ÏEVROIW .CAPRICE'. Tingeling I Maurice Marsy legde iqn palet ne der, ging naar de deur en opende die op een kier. Ben hoed met bloe men, een rose geziohtje onder een voile van wit tulle werden zichtbaar in bet schemerdonker van het portaal en een sohertsende stem vroeg: „Wel, welmoet men sqn kaartje vertooneD, alvorens bij u binnenge laten te worden „Zeker 1" antwoordde de artieet, en een bigde glimlaoh verhelderde zijn energiek gelaat met zqn donkere snor an sqD heldere, groote, vrqmoedige oogea. Een aardig handje, in lioht peau de snéde, hief zich ep tot zijn lippen, en in de geopende deur versoheen Mme. Dénise Ligaeron in al haar ele gance, vroolijk lachende ali een kind- Gelijk een mrsch na den regen zijn veeren schudt, zioh draait en wringt, met zqa vleugels slaut en zqn kopje buigt, zoo streek zq haar lectekleed glad met een gexrikkak vao gekreukte zqde en een gesohuifel van linten, even licht als zijzelf. Vervolgens plaatste zij zioh voor het bqna vol tooide scoilderq, beschenen door het diffuse licht van het hooge venBler. Mauriee bad de deur {zorgvuldisr i weder gesloten. Een oogenbiik be schouwde bij bet lieve silhouet van de jonge vrouw en het uitdagende, pittige en bevallige persoontje van Mme de Ligneron. „Welnu," vroeg hij, „zqt gij tevre den over mij „Goed, zeer goedBen beetje 16 mystiek naar mqu smaak.Ik maak u mij a compliment." Inderdaad maakte deze landelijke Jeanne d'Arc, iaisierende naar de naehtelqke stemmen in een droeae landschap, beschenen door het zilve ren lioht der maan, niet veel indruk op Mme. de Ligneron. Dit aardige, onbeduidende persoon tje dat noen in haar kring „Madame Caprice" noemde, had wel honderd maal het museum „dn Louvre" ge geven voor het magazijn van d6n zelfden naam. Onder de blonde aureool van haar wilde lokjes, onder de zeer moderne elegance van haar toilet, on der haar Parijsehe schijnbeschaving verborg zij kleinzieligheid en een pro zaïschen geestzij had geen deugden en geen fonten, zij was een van die karakters die de natunr bij het dozijn schijnt te maken naar een vast patroon. Weduwe, tamelijk rijk, vrq in haar doen en laten, had „Madame Caprice" zioh tot taak gesteld haar bijnaam te verdienen. In haar ooquet salon de behanger bad haar behoed voor wansmaak verzamelde zij een kleine hofhouding van aanbidders, meest jongelieden en artipBten. Maurice Marey was de aamste, de jongste en de meest verliefde van alien. Eens, dat zij hem op een zekere wijze had aangekeken en gesproken over de onweerstaanbare aantrekking, die het talent uitoefent op het vrou wenhart, voelde de gosde jongen een ongekenden zucht tot werken en over winnen in zich ontwaken; twee sohoone donkerblauwe oogen, wier leegte den waan gaf van diepte, hadden den kunstenaar en den mensch geëlec- triseerd. „Ik zal iets zijn 1 Ik zal groot zijn, ik zal beroemd zijn en zij zal mjj beminnen 1" Gedurende een geheelen winter had hg ten koste van duizenden ontzeg gingen, met een moedige volharding en een sohoonen, jeugdigen gloed aan zijn Jeanne d'Arc gewerkt. Tans was de schilderij, met zooveel liefde en toewijding opgezet en uit- 8AARLEM.1M HALLETJES. Ben Zaterdagaïo ndpraatje. CCCIL. Nu het weê: zachter en de wegen beter worden, komen van alle kanten de wielrijders aanzwermen bij hon derden. Sommige menschen denken, dat er maar twee soorten van wielrijders zijn: de mannelijke, die gewo rnlijk in een onsierlijk oostuum zich vlug, en de vrouwelijke, die altijd in een onsierlijk costuum, zioh wat fangza mer voortbewegen. Maar wie wat dieper in 't wezen van de dingen doordringt, stelt zioh met zoo'n grove