gemeenten
en tot bevordering van het Vreem
delingenverkeer was op deze vergade
ring vertegenwoordigd door haar
voorzitter en haar 2n secretaris.
De Postduivenverenigingen „de
Snelvli&ger" te Haarlem en „Kenne-
merland" te Bloemendaal hielden voor
sluiting der wedvluchten in dit jaar
een oonourrentievlucht van Queoy
afstand 230 en 1231 KG. met jonge
duiveD broed 1896.
Zaterdagmorgen 8 nar (Greenwich-
tgd) werden de duiven in vrgheid
gesteld met ZW. wind en goed weer.
De uitslag was als volgt:
c-i c4 c4 cl c-i c4 <M c4 c4 c-i tri cri c4 c-i ci
SH
a
a
w
met een zeer geanimeerd bal, onder
leiding van den heer P. J. Bongers,
besloten.
De minister van Waterstaat, han
del en nijverheid brengt ter al-.remee-
ne kennis, dat ten gevolge van de
opheffing van de halte Veenenbnrg
van den spoorweg van Amsterdam
naar Rotterdam, met ingang van 1
October a.s., het haltegebouw te Vee
nenbnrg op zijn last zal zijn geslo
ten en dat op denzelfden dag op ge
noemden spoorweg aan den Delfweg
eene halte, genaamd Lisse, geopend
wordt voor vervoer yan reizigers en
goederen en aan de Hillegommerbeek
eane halte, genaamd Hillegommer
beek, voor het vervoor van reizigers
en bestelgoederen.
Veenenburg komt als station niet
meer voor; intussohen vernemen wg
dat de hesr Leembrngge zioh die
opheffing niet laat welgevallen en op
grond van het bestaande (meer ge
melde) contraot de Maatschappij in
een proces zal wikkelen.
mensohen tegen de geweldigheid der niet dicht geDoeg bg de hanebalken.
natuurkrachten, een komiaoh conflict En alleen dé&r, vlak onder het dak,
-a a
55^ ëg|o|£f S"1 2
*gS
HC103VOCOI>COOSCTHIMCOT((IO
tH T—T—T—t r-i T—
Poule-prijzen voor aangewezen dui
ven
le aangew. duif, d. h. L. Koolhoven,
2e
3e
te Bloemendaal.
Men schrgft ons:
Het genootschap „Melpomene en
Thalia" gaf Zondagavond in de groote
zaal van Felix Favore, zgn eerste
soirée met bal voor leden en genoo-
digden.
Bg de openingsrede van den voor
zitter wees hij er op, dat het Genoot
schap steeds in bloei toeneemt en
in het volgend boekjaar zjjn 25 jarig
bestaan hoopt te vieren, wat zeer
zeker een bewgs is dat het bestaand
bestnur voldoet, getuige de financi-
oieele toestand bd het toetreden van
donateurs en werkende leden.
Na een afwisselend programma
waarop voordraohteu voorkwamen
die meermalen den lachlust opwekten
en het uitvoeren van eenige zang
nummers door de zangvereenigiDg
„Oefening en Vriendsohap," president
de heer Heuperman, werd deze soirée
BINNENLAND.
Haagsche Brieven.
We mogen er nu tegen pruttelen
of niet maar 't is gedaan met den
zomer en alles wgst er op, dat de
wintervorst nadert, die, volgens den
diohter, „vader Rgn in boeien" slaat
en dus al heel weinig oomplimenten
maakt met arme stervelingen zoo
ais wij.
Jongens, jongens, wat is er een
water gevallen in de laatste dagen I
Mjjn sohoonmaakster verklaarde dat
hot kasjeweel was waar al dat water
vandaan komt" en haar lieftallige
echtgenoot zou zioh met „al die nat
tigheid nog kunnen vereenigen, in
dien 't hemelvocht te Sohiedam was
„overgehaald"."
