"Er. Eogelbè'.'.eÈ.-ïuut. akütd. v/»n een huisje gelegen in de Noordbuurt. Eoopere werden de heeren A en "W. Groen te Zandvoort voor f8180. Op de par;rdenmonetering te Hoofd dorp, waren Dinsdag aangevoerd 11 paarden van tot 2£ jaar. Verkooht werden voor het buitenland 7 paar den. De prqzen varieerden van 140—1 215 gulden. BINNENLAND Parlementaire Praatjei. Denkelijk brengt de Kamer Woens dag het wetsontwerp op de Kamers van Arbeid ten einde. Tenminste Dinsdag schoot zg een goed stuk op. Zooals men weet bleef de discussie in de vorige week haken aan het nieuwe, door dr. Kuijper voorgestelde artikel, ten doel hebbende de K. v. A. te vergunnen speciale oommissies te benoemen, adviezen in te winnen en elkaar schriftelijk of door afge vaardigden te raadplegen. Ik slip de discussie slechts in het xort aan en constateer dan allereerst dat tóch de Minister nóch de Com- missie van Rapporteurs dat artikel passend achtten in het kader der wet. Vooral het zenden van afgevaardig den werd bestreden, omdat men daar door als het ware kwam tot een al- geraeene Kamer, die men jnist niet gewild had. Dr. Kuijper deed uitkomen, dat sgn amendement jnist een leemte in de wet volde, door te bepalen, dat de K. v. A. nog anderen arbeid kon den verrichten dan beslechting van geschillen. En nu was het goed dit in de wet te zetten, omdat de Reg., als iets dergelijks in een huishoude lijk reglement werd gesohreven, de goedkeurirg daarvan weigeren kon. Het mocht niet baten. Het voorstel werd met 38 tegen 18 stemmen ver worpen. Een volgend amendement van Dr. Kugper werd door dezen ingetrokken. Het had ten doel om dooreen nader aan te wijzen bureel alle gegevens door de K. v. A. verstrekt te doen verzamelen en rangBohikken, opdat het heele land er van zou profitee- ren, een soort van arbeidsetatietiek. Dit werd niet noodig geacht omdat bij art. 22 wordt bepaald, dat de K. v. A. jaailgks een verslag aan den Minister zullen zenden. De heer Lohman had dit namens de C, v. R. verklaard, doch de heer Gerritsen stelde, met een beroep op het buitenland in het lioht, dat wat de heer Kuyper bedoelde (en deze verduidelijkte zijn voorstel later nog met de mededeeling, dat hg speciaal statistische gegevens op het oog had), iets anders wa9 dan een jaarlijksch verslag. De Minister wilde eerst de werking der K. v. A. afwachten. En zooals gezegd, dr. Kuyper nam zijn' voorstel terug. Bij de bepaling wie leden der K. v. A. kunnen zgn, had een vrij uit voerig debat plaats, waarbij een amtndemnt o'er C. v. R. den hoofd schotel vormde. Dit amendement voerde allereerst de nieuwigheid in, dat ook 30jarige vrouwen leden der K. v. A. konden zijn. Vervolgens bepaalde het, dat 30jari- gen binnen het laatst^erloopen ka lenderjaar binnen het gebied der Kamer werkzaam moeeten zijn en op hun meerderjarigheid die termijn drie Jaren moeBt hebben bedragen. Ten derde wilde de C. v. R. ook doen vervallen de uitsluiting van hen die zware gevangenisstral hadden ondergaan, voor zoover daarvan niet verlies van het gewone kiesrecht het gevolg was. M. a. w. de C. v. R. wilde de uitsluiting geregeld zien als voor het gewone kiesrecht. En aan «liet» wenech gaf de Min. van Just, dan ook gevolg. Alleen de heer Bastert had bezwaar tegen de toelating der dames, doch de Min. van Jnst. nam dit deel van het amend, over en het andere ge deelte (uitsluitingen) werd aangeno men met 43 te?en 31 stemmen. De heer De Kanter, die weder voor' de rechtsgeleerde raadslieden op de j bres kwam en hun toevoeging aan dei K. v. A. wenschelijk achtte, kreeg ten antwoord, dat de Kamers daarin vrg moesten blijven doch hij kreeg gelqk op een ander punt, nl. de verplichting om binnen 8 dagen na den aanvang een bestuursvergadering te beleggen. Van het verdere debat stip ik nog' ra Jat "e R.