GEEN HART. nol 4087 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. stadsnieuws, binnenland!" -buil.! :ton. 14e Jaargang. Dinsdag 27 October 1896. AABLEMb DAGBLAD ^BOlNTlNriEII^IEnNrTSIF'IR/IJ'S: Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden„3.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden„3.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 „de omstreken en franco per post0.37a/a -A.H)"VIHIK;TE12SrmE!2iT Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en AdvertentiC-n worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaus: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor iet Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrang'ere G. L. DAUBE ós Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs Slbls Faubourg Hontmartre. Agenten voor dit Blad in den omtrek rijn; Bloemendaal Sant-poort en Scholen, P. v.d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bq de Tol; HaarlemmermeerC. DOEKESSpaamdam, C. HARTENDORP; ZnndvoortJ. ZWEMMER; Beide Veis en), J. OOSTERHOF: lJmuiden, T JADEN BeverwijkH. JUNGER1E. Kopipgstraat. Genoemden Agenten nemen Abonnementen ep Adverteotiën aan. MW| De goedkoopste groote drukkerij n Haarlem is die van HAARLEM's DAGBLAD Vraag prijs en het zal blijken. Officiëele Berichten De Burgemeester van Haarlem brengt bq deze ter kennis van de ingezetenen dezer Gemeente, dat het jop den 21en Ootober jl. executoir verklaarde voljaarsoh kohier No. 10, op de Personeele Belasting dezer Ge beente, dienst 1896/97. op heden aan den ontvanger der direote belastingen is ter hand gesteld. Wordende de ingezetenen tevens (herinnerd, dat de belastingschuldigen verplicht zijn hunnen aanslag op den 'bij de wet bepaalden voet te voldoen. Haarlem24 Oot. 1896. De Burgemeester voornoemd BOREEL. De Burgemeester van Haarlem brengt bij dezo ter kenDis van de ingezetenen dezer Gemeente dat het op den 20en Ootober jl. exeoutoir verklaarde voljaarsoh kohier co. 14, aid. V op de Bedrqfs Belasting dezer Gemeente, dienst 1896, 97 op heden san den ontvanger der direote belas tineen is ter hand gesteld. Wordende de ingezetenen tevens herinnerd, dat de belastingschuldigen verplicht zijn hunnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet ie voldoen. Haarlem. 24 Oot. 1896. De Burgemeester voornoemd: BOREEL. zijde,maar omdat Bismarck's opvolger, graal von Caprivi hét voortduren der wederzijdsche waarborgen weigerde, terwijl Rusland bereid toe was. De Vossüche Zeitung zegt naar aan leiding van het verschijnen van ge noemd artikel, dat de regeering zich daarover moet verklaren en mede- deelen wat de waarheid is. Nu het fransoh-russisohe verbond besproken wordt, wordt het drievou dig verbond uitteraard ook al weer eens aandaohtiger bekeken. Yan verschillende zijde is de bewering uitgesproken, dat in den laatsten tqd Italië er al bitter weinig reden tot voldoening in moet vinden deel van dit verbond uit te maken, daar deze positie haar op groote offers te staan komt en haar al bitter weinig voor deel en zekerheid oplevert. Dat Italië echter eene onzekere houding had aangenomen betreffende het verbond, bet desbetreffende gerucht wordt van goed ingelichte zqde uit Rome krachtig tegengesproken. De verschillende gezanten te Kon- stantinope! hebben Zaterdag een bijeenkomst gehouden ten huiz6 van den Oostenrqksohen gezant. Bet doel der bijeenkomst was het be spreken van het voorstel tot het wa penen der Muzelmansche bevolking. De gezanten waren van oordeel, dat deze maatregel de gevaarlijkste was, welke sedert den aanvang der crisis genomen is. Naar aan de Times uit Kaapstad werd geseid, heeft den Volksraad van Oranje Vrijstaat alle voorstellen voor bet aanleggen