NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. inze Agenten. De ridder d'Auriac. Vrijdag 22 April 1898. He 4543 ^BO!\T3ïTSTivd;ElQ"TSi:5K,IiJS: Voor Haarlem per 3 maanden.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden,1.30 Franco door het geheele Rijkper 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 - de omstreken en franco per post O.oTFo Directeur-Uitgever ADVBaTZHTTIEN": -5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Ad verten tién worden aangenomen deor onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnommer f22. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenhuid: Compagnie Gên&rale de Publicité Etrangère L. DAUBE <C* Co. JOHN F. JONES, Suec., Parijs 31bis Faubourg Montnuirtre. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bnreau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels f 0,75, elke regel meer f 0,15Reclames per regel 0,30. Agenten voor dit blad in den omtrek zijn: BloemendaalSantpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, SandpoortHeemstedeJ. LEUVEN,bjj de tol; Spaamdam, C. HARTENDORPZandvoariG. ZWEMMER "Fekéw, W. J. RUIJTER; Bexerxcïjk, J. HOORNS; Hülegom, ARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. Aan Haarlem's Dagblad aft» ès ivolgende vast® Agenten verbonden: Voor het kwartier Amsterdamse*» •ort C. VINK, A. L. Dysennekeir. 11. 7oor het Rozenpriëel K. VOS, RotenpriëtLstraal 30. Voor het Leidache kwartier: W. ZWART, Ciercq.straat 136. Advertentiën weden zonder ver- ooging van prijs door hen aangeno- terwjjl ook voor Abonnementen p de Courant door ben wordt zorg edragen. Hoofdkantoor: Kleine Houtstraat 14. J. C Peereboom, Directeur- Uitgever. Men behoefde geen profeet te we en om te voorspellen, dat noch de rethouder van Publieke Werken, och een der leden van den Raad, en woord zou zeggen over de adres- en vau de advocaten Waszink en lOseling betreffende de quaestie van en Koninginneweg. In ae eigenaar- lige positie welke de gemeente tegen- iver dit geschil inneemt, was iedere ettergreep, die daarover door een van lire of ficieele vertegen woordigers werd renit, er een te veel. En zeer wjjse- ijk heeft de Raad dan ook deze stuk en gesteld in handen van de rechts teleerde commissie, waar ze voorloo- tig rustig kunnen blijven. Het adres van de vereeniging „Cre- mer'', om voortaan bij ,hare bijeen komsten in besloten kring, ontslagen le zjjn van de tegenwoordigheid van politie, ging naar den burgemeester ter afdoening. Maar niet zóo gauw, of heer Schürmann had er zijn be klag over ingediend, dat er Dinsdag avond tegen die vereeniging proces- terbaai is opgemaakt, omdat ze hare foorstelling vjjf minuten later ein- %de dan toegestaan was. Blijkbaar rist de burgemeester hier nog niet tan althans Z.E.A. zou daarnaar nformeeren. Ik hoop nu maar, dat vau dit on derzoek het gevolg zal wezen, dat dergelijke processen-verbaal, die meer NABETRACHTING uit den GEMEENTERAAD. CXXIII. ren. Een paar jaar geleden is dat zelfde verzoek afgewezen toen het, kwam van de bewoners van de Paar- laarsteeg. Nu er eenmaal een schaap 1 over de brug is zullen er natuurlijk wel meer volgen. De volgende verga- j dering zie ik in gedachten de Paar- Iaarsteger8 opnieuw op de bres, en nu de Ursulastegers, ik bedoel Ursula- straters, hun zin hebben, gaat het toch niet aan den hartevrensch van onze medeburgers uit de Paarlaar- steeg nog langer te weerstreven. Ja, ik voorzie ook nit andere stegen dergelijke verzoeken en wanneer de Raad daarmee niet voortdurend wil worden lastig gevallen, zou ik in overweging willen geven, de koe flink by de horens te vatten en eenvoudig weg te verklaren Jvan i Mei 