£. sen anrend der C" v. R. overnam, bepalende om door het bestuur der K. v. A. een poging te doen aanwenden om voor het in roepen der tusschenkomst van een versoeningsraad het geschil van een- voudigen aard in der minne te be ëindigen. In der minne geschillen bijleggen dat is altoos het beste G. Jr. Uit de Staatioourant. Kon. besluiten. Benoemd tot rechter in de arron diBsements reohtbank te Zutfen, nr. J. L. A. Stolk, thanB rechter plaatsver vanger in gemelde reohtbank, advo caat en procureur te Zutphen. Met ingang van 1 dezer de gepeD- sionneerde luik-kolonel, provicoi&al adjudant A. A Nqland, tijdelijk op nieuw benoemd tot commandant van het korps geleiders van ontplolbare stoffen. Benoemd tot commissaris van af monstering te Rotterdam, de gepen- sionneerde kapitein der infanterie van het leger in Nederl.-Indië, G. M- A. Walpot. Min. beschikking. De minister van marine heeft den luitenant ter zee 1ste kl. W. P. Cool- haas, tijdelijk belast met de waarne ming der betrekkirg van eerste-offi- cier aan boord van flr. Ms. wacht- Bohip te Willemsoord, met 5 Maart a.s. op non aotiviteit gesteld en ver vangen door den luitenant ter zeelste kl. G. C. D. baron van Hardenbroek. Ken. Besluiten. Benoemd, mei ingang van den tweeden Dinsdag der maand Mei 1S97, tot lid van den Kolonialen Raad in de kolonie Curs^io, de heeren mr. Th. J. A. Nuijens en J. E. van der Meulen jr. Goedgekeurd dat jhr. mr. B. C. van Merlen, burgemeester van de ge meente Heilo, is benoemd tot secre taris dier gemeente. Aan de luitenant ter zee 2de klasse bg de koninklijke Nederlandsche ma rine-reserve T. E. W. van Dompseler, met 10 Maart a. s., op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit den dienst bij die Reserve. A8n den eerBte-luitenant jhr, R. S. H. G. Six, van den grooten staf, or donnans-officier van H. M. de Ko ningin, vergun, verl. tot hst aannemen en dragen vau het ordeteeken van ridder 41e klasse der orde van den Rooden Adelaar, hem door den keizer van DuitschLnd, koning van Pruisen geschonken. Min. beschikkingen. De minister heeft den adelborst der lste klasse P. A. Arriëns, uit Oost Indië in Nederland teruggekeerd, op nonaciiviteit gesteld. Onderscheiding. Bg koniDklgk besluit van 1 dezer Nr. 16 is bepaald dat bjj afzonder lijke dagorders, zoo in Indië als in Nederland, eervol zal worden vermeld de korporaal der artillerie van het leger in Nederlanósob-Indië H. de Nooijer, 6n zulks ter zake zgner ver richtingen in den nacht van 29 op 30 Juli 1884 te Blang Tjoet (Atjeh). Geboorten en sterfte. Aan een statistiek der geboorten en sterfte naar den leeftijd en de oor zaken van den dood in Nederland over Dec. 1896, opgenomen in een bgvoegsel der „Staatscourant" van 2 dezer, is het volgende ontleend Aantal inwoners op lo. Jan. 1896 4,859,451, levend geborenen 13.368, levenloos aangegevenen 657, overleden met inbegrip der levenloos aangege venen 8265, aantal overledenen mft levenloos aangegevenen op 1000 in woners per jaar 20,03. Overleden op den leeftijd van minder dan een jaar 1895, 15 jaren 