plicht, kiesrecht, en vooral over keu ring van voedingsmiddelen. Dat was een chapiter, waarover wy moeilijk uitgepraat raakten. Eindelijk stond de candidaat op om zijn stuk te halen over de tentoonstelling in '83. Ik kreeg eon ministerieel schrijven te zien, waarbij, aan den ambtenaar van invoerrechten wegens diensten op de tentoonstelling bewezen, werd toegekend een som van f 50 als gra tificatie. De Raad van Tucht. De Raad van Tucht op de koop vaardijschepen hield zich Woensdag avond in het paleis van justitie te Amsterdam bezig met hethoorenvan getuigen in de zaak der nafta-ont- ploffing aan boord van het Neder- landsche stoomschip Caledorva, thuis- behoord hebbende te Rotterdam. Achtereenvolgens verschenen voor den Raad de gezagvoerder, B. Meijer Jr., de stuurman Borg, twee machi nisten, een stoker en de kok. Uit huu verklaringen bleek, dat de Caledonia te Aberdeen 60 a 70 va ten nafta had geladen, onder toezicht van den kapitein, den stuurman en een man van de fabriek in het ach terruim op oud blik en los hout, niet bepaald op kophout, gestuwd. De vaten werden in drie of vier lagen, trapsgewijs oploopend, geborgen en volgens den stuurman alleen met zeil doek, volgens den kapitein buiten dien met planken afgedekt. Te New Castle werd te^en die vaten aan een party steenkool geladen. By vertrek van Newcastle, op 15 Juni, werd reeds een sterke naftalucht waarge nomen, zoodat gewaarschuwd werd niet met vuur of licht in het bene denschip te komen. Het was storm achtig, zwaar weer, zoodat men geen maatregelen kon nemen tot bijzon dere ventilatie van het ruim. Op den I6ën Juni ontplofte de nafta en sloeg het beschot der machinekamer in met het gevolg, dat de machine onklaar werd. Buitendien werden de kop en de luiken van het ruim weggeslagen. Uit vrees voor eene tweede ontplof fing werd de bakboordsboot buiten boord gezet. Er volgde geen tweede ontploffing, doch het schip maakte veel water. De openingen van het ruim werden zoo goed mogelijk dicht gespijkerd. Den volgenden dag zonk ae Caledonia na door een Engelsche steamtrawler een eindweegs gesleept te zijn. De equipage werd gered doch de donkeyman was door de ontploffing gedood. Bij het verhoor toonden eenige leden van'den Raad zich ontevreden over de wijze van lading der nafta tusschen oud blik in plaats van op kophout, en over het feit, dat na de ontploffing geen pogingen meer wer den gedaan om op eigen stoom de kust te naderen, De machinist ver klaarde dit laatste niet te hebben aangedurfd uit vrees, dat de nafta met het ketelvuur in aanraking zou komen. Diamanthandel. Eenige groote kooplieden in diamant te Amsterdam hebben gisteravond officieel bericht ontvangen dat het invoerrecht op geslepen diamant in de Yereenigde Staten is vastgesteld op 10 percent. Ten teeken van vreugde over dit voor Amsterdam hoogst ge wichtige nieuws hebben deze heeren uit de dépendance van het „Amstel- Hotel" aan de Tulpstraat waar de diamantbureau's zijn gevestigd, de Amerikaansche en Hollandsche vla< gen gestoken. Hbld. Een mceielijke begraienis. Onlangs werd melding gemaakt van een dikken wielrijder. J. ter Gouw haalt in een zijner nummers ook een dilckert aan op de volgende manier. In de eerst'e helft der voorgaande eeuw had men te Amsterdam op den hoek van 't Singel en de Lynbaans- steeg, een zalmhuis, en de baas van dit huis, Kornelis van Stijn, alias de Dikke of Dikke Kees, was onder