om iemand voor zyn héele leven naar de galeien te sturen. Wat het Drey fus-pro ces betreft, het is thans zoo goed als uitgemaakt, dat het vonnis op grond van mededeelingen uit ge heime stukken gewezen is. Houdt men hierbij rekening met het moreel ge wicht der by het vonDis betrokken personen, dan wordt men slechts ver sterkt in het geloof aan de schuld van Dreyfus. Maai- formeel is het vonnis dan niet overeenkomstig de wet Reeds is gemeld, dat Rusland en Duitschland lijnrecht tegenover elkaar staan wat betreft de benoeming van prins George van Griekenland tot gouverneur van Kreta. Duitschland onttrekt zich aan het enropeesch concert als hij wel wordt benoemd, Rusland onttrekt zich er aan, als hij niet wordt benoemd. De keus is moeie- lijk voor den sultan. De Standard meldt, dat de scheuring tusschen de mogendheden feitelijk reeds heeft plaats gehad. Frankrijk en Rusland moeten te Konstantinopel tegenover Duitschland en Oostenrijk staan, laatstgenoemden zouden de ontruiming van Thessalië door de Turken bestrijden en Enge land daardoor dwingen, de zijde van Frankrijk en Rusland te kiezen. Over den toestand in het oosten van Azië is weinig nieuws. Alleen wordt nog iets gemeld over de onder handelingen betreffende de chineesche leening. De Times verneemt uit Peking, dat de Chineesche regeering Engeland's voorwaarden betreffende de leening van 12 millioen pond gunstig acht. maar oppositie vreest van Rusland's en Frankrjjk's kant, vooral ten aan zien van de openstelling van Taliën- hoean en Nanking. STADSNIEUWS eerste en derde pagina. Haarlem, 18 Jan. 1898. Schouwburg. Qi'jsbrecht van Aemstel. Der traditie getrouw, wordt het nieuwe jaar iu Amsterdam door het Neder 1. Tooneel geregeld ingewijd met het treurspel „Gjjsbrecht", ge volgd door de klucht „Kloris en Roosje". En het publiek is gevoelig voor dat vasthouden aan de traditie. Het beloont de spelers met in grooten getale op te komen. Haarlem kreeg gisteren eveneens de „Gjjsbrecht". Ook hier was het publiek erkentelijk. Een stampvolle zaal, een opgewekt en dankbaar auditorium, dat weinig noodig heeft om in geestdrift te ge raken. Het was er recht levendig en gezellig. Vondel heeft ons met zijn rijmen verrukt. Voornamelijk daar, waar de verzen goed gezegd worden, begrijpt men de dichtkunst van Van den Von del, die anders voor een groot deel der menschheid tamelijk onverteerbaar blijft. Schoonhoven was machtig mooi met volle stem, met breed gebaar deed hijtde taal komen tot haar volle recht. Clous, in gebaar niet voor hem onderdoende, was minder goed in zeggingskracht, hier en daar zelfs onverstaanbaar. Mevrouw Brondgeest zeide goed, voomamelük daar waar zjj haar droo- men vertelt. Haar gebaren zijn ech ter niet altijd in harmonie met de gespierde verzen. Die taal gedoogt niet kleine handbeweginkjes, vau de soort waarmee een hedendaagseh menscli wil te kennen geven„Schei maar uit, ik weet het wel." De heer de Jong overtrof zich zeiven. Met warmte en gevoel gaf hij het verbaal van den moord op Gaze- wijn en Clarisse. Er ging van den heer de Jong eeü kracht uit, die wel dadig aandoet. Zijn gebaren onder streepten zijn woorden. Het publiek, dat aan zjjn lippen hing, beloonde hem met een warm applaus. De reien werden goed gezegd. Me vrouw PauwelsVan Biene vooral heeft haar „Waar werd oprechter trouw" heerlijk schoon uitgesproken, ln het spel der overigen viel veel te