1898 af zullen alle stegen straten worden genoemd." Misschien zou het noodig zijn, om daaraan toe te voegen, dat alle slop pen voortaan stegen zallen worden geheeten. Op die manier doen ze allen een stap vooruit op den maatschap- pel\jkeu ladder Ier titulatuur, al wordt geen steeg of slop er een vinger breeder om. Intusschen ben ik wel in mijn schik met de naamsverbetering. Waartoe zullen wy leeljjke namen in stand houden, wanneer er voor niemendal mooie namen voor 't grijpen liggen? Mij hindert het niet, dat zoovele Jacobs tegenwoordig Jacques, zooveel Jannen Johan en zooveel HeDdrikken Henri genoemd worden. En nu ik aan leelijke namen denk, komt mij die van de Nadorstlaan in de gedach ten. Die quaestie is nu uit en voor goed uit. De heer Figee heeft hij de door den Raad goedgekeurde dading in alle opzichten zijn zin gekregen. Schwamm d'rübc-r! We praten er niet meer van, ook niet over de vraag, of het wel zoo glad zou zijn gegaan, wauneer de heer Figee eens niet over het zwaarwichtige argument van ijzeren balken had beschikt. Met de nieuwe verordening over haven- en kaaigeld is onze vroedschap niet klaargekomen. Zeis, na een wezen lijk belangrijk betoog van den heer Van Thiel, op voorstel van den heer Van der Mersch gesteld in banden van een Raadscommissie. De ervaring leert, dat dit recht geeft om te ver moeden, dat er nog heel wat schepen en booten door 'tSpaarne zullen varen, voor en aleer de schipperij positief zal weten, waar ze met het haven en kaaigeld in Haarlem aan toe is. Met het voorstel van B. en W. over de verpleging van arme idioten waren we al heel gauw klaar. B. en W. trokken het uit eigen beweging in omdat hun gebleken was, dat idioten worden gerekend te behooren tot de krankzinnigen, zooals de heer Macaré in eeD vorigs vergadering ook al be- armencommis8ie vóór die indiening hadden gevraagd? Waarschijnlijk zou dan het heele voorstel achterwege ziju gebleven. Aan 't einde van de zitting werd ons nog een verrassing bezorgd door den heer van der Mersch, die bjj het ter tafel komen van de onderwijs verslagen van 't afgeloopen jaar, een zitting met gesloten deuren vroeg. De heer van der Mersch vertelde er ronduit bg, dat zijne opmerkingen wel eens personen konden betreffen. Toen ging de dikke deur achter ons dicht. Zouden in het volgende halfuur niet de ooren van menigeen getuit hebben? En wat zal nu wel het gevolg wezen van die „opmerkin gen?" Dat ons onderwijs eens wordt gezuiverd van elementen, die daarin niet op hun plaats zijn? Of dat de klachten over ongeschikte onderwijs krachten (zwakheden was eigenlijk juister) binnen de muren van de Raads zaal en die elementen zei ven kalm pjes gehandhaafd blijven? De laatste veronderstelling houd ik voor de veiligste. De ervaring geeft er rede» toe. op overdreven dienstjjver dan op prak- toogd had. En op de verpleging van lischen zin wijzen, nu eens uit zullen, krankzinnigen bestaan reeds de noodige zga. i voorschriften 1 Wat in elk geval niet uit is, dat! 't Is een heel nuchtere opmerking het veranderen van stegen in stra- en ik durf die haast niet maken, maar n. Op voorstel van den heer Van zou het niet beter geweest zijn en Thiel is goedgekeurd, dat de Ursula- j eenvoudiger, als B. eu W. inplaats, iteeg voortaan Ursnlastraat zal hee-j van na de indiening van bun voor- j ten, hoewel B. en W. er tegen wa- stel, de opinie der geneesknndige Politiek Overzicht» De president der Vereenigde Staten heeft de resoluties van bet Congres Woensdagochtend onderteekend, zoo dat het ultimatum aan de spaansche regeering zal gezonden worden. De teerling is dus'geworpen, want deze daad zal de onmiddellijke oorzaak