erste Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Premie-Roman.
J. C. Peereboom,
FEUILLETON.
PRINS BORGENSKY.
|5e Jaargang.
Zaterdag 16 October 1897,
Mo 4335
HAARLEM'S JAQBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Yoor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom dei-
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers 0.05
(Geïllustreerd Zondagsblad, Yoor Haarlem, per 3 maanden0.30
„de omstreken en franco per post
Van 1 5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Pablicité Etrangère G. L. 'DAUBE Co. JOHN F. JONES, Snee.Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Adyertentiën van 1regels f 0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel f0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijnBloemendaal, Sandpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, SandpoortHeemstede, J. LEUVEN, bij de tolSpaarndam, C. HARTENDORPZandvoort. G. ZWEMMER;
Veisen, W. J. RU1JTER Beverwijk, J. HOORNSHiUegomA$IE HOPMAN, Molenstraat Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
Met. het vorig nummer is de fraaie
remie-Roman de Houtvester van
argrabowo afgeloopen.
Dé uitgave wordt voorbereid van
in nieuwen en zeer boeien den Ro
an, waarvan het eerste gedeelte de
Igende week by de Courant zal
rschijnen.
Deze week verschijnt derhalve geen
levering Premie-Roman.
Directeur- Uitgever.
By den Uitgever J. C. PEERE
OOM is verschenen
laarlemsche Schetsen
Tien Teekeningen van P. v. Looy.
8 et byschriften van Fidelio.
Pry's gecartonneerd f 1.—.
Voorhanden by de navolgende Boek-
mdelaars hier ter stede:
JH. N. MUL.
D. J. van der WILK.
DE HAAN en ZOON.
ERVEN LOOSJES.
GE BR. VAN BREDERODE.
P. KUIPERS.
Firma J. F. van DOBBEN.
P. van CITTERT ZONEN.
Het Haarlemsch Advertentieblad
V n 7 September j.l. zegt van deze
tgave o. a.:
,De schetsen zijn: de Yleeschhal
inde Meijer, de Orgeldraaier, Na
Haarlemsche Kermisde Haar-
Cche Paar denloterij, de Man met
Baard, onze Bouwverordening
en angstig óogenblik, Een lastig
rbod, De Politie op het Rijwiel.
Sommigen der schetsen bevatten
gvrtrettenwaarvan enkele geslaagd
ogen heeten.
En dan verder:
De bijschriften, soms wat moraal
verbalenden vorm, soms geestig,
ms wat ingehouden met iets van
fc zou wel durvenmaar ik wil
et," zijn wel waard als toelichting
r schetsen gelezen te worden.
No. 42 van het Weekblad voor de
Jeugd.
(Elk No., groot 8 bladzijden, bevat
tal van fraaie, gekleurde platen en
een voor kinderen alleraardigsten
tekst. De prys per 3 maanden is slechts
50 Cents.)
Het bijvoegsel van dit blad dat
lier dag avond oer schijnt zal bevatten:
nder het lijkkleed. Haarlemmer Hal-
L. CCLXL1I. Binnen- en Bui-
nlandsche berichten. Varia.
dvertentiën enz.
Aan hen die daarop zijn ge-
lonneerd, wordt hierbij verzonden
Politiek Overzicht.
Het ontbreekt de turksche regeering
niet aan welwillendheid ten opzichte
van hunne verslagen vijanden, de Grie
ken. Hiervan' is het volgende een
staaltje. De grieksche regeering heeft
by de mogendheden aangedrongen op
het herstel der grieksche consulaten,
het terugkeer der grieksche onder
danen naar Turkije, nog vóór het
vredesverdrag zou zyn onderteekend.
Hoewel het antwoord der mogend
heden was, dat dit verlangen niet
voor inwilliging van den kant der
Porte vatbaar was, wyl art. 8 der
vredesvoorwaarden het herstel der
grieksche consulaten niet verplich
tend stelt, toont de turksche regee
ring groote welwillendheid door mede
te deelen, dat deze quaestie misschien
zou kunnen worden geregeld, zoodra
de grieksche vertegenwoordigers te
Konstantinopel zyn aangekomen.
