'weede Editie.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
i-
BORGENSKY.
i|5e Jaargang.
Maandag 8 November 1897.
No. 4404
HAABLEM'S DAGBLAD
AJBO!snsnEXMTEnSrTSn?jIiTS
Voor Haarlem per 3 maandenf 1-20
Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom dei-
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. i „1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
it de omstreken en franco per post 0.37^2
AJD"VE!ELTEasrT3ZEIISr
Van 1-5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Gröote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DATJBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3Ibis Faubourg Montmartre.
Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het
Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 15 regels f 0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel C0,30.
Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: BloemendaalSandpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Sandpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de tol; Spaamdam, C. HARTENDORP;
W. J. RUTJTER BevertoijkJ. HOORNSHülegom, ARIE HOPMAN, Molenstraat Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën
Zondvoort, G. ZWEMMER;
|j Dit nummer bestaat uit
drie bladen.
EERSTE BLAD.
I Politiek Overzicht.
rumoerige tooneelen, die in de
iryksclie Kamer plaats hebben,
wat onbetamelijkheid betreft
crescendo.
ergste tooneelen hebben plaats
id in de zitting die, Donderdag
„jevangen, des nachts voortduurde,
jt was een strijd tusschen de Ghris-
jjjke-socialisten onder aanvoering
Lueger en de Duitsche-nationalen
jr Schönerer en Wolf. Lueger
ld eeDG redevoering ter bestrijding
het vergelijk met Hongarije,
ide Schönerer's partü landsver
;rs en hem zelf een schobbejak,
had men het lieve leven gaande 1
Sehönerianen donderen hun te-
nstanders toe, dat zij volksverra-
rs zijn, „die in het geheim met Ba-
pi samenzweren." Voor de Tsjechen
Polen was deze woeste strijd tus-
len de Duitscbe broeders van heide
rtijen natuurlijk een heerlijk genot,
erigens bleek volgens de ontvangen
ichtea de ontwijfelbare meerder-
d van de ehristeïijk-socialen in het
lelden. Lueger roept o.a. een tegen-
nder toe: „houd je stil, schand-
aap"; waarop deze antwoordt: „po-
eke hansworst," Andere christelijk-
ciale afgevaardigden schreeuwen nu
is Schönerer dan weer Wolf toe
g, jij bordeelhouder! Bezo-
:oppelaar 1" enzoovoorts. Andere
achtige uitdrukkingen als: „Ellen-
e schooier (lausbub) Infame
eerlap Huilend beestJelui
Dt maar een hongerig beestenspel 1"
1 striemen als hagel door de lucht
wordt telkens het dreigement ver
men, dat de tegenstanders als vol
len gekken in dwangbuizen ge-
ken moeten worden. De clericale
laf von Zedtwitz spuwt voor langs
olf heen, die hem daarvoor: „ge-
ene schoelje!" toeslingert. Daar-
schendoor ontstaat een gevecht van
kwartier lang, waarbij de Jong-
echische afgevaardigden hun vy-
Wolf onder het geroep „Gooit
schooier eruitde zaal uit wil
gooien. Wolf heeft namelijk den
echischen afgevaardigde Krumb-
z dreigend bij den kraag gepakt,
ar deze hem den deksel van zijn
eenaar ontrokken wilde, waarmee
olf hevig lawaai maakte. De afge-
irdigden die niet handgemeen wor-
gaan op de banken staan om
er te kunnen zien. Ten slotte be
lden Woif en zijn vrienden ze
rend het veld.
de stemming wordt o. m. de
e-president Abrahamowicz als
oolsche zwendelaar 1" betiteld en
en de „schelmstreken van het pre
lum" geprotesteerd,
ils een bizonderheid kan worden
dat deze tafreelen dt or c
bekenden schrijver Mark Twain en
den schilder Wjeresjtsjagin werden
bijgewoond, die ze wel in schrift en
beeld zullen brengen. Ook buiten de
vergaderingen der Kamer laten de
partijvijanden elkaar niet met rust.
Eene bijeenkomst, Donderdag door de
nationale Duitschers belegd werd
door de ekristelijk-socialen uit elkaar
gejaagd, waarbij werd gevochten, zoo
dat de politie de vergadering ontbond.