loven. Alleen tegen de wijze van optreden van Diederick van Haarlem j hebben wjj eene kleine bedenking. O. i. zoude eenige meerdere waar-1 digheid, eenige meerdere voornaam- beid zijne onstuimigheid niet geschaad hebben. Nu had hij wel eens wat van een schooljongen, die zijn zin niet krjjgen kan. In Kloris en Roosje werd de Nieuw- jaarswensch zeer geestig gezegd door Ghr. Poolman en door Schulze. Het oude jaar werd herdacht o.a. door een herinnering aan de gebeurtenissen in Griekenland en Turkjje, aan de recla metentoonstelling met haar beelden van nieuwe kunst en hanenwedstrij den, aan de roei wedstrijden, waarin Blussé den Hollandschen naam zoo kranig hoog gehouden heeft en aan de kieswet en de daarmede opgedane ervaringen. De resultaten van het onderzoek in de tweede Kamer naar de geldigheid van eenige verkiezingen, deed Pieter nel o.a. de opmerking maken; „Merkwaardig dat de Staatsbelan gen „Soms aan een vuilen vinger han- [gen". De wenschen, die op de oudejaars- herinneringen volgden, waren grooten- deels gewyd aan ons Vorstenhuis en deden dan ook een stormachtig applaus ontstaan. Het verdere verloop van het be kende kluchtspel was heel vroolyk en opgewekt. Toeschouwers en ver- toonenden hadden veel animo om te zingen „Wy gaan nog niet naar huis." Het was een leuke, joviale partij. Ten slotte werd Stiphout in zyn witte jasje te voorschijn gehaald, met hem een rondedansje gemaakt en of hy al tegenstribbelde, het hielp hem niet, met de pet in de hand moest hy het publiek bedanken, dat dien ouden ge trouwe van onzen Haarlemschen schouwburg hartelijk toejuichte. Ned. R. C. Volksbond. De Weleerw. heer Emring trad Maandagavond in de groote zaal van de sociëteit „de Kroon" voor de afdee- ling Haarlem van den Ned. R. C. Volksbond op met een verhaal, waarin hy deed uitkomen hoe iemand door den drank en door het socialisme on gelukkig was geworden, maar later van zieuswyze was veranderd. Naar aanleiding van dit verhaal wekte Z.W.E. zyn auditorium op nooit aan het socialisme geloof te slaan, maar altyd aan God en godsdienst trouw te blyven. Het applaus, waardoor de lezing telkenmale werd onderbroken, bewees, dat zij zeer in den smaak viel. De Weleerw. heer Wier dels, de gees telijke adviseur der afdeeling, be noemde den Weleerw. lieer Emring tot eerelid der afdeeling en deelde verder nog mede, dat een beroemd pater, die onlangs in onze stad voor de H. Vincentius vereeniging was opgetreden, van Woensdag tot Zon dag uitsluitend voor de leden der af deeling eene reeks van preeken in de kerk in de Jansstraat zal houden. Hierna werd de vergadering gesloten. BINNENLAND Men noemt den oud-Minister van Bnitenlandsche Zaken, jhr. mr. J. Roëll. als den vermoedelijk tot lid van de Eerste Kamer voor Zuid- Holland te benoemen opvolger van den heer Sickesz, wanneer deze zal op getreden zijn als directeur-generaal van landbouw. Annie Besant in Nederland. Naar men ons meedeelt zal binnen kort de bekende theosophische schrijf ster en redenaarster Annie Besant ons land bezoeken. Na gedurende ruim een half jaar eene rondreis door Amerika te hebben gemaakt, waar zij eenige honderde openbare en besloten voordrachten hield kwam zij in Sep tember terug in Engeland. Hier bracht zij ongeveer een maand van rust door en begon daarna wederom met baai- werk van theosophische propaganda. Nog in de maand October hield zjj een twintigtal voordrachten