Bedoelde afgevaardigdenprins Ma-
vrocordato en de oud-minifiter Stefano
zijn juist Donderdag naar Konstan-
stinopel vertrokken met hun volmacht
voo; het sluiten van het defii",5o"°
vredestractaat.
Donderdagavond heeft te Parys
het feestbanquet plaats gehad, aan
geboden aan president Faure als
een uiting van de vreugde, die
in Frankrijk heerscht over zyn be
zoek aan Rusland en het woorden
resultaat daarvan. Er namen 750 per
sonen deel aan het diner, dat op de
Beurs werd gehouden, aangeboden
door handel en nijverheid.
In antwoord op een heildronk van
Gay, president van het handelstribu
naal te Parys, gewaagde Faure van
de diepe ontroering, die hy onder
vond toen Parys door zyne toejuichin
gen zyn vaderlandslievende genoeg
doening te kennen gaf over de woor
den, die er te St. Petersburg gewis
seld waren. Het is door de groote
wijsheid en politieken geest zeide
de president der Republiek dat de
democratie zich verblijden mag over
de verkregen uitkomsten.
De republikeinscbe instellingen
waarborgen den binnenlandschen
vrede en verzekeren naar buiten een
bestendigheid van meeningen en be
leid, zonder welke niets blijvends
kan tot stand komen. De president
deed een warm beroep op den Fran-
schen handel om de buitenlandsche
markten te veroveren, en noodde
Frankrijk op de groote samenkomst
van 1900, waaraan de vreemde vol
keren zoo'n ruim deel zullen nemen.
Sir William Lockhart, do aanvoer
der der Britscbe troepen aan de
noordwestelijke grens van Engelsch-
Indië, heeft tot de oproerige Afridi-
en Orakzai-stammen een proclamatie
gericht, waarin gezegd wordt, dat alle
gunsten door de Britsche regeering
toegestaan aan deze stammen tenge
volge van hunne aanvallen op En-
gelsehe troepen en forten vervallen
zijn verklaard ei', dat de Engelschen
uit het hart van hun land hun nieuwe
voorwaarden zullen voorschrijven.
Wanneer de stammen, zich terstond
onderwerpen en weer goed maken
wat zy bedorven hebben, zullen de
Engelsehen lmn geen onnoodige schade
toebrengen.
De correspondent van de Times
verwacht, dat de oneenigheden onder
de stammen ten gevolge dezer pro
clamatie zullen toenemen, maar de
Afridis en Orakzais kunnen niet la
ten stand te houden tegen de Engel
schen.
In de Malakand-streek nabij Jhar,
waar Sir Bindon Blood met zijn troe
pen manoeuvreert, is bet rustig. De
Mohmands hebben zelfs hulp aange
boden voor de gewonden.
Een aanval van de Orakzai's op
Sheiiawari wordt waarschijnlijk ge
acht, maar generaal Yeatman Biggs
moet daar sterk genoeg zyn om een
aanval af te slaan.
Ernstiger is het bericht, dat uit
een ander deel van Indië. uit Man-
dalay, de hoofdstad van Opper-Bur-
ma in Achter-Indië komt. 25 Bur-
manen, gewapend met lange messen,
hebben plotseling een aanval gedaan
op het fort by Mandalay, Fort Duf-
ferin, waar een Engelsche bezetting
ligt. Een paar Engelsche officieren en
minderen werden gewond en acht
van de aauvallers gewond of gedood.
Is er verband tusschen deze nieuwe
oproerige beweging en die in Voor-
Indië? Het heeft er veel van alsof
er een algemeene wind van ver
zet tegen het Engelsche gezag waait
in heel Azië.
De Foss. Ztg. wijst er op, dan men
in Engeland ongerust begin te wor
den over den staat der Indische finan
ciën. De laatste hongersnood heeft
tien millioen pond gekost, behalve de
vrijwillige bijdragen de veldtocht in
het Noordwesten heeft nu reeds twee
millioen verslonden. Engeland zal dus
wel een subsidie moeten geven, want
de minister van financiën in Indie
heeft verklaard, dat er geen nieuwe
belastingen meer kunnen worden ge
heven.