verdeeling van de soorten niet te vreden en verlangt een olaesificatie in onderdeelen. Als men daaraan begint, ;ia men vooreerst nog niet aan een einde. Er zijn wielrijders in tientallen van soorten. Geen diersoort in het gansch heelal, zou ik zeggen, levert meer verscheidenheid op, dan het geslaoht van de wielrijders. Ik zal, met uw goedvinden, eenige exempla ren daarvan op de snqtafel leggen en ontleden. Daar is ten eerste Piet van Rade ren, eenige en veelbelovende zoon van «9n eenigstins bemiddelde we duwe. Toen de lage safety pas was uitgevonden, was Piet een van de eersten die er op zat. De eerste Dunlopband ir. Nederland is geleverd aan Piet, hg zegt het zelf. Hij heeft de H ogere Burgerschool afgelonpen, dat wil xeg6en die met driejarigen cursus. En het woord „afgeloopen" moet niet in al te letter lijken zin worden opgevat. De eerste anderhalve kiasse heelt hg inderdaad afgeloopen, de tweede anderhalve verbeeldt hij zich te hebben gevolgd, mair die verbeelding wortelt bij hem zoo sterk, dat hij er langzamerhand zelf aan is gaan gelooven. gevoerd, op de laatste retouches na af. „Staat gij mjj toe, dat ik nog eenige retouches aanbreng?" vreeg hij aan Mme de Ligneron, die nu met half gesloten oogen zeer aandachtig en zwijgend, als een kenner, de schilde rij veinsde te beschouwen. „Het zal mij een genoegen doen, u aan bet werk te zien." Zij ging in den groeten fauteuil zit ten, terwijl de jonge man, zijn ptlet !er hand nemende, een paar heldere tinten afbracht op het keurslijfje van Jeanne d'Arc. „Ziezoo," zeide Maurice eindelqk, „laat ons nu een beetje rustan.* Hij wierp een iatteten biik vol liefde op zijn .Jeanne d'Aro" en ging toen zitten op een laag krukje aan de voeten van Mms. Ligneron, die zeer gepikeerd scheen te zijn, slechts een tweede plaats in zqn gedachten in te nemer). „Wat lief van u. hier te komen „Niet waar? Bet was w«l warm, maar ik stond er op, mijn belofte om naarnw schilderij te komen sien, te □ouden. Gq hebt veei talent, mqn heer Mur?y, gij zqt een groot kun» tec aar 1" .Maar mevrouw," zeide hq, een beetje verlegen met dezen overmatigen lof. .Een groot kunstenaar, o neen maar ik hoop het eenmaal, na veel arbeid, zoorer te brengen." Hij raakte in vuur. Hq vertelde haar van zqn moeüqk arm kunste naarsleven, van xijfi hepen en vree zen, van het treurige, alleen te moe ten werken. Somtqds voelde hij zich ongelukkigop deez' wereld had hq niemand, die hem beminde, die trotsoh ep heen was. „Wat, niemand?,, vroeg zij opeen spettenden, ongeloovigen toon. „Geen zuster, geen vries dia Hq keek haar vast in ha&r gelaat. .Niemand," zeide bq. „Het is Haieschien uw eigen schuld," antwoordde zq met een glimlachje. „Mijn sohnld? hos dat zoo?" Was bij dan zoo koud van Datuur of waren er op de wereld geen aardige meiejes meer, modellen bqvóorbeeld of anders lieftallige persoontjes, die er een genoegen in zouden vinden, hom te troosten Plotseling kreeg hq een kleur. „Neen mevrouw, tij, van wie gij spreekt bestaan niet voor mij, wat m§n hart betreft Hij sloeg de oogea op. Hq aag de roode lippen, de blauwe oogen, die door de groote nieuwsgierigheid een bqaa tesdere uitdrukking gekregen hadden, de donzige waDg, over hem heengebogen. De lentezon hulde het rtelier in een jubeling van blij licht; in een hoek verspreidde een ruiker van violieren en hyaoiothen zijn dubbel aroom. De Aprilwarmte, het licht.de liefde verwarden den armen Maurice, de zinnen hij stotterde „Mijn hart? ik bezit hetni9tmeer, dat weet gij wel, gij hebt het, helaas Aan U, mevrouw, behoort bet ge heel." Ea zijn lippen raakten verdwaald op de