tot den oorlog zjjn. Niet uit eigen vrije beweging maar onder den drnk van den wil van het grootste gedeelte der amerikaausche natie en van het votum van het Congres is Mae Kinley tot dezen stap besloten. Er valt nu niet meer aan te twijfelen of alvorens eene nieuwe week is aangebroken zal er oorlog zjjn tusschen Spanje en de Vereenigde Staten. Spanje zal niet toegeven aan de in het ultimatum gestelde eischen, maar heeft nog tot Zaterdagnacht 12 uur den tjjd op het ultimatum te ant woorden. Of de regeering echter tot zoolang zal wachten wordt van som mige zijden betwijfeld, daar het met het oog op den toestand in de cubaan- sehe wateren voor Spanje het beste moet zijn Amerika niet meer tgd te laten er zich nog meer te versterken. Toen de spaansche gezant te Was hington eene copie van de resoluties en het ultimatum ontving, vroeg hg onmiddellijk zijn paspoort aan en wel in het volgende schrijven aan minister Sherman: Mijnheer de staatssecretaris. De door het Congres van de Vereenigde Staten aangenomen resolutie is van zoodanigeu aard, dat zjj mijn langer verblijf te Washington onmogelijk maakt en mg noopt mijn paspoort te vragen. De bescherming der Spaansche belangen alhier zal worden toever trouwd aan den Franschen ambas sadeur en den Oostenrjjkschen gezant. Bg deze voor mg zoo pijnlijke ge legenheid heb ik de eer U de ver zekering vao mijn hoogachting te hernieuwen, (get.) Bernabe. Het paspoort werd aan Bernabe overhandigd door een bode van het, ministerie" van bnitenlandsche zaken i om 3 uur 50, waarna de gezant des avonds Washington heeft verlaten. Van dat oogenblik af werden de toe bereidselen tot den oorlog met groote haast voortgezet. De eerste stap zal waarschijnlijk zijn een blokkade an de Cubaansche havens, gevolgd door een eisch tot overgave en bij niet toegeven onmiddellijk bombardement. Naar verluidt hebben de Cubaansche opstandelingen reeds den voorzitter der Junta, Palma, afgevaardigd om hnn samenwerking met de invallende land- en zeemacht van de Vereenigde Staten te regelen. Deze samenwerking zou erkenning van de Cubaansche Republiek door Amerika in zich moe ten sluiten. Zooals te begrijpen is worden de oorlogstoebereidselen met den meest mogeljjken ijver en spoed voortgezet en is de geestdrift in beide landen zeer groot. Alvorens Cadix te verlaten, heeft de spaansche admiraal Villalié, be velhebber van het torpedo-eskader, zich met de equipage naar de kerk der Heilige Maagd begeven, waar allen voor het kruisbeeld de gelofte aflegden slechts als overwinnaars naar Spanje terug te keeren. De berichten uit Madrid eu Havana duiden er alle op, dat Spanje op de Cubanen zal kunnen rekenen, en zelfs heeft maarschalk Lopez Dominquez de verwachting uitgesproken, dat de opstandelingen zullen eindigen met gemeeue zaak te maken met de Span jaarden tegen de Amerikanen. Dit zou een eigenaardig verschijnsel zijn. De oorlog wordt immers door de Yankees uitgelokt om de Cubanen te helpenEr zijn reeds 83.000 vrijwil ligers op Cuba verzameld. Generaal Bernal is te Havana aan gekomen met de bataljons van Val- ladolid en Catalonië. Generaal Marina is naar Santiago de Cuba vertrokken met vier bataljons infanterie en twee escadrons cavalerie. Het rebellenhoofd Bethancourt heeft den wapenstilstand aanvaard. Te Santiago de Cuba zijn alle inwoners, zelfs de negers, be sloten aan de zgde der Spanjaarden te strijden. Enkele rebellen-hoofden zullen zich bij do Spanjaarden aansluiten om de Amerikanen te bevechten. Er wordt een bataljon van kleur lingen gevormd. Volgens den correspondent van de Daily Chronicle te Washington, is het nog onzeker hoe het begin van den oorlog zal