Een deel van de Londensche pers
ziet dit in en spreekt reeds over een
subsidie van het moederland.
van men echter verwachten kan Zon
dag ze ook bezet te zullen zien, daar
a toch niet mag veronderstellen,
dal Haarlem zou willen achterstaan
by die andere plaatsen in ons land,
waar het schitterend talent der groote
tragédienne op zoo grootsche wijze,
en wel in de eerste plaats door goed
gevulde zalen, gehuldigd is.
Jacques de Boer.
Dinsdag 26 October a.s. zal de heer
Jacques de Boer met het gezelschap
der vereenigde Rotterdamsche Too-
neelisten, firma le Gras en Hassels,
zyn afscheid van het Haarlemsche
publiek komen nemen. Opgevoerd
wordt dan l'Arronge's bekend blij
spel „Dokter Klaus.
Donderdagavond vergaderden be
woners van de Gierstraat tot bespre
king van de versiering op den Ko
ninginnedag in 1898. Als bestuur
werden gekozen de heeren A. M.
Randoe, G. J. van Gasteren, J. Wil-
lems C. Branns en A. F. Ker-
rebyn.
De bijdrage van de bewoners der
straat zal worden berekend per strek-
kenden meter.
De commies der posteryen 3de kl.
J. J. van Houwemnge is verplaatst
van Gouda naar hier; de commies
3de kl. jbr. G. K. van den Santheu
vel van hier naar Breda.
De vrouwelijke tydelyke telefonist
W. M. C. Cornelissen is verplaatst
van Rotterdam naar hier.
De le luit. jhr. E. W. van Panhuijs
van den staf der genie alhier, wordt
1 December overgeplaatst by het
korps genietroepen "te Utrecht.
STADSNIEU WS.
eerste en derde pagina.
Haarlem, 15 Oct. 1897.
Schouwburg.
Sarah Bernhardt.
Omtrent de voorstelling a.s. Zondag
door Mme. Sarah Bernhardt te geven
kunnen wy mededeelen, dat de daar
voor tot dusverre betoonde belang
stelling groot is. Toch zyn er nog
vele plaatsen in balcon, stalles, le
loge en ook op gaandery (2e loge is
reeds geheel en parterre nagenoeg
geheel uitverkocht) beschikbaar, waar
BINNENLAND.
Uit de „Staats-Courant".
Kon. besluiten.
Overgeplaatst in zynen rang bij
het wapen der infanterie van het leger
in Nederlandsch Indië, de tweede
luitenant G. L. N. Britt, van het
korps genietroepen, met bepaling, dat
de anciënniteit van dien officier, als
tweede-luitenant der infanterie bij ge
noemd leger, zal rekenen van de d
teekening van genoemd besluit;
Verplaatst de nagenoemde maga
zijnmeesters der artillerie in rang en
betrekking, als: naar Willemstad,
de kapitein-magazynmeester W. J.
G. van der Veur, thans te Geertrui-
denberg; naar de stapelmagazynen,
de eerste-luitenant-magazijnmeester
H. W. van Byleveldt, thans te Wil
lemstad naar Amsterdam, de tweede-
luitenant-magazijnmeester F. D. de
Witte, thans te Neuzen.
Aan den heer M. Teffer, agent der
Koninklijke Paketvaart-Maatschappy
te Siboga is vergunning verleend tot
het aannemen der versierselen van
ridder der Militaire Orde van Jezus
Christus, hem door Zyne Majesteit
den koning van Portugal en der Al-
garven geschonken.
Benoemd in de commissie tot het
examineeren van hen die het diploma
van geëxamineerd en beëedigd land
meter verlangen voor bet jaar 1897
tot lid en voorzitter, A. W. E. Kwist-
hout, ingenieur-verificateur van het
kadaster te Roermond, en tot leden,
de heeren: dr. P. Zeeman Gz..hoog
leeraar aan de Polytechnische School;
H. J. Heuvelink, benoemd hoogleeraar
aan de Polytechnische School; M, S.
van Dnnnó, inspecteur der registratie
en domeinen te Delft.
