Chapeüerie du Sport.
Ed, MEUWSEN,
Heerenhoeden,
SPORTPETTER enz,,
staan hadden gebracht. Zoo kwam het
verschrikte dier weder met de voorpoo-
ten uit het rijtuig op den grond en de
Koningin met den schrik vrij, waarna
de tocht werd voortgezet. De artillerist,
door schrik bevangen, kon niet meer op
stijgen. Zijn paard werd weggeleid. En
bij aankomst ten Paleize deelde de Ko
ningin Haren bloedverwanten mede,
dat zij geen letsel had bekomenalleen
het toilet van Hare Majesteit was iet
wat beschadigd.
Donderdagochtend is de internatio
nale sueltreiu van Hauuover naar
Ylissingen te Bnderich ontspoord,
zoodat de weg geheel versperd was.
Met vereende krachten was men be
zig de baau vry te maken. Te Bok
stel had trein 70 van Venlo geen
aansluiting met genoemden trein. De
boot van Vlissingen naar Q.ueenboro
vertrok dientengevolge met veel ver
traging. Persoonlijke ongelukken kwa
men niet voor.
Een aardige bijzonderheid.
Een onzer abonné's schrijft ons
Op het oogenblik, dat H. M. de
Koningin het Paleis verliet, op weg
naar de Nieuwe Kerk, daalde eene
witte duif neder op den hoorn van
overvloed aan het fries, en bleef daar i
geruimen tijd zitten.
Dat dit een goed voorteeken zijn
moge voor H.M. Wilhelmina is voor
zeker de vurige wensch van allen,
die deze merkwaardige gebeurtenis
aanschönwden. (Tel.)
Eene tribune ingestort.
Woensdagavond ongeveer een
half uur na den afloop van het vuur
werk te Amsterdam stortte een
schuittribune nabij den Zaandammer-
steiger in elkander. Een 25-tal per
sonen vielen in het ruim. Zes dezer
werden lichamelijk gekneusd, waarvan
vier zoodanig dat zij per raderbaar
naar het Binnen-Gasthuis moesteu
worden overgebracht. De beide ande
ren, een man en een vrouw, werden
per rijtuig naar hunne woning ver
voerd.
Het ongeluk is te wijten aan het
breken van den onderbal k, waarop
de tribune rustte. Slechts een der
gewonden moest in het gasthuis blijven.
Bovendien werden nog aan armen
en beenen verwond, een man en vrouw
met huu zoon, die door het instorten
van bovendek eveneens in het ruim
van hun schuit vielen.
Zij wilden niet naar het Gasthuis
gebracht worden en zochten een rij
tuig o»u zich hiermede naar huis te
laten brengen. Geen enkele kootsier
wilde hen echter rijden, waardoor zij
zich ten slotte genoodzaakt zagen een
handkar voor dit doel te gebruiken.
Eindelijk zij nog vermeld dat
Woensdagmiddag eeu tweetal agenten
verwond werden door cavalerie-paar
den. Een dezer moest in het gasthuis
blijven.
Koloniën,
Atjeh.
Aan het verslag omtrent de voor
naamste gebeurtenissen in liet gouver
nement Atjeh en Onderhoorigheden,
loopende van 24 tot en met 30 Juli
jl., wordt in de Jav. Ct. het volgende
ontleend
Groot-Atjeh. De civiel en militair
gouverneur kwam in den avond van
den 24sten Jali te Kota Radja, ter
afdoening van verschillende dienst
aangelegenheden, en vertrok 30 Jali
weder naar Segli.
Gebied buiten de Sagi's. Toeankoe
Hoessin, zyn dochter, zijn schoonzoon
T. Radja Kwala en andere familie
leden begaven zich naar Segli om
hunne bloed- en aanverwanten aldaar
te bezoeken.
Sagi der XXVI Moekims. In dit
gebied viel niets voor, dat vermeldens
waard is.
XXV Moekims en Zuidelijke neder
zetting. T. Amat Lam Loempoer be
vindt zich nog steeds met een tiental
volgelingen in Lehong, ook T. Ali
Sapik moet te Poeding geweest zijn,
om zijn aldaar wonende vrouw op te
zoeken.
Pang Abas zwerft nog in het ge
bergte vau Paroi en werd met T.
Abas, zoon van Ketjik Amin van
Lam poe-oe er, verscheidene met ge
weren gewapende volgelingen 's nachts
sten op en bracht het zoover, dat do
journalist half en half overtuigd werd
en op het plan inging.