derdehalfhonderdduizend Amsterdam mers de dikste. Hij woog, volgens Jacob Bikker Raye, precies 466 pond. Deze dikzak kwam den -25sten Oct. 1751 te ster ven, en nu was er een buitengewone drukte aan 't sterfhuis, want de be grafenis eischte buitengewone maat regelen. Toen de kièt thuis gebracht werd, bleek die niet alleen drie voetl hoog, maai- aan 't hoofdeinde zelfs meer dan 3 voet breed te zijn. Er was geen baar in of om Amsterdam te vinden groot genoeg voor zulk een kist, en er moest dus opzettelijk zulk een groote baar voor gemaakt worden. En daarby verklaarde de aanspre ker, die „'t lijk had", dat geen 12 dragers zulk een lichaam, kist en baar torschen konden, maar dat er een dubbel getal noodig was. Eindelijk was alles gereed, en alle omringdej buurten liepen uit, om te kijken. De baar stond voor de deur, de vrienden waren in huis, de aanspre kers en vrienden stonden op en voor de stoep. tislgB Juist kwam een sleper voorbij met een vrachtslee, beladen met vaten, reed tegen de baar en den arm er af. Dadelijk een standje met het ge bruikelijke geschreeuw; en daarna een beraadslaging, en eindelijk een be sluit, dat de begrafenis moest uitge steld worden. De „vrienden in huis", de aansprekers, dragers en kijkers konden weer naar huis gaan, oin 's an deren daags, als de baar gerepareerd zou zyn, terug te keeren. Aangeteekende brieven vermist. Den 16en Juli zijn vermist de 4 na volgende aangeteekende brieven per spoor vervoerd en bestemd voor het postkantoor te Leiden: 1 afgezonden te Hasselt aan het adres vanTHulsmans te Hazerswoude, inhoudende dagvaardingstukken 1 afgezonden te Laeken, bestemd voor Ludwig frèr. te Hillegom, be vattende eene onbetaald gebleven quitantie, groot fr. 61.87,; 1 uit Goes, bestemd voor den heer J. L. Goemans te Leiden, inhoudende een bankbiljet van 100 gulden, F. V. 9781het couvert daarvan was klein en voorzien van 5 lakstempels met geslachtswapen 1 uit Zieriksee, aan het adres van mej. B. Muller te Leiden, postrestante, bevattende een muntbiljet ad f 10. De commissaris van politie te Lei den verzoekt opsporing en inbeslag neming van voorzegde brieven en inhoud, alsmede bij vinding bericht. De bezitter van het bankbiljet ad f 100 F. Y. 9781 kan daarvoor f 125 bekomen, indien hjj omtrent de hei- komst inlichtingen weet te geven. Dierenmishandeling. Proces-verbaal is opgemaakt tegen een slager in Den Haag, die een koe eerst met een knuppel heeft mishan deld en het dier daarna met een schaar eenige steken gegeven heeft. Door den bliksem getroffen. Dinsdagavond is te Bladel een jon gen. die op straat liep te spelen, door den bliksem getroffen en gedood. Dinsdagavond zijn te Hapert tijdens het onweder de dochter en de zoon van den brievengaarder Klaassens door den bliksem getroffen en gedood; de gedoode vrouw was weduwe en laaUtwee jeugdige kinderen achter. Gedurende het ontzettend onweder, dat Dinsdagavond boven Oostelijk- Noordbrabant woedde, sloeg te Hel mond de bliksem in den toren van het Liefdegesticht, vernielde daar al het ijzerwerk, terwijl de. leien her en derwaarts verspreid werden. In de fabriek der firma Ramaer werd in den schoorsteen een scheur ge maakt van ruim twee handen breed. In do weverij werd een groot gat in den grond geslagen en ontstond een begin van brand". Ook bleek van een weefgetouw het daarop gespannen garen totaal verbrand te zijn. Bij de firma Prinzen en Yanglabbeek wer den