N. G. de Vleeshouwer Co.,
Baby-Schoentjes.
en betrouwbaarste inlichtingen te
constateeren, dat, indien kapitein
Dreyfus zich aan spionnage schul
dig gemaakt heeft, deze niet met
Duitschland, met de Duitsche regee
ring, en Duitsche officieren, dus ook
niet met den Duitschen militairen
attache of met de Duitsche ambas
sade te Parys iets hoegenaamd te
maken gehad heeft. Indien kapitein
Dreyfus gespionneerd heeft, dan kan
dit slechts ten behoeve van een an
dere mogendheid (Macht) geweest
zijn. De Fransehe regeering moge er
misschien belang by hebben, hierover
een dichten sluier te werpen, van
Duitsche zyde staat niet het minste
in den weg om over het gebeurde
het helderste licht der openbaarheid
te laten schynen. Dit zal nooit eenige
betrekking van de handelingen van
Dreyfus met eenige Duitsche autori
teit van welken aard ook kunnen
aantoonen. De Duitsche regeering
heeft te harer tijd de Pransche door
middel van de Duitsche ambassade te
Parys allen twyfel aangaande dezen
On aantastbaren staat van zaken ont
nomen. Wij vergenoegen ons heden
enkel met het constateeren van dit
feit.
Uit den Elzas terug, waar hy we
derom zooveel sterkende sympathie
gevonden heeft, komt Seheurer-Kest-
ner in een open brief aan zijn „cber
ami" den senator op tegen de mee
ning als zou hy ontmoedigd zyn of
weifelen. Integendeel: de waarheid
lykc hem toe eiken dag helderder
uit te schynen. Wat hem aan kracht
en leven rest, heeft hij gewyd aan
den dienst van de onderdrukte on
schuld, en hy zal zyn gelofte houden,
al mocht hy alleen blüven staan.
Hierop is echter geen kans, met de
talryke vrienden om hem heen, die
hij hoogacht en die hem hun goed
keuring schenken.
Keizer Wilhelm als teekenaar.
De Duitsche bladeii beschrijven een
nieuwe teekeuing, die door Keizer
Wilhelm is ontworpen naar aanlei
ding van het vergaan van de torpedo
boot S 25, en aan de nagelaten be
trekkingen van de omgekomen man
schappen als „gedenkblad", in een
lyst is toegezonden. Het is een in
kleuren gedrukt zeegezicht met een
schip en een vuurtoren by zonsonder
gang links in den hoek staat de
Germania met de oorlogsvlag der ma
rine en een rijkssehild in de rechter,
een lauwerkrans in de linkerhand.
Verder ziet men boven een gouden
kruis, beneden een Christuskop. Aan
de inscriptie, welke den naam van
het slachtoffer vermeldt, zyn deze
woorden toegevoegd „Hij stierf voor
Keizer en ryk, eère zyn nagedachte
nis. Niemand heeft meerder liefde
dan deze, dat iemand zijn leven zette
voor zyne vrienden." Johannes XV.
13. Behalve de handteekening van
den keizer, staat er ook nog afzon
derlijk in gedrukte letters onder ver
meld, dat hij deze prent heeft ont
worpen.
Een oude wond.
In het ziekenhuis te Erwitte (kreits
Lippstadt) heeft zich een veteraan
laten opnemen, die bij Mars la Tour
een schot in den arm had gekregen.
In de oude wond vond men een uni-
formtlard. die tusschen de beenderen
van den arm vast zat en eerst nu
daaruit is verwijderd.
Uit Bulgarije.
Door vorst Ferdinand van Boelgarye
is met de gewone ceremoniën, die
nogal omslachtig zijn, de Sobranje
gesloten, nadat zy twee maanden by-
êen geweest was. Een der zittingen
duurde niet minder dan I6V2 uur ach
tereen.
Ook in andere opzichten blijkt, dat
het voorbeeld, door parlementen van
naburige machten gegeven in Boel
garye navolging gevonden heeft.
In de laatste zitting toch kwam
het tot een hevigen stryd tusschen
den afgevaardigde Krajew en den
minister Welitselikow. De heeren
scholden elkaar volgens de meer en
meer gebruikelijke manier voor „vage
bond".