van buurtspoorwegen verworpen. Politiek Overzicht, Het artikel van vorst Bismarks or gaan Hamburger Nachrickten over de verhouding tuseoben Duitschland en Rusland vóór 1890 heeft groote belangstelling gewekt, wat zeer be grijpelijk is ru juist de strijd gestre den wordt tueschen de duiteche en en.elsche couranten. Dit tijdschip zal er dan ook juist voor zijn uitgekozen als het geschikste oogenblik. Na de mededeeling van de 12'/u- knmftdat er onder Bismarcks bestuur tueschen Rusland en Duitschland eene overeenkomst bestond, waarbij Czaar Alexander III aan het Duitsche rijk de welwillende neutraliteit van Rusland waarborgde voor het geval dat Frankrijk een aanvallenden oorlog begon, verklaart Bismarcks orgaan, dat tot 1890 Rusland en Duitschland het vJmaakt eens waren hierover, dat voor het geval een der beide rij' ken aangevallen werd het andere neutraal zou blijven. Na 1890 is die overeenkomst ech ter te niet gegaan niet tengevolge van eene ontstemming van Rnsiands eerste en derde Pagina Haarlem26 Oct. Hier ter stede is eene afdeeling op gericht van den Nederl. Aannemers- bond, waarbij zich reeds vele bekende aannemers hier en in den omtrek hebben aangesloten. Binnenkort zal een definitief bestnur gekozen en een reglement opgemaakt worden. Het doel van dezen bond is het verkregen van verbetering der artt. van het Burgerlijk Wetboek, die han delen over het vakhet verkrijgen eeuer billijke redaotie van de thans in toepassing zijnde algemeene voor schriften en administratieve bepalin gen vervolgens het optreden in ge schillen tussohen directiën en aan nemers bestrijding van oneerlijke en onedele concurrentie en het vormen van een fondB tot ondersteuning van aannemers, die deze behoeven en verdienen. Wie de van oude bekende „Groote Vauxhall" geregeld bezoekt en op merkt, hoe nn en dan veranderingen of liever gezegd, verbeteringen worden aangebracht, moet onwillekeurig er kennen, oat het der eigenares Mej. de Wed. Prinsen wel ernst is, zooveel J mogelijk hare inrichting alleszins naar ieders genoegen te maken. Het vorige jaar nog gaf zij daarvan een bewijs, door de kolfbaan op aandrang van verscheidene liefhebbers van dit spel geheel te laten vernieuwen. Aan de billijke verwachting werd echter niet beantwoord, zoodat deze ruimte blijkbaar voor een dankbaarder doel moest bestemd worden. Genoemde eigenares besloot dan ook van de kolfbaan eene soort van afzonderlijke ztal te maken, die bij elks feestelijke gelegenheid geschikt is. Aan ons berioht in het vorige num mer over den nieuwen winkel van den heer Dollekamp in de Kleiae Houtstraat alhier, kan nog worden toegevoegd, dat de winkel is verlioht met Viotoria gasgloeilioht, waarvan agent is de heer J. H. Romqn Jbz. alhier. Te Haarlemmermeer bq Bennebroek sloeg Zor. dagavond te ongeveer 6 uur de bliksem in de paardenstallen van den landbouwer Sohieviug. De levende have werd daaruit nog ge red van uit de stallen sloegen de vlammen over naar de aohter en terzqde staande hooi- en atroosohelften waarvan de vuurgloed tot laat in den naoht op uren afstand ziohtbaar was. Drie brandspuiten war in aanwezig en behielden geholpen door gunstigen wind bet woonhuis.AUes is verzekerd. Nader vernemen wij nog, dat de boerderij „Arbeid en „Vlqt geheeten, h-rt eigendom van baron Verschuur was. Twee loodsleerlingen verdronken. Zondagmiddag, toen de loodsen van net Engelsch stoomschip Harlyn naar IJmniden terugkeerden, ie de loodsvlet omgeslagen en zijn de loods leerlingen C. Gomes en J. Dienst verdronken. Door den loodskotter en het stoomschip werden de leerlingen Kuyper en Kooiman gered. Haagsche Brieven. Het evenement van den dag is na tuurlijk de aanneming en bevestiging