blanke handen van Mme Dénise Ligneron. .Mijnheer Mijnheer Maroy I wat geeft u het iecht „O, mevrouw, mevrouw 1" riep de jonge man uit, zonder hare handen los te l&ten. „Twijfelt gij nog aan den eerbied, dien gij mij inboezemt I Mijn houding, mqn woorden, mijn geheele optreden meest u hieromtrent gerust stellen. Ik bemin ureeds maanden brandde ik van verlangen, het u te zeggen. De omstandigheden hebben mq ondanks mg zeiven tot een be kentenis geleid, die ik niet kan be treuren, o^dat zij soo oprecht ge meend is. Mevrouw, kunt gij, die zoo goed, zoo verstandig isjt, weigeren naar mij te luisteren Gedurende die eerste anderhalt jaar ging er haaet geen dag om, of hij zat op zijo fiets. Als hq uit school thuiskwam smeet hq zqn boeken in den donkersten hoek van de kamer en vergat ze da3r tot den volgenden morgen. Hij had dan ook wel wat anders te doen. De fiets wachtts. En het moest wel vlokken'sneeuwen als een sohippersvuist, of regenen met waterJeidingsstralen of BtormeD met oyolonen, wanneer hq er toe kwam zqn ritje op te geven. En gebeurde dat al eens een keer, dan waB hq veei te baloorig om aan zqn werk te gaan. Hoe hq van de eerste in de tweede klas kwam. is hemzelf dan ook altijd een raadsel gebleven öij vermoedt, dat de leeraars bq 't overgangsexa men welwillend gestemd waren, maar dankbaar is hij hun daarvoor niet. „Al dat geleer," pleegt hq te zeggen, .is toch maar allemaal gekheid en 't is dus een staaltje van de plicht van de leeraren ais ze een armen leerling niet plagen met al'erlei rommel, waar hij later toch mets meer aan heeft." Maar halverwege het tweede jaar merkte hij tooh wel, dat de welwil lendheïd van de leeraars niet groot genoeg wezen zou, om hem ook in de derde klass8 toe te laten. Hq wist toen zqn goeie moeder te bewegen hem maar van school te nemen en op een kantoor te laten gaan. Dat is na zes jaren geleden en sedert is hij op zqn zevende kantoor als volon tair wel te verstaan, want als je sa laris krijgt dan ben je teveel gebon den en wanneer aou er dan van fiets- rijden kannen komen? Op dit orgenblik is Piet van Raderen twintig jaar en ver dient op zqn kantoor twee lapjes van vqf en twintig, een douceur mst Nieuwjaar, waarmee hq precies de helft van zqn sigaren betaalt. De rest legt mama er bq toe en de boo ie wereld beweert dat hq bezig is haar fortuin langzaam aan op te eten. Ik laat dat in het midden. Onmo gelijk is het niet. Mooht de lezer soms Pist vaa Raderen ergens ont moeten, daa behoeft hq zioh niet te Zq wenschte niets liever, en na eenige tegenstribbeling liet zq zioh overhalen weer te gaan zitten, toen zij evertaigd was, dat haar levend speelgoed op het punt stond, haar hot genoegen te versohafibn van een ver liefde exaltatie, des te koddiger, daar zij volstrekt niet wederkeerig wap. Maurice had zioh op de knieën geworpen zonder eenig vermoeden van het dwazs figuur dat bij maakte en hg begon de naïve en ireffende belijdenis zijner liefde. „Komhernam hot dametje kalm, gij bemint mij niet!' „Ik u niet beminnen kreet de schilder geheel verbluft. „Wel neen. gq houdt niet vsn mij. Gij hebt u zelf opgewonden, uw kun sienaarsverbeeldirg spselt u parten 'en omdat tk er niet te onaardig uitzie, omdat ik belang in u stel, heb' gq gemeend een hartstocht te voelen, te verheven, em geheel en al waar to wetenIk ben niet boos op u, maar ik bewaar mqn hart, daar ik het aleehts wil geven na overtuigende bewijzen en „Ik zon u niet beminnen Maar wat moet ik dan doen om u te over tuigen," hernam hq mistroostig. „Gq hebt slechts uw kunst lief, en daarin hebt gij volkomengelqk, mqn waarde beer, te