in Lon den, Croydon, Harrogate, Bradford en Bournemouth, daarna stak zy over naar Frankrijk om een drietal weken in Parijs, Nizza en Toulon te wer ken, keerde vervolgens voor enkele dagen naar Engeland terug om in Londen te spreken en is nu naar Zweden en Noorwegen om daar de theosophische leer te verkondigen. Vandaar komt zy den 26en Januari in Nederland, waar zij vjjf dagen blijft om in dien tijd vier openbare en en kele besloten voordrachten te houden benevens twee recepties. Zy vertrekt weer den 31en Januari. Het reisprogramma is als volgt vastgesteld i Te BotterdamDonderdag 27 Jan. des avonds t© 8 uur, Gebouw Irene; onderwerpTheosophy and Us Tea- citings. Te HaarlemVrijdag 28 Januari, Brongebouw, des avonds te 8 uur; zelfde onderwerp. Verder Zaterdag 29 Januari des namiddags van half- drie tot halfvjjf afternoon-tea in een der zalen van het Brongebouw. Hier zullen mevrouw Besant en epn aantal binnen- en buitenlandsche theosophen aanwezig zijn en zich beschikbaar stellen tot het geven van inlichtingen en het beantwoorden van vragen aan- gaaude de Theosophie en de Theoso phische Vereeniging. Ieder die nadere kennismaking wenscht met de theo sophie of de leden der Theosophische Vereeniging wordt uitgenoodigd daar tegenwoordig te zyn. Ongetwijfeld zullen velen van deze gelegenheid tot kennismaking met deze merkwaardige vrouw gebruik makeo. Te AmsterdamZaterdag 29 Jan. des avonds te 8 uur in het hoofd kwartier der Theosophische Vereeni ging, Amsteldyk 76 aldaar. Deze ver gadering zal evenwel uitsluitend toe gankelijk zyn voor leden der vereeni ging. Verder eene openbare voordracht op Zondag 30 Januari des avonds te 8 uur in het gebouw der Vrjje Ge meente, onderwerp Esoterw Chris tianity. Ook te Amsterdam zal evenals te Haarlem eene namiddag-receptie wor den gehouden, in het hoofdkwartier der vereeniging, Amsteldyk 76, op Vrydag 28 Januari ran drie tot vyf uur. Ook hiertoe wordt ieder belang stellende uigenoodigd. Te 'sRage: Maandag 31 Januari, des avonds te 8 uur, gebouw V. M. Loge; onderwerp: The Conditions of Life after Death. Een en ander zal nader in ad ver- tentiën worden bekend gemaakt, waar naar wy onze lezers verwjjzeu. Dienzelfden avond nog gaat Mevr. Besant door naar Engeland, via Hoek van Holland. Na daar te lande en wel licht ook nog op het vasteland eenigen tijd gewerkt te hebben, vertrekt zy in het voorjaar weer naar Voor-Indië om daar de Jaarljjksehe Conventie der Theosophische Vereeniging by te wonen en dan hare jaarljjksehe tour nee door het land te maken zooals zy dat gewoon is te doen. Gevecht tusschen vrouwen. De politie te Amsterdam heeft eene vrouw gearresteerd, wonende in de Vrouwensteeg, die Zaterdagnacht eene buurvrouw met een pennemes in den bnik heeft verwond. Eerst heette het, dat de vrouw gestoken was door een manspersoon, wiens signalement nog al nauwkeurig werd opgegeven. De daderes heeft echter bekend, en de de vrouw is naar het Binnen gasthuis vervoerd. Zondagavond is te Utrecht over leden mr. Royaards van Scherpezeel, tot 1896 lid van het college van Gedeputeerde Staten van Utrecht. Inbraak. Woensdagmiddag werd te Rjjswjjk ingebroken in het Evangelisatiege bouw aldaar, en wei gedurende de afwezigheid van eene bejaarde dame aie in genoemd gebouw woont. De dieven hebben eenige gouden voor werpen, kleedingstukken en eenig geld medegenomen, en de offerbus geledigd. Door