verscheidene ruiten vernield en het electrisch licht uitgedoofd. "'e Beek en Donk werd een molen door het hemelvuur getroffen, die ge heel afbrandde. Bovendien werden van uit Helmond nog branden waar genomen in de richting van Boekei, Erp en Uden. Tijdens het onweder. dat Woens dagmorgen woedde, is te Zaandam de bliksem ingeslagen in de schuur ach ter het woonhuis van den heer Leen hart Avis en in de walschoeiïng van den heer H. Vis Jr. Brand werd niet veroorzaakt en niemand werd ge troffen. De brand te Arnhem. Omtrent den brand, die Dinsdag avond op het tentoonstellingsterrein Sonsbeek te Arnhem woedde, meldt men nader: „Omstreeks 8 uur hoorde men in de stad: „Sonsbeek staat in brand!" Men meende dat het land huis zelf in vlammen opging. Het bleek evenwel, dat het slechts de oraugerie was, waarin de kunstzaal was gevestigd, d. i. de zaal met de Moorsche meubelen, de Deventer tapijten, de Apostelenklok, de collectie zeldzame uurwerken uit de 16e, 17e en 18e eeuw, de fayence d'Utrecht- artikelen, de bronzen en marmers. Dit gebouw is geheel in vlammen opgegaan. Men neeft alleen de col lectie uurwerken kunnen redden. Een stuk der Apostelenklok is er ook uitgehaald, maar wat beteekent dat? Het vuur schijnt in het gebouwtje waar de schildoryen van v. d. Waav en Wit kamp (Dante's Hemel en Hel) wer den ten toon gesteld, te zijn aange komen. I Er was een ontzaglijke menigte op de been. Het brandende gebouw leverde tusschen de boomen dooreen phantastisch gezicht op. Den nek gebroken. Luitenant F. de Ridders, van het le regiment veld-artillerie te Amers foort, thans gekampeerd in de leger plaats bij Oldenbroek, heeft daar bij een val den hals gebroken, zoodat de dood onmiddellijk intrad. De overle dene was eerst vier jaar officier. Van vreugde gestorven. Dezer dagen ontving een familie te Breda op 't onverwachts de aange name tijding, dat de zoon, dien men nog 'steeds in Indië waande, op den terugweg was naar Holland. Deze heuglijke tijding greep de oude moe der dermate aan," dat zij aan de ge volgen is overleden. Verdronken. Te Beininel (O. B.) is Woensdag ochtend de heer F. H. B. toen hij met een bootje zich overzette, met zijne beide knechts in de zoogenaamde Sprang langs den dijk in het water geraakt en verdronken. Kat-knuppelen. In enkele dorpen van West-Fries land is nog het oude katknuppelen als volksspel in zwang. Wel wordt niet meer eene levende kat, gelijk voor een dertigtal jaren, in het vaatje opgesloten, doch in zijn wezen is het spel gelijk gebleven. Aan een tusschen twee boomen gespannen touw wordt in het midden een botervaatje opgehangen. De spe lers plaatsen zien op ongeveer tien meters van dit doel, en werpen beur telings een korte knots naar het vaatje. Bij een eenigszins geoefend speler is deze worp zelden mis. Spoe dig beginnen de hoepels van het vat los te springen en bij een groep van twaalf geoefende spelers ligt het vat bij drie omgangen gewoonlijk in dui gen. In het vat zit de denkbeeldige kat bestaande in een klos door een gat in den bodem aan een touwtje bevestigd. Wie het geluk heeft een faoepel te doen springen ontvangt eene vooraf vastgestelde premie, de val van de kat geeft den prys. Een veertigtal liefhebbers vermaak ten zich den 20en te Schagen met dit spel, by welke gelegenheid vijftien vaatjes kort en klein werden geslagen. Brand te Leeuwarden. Woensdagmorgen omstreeks 6 uur brak te Leeuwarden een hevige