X "De commissie bèpStalde nu, dat zoo-1 dra de lijst gesloten was, de som bijeengebracht, door 80 gedeeld, het bedrag zoude aanwijzen, hetwelk aan de 80 vrijwilligers zoude gewaarborgd worden. Ook te Voorhout schijnt het plau Coolen tot verwezenlijking te zullen komen. De belooning voor vrijwilligers voor de militie bedraagt aldaar f200 en veor reserve-vrijwilligers f50. Sport en edstrójjdena Voetbal. Uitslag van Zoodag gebonden voet balwedstrijden der le klasse clubs: Te Amsterdam tusschen R. A. P. aldaar en H. B. S. uit 's Gravenhage. Na heftigen strijd was de uitslag 0:0. Te's Gravenhage tusschen de Haarl. F. C. en de Haagsche V. V. De Ha genaars wonnen met 5 tegen 1. De wedstrijd die hier ter stede zou worden gehouden tusschen „Haarlem" en „Rapiditas" van Rotterdam is niet doorgegaan, wijl het veld is afgekeurd. £.ett£i°er< e«t Kuoat. Een Rembrandt beschadigd. Volgens het Ned, Daybl is op de Rembrandt-tentoonstelling een zeer betreurenswaardige onvoorzichtigheid gebeard met een der der doeken. De schilderij EstherRaman en Ahas- verus, toebehoorende aan den Kouing van Roemenië, heeft ernstige schade bekomen, doordat een haak in den wand der tentoonstellingszaal door een der zoo sprekende oogen van .Ahasverus is gedrongen. D n vorste- lijken eigenaar is f5000 schadever goeding toegekend. Wol zal het oog zorgvuldig mogelijk worden bijge werkt, maar kenners vreezen, dat na luttele jareu de gerepareerde plaats zich scherp op het doek zal onder scheiden. Ned. Tooneel. Men schrijft ons uit Amsterdam. De Kon. VereenigiDg braeht Zater dagavond ten tooneele ..Medea" van Legouvé, in de vertaling van Floris van Wester voort. De zaal was bui tengewoon slecht bezet, hetgeen zeer te betreuren is, daar mevrouw Fren- kel—Bouwmeester alléén, reeds door hare aangrijpende vertolking vau de ongelukkige hoofdpersoon aanspraak had mogen maken op een uitverkocht huis. Mevrouw Frenkel heeft „Medea" meesterlijk gespeeld, het is het beste, wat zij sedert den aanvang van het seizoen heeft gegeven. Jammer was het echter, dat overi gens de bezetting te wenscheu liet. De heer van Schoonhoven, die zijn rol in de helft vaD deu tijd had kun nen spelen, wanneer hij der's wat min der melodramatisch-lang had laten rollen, gaf een Jason, waaraan nog al wat te verbeteren viel. Mejuffr. Rika Hopper heeft getoond eene kun stenares te zijn, die het „Nêerlandsch" in waarde heeft te houden. Kreusa, door deze lieve jonge dame gecreëerd, komt met Medea de eer toe, de op voering te hebben gered, zóó, dat het publiek ua de 2de en 3e acte in een geestdriftig gejuich zijn tevredenheid uitte. Een zeldzaam verschynsol in den Stadsschouwburg. Mimosa San, het „theoraeisje" uit de lieve, japansche operette de Geisha die door het gezelschap Prot zeer verdienstelijk wordt opeevoerd, heeft Zaterdagavond reeds voor de 50ste maal hare vroolyke liedjes in het ge zellige zaaltje in de Middenlaan dóen hooren. Hoewel de directie niet de beleefd heid heeft ons, zooals gebruikelijk is, van hare „fans et gestes" op de hoogte te houden, mag toch niet verzuimd worden terloops meldiög te maken van dit 50-dagig jubileum! Mevrouw Bu- derman, mej. Ude, in éen woord de voornaamste optredeDdeo, incluis de orkest-directeur, de heer v. d. Nou- ten werden onder bloemen bedolveD. En behoeft het betoog het onder werp en het seizoen in aanmerking genomen, dat het een schat van chrysantemums was, die over bet voetlicht stroomde? Het stuk zal nog wel eenige weken Zij had een bepaalden afkeer van dok ter Darkham, maar een bijzondere ma nier om haar afkeer te verbergen. ..O heel, heel dikwijls", zeido mevrouw Greatorese minzaam. „Ik trachtte altijd alles