de ijverige nasporingen vau Me rijksveldwachters .1. Nijenboer en W. v. Oosten, waren nog dienzelfden dag de namen der daders bekend. Zater dagmiddag werden de daders gearres teerd, tot bekentenis gebracht, en de voorwerpen op vier verschillende plaatsen te 's-Gravenhage in beslag genomen. De van diefstal verdachten zyn twee Hagenaars, die reeds vroeger met de justitie hebben kennisgemaakt. W er kstakinge n De werkstakers onder de timmer knechts te Sneek zyn nog niet voor nemens den strjjd op te geven. De ondersteuning uit de weerstandskas, die vrij ruim is en verscheidene maanden kan worden volgehouden, j zal er hoogst waarschijnlijk toe leiden, I dat meer gezellen het werk neerleg-1 gen. In een vergadering van Zaterdag, die druk was bezocht, werden de knechts, die II ct. loon ontvangen, opgewekt, om aan de patroons den dienst op te zeggen. 1 De commissaris der Koningin be zocht Maandag Almelo, om een on derzoek te doen naar den stand der werkstaking. De werkstaking der sigarenmakers by de firma Swaan Co. te Utrecht is thans geëindigd. Had het hoofd der firma aanvan kelijk geweigerd aan de wenschen der stakers tegemoet te komen, later verklaarde hy te zullen zorg dragen, dat voldoende tabak aan het pei zou worden gegeven en dat het sor- teeren voortaan meer in het belang der werklieden zal plaats vinden. De gevolgen van een wed dingschap. Wij meldden voor eenige dagen de dwaze weddingschap van twee per sonen nit Friesland, die om een pry's van f200 de weddingschap aangin gen, dat een linnner geen f 4000 be zat De een verloor en betaalde de verloren som, terwijl zijn tegenpartij hem voor de contante betaling 25 pet. schonk, zoodat hy er met f150 afkwam. Het ligt voor de hand, dat deze weddingschap niet voorviel onder gewone omstandigheden, men zat in een herberg, was uit. Wat is echter nu het eerste gevolg? Dat alle aan wezigen, de wedders incluis, proces verbaal hebben gekregen, wegens het te laat vertoeven in de herberg. En het tweede is niet beter. De winner gaf aan den verliezer eene kwitantie van f 150 zonder plakzegel. De laatste heeft hiervan aangifte gedaan en de eerste kan nu eene hooge boete betalen wegens ont duiking van de zegelwet. (U. D RECHTSZAKEN. Hooge Raad. Een brander te Maastricht, die dour de rechtbank aldaar en door het Hof te 's-Hertogenbosch tot f 1000 boete of 3 maanden hechtenis werd veroor deeld wegens het niet aangeven van het bestaan of tot stand brengen in eene branderij van eene gemeenschap met andere panden die klaarbljjkelijk bestemd is en gediend heeft tot het ongeoorloofd wegvoeren van gedistil leerd, is Maandag deswege door den Hoogen Raad ontslagen van alle rechtsvervolging. Requirant had tegen een twee meter hoogen muur, dienende tot afscheiding van zjjue branderij en distilleerderij, in de braDdery een trap geplaatst gehad: was over dien muur vau uit de distilleerderij geklommen en langs dn trap in de branderij afgedaald; en had vervolgens over den muur aan iemand in de distilleerderij flesschen gedistilleerd aangereikt en nog andere gepoogd aan te reiken. De Hooge Raad nu besliste, dat bedoelde gemeenschap niet is wat de wet daar onder verstaat en ten aanzieu waarvan zy het Diet aangeven straf baar stelt, daar deze daaronder alleen bedoelt gemeenschap, teweeggebracht door de aanwezigheid van een vast, voortdurend verbindingsmiddel en tevens bestemd althans geschikt om