Toeu na de herrie en standjes het
voorstel werd aangenomen om de de
batten te sluiten, stelde Gross voor,
bet ontwerp van een voorloopig ver
gelijk met Hongarije naar een bijzon
dere commissie te verzenden of andere
naar de begrotingscommissie, waar
aan dan twaalf nieuwe leden toege
voegd zouden dienen te worden. Voorts
vroeg spreker heropening van de be
raadslaging. De voorzitter weigerde.
Te 8 uur Vrijdagmorgen werd de
vergadering voortgezet.
Uit de berichten van het vertrek
van Weyler uit Havana was tot dus
verre op te maken, dat de nieuwe en
oude gouverneur over Cuba oogen-
scbijnlijk in „pais en vree" waren ge
scheiden. Een telegram dat over Key-
West komt ('maarschalk Blanco laat
het verzenden van ongunstige tele
grammen nopens Weyler niet toe),
meldt echter het volgende:
Weyler zou gezegd hebben, dat de
handelwijze van de Spaansche regee
ring kortaf betreurenswaardig was en
dat zij met den eenen voet in de mo
narchie en met den anderen in de
republiek scheen te staan. Aanboord
van het schip (waarmee bij terugging)
zou de generaal aan de officieren ge
vraagd hebben, of zy aanhangers van
zijn politiek waren, dit met het
oog op later toe te kennen beloonin
gen, want hy was van plan een nieuwe
partij te vormen, steunende op de
militaire macht die hem gunstig ge
zind was. Ook schrijft men Weyler
stokerijen toe, waardoor de onverzoen
lijke Spanjaarden tegen de hervor
mingen worden opgehitst. Bovendien
droeg Weyler het kommando niet over
alvorens scheep te gaan en verliet het
hoofdkwartier zonder aan Blanco eenig
stuk over den stand van de rebellie
achter te laten.
Het debat over de dynamiet-quaestie
in den Volksraad te Pretoria
is Vrfidag geëindigd met een besluit
met 14 tegen 13 stemmen genomen,
waarbij de regeering gemachtigd
wordt, na ruggespraak met de rechts
kundige autoriteiten, maatregelen te
nemen om het dynamiet goedkooper
te maken.
S T ADSNIEUWS.
eerste en tweede pagina.
Haarlem, 6 Nov. 1897.
Museum van Kunstnij verheid.
In het Museum van Kunstnijver
heid zullen a. s. Zondag alsnog ten
toongesteld zijn, de teekeningen. schet
sen en studiën van den Heer C. R.
H. Spoor Jr.
Het Museum werd gedurende de
maand October bezocht door 813 per-
Zondag is de toegang vrij.
Kamer van Koophandel en
Fabrieken te Haarlem.
Vergadering van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken te Haar
lem, op 2 November 1897, des avonds
te nanacht nar, op het Raadhuis.
Tegenwoordig de heeren Mr. J. En
schedé, J. H. Kersten, J. J. Kerbert,
E. J. Westerveld, H. T. Peltenburg,
J. J. F. Beyues en A. de Clercq.
Voorlezing werd gedaan van de
sedert de vorige vergadering, van 5
October, waarvan de notulen om
de weinig uitgebreidheid niet afzon
derlijk zy'n gepubliceerd geworden
uitgegane stukken, waaronder een
schrijven, gedagteekend 7 October,
aan den heer M. Schuijlenburg, in
specteur der directe belastingen, in-
en uitgaande rechten en accijnzen al
hier, luidende:
„De Kamer van Koophandel en
Fabrieken te Haarlem, kennis ge
nomen hebbende van Uwe benoeming
tot inspecteur te 's-Gravenhage, heeft
in hare laatste vergadering besloten,
U hij uw aanstaand vertrek haren
dank te betuigen voor den wel willen
den en krachtigen steun dien zij by
verschillenden gelegenheden van U
mocht ondervinden, waar het gold het
wegnemen van bezwaren of het ver
krijgen van verbeteringen in het be
lang van handel en nijverheid hier
ter stede.
„Het is ons aangenaam bij dezen
aan die opdracht der vergadering te
voldoen."
(Volgen de handteekeningen van
den President en den Secretaris).
