plicht, kiesrecht, en vooral over keu
ring van voedingsmiddelen. Dat was
een chapiter, waarover wy moeilijk
uitgepraat raakten. Eindelijk stond
de candidaat op om zijn stuk te halen
over de tentoonstelling in '83.
Ik kreeg eon ministerieel schrijven
te zien, waarbij, aan den ambtenaar
van invoerrechten wegens diensten
op de tentoonstelling bewezen, werd
toegekend een som van f 50 als gra
tificatie.
De Raad van Tucht.
De Raad van Tucht op de koop
vaardijschepen hield zich Woensdag
avond in het paleis van justitie te
Amsterdam bezig met hethoorenvan
getuigen in de zaak der nafta-ont-
ploffing aan boord van het Neder-
landsche stoomschip Caledorva, thuis-
behoord hebbende te Rotterdam.
Achtereenvolgens verschenen voor
den Raad de gezagvoerder, B. Meijer
Jr., de stuurman Borg, twee machi
nisten, een stoker en de kok.
Uit huu verklaringen bleek, dat de
Caledonia te Aberdeen 60 a 70 va
ten nafta had geladen, onder toezicht
van den kapitein, den stuurman en
een man van de fabriek in het ach
terruim op oud blik en los hout, niet
bepaald op kophout, gestuwd. De
vaten werden in drie of vier lagen,
trapsgewijs oploopend, geborgen en
volgens den stuurman alleen met zeil
doek, volgens den kapitein buiten
dien met planken afgedekt. Te New
Castle werd te^en die vaten aan een
party steenkool geladen. By vertrek
van Newcastle, op 15 Juni, werd
reeds een sterke naftalucht waarge
nomen, zoodat gewaarschuwd werd
niet met vuur of licht in het bene
denschip te komen. Het was storm
achtig, zwaar weer, zoodat men geen
maatregelen kon nemen tot bijzon
dere ventilatie van het ruim. Op den
I6ën Juni ontplofte de nafta en sloeg
het beschot der machinekamer in met
het gevolg, dat de machine onklaar
werd. Buitendien werden de kop en
de luiken van het ruim weggeslagen.
Uit vrees voor eene tweede ontplof
fing werd de bakboordsboot buiten
boord gezet. Er volgde geen tweede
ontploffing, doch het schip maakte
veel water. De openingen van het
ruim werden zoo goed mogelijk dicht
gespijkerd. Den volgenden dag zonk
ae Caledonia na door een Engelsche
steamtrawler een eindweegs gesleept
te zijn. De equipage werd gered doch
de donkeyman was door de ontploffing
gedood. Bij het verhoor toonden eenige
leden van'den Raad zich ontevreden
over de wijze van lading der nafta
tusschen oud blik in plaats van op
kophout, en over het feit, dat na de
ontploffing geen pogingen meer wer
den gedaan om op eigen stoom de
kust te naderen, De machinist ver
klaarde dit laatste niet te hebben
aangedurfd uit vrees, dat de nafta
met het ketelvuur in aanraking zou
komen.
Diamanthandel.
Eenige groote kooplieden in diamant
te Amsterdam hebben gisteravond
officieel bericht ontvangen dat het
invoerrecht op geslepen diamant in
de Yereenigde Staten is vastgesteld
op 10 percent. Ten teeken van vreugde
over dit voor Amsterdam hoogst ge
wichtige nieuws hebben deze heeren
uit de dépendance van het „Amstel-
Hotel" aan de Tulpstraat waar de
diamantbureau's zijn gevestigd, de
Amerikaansche en Hollandsche vla<
gen gestoken.
Hbld.
Een mceielijke begraienis.
Onlangs werd melding gemaakt
van een dikken wielrijder.
J. ter Gouw haalt in een zijner
nummers ook een dilckert aan op de
volgende manier.
In de eerst'e helft der voorgaande
eeuw had men te Amsterdam op den
hoek van 't Singel en de Lynbaans-
steeg, een zalmhuis, en de baas van
dit huis, Kornelis van Stijn, alias de
Dikke of Dikke Kees, was onder
derdehalfhonderdduizend Amsterdam
mers de dikste.