het eene erf of pand uit het andere te bereiken, doch niet een oogenblik- kelijke. tijdelijke en voorbijgaande verbinding. Aanranding. Voor de rechtbank te Utrecht stond Maandag terecht S. H., die aldaar onlangs een meisje, met wie hij ken nis had aangeknoopt, op den Konings weg aanrandde en zoo ernstig mis- haudelde, dat zy in het Stedelijk Zie kenhuis aldaar een operatie heeft moeten ondergaan. De behandeling der zaak geschiedde met gesloten deuren. De beklaagde is gehuwd en vader van een paar kinderen. De eisch van het O. M. luidde 6 jaren gevangenisstraf. Het maximum voor dit misdrijf is acht jaar. Verdediger vau dea beklaagde was mr. Boers. GE33ENQD NIEUWS Hoogverraad. De Belgische pers houdt zich druk bezig met de zaak van hoogverraad, waarvoor een Duilsch onderofficier te Aken is gevangen genomen. De bladen beweren dat ook een Belgi sche herbergier nit Verviers, die de bemiddeling tusschen den onderoffii- cier en de Fransche regeering op zich I zon hebben genomen, gevangen geno men is by een bezoek aan Aken. Nog is in verband met deze zaak een Duitsch onderofficier in bewaring gebrachtandere verdachte personen hebben de wijk genomen over de grenzen. Een rijke dame te Bern, mevrouw Berset—Müller, is overleden en heeft by testament aan den gemeenteraad haar groot landgoed vermaakt, met het geld, dat noodig is om daar een toevluchtsoord te bouwen en te on derhouden voor oude, hulpbehoevende onderwijzers en onderwijzeressen, en voor onderwijzers-weduwen. Het testament zegt onder meer Daar de bezol liging van onderwij zers en onderwijzeressen voor hen onvoldoende is om te sparen en te zorgen voor den ouden dag weusch ik dat dit toevluchtsoord open staat voor allen hunner, van welk geloof ook, Duitsehers of Zwitsers, die min stens 20 jaar in Zwitserland onderwijs gegeven hebben, en voor de weduweu wier eehtgenooten aan dezen eisch hebben voldaan. Het huis zal Berset-Müllerstichting heeteo. Een mesalliance. Een Iersch zeeman is dezer dagen te Liverpool getrouwd met Lady Ernestine Brudenell-Bruce, niets min der dan de dochter van den markies van Ailesbury. De jonge Hunt van Limerick had al een paar jaar geva ren, 't laatst als stuurman, en leerde nu op een school te Liverpool voor het brevet van koopvaardjj-kapitein. Daar maakte hy 'kenuis met Lady Ernestine, die bekend is als een knap zeiler en zich nu voor hetzelfde exa men voorbereidde om haar eigen jacht te kunnen kommandeeren. De regee ring weigerde echter haar tot het examen toe te laten. Hunt haalde onlang zijn brevet, en iu alle stilte is het paar Donderdag getrouwd. De jonge man heeft al een schip te kom mandeeren, en de hooggeboren vrouw kiest binnenkort met haar beer en gemaal het ruime sop. Sedert Woensdagmiddag is hetge- heele garnizoen vau Berljjn op bevel van het goe ver nemen t in alarmtoe- stand. Het dagelijksch verlof van de manschappen wordt daardoor wel niet beperkt, maar elK moet zorgen de signalen te hooren, als er alarm wordt geblazen, en zich dadelijk bij zjjne compagnie te voegen. By de ruitery liggen de zadels als in rijd van oorlog naast de paarden. Ook da recruten die nog geen vaste paarden hebben zijn er tijdelijk van voorzien. Men vermoedt dat de keizer op zekeren nacht alarm wil laten maken. Knoeierij en. Schandalen, waarbij het leger en de vloot van de Unie betrokken zijn, wekken sensatie in Noord-Amerika. De genie-officier