„Maar welke betrekking moet zij dan
in het leger vervullen. Ik zeg nog eens
men zou ons uitlachen, wanneer zij als
oorlogscorrespondent ging."
„Wel, wat zoudt ge van ziekenver
pleegster denken."
„Dat is een idee."
„Zij is zeer ontwikkeld en er zijn
vele Japanschc geneesheeren, dio eens
tot mijn leerlingen behoorden als
ik juffrouw Friquette recommandeer, zal
zij oen uitstekende ontvangst hebben."
„Dat verstaat zich."
Zoo gebeurde het, dat de hartewensch
van hot jonge meisje vervuld werd en zij
du gi'ootq reis aanvaardde.
Maar voordat zij vertrok had zij nog
met veel moeielijklieden te kampen.
Maar Friquette was wel andere hin
derpalen te boven gekomen om zich nu
op het oogenblik, dat haar droomen ver
wezenlijkt zouden worden, zich door
iets te laten afschrikken.
Zij stelde alles in het werk om de
goedkeuring barer ouders te verkrijgen
soms vroeg zij het hu nvleiend, dan
weer toonde zij zich zoo vastbesloten,
dat papa en mama Robert eindelijk
gaven en „ja", zeiden.
in het dal van Lamtih gezien, alwaar
de bende te vergeefs beproefd moet
hebben eenige aan T. Oemar toebe-
hoorende karbouwen op te vangen.
Pang Sabid en Ketjik Marnat, twee
onzer vroegere gidson en spionnen in
Lehong, die later door T. Oemar ge
pardonneerd werden en dezen naar
Pedir volgden, zijn naar Lehong te
ruggekeerd.
Door den wn. Civiel Gezaghebber
der VI en IX Moekims werden met
een brigade marechaussée de eilanden
Nassi en Beras bezocht-
Op Poeloe Nassi werden de „Oe-
mong sara" (vroeger Sultans sawahs)
opgenomen en het ten bat© van het
Gouvernement opgeëischte sultans-
aandeel in de prodactie ter verzending
gereed liggende gevonden. Wegens
onstuimige zee had de verzending nog
niet knonen geschieden. Op Poeloe
Bras werden de door T. Oemar aan
gelegde koffietuinen bezichtigd (ruim
2000 boomen) en op behoorlijk onder
houd van deze aangedrongen.
Op beide eilanden werd last gege
ven tot het verbeteren der voornaam
ste voetpaden. In de onder Meraksa
ressorteerende kampong Oleh Paja
(Poeloe Bras) werden 111 kampong-
passen uitgereiktin de verschillende
andere nederzettingen op Poeloe Bras
onder de VI Moekims ressorteerende,
werden nog 67 kampongpassen uit
gereikt aan lieden, die te voren door
tijdelijke vestiging te Oleh-Paja zich
aan de verplichting tot het voeren
van kampongpassen hadden weten te
onttrekken.
De in het verslag, opgenomen in
de „Javasche Courant11 van 14 Juli
jl. no. 36, bedoelde school voor At-
jehsche kinderen te Pakan Badak
werd door den wd. Oeloebalang der
VI Moekims T. Radja Hitam ge
opend met 23 kinderen.
Sagi der XXII Moekims. Dein
het gebergte der VII Moekims Baid
vertoevende kleine benden betoonen
zicli nog steeds wantrouwig tegen de
kampongbevolking, met uitzondering
van enkele personen.
Een in een moeras tusschen de heu
vels visschende inwoner van Loeboe
(Lam Ara) kreeg langs het been een
schampschot van een bende, die hem
voor een soldaat hield, omdat zy kort
te voren een marechaussee in den om
trek had gezien, en werd gewaar
schuwd zich niet meer in de heuvels
te wagen.
In den nacht van 29 op 30 Juli
werd een spion van het Bestaar, die
de uoodige aanwijzingen had gedaan
voor de opvatting en afmaking van
Pang Poetih (vide het verslag in de
„Javasche Courant'1 van 15 Juli jl.
no. 56) te Loeboeh vermoord.
In den nacht van 26 op 27 Juli
werd door eeu patroQille het gebergte
ten Westen van Loethoe en Lamkrak
onderzocht, werden twee hutten ver
brand, en in een grot een voorraad
ryst, zout en specerijen vernietigd.
