NIEUWS™ EN ADVERTENTIEBLAD. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. De oorlog tusschen Spanje en Amerika. FEUILLETON. De ridder d'Auriac. 33e Jaargang Dinsdag 3 Mei E893. Na 4562 HAAHLEU'S DAGBLAD A -RO-Kr-NrBTsyXE3sT'T'S£3BvIJ'S: Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden„1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, roor Haarlem, per 3 maanden0.80 de omstreken en franco per post0.371 j Van 1 —5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Bit bud verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer f22. Hoofdagenten voor hei Buitenland: Compagnie Générale de PubUdtê Elrangere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3lbis Faubourg Montonccrtre. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. BUITEN het Arrondissement Haarlem is de pry's der Advertentiën van 1—5 regels f 0,75, elke regel meer ƒ0.15; Reclames per regel ƒ0,30. Agenten voor dit blad in den omtrek zijn Bloem endaal. Santpoort en Schoten. P. v. d. RAADT, Sandpoort; HeemstedeJ. LEUVEN,by de tol; Spaamdam, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMER Veisen, W. J. RU IJ TERBeverwijk, J. HOORNS; HillegomAR1E HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. OfSicieeSe Berichten. Burgemeester en Wethouders van Haarlem, Brengen ter openbare kennis dat is ingekomen een verzoekschrift van Wed. A. Verzylberg om vergunning tot het verkoopen van sterken drank in het klein in het voorste gedeelte van het voorhuis van het perceel aan de Gierstraat 7l. Haarlbm, 30 April 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd BOREEL. De Secretaris C. M. RASCH. Burgemeester en Wethouders vaa Haarlem, Doen ie weten, dat van heden op alle werkdagen, van des voormiddags 10 tot des namiddags 4 uur, tot 12 Mei e.k.. 's namiddags ten 2 ure, ter gemeente-secretarie ter visie is ne- dergelegd, het ingekomen verzoek schrift met de bijlagen van J. I. Luderhoff om vergunning tot oprich ting van een en gasmotor in bet per ceel aan de Zijlstraat 79, en dat op 12 Mei des namiddags ten 2 ure op het Raadhuis der gemeente de gelegenheid zal worden gegeven, om ton overstaan van het gemeente-bestuur bezwaren tegen het oprichten dezer inrichting in te brengen. Burgemeester en Wethouders van Haarlem, Doen te weten, dat bij hunne be schikking van 7 April j.l. aan L. A. Schilt vergunning is verleend tot oprichting van een sigarendrogery op de eerste verdieping in het perceel aan de Helmbrekersteeg 9a. Haarlem29 April 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd BOREEL. De Secretaris, C. M. RASCH. van Manila en opende onmiddellijk een rikaaosche oorlogsschepen Zaterdag hevig kanonvuur op het Spaansche eskader en de forten. De Spaansche kruiser Don Juan kreeg zware averij de commandant werd gedoodéén schip is verbrand. Het Amerikaansche eskader moest met zware verliezen terugtrekken. Een tweede gevecht had bij Manila plaats. Het Amerikaansche eskader leed aanzienlijke verliezen. De Spaan sche oorlogsschepen Mindanao en TJlloa kregen lichte averij. De minister van marine wenschte de manschappen geluk met hun held haftigheid. Volgens een aan het ministerie van marine ontvangen telegram werd de Amerikaansche vloot tot terugtrekken genoopt, na een hardnekkigen slag nabij Cavite. getracht Cienfuegos te bombardeeren, zonder eenig resultaat. De forten ant woordden niet, omdat de schepen niet binnen het bereik van hun vuur kwamen. In een dépêche van maarschalk Blanco uit Havana wordt echter ge zegd, dat de schepen, die Cienfuegos blokkeeren, een Spaansch stoomschip hebben genomen. Een kolonel, den doctor, zes offi cieren en drie onderofficieren werden gevangen gehouden. De