voor liaar te doen, wat in mijn vermogen was. Mevrouw Greatorese passeerde altijd voor de kleindochter van een graal. En natuurlijk bezitten adellijke kleindoch ters verantwoordelijkheden o.a moe ten zij vriendelijk voor hun minderen zijn. Als mevrouw Greatorese naar een bazar ging wat zij zelden deed, daar het liaar te kostbaar was onderhield zij zich altijd zeer vriendschappelijk niet de vrouwen en zusters dei- winkeliers van Riekten altijd voor een zekeren tijd. liet maakte zoo n goeden indruk en er waren precedenten, altijd zeer voorna me. van zoon gedragslijn op te noemen. ,.En gij r zeidq mevrouw Poynter rich tot juffrouw Firs-Robinson wen dend, die een wednig grimmig zag. De oude dame had mevrouw Greatorese eenige oogenblikken bestudeerd. „Ont- raocttet gij liaar dikwijls?" „Wel, liefst zoo min mogelijk," zeide de oude vrijster oprecht cm oen weinig boos. „Een leelijker, onaangenamer •vrouw heb ik nooit van te voren ge- trien." op het programma blijven eh, wieü het nog niet zag, is een bezoek wel aan te raden. Men ziet weinig ope- retten, waar gegeven, muziek, decora- tiën eu costumes zóo medewerken tot eeu kleurig, vroolyk amusant geheel. Louis Couperus is van plan, om in Februari a.s. met zijne ecötgenoote een reis naar Nederl. Indië te onder nemen. Jonkvr. Anna de Savornin Lobman, de schrijfster, die eenigeü tyd ten behoeve van bare gezondheid zich in Duitschland onder geneeskundige benandeiiDg had gesteld, is zoo goed vooruitgaande, dat zy binnen kort naar Den Haag denkt terug te koeren. RECHTSZAKEN. Naar meu verneemt heeft de raad kamer van de rechtbank te 's-Gra- venhage na een langdurig voorafgaand onderzoek naar den geestestoestand van den verdachte, die daartoe ter observatie in een krankzinnigenge sticht geplaatst was, den gep. kapi tein Vemer, wegens den bekenden aanslag op twee vrouwen in de Wei- marstraat, verwezen naar de open bare strafzitting, zoodat hy eerlang terecht zal staan, beklaagd van moord en poging tot moord. Brieven uit Berlijn. Particuliere correspondentie. Bij Keiler Reiner, Postdammerstrasse No. 122. Berlijn, 4 November '9S. Het ia een vrij algemeen bekend feit, dat Berlijn tegenwoordig op muzikaal gebied in Duitscliland en in de andere Germaansche landen den toon aangeeft. Wat voor dramatische zangers en zange ressen mevrouw Cosima W a g ne r 's Festspielhaus in Bayreuth is de officieele erkenning van hun talent dat is de opera en het podium van P h il ha.r m o ni e, Sing-Akade mie, Saai Bechstein hier in Ber lijn voor concertzangers en overige mu sici. Tengevolge van den grooten toe- vlood bestaat er tusschen de uitvoeren de kunstenaars een scherpe concurrentie. Allen streven er naar in Berlijn op te tredenhet Mekka, zoowel voor begin ners als voor kunstenaars van gevestig de reputatie. De Hollanders laten zich hier niet onbetuigd. Hoewel liet seizoen eerst pas begonnen is, hadden wij gis teren reeds hét derde Hollandsche Con cert in de zaal Bechstein. Een paai- weken geleden hoorde ik daar het Amsterdamsche Conservator rium-quartetCramer, Mossel, Spoor en Hofmeester, die voor het eerst in Ber lijn spoelden en veel succes hadden. Een weelc later trad van Eweyck op en gis terenavond genoot ik van het geache veerde spel van Coenraad Bos, piano en Joseph van Veen viool, die 3 sona ten van Brahms verdienstelijk weerga ven. Vooral het spel van Bos was zelf bewust, zij n aanslag krachtig. Een warm applaus viel beiden kunstenaars ten deel. O]) het gebied der Beeldende Kunsten heeft Berlijn München nog niet kunnen overvleugelen. Doch ook hier is het slechts een kwestie van tijd. Op de groote Kunsttentoonstelling, bui ten in Moabit waren eenige