zijn. Mac Kinley's wonsch blyft, Spanje te dwingen lm het eerste schot. r,e doen. Daartoe zouden Amerikaanscho oorlogsschepen worden uitgezonden om stoombooten te begeleiden die levensmiddelen voor de behoeftigen op Cuba overbrengen. Mac Kinley gelooft, dat de Spanjaar den, het outsehepen van die levensmid delen gewapenderhand zouden beletten, hetgeen een botsing met de Ameri- kaansche oorlogsschepen zon uitlok ken. Het kabinet verwerpt echter het plan van den president. Het is gelukkig dat de regeering der Vereenigde Staten zich met kracht tegen de koopvaart zal verzetten. Deze zal waarschijnlijk niet uitge oefend worden, dank zij ook de krach tige pressie der mogendheden. STADSNIEUWS eerste en derde pagina. Haarlem, 21 April. De directie der Haarlemsche Brand verzekering-Maatschappij heeft aan de aandeelhouders medegedeeld, dat de over 1897 gemaakte winst een dividend veroorlooft van 20 procent. Voor het examen vrije- en orde oefeningen is Woensdag te Amsterdam geslaagd de heer J. H. Hubregtse, alhier. Jubileum. Woensdag-avond werd het 25-jarig jubileum van den heer H. J. D. Daudejj feestelijk in de bovenzaal van Gebr. Brinkmaan gevierd. De zaal was keurig versierd, aan de wand prijk ten schilden met de jaartallen 1873 en 1898. In het midden der zaal stond geheel in 't groen, de stoel van den kapitein, eerelid van de Vereeniging „de Tien" terwijl zijn brandweerstok eveneens met groen versierd, er naast stond. Nadat de jubilaris door twee leden van de feestcommissie, de heeren Jos. v. d. Berg en P. Leupen, met eene landauer van zjjne woning was afgehaald, werd hij tg het binnen komen der zaal door de geheele staf der brandweer, door den oud-com- mandaut den heer van den Arend, alsmede door de leden van de Ver eeniging „de Tien" met luid gejuich ontvangen. Nadat de kapitein op zgn stoel had plaats genomen, werd hg door den heer Spaan als president van de feest commissie toegesproken. Spreker noemde het eengroot voorrecht hem op dezen dag een bartel jjk welkom te mogen toeroepen, en zeide verder, dat het overbodig was den jubilaris in zgne verschillende rangen 'te schet sen, daar hg zich voortdurend had doen kennen als een man uitéén stuk, als een brandweerman vol sympathie en het was spreker dan 'ook zeer aangenaam hem uit naam van de Vereeniging „de Tien" een cadeau te mogeu aanbieden. Hierna werd het scherm weggetrok ken en werd het cadeau, twee prachti ge bronzen beelden. „Hulp en Redding", op een tafel geplaatst op het tooneel zichtbaar. Aan weers zijden stonden de pjjpleiders in uni form, terwgl het vaandel der ver eeniging met de beide medailles, op den achtergrond tusschen groen en vlaggen was opgesteld. Het geheel maakte een goed effect en gaf een feestelijk aanzien. De heer Spaan wees daarna nog op de vele verbeteringen, die onder het kapiteinschap van den jubilaris hadden plaats gehad en sprak den wensch uit, dat de heer Daudejj nog vele jaren de trots der vereeniging mocht zijn. Hierna sprak de heer Jos. van don Berg, als waarnemend president van „de Tien", den heer Daudejj nogmaals hartelgk toe, en zeide o.m. dat de kapitein steeds de harten van de leden gewonnen had, door zgn flink en krachtdadig optreden bg eiken brand, waarna spreker hem uit naam van het bestuur van de vereeniging een krans overreikte. Hierop bedankte de heer Daudejj met hartelijke bewoordingen de staf, de leden van de vereeniging „de Tien" en voornamelijk die van de feestcom missie, voor het prachtige cadeau en voor de eer hem dezen avond aange daan. Verder bracht hg hulde aan alle leden van spuit 10 voor huune steeds betoonde activiteit en speciaal aan de pijpleiders, als