meer, omdat uw ta lent is van die... dat... Enfin, gij gelqkt op alle andere kunstenaars, schilders of diohters, die in de vrouw sleohts een bron van ideeën en ge waarwordingen zien, wsarvan hun werk de vruehteo pluktAangezien ik nog egoistifch ben, wil ik bemind worden terwille van mijzeP, mijzelf alleen, meer en esrder dan al het andere. „Mear ik aanbid u... en om het u te bewijzen, zou ik tot allee in staati zijn „Kom, kom, zeide zq glimlachend, i-usschen uw kunt en mij zou uw kens spoedig be.jaald zijn... en in dien gij nu eens uw schilderij moest vernielen, om mq te overtuigen? „Ik zou het direol doeDl" „Praa'jes gq zoudt het Dooit doen." „Omdat geen vrouw als gq ooit in ernst zulk een offar zou vergen.* „De grootte van het offer zou de grootte van den hartstooht bewqzen." „Dus ge zoudt zulk een bewys kun nen vorderen „Zoudt ge weigeren, hst mij te geven „Neen." „Pooher 1 ala ik u eena aan uw woord hield „Mevrouw, dat meent gij niet." „Ziet gij wel," zeide zq met een ze kere minach ing, gij zijt als al de man nen En ik had toon zoo een gansch andere gedachte van u.u Het was nu geen scherts meer. Getroffen in haai- trots ala vrouw, die boven alles uitverkoren wil wezen, toonde zq in dezen heil gsobennendeu etrqd met de kans:, haar medemin nares, de verbitterde haistarrigheid van een koppig kind. Maurice veibleekte. „Gelooft gq mq niet?" „Ziedaar," zeide zq, wqzende op de Jeanne d'Arc. Hq slaakte een kreet! „O, gij kokette, gruwelijke kokette! Als ik dat deed zoudt ge mij dan liefhebben „Ja Maurice," zeide zq op vasten toon. Op de tafel achter hen schitterde in de zon een Japansohe dolk, half uit de scheede. Plotseling viel het oog van den jongen man erop. „Zoudt gij mq dan liefhebben?'' Zij stond vlak naast hem, en zqn geneeres een praatje met u te ma il ea want Piet is een beleefde, welgemanierde vent met een goed hart. Maar ge meet hem niet vragen naar litteratuur of politiek, of historie of teohniek of wat ook vraag hem naar zqn fiets en bij zal u een heelen dag acntereen bezighouden met be schouwingen, opmerkingen en varha len ja, hij zou al lang ever de fiets een boek geschreven hebbeD, wanneer hij maar in staat was be- tnorlqk te spellen. Hq zou wel rqwielhftndelaar gewor den zijn, maar heeft bedaoht, dat die ook nog iets anders te doen heeft, dan bóvenop een wiel te zitten en daar voor is hij teruggeschrikt. Een andere soort van wieirqder is Jan de Vlieser. Jan de Vlieger is nog maar aohttien jaar, maar hq heeft al meer dan dui zendmaal zooveel kilometertjes ver slonden. Op school is bij nooit de eerste geweest, m^ar ook nooit de laatste. Al zqn examens heeft bq be hoorlijk afgelegd en nu hq op een kantoor is gekomen, versoognt bq er op tijd en gaat niet voor zqn tijd weg. Maar 's morgens vroeg lang voor kantoortijd zit hij al op zijn wiel. Dan rent hq twintigmaal de Kieverlaan langs, voor den wind en evenveel maal tegen den wind en kqktopzqn horloge, of bij niet een paar seconden heeft gewonnen. Vraag hem naar alle mogelqke records van het kampioenschap van Nederland, dat van Europa dat van de wereld, van den afstandsrit Bordeaux—Parijs, Parijs-Amsterdam hq zal het n un zqn hoofd vertellen maar nooit nalaten er bij te voegen: „ikheb ze onlangs op de Kleverlaan allemaal geslagen, want tegen een harden wind in heb ik dien afge legd in.... en daar volgt een uitvoe rige beschrqving van het aantal me ters, dat de Kleverlaan lang is en van de seconden, die bij er over ge daan heeft. En hij bluft niet, ik verzeker n: overspannen zennwen begaven hem. Hq wendde het hoofd af, om de ver foeilijke bekoring te