overige pas sagiers werden vrijgelaten. Volgens de passagiers is de Ar go- nauto door de Amerikanen geplun derd. Er zijn groote rookkolommen in het binnenland" van Cuba opgemerkt. De Cubanen gelooven, dat Blanco steden De gesneuvelde commandant is die iu brand heeft gestoken. van den kruiser Cristinawaarop de admiraalsvlag was geheschen. De Spanjaarden hadden zware ver liezen. Andere telegrammen bevestigen, dat de Amerikaansche vloot zware averij heeft bekomen. Uit Lissabon: Het gerucht liep hier Zaterdag dat de Amerikanen een nederlaag bij de Philippijnen hebben geleden, met een verlies van vyf schepen. Dit gerucht is niet bevestigd. Uit Londen De verdere telegrammen die wy bier onder laten volgen zjjn vry onbelang rijk aan nieuws. Uit St. Vincent wordt gemeld, dat bet gedeelte van het Spaansche eska der, dat wegens averij kort na liet uitloopen terug moest keeren. Zater dag weer is weggestoomd. L)e Herald verneemt uit Washing ton, dat de regeering dadelijk nadat zy van het vertrek van de Spaansche vloot uit St. Vincent officieel kennis had gekregen, het vliegend eskader orders heeft gegeven, die strikt ge- Hier wordt het bericht bekend ge- heim worden gehouden. maakt, dat er een slag by de Philip- pynen heeft plaats gehad; twee Ame rikaansche schepen met 500 man moe ten verloren zyn, terwijl een deel der Spaansche vloot is vernietigd, met een verlies van 2000 man. Wy bebben inlichtingen gevraagd te New-York, van waar werd geant woord, dat van dit gerucht daar niets bekend is. De Junta der opstandelingen op de Philippijnen beeft brieven ontvan gen, waarin gezegd wordt, dat de op standelingen alle hoogten rondom Ma nila bezet houden, over een afstand van tien tot twintig mijlen. De opstam delingen stellen voor een schyn-aanval te doen op Manila, als de Amerika nen een aanval wagen op de forten. Dit laatste heeft plaats gehad maar over de opstandelingen wordt verder niets gemeld. De Spanjaarden hebbon bun krui ser Casiilla in laag water, nabij den ingang der haven doen zinken, met het doel om hem als vaste battery te gebruiken. De haven van Manila is goed ver sterkt door de artillerie; men ver moedt daarom, dat de Amerikanen een nabij gelegen haven zullen zien te nemen met behulp van de opstan delingen en deze dus zullen gebruiken als basis voor een blokkade der stad. De opstandelingen beweren dat, als de Amerikaansche vloot de haven zal weten af te sluiten aan de zee zijde, zy den toevoer van de land zijde kunnen keeren. De stad zou dau niet in staat zyn het een veer tien dagen uit te houden. Men vreest ongeregeldheden in het binnenland. Er schijnt ernstig gevochten te zyn bij de Philippijnen. Wij moeten ons echter voorzichtig hierover uitlaten, omdat de ervaringen der laatste dagen ons de meeste oorlogsberichten onder streng voorbehoud moeten doen aan nemen. Wy laten hier de verschillen de berichten, van elkaar te onderschei den naar de bron van herkomst, volgen. Uit New-York: In een dépêche uit HongkoDg aan het Journal wordt melding gemaakt van het aldaar loo- pende gerucht dat een verwoede zee slag heeft plaats gehad bij Hongkong. De Amerikanen behaalden de over winning de slag was heftig maar kort. De geruchten omtrent een zeeslag worden gewantrouwd te Washington, Weenen, Kopenhagen en St. Peters burg. Uit Madrid: Yolgens een bier ont vangen particulier telegram vertoonde het Amerikaansche eskader zich ora Yolgens een telegram uit Havana uitgedoofd wordeumocht een overval vyf uur des morgens voor de Baaite Madrid ontvangen, hebben 3 Ame- van de Spaansche vloot dreigen, dan Sir Julian Pauncefote cn deFran- sche gezant Cambon bebben last ge kregen, bij de Amerikaansche regee