Hij woog, volgens Jacob Bikker
Raye, precies 466 pond. Deze dikzak
kwam den -25sten Oct. 1751 te ster
ven, en nu was er een buitengewone
drukte aan 't sterfhuis, want de be
grafenis eischte buitengewone maat
regelen. Toen de kièt thuis gebracht
werd, bleek die niet alleen drie voetl
hoog, maai- aan 't hoofdeinde zelfs
meer dan 3 voet breed te zijn. Er
was geen baar in of om Amsterdam
te vinden groot genoeg voor zulk een
kist, en er moest dus opzettelijk zulk
een groote baar voor gemaakt worden.
En daarby verklaarde de aanspre
ker, die „'t lijk had", dat geen 12
dragers zulk een lichaam, kist en
baar torschen konden, maar dat er
een dubbel getal noodig was.
Eindelijk was alles gereed, en alle
omringdej buurten liepen uit, om te
kijken.
De baar stond voor de deur, de
vrienden waren in huis, de aanspre
kers en vrienden stonden op en voor
de stoep. tislgB
Juist kwam een sleper voorbij met
een vrachtslee, beladen met vaten,
reed tegen de baar en den arm er af.
Dadelijk een standje met het ge
bruikelijke geschreeuw; en daarna een
beraadslaging, en eindelijk een be
sluit, dat de begrafenis moest uitge
steld worden. De „vrienden in huis",
de aansprekers, dragers en kijkers
konden weer naar huis gaan, oin 's an
deren daags, als de baar gerepareerd
zou zyn, terug te keeren.
Aangeteekende brieven
vermist.
Den 16en Juli zijn vermist de 4 na
volgende aangeteekende brieven per
spoor vervoerd en bestemd voor het
postkantoor te Leiden:
1 afgezonden te Hasselt aan het
adres vanTHulsmans te Hazerswoude,
inhoudende dagvaardingstukken
1 afgezonden te Laeken, bestemd
voor Ludwig frèr. te Hillegom, be
vattende eene onbetaald gebleven
quitantie, groot fr. 61.87,;
1 uit Goes, bestemd voor den heer
J. L. Goemans te Leiden, inhoudende
een bankbiljet van 100 gulden, F. V.
9781het couvert daarvan was klein
en voorzien van 5 lakstempels met
geslachtswapen
1 uit Zieriksee, aan het adres van
mej. B. Muller te Leiden, postrestante,
bevattende een muntbiljet ad f 10.
De commissaris van politie te Lei
den verzoekt opsporing en inbeslag
neming van voorzegde brieven en
inhoud, alsmede bij vinding bericht.
De bezitter van het bankbiljet ad
f 100 F. Y. 9781 kan daarvoor f 125
bekomen, indien hjj omtrent de hei-
komst inlichtingen weet te geven.
Dierenmishandeling.
Proces-verbaal is opgemaakt tegen
een slager in Den Haag, die een koe
eerst met een knuppel heeft mishan
deld en het dier daarna met een schaar
eenige steken gegeven heeft.
Door den bliksem getroffen.
Dinsdagavond is te Bladel een jon
gen. die op straat liep te spelen, door
den bliksem getroffen en gedood.
Dinsdagavond zijn te Hapert tijdens
het onweder de dochter en de zoon
van den brievengaarder Klaassens
door den bliksem getroffen en gedood;
de gedoode vrouw was weduwe en
laaUtwee jeugdige kinderen achter.
Gedurende het ontzettend onweder,
dat Dinsdagavond boven Oostelijk-
Noordbrabant woedde, sloeg te Hel
mond de bliksem in den toren van
het Liefdegesticht, vernielde daar al
het ijzerwerk, terwijl de. leien her
en derwaarts verspreid werden. In
de fabriek der firma Ramaer werd
in den schoorsteen een scheur ge
maakt van ruim twee handen breed.
In do weverij werd een groot gat
in den grond geslagen en ontstond
een begin van brand". Ook bleek van
een weefgetouw het daarop gespannen
garen totaal verbrand te zijn. Bij de
firma Prinzen en Yanglabbeek wer
den verscheidene ruiten vernield en
het electrisch licht uitgedoofd.