zjjnde degenen, die steeds in de moeilijkste oogen- blikken en in het grootste gevaar op hun post waren. De jubilaris hoopte dan ook, dat het hem nog langgege- ven mocht wezen, als kapitein van spuit 10 werkzaam te zijn. Met een daverend applaus werd deze rede begroet. Tijdens de bijeenkomst werd er nog een telegram vau gelukwensch ont vangen van een oud-pijpgast, den heer Kerkhoff te Utrecht, terwijl nog werd medegedeeld, dat eene oorkonde, door den secretaris vervaardigd, bg het cadean zou worden gevoegd. Tevens werd door den heer P. A. van der Most van Spijk namens de Haarlemsche Brandverzekering-Maat schappij aan de Vereeniging „de Tieu" een douceur aangeboden als eene dankbetuiging voor de uitste kende diensten door de vrijwilligers van spuit 10 bg verschillende branden in deze gemeente bewezen. Hiermede was het officieelc ge deelte afgeloopen, waarna allen met den jubilaris nog langen tijd gezellig bijeen blijven. Maandagavond vergaderde de Vin- ceutius-vereeniging alhier onder pre sidium van den heer J. A. M. Lans, met het doel eene afdeeling op te richten voor de nieuwe St. Bavo- parochie aan de Leidschevaart. Aan de uituoodiging tot oprichting hadden gevolg gegeven door hunne verschijning ter vergadering de heeren C. L. M. Robbers, M. Dirken, H. Dirken. P. van Kessel. J. Kimman Th. Jansen, W. J. B. Waning, i er- wijl toezegging was gedaan door den heer van Meeuwen. Eerstdaags vergaderen dezeheoren opnieuw tot verkiezing van een Be stuur, vaststelliug van een reglement en verdeeling der werkzaamheden. Woensdagavond half 9 vergaderde de werklieden vereeniging Archimèdes in de groote zaal van café Phoenix De penningmeester bracht verslag uit, waaruit bleek, dat in dit laatste kwar taal was uitgekeerd aan zieken en verwonden f 1819.70 en aan contri butie was ingekomen f 1084.04 zoodat er een nadeelig saldo was van f 235.06 en er in kas bleef f 2355.76s. FE UILLETON. 23) „DiableDat is vreemd," riep ik uit, „en het is hier m duister, dat ik geen hand voor oogen kan zien. O laar liggen ze nu vooruit maar." Toen ik de deur opende zag ik een licht op de trap flikkeren en dadeljjk daarop verscheen juffrouw Pantin met een brandende kaars in de hand. „Ik kwam het licht even aansteken, mijnheer," zeide zg. „Daar doet gjj goed aan; maar wat voert mjjn nieuwe knecht uit?" Als mgnheer even naar den zolder boven Couronne's 'tal wil gaan, dan zal hg zien, dat Ravaillac bezig is zgn gebeden op te zeggen." In elk geval mag hg om zgn godsdienst zgn plicht niet verzuimen," barstte ik uit. „Het is een verrader, mgnheer," zeide Annette. „Als ik u was zond ik hem vanavond nog weg." „Dat kan ik moeieljjk doen," zeide ik, „en daarbjj een verrader zou zich niet zoo in zgn godsdienst ver liepen." ,Mjjnheer moet het weten," antwoordde zg en flui- irde mg toen in het oor „Als er niet een ander meê gemoeid was, zou ik mg niot met u bemoeien. Maar wees op uw hoede voor hem." „Wel, juffrouw Annette, gij kunt gerust hardop spreken, wjj zgn hier ouder vrienden." Maar zg lachte op een eigenaardige manier en liet ons toen uit. Ik vergezelde Palin tot aan het einde van de Quai Malaquais, terwijl wij onderweg nog veel dingen be spraken; daar verliet ik hem, daar hij er ook op aan drong, dat ik niet verder meê zou gaan. Maar er was dien dag zooveel gebeurd, dat ik bepaald behoefte aan een wandeling gevoelde om mjjn hersens een weinig af te koelen en ik besloot de rivier over te steken en langs de Pont aux Meuniers naar mijn kamers terug te keeren. Ik huurde een bootje en bevond mg spoedig aan de overzijde der Seine; ik hing mgn jas over den arm en legde er een stapje op, terwijl Annette's