Atjeh.
Bij het departement van koloniën
is ontvangen het volgende, van 14
dezer gedagteekende, telegram van
den gouverneur-generaal van Ned.-
Indië, betreffende de gebeurtenissen
in Atjeh
„Trambaan naar Indrapoeri wordt
morgen voor beperkt gebruik en in
eerste dagen van November voor het
verkeer geopend."
De conversatie-lessen in de Fran-
sclie taal, die H.M. de KoniDgin sedert
eenigën tyd ontving van Mademoiselle
S. Joannis, van Parys, zyn geëindigd.
Mejuff. J. io weder naar Frankrijk
teruggekeerd.
Die luie Hollanders.
Do Berliner Lokal Anzeiger is iu
het bezit van een vertegenwoordiger,
dr. Franz Violet, die „Ein Streifzug
durch Holland" maakt.
In zyn tweede artikel is dr. Violet
in de Amsterdamsche schouwburgen,
die er zes in getal zijn, groote na
mely k.
„In den nieuwen en smaakvol ge
decoreerden Stadsschouwburg werd
„De Jonkvrouw van Orleans" gege
ven", vertelt dan verder de schrijver.
„Ik was nieuwsgierig te weten, hoe
dat wel zou gaan, want men bedenke
eens, Middeleeuwsche, Fransche hel
den volgens de opvatting van een
Duitschen dichter, weergegeven door
Hollandsclie tooneelspelers in Hol-
landsche verzen.
De opvoering was uitstekend; vooral
gaf de vertegenwoordigster der titel
rol kunstde decoraties waren ge
volgd naar die der Meinïngers. Ook
de vertaling van het stuk is goed.
Maar één ding blijft toch bestaan
de gemoedelijke breedte der Hol-
landsche taal past niet goed bij het
pathos van Schiller's verzenmen
glimlacht onwillekeurig, wanneer Jo
hanna vertelt, hoe Maria haar heeft
toegeroepen: „Staa up, Johanna!" of
wanneer de Jonkvrouw klagend uit
roept: „Waarum musst ick hem in
de Oojen sehen Terwijl enkele
talen, byv. het Italiaanse!), op zich
zelf reeds een poëtischen klank heb
ben, ontberen andere zulks geheel en
al en onder deze zou ik ook deHol-
landsche willen rekenen. Het publiek
kwam over het algemeen overeen
met dat, hetwelk men gewoon is in
elke grootere stad aan te treffen.
Hollandsclie eigenaardigheden leert
men hier niet kennen, of men moest
als zoodanig willen aanmerken het
feit, dat de heeren in de pauze
„Eier-Cognac" (Advocaat, soms?)en
de dames thee drinken.
Ik heb vroeger reeds gezegd, dat
men bier laat opstaat, maar een wan
orde, zooals hier in (ie vroege uren
heerscht, is ongehoord. In alle hui
zen wordt geveegd, geborsteld en
gepoetstdaarbij wordt alles wegens
de zindelijkheid dit uitroeptee-
ken is van dr. Franz Violet op
straat gegooid. De straten bevinden
zich daarom tot aan 10 uur in een
ongelooflijken toestand. Ook waar
hun eigen voordeel in aanmerking
komt, zyn de lui in de morgen-uren
verschrikkelijk loom; liever laten zy
zich een verdienste ontgaan, dan hun
gemakzucht op te offeren en daar
tegen helpen geen berispingen, geen
verzoeken, geen fooien.
Zelfs de ochtendtreinen vertrekken
niet zelden met groote vertraging en
zyn overigens ook slecht bezet, zoo
dat het den vreemdelingen aan te ra
den, is, van deze treinen gebruik te
maken."
Nu weten de lezers van de Ber
liner Lokal Anzeiger nauwkeurig,
wat wy Amsterdammers waard zijn
en waarom Amsterdam, zooals som
migen beweren, achteruit gaat. Wy
slapen er lang enwy begaan
groote wanordelijkheden, want wy
maken des morgens ons huis schoon.