889, 5_14 jaren 249, 14—20 jaren 159, 20—50 jaren 1095, 50- 65 jaren 1001, 65—80 jaren 1713,boven80jaren616, onbekend 1. Overleden tengevolge van gebrek kige ontwikkeling 137lichaame zwakte, tering 899; klierziekte, rha-; chiti-, syphilis 72; absces, ulcus, gan-" graena, pyaemia, haemorrhagia 93; kanker 350; waterzucht, scheurbuik 28; typhus, lebris typhoidea 38; aan-; boudende koorts 25: tusschenpoozende koorts 4; pokken roodvonk 12; mazelen 121; huidziekten 23; stuipen, trismus, epilepsia 200; j.pcpl.x!*Sl£; hersenziekten 328; ruggemergslgden (paralysie) 39; keel- en longtering, bloedspuwing, suikertering 674;oroup 58; kinkhoest 130; acute ziekten der ademhalingswerktuigen 1277; chroni sche ziekten der ademhalingswerk tuigen 518; hart- en vaatziekten, rheu- matieme arthritis 204organische hartgebreken, anenrysma 245; angina diphtherina 68: diarrhoea uysenteria 60; oholera aaiatica, cholera nostras 0; acute ziekten der spijsverteringE- werktuigen 422; chronisohe ziekten der spgsverteringswerktuigen 195; ziekten der organa urogenitalia 252; ziekten van het kraambed, tebris puerperali8 37; gewelddadige dood, zelf moord 97verdrinken, zelfmoord 58; onbekende oorzaak, plotseling 546, zonder geneeskundige behandeling; begrepen in de vorige kolommen 410. De Costa-Riea-nitapraak. Zooals Dinsdag in de „Staats-Cou- rant" is mede edeeld, heeft prof. De Martens, een der bekwaamste kenners van het volkeoreoht, ons land in bet ongelgk gesteld in de zaak van de „CoataRioa-Paoket." Wg herinneren dat dit geschil ont staan is door de bewering van den heer Carpenter, dat hij en zgn stoom boot onwettig in Ned.-Indië waren aangehoudeD. Van een beladen prauw die aan een Nederlandsoh onderdaan toebehoorde en onbeheerd in zee was gedreven, had de bemanning van die stoomboot zich meester gemaakt en de lading ten eigen bate verkooht, zonder dat aangifte wrs gedaan van het vinden der prauw. Daarom werd op de stoomboot beslag gelegd en de kapitein, toen hg zich later in Indië vertoonde, in voorloopige heoh- tenis gesteld. Daar eohter niet kon worden uitgemaakt of de bemaohti- ging van de prauw al dan niet bin nen Nederlandsch gebied de ter ritoriale zee had plaats gehad, verklaarde delnd. rechter ziohonbe voegd en daarom moest de verdachte kapt. worden in vrgheid gesteld en het schip vrijgegeven.De vermoedens dat er onwettige toeëigening had plaats gevondeD, waren eohter bijzonder sterk, en in allen geval had de justi tie in Ned.-Ind niets aniers gedaan dan de bestaande wetten toepassen, die ock met de volkenrechtelijke be palingen niet in strijd waren. Daarom weigerde onze regeering de geëisohte schadevergoeding van 30,000 p. et. te verleenen, ook toen de reeders der „Costa-Rioa-Paoket" die door tusschenkomst dor Britsohe regeering vorderden. Beide regeerin gen besloten toen den Czaar (Alex ander III) tot soheidsrechter te be noemen en deze droeg met beider toestemming de beslissing op aan prof. De Martens. Na een onderzoek, dat een paar jaar geduurd heeft het geval zelf kwam al in 1891 voor is nu de uitspraak gevallen, waar- bg,;tegenonze,verwachting, de eisohen- de partij in het gelgk ie gesteld. De vergoeding is eohter bepaald op nog geen derde gedeelte der geëisohte som. De beweegredenen der uitspraak zgn nog niet bekend gemaakt. Rbld. Een eierleggend zoogdier in Artis. Een der meeet merkwaardige orden der Zoogdieren is de orde der Vogel bekdieren in