ontwqken. „Ja, Maurice, ik zou je liefhebben," zuchtte zq hem iu het oor. Toeu greep hq den dolk en wild als in een vlaag van waanzin, ver scheurde hij zqn sohoone, zijn ge liefde, zijn goddelqke „Jeance d'Arc." „Maarice 1je hebt me lief, ik veel het en ook ik heb je lief!... En toch betreur ik het... Maurice hoor, je me niet Onbeweeglijk, den dolk in de hand, stond hq voor de ruïue vaa zijn werk. lo een oogenblik had een omkeer in zqn binnenste plaats gegrepen. De bloote daad van het vernielen bad zijn zenuwen ontspannen, zqn liefde bekoeld, zqn hartstocht gedood. De astiest, getroffen in 't diepBt van zijn siel, verdreef den minnaar. Hoe had hij deze vrouw ooit kunaen bemin- nea Plotseling wiep bij den dolk van zich naar het andere eind van het atelier. Mme de Ligneron, overbluft, deed o awillekeurig eenige stappen achter uit. Was dat de Mauriee vaa 3trais, cieie sombere mam in zqn dreigende houding, die haar aaniag met eea uitdrukking van smart, van walging en van haat Hij ging naar de deur en opende die wagewqd. „Ga heen 1" zeide bq. Én toen zij, van haar eersten schrik bekomen, een air aannam tegenover daze onwellevendheid.... „Ga heen 1" herhaalde bij met een heftigheid, waarin het kind vaa het volk voor deu dag kwam... „Gij hebt mg een laagheid, een dwaasheid, een *fHchuwelqB8 domheid doen begaan. Wilt ge mij huwen. Ik veracht je, ik verafschuw je „Ah zoo mqnheer, gq zijt arank- sinnig, geloof ik! zeide Mms. de Lig neron bleek van nijd, met een venij- ni en lach„g8looit gq werkeiqfe, dat het offer van zulk een „prut" voldoende is om u te doen liefheb ben Ziedaar nu, waarom mqn vriend Mauriee Marey van het jaar niet ten toonstelt. BINNENLAND. Parlementaire praatjeg. De Kamer is naar hui". Alvorens bet - zoover kwam heeft zij 66rst nog een kleine herziening tot stand gebracht van de art. 74S en 755 van het Wetb. van Koophan del, in verband met den fermqn van lossen 6n laden. Die ierroyn is van 15 dagen na de aankomst van het schip teruggebracht op 3 dagen na den dag waarop de schipper verklaart tot lossen of laden gereed te «jn. Van deze bepaling kan onder zekere j voorwaarden worden afgeweken. Belanghebbenden worden verwazen naar hst officieel verslag, of, beter nor, naar bun advocaat. Ten I uur had de tweede lezing plaats der wetsontwerpen betreffende do gemeentefinanciën. De wqzigingen bepaalden zioh tot veranderingen van redactie en vonden geen tegenstand. Bij de „beweegredenen" kreeg men twee stem verklaringen. Een van den heer Borgesius, mede namens zijn politieke vrienden, be reid om voor het wetsontwerp te stemmen, onder de reserve dat zij de regeling van het gemeentelijk be lastiogstelsel geenszins als definitief beFobouw<.en. De tweede van den heer Pyttersen, die, ondanks zijn ingenomenheid met bet ontwerp, tegen zou stemmen, omdat de regeling der progressie hem hij spreekt de zuivere waarheid. Ge kunt hem voor en na kantoortijd hier en daar en overal ontmoeten, gebogen over zijn stuurstang, hei oog gericht op den horizon, oezig met het verslinden van afstanden. ziet niets van het gras. dat daar groeit aan den kant van den weg ïh\ eappigen overvloed, hij ruikt niet den geur van de bloemen, hij boort niet het heerlqk zingen van de vo gels; bq herkent niemand, zelfs-zijn erfoom niet alle menschen zqn voor hem fijnren, sohimmea. alle huizen steenklompen het eenige wat hem interesseert is zqn voor wiel en de snelheid, waarmee dat voortrolt ever dea weg. Mst gespan nen aandacht tuurt hij op den cy clometer, die op den stourstsag aan wijst hoeveel kilometers hij rijdt per unr. Twintig bah dat is kinderspel