"'e Beek en Donk werd een molen
door het hemelvuur getroffen, die ge
heel afbrandde. Bovendien werden
van uit Helmond nog branden waar
genomen in de richting van Boekei,
Erp en Uden.
Tijdens het onweder. dat Woens
dagmorgen woedde, is te Zaandam de
bliksem ingeslagen in de schuur ach
ter het woonhuis van den heer Leen
hart Avis en in de walschoeiïng van
den heer H. Vis Jr. Brand werd niet
veroorzaakt en niemand werd ge
troffen.
De brand te Arnhem.
Omtrent den brand, die Dinsdag
avond op het tentoonstellingsterrein
Sonsbeek te Arnhem woedde, meldt
men nader: „Omstreeks 8 uur hoorde
men in de stad: „Sonsbeek staat in
brand!" Men meende dat het land
huis zelf in vlammen opging. Het
bleek evenwel, dat het slechts de
oraugerie was, waarin de kunstzaal
was gevestigd, d. i. de zaal met de
Moorsche meubelen, de Deventer
tapijten, de Apostelenklok, de collectie
zeldzame uurwerken uit de 16e, 17e
en 18e eeuw, de fayence d'Utrecht-
artikelen, de bronzen en marmers.
Dit gebouw is geheel in vlammen
opgegaan. Men neeft alleen de col
lectie uurwerken kunnen redden. Een
stuk der Apostelenklok is er ook
uitgehaald, maar wat beteekent dat?
Het vuur schijnt in het gebouwtje waar
de schildoryen van v. d. Waav en Wit
kamp (Dante's Hemel en Hel) wer
den ten toon gesteld, te zijn aange
komen. I
Er was een ontzaglijke menigte op
de been. Het brandende gebouw
leverde tusschen de boomen dooreen
phantastisch gezicht op.
Den nek gebroken.
Luitenant F. de Ridders, van het
le regiment veld-artillerie te Amers
foort, thans gekampeerd in de leger
plaats bij Oldenbroek, heeft daar bij
een val den hals gebroken, zoodat de
dood onmiddellijk intrad. De overle
dene was eerst vier jaar officier.
Van vreugde gestorven.
Dezer dagen ontving een familie te
Breda op 't onverwachts de aange
name tijding, dat de zoon, dien men
nog 'steeds in Indië waande, op den
terugweg was naar Holland. Deze
heuglijke tijding greep de oude moe
der dermate aan," dat zij aan de ge
volgen is overleden.
Verdronken.
Te Beininel (O. B.) is Woensdag
ochtend de heer F. H. B. toen hij
met een bootje zich overzette, met
zijne beide knechts in de zoogenaamde
Sprang langs den dijk in het water
geraakt en verdronken.
Kat-knuppelen.
In enkele dorpen van West-Fries
land is nog het oude katknuppelen
als volksspel in zwang. Wel wordt
niet meer eene levende kat, gelijk
voor een dertigtal jaren, in het vaatje
opgesloten, doch in zijn wezen is het
spel gelijk gebleven.
Aan een tusschen twee boomen
gespannen touw wordt in het midden
een botervaatje opgehangen. De spe
lers plaatsen zien op ongeveer tien
meters van dit doel, en werpen beur
telings een korte knots naar het
vaatje. Bij een eenigszins geoefend
speler is deze worp zelden mis. Spoe
dig beginnen de hoepels van het vat
los te springen en bij een groep van
twaalf geoefende spelers ligt het vat
bij drie omgangen gewoonlijk in dui
gen. In het vat zit de denkbeeldige
kat bestaande in een klos door een
gat in den bodem aan een touwtje
bevestigd. Wie het geluk heeft een
faoepel te doen springen ontvangt
eene vooraf vastgestelde premie, de
val van de kat geeft den prys.
Een veertigtal liefhebbers vermaak
ten zich den 20en te Schagen met dit
spel, by welke gelegenheid vijftien
vaatjes kort en klein werden geslagen.
Brand te Leeuwarden.
Woensdagmorgen omstreeks 6 uur
brak te Leeuwarden een hevige brand
uit in de woning van den heer Verg-
nes, winkelier aan den Wirdumerdijk.