Een komisoh gezicht tooh: men
sohen op straat, liefst in een drukke
straat, overvallen door een regen
't haastig opsteken van parapluies,
't haastige omslaan van broekspijpen
en jaskragen door mannen die geen
parapluie hebben, (t allerhaastigst
vullen van elk gaatje, dat een droge
schuilplaats biedtmagere menschen
die langbeensch snel voortstappen met
geziohten van wat-kan-'t mjj eohelen
dikke die puffend,parapluies tegen den
wind in, niet vooruitkomen vrouwen
die brommen tegen mannen van „je
laat alles in mgn hals loopen ^'straat
jongens die in „plassies" loopen, om
van onderen tenminste even nat te
worden als van boven; kooplieden
met negotie, die haastig een zeiltje
gooien over de „twee, neem maar weg
drie"; en tusschen dat alles stra
len dikke droppels uiteenspattend op
modderig asphalt; een grijsgrauwe
lacht, een chocoladebruine aohter-
grondgiergeluiden van den wied,
onderbroken door „hé's" van koet
siers, die niet uitkijken voor ze op
jhet punt zijn iemand teovergden en
van „aohter je!" door de bestuurders
van handwagens die den voorbjj-
1 ganger in de lendenen stooten
Een tooneel van bekrompen onbe
holpenheid, van de nietigheid des
van het kleine en bet groote
Ik geloof, met uw verlof, dat ik
bozig ben een mooie ooilectie onzin
Deder te sohrgven. Maar mgn vriend
X deelt deze opinie niet. Hg vond,
toen ik hem mijn kladje voorlas,
'tgeen onzin, maar „bepaald subliem
gelegd", bepaald „intens gevoeld zeg."
Dat komt omdat mijn vrieDd X
modern litterator is, nog veel moder
ner dan „de jongens van 801" zooals
hg Klooe en Vermeer c. s. met colle
gialiteit noemt.
„Zie je zeide hg zooals je
die straat daar beechreven hebt, dat
gewoon goed, zègiedereen kan
het zien, het is tastbaar geworden."
En hij voegde er bg, dat ik met
alle mijn oonaenatief-litterariEohe
neigingen, toch in den rjj der jonger2
letterkundigen gee n kwaad figuur
zou maken.
Ik lachte, besoheiden en verklaarde
dan ook. dat ik inderdaad iets van
verjonging in mgn binnenste
voelde. Maar de verklaring van dit
versobijnsel lag voor de hand: de
invloed van de jongste letterkundige
produoten en dao die van het tooneel,
vooral van bet tooneel.
Zoo'n repertoire als ons bjjv. ia de
eerste dagen bier waoht-
Trilby nienw.
Lohengrin nog nieuwer.
La Favorite wat blief je 1
Jack Sheppard of de ridders van den
nevel 't allernieuwste l
Apropos van den schaperigen Jaok
ik herinner me dat stnk in het
Gebouw voor K. en W. te hebben
gezien, een twaalf jaren geleden, met
mevr. Brondgeest -Bouwmeester in
is het de plaats van rustig genieten.
Daar kan „moeder" haar sinaasappel
verorberen, vader agn „draadje" achter
de kiezen stoppen en 't overtollige
verwijderen zonder vrees voor het
bederven van het satijnen overkleed
van zijn buurdame. Daar worden
opmerkingen gemaakt, die niet steeds
over het aesthelische der vertooning
loopen daar critiseeren de „jongens
de magerheid van de^hanteuee of de
welgedaanheid van een oorpulente
altsangeree.
Buyse moet er maar eens een
uurtje gaan kijken om kennis te ma
ken met zijn stadgenooten. Ik
bedoel Cyriel Buyse, den VlaamBohen
novellist, die weldra Haagsch bur
ger zal zijn en ten huize van wiens
aanstaande echtgenoote gis!eren een
druk bezochte receptie plaats had, in
verband met het spoedig te sluiten
huwelijk.
Een aanwinst voor het letterkun
dig Den Haag, die geregistreerd be
hoort te worden, 't Mag niet alles
even mooi zijn, wat hij schrijft, maar
men begrijpt hem ten minste en dat
kan van <ie meeste van zijn tijdge-
r.ooten artiesten (met een e, zetter
niet gezegd worden.
Daar hebt ge nu den artiest-teeke
naar van Konijnenburg, die bij den
jong8ten Spectator een plaat teekent;
den Haagechen gemeenteraad ter zake
van tram- en andere hangende quaes-
ties met een slak vergelijkend.
Zoo iets is onbegrijpelijk, omdat
het zoo schandelijk onbillijk is.
De meeste van die qnaesties zgn
van twaalf tot vijftig jaren oud,
maar wat beteekent dat bij een zoo
de titelrol, toen zo nog Door moeizaam gemeentelijk beheer
Frenkel was. Toen speelde ze nog
met een heerlijk Amsterdamsoh ac
centje en ze zag er heel aardig uit
als jongen. Wel 't heeft me niets
verwonderd, dat ze na FaDfan
(of is 't de audere) uit de
„Duex Gosses" speelt en Brakensiek
kon wel eens gelijk hebben, waar
zijn teekenstift de voorspelling
waagt, dat zij over tien jaren nog een
meisje zal uitbeelden. Kunst wordt
niet ond en er agn priestereseen
der kunst die de benijdenswaardige
gave bezitten om haar jeugd een ge-
ruimen tijd te bewareD.