Op verschillende plaatsen werden
schuilplaatsen van alang-alang onder
omgebogeD struiken gevonden. Bij
het aanbreken van den dag werd de
patrouille op groote afstanden vrij
levendig beschoten door een vijftien
tal vijanden.
Ingevolge ontvangen berichten, dat
achter Aoaq Glé een bende was ge
zien, die op inarsch was om zich naar
Lam Toba te begeven, werd nabij de
waadbare plaats te Limo een hinder
laag gelegd, en tevens een patrouille
uitgezonden naar Sermo, welke laatste
de gesignaleerde bende aantrof op de
sawah tusschen üermo en Lam Poepo.
Door de bende ontdekt, gaf de pa
trouille vuur, waardoor Pang Mat
uit Sermo gedood werd. Zijn lijk werd
den volgenden morgen op de sawah
gevonden, benevens raim 200 patronen,
visch, vleeseh, enz.
Op 26 en 27 Juli werd van uit
Indrapoeri gepatrouilleerd over Bitha
naar Lam Goeda, in welke steeds
geheel vorlaten kampong een blijk
baar voor de vijandige benden be
stemde voorraad van p. m. 800 kilo
gram padi werd aangetroffen, en in
beslag genomen. Tusschen de verschil
lende zy riviertjes van de Kroeng
Kemiroe werden vele kleine tijdelijke i
nederzettingen van volgelingen van1
T. Moeda Latif, Tjoet Gambang en
Teungkoe Oessin verbrand. De pa
trouille werd licht beschoten, waardoor
een fuselier gewond werd.
In den nacht van 29 op 30 Juli
werd de overvalling beproefd van
twee leden der bende vau Teungkoe
di Boessoeh, welke zich dien nacht
in een huis in kampong Sermo op-
Ook voelden zij, dat het jonge meisje
sterven zou van. verveling en verdriet,
als men haar verzoek niet inwilligde.
Do toebereidselen waren gauw gemaakt.
Juffrouw Friquette begreep, dat hoe
minder bagage men op een lange reis
meeneemt hoo beter. Zij nam twee klei
ne, sterke lichte valiezen mee, waarin
zij haar linnengoed en papier pakte.
Alles was binnen een week gereed.
Het dagblad stelde een credietbrief ter
beschikking op een der groote bankin
stellingen.
Do spoorwegmaatschappij bood haar
een vrijen overtocht tot Marseille aan
en de „Messageries maritimes" zouden
haai* op een barer booten de Ernest. Si
mons naar Yokohama overbrengen. Zoo
kon zij bijna voor niets tot Yokohama
reizen.
Het afscheid was droevig.
Ten eerste is een afscheid op zichzelf
als iets treurigs en ten tweede had Fri
quette haar ouders en zuster en broer
hartelijk lief.
Maar het goede kind, hoewel zeer
teergevoelig, was te zeer door de reis
woede aangetast.
Gelukkig en toch bedroefd, verrukt en
zich toch weer verlaten gevoelend, ter
wijl de tranen in liaar oogen opwelden
en haar lippen zich tot een glimlach
hielden. Dezen vuurden op de patrouille
en attakeerden daarop met de kle
wang, ten gevolge waarvan vier ma
rechaussees vry ernstig gewond wer
den. Het gelukte eeu der vyandenaf
te maken, de andere wist te ontsnap
pen.
Het bivak te Reung-Reung werd
den 28en opgehevende bezetting
keert naar Tjot Mantjang terng.
De in het vorig verslag genoemde
brigades marechaussee debarkeerden
in den nacht van 23 op 24 Juli te
Kroeng Raja en marcheerden denzelf
den nacht naar Lam Panas; de ge
roofde peper bleek reeds naar Kalé
in veiligheid gebracht te zyn. Te Lam
Panas meldden zich T. Bin, het hoofd
van dat landschap, en zyn bloedver
want T. Brahim. Hun werd gelast
zich te Kroeng Raja bij den bivak
commandant en later by den assistent
resident te Kota Radja aan te melden.
In verband met het absoluut gebrek
aan medewerking der Kroeng Raja-
sche hoofden ter verzekering van orde,
rust en veiligheid in hun gebied, o.a.
gebleken by den roof door de bende
van Panglima Hassan van een prauw
met peper en het daarop gevolgd ver
voer der Chineesehe opvarenden als
gevangenen door het bewoond gebied
van Kroeng Raja, is dien hoofden
aangezegd, dat het hun toekomend
aandeel in de peperhassil niet meer,
zooals te voren, dadelyk na inning
van bestuurswege aan hen zal wor
den uitbetaal 1, maar voorloopig in be
waring zal worden gehoudeD, om boe
ten wegens gebrek aan medewerking
daarop te kannen verhalen.