ring een vertoog in te dienen tegen het zware tonuegeld, in het wetsont werp op de oorlogscredieten opgeno men. Men gelooft dat v. Holleben ook instructiën zal ontvangen in dien geest en dan zal een gemeenschappelijk vertoog ingediend worden. Een regeeringstelegrain van Cuba bevestigt dat de kanonneerboot „Li- gera" tegenover de haven van Cf denas een Amerikaanschen kruiser tot den aftocht gedwongen heeft. De vijand loste zeventig kanonschoten, met geen ander gevolg dan een lichte avery aan het touwwerk van de „Ligera" Telegrammen uit Amerika maken melding van een toenemende spion- nenmanie. De Amerikaansche bladen staan eiken dag vol verhalen over Spaansche boosdoeners die gebouwen spoorwegbruggen, schepen, enz. in de lucht willen laten springen, en over Spaansche verklikkers, die hun regee ring inlichtingen zenden over de oor logstoebereidselen in Amerika, de defensiewerken enz. Veel brieven van Spaansche spionnen zouden al onder schept zyn, en de postery moet be gonnen zyn met bet openen, desnoods in beslag nemen, van verdachte brie ven, voor Spanje, Canada enz. bestemd. De openbare gebouwen te Washing ton en elders worden in 't bijzonder bewaakt, niemand wordt daar toege laten zonder pas. De correspondent van de Times te New York meldt, dat de meeste haven lichten aldaar nu reeds iederen nacht zouden alle overige lichten gedoofd, en alle v uurschepen binnengesleept worden. De correspondent van de Times te Gibraltar verzekert dat Spanje vóór den oorlog 170,000 ton kolen heeft gekocht, die reeds geleverd zyn, maar men weet niet waar. Het Engelsche koopvaardijschip.'„Lord Warwick" be laden met Siciliaansche zwavel, is te Gibraltar aangekomenmen is er nieuwsgierig naar of de Spanjaarden het schip zullen willen opbrengen; de kapitein heeft om hot geleide van een Engelsch oorlogsschip verzocht. Een telegram uit New-York meldt de aankomst aldaar van de stoomboot Paris" (vroeger "City of Paris" go- heeten). Het Jou rnal du Petit Var te Tou lon verneemt dat het jacht Namouna, toebehoorende aan den eigenaar van de New York Herald Bennett, door een Spaacsche flotielje vervolgd, ge dwongen is geworden een schuilplaats te zoeken in de haven van Saint Tro- pez (dep. Var), waar het geblokkeerd ligt. De maritieme prefectuur te Tou lon verklaart echter dat door de kust- telegraaf niets gemeld is van de aan wezigheid eener Spaansche flotielje. Het wetsontwerp tot goedkeuring van het door de Spaansche regeering genomen besluit tot toekenning van de autonomie aan de Antillen is defi nitief aangenomen. De Temps verneemt uit Madrid De Spanjaarden concentreeren de troe pen op Cuba ia de havenplaatsen en steden, vooral van de Noordkust en te Santiago. Er is geen sprake van het zenden van nieuwe troepen naar Cuba gedurende het regenseizoen. Verscheidene conferenties betref fende de militaire operatiën op Cuba werden Vrijdag door generaal Miles en diens staf gehouden. Te Key-West vreest men dat dit punt het eerst door de Spaansche vloot zal worden aangevallen. Vele menschen zeggen dat de Vizcaya en de Oquendo alleen Key-West binnen weinige uren zouden kunnen nemen. De kolen- en marine-voorraden daar zouden van onberekenbare waarde voor de Spanjaarden zyn. Een aantal vrouwen heeft Key-West reeds ver laten, anderen bereiden zich voor om te vertrekken. Het 25ste regiment infanterie en het 10de cavalerie hebben bevel ont vangen Zaterdag naar Tampa te ver trekken. Vijf-en-twintig passagiers die aan boord van de (opgebrachte) Panama gevangen genomen zyn, worden als Krijgsgevangenen gehouden op grond dat zy krygvoerenden zjjn. De Dolphin maakte Zaterdag een Spaanscbeu vischschoener, van Hava na komende, prijs. De