Ingekomen was eene missive van
Burgemeester en Wethouders, dd. 22
October, waarbij wordt medegedeeld,
dat door den Minister van Water
staat, Handel en Nijverheid aan hun
College, ten einde de oprichtic
deze gemeente van één of meer
mers van arbeid voor te bereiden, de
volgende vragen waren gericht:
1°. Is in uwe gemeente de behoefte
gebleken, om voor één of meer be
drijven eene Kamer van arbeid op te
richten, en is eene behoorlijke samen
stelling daarvan mogelijken by toe
stemmende beantwoording
2°. Welk bedryf of welke bedrijven
zullen in die Kamer vertegenwoor
digd moeten zyn?
3°. Zouden de eventueel in Uwe
gemeente op te richten Kamer of
Kamers van arbeid zich over meer
dere naburige gemeenten behooren uit
te strekken?
en
4° Hoeveel leden zouden in die Ka
mer of Kamers zitting moeten nemen
Tot eene juiste beantwoording dier
vragen verzochten Burg. en Weth.
der Kamer hun hare meening om
trent een en ander kenbaar te willen
maken zoo mogelijk binnen den ter
mijn daarin aangegeven.
Naar aanleiding van dit verzoek
werd besloten, voor zoover het bouw
vak betreft, het gevoelen te vragen
van den alhier gevestigden „Arbeids
raad", en voorts, wat de overige vak
ken en bedrijven aangaat, door open
baarmaking der gestelde vragen ook
andere vereenigingen of verdere be
langhebbenden in de gelegenheid
stellen zich naar aanleiding daarvan
tot de Kamer te wenden.
Voorts was ontvangen eene circu
laire van de Nederlandsche Kamer
van Koophandel te Londen, waarbij
het gevoelen van belanghebbenden bij
den boterhandel op Engeland wordt
gevraagd omtrent de maatregelen
welke zouden moeten genomen wor
den om verbetering te brengen in het
vervoer naar en den opslag vanHol-
landsehe boter op de Londensche
markt
De Kamer besloot deze circulaire
te zenden aan het Bestuur der Haar-
lemsehe afdeeling van de Hollandsche
Maatschappij van Landbouw, met uit-
noodiging haar omtrent deze zaak
eenigszins nader te willen inlichten
of hare meening te doen kennen.
Eindelijk was nog ingekomen een
schrijven van den heer M. Schuijlen
burg voornoemd, met dankbetuiging
voor den brief hierboven vermeldt,
aan Z.E.G. gericht
Schouwburg.
Luilekkerland.
De nieuwste revue van den heer
Reijding, den bekenden specialiteit op
dit gebied „Luilekkerland", die avond
aan avond voor stampvolle zalen in
het Grand Theatre znlk een enorm
succes verwerft, zoo zelfs dat het dat
van de beroemde „Operette Konin
gin" dreigt te overtreffen, zal a. s.
Dinsdag zyne eerste opvoering alhier,
tevens zijn 53e in 't geheel beleven.
Zy, die zich Rey dings om van zijn
vroegere revue's nogmaals niet eens
te spreken hoogst vermakelijke
„Operette-Koningin", die ofschoon
wel geen revue toch eene alleraar
digste klucht was, nog weten te her
inneren, zullen ongetwijfeld de aan
gekondigde opvoering van zyn jongste
product met verlangen tegemoet zien.
Daar men alle benoodigde décors
enz. mede brengt, zal de opvoering
in alle opzichten gelijk aan die te
Amsterdam wezen.
Faust.
Wanneer wy nog even de aandacht
op de a.s. voorstelling van het Nederl.
Operagezelschap directie C. v. d. Lin
den meenen te moeten vestigen, dan
is dit omdat ons een zeker buitenge
woon te noemen opvoering van Gou
nod's Faust te wachten staat. Naar
aanleiding toch van den hoogst gunsti-
geu indruk, dien de opvoering van
„Romeo en Julia" gemaakt heeft, en
van hetgeen wy ons nog van vroeger
herinneren, kan men met eene Mar-
garetha als mevr. Madier de Montjau,
een Faust als de heer Phlippeau en
een Mephisto als de heer Orelio, Don
derdag voor het gewis talrijk op te
komen publiek een avond van veel
genot en voor den heer v. d. Linden
een van veel succes verwachten.