vele opzichten naderen zij zoowel tot de vogels als tot de R ptiiiën. De kaken zijn in den vorm van een snavel verlengd, de tanden ontbreken en vooral in den inwend:- gen bouw openbaart zich eene toe nadering tot de twee -laatstgenoemde dierklassen. Zij komen uitsluitend in Australië voor en wel in drie soorten van welke wij alleen noemen het Vogelbekdier en den Mierenegelvan de derde soort, die alleen op Nieuw-Guinea voorkomt, is nog wei- aig bekend. Hun uitwendige lichaams vorm[en hunne levenswijze herinneren gedeeltelijk aan de Vischotters en Mollen (Vogelbekdier) gedeeltelijk aan de Miereneters en de gewone Egels (Mierenegel). Het Vogelbekdier in het water levende heeft een dichte, zachte haarbekleeding een platten zwemstaart een platten snavel, die veel op een eendensnavel gelijkt, korte pooten, eindigende in sterke nagels, met zwemvliezen tussohen de vingers ea teenen. De Mierenegel een land dier daarentegen vertoont op de huid sterk ontwikkelde stekels, even als onze egel, heeft een buisvormig e.kng'?e, van l.cv.n rr.- r btieden hulp^eicep van hun collega tecrcto eenigBtins platgedrukte snceimetetn ten en hem ontzetten, door de aau- wormvormige tong, die ver naar bui ten kan worden uitgestoken, terwijl 'zijne korte pooten met krachtige graafnagels gewapend zijn, die bg het graven in de aarde dienst doen. Van den Mierenegel nu heeft het Genoot schap „Natura Artis Magistra" voor eenige dagen twee exemplaren aan gekocht. De Zoölogische Tuin te Lon den bezat voor eenige jaren een exem plaar van dit dier, doch na dien tijd zgn geene levende exemplaren meer naar Europa overgebracht. Men kende deze merkwaardige die ren alleen opgezet of als skelet in zoölogische musea. Zonderling vooral ie de wijze van voortplanting bij deze diersoorten. In tegenstelling met alle andere zoogdieren, die zooalB bekend, levende jongen werpen, en die door het moederdier worden gezoogd, ver moedden reeds enkele zoölogen, dat de voortplanting bij de vogelbekdie ren een andere zou zgn, men meende dat zij eierleggend moesten zijn. Eerst in 1S84 werd dit vermoeden volko men bevestigd door de Engelsche zcö'ogen Caldwell en Linersidge en door den Dcitschen dierkundige Haacke, die in Australië zelf onder zoekingen naar den bouw en de le venswijze der vogelbekdieren deden. Uit Alkmaar. Met den aanleg van den spoorweg Alkmaar—Hoorn," loopende tot Heer- bugowaard langs den bestaanden weg Alkmaar—Helder, doch op dubbel spoor, is een aanvang gemaakt, zoo dat eerlang ook deze nieuwe oom- munioatie zal zijn tot stand gebracht. Deze gemeente verwacht voor haar marktwezen gunBtige gevolgen van dien aanleg, getuige bet daarvoor toegestane eubsidie ad f40,000. De Alkmaarsohe Tramvereeniging heeft de voorwaarde waarop haar concessie is verleend, voor zooveel deze gemeente betreft, voor den aan leg en de exploitatie van e n paar- dentramd enet van Alkmaar naar Ondkarspel, aanvaard. De aanleg wordt eohter eerst ver zekerd, indien de provincie gedeelte lijk de kosten daarvan voor baar rekening neemt. Zaterdag is bij Egmond aangespoeld hei lijk van den loodaleerling C. Go- mes, die in October 11. met den leer ling J. Dienst door het omslaan van den lood6vliet in de nabijheid van IJmuiden verdronk. Het lijk is naar Helder vervoerd, waar het Maandag in tegenwoordigheid van het aanwe zige loodspersoneel, op plechtige wijze werd begraven. Maandagavond, nadat het werkvolk de