van Koningin Wilheimina. Wie gezien heeft, als ik, hoe de lidmaten der Herv. kerk uren achter een in file gestaan hebben om een toegang-kaart voor de Kloosterkerk meester te worden, begrijpt hoe de belangstelling in dat voor H.M. ge wichtig feit wae. En begrijpelijker wijze ü6eft het dan ook in sommige kringen teleurstelling gewekt, dat de uitnoodigingen tot bijwoning der plechtigheid in het Paleis zich tot een honde dtal beperkten. Het komt mij voor dat voor deze teleurstelling geen reden is, omdat een belijdenis een familie-gebeurtenis en zelfs die der Koningin, we mogen haar dan een kind van de ganeohe natie be schouwen, ais zoodanig op is te vatteD. Een gebeurtenis aizoo waaraan de deelneming tot den intiemen kring blijft beperkt. Z6o heeft de Regentes het opgevat en men kan alleen weer de tact prij zen waarmede zij, ook de lagere hof beambten tot deelneming van de plechtigheid uitnoodigende, heeft wil len toonen deze tot de „huisgenooten" te rekenen. Dit is trouwens geheel in overeen stemming met de vriendelijke, bijna schreef ik patriarchale, zeden gebruiken die de Regentes in haar onderlijk huis steeds voor zich heeft i gezien, een vorstelijke woning waarin j de trouwe bediende naar waarde werd j gesch:.t en in lief eu leed zijn deel kreeg. En nu gaan onze Vorstinnen voor eenigen tijd het land verlaten, ten einde de jonge Koningin in zoeler Bireken een aangename verpoozing te schenken van den arbeid waarmede zij zich in de laatste maanden had beziggehouden. Welk een ommekeer in baar leven, als zij weder tot ons keert. Dau zal de jonge vrouw rechten kunnen doen gelden, waar het meisje slechts wenechen kon wensohen die, houdt er U overtuigd van, steeds ingewilligd werden. Een psychologisch moment in bet leven onzer jonge Souvereine. De leeraren hebben hun afscheid] gekregen, de gouvernante gaat heen en in plaats van lessen te leeren en te gehoorzamen aan haar gegeven wenken, zal zq zelve bevelen geven en een geheele Hofhouding van da mes en heeren gereed vinden om die uit te voeren. Slechts éen leermeester zal der jonge Koningin nog wachten, de hoo^leeraar, die haar de huiehouding van den Staat verklaren, haar rech ten en plichten, de rechten en plich ten des volks toelichten zal, die haar ais het ware bijstaan moet om de regeeringstaak naar behooren te kun nen vervullen. R^eds heeft een der bladen, voor- uitloopende op hetgeen in 1898 ge beuren zal, een bescarijving gegeven van, een herinnering dus aan de in huldiging van Koning Willem Hl op 12 Mei 1849. Hoogst vermoedelijk zullen de des- iqds gevolgde ceremoniën op weinige uitzonderingen na ook in 1898 ge volgd worden en wie zich dus op de hoogte mocht willen stellen - of schoon er nog tijd genoeg iszal de beknopte beschrijving der gebeur tenissen van Mei 1849 in de Neder- landsche Staatscourant van die dagen kunnen vinden. Een paar eigenaardige bijzonderhe den in verband met die feiten, zou ik wel even in herinnering willen brengen. Allereerst deze, dat toen de Koning, de K. ningin en de Prinsen na de inhuldiging in het jubelende den Haag terugkeerden, net daar kermis was. En op die kermis was aanwezig het circus Renz, vermoedelijk, of lie ver vrij waarsohijnlijk, een voorvader van d en „herr director", die, ben ik wel ingelicht, ook in 1898 de Am sier damsche „Arena" in den gloed zal zetten van zijn eiectrische ballonnetjes. Daags na den terugkeer van het Hof in den Haag was er sen vreeselijke brand te Rotterdam, die alleen de wei nige ouden van dagen zieh nog beider zullen herinneren, een brand zooals in jaren niet beleefd was. De koning verliet het feestvierende Den Haag, kwam per extra trein naar Rotterdam, 1 slechts van een adjudant