Op den 25en Juli vertrok tot het
doen van verkenningen eene colonne
van twee compagnieën infanterie,
onder commando van den majoor De
Jongh, naar Kroeng Raja en den
volgenden dag van daar naar Lam
panas, alwaar te Kwala Brenoetaan
de Ije Maneh gebivakkeerd werd.
Den 27en Jali werd over Lampanas,
Leungah, Blang Renkeh en Biheuë
naar Kalé gemarcheerd en aldaar ge
patrouilleerd. Van Leungah tot Biheuë
werd de troep lieht beschoten, waarby
een Europeesch fuselier lichtgewond
werd; de vijand liet een doode achter.
De Imams van Bihenë en Kalé
maakten hunne opwa-ehtiug, eveneens
Potjoet Merah van Biheuë, echtge-
noote vau Toeankoe Abdoel Madjid
te Kota-Radja.
T. Tjoet Toengkoeb bleek met mede
neming van al zyne goederen vertrok
ken te zyn, evenals T. Hassan, Imam
van Siëm. Den 28sten keerde de troep
naar Lampanas terug.
Noordkust. De colonne Willems, die
blykens het vorig verslag oj» 20 Juli
naar den Glé Gapoej uitrukte-, bivak
keerde dien dag te Pante by Keumala,
waar de troep 's nachts nu en dan
beschotea werd. Den volgenden dag
werd naar Tjot Moeroeng doorgernkt
op dien tocht en in het betrokken
bivak werd de troep ook beschoteD,
waardoor drie militairen gewond' wer
den.
Den 22sten Juli werd in den omtrek
gepatrouilleerd, terwyl by de beschie
ting van het bivak vier mindere mili
tairen gewond werden. Den 23sten
Joli werd de terugtocht naar Segli
ondernomen via Glé Siblah, Beurou-
noen, Kamboeë, Reung-Reung en Si-
giëng, waarby de achterhoede bescho
ten werd door benden, die de colonne
volgden, welke echter by Reung-Reung
aangevallen en verdreven werden.
By deze gevechten bekwamen wy: 5-
mindere militairen zwaar gewond en
13 mindere militairen niet levensge
vaarlijk gewond. De vyand leed zware
verliezen en liet in hetgeheeI33;doo-
den achter.
In den nacht van 19 op-2D'Juli
drong een bende in de kampong Manta
in de woning van onzen spion Brahim
Arab, die echter, te voren door zyn
kamponggenooten gewaarschuwd, zich
wist te redden. Zyn vervoerbare be
zittingen tot een waarde van eirea
500 dollars werden door öfe- roevers
meegenomen. Als aanvoerder dezer
bende wordt Nja Bin van kampong
Lang genoemd.
In Garoet keerden een. vijftigtal
mannen, vrouwen en kinderen terug;
ook in kampong Aree zouden eenige
uitgeweken bewoners teruggekeerd
zijn.
In den nacht van M op 22 Jali
drong een bende pl. m. 30 man de
woning van den Chinees Tjin Din te
Peukan Gigiëng binnen, en roofden
voor een waarde van pl. in. 1500
dollars aan contanten en goederen.
Van de zijde der Peukan bewoners en
van T. Bintara Paleuh is niets ge-
plooiden, was 't Friquette bijna onmo
gelijk de acliterblijvenden een woord
van bemoediging toe te spreken.
Nog één omhelzingéén kus
en dan op marsch Friquette
De trein stoomde zuchteaid en steu
nend weg. Nog een groet uit hes por
tier......
„Ga met God!" zouden de matrozen
zeggen.
De sneltrein, die 's morgeys om ne
gen uur vertrok, kwam 's avonds tien
uur te Marseille aan.
Zij rustte een paar uur in heit hotel
Cannebière, en begaf zich, toen naar do
prachtige paketboot, die, om drie uur
vertrok.
25 Juni 1894 begon de zeereis.
De boot nam den volgenden weg
Port-Said, Suez-Aden-Bombay, Co
lombo, Singapour, Saigon, Hong-kong-
Shangai, Kobe, Yokohama
Verrukt, bijna krankzinnig van
vreugde zag zij deze steden één voor één
voor liaar oog wegtrekken de steden,
wier namen reeds een geheimzinnig ge
voel van genot bij haar teweegbrachten.