goede stuk ken. Van Hollanders zag ik het portret eener dame in Friesch kostuum en lange Zweedsche handschoenen van Bischop. In een stad als Berlijn, welke zich op elk gebied zoo krachtig ontwikkelt, is er behoefte aan lokaliteiten, waai- de nieuwe leunstinriehtingen zich in al hare consequenties, in hare goede en kwade eigenschappen kunnen uiten. Aan die behoefte zijn de heeren Kei ler Reiner tegemoet gekomen. Hunne kunstsalons waaraan kort gele den nog een groote zaal is toegevoegd, behooren tegenwoordig tot de groote aantrekkelijkheden van de stad. De ou dere kunstsalons, „Schulte Unter den Linden," ..Gurlitt, Leipziger Strasse" be palen zich uitsluitend bij schilderijen en hier en daar een beeldengroep. Kei ler Reiner zijn echter de eersten, die in hunne zalen een permanente ten toonstelling organiseeren. niet alleen van schilderijen, maar van producten van allerlei aard der moderne Kunstindus trie, meubels, tapijten, gas- en electri- sclie lampen, decoratief smeedwerk, Ke- „O. beste juffrouw Firs-Robinson," riep de vrouw van den rector uit, een klein, bleek vrouwtje. „Gij moest bc-, denken, dat zij dood is." „Ja, dat bedenk ik wel," zeide de oude dame met luider stemme. „Maar wat verandert dat aan de zaak Als de doo- den geprezen willen worden moeten zij zich bij hun leven ook goed gedragen en dat deed rij niet. Het spijt mij, dat de arme vrouw op die manier stierf zonder zelfs bij kennis te rijn gekomen." „De* toestand was van den beginne af hopeloos," zeide mevrouw Poynter. „Dr. Bland en dr. Dillwyn hebben dit beiden geconstateerd." „Neen," zeide Agatha onwillekeurig. „Dokter Dillwyn heeft mij gezegd, dat er misschien herstel mogelijk was." „Jou verteld vroeg mevrouw Grea torese heel zacht en even glimlachend. „Maar wanneer dan, beste Agatha Het jonge meisje zag haar aan en zweeg. Zij scheen in verlegenheid te rijn gebracht. Mevrouw Greatorese. die een uitste kend diplomaat zou zijn geweest, be treurde haar vraag en stapte over de quaestie heen. Zij was vastbesloten haar nichtje een goed huwelijk te laten doen en dus zóu het feit, dat er aan hem, di?n armen, jongen dokter,' die zich pas ge- ramiek, boekbanden, geweven stoffen, glaswerk, porcelein en dergelijke. Deze richting, uitgaande van den gema len William Morris, den duizendkunste naar in den waren zin van 't woord, heeft zich ook in Duitscliland in den laatsten tijd ruim baan gebroken. Tijdschriften in den trant van „The Studio" als„Zeifc- schrift für Dekorative Kunst," „Zeit- schrift für Bücherfreunde," en andere voldoen aan een bepaalde behoefte. Da tijden, dat men hier zwelgde in „Altdeutscho Zimniereinrichtungen" en stoffige Makartboekets enz. rijn voorbij. De ligging vau de lokaliteiten van Keiler en Reiner in de Potsdauimer- strasse op den hoek van een zijstraat is bijzonder gunstig, daar elk vertrek rijn licht direct van buiten ontvangt. Het- interieur heeft kort geieden een groote verandering ondergaan. De be kende Belgische Kunstenaar Henri van de Velde heeft aan de eerste der serie vertrekken een zeer bijzonder cachet gegeven, door in de muuropenin- gen tusschen het voorafgaande en het volgende vertrek fraai gebogen open lof werk van blank eikenhout aan te bren gen, welks grillige lijnen zeer mooi har monieer en met de zachtgetinte lijnen der lambriseering boven langs de muur vlakken. Ook de blanke eikenhouten kasten met koperen beslag en de boe kenkast bij het raam, waar een heerlijk rustig intiem hoekje is gevormd, waar j men op z'n gemak van tal van tijdschrif ten en boeken over kunst en littera tuur ongestoord kan genieten, zijn door hem ontworpen. De vier volgende salons, die veel klei ner