briquettenfabriek te Bussurn had verlaten, hetft men een kraan van een groot oliereservoir opengezet, waardoor ongeveer 200 liter olie ver loren zijn geraakt. De politie doet ijverig onderzoek naar de schuldigen. Mr.W. J. Rüijaards v. d. Ham. f Dinsdagmorgen overleed te Utreoht de heer mr. W. J. Rogaards van den Hana, sedert 1888 lid van de Tweede Kamer voor Breukelen en, sedert 1875, van de Prov. Staten van Utreoht en tevens lid van den gemeenteraad van Utreoht, waartoe hg 13 Aug. 1861 met groote meerderheid gekozen en daarna steeds herkozen werd. Vooral in het dagelgksch bestuur dier ge meente heeft hij vele jaren een in vloedrijke plaats vervuld als wethou der van publieke werken. Holde brengend aan zgn werk- kraoht, zgn toewgding- zgn vrijge vigheid, zegt het „U. D." ten slotte „Geëerd werd hij door allen die hem kennen leerden, van wat richting ook, wmdat hg waarlijk vrijzinnig, eerbied had voor elke eerlgke o?er- tui iDg en recht deed wedervaren aan elke richting." Eene aanranding. In den nacht van Zaterdag op Zon- rsi? hef n- worden, dit Dij andere, zetis o.j vallers met hunne sabels te lgf tej ichtigste anders staat en wa&rsoh gaan; intusschen waren er meerdere tegen uitbreiding der staatsbemofij vechtersbazen bggekomen, zoodatde politie van hare vuurwapens moest gebruik maken, teneinde schrik onder de vechtenden te krggen. De hoofd aanvaller is gearresteerd. Pers Overzicht. Programma van actie. De „Nederlander" (anti-rev.) wijdt aan dit onderwerp 6en artikel, dat aunvangt met de opmerking, dat het blad aan programma's van actie sleohte een zeer betiekkelijke waarde toekent. Tegen een program van be ginselen echter heeft het blad geen bezwaar hoegenaamd. Vroeger waren er velen, die ook zulk een program niet wilden teekenen, maar met die leer der „vertrouwensmannen" hebben de anti-revolutionairen gebroken. Zij wilden weten van welke begin a e 1 e n h-n candidaten uiigingen, en zg hadden daarin volgens de „Ne der!." gelijk. Nu echter komen diezelf Je mannen, betoogt het blad, die vroeger znlk ean program van beginselen stelden als shibboleth, u vertellen, dat deonder- teekening er van niets beduidt, daar men er alles van maken kan. Zij willen een program van actie en we ten wat de partij aan de orde wil stellen en hoe zij de beginselen toepast. Deze twee punten besprekende, geeft de „Nederi." als hare meening te kennen, dat niet de partij, doch de regeering aan de orde stelt. Is de regeering van uw eigen kleur, merkt het blad op, en stelt zij wat anders voor, dan gij vsrwacht hadt, dan zijt gij genoodzaakt uw eigen vrienden het leven tebemceielijken; gij plaagt hen eu bestrijdt hen, maar zij gaan toch hun gang want zij kunnen niet andere. Is nu het kabinet niet van uwe richting, dan helpt het program nog minder. Dan gaat de „Nederi." over tot den 2en eischhoe de partg haar be ginsel toepast. Dat Igkt van groot belang, zegt het blad. Beginselen ia een vaag woordmaar ik moet we ten, waar die in de praktgk op neer komen. Uitnemend. Maar nu beginnen, gelijk de „Nederlander" uiteenzet, de moeielgkheden. Daarbij wijst het blad er op, dat, hoe minder ervaring men heeft, hoe gemakkelijker men eene oplossing van eene quaestie bg de hand heeft, die dan door den man der ervaring, der praktgk en der studie vaak wordt afgekeurd. Deze wijst er op, dat het antwoord niet deugt, omdat men allerlei diagen, moeilijkheden, waarvan men zelfs niet