De eerste en tweede verdieping zijn
uitgebrand. De belendende woning van
den bakker Swildens leed mede be
langrijke schade. De bewoners van
het belendende perceel, waaronder drie
jonge kinderen, werden slechts met
moeite gered.
Jeugdigê verzamelaars.
Dat de liefhebberij voor verzamelen
by volwassenen soms wonderlijke bloe
men draagt is bekend, maar onze
schooljongens kunnen daarin ook ver
rassende en geheel onverwachte proe
ven afleggen. Vooral onderwijzers
zouden daarvan vermakelijke staaltjes
kunnen meedeelen.
Overbekend is de oudroest verza
melaar, die dikwyls in groote gezinnen l dat hartcnaas en schoppenboer, mits-
voorkomt. Hy houdt er een kistje
op na, waarin inen alles kan terug
vinden, wat door de broertjes en
zusjes werd weggeworpen, doosjes,
een poppekop, een gebroken mes,,
spijkers vooral, een eindje koperdraad,
bijzondere steenen, een pypekop, enz.
enz. te veel om op te noemen. De
broertjes en de zusjes helpen door
gaans aan de verzameling mecj totdat
zy een dreigende uitgebreidheid ver
krijgt, en moeder met den schoonmaak
tijd een kleine opruiming houdt.
Het verzamelmstinkt ontwikkelt
zich echter tot nog tal van andere
vormen. Een zekere vermaardheid
hebben de postzegelverzamelaars ge
kregen, terwijl voor anderen de brief
kaarten of tramkaartjes weer meer
aantrekkelijkheid hebben. Verzame
lingen van knoopen zijn ook niet zeld
zaam. Ik heb een jongen gekend, die
er een verzameling van fleschjes op
na hield; vreemde vormen en kleuren
waren zeer door hem gezocht. Een
ander had een verzameling van steen
tjes en schelpjes, waarin ook weer
kleur en vorm de voornaamste rol
speelden. Verzamelingen van doosjes,
waarin de apöthekersdoosjes sterk
vertegenwoordigd zijn, zyn ook niet
zeldzaam, vooral in gezinnen, waar
men veel met ziekten te worstelen
heeft. Een zoontje van een predikant
wijdde zyn krachten aan een verza
meling van naamkaartjes.
Men moet dikwijls den ijver en vol
harding bewonderen, waarmee al die
nutt-elooze zaken bij elkaar worden
gesleept.
Bovengenoemde verzamelingen ont
moet men doorgaans in groote steden.
Op kleinere plaatsen vindt men dik
wijls verzamelingen van planten, bloe
men, steenen, eieren, vlinders, kevers,
enz. en deze zijn, boven de eerstge
noemde, zeer aan te bevelen.
Het zou van groot nut zijn, wan
neer de ouders iets meer belangstel
ling toonden in de verzamelliel heb-
berij hunner kinderen. Ook daarin
moeten ze geleid worden en vooral
de stadsche verzamelaars van allerlei
waardelooze voorwerpen moest men
in een beter spoor trachten te brengen.
Een mijner kennissen, een onder
wijzer te Amsterdam, wydt zijn bij
zondere aandacht aan de verzamelaars
van zijn school. Hij neemt altijd met
veel belangstelling kennis van hun
liefhebberij en helpt, als het iets goeds
is, mee. Verder wekt hij steeds zijn
leerlingen op tot het verzamelen van
prenten en platen. Het nut hiervan
heeft voor twee honderd jaren Amos
Comenins al ingezien, toen hij zyn
Afgebeelde Wereld in het licht gaf.
Deze verzamelingen, al zijn ze ook
nog zoo primitief, werpen altijd nut
af. Mijn vriend werkt zelf mee en
van tijd tot tijd hoopt hij eens een
jaargang van een tijdschrift met mooie
platen te bezitten om de verzamelaars
te kunnen steunen.
Omtrent een der verzamelingen
vertelde hij my het volgende:
„Ik had een jongen van 9 jaar in
de klas, die met ijzeren volharding
alle gebruikte pennen, die hij maar
kon machtig worden, bij elkaar droeg.