vqf en twintig wordt pas een behoor- Iqic gangetje, dertig is de moeite waard om te vermelden- Voor hem is de Sets alleen een middel, om zich zoo snel mogelqk te ve plaatsen en dat zonder eenig doel. Hq trapt van Haarlem naar den Haag, aheen voor het genoegen om zoo hard moge.'qk van den Haa^ naar Haarlem 1b kunnen rqrien; als een ware veelvraat verslindt hq kilometers en nooit heeft hij genoeg. Iets of iemand voorbq te rennen is zijn lust en sqn leven als hij kon, zon hij ziohzeiven vaorbijspurten en het eenige wat hem hindert is, dat er zoo weinig menschen zijn, die lust hebben om aandacht te schenken aan zijne enthousiaste verhalen over den korten tijd, waarin hij Haarlem Maastricht oï Arnhem—Leeuwarden heeft gereden. Hij is een onschadelijk individu, alleen gevaarlijk voor ziohzeiven, waDt als hij niet oppast, krqit hij vandaag of morgen een hartkwaal tengevolge van bovenmatige inspan ning. Heel anders dankt mijm vriend de Lenta er over. De Lenta is het voorkwam in het nadeel te zqn der landelqke gemeenten, die, hoofdelq- ken omslag beffende, den midden stand thans het zwaarst moeten be lasten. De wetten werden aangenomen met 83 tegen 6 stemmen. Tegen de heeren van Gijn, Mi- chiels, Veegens, Risk en de Boer. Vervolgens ging de Kamer tot nadere bqeenroeping Diteen. Een roezig gewoel ontstondpapie ren werden bqeengescharreid, porte feuilles gesloteD, handen gedrukt van vrienden en tegenstanders. Eu 't wac aisof gedurende ditloo- neel vaa verbroedering een onzicht baar orkest heel zachtkecs speelde „W e r weisz ob wir uns wie- derseben?'1 G. Jr. Bond tegen ruwheid Te Utreoht hebben veertien dames en heeren zioh vereenigd tot eeae commissie voor de opriohting van een Jongeliedenbond. Hat doel van dien Bond is ten strijde te trekken tegen ruwheid, onbeschaafdheid en onbarmhartigheid. Daar bq vulwasseu personen een goede bedoeling zoo dikwqls blqfi zonder gevolg, wil de Jongeliedenbond zqn loevlnoht nemen tot het gemoed van het kind ea dat vatbaar maken voor eerbeid, xeoht- Seid en liefde, zoowel tegenover den mensch.als tegenover het dier. Uet bestuur is samengesteld uit de dames J. W. Taiema, freule P. J. O. Taets van AmeroDgen, M. R.ter Meu- len, eu de heeren J. J. A. van Schre ven en J. C. van der Lip. Moord te Leerdam. Omtrent den moord te Leerdam schrijft men bet volgende: Vrijdag warea twee boerenjongens, Verbaan uit Leerdam ea Kooq uii Oosterwijk, te zaaien op een erfhuis ie Schoonrewoerd, bq Leerdam. Ea erfhuis op soo'n boerenplaats gaat gewooalqk gepaard met drink gelagen en het heeft ar dan veel van alsof het dorp kermis visrt. Ze waren den geheelen dag vrieudschappelqk bq eikaar geweest en hadden samen nu en dan „^epruuft". Met nog een derde werd tegen 5 uur de reis huis waarts ondernomen en in 't koffiehuis „'t Fortuin" te Leerdam aan dan in gang vaa de stad een „xLakkerfje" tot bssiuit genomen. Daar sobqnt teen een kwestie tus- scheti Verbaan en Kooq ontstaan t8 zqu, die daarna kibbelend het koffie huis verlieten. Niet vet: hadden se echter geloopen, toen dieht bi] het station de twee reeds klappen wis selden. Nu een3 weer een eind op- ioopende, dan weer vechtende kwa men ze einaelqk aan het kruispunt, waar hunne wegen zich scheidden daar sohqnt toen Kooq, volgens Ver baan, hem geaard en geplaagd te heb ben, waardoor deze hem langs den paralelweg naar Oostenrijk vergezelde. Al spoedig moeten ze toen daar, dicht bij bet spoor waohlershuis, wf-èer hand gemeen geworden aqu. Kooq heeft toen, zegt Verbaan, hem tegen den grond geworpen, en laatstgenoemde heeft daarop het mos genomen en nas.r Kooij