Er ontstond hierover groot tumult
en dit zette zich uit de vergaderzaal
voort in de couloirs, waar de afge
vaardigde Wiehaitow zijn collega
Gabrowsky een oorvijg toediende.
Toevallig ging een tooneelspeler, de
heer Panaitow, die veel op den af
gevaardigde Krajew lijkt en van de
publieke tribune kwam, door de cou
loir.
Deze werd, bij de deur gekomen,
door drie mannen, vermomd als be
dienden van de Sobranje, overvallen
en door eenige slagen op het hoofd
neergeveld. Hij riep om hulp, maar
voordat er iemand kwam opdagen ont
ving hy drie dolksteken, die gelukkig
op "het notitieboekje dat hy in den
zak droeg afstieten.
Hevig bloedend werd hij wegge
bracht.
In den daarop volgenden nacht werd
weer een moordaanslag gepleegd,
waarschijnlijk door dezelfde drie man
nen, thans op den echten Krajew.
Hij wist zich evenwel te verdedigen.
Dit geval kiygt vooral beteekenis,
wanneer men in aanmerking neemt,
dat Krajew de voornaamste getuige
was in zakeden moord op Stamboelof,
welke hy van uit zijn kruideniers
winkel gedeeltelijk gezien had. Hy
deed dan ook de eerste aangifte in
dertijd.
Dynamiet.
In een fabriek te San Manzoya,io
dc Spaansche provincie Oviedo, zijn
tweehonderd kilogram dynamiet ont
ploft. De fabriek sprong in de lucht,
waarbij zeven menschen gedood en
vele gewond werden.
Graaf Rantzau.
Mogen wy het volgende verhaal
van de Hamb. Corr. geheel gelooven,
dan moet graaf Rantzau, schoonzoon
van Von Bismarck, ondanks zyne
afkomst, weinig wellevendheid be
zitten.
De volgende onhebbelijkheid wordt
den graaf ten laste gelegd.
Eveuals te Berly'n was ook te Lon
den en te Parys op Nieuwjaarsdag
rondverteld dat Bismarck gestorven
was. Reuters bureau seinde daarom
uit Londen aan de „Aktiengesell-
schaft. Neue Borsenhalle" te Ham
burg „Avondblad zegt, Bismarck ge
storven. Sein terstond, Reuter."
Daarop ging den volgenden morgen de
leider der telegraphische afdeeling.de
heer Bruns, die dezen post sedert
vele jaren bekleedt, naar Friedrichs-
ruh om iulichtiugen te vrageD. Hy
vroeg graaf Rantzau te spreken doch
daar deze aan 't wandelen was. moest
hij bij den portier op hem blijven
wachten.
Toen graaf Rautzau met zijn beide
zoons van de wandeling terugkwam,
liep de heer Bruns hem te gemoet,
nam den hoed af en zeide: „Ik maak
Uwe Excellentie myn excuses dat ik
n hier buiten aanspreekmag ik u
myn kaartje geven om my voor te
stellen De aangesprokene beant
woordde den groet niet maar nam
het kaartje aan, waarop stond„In-
spektor Wilh. Bruns, Hamb. Börsen-
Halle, Hamb. Correspondent." Hy
liet het kaartje echter weldra uit de
hand vallen en toen de heer Bruns,
in de meening dat dit bij ongeluk
was gebeurd, het opraapte en het
hem nogmaals aanbood, begon hij
heftig uit te varen„Pak je hier
wegDat ontbreekt er nog maar aan,
dat ik al dat gespuis, al dat sjofele
schrijversvolk te woord zou moeten
staan Maak dat je weg komt
En toen de aldus beleedigde man,
zichzelf met moeite beheerschend, liet
doel van zyn komst poogde uiteen
te zetten, begon „der Herr Graf"
weer„Pak je wegIk wil geen tele
gram zien, waar "het ook vandaan
komt!" Waarop hy nog steeds schel
dend en razend naar binnen ging.
Een dergelijk optreden van Graaf
Rantzau dat, naar de Hamb. Corr.
verzekert, volstrekt niet in overeen
stemming is met de manieren van
Bismarck, schijnt niet zeldzaam te
zyn.
SNGEZONOEN.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt
de redactie zich niet aansprakelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst
of niet geplaatstwordt de copij
niet aan den inzender terug
gegeven.