Een verzameling van lucifersdoosjes,
om de pennen te kunnen bergen, nep
daarmee evenwijdig. Ik had hem reeds
dikwijls aan vreemde of nieuwe pen-
vormen geholpen en toonde dus be
langstelling, maar liet toch niet na,
hem op het nuttelooze van zijn arbeid
te wijzen. Later bracht ik hem op het
idee van een plaatverzameling en ik
beloofde hem een portefeuille en
eenige vrijwillige bijdragen, als hij er
zin in kreeg. Hij kreeg er zin in en
deed de pennenzaak aan den kant.
De eerste opzet der verzameling was
primitief en droeg de sporen van
hartstochtelijken ijver, want hartenaas
en schoppen-boer benevens eenige
bonte reclame-platen waren mede op
genomen.
Het glanspunt bestond uit de lin
kerhelft van een plaat naar Mun-
kacszy's „Christus voor Pilatus" en
een reusachtig ganzebord, dat in vie
ren moest gevouwen worden om in de
portefeuille plaats te kunnen vinden.
In de vacanties werd de verzameling
gaandeweg gelouterd en zij kreeg
langzamerhand een beter aanzien.
Myn leerling bleek later een liefheb
ber van geschiedenis te zijn en zijn
verzameling droeg daarvan spoedig
de sporen.
En thans na vijftien jaar is dit de
verzameling geboren geworden een
keurige collectie historieplaten en
portretten, die menige inrichting eer
zou aandoen. Het spreekt van zelf
gaders het ganzebord en dc halve
Munkacszy uit de portefeuilles ver
dwenen zijn."
Onlangs vertelde my een sergeant
der infanterie, dat hij in zyn jeugd een
hartstochtelijk verzamelaar was ge
weest vau allerlei onderdeelen van
uurwerken en dat hij daarin werd
gesteund door een paar horlogemakers
uit zijn woonplaats. Deze liet hebbery
had voor hem het practisch nut afge
worpen, dat hij thans de vraagbaak
van zijn bataljon was in alle zaken,
die betrekking op vuile en ongere
geld of niet loopende uurwerken had
den en dat hy rekenen kan op een
bijverdienste van een paar honderd
gulden per jaar.
Onder jeugdige onderwijzers zijn
de verzamelaars van waardelooze boe
ken niet zeldzaam. Ook deze lief heb-
berij is zeer af te keuren, want zij
is kostbaar en levert totaal geen nut.
Tel
Letteren en Kunst.
De 18e jaarlijksche examen? der
Nederiandsc'ne Tóonkunstenaars-Ver-
eeniging zijn Woensdag te'sGravenh,
in het lokaal „Pulchri Studio" voort
gezet.
Van de 4 candidaten zijn geslaagd
voor viool (lager onderwijs) mej.
H. M. Peters, te 's Gravenhage.
Bayreutli.
Uit Bayreuth wordt ons geseind:
Met een in alle opzichten zeer ge
slaagde opvoering van het voorspel
Rhemgold is de trilogie van den Ni-
belungen-Ring geopend, onder leiding
van Hans Richter.
Wotan's verschijning was het eerste
optreden van Anton van Rooyinhet
Festspielhaus. Onze Hollandsche zan
ger heeft de verwachting niet teleur
gesteld. Zijn Wotan was een voor
treffelijke creatie, zijn eerste uitmun
tende medewerking is een beslist
succes geweest. N. B. Ct.
schelmen, die onze huizen geplunderd en ze daarna
boven ons hoofd hebben aangestoken, spoedig allen
verdwenen zyn."'
„Wat zegt gij daar? Wie heeftu beroofdWie uw
huizen aangestoken?"
„Roovers, schelmen, die zich Fransche soldaten noe
men, kapitein."
Het gelaat van den ouden man werd bleek als van
een doode.