Friquette genoot van deze reds naar
liet ander einde der Wereld on kon zich
maar niet begrijpen, dat haar droom
verwezenlijkt was I
Den 22sten Juli bereikt© men na een
daan om de roovers te verjagen of
te vervolgen.
Panglima Tjoet vaD Adan en een
volgeling van T. Oemar zouden de
bende aangevoerd hebben.
Instedo van zyn volgelingen uit
Gloempang Doewa terug te roepen,
trad T. Tjihik Pasangan steeds krach
tiger tegen dat landschap op, en
hoewel de verbondon Oeleebalangs
door hot geschutvuur der marine ge-
stenud werden waren dezen door ge
brek aan munitie niet in staat met
succes aanvallende te werk te gaan,
maar moesten zy ten slotte slechts
eene defensieve houding aannemen.
Namens den gouverneur werd daar
op den Radja van Pasangan mede
gedeeld, dat hij beboet was met het
bedrag der onkosten van de hulp, die
het gouvernement verplicht was ge
weest den verbonden Oeleelalangs te
verleenen, tot een totaal van 50'0
dollars; dat het gouvernementeischte
dat hy zich zoowel uit het door hem
bezette gebied ren Oosten van zyn
landschap als uit de door hem in Sama-
langa opgerichie versterkingen zou
terugtrekken; dat ingeval hy zulks
niet deed het gouvernement hem
daartoe zou dwingen, en alle ten deze
gemaakte onkosten door hem betaald
zouden moeten worden.
Van Gedong werd bericht ontvan
gen, dat daar verscbill nde verstor-
kingen werden aangelegd op de tij
ding dat Onze troepen ter Oostkust
tot Telok Niboeng aan de Djamboe
Aerrivier waren doorgetrokken. Men
vreesde dat de tocht tot Gedong zou
worden voortgezet.
Oostkust. De in het vorig verslag
bedoelde tocht van Edi naar Sim
pang Olim had van 18 tot en met 21
Jali plaats. De verschillende hoofden
der staatjes meldden zich by den gou
verneur, behalve T. Mohamad Hana-
fiah, broeder van den vorst van Sim
pang Olim* wiens nederzetting te
Telok Niboeng aan de Djamboe Aer
rivier verbrand werd.
Aan de gezamenlijke staatjes ter
Oostkust is eene oorlogsschatting van
f25'),000 opgelegd, te betalen door
een extra hassil van 75 dollars per
kojang uitgevoerde peper.
Het 14e bataljon' keerde van 22
tot 28 Juli naar Segli' terug.
Westkust. Van T. Ali Baid wordt;
gerapporteerd dat hy voornemens zou
zyn naar Waila te vertrekken, om
zyn tante Tjoet Manja daarheen te
begeleiden, en een elftal geweren in
te lossen, die hy indertijd in pand
gegeven heeft.
Poeloeh-Weh. Niets bijzonders.
Weersgesteldheid. In Groot-Atjeh
over het algemeen warm su droog.
Ter Westkust viel veel regen.
Gezondheidstoestand. Ib de IX
Moekims en de III Moekiroa- Baroe
kwamen enkele gevallen van pok-
ziekte voor. Van Melaboeh en Kwala
Oenga wordt het voorkomen van vele
gevallen van koorts en buikziekte
gemeld.
Veeziekte. De veepest bleef heer-
schen in Lepong en in de XIXV
Moekims, in welk gebied; daaraan
stierven 4 runderen en 22 karbouwen.
Die ziekte breidt zich voorts uit in j
het eontróle-ressort, alsmede in dcV
Moekims Montasik.
In het Pedirsche blijft qq-veepest
groote verwoestingen onder den; vee
stapel aanrichten; daarentegen schijnt
zy te Lagen ter Westkust totstaaa
gekomen te zijn. De zuidelijk van dat
landschap gelegen streken bleven tot
dusver van die plaag versshooncL
GESJVENGO NIEUWS.
De zaak-Dreyöis.
Stellige bevestiging van de loeiende
geruchten omtrent de ontdekking vaa
nieuwe misdadigers onder de officie
ren van den geueralen staf,.ontbreekt.
Generaal Zurlinden, voor wien de
dossiers der Dreyfns-zaak nieuw zijn,
bestudeert ze. Volgens sommigen
leidt hem die studie tot nieuwe ont
dekkingen, volgens anderen* maakt
zy hem tegen revisie.