gedroomd heeft, over het hoofd zag, De „Nederlander" herhaaltJaan het slot van baar artikel, dat program ma's van actie missehien voortreffe lijk zijn, mitB men nimmer geroepen wordt ze ten uitvoer te leggen. Wordt men dit wel, dan worden zij een strop voor hem, die zich er aan bindt. Bindi men er zich nist aan, dan blijken zij van achteren te zgn geweest een misleiding. Is men van meening, dat de wereld niet bedrogen mag wor den, dan moet men volgens het blad programma's van actie doen blgven wat zg zijn en daaraan geen wezen lijke waarde toekenneD. „Laten de quaestiën, die onder het volk leven eindigt de „Nederi." ook in de meetings ter sprake komen. Maar een program, uitgedaoht door politieke leiders om te dienen tot vlag en aantrekkings mat voor de de kiezers, teneinde dezen tot stemmen te bewegen, iaat ons daaromtrent voorzichtig sijn en indachtig aan het „boer, pa3 op ja ganzen."" vallige handen der vrouwen, die ons kneden en plooien zoos:g haar dat goeddunkt?" „Dat is een heel mooie theorie, niet waar mama?" zei Irene lachend. „Maar wij weten wel beter. Neem liever nog een stuk van den koek en houd uwe com plimenten maar voor n Gedurende dit gesprek nam lady Garland hem voort durend opmerkzaam waar. „Wanneer hij geen broeder heeft," daoht ze, >dan moet ik hem vroeger eens ont moet hebben. Maar wanneer en waar Ik kan het mg volstrekt niet herinneren." HOOFDSTUK H. De droom van jonge liefde. Hoog stond de volle maan aan den donkerblauwen hemel. De rivier was met fel licht overgoten de wilgen langs den oeverkant vingen de bleeke stralen op de ritselende twijgen op, terwgl in de verte de lage heu vels donker afstaken tegen het met sterren bezaaide Uitspansel. De rivier zelve scheen een breed zilveren lint, be zaaid met donkerende diamanten. „Het is praohtig, zeide Irene zacht. „Zijt gg niet veiheugd, dat ge gekomen aqt," fluisterde Carroll. Zg zaten in de boot, die Carroll stevig had vastge maakt onder een overhangenden treurwilg. Irene was in een warmen mantel gewikkeld. De manesohgn scheen val op haar gelaat en weerkaatste in hare oogen. Tooh was zij een weinig zenuwaohtig. „Irene, zal ik zeggen waarom ik je gevraagd heb hier te komen Toen ik hier gisterenavond alleen in d e boot zat, was het even mooi als nu. De maan scheen even helder en de sterren flonkerden niet minder. Het water fonkelde in het zilveren licht en alles was als nu maar ik gevoelde, dat mg iets ontbrak, iemand die met mg bewonderen zou dezeD heerlijken nacht, zonder wie het vervelend wa3 en koud en geesteloos. Ik zei toen tot mijzelvenMorgen zal ik haar vragen ot zg hier komen wil en onder deze reine, heldere maan en onder deze flonkerende sterren zal ik haar zeggen, dat ik haar liefheb, dat mgn leven leeg en onvolmaakt is zonder haar, dat ik hare lief le vraag en haar hart." Haar lief gezicht keerde zich naar den grood. Maar toen hij hare hand nam trok zij die niet terug, sd hij zeide, met eene van aandoening bevsnde stem „Heb je mij lief, Irene? Zeg, dat je mij liefhebt." „Het moet wei liefde wezen," fluisterde zij teeder. „Na tuurlijk heb ik er wel vaak van gelezen, maar eerst in dese laatste dagen heb ik begrepen wat het zeggen wil." Toen zaten zg geruimen tijd hand in hand en staar den naar de schitterende maan en naar de helcere ster ren. Wat zonden zij tot elkander gezegd hebben? Bei den waren verheugd, dat hunne harten elkander ge vonden hadden, maar