kapitein ver zocht gevangen te mogen worden ge houden, ten einde te voorkomen, dat by geprest werd voor den Spaanscben dienst. Het vlaggeschip „New-York" heeft langs de kust ten westen van Ha vana gepatrouilleerd om de be wegingen der Spanjaarden waar te nemen. De „New-York" wierp drie granaten tegen eenige werken, die ter verdediging schenen te strekken, der- tig rnylen ten westen van Havana maar daar er geen antwoord kwam, j hield bet schip op met vuren. Dit voorval wordt door sommige berich ten opgeblazen tot een „bombarde ment van fort Canabas". De Engelsche consul te Santiago de Cuba heeft het koloniale bestuur van Jamaica telegrafisch om zending van een oorlogsschip verzocht ten einde de belangen der Engelschen te Santiago te beschermen. Het Amerikaansche oorlogsschip „Oregon" is te Rio-Janeiro aangeko men. De laatste berichten, per stoomboot van Manila aangebracht, melden dat de Spaansche vloot of een deel daar van buiten de haven kruist, maar er is niets te bespeuren van Amerikaan sche schepen. Er loopon geruchten betreffende de mogelijkheid yan eene tusschenkomst van Duitschland en Frankrijk ter zake der Pbilippynon. Uit particuliere bron wordt gemeld, dat te Washington de mogelijkheid daarvan is aangeno men De Temps te Parys verzekerde Zaterdag in een blijkbaar uit staat kundige bron afkomstig bericht, dat men niet het minste belang beeft Amerika in het bezit te stellen der Philippijnen. De beweging daarheen past in bet aangenomen stelsel der oorlogsoperatiën. Waar zooveel tegenspraak noodig schynt, kan gevoegelijk worden ver ondersteld, dat er iets van tusschen komst broeit. De ingezetenen van Manila verlaten het eiland. De Fran- sche Kolonie in Havana emigreert in massa. Uit Weenen wordt bericht, dat, na het mislukken der poging van Frankrijk en Oostenrijk uitgaande, tot gemeenschappelijke pogingen der mo gendheden om den oorlog te voorko men, het tweede gemeenschappelijk optreden afstiet op Duitschlands on- gezindheid. De Times zegt in een hoofdartikel over den oorlog „Als wy de telegrammen uit New- York en Washington gelooven mo gen, heeft de regeering met haar mi litaire en maritieme raadgevers een groot plan vastgesteld, dat den oorlog snel tot een goed einde moet brengen voor de Vereenigde Staten. Dit laat ste zal klaarblijkelijk afhangen van de vraag of men er den vijand on kundig van kan laten, en toch wor den de bijzonderheden klakkeloos openbaar gemaakt. Indien de regee ring der Vereenigde Staten een ern stige oorlogspolitiek volgt: zal zy goed doen, zich te spiegelen aan haar tegen stander, die een behoedzaam stilzwij gen in acht neemt nu de oorlog nog niet tot een crisis gekomen is." De correspondent van de Times te Cadix meldt dat men slechts op de Numancia wacht d:e thans nog te Cartagena ligt om een smal deel saam te stellen, bestaande uit de Pelayo, de Vitoria, den krniser Alfonso XIH, drie torpedojagers en drie torpedobooten, welk smaldeel dan dadelijk zou vertrekken. De Spanjaarden in Mexico hebben reeds 1,800,000 peseta's bijeengebracht ter bestrijding van de kosten van den oorlog, en een stoomschip te laten bewapenen. Het Duitsche stoomschip Rhenus heeft te Santiago de Cuba 441 Duit sche, Engelsche, Cubaansche en Ame rikaansche vluchtelingen opgenomen en naar Kingston (Jamaica) overge bracht. De kapitein had hen uit barmhartigheid aan boord genomen; het zyn meest vrouwen en kinderen. Zy vertellen dat de Spaansche over heid te Santiago alle levensmiddelen voor het leger in beslag genomen heeft; 20,000 raeuschen lijden vol slagen gebrek. Ook moeten de opstan- deliogen reeds pogingen doen om de uiterste verdedigingswerken van San tiago te