brand uit in de woning van den heer Verg- nes, winkelier aan den Wirdumerdijk. De eerste en tweede verdieping zijn uitgebrand. De belendende woning van den bakker Swildens leed mede be langrijke schade. De bewoners van het belendende perceel, waaronder drie jonge kinderen, werden slechts met moeite gered. Jeugdigê verzamelaars. Dat de liefhebberij voor verzamelen by volwassenen soms wonderlijke bloe men draagt is bekend, maar onze schooljongens kunnen daarin ook ver rassende en geheel onverwachte proe ven afleggen. Vooral onderwijzers zouden daarvan vermakelijke staaltjes kunnen meedeelen. Overbekend is de oudroest verza melaar, die dikwyls in groote gezinnen l dat hartcnaas en schoppenboer, mits- voorkomt. Hy houdt er een kistje op na, waarin inen alles kan terug vinden, wat door de broertjes en zusjes werd weggeworpen, doosjes, een poppekop, een gebroken mes,, spijkers vooral, een eindje koperdraad, bijzondere steenen, een pypekop, enz. enz. te veel om op te noemen. De broertjes en de zusjes helpen door gaans aan de verzameling mecj totdat zy een dreigende uitgebreidheid ver krijgt, en moeder met den schoonmaak tijd een kleine opruiming houdt. Het verzamelmstinkt ontwikkelt zich echter tot nog tal van andere vormen. Een zekere vermaardheid hebben de postzegelverzamelaars ge kregen, terwijl voor anderen de brief kaarten of tramkaartjes weer meer aantrekkelijkheid hebben. Verzame lingen van knoopen zijn ook niet zeld zaam. Ik heb een jongen gekend, die er een verzameling van fleschjes op na hield; vreemde vormen en kleuren waren zeer door hem gezocht. Een ander had een verzameling van steen tjes en schelpjes, waarin ook weer kleur en vorm de voornaamste rol speelden. Verzamelingen van doosjes, waarin de apöthekersdoosjes sterk vertegenwoordigd zijn, zyn ook niet zeldzaam, vooral in gezinnen, waar men veel met ziekten te worstelen heeft. Een zoontje van een predikant wijdde zyn krachten aan een verza meling van naamkaartjes. Men moet dikwijls den ijver en vol harding bewonderen, waarmee al die nutt-elooze zaken bij elkaar worden gesleept. Bovengenoemde verzamelingen ont moet men doorgaans in groote steden. Op kleinere plaatsen vindt men dik wijls verzamelingen van planten, bloe men, steenen, eieren, vlinders, kevers, enz. en deze zijn, boven de eerstge noemde, zeer aan te bevelen. Het zou van groot nut zijn, wan neer de ouders iets meer belangstel ling toonden in de verzamelliel heb- berij hunner kinderen. Ook daarin moeten ze geleid worden en vooral de stadsche verzamelaars van allerlei waardelooze voorwerpen moest men in een beter spoor trachten te brengen. Een mijner kennissen, een onder wijzer te Amsterdam, wydt zijn bij zondere aandacht aan de verzamelaars van zijn school. Hij neemt altijd met veel belangstelling kennis van hun liefhebberij en helpt, als het iets goeds is, mee. Verder wekt hij steeds zijn leerlingen op tot het verzamelen van prenten en platen. Het nut hiervan heeft voor twee honderd jaren Amos Comenins al ingezien, toen hij zyn Afgebeelde Wereld in het licht gaf. Deze verzamelingen, al zijn ze ook nog zoo primitief, werpen altijd nut af. Mijn vriend werkt zelf mee en van tijd tot tijd hoopt hij eens een jaargang van een tijdschrift met mooie platen te bezitten om de verzamelaars te kunnen steunen. Omtrent een der verzamelingen vertelde hij my het volgende: „Ik had een jongen van 9 jaar in de klas, die