Theosophie.
Gisterenavond sprak in eene Ver
gadering der Haarlemscbe Loge van
de Theósophische Vereeniging Me
vrouw P. C. Meuleman - van Sin kei
over de vraag: Waarom is Reïncar
natie noodzakelijk? Waarom, zoo
vroeg spreekster, heeft een eik zoo
lang noodig ora te groeien tot een
omtrek van eenige meters Laugzaam
en geleidelijk werkt de natuurlang
zaam ontkiemt het zaad, langzaam
vormen zich de lagen der mineralen,
langzaam ontwikkelen zich de dier
soorten uit elkander. Hij die weet
wat het zeggen wil, mensch te zijn,
begrijpt ook hoe ontzaglijk de tijd
moet wezen, noodig ter bereiking van
dit ideaal. Even als een kind slechts
door krachtige voeding en goede ver
zorging kan groeien, zoo heeft ook
de menschelijke ziel voedsel en teere
verzorging noodig om tot wasdom te
komem De strijd om net bestaan laat
mij niet toe voor myn zieie heil te
zorgen, zoo hooren wy velen spreken;
en de ziel blyft geketend en slecht
gevoed. En wat blyft er dan over van
ons streven, als het sterfuur slaat!
Uiterst gering is de aldus verkregen
ontwikkeling, te geringer nog als wy
denken aan den omvang der taak die
voor ons ligt. Hoe moeilyk is het
reeds een slechte gewoonte af te leg
gen, hoeveel moeilyker dan niet nog
onze hoogere natuur te doen zegevie
ren over de tegenstreving van ons
lager ik. Langzaam en moeilyk gaat
onze weg omhoog. Toch kunnen wij
dezen gang versnellen, indien wij
slechts ernstig willentoch is er naast
den breeden heerweg, die tallooze
malen den berg omloopt alvorens den
top te bereiken, een kort, maar dan
ook des te steiler en moeilyker pad,
dat recht bergopwaarts leidt, en dit.
pad kau betreden worden door hem,
die duidelyk voor zich ziet de rich
ting waarin onze ontwikkeling leidt
en die den vasten wil bezit in die
richting te streven ondanks allen te
genstand.
Vervolg Stadsnieuws
Toonkunst.
Reeds menige interessante kennis
making of kennisheruieuwing danken
wfi aau de kunstliefde en de energie
van het Bestuur onzer afdeeling \an
de Maatschappij tot bevordering der
Toonkunst. Vooral in de laatste ja
ren hebben ernstig voorbereide uit
voeringen van moderne toonwerken,
als Berlioz' Romeo et Juliette,
D'Indy's Chant de la cloche, Franck's
Beatitudes herhaaldelijk in het licht
gesteld, hoe genoemd Bestuur het
zich ernstig ten plicht rekent, naast
eerbied voor de kunstgewrochten uit
vroeger tyd, ook de kennis van en
de belangstelling in de hedendaagsche
kunstuitingen van beteekenis naar
het vermogen te bevorderen. Ook
dezen keer bij de uitvoering van
Woensdagavond werd onze aan
dacht gevraagd voor een toonscbep-
ping van jongeren datum, nml. het
oratorium Manasse van Friedrich
Hegar. Laat zich een omvangrijk
werk voor soli, koor en orkest by
een eerste auditie ook niet met vol
komen juistheid beoordeelen en waar-
deeren, dit kan toch veilig gezegd
worden dat Hegar's compositie niet
op één lijn staat met de drie boven
genoemde toonwerken. By enkele
détails die bij den schrijver een groot
en zelfstandig talent verraden, is dit
werk als geheei niet in staat een
diepen en blijvenden indruk te maken.
Ik schryf dit toe aan te weinig een
heid van sty'l en een zekere breed
sprakigheid die door de betreffende
situaties niet of te weinig gemoti
veerd is.
De componist is, dunkt mij, wat
te veel bedacht geweest op een zelf
standig optreden der sainenwerKeode
factoren. Naast voordeelen die hieruit
ontegenzeggelijk zijn voortgesproten,
als b.v. welluidende a cappella-koren
voor gemengde of enkel mannenstem
men, goedgebouwde en klankschoone
orkest-phrasen, valt evenmin een groot
nadeel weg te cijferen: het nu en
dan zeer voelbare gebrek n.m. aan
innig, natuurlijk verband.