Menoeal eo kapitein Carter moeten voor den krijgsraad terecht staan; Menoeal wegeDS knoeie ryen met liet droogdok te Brooklyn, dat onbruikbaar gebleken is; Carter wegens knoeierij met de aannemers van het droogdok ie Savannah, waar door een tekort ontstaan is van drie millioen dollar. Carter was laatstelijk attaché der Unie te Londen, terwijl Menoeal by de opmeting voor het Nicaragua-kanaal werkzaam was. Mishandelingen in eene gevangenis. Treurige misbruiken die in de po- litie-gevangenis te Stettin bestouden zyn aan den dag gekomen bij de be handeling van de zaatc van een paar beambten, beschuldigd van mishan deling van gevangenen. De beschuldig den erkenden dat zy weerspannigén op de volgende wijze, door hen „bin den" genoemd, wisten klein te krij gen. Het slachtoffer werden eerst de armen gebondenvervolgens bracht men hem in een eel, waar men hem op den grond wierp en zijn beenen vastsnoerde, en wel zóó, dat hy slechts op zijn borst kou liggen. Ver volgens bonden de beulen zyn boven- i armen nog eens achter op zyn rug en zyn beenen onder de knie. In deze houding moest de gefolterde tien I minuten liggen. Werd hij losgebon den dan bleef hij verlamd van pijn en zonder een vin te kunnen ver roeren liggen. Een van de op deze wyze mishandelde slachtoffers bad aan de gevolgen negen weken ziek in het gasthuis gelegon. De rechtbank veroordeelde den voornaamsten schul dige tot 2 maanden gevangenis. Zyn handlanger kwam vry met een boete van 100 mark. U-Prins Heinrieh van Pruisen isZa- j terdag met zyn twee oorlogsschepen Perim gepasseerd. Hy heeft tot das- I ver een goede reis gehad, maar het gaat niet vlug. De ballon van Andrée. Hoewel het niet onmogelijk is dat Andrée door Zuidenwinden naar Britsch-Colnmbia zou zijn gedreven, is het toch zeer weinig waarschijnlijk dat het bericht aangaande het zien van zyn ballon zoo lang zon zyn uit gebleven. Het Quesnelle-meer is een groot centrum van mijnwerken met gemakkelijke communicatie langs te- legraphischen weg. "Londenscbe geografen hechten dan ook weinig waarde aan bet, Zweedsche bericht. Iptusscben zijn er meer uitvoerige berichten gekomen over Ce mededee- ling van Nordenskjöld. Twee maanden geleden (dus in 't begin van November '97 ongeveer) had de Zweedsch-Noorsche cousul te San Francisco van een ballon gehoord, die in de buurt van het Quesnelle- meer zou zijn gezien en het zijn de nader door hem ingewonnen inlich tingen, die hy thans aan het ministerie van buitenlandsche zaken heeft ge meld. Het is dan de myndirecteur Hobson te Quesnelle, die mededeelt, dat de vrouw van den arbeider Sullivan, toen zy op een der avonden tusschen den 4en en den 7en Augustus uit haar venster keek dat op het Zuiden uit ziet, een rond, grijsachtig voorwerp aan den hemel zag. Het voorwerp scheen grooter te worden, naarmate het dichter by de aarde kwam. Wel dra kon vrouw Sullivan duideljjk twee voorwerpen onderscheiden, waarvan het kleinste onderaan het grootste hing. Het voorwerp kwam steeds dichter bjj de aarde, zoodat de vrouw duide lyk kon zien, dat het een ballon was met een daaraan hangende groote mand toen het echter bjj den rechter arm van het Quesnelle-meer was ge komen (het Quesnelle-meer heeft, van 't Noorden af gezien, den vorm van een T) begon het weer te stijgen. Vrouw Sullivan riep haar dochter en deze zag den ballon ook eenigen tyd totdat hy uit het gezicht ver dween. Zoowel