vergezeld, bezocht de plaats des onheils (waar hij door de hoofdlieden der toen reeds vrij goed georganiseerde v rqwillige brandweer werd „toegesproken") en begaf zioh zelfs op de gevaarlijkste midden hing van de zoldering eene punten der rookende ruines. De geest- zware vergulde lichtkroon. Het geheel drift der Rotterdammers, die dit vor- eene zaal van deftige en voorname stelqk bezoek niet verwaobtten, was praoht. ongekend en de Rotterdamsohe Cou- j Er waren 110 genoodigden. ij rant maakte zioh tot aller tolk, toen noemen: den hofmaarschalk baron zq den dank der bevolking overbraoht Cliffordden oeremoniemeester graaf aan den Vorst die in de uren van j van Randwqokde dames dupalaiB; vreugde getrokken was daar waar den raad vaD voogdqdames en een ramp een deel zqns volks getroffen had. Bq het lezen van deze en andere feiten uit de dagen toen ik nog niet tot het rijk der levenden behourde, viel mqn oog ook op de Iqst der rid derorden bij gelegenheid van de in huldiging uitgereikt. Die lqst toch is merkwaardig kort veel korter dan die bijv. elk jaar op den verjaar dag der Koningin in de Staatscourant versohijnt en tevens valt er een streven in op te merken om geen enkele der staatkundige of godsdienstige rioh- tingen te vergeten, wat van de he- dendaagsohe lqsten, althans van de laatste, niet steeds kan worden ge tuigd. De Tweede Kamer heeft bq de sohriftelqke „algemeene beschouwin gen" dit laatBte feit, het biqkbaar niet tot haar oompetentie oordeelende de rechten der Kroon te dezen aanzien volledig eerbiedigende, met stilzwijgen voorbijgegaan. Maar wel is aanmerking gemaakt op het, naar het oordeel van sommige leden „bedenkelijk verschijnsel, dat in vijf jaren tijds ongeveer duizend benoemingen in de beide Nederland- sche orden hebben plaats gehad. Ik kan er het „bedenkelijke" niet van inzien. Een ridderorde ie een blijk van Koninklijke welwillendheid, een dankbetuiging vooraan Vorst, Vader land of. Regeering bewezen dien sten geworden. Men gaat in onzen tijd, vaak om zuiver politieke redenen, gemakkelijker tot een benoeming in een der orden over. Op die wijze gelukt het menige Regeering in heel de wereld steun en vrienden te vinden. Het staat een ieder vrij dat „beden' kelijk" te vinden. Als ik de last van'49 in gedaohten vergelijk met die welke ons, vermoe delijk, in ?98 wacht, dan kom ik aUeen tot de conclusie, dat men over de waarde eener zoodanige onderschei ding van gedachten is veranderd. Tempora mietantur 1 En wij dan H. A. GANUS Jr. De bevestiging der Koningin. H. M. de Koningin is Zaterdag- oohtend als lidmaat der Nederlandsohe Hervormde Kerk bevestigd. Het was in de zaal, waar het lqk van den laatsten koning tentoon ge- heeren van de dienstdoende hofaon- dingleden van de hofhouding te Amsterdam en op 't Loo; den inten dant van Soestdqkde vroegere gouvernante van H. M„ freule De Kook, de oudsten van het dienstper soneel de min van H. M. Te elf uur traden Hare Majesteiten binnen met haren dienst. H. M. de Koningin, voorafgegaan door jhr. S. M. S. de Ranitz, tl. M. de Koningin- Regenles door graat van Bylacdt. Hare Majesteiten werden gevolgd door de grootmeesteresse, baronesse van Hardenbroek de surintendante der opvoeding van H. M„ freule Van de Poll; «de hofdames baronesse Van Ittersum en baronesse Rengers Miss Saxton Winterden adjudant kapt. ter zee Zegers Veeokens en den or donnans-officier le luit. jhr. Six. Toen Hare Majesteiten binnentraden stond het gezelschap in de zaal op en speelde het orgel; organist de heer Stortenbeker. De Koningin was geheel in witte zqde gekleedzq droeg geen hoed. De Koningin-Regentes was in het zwart gekleed en droeg, gelqk alle overige dames, een hoed. De