Wat zou er 's morgens met des doc
tors kamer gebeuren? Tel.
Een schadepost.
In het begin van het vorig jaar
bleek, dat de gemeente Amsterdam
door frauduleuze handelingen van een
ontrouw beamte dor stadsbank van
leening, sedert overleden, eene schade
had geleden van ongeveer f98,000.
Deze beambte was belast met de
taxatie van ter beleening aangeboden
paarlen en juwcelen en fungeerde
tevens als coutroleur'by du verkoopiu-
gen. Door deze averechtsche combi
natie van betrekkingen gelukte bet
hem gedurende eene reeks van jaren
een aantal panden, in waarheid louter
waardeloos glas te beleonen als kost
bare paarlen en diamanten. De stads-
advoeaat, gevraagd, of de commissa
rissen dor Rank aansprakelijk moch
ten worden geacht voor do geleden
schade, beantwoordde die vraag be
vestigend; op initiatief van den ge
meenteraad werd die vraag echter
onderworpen aan het oordeel van
drie rechtsgeleerden buiten Amster
dam, mr. viielander Hein te 's-Gra-
venhage, prof. Oppenheim te Leiden
en jhr. mr. De Brauw te 's-Graven-
hage. Eenstemmig waren deze heeren
van oordeel, dat de grieven tegen
commissarissen der bank in te bren
gen betreffende onachtzaamheid by
liet vaststellen der instruction, niet
wyzen op grove schuld aan die zyde
jen dat zelfs, schuld aangenomen, net
I causaal verband tusschen het niet
nemen van gewenschte maatregelen
en de geleden schade niet is aan te
j nemen. Op grond van dit advies stel-
len B. en W. nu voor, de geleden
Bewerkt naar het Engelsch.)
HOOFDSTUK 1Y.
De ontsnapping.
j Hijgend en wanhopend aan mijn vrijheid, geloofde ik,
v 'at ik onder de zware vracht zou bezwijken, toen Ta-
£.&s, die al eenigen tyd naar de geluiden, die uit de
pening kwamen, had geluisterd, mijn gesteun boorde,
oist toen ik dacht dat het met my gedaan was.
Hy vond op den tast de opening, zette zyn voet on-
ger d en steen, en wentelde hem er af.
r. Het was een onbeschrijfelijke verlichting voor my,
gtten ik me van dezen last bevrijd voelde. Met een
yfprong bevond ik my in den kelder, stak een lucifer
au, en toen zag ik het edele, vriendelijke gelaat van
'aras voor mij.
Hij herkende my niet dadelijk, en zijn verbazing was
'erkelyk grappig om aan te zien. Maar stel u ook voor:
an het hoofd tot de voeten was ik een en al modder,
geleek niet veel meer op een menschelyk wezen.
Maar toen ik de kaars aanstak, zag hy, wie hij voor
hadhy mompelde eenige onverstaanbare woorden van
dankbaarheid, terwijl zyn oogen zich met tranen vulden.
„We hebben nu geen tyd hierover te praten," zeide
ik hem in de rede vallend. „Laten wy maken, dat wy
hier vandaan zyn voordat de patroon komt. En wij moe
ten ook om den vloed denken."
Hij keerde zich om en toonde my zyn vastgebonden
banden. Het touw zag zwart van gestold bloed, het
bloed van zyn handen
Dit gezicht vervulde my met woede tegen de schur
ken, (lie hem zoo hadden mishandeld.
„Ik heb een mes in mijn zak," zeide by.
Ik vond bet en sneed het touw door, maar het
duurde verscheidene minuten, voordat hij zyn gewonde
handen kon gebruiken. Eindelijk keerde het leven er
in terug. En gedurende dit fatale oponthoud, wist ik,
dat het water ons den terugtocht kon afsnijdenmaar
zelfs geen gevoel van angst of ongeduld maakte zich
van my meester. Ik was by hem.