Kunst wordt niet oud aldus
redeneeren blijkbaar ook de leiders
van het tooneelgezelschap, leden eener
ontbonden Amsterdamsche combina
tie, die pogen in ons „Casino" een
eigen Haageche troep op de been of
liever „aan de kost" te houden. Met
dit doel worden de oudste beestjes
van het oude repertoire (vergelijk
Jack van den Nevel) van stal gehaaid
en in vrijheid gedresseerd aan het
Haageche publiek voorgesteld.
't Zal niet gaan vrees ilr. Chriepijn
hoeft het geprobeerd, De la Mar heeft
het eveneens geprobeerd, maar er
rust blgkbaar een fatum op dat ge
bouw, waarvan men met alle geweld
een Volksschouwbnrg wil maken, 't
Tooneel trekt hef volk niet. Men wil
tegenwoordig koffie-chantant of gaat
naar de opera voor zijn een of twee
kwartjes, omdat er „meziek" bij i3.
Ook zgn de zangen in 't Casino niet
En wat de tramquaestie betreft
billijkheid voor allee.
Er is een raadecommis-ie, met een
crediet.
Voor dat crediet zijn studeerende
deskundigen een tijdje naar het bui
tenland g6weest. Nog wel in gezel
schap van den directeur der Tram
wegonderneming waarmede de ge
meente in conflict ie.
Men zal dus een rapport krijgen,
dat punt voor pant door den direc
teur kan worden weerlegd.
Vermoedelijk blgtt dan alles zooala
het is.
Doch wat nood? We krijgen in
een paar dagen Driessen's omnibus-
dienst (niet te verwarren met Dries-
sen's cacao).
Geen automobile-cars of met eleo-
triciteit gedreven voertuigen, maar
gewoonweg door paarden getrokken.
Al het oude wordt weer nieuw 1
H. A. GANUS Jr.
Uit de Staata courant.
Kon. besluiten.
Vergund aan mej. F. E. Gierse,
geboren te Boedefeld, in Duitschland,
het geven van middelbaar onderwijs
hier te lande, mits zg overigens aan
de daartoe bij de wet gestelde eischen
voldoet.
Min. beschikkingen.
De 'Minister van Binnenlandsche
Zaken heeft, ,met wijziging in zooverre
HIHfH van zijne beschikking van 31 Ang.
hoog genoeg, ik bedeelmen komtjl., bepaald, dat de bg laatstgenoemde
door
MAX PEMBERTON.
HOOFDSTUK XIX.
32) De tweede schipbreuk.
Dit signaal duurde verscheidene uren voort. Den
tweeden avond had dezen zonderlinge lantaren echter
niet langer dan tien minuten geflikkerd, toen er een
kanonschot van de kust werd gevuurd en het licht
plotseling werd uitgedoofd. Een paar uur later, toen
de maan 2ich bevrijd had van een berg wolken en het
land verlichtte, merkte Fisher op dat de vrouw, die
zich eecige nachten te voren aan het hoofd der rniters
vertoond had, opnieuw te paard voorbijkwam over de
klippen, maar ditmaal onvergezeld en toen ook Mes
senger haar zag, riep hg zich onwillekeurig Kenner's
angsten en voorgevoelens te binnen.
„Hall," zeide hg, „hebt gg waarlgk geloofd, toen gij
•nlangs dat jonge meisje in de bosschen ontmoettet, dat
gij haar al vroeger gezien hadt?"
„Ik ben er zeker van, sjj heeft het trouwens zelf be
vestigd," antwoordde Fisher. „Zij was dezelfde, die zich
steeds aan de zijde bsvond van de vrouw, welke wij de
Spaaneche heks noemden."
„Dat is vreemd, ja heel vreemd zelfs," mompelde
zijn metgezel. „Ik herinner mij hoe de eigenaar van
or.s logement beweerde dat die Spaansche vrouw eene
strandroofster was en een kasteel bezat ergens op de
noordelijke kust van Spanje. Het zou bjjna al te dwaa3
zgn te gelooven dat hij de waarheid sprak."