Naar men uit Londen schrijft, is
in de jongste vergadering derNeder-
te'landsche Vereeniging aldaar tot lid
der commissie ter voorbereiding van
de viering van het 2ö-jarig bestaan
der Nederlandsche Vereeniging te
Londen in Februari 1898 voor het
vasteland benoemd jhr. A. E. Hoeufft
alhier.
De heer Henri W. Braam berichtte
dezer dagen per circulaire aan onze
stadgenooten, dat hy eeue uitgebreide
étalage van nouveauté's op 't gebied
van lederwaren, byouteriën, vergulde,
verzilverde en vernikkelde Luxe-ar
tikelen en op dat van doozen Luxe
postpapier en Cartes de Correspon-
dance gereed had; tot welker be
zichtiging hy uitnoodigde met het oog
op de naderende St. Nicolaas, Kerst
mis en nieuwjaarsfeesten. Een der
vele nouveauté's van dit jaar is de
„Pool Idylle", souvenir aan Nans en's
pooltocht en zeer geschikt als etagère-
voorwerp of presse papier voor schrijf
bureau. By het bezoek aan het ma
gazijn van den heer Braam, A negang
14, ontvangt men eene sierlijke en
geriefelijke zakagenda voor 1898. Be
halve verschillende mcdedeelingen,
die in elke agenda voorkomen, wordt
men er ook in attent gemaakt op de
verschillende nouveauté's in het maga
zijn voorhanden. Een en ander zal
wel tot een herhaald bezoek aan het
magazyn uitlokken.
Bij arrest van het Gerechtshof te
Amsterdam d.d. 3 November 1897 is
met vérnietiging der beschikking van
de Arrondissements-Rechtbank te
Haarlem d.d. 12 October 1897, D. C.
Buis, ambtenaar by de H. IJ. S. M.
wonende te Haarlem, verklaard in
staat van faillissement met benoeming
van den E.A. Heer jhr. mr. J. W.
Quintus tot Rechter Commissaris en
van mr. W. van Hulst, advocaat en
procureur te Haarlem, tot curator.
De voetbrug over den
Kruisweg.
Wy hebben haar beklommen, dat
wonder van negentiende eenwsche
bouwkunst, de voetbrug over den
Kruisweg—overweg, door vele on-
eerbiedigen de kippebrug genoemd.
Eu van die beklimming geven wy
hieronder bet getrouw relaas.
Rechts zijn we de trap opgegaan.
Niet om de aanmaning tot rechts
houdeD, die op de trapleuning staat
geschilderd, want de plaats voor die
kennisgeving is zoo talentvol geko
zen, dat ze wel by het dalen, maar
niet by het stygen zichtbaar is, Dit
doet er trouwens weinig toe, aange
zien een rechtgeaard Hollander toch
niet geregeld rechts houdt, maar van
daag rechts en morgen links, al naar
dat het hem in den zin komt.
De treden van de trap kleven noi
van de teer. Er zyn er in 't gehee
drie en dertig, een veelvoud van elf
't kan toch ook ongelukkig tref
fen I Breed zyn de treden niet, ge
makkelijk zyn ze tamelijk wel en voor
ongelukken bij avond trachten eenige
lantarens te waken.
Of dat bun allen gelukken zal is
een andere vraag. Aan den voet der
brug zyn de lantarens goed genoeg
maar bovenop staat er een, die heel
gemakkelijk kan worden uitgedraaid.
De lieve straatjeugd, die zich natuur
lijk kostelijk met de brug amuseert,
zal dat wel gauw bewijzen.
Bovenop de brug heeft men een
alleraardigst gezicht op den Kruis
weg én bovendien op twee hooge
wanden, die langs de brug zy'n op
getrokken. Menschen van gemiddelao
grootte, die op de teenen gaan staan,
zien dan ook alleen de vuile stations-
kap en aan den kant van 't Kenne-
merplein een treffend stilleven van
steenkolen.
De twee loopgangen, om ze zoo
eens te noemen, zyn zoo smal, dat
twee menschen met winterjassen aan
niet naast elkander kunnen loopen.