„Alles is in orde!" zeide hy. „Moeten wij daar af
dalen
Ik knikte bevestigend en gaf het voorbeeld door my
in de opening te laten glijden.
Hy volgde my. Ik hield de brandende kaars in de
hoogte, opdat hij kon zien. Het water was niet meer
gestegenwy kwamen aan den uitgang van de „buis",
juist toen de kaars was opgebrand. Taras had, daar hij
zoo breed geschouderd was, moeite gehad zich een weg
te banen. Ik klom naar bóven en stak een paar luci
fers aan om ons eenig licht te verschaffen.
Wy waren gered; maar om ons tegen elke vervol
ging te vrijwaren, wierp ik de doos in het gat en Ta-
ras plaatste er den steen boven op, dien hy met even
veel gemak optilde als een blokje hout.
Toen geleidde ik hem, terwijl ik zyn arm vasthield,
naar het keldergat en nadat ik een lucifer had ontsto
ken, toonde ik hem de opening, waar wy door moesten
kruipen, als hy de overgebleven spijlen eerst wilde uit
breken.
„Myn lief vriendinnetje," zeide hy lachend, terwijl hu
met de hand over zyn voorhoofd streek, „ik bet wy fel
bet zeer, of myn hoofd er wel door zal kunnen."
Hy had gelijk en deze onvoorziene moeilijkheid ont
moedigde my een weinig. Alle deuren van het entre
pot. waren van buiten gesloten. Wy zaten gevangen.
Maar plotseling schoot my een ander middel ter ont
snapping te binnen. Ik nam hem by den arm, leidde
hem door de ledige zalen van het entrepot naar de
vliering, waar ik logeerde. Daar bevond zich een deur,
die met een grendel gesloten was. Ik opende deze. Ta-
ras steeds bij den arm vasthoudend, want éen schrede
verder, zou hy den dood hebben gevonden.
„Waar komi deze deur op uit?" vroeg bij me.
„Nergens; in de lucht, hier beneden stroomt de
Theems."
„Wilt ge, dat ik daarin spring?" vroeg hy op schert
senden toon,
„Neen. Gelooft gij, dat ik n zon wiüen dooden Zóó
slecht ben ik niet Maar wacht een oogenblik."
Ik stak myn laatste lucifer aau, en wees Taras een
soort van katrol, waarin nog een ketting stak, terwijl
ik hem zeide, dat ik hieraan dikwyls groote balen had
zien ophijschen.
„Als gij u aan de ketting vasthoudt, zal ik u laten
zakken. Gij moet uw voeten op deze twee haken
zetten."
„En hoe komt gy er uit?"
„Door het keldergat; ik kan er wel doorkruipen."
Hy was nu tevreden eu zeide, dat by my buiten zou
wachten. Zoo zacht mogelijk en zore dragend, dat de
katrol niet piepte, begonnen wy alles voor zyn afda
ling in orde te brengen. Zyn oogen gewenden zich nu
aan de duisternis, die hem eerst zoo ondoordringbaar
toescheen. Ik kon alles veel beter onderscheiden dan
hy, daar ik met deze plaats bekend en aan de duister
nis gewoon was. Ik kon hem duidelijk zien op het
oogenblik, dat hy my toeriep„Ga je gang maar, myn
kleine vriendin!" terwyl hy zich afzette en aan ae
ketting hing.
Nog voorzichtiger, dan wanneer myn eigen leven er
van af had gehangen, begon ik de katrol zoo regelma
tig mogelijk te laten alloopen, maar tegelijkertijd zoo
schielijk, als in myn vermogen was.
Ik voelde my verlicht, toen ik zyn hoofd en schou
der niet meer zag, maar werd plotseling door een nieu
wen angst aangegrepenn.m. dat hij de ketting had
laten glippen en van 100 voet hoogte op de keien van
de kade zou nederstorten.
Een innige dankbaarheid vervulde myn ziel, toen ik
de ketting slap voelde worden, en een zacht gefluit mij
berichtte, dat hy beneden was aangekomen.
Zonder een oogenblik te wachten, zelfs de deur open
latend, rende ik de trappen af, óm my bij hem te