wat zij gevoelden, kon met geen woorden worden uitgedrukt. Ten laatste was het Rupert, die dacht aan de moeielgkheden, die hun geluk nog in Landbouw-belangen. Naar aanleiding van het geopperde drnkbeeld van een ministerie van landbouw, bevat de „Arnh. Cour." een artikel, waarin zij verklaart, dat de tegenwoordige organisatie van de Staatsbemoeiingen met het landbouw- dag is te Tiel een politie agent op wezen haar zeer gebrekkig voorkomt laaghartige wgze aangevallen. Surveil-| en dat concentratie een eisoh is van leerende nabfj de gevangenis, werd; het gezond verstand. Doch al reemt hg onverwaohts aangegrepen en tegen j men aan, dat aan de bestaande or den grond geworpen, waarna de aan-ganisatie tal van gebreken kleven, Jrander onder bedreiging tegen hetdaarmede is, meent de „Arnh. Cour." „««u.u aai leven van den besmble, een mea te de instelling van een nienw depaitl-i*n"dïe bnurtf"Vóör "h"e|B°te laat voorechqn haalde. Door een makker ment nog niet gemotiveerd. I dienen wij daar de kraoht onzer werd daarbg een handje geholpen. Het blad wtjst er op, dat al zijn er penen te doen gevoelen, even spoei Gelukkig waren nog twee politie- vele onderwerpen, die met een enkele en even geweldig aia wij het r ageoten in de omgeving, die op het penneetreek van het eene departement evenveel auooes hier gedaan bebbi roet den landbouw. Immers ten aien van den handel en de fabrii nijverheid wordt de bevoegdheid den Staat niet verder uitgebreid tot politiemaatregelen ter bewaï van de rechten en belangen van deren en tot maatregelen ter be king van de belangen dergenen, 'voor zichzelf niet waken kunnen, al zal niemand willen, dat de guoe beschikkingen, die voor hel 1* bouwbedrijf reeds zijn getrofleo proefstations, wandel leeraars, wia echoleD, zuivelconeulenten, wat in 1 nog 1 327,000 kostte), worden in trokken, betoogt het blad, er zon tijd kunnen komen, dat handel nijverheid op gelijkstelling, op even ver gaande behartiging hunne technische belangen git aandringen. Naar de meening van de „Ai Cour." bezit de Nederlandsohe j geering in het Landbouwcomilé uitstekend orgaan om voor de bei gen van den landbouwer op te kou De organisatie mag verbeten desnoods wettelijke regeling vereisc zegt zg, maar het gronddenkbi van de instelling is gezond en gt en zij heeft reeds goede diensten,: wel aan de Regeericg als aan landbouw bewezen. Koloniën. Uit Kota radja wordt aan „Dei oomotief" geschreven „De luitenants B. en L., die t: den krggsraad terecht stonden weg> het ontvreemden van goederen, h geheel of gedeeltelgk in hun be gevonden, uit de woning van i bevriend Atjehsoh hoofd, zgn i schuldig verklaard aan het hun laste gelegde, waaruit men moet maken dat de daad geoorloofd v De sergeant-majoor Koenen vierde borgbatterg zou hier vergift geworden zijn of zichzelf vergift hebben de offioieren van gezondh moeten althans vergif in zgn ko! gevonden hebben. De kamerwati onderofficieren van den morgen m op dit gebeurde, zgn in arrest geste Men hoopt dezen sergeant-majo die naar den artillerie-constructie* kei te Soerabaya was overgeplaa! in het leven te behoudern „Het lijk van den hoornblazer! het 14e bataljon, die bg het overgj van de Atjeh-rivier bg Indrapc door het omslaan vau de pont dronk, waaraohijnlgk doordat hg vc f 400 aan rijksdaalders op zijn r in den broudzak nud bevestigd, door bevriendeAtjebera ternggebrac Het geld was eohter door de vissohf