„Fransche soldaten
„Ja, zij droegen tenminste een Fransche uniform. Dien
middag waren ze gekomen, moede als de vliegen in den
herfst, met vuil en stof bedekt; de wapenen hadden
zij weggeworpen en zij deden alsof de duivel hen op
den rug zat, wanneer zij van de Pruisen spraken. Wij
hadden medelyden met hen en gaven hun te eten en
te drinken. Als uitgehongerde wolven vielen zij op het
voedsel aan. Toen echter wilden zy meer hebben en
eischten ten slotte ook geld. Toen wy dat weigerden,
werden zy razend, ze sleepten de wijnvaten uit de kel
ders, pleegden in hun dronkenschap allerlei baldadig
heden en staken ten slotte de huizen in brand. Die
schurken die lafaards
Dat was inderdaad het toppunt van smaad en Joanne
begreep nu den twijfel en den angst der mannen, die
gewaarschuwd hadden voor den oorlog met het ver
sterkte, vereenigde Duitschland en die de gebreken van
hun eigen leger meedoogeloos hadden blootgelegd. Een
koele onverschilligheid omtrent het lot van een leger,
dat zoo weinig kracht had getoond in een eersten stryd,
en dat zulke lafaards bevatte, sloop in het hart van
Jeanne, wier verlangen, de zegepralende Pruisen te
zien, van uur tot uur wies.
Eenige dagen moest zij intusschen wachten en reeds
dacht zij, dat al die vertellingen over de vlugheid der
Pruisische manoeuvres overdrijving waren en sprookjes
van de moede!ooze Fransche soldaten, toen zy het op
eens anders gewaar werd.
Men had juist plaats genomen aan de middagtafel,
toen plotseling een doffe slag dc vensterruiten deed
rinkelen. De kapitein sprong op.
„Dat is een kanonschot! Men heeft in de vesting
geschoten
Een tweede slag volgde en de bergen kaatsten het
donderend geluid van het schot tienvoudig terug.
„De Pruisen zijn erzeide de kapitein in diepe
ontroering. „Komt. laat ons zien, van welken kant zij
op de vesting aanvallen."
Hij klom, gevolgd door de beide meisjes, in den
kleinen torén, die zich op het slot bevond. Opmerk
zaam keek hij in dc verte. Josephine drukte zich sid
derend en angstig tegen hem aan, terwijl Jeanne, de
handen, steunend op den rand van het platform, met
voorovergebogen lichaam scherp den grootcn weg
langs keek die zich van de „Duitsche Poort" van Pfalz-
burg in een rechte Jyn door Quatre Vents uitstrekte,
om zich weldra in het dichte bosch van Zabern te ver
liezen. Hel schitterde de middagzon op den witten
landwegde lucht scheen te trillen over den weg en de
velden er heerschte een drukkende zoelheid en de stilte
van een zomermiddag rustte op het landschap.
Daar klonk een derde schot en op het bastion bij de
Duitsche poort steeg een dikke, witgrijze rookwolk om-
Sport en Wedstrijden.
Schietwedstrij den.
Uitslag van den schietwedstrijd der
vereeniging van officieren dei' schut
terij in Nederland, gehouden te 's Her
togenbosch, 20 Juli.
Personeele wedstrijd, geweer; af
stand 150 M.
Eerste klasse: le pr. kapt. Lioni,
Amsterdam, 52 punten2e pr. le
luit. v. Goch (rustend schutter), Loos
duinen, 51 p, 3e pr. kapt. v. Oostzee
Rotterdam, 51 p.; 4e pr. kapt. Haas,
Amsterdam, 50 p. 5e pr. 2e luit. v.
Enthoven, Nijmegen, 49 p.; 6e pr.
le luit. "Wydom, Tilburg, 49 p.' 7e
pr. le luit. v. Alphen, Rotterdam,
48 p.; 8e pr. kapt. Scheffers, 's-Her
togenbosch, 48 p.
Tweede klasse: le pr. le luit. v.
Worp, Rotterdam, 45 punten; 2e.pr.
2e luit. B. v. Lamsweerde, 's-Her-
togenbosch, 42 p.; 3e pr. kolonel
Boellaard, Amsterdam, 34 p.
Personeele wedstryd, revolver; af
stand 25 pas.
Eerste klasse: le prys leluit.-adj.
Baerends, 's-Gravenhage 57 p.; 2e
pr. kapt. Galjaard, idem 56 p.; 3e
pr. maj. Rits, s-Hertogenbosch 54 p.;
4e pr. kapt. Boest-Gips Rotterdam
50 p.
Tweede klasse: le prijs kapt. V.
d. Leyé. Rotterdam 50 p.; 2e pr.
kapt.-adj. Van de Well, 's-Hertogen
bosch 47 p.; 3e pr. offi. v. gezondh.