dienst, geleid door den hofpre diker, dr. G. J. van der Flier, begon dadelijk. Van de toespraak, naar aan leiding van Openbaring II, 10c. (Zqt getrouw tot den dood en Ik zal u geven de kroon des levens) is het volgende een uittreksel: De hofprediker ontwikkelde in aan sluiting met den tekst den eisoh, ge trouw te zijn. Die eisoh beteekent niet: getrouw aan eenigstelsel,maar getrouw aan den Heer; een eisch, die met het volste reoht aan ieder lidmaat der gemeente gesteld wordt. Immers niet het reoht van macht en majesteit slechts, maar het zooveel hoogere reoht van liefde is hier aan het woord. Van die liefde getuigt ieder mensohen- leven, ook dat der Koningin. En1 daarom is het ook haar roeping ge trouw te zqn. Wat die eisoh omvat toonde spreker daarop aan. Trouw zqn, wil niet minder zeggen dan een volgen van den Heer onder alle om standigheden, in lief en leed beide: een dienen van den Heer, want in dienende liefde is Hq zelt ons voor- fegasneen leven voor den Heer. [q moet de inhoud en de kracht van ons geestelijk leven zqn. Aan het vervullen van die roeping zijn rijke beloften verbonden. Dat tooh geeft vrede zooals de menseh dien buiten steld is geweest. De ruimte werd j Christus nergens vinden kan. Dat grootendeels ingenomen door rqen maakt waarlqk blqde, meer dan het stoelen voor dejgenoodigden Daarvoor hoogste genot dezer wereld. Dat sterkt naast elkaar, twee armstoelen voor de in moeilijke dagen. Dat eindelijk geeft beide Koninginnen. Op eene kleineook voor de toekomst de schoonste verhevenheid eene talel met eene I belofte. „Ik zal u geven do kroon des lezenaar, waarop een Bijbel, voor denlevens". Aardsche kronen ontvallen predikant. Links aohter in deD hoek eens aan het dierbaarste hoofd. Die een serafien. Verder waren in de zaal j kroon is onverderfelijk en eeuwig, te zien portretten van vorstelijke Hoe die roeping alleen kan vervuld personen uit het huis van Oranje aan worden Op die vraag gaf spreker den wand, op den schoorsteenmantel een drievoudig antwoord. Vooreerst eene reusachtige klok, en in het door te waken over ons hart, dat zoo Novelle van DORIS VON SPAETTGEN. 3) Driftig echudde zij het hoofd, en sprak bijna onhoor baar „Hoe vereerend dit aanzoek ook voor mij zij, mqn- heer von Pöllnitz, zie ik mij, juist om uwentwille, ver plicht het af te wijzen." Zonder zich ook maar in het minst te laten afschrik ken door hare woorden, keek hij haar vlak in het gelaat en antwoordde hij ontroerd „Ik zie dat gq hooghartig zqt, gravin, maar ik acht het offer, dat gij brengen zult, niet gering. Ook ik ben zoo dwaas niet om voor het oogenblik iets meer dan achting en vriendschap van u te verlaDgen. Ik ben ge duldig. Dag op dag, uur op uur wil ix uwe liefde zien te wiDnen, totdat"hij boog en bukte xichjover hare rechterhand heen. „Adelgunde, wat kan u verhin deren mqn vrouw te worden Het is immers geen leven vour u, hier aan de zijde eener verbitterde, oude vrouw, uwe jeugd en vroolijkheid kunnen niet anders dan daarbij ten gronde gaan, terwijl u eene gelukkige, on bezorgde toekomst wacht. Adelgunde, ik smeek u, heb j medelijden met mij Het jonge meisje kromp smartelijk ineen en deinsde toen achteruit. Zonder zich een oogenblik te bedenken omstrengelde Pöllnitz baar met de armen, j „Adelgunde, stemt gij er in toe? O, zeg toen ja!" I fluisterde hq haar met onbedwingbare teederheid toe. „Welnu dan ja Gij zelf hebt het aldus gewild 1" kwam het afgebroken,|met moeite en beschroomd over de lippen van het jonge meisje, en als het ware gevoel- j loos stond zij hem toe haar de hand te kussen. „Gode zij dank ten laatsteriep hij jubelend uit. „Adelgunde, mijne lieveling, ik geef u mijn plecb- tigste