gestoken, waarna hq op den loop ging. Kooij is daarop ineengezakt en werd enkele oogeablikkea latsr door Zeke ren De Jong opmerkt, die hem halfloo- pende, half dragende met moeite naar het naaste huie bracht. De ouders wer den daarop gewaarschuwd en dokter met politie uit Leerdam gehaald, die spoedig met den Burgemeester ter plaatse waren. Verbaan werd van zqn bed gehaald en na een kort verhoor te hebben ondergaan naar hetarres- wieirqden pas op zijn veertigste jaar gaau leeren en sedert dien vast van plan, er zich geestelijk n©ch lichame- lqk mee te roïaeeren. Het opsprin gen op de stop leek haia altijd een halsbrekende, acrobatische toer dus heeft hij zqn zadel wat lager laten zetten en kan er nu opkomen zonder sprong. Weliswaar a».t hij nu met kromcue knieëo, wat op den duur pijnlijk en vermoeiend is, m*.a? dat hindert hem niet, aangezien hij nimmer lange ri.ten maakt. De Lenta zit rechtop en houdt met gestrekte armen den stuurstang vast. Het geheel geeft den indruk ven een voiwaesen mensch in een kinderstoel. Als man van jaren waagt hij aich geenszins op een modderigen weg, er behoeft maar een wolkje aan den hemel te staan en hij is vast van plan vandaag niet uit te gaan. „Met die gladde wegen," zoo redeneert hij, „loop is te veel gevaar voor vallen en een arm of been breken h«b ik voor alle fietsen ter wereld niet over." En gaat hij uit, al is het maar de Koedief om, dan is de regenjas op den stuurstang gerold ('t kan eeus gaan regenen)een dienstregeling van alle mogelqke sporen en trams in de buurten waar hij denkt le ko men, wordt meegeaomen onder zqn overhemd draagt hij e6n dikke wol len trui tot beveiliging van de Iod- i, om zqn hals een zijden foulard, ar gaat hq, bijna zei ik: voetje voor voetje. Hij belt als hij op hon derd pas afstande een musch op etraat ziet zitten, een rondwandelende k p vervult hem met ontzetting ea voor een rijtuig stapt hij eerbiedig af. Dat hij er niet aan deDktf's avonds te rqden, spreekt van zelf. De fiets zal hem zqn gezondheid noch zqn leven kosten of het moest zijn, dat hq op een gceien dag van sohrik bezwijkt, wanneer een vette paokhond in een bui van dartelheid zich houdt of hq hem in de kuiten wil bqten. Nu heb ik u evenwel van der Chio nog niet voorgesteld en het zon jam tenhok onder den toren te Lserdam gebracht. De toestand van den verslagens is zeer bedenkelqkde stoot werd met een groot boerenmes diep in de on derbuik toegebracht. Gistermorgen door den burgemeester verboord, heeft Verbaan na eene korte oatkenDing do daad bekend. Deze biqtt voorloo- pig ia arrest. INGEZONDEN. Voor den inhoud deter rubriek stelt de redactie *ich nut aansprakelijk. Van inyetondm stukken, geplaatst of niet geplaatstwordt de kopij niet aan den inzender teruggegeven, Antidienstver vanging bond. Mijnheer de Redacteur Het zij me gegund U de opname te verzoeken vaa eene beknopte toe lichting op eene in Uw biad van heden voorkomende ad ver tentie. waar bij san de inwoners vaD Haarlem de uitnoodiging wordt goxicht zich bq eenige daarin genoemde atadgenooten aan ta sluiten tot het oprichten albier eener afdeeling van den Autidienst- vervafcgipgbocd. Wat het streven is van dien bond beh-ef» niet inden breed e ontwikkeld wordende neam geilt 't vol doende a*n. Zqn doel is eenig ea alleen het verkrijgen der afscuaffiag van het stelsel vsn dienstvervangicg, plaatsvervanging en nummerverwis- seling en het bestrij len van eiken anderen vorm van dienstafkoop aïzoo invoering van den p e r s o o e- Iqken dienst ook voor hen, dia genoeg bemiddeld zijn om hun grond- wetteen militairen plicht door ando ren ta