Wolfi, idem 35 p.; 4e pr. oud-auditeur
v. Wijck, Hilversum 31 p.; 5e pr.
le luit. v. Worp, Rotterdam 31 p.
Wedstryd vrije baan, geweer; af
stand 150 M. le pr. le luit. Barends
's-Gravenhage, 56 p.; 2e pr. 2e luit.
v. d. Mortel 's-Hertogenbosch, 54 p.;
3e pr. kapt. Scheffers idem 53 p.;
4e pr. kapt. Galjaard 's-Gravenhage
53 p.; 5e pr. kapt. Prins, Amsterdam
53 p.; 6e pr. kapt. Boest-Gips Rot
terdam, 53 p.; 7e pr. kapt. v. d. Leijé,
Vlissingen, 52 p.
Wedstrijd vrye baan, revolver; af
stand 25 p. le pr. maj. Rits, 's-Her
togenbosch, 61 p.2e pr. le luit. adj.
Baerends 's Gravenhage 61 p.3e pr.
kapt. van Rijekevorsel, 's-Hertogen
bosch, 59 p.; 4e pr. le luif. v. Alpheq
Rotterdam, 57 p.
Flobert-wedstrijd, afstand li
Een prijs, toegewezen bij loting aan
den le luit. V. Alphen te Rotterdam,
met 58 punten. Een gelijk aantal
punten behaalde dé kapt. Beest Gips
te Rotterdam en L. Rijkboel
's Hertogenbosch.
Flobert-wedstrijd voor dames,
stand 15 pas. le pr. Jonk vrouwe
der Does de Willcbois. 2e pr. N
van de Well, 3e pr. Meer. Willi
allen te 's Hertogenbosch.
Uitslag van den snelvuur-weds
te Breda gehouden. Hierin we
uitgeloofd vijf prijzen, ieder ter y
de van f 40. De winner van den eoi
prijs bekomt daarbij een zilveren
werkrans met inscriptie, bcneveu
sjerp met zilveren schild als sneb-
kampioen 1897. De sjerp stelt hi
jaar tot gelyk doel ter beschik
van het bestuur, ten einde aan
opvolger, onder dezelfde voorwan
te worden overgedragen. Winne
1896 H. G. Koster Wz.
In 1897H. G. Koster (beh
den sjerp), (2e pr.) Sillem, (3e
v. Raavenswaay, (4e pr.) v. d. B(
(5e pr.) Fabius, 6e pr.) Posthu
Koster deed 120 schoten in 14%
Rivierre, Huret en Cordang zi
deil 14en en löen Augustus ia
Vélodrome du Pare des Prince
Parijs een 24-uurswedstrijd hoe
De disqualificatie van Hnret is
geëindigd.
GEMENGD NIEUWS
Werkstaking in de Borin
De werkstaking in de Bori
wordt met dezelfde kracht vooi
zet. Wel is hier en daar het
hervat, namelijk in het zuidelijk
van het district, te Dour, Bouss
Elouges, maar dit heeft niet ve>
beteekenen.
De staking is thans in de vi
week en overal is de ellende on
tend. Men maakt zich op, oi
helpeninteekenbiljetten circuk
groote aanplakbiljetten in alle
fische mijndistricten wekken dt
eiders op hun stakende makkei
de Borinage te ondersteunen en
mededeeling van het vertrek naai
Belgische en huitenlandsche ni
heidscentra van afgevaardigden'
last met het vragen van hulp
socialistische en andere arheij
groepen.
Dat ook de handel zwaar
spreekt van zelf en het einde
crisis is nog niet te voorzien, t
de ontmoediging der arbeiders I
zamerhand tot de mijnen terughi'i
immers alle onderhandelingen me
werkgevers om tot de vergade
van het reglement te komen,
zonder resultaat gebleven.
Hier en daar geeft de staking
leiding tot opstootjes, o.a. te Jei
pes, waar de stakers eenige kan
den, die aan het werk gingen
wilden beletten. Er ontstond
gevecht met steenworpen, waa
de gendarmerie met yeel moeite
einde maakte. Een aantal werkli
zullen vervolgd worden.