vermeesteren. STADSNIEUWS Eerst© en derde pagina. Haarlem, 2 Mei. 3 Haarl. Gemengd Koor. In den datum van het 2e concert van Haarl. Gem. Koor (Dir. Henri Pielage) is eene wijziging gekomen. De uitvoering is thans vastgesteld op 17 Mei a.s. en zal gegeven worden in het Brongebouw. Medewerking zullen verleenen de dames O lga Isaac, concertzangeres te Amsterdam, Betsy Pielage te Haarlem en de heer Carl Phlippeau van O verveen. Met ingang van 1 Mei 1898 is tot concierge aan de Rijkskweekschool voor onderwijzers alhier benoemd de heer J. H. Schrijver alhier. Mei-dag. Gisteren middag te twaalf uur belegde het l Mei-comité alhier, gevormd uit de volgende vereenigin- genSocialisten Bond afd. Haarlem, Algemeen Ned. Timmerliedenbondafd. Haarlem, timmerlieden en model makersver. „Eensgezindheid", afd. Haarlem Ned. Behangers- en Stof- feerdersbond, afd. Haarlem Algemeen Ned. Typografenbond, bakkersver. „Ons Genoegen", afd. Haarlem Nederl. Sigarenm.- en Tabakbewerkersbond, spoorwegver. „Steeds Voorwaarts", Stucadoorsver., Soc.-Dem. Arb. Party afd. Haarlem en de Volkskiesver- eeniging een openbare vergadering in Felix Favore, waarin als spreker optrad de beer J. Methöfer van 's-Graveuhage met het onderwerp Het 1 Meifeest en de verkorte arbeias- dag.Spreker wees eerst op den schijn baren achteruitgang in sympathie der beweging en vergeleek den imidigen toestand bij dien van 8 jaar geleden, toen in Parys het sein werd gegeven en de agitatie zoo indrukwekkend was, ook in Engeland, dat men een revolutie vreesde. De meening wordt gehoord, dat het politiek cachet be lemmerend werkt op het agitatorisch karakter en spreker moet toegeven dat hiervan wel iets aan is. Doch i zy'ns inziens is ook niet van 't ge- 31) Op dit oogenblik werd ik mijzelf wêer en de zeker heid, dat Claude in geen oogenblikkelijk gevaar ver keerde, gaf my kracht over myn ontsnapping na te denken, wat ook de eerste stap zou zijn tot haar bevrijding. Maar een wanhopig gevoel maakte zich van my meester, toen ik dacht en nog eens dacht en mijn hoofd van inspanning begon te gloeien, zonder dat myn pogingen iets baatten. Ik huiverde toen my de gedachte te binnen schoot dat de Gomeron misschien plan had my hier te laten sterven. Dat was niet heel moeielyk en een paar steenen zouden alle sporen van den levend begraven d'Auriac uitwisschen. In myn opgewonden heid verbeeldde ik my, dat m,m ziel uit de gevangenis was gevlucht en de plannen, die de Gomeron smeedde, afluisterde. Ik zeg niet, dat ik het by het rechte eind had, maar de latere gebeurtenissen zullen bewijzen, dat ik er toch niet zoo heel ver vanaf washet verwondert my dat de geleerde heeren van deze dagen zich nooit met deze quaestie hebben beziggehouden, ofschoon ze veel overeenkomst heeft met de geheimen, welke de Almach tige voor ons verborgen houdt en het misschien zonde is zulk een vraagstuk te willen oplossen wellicht zulleu deze vreemde quaesties ons in de toekomst hel der worden. Of ik het dus by het rechte eind had ja dan neen. dat weet ik niet. Hoe het ook zij, alles wat in die angstige uren door mijn brein giüg heb ik ge trouw opgeteekend. Zou ik het daglicht nooit meer mogen aanschonwen, nooit meer een menscbelijke stem vernemen? Was ik gedoemd een langzamen, verschrikkelyken dood te ster ven? In myn wanhoop bad ik ineens te mogen worden weggenomen, maar de dood kwam niet, ofschoon zijn duisternis my reeds omringde. Uur op uur verstreek. Ik veranderde van houding en vreemd genoeg sliep in. Hoe lang mijn slaap duurde weet ik niet, maar ik ontwaakte door een stekende pijn, die veroorzaakt werd door de touwen en in min der dan geen tijd begon die waanzinnige angst zich weder