eerewoord dat mijn gansche bestaan u gewijd zal zijn, dat ik geen andere gedachte of streven zal kennen dan uw geluk. Thans moet gij mij echter naar uwe grootmoeder vergezellen. Het is mij eene voldoe ning haar te kunnen bewijzen, dat mijn voorgevoel, mijn hart mq niet bedrogen hadden," riep Pöllnitz vol vuur uit en poogde het jonge meisje met zich mede te trekken. „Neen, ik bid u, neen, begeef u alleen tot haarIk moet nog tot bedaren komen, mijne gedachten bijeen verzamelen, zeg aan grootmamadat ik uwe bruid ben en dat... ik mij gelukkig gevoel," stotterde het meisje zonderling ontroerd. „Adelgunde.. lieveling... mqne lieveling, hoezeer dank ik n niet voor dit woord 1 Maar ik mag immers weder komen, en wel spoedig, van avond reeds?" „Ja, zeker, daartoe geef ik a immers het rechtluid de het korte antwoord. Hij wierp haar nog een langen blik vol liefde toe, drukte haar nog eenmaal krachtig de hand en daarop verliet Pöllnitz de kamer. De oude dame was nog altijd op dezelfde plaats ge zeten, alleen had zij haar naaiwerk te voorschijn ge haald, en zij staarde den binnentredende half nieuws gierig, half spottend aan. Met bijna gebiedende beweging riep zij hem tot zich en vroeg toen droogjes weg „Zijt gij geslaagd?" „Ja, lieve mevrouw, ik mag haar voortaan als mqn eigen schat beschouwen, en ik zal haar in eere houden, zoolang mij slechts een ademtocht overgelaten wordt," antwoordde hij met warmte. „Adelgunde heeft mq op gedragen u te zeggen, dgt de gedachte thans mijne bruid te zijn haar gelukkig maakte." „Gelukkig 1 HahahaVergeef mij, mijn waarde, maar deze uitdrukking uit den mond mijner kleindochter klinkt dan ook ai te grappig," prevelde de barones bij zichzelve. „Er zqn slechts twee zaken, die mq dit kun nen verklaren. Of we!, het jonge meisje heeft plotseling het verstand verloren, of wel zij is een schijnheilig, onoprecht schepsel, waarover zelfs hare grootmoeder zich schamen moet." „Maar, lieve hemel, waarom dan toch? Ik begrijp volstrekt niet wat gq daarmede zeggen wilt, me ?rouw! Onder het uiten dezer driftige vraag, hadden de ge laatstrekken van den officier eene uitdrukking van angstige spanning aangenomen. „Waarom Welen, mijnheer von Pöllnitz. ik ben n eene kleine opheldering verschuldigd, want ik wil niet dat gij de kat in den zak zult koopen, zooals men in onze volkstaal zegt. Wel is waar hebt gij het jonge meisje pas om hare hand gevraagd, en Adelgunde liefde, trouw, en ik weet niet al wat ai meer gezworen, maar bah! Verlovingen worden zoo dikwijis weder ver broken voegde de oude dame hem vol ruwheid toe. „Het spreekt van zelf dat het u beiden nog altijd vrij staat, indien gij elkander niet verstaan mocht, op *w besluit terug te komen Wees zco goed mij voor enkele minuten naar het aangrenzend vertrek te vergezellen, opdat wij door niets of niemand zouden worden ge stoord." En de kleine, verschrompelde gedaante verliet hare plaats aan het venster en liep hem vooraf naar de tussohendeur. Met bleek gelaat en eene uitdrukking van sprake- looze xielesmart in de oogen, volgde de ritmeester haar. „Is het dan waarlijk onvermijdelijk noodzakelijk, dat ik deze geheimzinnige mededeeling zou aauhooren, me vrouw vroeg von Pöllnitz nog eens met eene laatste aarzeling. „Ja, ik moet er om harentwille op aandringen," gaf zq op scherpen toon ten antwoord en lachte daarbij weder in zichzelve. Daarna overschreden zq beiden den drempel. Toen de ritmeester, na verloop van een half uur de woning verliet, was zijn gelaat niet alleen zeer bleek, maar gaf het ook duidelijk eene groote ontroering te kennen, in weerwil van zijne inspanning om haar te overmeesteren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 1