met ijzeren volharding alle gebruikte pennen, die hij maar kon machtig worden, bij elkaar droeg. Een verzameling van lucifersdoosjes, om de pennen te kunnen bergen, nep daarmee evenwijdig. Ik had hem reeds dikwijls aan vreemde of nieuwe pen- vormen geholpen en toonde dus be langstelling, maar liet toch niet na, hem op het nuttelooze van zijn arbeid te wijzen. Later bracht ik hem op het idee van een plaatverzameling en ik beloofde hem een portefeuille en eenige vrijwillige bijdragen, als hij er zin in kreeg. Hij kreeg er zin in en deed de pennenzaak aan den kant. De eerste opzet der verzameling was primitief en droeg de sporen van hartstochtelijken ijver, want hartenaas en schoppen-boer benevens eenige bonte reclame-platen waren mede op genomen. Het glanspunt bestond uit de lin kerhelft van een plaat naar Mun- kacszy's „Christus voor Pilatus" en een reusachtig ganzebord, dat in vie ren moest gevouwen worden om in de portefeuille plaats te kunnen vinden. In de vacanties werd de verzameling gaandeweg gelouterd en zij kreeg langzamerhand een beter aanzien. Myn leerling bleek later een liefheb ber van geschiedenis te zijn en zijn verzameling droeg daarvan spoedig de sporen. En thans na vijftien jaar is dit de verzameling geboren geworden een keurige collectie historieplaten en portretten, die menige inrichting eer zou aandoen. Het spreekt van zelf gaders het ganzebord en dc halve Munkacszy uit de portefeuilles ver dwenen zijn." Onlangs vertelde my een sergeant der infanterie, dat hij in zyn jeugd een hartstochtelijk verzamelaar was ge weest vau allerlei onderdeelen van uurwerken en dat hij daarin werd gesteund door een paar horlogemakers uit zijn woonplaats. Deze liet hebbery had voor hem het practisch nut afge worpen, dat hij thans de vraagbaak van zijn bataljon was in alle zaken, die betrekking op vuile en ongere geld of niet loopende uurwerken had den en dat hy rekenen kan op een bijverdienste van een paar honderd gulden per jaar. Onder jeugdige onderwijzers zijn de verzamelaars van waardelooze boe ken niet zeldzaam. Ook deze lief heb- berij is zeer af te keuren, want zij is kostbaar en levert totaal geen nut. Tel Letteren en Kunst. De 18e jaarlijksche examen? der Nederiandsc'ne Tóonkunstenaars-Ver- eeniging zijn Woensdag te'sGravenh, in het lokaal „Pulchri Studio" voort gezet. Van de 4 candidaten zijn geslaagd voor viool (lager onderwijs) mej. H. M. Peters, te 's Gravenhage. Bayreutli. Uit Bayreuth wordt ons geseind: Met een in alle opzichten zeer ge slaagde opvoering van het voorspel Rhemgold is de trilogie van den Ni- belungen-Ring geopend, onder leiding van Hans Richter. Wotan's verschijning was het eerste optreden van Anton van Rooyinhet Festspielhaus. Onze Hollandsche zan ger heeft de verwachting niet teleur gesteld. Zijn Wotan was een voor treffelijke creatie, zijn eerste uitmun tende medewerking is een beslist succes geweest. N. B. Ct. schelmen, die onze huizen geplunderd en ze daarna boven ons hoofd hebben aangestoken, spoedig allen verdwenen zyn."' „Wat zegt gij daar? Wie heeftu beroofdWie uw huizen aangestoken?" „Roovers, schelmen, die zich Fransche soldaten noe men, kapitein." Het gelaat van den ouden man werd bleek als van een doode. „Fransche soldaten „Ja, zij droegen tenminste een Fransche uniform. Dien middag waren ze gekomen, moede als de vliegen in den herfst, met vuil en stof bedekt; de wapenen hadden zij