Er komt in heel het werk geen
enkel nummer voor waar de logische
gedachtengang, de natuurlijke, spon
tane gevoelsuiting niet op hinderlijke
wijze wordt onderbroken door tekst
herhalingen tusschenspelen enz. die
den indruk eer verzwakken dan ver
sterken. Ook de inkleeding van het
behandelde onderwerp is niet bizon
der geschikt om van het geheel een
machtige impressie op te doen. Want
om maar één ding te noemen
hoe kan de hoorder werkelijk belang
stellen in het lot van Manasse, wan
neer dezen held niet vooraf de ge
legenheid gegeven is zich sympathiek
te maken. En alleen die vrij banale
beschouwing over zonneschijn en zon
nebloemen 2e Scène kan ons toch
niet zóó voor Manasse innemen, dat
het ons machtig aangrijpt wanneer
wy hem later door Esra en de Pries
ters en gros en en détail hooren ver-
vloekeo. Maar ik wil niet verder over
het werk als zoodanig uitweiden.
Myn indrnk daarvan was zooals
uit 't bovenstaande duidelijk genoeg
blijkt niet groot.
Van de uitvoering valt in vele op
zichten goeds te zeggen.
Tot het goede reken ik op de eerste
plaats de mannenkoren. In tegenstel
ling van de dames, die voor haar taak
weinig geestdrift schenen te gevoelen,
zongen de heeren met groote opge
wektheid en droegen daardoor veel
tot het welslagen by. Van de dames
valt alleen de beschaafde klank te
prjjzen. Het volume daarvan was
echter niet groot en van kleur of
karakter in de voordracht viel weinig
te bespeuren. Van de solisten moet
ik het eerst noemen den heer Fr.
Phlippeau, niet alleen omdat hij zyn
party werkelijk mooi zong, maar ook
omdat hy dit zoo goed als onvoorbe
reid deed want wegens plotselinge
ongesteldheid van den aangekondig-
dtn solist, den heer Joh. J. Rogmans,
was de medewerking van den heer
Phlippeau eerst Woensdagmorgen iu-
geroepen. Alle eer dns aan zyn talent
en aan zyn welwillendheid. De sopraan
party was in handen van mej. Betsy
Hol uit Deventer. Zij had alle gele
genheid zich een zangeres te toonen
van benijdenswaardige stemmiddelen
uiet alleen, maar tevens van belaug-
rijke muzikale en technische ontwik
keling. De bas-baritonparty werd ver
vuld door den heer Hermann Gausclie
uit Kreuznach die als dramatisch
zanger ongetwijfeld groote verdiensteu
heeft, maar zijn voordracht wel eens
ontsiert door overdreven pathos
zcodat, by volle erkenning van zyn
weloverwogen intenties, mij zyn op
treden niet kon verheugen. Voor het
kleine Zio'/e-partytje had zich de heer
P. v. O. beschikbaar gesteld. Zyn
sonoor basgeluid eu de moeite die hy
zich gaf om duidelyk te spreken heb
ben aanspraak op waardeering.
Het orkest van het Amsterdam-
sche Concertgebouw kweet zich
op waardige wyze van de taak der
begeleiding, zonder zich in dit opzicht
nu juist te overtreffen.
Het geheel mag dus dank zy
de toewijding en het talent van den
directeur den heer W. Robert tot
de welgeslaagde uitvoeringen van
Toonkunst gerekend worden.
PHILIP LOOTS.
Op den kegelwedstrijd door „Ewal-
di" te Amsterdam uitgesclireven, be
haalde de kegelclub" „De Groote
Vauxball" alhier een prijs (bij loting)
voor de meeste treffen, 21 van de 30
ballen.
ARRONDISSEMENTS
RECHTBANK
Zitting van Donderdag 6 Ja
nuari 1898.
J. Gemser, die alhier in de maand
November 1893 dus reeds lang
geleden toen hy ergens iets te koop
aanbood, een paar laarzen had ont
vreemd, hoorde heden, daar hy reeds
meermalen wegens diefstal was ver
oordeeld, 6 maanden gevangenisstraf
tegen zich eischen.