opgesnoept. „Toekoe Oemar is dus weden gevlogen toen men dacht hem handen te krggenechter heeft toch zijn verblijf gevonden, nl. i grot welker ingang sleohts een n le gelijk doorlaat, doch waarin ti wel een half bata'jon kan ophoudi zoo ruim is zg vanbinnen. Ongevf veertig Beaumont geweren, eeni pakken met nieuwe kains, een mu lood, vele blanke wapens met go en diamanten bezet, een gonden h loge en nog andere kleinoodiën f groote waarde zijn in onze hand gevallen. De mannen die te Leho thuis behooren, zgn met Toeï Oemar gevlucht, doch hebben mi rendeels hun vrouwen en kinder aohtergelaten; een honderdtal daan zgn, zooals ik verneem, door i naar iOleh-ieh vervoerd, nadat 1 woningen verbrand waren. Ook e dertigtal mannen zijn in onze hand gevallendezen zullen zeker voi eerst in verzekerde bewaring bljj? en een verhoor moeten ondergai Uit Kota-Radja wordt aan de„l3i Ct." gesohreven In de vallei van Groot-Atjeh 1 Indrapoeri, naar de zgde van Ped verzamelt zich gaandeweg volk one bevel van Toekoe Ali Basah Gedot Volgens alleszins betrouwbare ge? vens werdt dit bendehoofd gestec door volk uit Pedir en bedreigt: on6 van dit punt, dat wij tot doei onaangetast gelaten hebbeu. Wance wg niet spoedig aan die liefhebberij van Pedir een einde maken, daDl het er voor ons sohuin gaan uitzi den weg konden staan en hij zeije bezitriep Irene vroolijk uit. Vertel mij alieB „Irene, wat zal je moeder er van zegden? Zal zij je lamilie, ik heb je er al zoo vaak naar willen vragJ boos zgn, dat ik met haar net eerst erover gesproken maar ik durfde niet recht." D j »Er valt niet ve8l te vertellen, liefste. Ik heb ee ■O MO?. Rnpert. dat tal z, zeker niet denken." [ouders en geen broere. Mijn naaete familielid is m „Wel, ik weet dat zoo met. Misschien was het beter znster Louise, die veel onder is dan ik en die bnil geweest, haar daarover vooraf te spreaen, maar mgn I woont." lieveling, al kennen we elkander nog zóo kort, ik ver- I i8 zH getrouwd langde er toch zoo naar, je te zeggen hoezeer ik je lief- .Neen, Loniae is wat men noemt een onde vrij!» had en om dat ook van jon te hoorenten mgnen op- maar een met een hart van goud en ik durf zege lichte Je hebt mij immers liet, Irene?" dat ik iD dat hart de grootete nlaats inneem." „Dat heb ix immers ai gezegd, dwaze jongen," zei Irene, zaoht glimlaohende. „Als ik zoo arm was als een bedelaar, zou je mij dan nog evenzeer liefhebben, Irene? Zoujedanin inijn armoede willen deslen?" „Natuurlijk zou ik willen. Ik geloof dat je niet rgk bent, niet waar hoewel ik daarover nooit gedaoht heb. En ik weet heelwat van het huishouden af en van ko ken. Ik kan mijn eigen japonnen maken en repareeren, zie je, en we kunnen dus heel zuinig leven. O, ik zai je innig liefhebben 1" „Mijn kleine lieveling! Maar gelnkkig kan ik je wat beters aanbieden dan armoede, Irene. Ik ben wel niet rgk, maar heb toch genoeg om je e8n aangenaam en onbezorgd leven te verschaffen, al zal er van weelde dan ook geen sprake kunnen zijn. Je snit aan niets ge brek hebben, liefste en dat zal ik aan je mama zeggen, wanneer ik haar morgen spreek. Je moet weten, dat ik vader noch moeder meer heb „O, dat interesseert mij veel meer, dan hoeveel geld in dat hart de grootste plaats inneem," „Ach," zeide Irene met een zucht," dan zal zg i stellig niet half goed genoeg voor je vinden Wordt vervolgd-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1897 | | pagina 2