vrouw Sullivan als haar dochter worden door den directeur Hobson geloofwaardige personen ge noemd en eerstgenoemde zal zich niet licht vergist hebben daar zy vroeger wel eens een ballou had gezien. De heer Hobson heeft nasporingen gedaan onder de andere arbeiders en onder de bewoners der naburige plaatsen maar niemand had iets van den bailon gezien of gehoord. Door deze wyze van onderzoek er van mededeeling zou het lange tijds verloop tusschen de waarneming en de bekendmaking wel verklaarbaar zijn. Er bljjft echter nog genoeg over dat, tot scepticisme noopt; Nordens kjöld zelf achtte de juistheid van hei bericht niet onmogelykhet kan ziju dat ile luchtreizigers bjj Quesnelle den ballon verlaten hadden. Maar bi merkte toch al dadeljjk op, dat het weinig waarschijn! jjk was dat Andrée zoo zuidelyk zon zijn terecht gekomen Veeleer kon men aannemen dat de reizigers thans in Siberië overwinterer hetgeen te beter denkbaar is daai volgens bericht van den consul te San Francisco de walvischvaarder; in de IJszee zijn ingevroren, hetgeei op een strengen winter iu die strekei duidt. Onveiligheid in Praag. Bjj het Cor. o op den Graben te Praag waren de Tsjechen Zondag buitengewoon druk opgekomen, om dat zich het gerucht verspreid hai dat de Duitsehc studenten ingrootei getale een Zondagsuitstapje wildei makeu. Het gerucht loog. maar da belette niet dat acht Duitsche stu denteu die met de pet van hun ge zeischap op den Graben verschenen onmiddelljjk werden omsingeld, uit gescholden en geduwd. Een medicu kwam zoo in 't nauw. dat hij drei Zjj heft haar baud op, om hem het zwijgen op te leggen. „Gij vergeet, dat ik van dit alles zeer goed op de hoogte beu. Sir Lucien heeft het injjn moeder nooit vergeven, dat zij mijn vader trouwde en bjj zal liet mjj, de dochter vau dien man nog minder doen." „O nonsensLuister Hij heeft zich nog nooit zoó welsprekend gevoeld, maar zy laat hem niei aan 't woord komen en legt hem met een gebiedend gebaar weder het zwjjgen op. „Het is geen nonsens. Hjj gelooft, dat mijn vader de juweelen sta! en verkocht, die mjjn moederO roept zjj hartstochtelijk uit, „natuurlijk kent gy die achandeljjke. leugenachtige geschiedenis." Haar oogen fonkelen. „Als gjj mjjn vader gekend hadt... „Ik geloof, dat het. alles laster is," zegt hy, byna even driftig als zij- „Maar „Spreek niet van „maren." Zjj is zoo mooi in haar verontwaardiging, dat Hilary zelfs in dit oogenblik bij zich zelf de opmerking maakt, dat hjj haar nu eerst in haar ware gedaante*ziethjj begrijpt dat al, wat hjj in dit uur van haar persoon te weten kwam en dat was in zjjn oogen niet weinig, nu geheel in 't niet ver zinkt. i Hoe ondoorgrondelijk schynt zy hem hoe onbe grijpelijk en Plotseling stoort zjj hem in zjjn tfo^durffe die man mijn vader een dief noemen O zeker, dat deed hjj. Toen sir Lncien een paar dagen geleden Brian ontmoette, verklaarde hjj dezen ronduit, wel meer van die diamanten te weten. Ja, hjj zeide, dat hy (Brian) wel wist, wat mjjn vader met die stee- nen gedaan had. Mijn vader! Alsof hjj het ooit in zjjn hoofd zou hebben gekregen ze aan te raken Mjjn moe der had ze in haar bezit, dat weet ik. Ik heb die tiara's en andere sieraden dikwjjls bewonderd. Zjj waren van haar, zooals zjj mij altijd vertelde, en het was een ge schenk van haar vader." „Ja, maar „O!" riep zjj heftig uit, haar ronde kin omhoog trek kend, „hebt gjj