Wegens eenden-diefstal te Edam
gepleegd, stonden Th. A. Nobbé en
S. Steur, te Volendam en te Edam
terecht. Niet minder dan 75 eenden
hadden ze ontvreemd. Het bleek, dat
Nobbé den diefstal had gepleegd, om
dat hy door dobbelen al zyn geld had
verloren en dat Steur van de opbrengst
van den buit ook een gedeelte bad
ontvangen. Nobbé bad daarenboven
nog meer op zyn geweten. Door een
plank te verbreken had hy uit de
woning zijner buurvrouw f22.50 ont
vreemd. Ook van dezen diefstal had
Steur een gedeelte der opbrengst
geaccepteerd. De feiten werden door
de beklaagden, die reeds in voorloo-
pige hechtenis waren, erkend. Daar
beklaagden zeer ongunstig bekend
staan, requireerde het O.M. één jaar
tegen ieder. De verdedig'-r Mr. C. Joh.
Prins pleitte eene lichtere straf voor
ieder der beklaagden.
G. W. Besseling, een dertien
jarig knaapje had in vereeniging met
een ander knaapje, een paar konijnen
ontvreemd. De andere had den dief
stal gepleegd; hy had op den uitkijk
gestaan en als zijn deel een der konij
nen ontvangen. Dat de jongen, een
bekende straatlcoper volgens het O. M.,
die weldra wegens diefstal nog eens
zal terecht staan, niet erg leep is,
bleek wel hieruit, dat hij het konijn
in eene tobbe had gezet, waar het
uitgesprongen was. Daar beklaagde
eene niet al te beste opvoeding ont
vangt, requireerde het O. M. ontslag
van rechtsvervolging en tot zijn 18e
jaar plaatsing in een rijksopvoedings
gesticht.
Vrouw E. Smit, die te Bever
wijk uit een boekwinkel een kerk
boekje had ontvreemd, hoorde des
wege tegen zich eischen, 14 dagen
gevangenisstraf.
P. Ditmar had in drift in de
woning van C. van Eiswyk aan den
Koudenhorn een ruit ingeslagen, nadat
hij van Elswjjk had uitgedaagd er
uit te komen om te gaan vechten.
Deswege werd tegen hem geëischt
f 10 of 10 dagen.
De rechtbank, heden uitspraak
doende in de zaak van F. H. Perk,
die op den Hen November te Zaan
dam in drift een knaapje op een zeer
gevoelige plaats een schop had gege
ven, veroordeelde hem tot f 50 of 20
dagen gevangenisstraf. Het O. M. had
geëischt 2 maanden gevangenisstraf.
„Crescendo".
De Haarlemsche maonenzangver-
eeniging „Crescendo" zal op haar
eerste concert, dat in deze maand
gegeven wordt, een nieuw werk uit
voeren, getiteld „Jan van Schaffelaar",
gedicht van den heer J, F. HintzeD,
muziek van den lieer C. Andriessen
te Hilversum. Het gedicht is ontleend
aan de bekende geschiedenis van hert
jaar 1482, die ook Cbtmans de stof
geleverd heeft tot zijn schoone roman
„De Schaapherder". In de le af
deeling wordt Scbaffelaars tocht naar
Barneveld, aan 't hoofd eener bende
van 18 krygers geschilderd. In de
2de afdeeling wordt Perrol voorge
steld, Scbaffelaars doodvijand, van
haat verteerd en slechts op wraak
peinzende. In de 3e afdeeling volgt
de verraderlijke overval te Barneveld
en Scbaffelaars redding in den toreu,
terwijl in de 4e afdeeling de toren
belegerd wordt en Schaffelaar, na
drie dagen van ongelyken stryd zich
opoffert door van den toren te sprin
gen, en aldns het leven zijner man
nen redt.
Schoone koren wisselen in dit werk
met fraaie solo's af. De solo's zijn die
van Schaffelaar (bariton), Frank, zijn
vriend (tenor) en Perrol (bas). Wan
neer wy nu nog meedeelen, dat aan
het Stedelijk Muziekkorps van den
heer Kriens de begeleiding van dit
werk wordt opgedragen, dan betwij
felen. we niet of ..Crescendo" zal met
deze compositie van den broeder baars
directeurs, een werk, waarvan de uit
voering anderhalf uur duurt, groot
succes hebben.