weggeworpen en zij deden alsof de duivel hen op den rug zat, wanneer zij van de Pruisen spraken. Wij hadden medelyden met hen en gaven hun te eten en te drinken. Als uitgehongerde wolven vielen zij op het voedsel aan. Toen echter wilden zy meer hebben en eischten ten slotte ook geld. Toen wy dat weigerden, werden zy razend, ze sleepten de wijnvaten uit de kel ders, pleegden in hun dronkenschap allerlei baldadig heden en staken ten slotte de huizen in brand. Die schurken die lafaards Dat was inderdaad het toppunt van smaad en Joanne begreep nu den twijfel en den angst der mannen, die gewaarschuwd hadden voor den oorlog met het ver sterkte, vereenigde Duitschland en die de gebreken van hun eigen leger meedoogeloos hadden blootgelegd. Een koele onverschilligheid omtrent het lot van een leger, dat zoo weinig kracht had getoond in een eersten stryd, en dat zulke lafaards bevatte, sloop in het hart van Jeanne, wier verlangen, de zegepralende Pruisen te zien, van uur tot uur wies. Eenige dagen moest zij intusschen wachten en reeds dacht zij, dat al die vertellingen over de vlugheid der Pruisische manoeuvres overdrijving waren en sprookjes van de moede!ooze Fransche soldaten, toen zy het op eens anders gewaar werd. Men had juist plaats genomen aan de middagtafel, toen plotseling een doffe slag dc vensterruiten deed rinkelen. De kapitein sprong op. „Dat is een kanonschot! Men heeft in de vesting geschoten Een tweede slag volgde en de bergen kaatsten het donderend geluid van het schot tienvoudig terug. „De Pruisen zijn erzeide de kapitein in diepe ontroering. „Komt. laat ons zien, van welken kant zij op de vesting aanvallen." Hij klom, gevolgd door de beide meisjes, in den kleinen torén, die zich op het slot bevond. Opmerk zaam keek hij in dc verte. Josephine drukte zich sid derend en angstig tegen hem aan, terwijl Jeanne, de handen, steunend op den rand van het platform, met voorovergebogen lichaam scherp den grootcn weg langs keek die zich van de „Duitsche Poort" van Pfalz- burg in een rechte Jyn door Quatre Vents uitstrekte, om zich weldra in het dichte bosch van Zabern te ver liezen. Hel schitterde de middagzon op den witten landwegde lucht scheen te trillen over den weg en de velden er heerschte een drukkende zoelheid en de stilte van een zomermiddag rustte op het landschap. Daar klonk een derde schot en op het bastion bij de Duitsche poort steeg een dikke, witgrijze rookwolk om- Sport en Wedstrijden. Schietwedstrij den. Uitslag van den schietwedstrijd der vereeniging van officieren dei' schut terij in Nederland, gehouden te 's Her togenbosch, 20 Juli. Personeele wedstrijd, geweer; af stand 150 M. Eerste klasse: le pr. kapt. Lioni, Amsterdam, 52 punten2e pr. le luit. v. Goch (rustend schutter), Loos duinen, 51 p, 3e pr. kapt. v. Oostzee Rotterdam, 51 p.; 4e pr. kapt. Haas, Amsterdam, 50 p. 5e pr. 2e luit. v. Enthoven, Nijmegen, 49 p.; 6e pr. le luit. "Wydom, Tilburg, 49 p.' 7e pr. le luit. v. Alphen, Rotterdam, 48 p.; 8e pr. kapt. Scheffers, 's-Her togenbosch, 48 p. Tweede klasse: le pr. le luit. v. Worp, Rotterdam, 45 punten; 2e.pr. 2e luit. B. v. Lamsweerde, 's-Her- togenbosch, 42 p.; 3e pr. kolonel Boellaard, Amsterdam, 34 p. Personeele wedstryd, revolver; af stand 25 pas. Eerste klasse: le prys leluit.-adj. Baerends, 's-Gravenhage 57 p.; 2e pr. kapt. Galjaard, idem 56 p.; 3e pr. maj. Rits, s-Hertogenbosch 54 p.; 4e pr. kapt. Boest-Gips Rotterdam 50 p. Tweede klasse: le prijs kapt. V. d. Leyé. Rotterdam 50 p.; 2e pr. kapt.