Bij Mons, Hornu, Boussu
andere plaatsen gebeurde iets d<
lijks. Te Hornu werd een verg
ring verboden, waar de bekende
fred Defuisseaux zou optreden.
Eene wapenschouwing
Eene wapenschouwing des: m
is Donderdag te Londen gehou
Generaal Booth heeft zijn tro
uit alle deelen der wereld de t
laten passeeren.
De „ontvangst" van den gem
geschiedde op hoogst eigenaai
tooneelmatige wijze. Voor op
platform in de zaal stond een
die blijkbaar ledig was, want zij
bijna geheel plat. Maar op een
geven teeken rees de tent omlioo
werd de generaal, zittende aan
kleinen tafel, onthuld. Zoodrü
menigte hem gewaar werd, gin
een machtige juichkreet op.
Na dit opzichtig begin volgd
eigenlijke revue. In groepen trok
heilsoldaten, voorstellende het
van het heilsleger sedert 1886,
den generaal. De banieren legdei
tuigenis _a_f van den strijd die ge
den isv Velé ópScïirlften als,>I
zeblib bestreden in hospital
„Slachtoffers om der wille van
geweten" en „De Torquayheli
werden levendig toegejuicht. De g
pen in hun verschillende natio
kostuums werden met geestdrift
groet.
Na de processie hield de genei
hoog. Uit de poort kwam een troep Fransche infan
teristen en mobiele garden te voorschyn. In den looppas
ijlden zij vooruit, splitsten zich op den kruisweg in
tweeën, het eene gedeelte ging naar Quatre Vents, liet
andere naai- Büchelberg.
Nauwelijks waren zy echter eenige honderden schre
den gegaan, toen hun uit het woud enkele geweerscho
ten tegeukraakten met den scherpen, korten knal.
„Ah, daar zijn de Pruisenzeide de oude kapitein,
diep ademhalend. „Ziet u, daar aan den rand van het
woud rechts en links van Büchelbergdie terreinen heb
ben zij reeds bezet en nu trekken zij aan den over
kant van Quatre Vents door het Bois des Chênes
zie, het vuur wordt levendiger!"
De Fransche schutters hadden zich op den grond ge
worpen achter de heggen der tuinen en beantwoordden
het vuur dei' Pruisische soldaten, van welke nog niets
te zien was, dan de flikkering en de rook hunner ge
weren. Het gevecht ontwikkelde' zich steeds meer.
Weldra ontstond er een geregelde linie van vuur langs
den rand van het bosch dicht bij Chateau Pcrnette
knetterde liet geweervuur ook en een gedeelte der
Fransche soldaten kwam uit de kloof van Bonne Fon
taine te voorschyn en stormde in vluggen loop op
Chateau Pcrnette los en bezette de tuinen, muren en
heggen daar, die het huis omgaven.
„Het is beter, dat we maar in huis gaan", zeide de
kapitein. „Een verloren kogel kon licht hierheen ver
dwalen."
Josephine snelde reeds de trap af, Jeanne bleef be
daard op den toren staan en vroeg haar oom j verlof
het gevecht te mogen aanzien,
„Ik zoq mij graag mét eigen oogen willen overtui
oom, of deze Pruisen werkelyk zoo vreeselyk zijn,
men ze ons Heeft afgeschilderd."
„Je bent een dapper meisje", antwoordde de li
tein, „ik blyf bij .je."
Nauwelijks vijftig schreden van hen verwijderd
een afdeeling Pruisische jagers een muurbezet
schoot met langzaam tiraillecrvuur op de Franse!
die de Allee des Dames trachtten te veroveren,
jonge, slanke officier stond midden in liet vuur
Franschen. Duidelijk kon Jeanne den Duitsehen ofli
zien; zij kon zelfs de trekken van zijn gelaat,
blonden knevel, de groote, heldere oogen, die oplett
dan hier-, dan daarheen blikten, de gebruinde watt
en het krullende blonde haar, dat te voorschyn kv
onder den zwarten shako, onderscheiden. De offi
stond, op zijn degen leunend, schijnbaar rustig, ter
hij do vyanden beschouwde en zijn soldaten nu en
een kort bevel toeriep. Dan kraakten weer enl
schoten en het langzame vuur werd' wat levendige]
W&rdt vervolgd