Hedenmorgen is door de politie al-
bier aangehouden de tamboer van de
cadettenschool te Alkmaar A. v. H.
die zonder verlof zijn garnizoen had
verlaten. Hy is aan de militaire auto
riteit overgeleverd.
In den afgeloopen nacht ten drie
uur heeft brand plaats gehad in een
houten hok, staande op het erf getee-
kend Friesche Yarkeusmarkt no. 1,
bewoond door den eigenaar Johannes
Ruigrok van der Werve, spoorbrug-
wachter van de spooroverbrug aan
het Spaarne. De brand is vermoede
lijk ontstaan door vuur in een ijzeren
kachellade, waarop stukjes hout, ge
dekt door een ronde ijzeren plaat ter
rooking van spek, afkomstig van
twee geslachte varkens. Het spek is
nagenoeg geheel verbrand alsmede
het grootste gedeelte van het hok,
terwyl niets verzekerd was. Een
schuurtje dat ook reeds vlam bad
gevat is behouden. De brand werd
het eerst ontdekt door den agent vau
politic Coule en is door dezen met,
den korporaal der infanterie P. H.
Tel, met emmers water gebluscht. De
slangen- en ladderwagen der politie
benevens spuit 10 zijn nog uitgerukt,
maar hebben geene diensten verricht.
Jubileum-Van der Wilk.
Heden namiddag te 3 uur werd het
40jarig jubileum van den heer L. van
der Wiik herdacht in een bijeenkomst
in hotel „Funckler" gehouden, waar
tal van genoodigden en belangstel
lenden waren opgekomen om den ju
bilaris te huldigen. Nadat de jubilaris
en zyne eehtgenoote door eenige hee
ren waren binnengeleid, zongen leer
lingen der school een feestzang op
woorden van mejuffrouw Riemer.
De hr. jhr.mr. A.J. Rethaan Macaré
ram daarop het woord om den jubilaris
te huldigen. Hij bracht in herinnering
dat de heer v. d. Wilk 40 jaar zyn
leven, hart en geest aan de school
had gewyd en deelde eën en ander
uit de loopbaan van den jubilaris
mede.
Het goede onderwijs op de school
gegeven, roemde spr. Daarom waren
velen den heer Van der Wilk dank
baar en hadden oud-leerlingen en
ouders gemeeDd die dankbaarheid
door een huldeblijk te moeten toonen.
Met eeDÏge hartelijke woorden bood
daarop spr. den jubilaris en zijne
eehtgenoote een cadeau aan.
Het cadeau bestond uit een zilve
ren tafelservies met de namen der
gevers.
De heer F. Smit Kleine, een leer
ling van des jubilaris1 schoonvader,
den heer Priozen Geerligs las daarop
een gedicht voor.
De heer P. Van Loog. was de
derde spreker, die den jubilaris hul
digde. Hij eindigde met den wensch
dat de jubilaris nog vele :aren velen
ten zegen mocht zyn.
Diep geroerd betuigde de heer v.
d. Wilk allen zyn dank.
Velen complimenteerden nog den
jubilaris persoonlijk.
Wij kunnen hieraan nog de vol
gende levensbeschrijving van den ju
bilaris toevoegen. De heer Van der
Wilk werd in 't laatst van 1857 be
noemd als hoofd der school in 't wees
huis te Utrecht, kreeg den 27sten
Nov. 1858 zyne benoeming als hoofd
der school te Haaften en werd daar
op Oudejaarsdag Feestelijk ingehaald.
Hier bleef hij tot 1 October 1859, op
welken dag hy de functie aanvaardde
van schoolhoofd te Zandvoort. 6 Juli
1860 trad hy in 't huwelyk met een
dochter van den bekenden paedagoog.
den heer Geerligs, en woonde tot 1
Nov. te Zandvoort.
Wegens een ernstige ougesteldheid
moest hy daarop deze betrekking
neerleggen en Zandvoort verlaten. Na
eenigen tijd in Haarlem te hebben
gewoond was de heer Van der Wilk
hersteld eu kwam in Juli 1868 (dus
nu bijna 30 jaar geleden) met zijn
schoonvader, den heer Geerligs. aan't
hoofd van de bestaande meisjesschool,
toen reeds gevestigd Jacobynestraat
30 en die op dat oogenblik 40 meisjes
telde.