nog meer maren. Ik weet wel, wat gjj zeggen wilt zjj behoorden haar slechts voor eenigen tijd. Maar hoe kon mijn vader het helpen, dat zjj ze verloor. En natuurlijk heeft zij ze verloren, want als zij ze verkocht had, zouden we ook wel wat van het geld gemerkt hebben, dat ze er voor gekregen had. Maar er was nooit geld in huis. Daarom moet ze ze verloren hebben ik weet het; zjj zjjn verloren ge raakt." „Amber!" Zij werpt hem een woedenden blik toe. Goede hemelis dit hetzelfde lieve, waardige kalme meisje van een uur geleden Is er electriciteit in die Iersche atmosfeer in dit droevige mistige klimaat en heeft deze zoo'n invloed op de menschen „Wel?" Hjj raapt al zjjn moed te zamen en zegt: „Waarom zou ik u niet bij den naam noemen Ik heb er nooit van gehoord, dat neven en nichten elkaar met juffrouw en mynheer aanspreken. Kom nu", vervolgt hjj aanhoudend, „dat weet gjj toch ook wel." „Neen, ik weet het niet." Zjj zwjjgt. Het lieve kopje buigt zich voorover; haar toorn is verdwenen en een vriendeljjke glimlach verheldert plotseling haar evenals wanneer de zon, die voor een oogenbiiic door de wolken dringt, baar liefelijk liebt over liet landschap uitgiet. „Hoe kan ik dat ook. Ik heb nog nooit een neef ont moet." „O 1" zegt hjj, „dan begrjjp ik het. En ik voel dat de Voorzienigheid iny vandaag hierheen geleid heeft om u die gelegenheid te geven. Het is ook een ernstige zaak, maar ik 'zal u zeggen, wat gjj doen moet, Ik geef u een hand, begryptge?" en hij neemt haar handje in de zyne, „en zeg, goeden dag Amber, en dan antwoordt gjj goeden dag Hilary. Denkt gjj, dat het zal gaan „Ik zal het probeeren," zegt zjj ernstig. „Goedendag Hilary." „O! prachtig! prachtig!" roept bjj uit. „Gjj zjjt een knappe leerling. Den volgenden keer „Neen er zal geen volgenden keer komen," zegt zjj ter wijl haar gelaat verduistert. „Ja, wel," houdt Hilary vol. Maar zjj keert zich schielijk om en snelt het pad af. Hjj ziet haar na, tot dat zij uit het gezicht verdwenen ismet een zucht begeeft hjj zich in de richting van den heuvel, dien zjj hem aangewezen heeft. Hjj heeft nauweljjks oenige stappen gedaan of zijn aandacht wordt getrokken door een man, die over een haag op het pad springt; deze is omstreeks veertig jaar groot en met een donker uiterlijk, dat hoewel onaange naam toch niet leelijk is te noemen, en vastheid vau karakter uitdrukt. Als Hilary nadert is zjjn houding zeer vjjandig; hjj gaat hem evenwel voorbjj, maar hun beider blikken, welke van den een woede en van den ander verachtin uitdrukt, ontmoeten elkaar. Zjj hebben elkaar de laatst drie dagen al eens meer ontmoet. Door eeu bocht va den weg wordt Brian Deane aan Hilary's oog ont trokken. Brian heeft Amber ingehaald en vraagt, als hjj naa; haar voortloopt: „Wie was die man, dien gij zooeven goeden dag ze det Zjjn toon klinkt hard en ruw, zjjn adem gaat g< jaagd en zjjn neusvleugels trillen. Amber slaat hem nieuwsgierig gade. Haar mooi oogen zien niet alleen verwonderd, maar met een ni drukking van afkeer naar zijn gelaat, dat degrootsl opgewondenheid uitdrukt. „Dat was kapitein Adare, mjjn neef", antwoordt vry moedig. „Uw neef!" Zijn gelaat vertrekt boosaardig. „De nei van den man, die uw vader een leugenaar en een di? noemt." Zjj verbleekt. „Maar die man, of boa gij hem noemen wilt is ni Hilary Adare." Wordt vervolgd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 2