zijn, bereikt men langs een fraaie eikentrap. Elk vormt een intiem gezel lig interieur en juist daardoor winnen de tentoongestelde meubelen en lcuiisfc- voorwerpen van glas, aardewerk, brons enz. zoo bijzonder, omdat ze er niet maai* onverschillig zijn neergezet, doch juist daar, waai- ze in een dergelijk mi lieu behooren te staan. Van deze vier salons dunkt mij vooral het eerste bij zonder goed gelukt- Meubelen en muur- lijsten van glimmend donker mahonie hout bij zwart af. De stof van sopha en stoelen, dof blauw laken met opgelegde gele, mooi gelijnde arabesken van dezelf de stof. De inrichting van het vierde vertrek munt uit door do artistieke wanddeco ratie van mej. Kirschner uit Berlijn, bestaande uit een lichtbruine stof, waar op liooge lisplanten en waterleliën deels geschilderd, deels met witte vloszij opge werkt zijn. Het geheel maakt een mooi effect. Langs deze vier salons loopt een lange galerij, waai- „de ouderen aan het woord rijn. Reproducties naar doe ken van Raphael, Velasquez, Rembrandt Rubens, Holbein en anderen bedekken de wanden. Langs deze galerij komt men ten slotte in een groote, achter de vier; salons gelegen zaal, uitsluitend voor ex positie van moderne schilderijen be stemd.. In da verschillende salons staan hier en daar kranige bronzen groepen. Bij zonder trof me een „mijnwerker" door Meunier. De trekken van stugge gela tenheid, van rich schikken in het nood lot, in den kop van dit beeld, zijn mees terlijk weergegeven. De verzameling schilderijen, welke in de verschillende lokalen tentoon gesteld rijn, worden iedere maand vernieuwd. Het winterseizoen werd met een ten toonstelling van. levende Duitsche mees- sters geopend. In een van de kleine sa lons hingen de vorige maand een serie Crayonschetsen van den grooten his torieschilder Menzel uit zijn vroegsten tijd tot nu toe. Gedurende de maand November zijn volgens den Catalo gus de Belgische en Hollandsche jon ge schilders en de Fransehe Neo-impres- sionisten tentoongesteld. Van Hollanders heb ik echter alleen Lokhorst kunnen ontdekken, die eenige mooie aquarellen heeft ingezonden. Van de Belgen zijn eenige kranige stukken van Verheyden in Brussel vooral een wazig heilandschap, met een stille waterpartij is bijzonder goed, even zoo is een groot doek. een Hollandsch landschap met een dorp in het verschiet juist gezienEen andere Belg, Hermans uit Brussel, zond een naakte vrouwen figuur in, mooi van vleeschtoon. De Neo-Im pressionisten zijn door een vrij groot aantal doeken van v a n R ij s- s e 1 b e r g h e, Cross-St. C 1 a i r. Ma xime Luce, Paul Signac allen uit Parijs, vertegenwooi-digd. Ik geloof niet, dat ik me ooit voor hun richting; zal kunnen warm maken. Daarvoor is ze me te onnatuurlijk. Bij sommige stukken, aJs bv. bij de wonderlijke bizarre landschappen van vestigd had, als mogelijke partij gedacht kon worden, haar plannen in duigen doen vallen. Daarcm kwam zij Agatha to hulp en deed alsof zij een antwoord op haar vraag ontvangen liad. „Hij schijnt dan op twee gedachten gehinkt te hebben, waardoor hij bewijst hoe weinig vertrouwen men in hem kan stellen. Men moet zich ook niet op zulke jonge mensclien verlaten." „Ik ben nieuwsgierig, of die partij van Lord Amberfc nog door zal gaan," zeide de vrouw van den rector, op zach- ten, vertrouwelijken toon. 