Ziedaar wat wij over dit bouwwerk
hebben mede te deelen. Is het ons
ook al niet mogelijk, op de gebrui
kelijke wyze hulde te brengen aan
den bouwmeester immers d§ JB&a
heeft voor het sommetje, dat de brug
Rpston mpebt, ?sen kunstwerk kunnen
leveren toen hebben wy hem dank
te zeggen hiervoor, dat wy heelhuids
heen en terug over de brug zyn heen-
gekomen.
En hoelang zal de brug daar nu
staan.
Totdat er een nieuw station zal zijn
gebouwd,
En wanneer zal dat heuchlyk feit
plaats hebben?
Helaas, we weten er nog niets van.
Wel is er, naar we vernemen, opdit
oogenblik by den Raad van Toezicht
op de spoorwegen door de Holl. Spoor
wederom een plan tot het het bouwen
van een nieuw station te Haarlem
ingediend, maar dat is al zoo vaak
gebeurd en het is nooit tot een goed
resaltaat gekomen.
Schoolgeldhefling.
Het adres van ouders en voogden
der leerlingen 2e Burgerschool, con
tra het voorstel van den heer v. d.
Mersch in zake schoolgeldheffing
Burgerscholen is voorzien van ruim
70 handteekeningen aan den gemeente
raad toegezonden.
Een Nieuw Station.
Naar wij met zekerheid vernemen,
is door den Raad van Administ. atio
der Holl. Spoor een plan voor den
bouw van een nieuw station toege
zonden aan den Minister van Water
staat.
Deze heeft, zooals gebruikelijk is,
het plan gesteld in handen van dea
Raad van Toezicht op de spoorwegen.
De loop van zaken is nu deze, dat
laatstgenoemd College de stukken
terugzendt aan don Minister, ver
gezeld van advies. Daarna zendt
waarschijnlijk de Minister de
plannen aan het Gemeentebestuur
van Haarlem, dat het advies der
Kamer van Koophandel inwint.
Naar wy vernemen, zal de laatste
repetitie van de mannenzangvereeni-
ging „Crescendo" voor hot concours
te Amsterdam plaats hebben op Yry-
feuilleton.
jqPRINS
[CBewerkt naar hei Engélsch.)]
HOOFDSTUK XX.
In angstige spanning
)oor den regen waren de raampjes beslagen, behalve
u boven, waar ze beschermd waren door de overste
mde kap. Door dit onbeslagen gedeelte kon ik den
nauwkeurig gadeslaan. Hjj liep stampvoetend op
t plaveisel op en neder ten einde zyn voeten te ver
innen, maar ik bemerkte, dat, telkens wanneer hy
Sn cab voorbij ging, by naar binnen trachtte te zien.
ze manoeuvre ontsnapte ook niet aan het oog van
Q 8limmen koetsier.
Hoe lang denkt ge, dat we hier nog moeten staan,
toeraad?" vroeg hy, toen de koetsier de „cab". zeer
Jht genaderd was. CL.
lilk weet het niet. Wacht gij al lang?" t Z
nl sprekende kwam hjj myn|„cab" zoo nabij,f dat ik
adenj vond my in^het^verste) hoekje te ver-
„Lang genoeg om er spijt van te hebben, dat ik be
loofd heb hier te wachten. Wat gebeurt daarbinnen?"
„Er wordt een concert gegeven of zoo iets."
„Dan zullen we nog wel een uurtje geduld moeten
hebben. Die club gaat doorgaans niet voor twee uur
uit. Heb je ook vuur
Er werd een lucifer aangestoken, waarna de twee
mannen nog even bleven praten. Toen verwijderde de
koetsier zichik hief het hoofd op en zag hem, blijk
baar geheel voldaan over de inlichtingen die hij gekre
gen had, op den bok stygen.
Even daarna naderden twee personen, die een praatje
met hem maakten. De een droeg een nister en de ander
een jaquette. Ik had hen nooit van te voren gezien.