In parlementaire kringen is de op
winding nog groot.. Georges Berry
(de man, van wien het gevleugeld
woord afkomstig is: bet kan mo ni tj
schelen of Dreyfus- schuldig of on-
schuldig is, maar. zooals de zaken
|nu staan, moet hij; op het Duivels-
i eiland blijven) beeft eea boozen brief
aan Brisson geschreven, omdat deze,
naar by beweert, buiten de Kam rs
om een revisie gaat uitlokken, welke
reis van 37 dagen,. Yokohama en zij
voelde zich «pg even frisch en vol vuur
aJs de kleine Parijsche jongen, naar
wien zij gonpemd was.
Het overige kan ruen wel rade*.
Het personeel van de Fransche lega
tie ontving haar zeer beleefd, qöar zij
aanbevolen was door een der grootste
Parij&cho bladen.
Eea warme ontvangst viel haar van
de militaire doktoren ten en de
geif.era.le staf doelde haar onmiddellijk
bij do vliegende ambulance it*.
Drio weken later wertfc zij tegelijk
met eeu afdeeling gewapende militairen
naar Hieroshima ingeschept, die te Fou-.
san een groote haven op Korea, waar
de troepen bijeenkwamen, aan wal ghv
gem
Men heeft de eerste ervaringen van
het wakkere meisj_e reeds meegejvtankt.
HOOFDSTUK IV.
Psychologie der Chineezen Een met
gezel in de gevangenis. Kinderlijke
toewijding. Do schildwacht. -
De Ijst van Friquette. Ont
snapping. AlarmDe ver
volging. Het noodlot
Door den stroom.
De Chineezen, mot hun laaghartig,
de Kamer éénstemmig heeft gewei
gerd. Hy zal hem daarom interpellee-
ren over het ontslag van Cavaignac.
Interpellaties zullen verder over deze
zaak worden gehouden door Girou,
Mirmao, Breton, de Grandmaison en
Lasies.
Een ander Kamerlid. Massabuau en
Pascal, antisemiet, hebben aan Fanre
en Brisson requesten gericht om dade
lyk de Kamer byeen te roepen. Daar
in, in een votum der Kamer die zich
altijd zoo schaapachtig volgzaam beeft
fjetoond in deze zaak, is blijkbaar de
aatste hoop van Rochefort c. s. ge
legen. Dagelijks althans schrijft diéns
blad over den „staatsgreep", dien het
ministerie begaat door de Kamer
er buiten te houden.
Het gerncht liep dat Esterhazyop
de vlucht is. Zeker is het, dat by
zich niet vertoont.
Eenige duels zyn in het uitzicht.
Albert Monniot, redacteur van de
Libre Parole, heeft zijn getuigen aan
Trarieux en Lucien Millevoye, de1
boulangistische afgevaardige van Pa
rijs, de zjjue aan den letterkundige
Octave Mirbeau gezonden.
Het blad Le Soirte Brussel ver
schijnende, verzekert, dat volgens een
telegram uit Londen Esterhazy Maan
dagavond daar is aangekomen, om
daar den loop der gebeurtenissen af
te wachten. Hy zal niet in Frankryk
terugkeeren, wanneer tot een revisie
wordt besloten.
Een töosU Yan Keizer Wilhelm.
By het feestmaal van de provincie
Westfalen hield' de keizer een toe
spraak waarin hy zeideIk hoop dat
alle groote ouderdeelen van hetindus-
strieele leven in hst Duitsehe vader
land zich met elkander zullen ver
binden.
Dit is echtèr slechüs mogelijk onder
bescherming van dècvrede, doch deze
kan slechts worden gewaarborgd door
een slagvaardig,- geheel tot den oor
log voorbereid leger:
„God geve, dat het ons steeds ge
geven zyn moge, niet <ët scherpe en
goedverzorgde wapen voer den wereld
vrede te zorgen11.
De keizer sloot met een Moch! op
de provincie Westfalen.
Onlusten op Ksrata.
De berichten uit Kandia blijven
by voortduring verontrustend; Er zyn
een groot aantal personen gedood,
waaronder de Engelsche consul, een
Griek van afkomst.
Naar men zegt zyn 22 Ehgelschen
gedood en 45 gewond by; de brand
stichtingen in den omtrek'van Caoea.