't Zou den volgenden Donderdag zijn, niet waar?" „Ik zou haast denken van niet. Lord Ambert is er de man niet naar..." „Neen, dat is zoo..." „Het komt mij voor, dat hij meer terughoudend dan wel onsympathiek i?," zeide mevrouw Greatorese, die hem altijd steunde. Waren zij niet van den zelfden stand? „Gaat gij?" vroeg zij aan me vrouw Poynter. „Wij rijn wel gevraagd," zedde net aardige vrouwtje met nedergeslagen oogen. „Maar denkt gij, dat er iemand zal gaan.nu dat ongeval nog zoo frisch in het geheugen ligt. Gaat," rij zweeg even, „gaat gij?" j „Ik ga. zeker naar geen enkele par- Paul Signac vraagt men rich onwille- keurig af, of de schilder wellicht eens heeft willen probeer en, hoe ver hij gaan kan in het sollen mot het publiek. Men kan al die gepuncteerde doeken ei genlijk geen schilderijen meer noemen 't is naar mijn idee een soort geschilderd mozaïek werk. Een van mijn vrienden noemde deze gepuncteerde stukken bij zonder geschikt als „Vorlagen" voor het bewerken van stramien met veelkleurige grove wol, en ik kon hem geen ongelijk geven. Van van Rijsselberghe hangt er een groot doek. da een wand geheel inneemt: badende vrouwen aan het strand der zee, het geheel in een hoog gelen toon, zoo fel door de zon verlicht, dat de vrouwen meer hebben van squaws van roodhuiden dan van Europeesche vrouwen. Ik gaf wat, als ik in plaats van deze vertegenwoordigers van wansmaak eeni ge stukken van onze Hollanders had mogen zien. In de galerij, waarvan ik reeds melding maakte, stond togen dun muur een prachtige reproductie door Braun Co. in Doruaeh van „De Staalmeesters." bijna zoo groot als het origineel, in die pe, dof zwarte lijst. Dat is andere kunst! K. -SESREMS® MiEUWS. De zaak-Dreyfus. De -„Droits de l'homme" houdt vol dat kolonel Picquart weldra in vrij heid zal gesteld worden, volgeos con clusie ran den rapporteur vau den krijgsraad. De schriftkundige Cbaravay zon het handschrift vau het „petit" bleu" hebben onderzocht en herkend. De „Aurore" beweert op gezag van een oud lid van den raad der orde van advocaten, dat er geer. reden be staat mr. Mornard disciplinair te tref fen wegeüs de aanklacht door den advocaat van Esterhazy, rar. Tézenas, by de orde ingediend. Het telegram vau Esterhazy aan zijn verdediger was niet gericht aan den verdediger als zoodanig, maar aan den vriend. Esterhazy vroeg geen pleidooi, geen advies, maar een getuigenis. Op dien grond kau mr. Mornard geen verwijt treilen het telegram van Esterhazy te hebben voorgelezen voor het Hof van Cassatie. De Pressensé heeft een boek aan Picquart gewijd uitgegeven. De „Petit Temps" maakt er melding van, maar geeft niet de keurige doch scherpe voorrede. In een twaalftal brieven van Gonse aan den overste en een paar brieven van Picquart, aan Henry en Gribelin uit het begin van '97 blijkt nog een zeer vriendschappelijke verhouding. Een paard-dronkaard. Onlangs werd een vreemde geschie denis uit Frankrijk vermeld van een paard, dat op een hoogst zonderlinge wijze te middeu van gebroken fles- schen in een kelder lag. Het hielp niet, of men het dier al overeind zette het plofte dadelijk weer neer, en er waren eenige „sapours-porapiers" noo- dig om het uit den kelder naar den stal te krygen. Men dacht, dat het dier aan de een of andere geheimzin nige ziekte leed, maar de veeartseny- kundige wiens hulp ingeroepen werd, verklaarde dat het „smoordronken" was en al de verschijnselen vertoonde van dronkenschap. De eigenaar her innerde zich toen, dat men een paar maanden geleden gemerkt had, dat bet paard aanvallen had, welke men voor duizeligheid hield, daar het dier begon te waggelen eu nederviel zon der eenige schijnbare oorzaak. Gedurende dien tyd werd er voort durend wyn gemist nit den wijnkel der, waarbij zich het eigenaardige geval voordeed, dat de dief den wyn niet medenam, maar op de plaats zelf opdronk. Men kwam toen óp de ge dachte, de aanvallen van duizeligheid waaraan tiet paard onderhevig Vas, in verband te brengen met de ver meende kelderbezoeken vau den