Fisher haalde de zchouders op. Sedert den avond
van hun laatste bezoek aau het wrak, had hjj in niets
meer belang gesteld. De banden, welke hem aan Mes
senger ketenden, waren nog niet geheel verbroken, maar
toch merkbaar verslapt, en ofschoon de Prins nog een
zekere macht over hem uitoefende, was het niet meer
de macht van voorheen. Zijn vriend bezat een te scher
pen blik om zich daarvan geen rekenschap te hebben
gegeven. Hij was trouwens op iets dergelijks verdacht
geweest, maar had gehoopt het te kunnen overwinnen
door gekscheren en sluwheid. Thans evenwel, nu hij
begon in te zien dat de knaap hem in alle opzichten
wantrouwde, werd hij kregelig en op zgne hoede tegen
over hem.
„Komaan," zeide hij, „ik moet zeggen dat pij lang
geen vroolijk kameraad zijt. Wat hapert er aan?"
„Ik dacht aan de mannen in de kajuit," gaf Fisher
ten antwoord,
„Welnu, wat zou dat? Gij hadt toch zeker van mij
niet verwaoht, dat ik een half dozijn kisten met goud,
die onder mijne hoede geplaatst waren door hen die
vertrouwen in mij stelUen, zou hebben afgestaan aan
de eerste de beste bandieten, wier doel het was ze te
stelen
„Volstrekt niet," mompelde Fisher, niets liever wen-j
schende dan zich te laten overtuigen.
„En waarom trekt gij dan zulk een lang gezicht Zij
poogden ons den bals of te snijden, en wg hebben
hen gedood. Misschien aijt gij van meening dat wij
liever op dit uur op den bodem der zee moeeten rusten,
terwnl zij ons geld aan wal verteerden
„Uw geld?" vroeg Fisher met geestkracht.
Messenger wierp hem een blik toe, die vrij wat stoe-
rer man dan den jongeling had kunnen vernietigen.
„Dat is een fraai iets om aan een vriend te vragen,"
zeide hij.
Fisher sohaamde zich over rijn eigen vermoedens.
„Ik verzeker u," riep hij uit, „dat ik niets liever
vraag' dan slechts goed van u te denken."
Messenger wendde zich, schijnbaar vertoornd, van
hem af.
„Hal," sprak hij, na een oogenblik zwggens, „zoodra
wij veilig en wel met dat geld zijn aangeland, zult gg
de gansche geschiedenis vernemen. Indien gg mg tot
daartoe niet kunt vertrouwen, is het beter dat gij uw
weg gaat en ik den mijne. Ik heb vroeger reeds zon
der vrienden geleefd, ik kan dat ook nu."
„01 verzekerde Fisher, wiens hart eene kinderachtige
Êijn gevoelde, „zoo zal ik nooit handelen, Prins. De
Lemel weet dat er maar weinig is, dat ik niet voor
u over zou hebben, en ik kan u nooit alles vergelden
wat gij voor mij hebt gedaan."
„Ik vraag u niets anders dan uw vertrouwen en uwe
vriendschap zooals voorheen," sprak Messenger, die zioh
geheel en ai den schijn gat als leed hij er onder zioh
verdaoht te zien, „ja, uw vertrouwen tot den dag waar
op ik u mijne geschiedenis zal kunnen vertellen."
„Gij zgt heel goed voor mij," zeide Fisher,.„en de
eenige, die dat ooit geweest ie."
Voor het oogenblik was de kloot tusschen' hen op
deze wijze gedeeltelijk gedempt, en den zevenden avond,
nadat er den ganschen dag een stevige bries had ge
waaid, zagen al de schipbreukelingen met vurige hoop
den terugkeer van Kenner tegemoet; en bespraken rij
de mogelijkheid daarvan, terwijl zg neergehurkt zaten
om het gebrekkige houtvuur hunner legerplaats. Zij
hadden in de laatste uren maar weinig te eten gehad,
en Burke had zoo luid gejammerd om wat vlee3ch, dat
zg besloten hadden alle gevaren te troteeeren en er tegen
middernacht op uit te gaan. Dit voornemen werd echter
niet ten uitvoer gebracht, want toen het, volgens hun,
ongeveer negen ure moest zijn, hoorde men, tot zelfs
in het hol, een kanonschot weergalmen, en glde het
tweetal haastig naar het rotsveneter toe, en aanschouw
den zij daar een tooneel, dat van veel beteekenis voor
hen was.
Geen driehonderd meter van de zandbank af, waar
de schoener op verbrand was, zag men duidelijk een
lange, zwarte kustboot liggen, terwijl de branding over
het vaartuig heeaspookte; de maan verlichtte alleB ten
volle, zoodat men zelfs de bemanning kon zien zitten
in het want, ofschoon de golven, die het schip bespoel
den, zelfs tot hen opklemmen. Wat Messenger echter
veel meer trof, was de plotselinge bedrijvigheid, welke
het stranden der stoomboot op de kust te weeg had