waarschu wing omtrent Ravaillac mij als het gegons eener lastige mug in de ooren klonk. Toen ik den Louvre voorbij ging, zag ik, dat de ra men helder verlicht waren en de tonen vau een vroo- ljjke melodie klonken mg in de ooren. Zóó vrooljjk als het daarbinnen toeging zoo treurig voelde ik mij ge- d en ik liep dan ook terstond door. Rechts van de St. Germain l'Auxerrois houdend, passeerde ik de magazijnen van den Louvre eo mijn tred vertragend, kuierde ik de rue de St. Aotoioe in. De bewoners van deze straat schenen door de komst van den koning als 't ware herleefd te zjjn, want alle vensters waren helder verlicht, ofschoon de straat in het duister gehuld was, behalve op enkele plaatsen, waar een lantaarn haar flauw licht verspreidde. Een paar stappen verder bevond ik mg voor een flink huis, waar een groot, doorschijnend uithangbord mgn aan dacht trokdaar het door eenige lampen, die er achter geplaatst waren, helder verlicht was, las ik dat ik voor de restaurant van More stond, toen ter tijd de beroemd ste restauratie in Parijs. Ik wilde eens naar binnen gaan, eigenlijk meer uit nieuwsgierigheid dan uit be hoefte, maar juist toen ik nog voor den ingang stond te dralen, kwamen twee a drie gemaskerde personen zingend en lachend naar buitenin den voorsten her kende ik terstond den verwensebten d'Ayen. Hoewel ik gaarne een twist had vermeden, was dit toch on- mogelük, want ik stond voor de deur en was in mgn recht binnen te treden. Zg versperden mij, arm in arm voor mg staande, evenwel den weg, en verhit door den wjjn begonnen zjj met mgn somber voorkomen den gek te steken. „Denkt mijnheer dat hier binnen een preek wordt ge houden?" vroeg d'Ayen, een spottende buiging voor mg makend, terwjjl hg zgn hoed met pluimen afnam. Ik wilde in mgn antwoord toonen, dat ik hem wel kende. „Laat mg door mgnheer d'Ayen," zeide ik koel, „We hebben nog te veel samen te verrekenen om op nieuw te twisten." Hg had mg zeer goed herkend, maar hield zich alsof dit niet zoo was. „Hé, zjjt gg het ridder 1 Heeren, laat ik u mgnheer den ridder d Auriac voorstellen, met wien ik een verschil van gevoelen heb, dat nog nooit beslecht ia. Wg waren het oneens over een onderwerp betreffende de boschout- ginning." Het was een harde pil voor me om te slikken, maar mijn besluit stond vastik wilde op dit oogenblik geen gevolg geven. Het Edict was eerst kort geleden afge kondigd, een twist zou me dus zeer noodlottig kunnen worden en de kans om te ontsnappeu zou ieder oogenblik moeilgker worden, want de gang begon zich al meer en meer te vullen. „Ik herinner 't mg nog best," zeide ik op d'Ayen's voorwendsel ingaande, „maar ik ben nu geheel onvoor bereid en wil eerst even eenige notities, die ik omtrent deze zaak genomen heb, nazien." D'Ayen, verhit door den wjjn, dacht dat ik bang voor lïem was en mjjn woorden, die bjj zjjn vrienden een luid gelach verwekten, brachten hem er toe een dwaze daad te begaan. „Neem dan tenminste die herinnering mede," en hjj wierp mjj zjjn zachten, geparfumeerden handschoen in 't gezicht. „Een kringeen kringriepen wel twintig stemmen en voordat ik recht wist, wat er gebeurde, bevond ik mjj in de gangde toeschouwers hadden zich ;n een cirkel om mjj heen geschaard en d'Ayen stood met getrokken zwaard tegenover mjj. Hjj had zgn opleiding volgens de methode van Dominic gehad, en hanteerde handig den degenna een verwoe den uitval sprong hjj als een kat achteruit om mjjn „parade" te ontwjjken. Was ik bjj eeu minder bekwaam leermeester dan Touchet in de leer geweest, dan was het ongetwjjfeld slecht met mjj afgeloopen, maar reeds

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 1