Op dit oogenblik heeft de school,
waaraan op verzoek der ouders in
1881 een cursus van voortgezet lager
onderwys werd toegevoegd. 170 leer
lingen.
Ook buiten zyn eigen school heeft
de heer van der Wilk in Haarlem
gewerkt, namelijk aan de Kweekschool
voor onderwijzeressen als leeraar in de
vakken opvoed- en onderwijskunde
en schoonschrijven en wel van de
jaren 1871 tot 1885 welke vakken
hij ook van 1877 af doceerde aan den
cursus voor hoofdonderwijzeressen,
die in 1888 wegens gebrek aan deel
neming werd opgeheveD.
Eene leesmethode en een schrijf
methode van zyne hand zijn in de
onderwijswereld wel bekend, zoomede
een overzicht der geschiedenis.
Zandvoort.
De onlangs opgerichte Rederijkers
kamer „Sandevoerde" gaf Woensdag
avond eene voorstelling in het Groote
Badhuis alhier. De opkomst was zeer
groot, de zaal was goed bezet. Do
voordrachten voldeden zeer en het op
gevoerde blijspel „Een lastige schoon
vader" wora uitstekend gespeeld. De
verschillende rollen werden goed weer
gegeven. De hoofdrol van den heer
Dwars werd bijzonder goed gespeeld
en den dames, vooral mej. Justine, komt
een woord van lof toe. De persoon
van Yan der Snip was vermakelijk.
De Rederijkerskamer mag met vol
doening terugzien op de eerste uit
voering, die zeker als goed geslaagd
mag worden beschouwd.
De Burgemeester bracht hulde aan
de leaen en bedankte namens alle
aanwezigen voor den genotvollen
avond.
De avond werd besloten door een
geanimeerd bal.
Sloten.
De heer J. van der Laarse. hoofd
der school in de afdeeling Osdorp,
herdacht onder zeer vele blijken van
belangstelling zijne 25-jarige ambts
vervulling; het Gemeentebestuur, de
ingezetenen en de schoolkinderen
schonken kostbare geschenken.
INGEZONDEN MEDEDEE-
LINGEN.
30 cents per regel.
Wannoesstraat 14,
Etaleeren een ruime collec
tie grijslinnen
School-Boezelaars,
in de Nieuwste Modellen.
Eenig adres voor
Engelsche fantasie
TELEGRAMMEN,
PRETORIA, 6 Jan. HavasDe
Volksstem gelooft dat Chamberlain
werkelijk aan de Regeering van Trans
vaal een telegram zond, waarin op
nieuw de suzereiniteit van Engeland
wordt bevestigd.
Het blad zegt, dat op het oogen
blik Transvaal het zich kan veroor
loven met kalmte een telegram uit
Londen te ontvangen, dat onrecht
vaardige en overdreven eischen bevat.
De tyd is voorbij dat de Eugelsche
ministers hun kleingeestige denk
beelden aan Zuid-Afrika kunnen op
leggen. Het telegram van Chamber
lain zal de meerderheid van Kruger
slechts doen toenemen.
VAPV A
Smits en de telefoon
De heer Smits hracht behoedzaam
de bel van de telefoon in werkiog.
Geen antwoord.
Is daar niemand? vroeg by.
Geduldig wachtte hij eenpoosjeop
antwoord.
Hei daar geef toch taal of
teekenriep hy door de telefoon,
een weinig luider.
Geen antwoord. Weer opgescheld
wat langduriger dau de eerste
maal.
Is—daar—nie—mand
Er was eene trilling in de stem
van Smits, veroorzaakt door kenne
lijk ongeduld. Diep stilzwijgen, on
toen met alle kracht die in hem was,
schreeuwde hij
Hei daar brand!
Nog altyd kwam cr geen antwoord,
en toen begon by aanhoudend aan het
instrument te draaien vijftien iniun-
ten, op 't horloge af.
Wat moet dat razende bellen
beduiden vroeg een vrouwelijke
stem.