doen vervallen. l) Dat onder de talrijke vraagstukken, welker oplossing van de naaste toe kom at verwacht wordt, de regeling oczar lovende strijdkrachten een eerste plaats zal dienen in le nemen, wordt vrij algemeen ingezien, en dat bij die regeling de persoonlijke dienst ala grondslag zal worden aangekomen, hopen en verwaohten zonder twijfel zeer velen in den lande. Persoonlijke vervulling van dea öieastpiioht is daa ook opgenomen in onderscheideae politieke programma's van den iaats- ten tijd. En voor hem, die rekening beudt èa met de deugdelijkheid èa met de no idzakelqkbeid an het be ginsel ia het duidelijk, dat 't niet anders kan. Zoowel uit een militair als uit een sociaal eu uit e»n natio naal oogpunt beschouwd mag de invoering vau den persoonlijken dienst werkelijk onmisbaar heeten. Verdere aacprqzing sohqnt dan o)k over bodig. Vroeger bestond hier ter stede eea afdeeling van den in 1875 door den oud-minister M. D. graai van Lim burg Slirura opgexiohten bond, welke reeds spoedig n& zijne oprichting meer dan 7000 leden telde. Die afdeeling besweek evo^we), zooals trouwens vereohillende andere, wegens mindere belangstelling, die vermoedelqlc o. a. haren grond vond in demeemogvan velen, dat de bond geen rede» van bestaan meer had sedert zich in de Tweede Kamer big de behandeling van het wetsontwerp Bsrgansius eene meerderheid verklaard had voor per soonlijken dienstplicht. Dat ontwerp werd echter geen wet en steeds nog biijft de dienatvervanging in ons land bestaan. 11 Ook in verband met de uitbreiding fl van he'c kiesrecht, waarbij eerlang si duizende nieuwe kiezers tot de stem- e bu3 geroepen zullen worden, die tot dusverre alleen de werkelqke dienst- e plichligen waren, omdat hun de raid- n delen outbraken dsn dienstplicht mer wezen, als ik dat vergat. Van der Chic ia eeE aohteroeelje van mg. 3 Vroeger noemden we hem de wan delende modeplaat, nu is hij de rij- p dende modeprent geworden. Hij fietst c-i niet uit liefhebberij (ik hob mqn redenen om te meenen, dat bq n eigenlijk het land heeft aan fietsen snaar omdat men op de fiets 0 beter zijn fraai toilet kan laten t bewonderen. Zijn fieiscostuum is a - tqi van de nieuwste snit; zqn hooge schoenen smaak, hq draagt zemoe ten het, lage schoenen wezen, hg ge- 11 Druikt zezelfs ais da mode de af schuw. lqke slobkousen voorschrqfi, i< getroost hq zieh die. Nooit rijdt hg, als zoovele anderen, met een half los- hangend shirt of een gescheurde col bert zelfi in de hondsdagen is zqn 1 hals ommuurd door een hemelhooge, n stijve boord, die hem niet toelaat e rechts of iinks te kijken.al eon aa»r f reahluit. Zijn nikkel fonkelt altijd alsoi het G pas uit de fabriek kwam, zqn wielen t zijn altijd bebooriqk geolied, geen krasje is op de onberiepelqk ge- lakte stangan te sien. Waar de meeste menschen zijo, daar is ook hq te vinden, liefst rijdt hij Zon- dagsmiddasre op den Zijlweg en den Bloemendaalscbenweg, wanneer het i daar proprol is met menschen en equipages. Boven de voetgangers L steekt hq uit in zijn onberispelqk r toilet en het eenige, wat hem kwelt r is, dat hij geen spiegeltje aan zqn 1' stuurBtang kan vastmaken om er zioh- zelven in te bewonderen. Nu hoor ik iemand vragen: maar bi de dames dan Zijn onder de wiel- j; rijdsters niet eigenaardige typen Ik ken maar éene enkele soort van wielrqi&ters, de pracieuse, de beval- 1:1 lige, de elegante wielrqdster. Mockt iemand aog andere soorten kennen, dan moet bij ze maar eens beaohrq- ▼es ik blqf liever met allen gosde j( vrienden. FIDELIO. i-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1897 | | pagina 10