van my meester te makenik stond op het punt krankzinnig te wordenalleen door myn wils kracht kon ik myn geestvermogens bij elkaar houden. Ik wist in 't geheel niet hoe laat het was, maar giste dat weldra de dageraad zou aanbrekenmyn oogen waren na aan de dnistenis gewoon geraakt en ik kon den omtrek van myn cel onderscheiden. Met een blik van nieuwsgierigheid trachtte ik na te gaan hoe groot zy wel zon zijn, maar mijn vruchtolooze pogingen opge vend legde ik mijn hoofd op myn opgetrokken knieën en bleef zoo mijn einde afwachten. Ik verlangde naar den dood hy zou een ware verademing voor my zijn. Plotseling hoorde ik leven buiten de deur en een ge luid alsof de grendel werd weggeschoven. Luid knar send vloog de deur der cel open en een stroom van licht viel naar binnendie my voor het oogenblik ver blindde ofschoon ik uit natuurlijk instinct myn oogeu sloot. Daarop hoorde ik de Gomeron zeggen „Haal den prop uit zijn mondik heb mijnheer iets te zeggen." Toen ik twee harde koude handen op myn gelaat voelde, trachtte ik myn oogen te openen en ofschoon het licht my nog veel pijn deed, kon ik toch de Gome ron onderscheiden, die met getrokken zwaard voor de deur stond en Babette die naast my knielde. De duivelin zag de uitdrukking van afkeer in myn oogen en lachte zachtjes toen zij my van de prop be vrijdde, maar de Gomeron, die in geen al te beste luim scheen te zyn, riep haar op scherpen toon toe „Vlug wat!" „Het is klaar," antwoordde zy opstaande en met den zy'den lap heen en weêr zwaaiend. „Wees dan zoo goed eenige passen achteruit te gaan, terwijl ik met mynheer spreek." Babette voldeed mopperend aan zijn verzoek, waarop de Gomeron een weinig naderbij komend zich tot mij wendde. "Mijnheer, ik kom u oen voorstel doen en wil geen woorden verspillen. Ik speel een wanhopig spel, maar ik zal niets onbeproefd laten om het te winnen. Myn aanbod is dit Ik verzoek u een formeel stuk te teekenen, dat ik u zal brengen, hetwelk inhoud, dat ik volkomen onschuldig ben aan het gebeurde met u en mevrouw de la Bidache. Tot belooning hiervoor zal ik u binnen tien dagen na de teekening van het document, in vrijheid stellen. Gedurende dien tyd zult ge mijn gevangene zyn, maar ge zult beter logis hebben dan dit. Weigert ge, welnu dan blijft u niets anders over dan hier te sterven." Hy sprak deze woorden langzaam en met nadruk uit, en de zoldering boven mij weerkaatste ze. Het schijnsel der lantaarn wierp een gele streep op de trap achter de deur, eu half in de schaduw stond de duivelachtige figuur van Babette, die zich voorover boog om zoo mogelijk nog een woord van ons gesprek op te vangen. In de doodelyke stilte, die op de woorden van den kapitein volgde, kon ik bijna myn polsen hooren kloppen en voor het oogenblik was ik niet bij machte een woord te spreken. Het was niet uit vrees, ook niet omdat ik er over dacht het aanbod aan te nemen, maar er was mij plotseling iets te binnen geschoten. Ik zou list tegenover list stellen en den vos op vossenmanier behandelen. „Geef my vier en twintig uur om er over na te denken," antwoordde ik, „en snijd deze touwen los. Ik kan niet denken van pijn." „Pardieu!" lachte hij. „Zy hebben u stevig genoeg gekneveld, maar vier en twintig uur is een lange tijd. „Toch wilt gij zoo goed zyn my tien dagen van myn vrijheid te berooven. Ventre bleu 1 mijnheer de Gome ron. Denkt gjj dat het mogelijk is hier te ontsnappen Hy gaf my geen antwoord maar stond eenige oogen- blikken op zyn snor te bijten. Toen riep hy plotseling tot Babette„Snijd de touwen door." Z\j kwam naar mfi toe en gehoorzaamde. Er zyn geen woorden genoeg

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 1