Dat beduidt, dat ik er voorbe
dank om drie uur op je te staan
wachten; myn tyd is ook iets waard!
U heeft niet drie uren gowacht!
Dat weet ik beter. Aansluiten
vyf een nul drie.
Vijf een drie?
Nul, nul drie! Vyf een nul drie
vyf
Lmgeliug lingeling
Wie daar
Smits. Is meneer Willemsen op
't kantoor.
Wacht 'n oogenblik.
Smits wachtte tien oogenblikken,
en 't schenen hem tien uren toe.
Ten laatste klonk de bel, gevolgd
door een antwoord dat onverstaan
baar was. En toen klonk het
Nu?
Willemsen, zend my
Wien moet u hebben
Willemsen. Willemsen Co. Is
je naam niet Willemsen?
Neenmijn naam is Kareisen.
(Onverstaanbaar voor Smits.)
Vraag Willemsen aan de tele
foon te komen.
Er is hier geen Willemsen.
Ben ik dan niet aangesloten met
Willemsen Co.
Neem we zyu Kareisen «It Zoon.
Hoe?
Kareisen Zoon.
Versta je niet: spel het even.
K -r—r (onverstaanbaar ge
luid e—1—rrrr
't Is om dol te worden
Wil wat duidelijker spreken.
Wat is uw nummer?
Een nul drie vyf.
Smits liet hot ding uit de hand
vallen en waggelde achteruit tegen
de deur. Toen hij weer wat bekomen
was. keerde hy weer terug naar de
telefoon.
Met. wien spreek ik?
Er is geen Willem
sen hier!
Ik zeg niet dat hy er is, huilde
Smits, en hy gaf liet signaal, dat hy
liet gesprek met de lirma Kareisen
Zoon niet langer wensebte voort
te zetten.
Aansluiten!
Wie is u?
Smits danste een horlepijp rondom
het instrument en begon toen wéér
als een razende de juffrouw van de
telefoon op te schellen.
Is er haast iemandhuilde hy
en de man was deerniswaardig om
aan te zien.
Schreeuw toch zoo hard niet.
Kareisen is aan de telefoon.
Loop naar den duivel, Kareisen.
Wil je nu afbellen. Jou heb 'k niet
noodig.
Wat? Spreek toch niet zoo luid
ik kau geen woord verstaan.
Kan ^me niet schelen of jy 'n
woord verstaat. Zijn ze stapelgek aan
't Centraalbureau
Smits snakte naar adem en begon
weer te draaien totdat hy niet meer
kon.
Aansluiten vyf duizend een
honderd en drie.
Bedoelt u Kareisen Zoon?
dus klonk een schuchter vrouwen-
stemmetje hem in 't oor.
De oogen pmiklen hem uit het
hoofd eu zyn leven hing aan een
zyden draad.
Maar een man van karakter weet
zich te beheerschen.
Neen, klonk het op zonderling
zachten en fluisterenden toon uitzijn
mond: aansluiten met Willemsen en
Co. 5103.
Er is hier geen Willemsen, heb
ik je al gezegd!
Ha! ha! ha!
Arme Smits! Zy brachten hem
van de telefoon regelrecht naar een
gesticht voor zenuwlijders, en hy
amuseert zich daar met. den ouden
deurknop. Hy houdt dien aan zyn
oor en roept maar voortdurend om
5103 door den ventilator.
FamsSieberichie».
Bevallen4 Jan. M. G. P. Mahns—
Engelbrecht d. Amst. J. B.Fortanier—
Régis d. Amst.
Overleden3 Jan. J. van Ommen
Jr. 58 j. Amerfoort. Wed. A. van
Lidth de JeudeVos 77 j.Nymegen.
4. S. van Erp 70 j. Bemmel. J. C.
Roest—De Fremerv, Leiden. Wed. G.
Worms—Worms 70 j. Amst Doch
tertje van E. Hoelen, 10 d. Amsterd. D.
Cordes 69 j. Amsterd. Wed. H. M.
Steup—Goyaars 77 j. den Haag. 5.
P. L- Kamps 52 j. dm Haag.
Stoom vaartberichten
Het stoomschip Smeroe, van Rot
terdam naar Java, vertr. 5 Jan. van
Port-Said.
Het stoomschip Amsterdamvan