De Eng. commandant te Kandia
heeft bekend gemaakt, dat by, een
nieuwen aanval der Muzelmannen hy
de stad zal bombardeerea; 8n eeu
militair cordon zou instellen; om; de
opstandelingen te omsingelen..
Do opstandelingen hebben eem aan
val gedaan op de Duitsehe troepen,
die deel uitmaken van hteP militair
cordon om Kandia.
De regeering verzocht aam dö ad
miraals om dringende maatregelen te
nemen, ten einde de opstandelingen
terug te dryven.
Het gevecht met de opstandelingen
duurt voort.
Het ambtelijke bericht vair dm Brit-;
schen consul te Canclia enivan dén cor
respondent van de Time? aldaar stellem
de aanleiding tot de ongeregeldheden an
ders voor dan de eerste, telegrammen.
Terwij. kolonel Reid hob douanehuis je-
binnentrad werd een Eiig^lscli soldaat.,
behoorend tot de twintig man van da,
Hazard die de wacht hadden, door eeis
mohammedaan met een mes in zijn rug'
gestofeen. Terwijl de soldaat, viel, ging.
zijn geweer af, en een; rqoha.mineda.-ia
werd gedood. Intusschenhoorde men ge
weervuur in de stad. Re. Engelsche sol
daten op de kade werden grootendeals
gedood, uit alle huizon- im den omtrek
en van de muren van. hejl fort schaak
men. 05) de EngelsclMju. Vier man op, de
Hazard werden ook gedood. De soldaten
slaagden er in, het lijk. van hun gesneu
velden luitenant qee to- nemen. Drie;
vierden van de 1000 christenen i«t da
stad moeten vernaaprd zijn.
Uit Malta zijn lwjfc torpedo-ièpot-
schip Yulcan en rfêt transportschip. Au
gustine naar Kreta vertrokken met een
gedeelte van hepr Dorsetshire regpaent.
wraakzuchtig,- leugenachtig nn-ar bovenal
bloeddorstig karakter, rijn gevaarlijke
vijanden.
Niet bat? rij in den oorlog- te vreezen
zijn. In een strijd van ma® tegen man
zijn ze niet veel waard, dikwijls nog!
minder dan een soldaat, die pas in dienst
is. Maar liet meest te dpehtea rijn ze.,
omdat; ze geen greintje - edelmoedigheid;
voor den overwonnen vijand bezitten.
Hun ziel is gesloten voor dat menscho-
lijite gevoel, hetwelk- ons er toe dryigb
de.gewonden te huip-. te snellen, hes le
ven te eerbiedigen en de gevangenen te
sparen-
Is de strijd evqmaal beslist d-uö wur
gen zij de gewonden terstond, onthoof
den de lijken en doen de gevangenen de
verschrikkelijkste martelingen onder-
gaan.
Die folteringen zijn zóó omnenschelijk
wreed, dat wij er ons geen denkbeeld
van kunnen vormen.
Niets, houdt hen lüervan terug, niets
is in «taat eenige ontroering bij hen op
te wekken, en ni.ets is in staat hun
geyoelszenuwen te doen trillen.
Het is alsof er door de aderen van die
gele langstaarten gal in plaats van bloed,
stroomt, dio hun organen bederft, alle
edelmoedigheid in hen doodt en hun
gelaat teh thjt geeft, waardoor gi er
Sport en Wedstrijd*
Dö wielerwedstrijden te
Berlijn.
By de Donderdag geëindigde 24-uq
wedrennen werd de eerste prjjs, 10,fx;
I Mark en een gouden medaille gewos
nen door Huret (Parys) met 829 KI
Op hem volgden Marius Thé (Mt
seille) met 783, Hartwig fBeriyo) m
:738, Kuhn (CharJottenburg) die a
amateur buiten mededinging bleef m
705, Engelhardt (Berlyn) met 65
Domain (Mariendorf) met 642, Oli
(Berlyn) met 538 KM. Miller (Nei
Vork) gaf den stryd op, na berhaa
delyk gevallen te zyn.
INGEZONDEN MEDEDE&
LINGEN.
30 cents per regel.
21!r Anegang 21.
Ontvangen de nieuwste
modellen
in' alle' genres.
BRIEVEN OVER DE
Nationale TentoonsteiKaj
van1
Vrouwenarbeid.