dief. De oorzaak waardoor het arme dier zulk een beklagenswaardige gewoonte had aangenomen, was deze, dat men1 het met een geneeskundig doel wyn had toegediend. Bij gelegenheid dat i het paard zeer zwaren arbeid ver richt had, werd hem met wyn be vochtigde haver gegeveDde uitwer king was zoo gunstig, dat dit middel herhaald werd, totdat een luie stal- tij," antwoordde mevrouw Greatorese met veel nadruk. „Het zou te erg zijn dunkt mij na het verlies, dat Dr. Dark ham geleden heeft" ,,0' verlies!" Eerst glimlachte- me vrouw Poynter. maar toen barstte zij in een hartelijk lachen uit. „Ik zeg, moet hij niet blij rijn, dat hij haai- kwijt is." „Beste, mevrouw Poynter, stil toch. Als iemand u eens hoorde. Werkelijk1 gij ziet het heel verkeerd in. Gij rijt nog ondeugender dan mijnheer Browne, die ook zulke verschrikkelijke dingen kan zeggen. Ik bewonder dokter Dark-1 liani, zooals gij weet. Ik vind hem be paald een ideaal van een man. Denk! eens aan zijn toewijding voor die vrouw! gedurende al die jaren." Zij hief haar' handen op. „Hij is zoon knap man 1 één uit duizend, beste mevrouw Poynter „Dat doet mij pleirier," zedde mevrouw Poynter op tuchtigen toon. „Twee van dergelijke mannen op de duizend zou ook te veel rijn. Het kwam mij altijd voor, dat hij er zoo begrijp je me niet buiten stond." „Buiten stond?" „Wel ja, dat hij niet in onzen kring pasta Een beetje wel.burgerlijk is een kras woord niet waar maar... O! hoo gaat het u Lord Am bert hebt gij jobgeii voor 't gemak het paard den wyn uit de flesch liet drinken. De naaste stap was, dat het schrandere dier zich 's nachts, wanneer alles stil was, naar den kelder begaf, om daar op zyn gemak te drinken, daarby de flesschen openende door den hals to broken. Moordaanslag. Een te Londen uit Konstantinopel ontvangen telegram meldt omtrent den moordaanslag op den Duitschen onderzoekingsreiziger prof. Belck: Belck had zich óp den berg Sipan van zyne ecorte verwijderd en werd door een chef van een Hamidie-regi- ment in een e-nzame spelonk gelokt, door hem beroofd en dan voor't hoofd geschoten. De kogel doorboorde de oorschelp, Belck viel neer en hield zich dood. Daarop werd er nog eenige malen op hem geschoten. Een kogel bracht hem een schampschot aan den hals toe. Na hem nog eenige stooten met het geweer gegeven te hebben, teneinde zich te overtuigen, dat hij wel goed (lood was, vertrokken de rcovers. Belck, wiens wooden niet gevaarlijk zyn, keerde naar het naastbyzynde dorp en begaf zich vervolgens naar Adeljivas. Toen hy, nadat het don ker was geworden, de stad naderde, ontdekte bij dat een aantal Karden in een hinderlaag op hem loerden. Daar hy echter in de kleederen van een Kurd zich vermomd had, herkende men heen niet en liet hem onopge merkt passeeren. Vier uur te voren hadden zy den Armenischen bediende van Belck gedood. De Karden wilden Belck dooden, wyl zy hem voor een Duitschen consul en een vriend van de Armeniërs hielden. De zaak werd tot na de afreis van den Keizer ge heim gehouden. De sultan was zeer vertoornd en heeft bevolen de daders uiterst ge streng te straffen. Aan prof. Belck zal eeu groote schadevergoeding wor den uitgekeerd. Door een leeuw achtervolgd te worden, is geen al ledaagscli fiets - rydersavontuur. Dat is onlangs den heer Robertson, die zyn plantages heeft in Midden-Afrika, te Narnazi, tusschen Blantyre en Zomba, over komen. Hy kwam per rijwiel van Blantyre langs den weg naar Zomba, en aan het „Namazi-kruispunt", waar de dwarsweg, welke naar zijn plantages leidt, nog niet geschikt is om met een rijwiel te worden bereden, stapte hy af, om verder voorloopig te voet te gaan. De duisternis was toen ge vallen; maar