-adj. Van de Well, 's-Hertogen bosch 47 p.; 3e pr. offi. v. gezondh. Wolfi, idem 35 p.; 4e pr. oud-auditeur v. Wijck, Hilversum 31 p.; 5e pr. le luit. v. Worp, Rotterdam 31 p. Wedstryd vrije baan, geweer; af stand 150 M. le pr. le luit. Barends 's-Gravenhage, 56 p.; 2e pr. 2e luit. v. d. Mortel 's-Hertogenbosch, 54 p.; 3e pr. kapt. Scheffers idem 53 p.; 4e pr. kapt. Galjaard 's-Gravenhage 53 p.; 5e pr. kapt. Prins, Amsterdam 53 p.; 6e pr. kapt. Boest-Gips Rot terdam, 53 p.; 7e pr. kapt. v. d. Leijé, Vlissingen, 52 p. Wedstrijd vrye baan, revolver; af stand 25 p. le pr. maj. Rits, 's-Her togenbosch, 61 p.2e pr. le luit. adj. Baerends 's Gravenhage 61 p.3e pr. kapt. van Rijekevorsel, 's-Hertogen bosch, 59 p.; 4e pr. le luif. v. Alpheq Rotterdam, 57 p. Flobert-wedstrijd, afstand li Een prijs, toegewezen bij loting aan den le luit. V. Alphen te Rotterdam, met 58 punten. Een gelijk aantal punten behaalde dé kapt. Beest Gips te Rotterdam en L. Rijkboel 's Hertogenbosch. Flobert-wedstrijd voor dames, stand 15 pas. le pr. Jonk vrouwe der Does de Willcbois. 2e pr. N van de Well, 3e pr. Meer. Willi allen te 's Hertogenbosch. Uitslag van den snelvuur-weds te Breda gehouden. Hierin we uitgeloofd vijf prijzen, ieder ter y de van f 40. De winner van den eoi prijs bekomt daarbij een zilveren werkrans met inscriptie, bcneveu sjerp met zilveren schild als sneb- kampioen 1897. De sjerp stelt hi jaar tot gelyk doel ter beschik van het bestuur, ten einde aan opvolger, onder dezelfde voorwan te worden overgedragen. Winne 1896 H. G. Koster Wz. In 1897H. G. Koster (beh den sjerp), (2e pr.) Sillem, (3e v. Raavenswaay, (4e pr.) v. d. B( (5e pr.) Fabius, 6e pr.) Posthu Koster deed 120 schoten in 14% Rivierre, Huret en Cordang zi deil 14en en löen Augustus ia Vélodrome du Pare des Prince Parijs een 24-uurswedstrijd hoe De disqualificatie van Hnret is geëindigd. GEMENGD NIEUWS Werkstaking in de Borin De werkstaking in de Bori wordt met dezelfde kracht vooi zet. Wel is hier en daar het hervat, namelijk in het zuidelijk van het district, te Dour, Bouss Elouges, maar dit heeft niet ve> beteekenen. De staking is thans in de vi week en overal is de ellende on tend. Men maakt zich op, oi helpeninteekenbiljetten circuk groote aanplakbiljetten in alle fische mijndistricten wekken dt eiders op hun stakende makkei de Borinage te ondersteunen en mededeeling van het vertrek naai Belgische en huitenlandsche ni heidscentra van afgevaardigden' last met het vragen van hulp socialistische en andere arheij groepen. Dat ook de handel zwaar spreekt van zelf en het einde crisis is nog niet te voorzien, t de ontmoediging der arbeiders I zamerhand tot de mijnen terughi'i immers alle onderhandelingen me werkgevers om tot de vergade van het reglement te komen, zonder resultaat gebleven. Hier en daar geeft de staking leiding tot opstootjes, o.a. te Jei pes, waar de stakers eenige kan den, die aan het werk gingen wilden beletten. Er ontstond gevecht met steenworpen, waa de gendarmerie met yeel moeite einde maakte. Een aantal werkli zullen vervolgd worden. Bij Mons, Hornu, Boussu andere plaatsen gebeurde iets d< lijks. Te Hornu werd een verg ring verboden, waar de bekende fred Defuisseaux zou optreden. Eene wapenschouwing Eene wapenschouwing des: m is Donderdag te Londen gehou Generaal