Den Haag,' 8 Sept'. '9&
In deze dagen hooren wij. en sprekt
zeiven veel over de moeielijke taak>
zware plichten welke rusten >op heu,'.d
geroepen zijn om over een'volk te p
geeren en de slotsom van deze zeer wi
ze en verstandige gesprekken konia
meestal daarop neer, is meestal de pled
tige verzekering, dat rij ons onbektau
stil leven niet zouden widen 1 ruilen vix
al den glans en de glare van het Ki
ningschap.
En toch, niettegenstaande deze oj
recht gemeende uiting van tevredenhéi
rijn er oogenblikkon waarin de als
hoogste macht ver bonder.-voordeelen v>
sterk in 't oog springen, dat we de b
zwaren over het hoofd rien of die te
minste heel licht tollen, en er bijna U
'zouden komen om. de vorstenki'hlderi
te benijden.
Dit was o.a. heit g gevsl. met ons, tot
we verleiden weelctegelijk met de Ki
rringirtnen een bel zoele brachten aan
tentoonstelling.
Hoe gemakkelij k gaav,voor vorstelijl
personen dat zie» 1 van merkwaardig!
den. Wat óns e en zee; van tijd ka
neemt- voor hen slechts een klein de
van den dag in. 2 .ij vindén alles voor lti
klaargemaaktb- et publiek dat een hi
dbr kim rijn voo r goed:rien, wordt wt
gehoudenover; il zijn bestuursleden 1
dé haaid, die ni< its liever willen dan
/del/ meest belanj jrijke wijzen en van all
dén uialeg gevel n.
Geen wondea dat vorstenkinderen;
'korten tijd ong elooflijk veel kunnen 5
richtigen. en... geen wondei' zoo in 0111
jrijd", van druk en haastig leven, hun a
derdanen nu e n dan opwellingen voe!
van a%onst op deze Waargemaakte, vb
ge manier va' a rien
Intusschen. bij de.- versbandigen orai
ons doren de ze jaloeziebuien maar bi
korte; want, al spoedig bedenken m
dat er ook veel '.e zeggen is voor;
meer iangzaa ne wijze waarop wij, gei
ne stervelin;gen, te zaken bekijken
kost meer b ijd, maar wij rien ook mi
uit eigen oogen.;-wij kunnen betcr-l
zoeken wafc ons bijzonder interesseert
al onze aar .dacht- geven aan wat ons f,
soonhjk 'tr meest aantrekt.
Zoo voetten wij ons bv. bijzonder M
getrokken) tor-tdé afbeelding „beelden
kunsten" en brengen daar bij eiken-U
toonstellrngsgang een lang bezoekt
Wij vim feu? daar een niet -wde I
nauwgezetl eid en artistieken smaak!
I eengebraclte keuz^expositie dio :<ts
rien op hoeveel Talentvolle kimstenan
sen ons .iad.ra^g roemen; limtlscbi -
figuur ex.- stilleven, rijn hier tetstekö
vertegenwoordigde terwijl we aifcnem
de staaltjes rien van de lie<_riijke e
kunst.
Aai n deze toeist-saal grens 1 onmhtü
lijk de ruimttvbestemd voor l vi- blocn*
nog terugststotender ui triera
Juffrouw Friquette hep <irt? w.eakfl
gr- jot gevaar, nu rij in hauu£m vatti
scjtui-ken gevallen was.
Men Ljit haar eerst db l>elianj$eö 1
undergao'u dte eiken gevangene te
een staat; Die heeren vau- bet Hemels
1 rijk doorsnuffelden hacuv werkelijk n
een hajsrdigfaeid, die eeiv gooefteiaar
zou kebben aangedaan,
Haar zakken bexnvtedi geen eni
verdacht voorwerp.
Ongelukkig had rij sinds haar ver:
van Hieroshima het-oen uu ander in k
aakboekje opgetekend, om. later t
de courant uit %k werken.
Het hoofd vaa- de schelmen, die 1
goed Franseh sprak eu las, zag de 1
schreven papieren nauwkeurig na
wilde tot elkem prijs dit geschrift ai*
militair docunient, beschouwen.
Daarop» zeide hij met een stern,
als een gebarsten klok klonk
„Gij spionneert voor den vijand...'
Friquette verontwaardigd, antwoi
»a.
„Ik-, een spion... dat is een onvn
heid. Ik verafschuw den oorlog, die:
velen van hun vrijheid berooft of d«
Wie het ook rij, gelen, zwarten of bi
kon, ik beklaag fcpen, die er slachtcf
van worden." (Wordt vervolgd)