er was een weinig licht van de wassende maan. Toen hy een eind weegs had ge- loopen. hoorde hy geritsel in de strui ken, als het loopen van een groot dier, en weldra zag hy een leeuw op den weg staar;, die zich naar hem toekeerde. De heer Robertson sprong op zyn rijwiel en „trapte" wat hy kon. Maar da weg liep tegen een heuvel op en was slecht te berijden. Verscheidene malen was by op het punt van te vallen, en aan het herhaald gebrul achter hem kon ny hooren, dat de leeuw hem meer en meer inhaalde. Eindelijk had hij den top van den heuvel bereikt, en nu vloog hy in RDelle vaart de helling af. Daar bezonhy zich1 opeens, dat hij aan een soort van sloot zou komen, dwars over den weg. Hy' kon echter niet meer van zijn wiel afspringen en reed er in. De andere kant van de sloot was gelukkig niet hoog. Hy kwam er behouden uit en reed nu met zyn eenigszins bescha digd wiel over den daar beter wor denden weg naar zyn plantage. Hij hoorde toen geen gebrul meer achter zich, en toen hy den volgen der. dag ging kijjken, vond hy het spoor van den leeuw niet verder dan tot aan kant van den sloot. Het dier was blijkbaar daar blijven staan en toen teruggekeerd. Maj esteitsschennis. Het gerechtshof te Berlijn heeft den redacteur van den „Zukunft" Harden veroordeeld tot 6 maanden vestingstraf. Het openbaar ministerie had een jaar gevangenisstraf geëischt. Het hof overwoog, dat er van geen onteerende gezindheid bij den schrij ver der artikels, welke majesteit schennis inhielden, was gebleken en er dus geen termen bestonden voor onteerende straf. Er werden niet min- zooals gewoonlijk weer gewonnen?" „Niet als gewoonlijk. Ik heb vandaag gewonnen, omdat juffrouw Firs-Robin son met mij speelde." 0dat vind ik mooi,"' zeide Elfri- da, die naast hem stond. „Alsof ik u ook maar van 't minste nut ben geweest. Gij zoudt het spel even goed ook zon der mij gewonnen hebben, zelfs beter. Ik geloof niet. dat ik alleen rijf punten behaalde. Mijn bal vloog telkens tegen het net aan in plaats van er over." „Toch kunt gij goed spelen," zeide mevrouw Poynter. „Dat is 't juist. „Men" denkt dit om dat ik zoo nu en dan een mooien slag, doe en dan is je naam gemaakt. Maar dat is niet van langen duur, er valt geen staat op mij te maken." Plotseling wendde rij liaar blik naar Blount. „Is het niet, mijnheer Blount? Blount weifelde en kleurde, en Lord Ambert zag hem hooghartig aan. Blount schudde het hoofd. „Ik moet u hïerin tegenspreken," zei de hij vertegenen jongensachtig. Elfrida lachte. „Hoe onbeleefd," riep rij uit „Verbeeld je, mij te dtirven tegen spreken 1" der dan veertig artikels van Harden h voorgelezen, waaruit blykeu moest, dat t hy de bedoeling had den keizer open- j !yk aan te randen en te beleedigen. r De reis van keizer Wilhelm* De keizer en de keizerin zijn te c Beiroet aangekomen. Zij bleven aan boord tot hedenmorgen en vervolgden toen de reis naar Damaskus. Gerechtelijke dwaling. Te Frankfort is deze week een marskramer, die wegens roof tot 7 jaar tuchthuisstraf was veroordeeld en al l'/a jaar die straf had ondergaan, in revisie vrijgesproken. De eenige getuige, een achttienjarig meisje, wier verklaring de jury geloofd had, heeft zich sedert zoo zonderling' gedragen, ook by herhaalde branden in het ouderlyk huis, dat twijfel ontstond aan haar geloofwaardigheid. By de nieuwe behandeling der zaak sprak zy zichzelf herhaaldelijk tegen en verbaaldo zalke onmogelijke dingen, dat het gerechtshof het geheele ver haal ais verdicht aannam, zoodat waarschijnlijk de wanordelijke toe stand in de woning na den beweerden roof, aan haar zelf is toe te scbrij ven. Levensduur. Het Internationaal Statistischfïh- stituut