Booth heeft zijn tro uit alle deelen der wereld de t laten passeeren. De „ontvangst" van den gem geschiedde op hoogst eigenaai tooneelmatige wijze. Voor op platform in de zaal stond een die blijkbaar ledig was, want zij bijna geheel plat. Maar op een geven teeken rees de tent omlioo werd de generaal, zittende aan kleinen tafel, onthuld. Zoodrü menigte hem gewaar werd, gin een machtige juichkreet op. Na dit opzichtig begin volgd eigenlijke revue. In groepen trok heilsoldaten, voorstellende het van het heilsleger sedert 1886, den generaal. De banieren legdei tuigenis _a_f van den strijd die ge den isv Velé ópScïirlften als,>I zeblib bestreden in hospital „Slachtoffers om der wille van geweten" en „De Torquayheli werden levendig toegejuicht. De g pen in hun verschillende natio kostuums werden met geestdrift groet. Na de processie hield de genei hoog. Uit de poort kwam een troep Fransche infan teristen en mobiele garden te voorschyn. In den looppas ijlden zij vooruit, splitsten zich op den kruisweg in tweeën, het eene gedeelte ging naar Quatre Vents, liet andere naai- Büchelberg. Nauwelijks waren zy echter eenige honderden schre den gegaan, toen hun uit het woud enkele geweerscho ten tegeukraakten met den scherpen, korten knal. „Ah, daar zijn de Pruisenzeide de oude kapitein, diep ademhalend. „Ziet u, daar aan den rand van het woud rechts en links van Büchelbergdie terreinen heb ben zij reeds bezet en nu trekken zij aan den over kant van Quatre Vents door het Bois des Chênes zie, het vuur wordt levendiger!" De Fransche schutters hadden zich op den grond ge worpen achter de heggen der tuinen en beantwoordden het vuur dei' Pruisische soldaten, van welke nog niets te zien was, dan de flikkering en de rook hunner ge weren. Het gevecht ontwikkelde' zich steeds meer. Weldra ontstond er een geregelde linie van vuur langs den rand van het bosch dicht bij Chateau Pcrnette knetterde liet geweervuur ook en een gedeelte der Fransche soldaten kwam uit de kloof van Bonne Fon taine te voorschyn en stormde in vluggen loop op Chateau Pcrnette los en bezette de tuinen, muren en heggen daar, die het huis omgaven. „Het is beter, dat we maar in huis gaan", zeide de kapitein. „Een verloren kogel kon licht hierheen ver dwalen." Josephine snelde reeds de trap af, Jeanne bleef be daard op den toren staan en vroeg haar oom j verlof het gevecht te mogen aanzien, „Ik zoq mij graag mét eigen oogen willen overtui oom, of deze Pruisen werkelyk zoo vreeselyk zijn, men ze ons Heeft afgeschilderd." „Je bent een dapper meisje", antwoordde de li tein, „ik blyf bij .je." Nauwelijks vijftig schreden van hen verwijderd een afdeeling Pruisische jagers een muurbezet schoot met langzaam tiraillecrvuur op de Franse! die de Allee des Dames trachtten te veroveren, jonge, slanke officier stond midden in liet vuur Franschen. Duidelijk kon Jeanne den Duitsehen ofli zien; zij kon zelfs de trekken van zijn gelaat, blonden knevel, de groote, heldere oogen, die oplett dan hier-, dan daarheen blikten, de gebruinde watt en het krullende blonde haar, dat te voorschyn kv onder den zwarten shako, onderscheiden. De offi stond, op zijn degen leunend, schijnbaar rustig, ter hij do vyanden beschouwde en zijn soldaten nu en een kort bevel toeriep. Dan kraakten weer enl schoten en het langzame vuur werd' wat levendige] W&rdt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1897 | | pagina 2