Het gesprek duurde wel vijf minuten, waarop zy zich
ieder, na elkaar nog eens veelbeteekenend te hebben
toegeknikt, in een tegenovergestelde richting verwij
derden. Waren zy evenals Drigo schildwachten, die
moesten zorgen dat de plannen van de vijanden van
Taras niet verijdeld werden Maar wio was dan hun
chef? De koetsier vanKavanagli Dat was onmogelijk 1
Kavanagh zelf? Mijn verstand verzette zich uit alle
macht tegen dezo vermoedens, toen ik plotseling Kava
nagh uit de club zag komen. Hy rookte rustig een
sigaar. Een oogenblik bleef hij op de stoep staan, ter
wijl hy om zich heen zag. Toen daalde hy de treden
der stoep af en liep op zyn koetsier toe. Zy wisselden
eenige woorden met elkaar, waarop Kavanagh zich om
draaide door het onbeslagen raam zag ik het gloeiend
puntje van zyn sigaar naderen. Ik maakte me zoo klein
mogelijk en kroop byna onder de bank, overtuigd dat
Kavanagh, de zoogenaamde intieme vriend van Taras
integendeel zyn doodsvijand was. Hy was de onbekende
vijand, met wien ik te kampen had.
„Zijt gjj opgehouden koetsier?" vroeg hy.
„Ja, mjjnheer; ik kan er niets aan doen."
In 't minst niet zyn bedoelingen verbergend, naderde
Kavanagh mijn „cab" en keek door het raampje. Het
gloeiende puntje van zyn sigaar refecteerde in de re
gendroppels, want liet water stroomde langs het glas.
De hevige schrik verdreef voor een oogenblik mijn
audere gevoelens, maar toen ik myn vorige plaats weer
innam, bemerkte ik dat bij alweer op de stoep voor de
club stond. Hy bad me dus niet gezien!
Hij wierp het overschot van zijn sigaar weg en trad
het huis binnen. Bevend van angst wachtte ik de ge
beurtenissen, die nu zouden volgen af, en in myn ver
beelding kroop de ty'd om. Ik vermoedde dat een nieuw
bedryf van het drama zou worden afgespeeld.
De leden der club zag ik bjj groepjes van twee of
drie naar buiten komenmen riep de nummers van do
cabs afer stonden dus ongetwijfeld nog een menigte
rijtuigen achter ons. Eenigen tijd heerschte er een woe
lige drukte op straat, waarop een doodelyke stilte volg
de; de laatsten, die naar buiten traden, bleven op den
drempel staan en keken om alsof er binnen iets onge
woons voorviel.
Plotseling zag ik iemand uit het huis komen en drif
tig het portier van de coupé openen. Myn zenuwen
waren tot het uiterste gespannen, en een oogenblik
scheen de geheele wereld voor mijn oogen te draaien.
Toch zag ik eenige mannon langzaam de stoep afdalen,
die naar het mij voorkwam iets zwaars tnsschen zich
in droegen, en onder hen bevond zich Kavanagh, die
ik aan zya lichte overjas herkende.
„Wat is daar te doen?" vroeg ik door de spreekbuis
aan myn koetsier.
„Zeker een heer, die wat te veel gebruikt heeft,
miss", antwoordde hy op kalmen toon.
Alle gevolgen trotseerend trok ik het raampje naar
beneden om beter te kunnen zien.
Juist op dat oogenblik steeg Kavi
ivanagh in zya coupé
levenloos lichaam m.
en even daarna droeg men er een
Het schijnsel viel juist op het slap, afhangende hoofd.
Het was Taras.
„Rijd dat rytnig overal na, waar het ook heen gaat
Verlies het niet uit het oogriep ik den koetsier toe,
dö zwakheid, die zich een oogenblik van my had mees
ter gemaakt, overwinnend.
„Jawel, miss," antwoordde de koetsier, de teugels
opnemend.
Toen de coupé de „Regent-street" insloeg, volgden wy
de file rijtuigen, vlak achter de coupé aan.
Wat nu te doen? Ik wist er niets beters op dan de
coupé tot aan zyn einddoel te volgen en dan met ver
stand en omzichtigheid al naar de omstandigheden het
naar huis te brengen. Ik hield voortdurend myn oogen
op de coupé gevestigd en had daardoor niet op de stra
ten gelet aie wy doorreden. De lange duur van de rit
wekte myn vermoeden op en ik bemerkte nu, dat wy
ons in een my geheel onbekende buurt bevonden.
tjfgg_ KWordt vervolgd.)