maakt voor de voornaamste landen van Europa do waarde vac den vermoedelyken levensduur open baar. Wanneer men een aantal gelijk tijdig levende personen volgt van hun vyfde jaar af (om de kindersterfte bniten te sluiten), totdat de helft uit- gestorven is, dan heeft men den ver moedelyken levensduur. Nederland maakt, zooals men zien zal, onder de Europeesche.. landen een zeer goede figuur. Zweden 67% jaar, Denemarken 67 '/a, Nederland 65 Ve- België 64'/ji Finland 63'Via, Italië 633/o> Frankrijk 63'/4, Wurtemberg 63, Ierland 62%, Engeland 62V2, Beieren 62'/«, Schot land 62'/ia, Zwitserland 61 Vo. Pruisen 613/iï, Spanje 58%, Oostenrijk 58 De gemiddelde levensduur (waarbij enkele buitengewone gevallen van zeer laugen of zeer korten levensduur overwegenden invloed hebben), is het gemiddelde van het aantal jaren, door al deze personen bereikt. Voor Zwe den is die waarde 55n/,2, voor Ne derland 54%2, voor Oostenrijk 4SVj. Nederland komt dan in do vierde plaats. In de Boruasia-myn by Dortmund zyn door een myngasontploffing vijf werklieden om het leven gekomen en vyfernstig gekwetst. Yan de ploeg die tot redding iri de my'n afdaalde, is een man gestikt. Opstand der Magato-kaffers- Uit Pretoria wordt gemeld do. 5 November: De Boeren drongen onder aanvoering van generaal Joubert door tot de versterking van M'pefu in de Zoulpansbergen en deden een aanval. Zy werden echter door den uiist ge noodzaakt terug te trekken. De artil lerie der Boeren doodde een groot aantal der opstandelingen. Te Jöhrsfelde is een man geopereerd, die indertijd in Duitschen dienst de bestorming van don Düppeler Schans had medegemaakt. De inan had daar bij tien kogels in 't lichaam gekregen, doch was in 't leven behouden en langzamerhand had men hem van ne gen kogels kunnen ontlasten. De tien de kogel zat in het been en daar deze te diep was ingedrongen, 'turfden de doctoren de operatie niet aan. Ruim 28 jaar kou de gewonde van zyn beeu geen gebruik maken. Thans heeft hy zich, met goed gevolg aan een opera? ie on derworpen en de doctoren Daubler en Gentsch haalden eeu kogel van 30 gram zwaarte uit het been. Sedert kan hy het been w eder een weinig bewegen en wellicht zal hy nog op zyn ouden dag zich weder in 't nor male gebruik zijner ledematen kuDnen verheugen. Ergerlijk optreden. Te Koiomea, in Galicie, in welke stad een groot garnizoen ligt, kwam Woensdag e n luitenant der huzaren aan, die in verscheidene hotels, wegens gebrek aan plaats geen onderkomen kon vinden Ten laagste kw*am by aan het hotel Rückenstein en verlangde dringend een kamer. De zoon vau den -•Zal ik een kopje thee voor n halen f vr - g Lord Ambert. wiens gelaat betrok. ..Neen. dank u. Er mort hier ergens roode \yijn te krijgen rijnik ga i p onderzoek uit. gaat gij mei mij mee, mijnheel- Blount?" Arme Blount. Zijn oogen straalden. Hij kwam dadelijk naai- haar toe en de eerste tien minuten liet Elfrida. hem voor dwaas spelen. Ambert verwijderde rich in een te genovergestelde richting, en zijn gezielil stond allesbelialve vroolijk. „Het is jammer voor den jongen, dat rij hem zóó aanmoedigt," zeide mevrouw Poynter tot Agatha. „En waarom doei zij het, als rij toch vastbesloten heeft Lord Ambert te trouwen." ,.0ik hoop het niet," zeide Agatha ongerust. „Hoop baat hier niets. Het is zoo klaar als een klontje. Maar ik vind het niet mooi van haai- om dien aardigen Blount als middel te gebruiken om don band tusschen haar en Ambert nauwer aan te halen." „Daarom is het niet." zeide Agatha. „Gij beoordeelt, haar verkeerd. Zij, kan Lord Ambert elk oogen blik aannemep,. daar ben ik zeker van. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 2