NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. f6e Jaargang Zaterdag 12 lovember 1898. 4716 HAARLEM'S DAHBLAD j^BOisrnsrEnMiEiisrar'SF^ij-S: Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden„1.30 •Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afoonderlfike nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.80 de omstreken en franco per post 0.871/2 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de PubUcité Etrang'ere G. L. BA EB F. Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs öltns Faubourg Montmartre. Met uitzondering yan het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. BUITEN het Arrondissement Haarlem is de pry's der Advertentiën van 1—5 regels ƒ0,75, elke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel 0,30. Agenten voor dit blad ir. den omtrek zyn Bloemendaal, Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Sandpoort; Heemstede, J. LEUVEN,bij de tol; SpaarndamC. HARTENDORPZandvoorl, G. ZWEMMER Velien, W. J. RUIJTER; Beverwijk, J. HOORNS; Billegorn, AE ARBS HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. Aan hen die daarop zijn ge- wnneerd, wordt hierbij verzonden o. 46 van liet. Weekblad voor de Itgd. (Élk No., groot 8 bladzijden, bevat 1 van fraaie, gekleurde platen en in voor kinderen alleraardigsten kst. De prijs per 3 maanden is slechts Cents.) 0f'siïeüee8@ ëSeHchten» Burgemeester en Wethouders van aariem, Doen te weten, dat van heden op le werkdagen, van des voormiddags tot des namiddags 4 nnr, tot 24 >v. e.k., 's namiddags ten 2 ure, tor imeente-secretarie ter visie zijn ne- rgelegdhet ingekomen verzoek- irift met de bijlagen van Brum- sr Co. oin vergunning tot oprich- ig van eene huidenzontery in het irceel aan de Korte Margarelhastr. 6. en dat op den 24n November des, namiddags ten 2 ure op het tadhuis der gemeente do gelegenheid I worden gegeven, om ten overstaan ii het gemeente-Destuur bezwaren (en het oprichten dezer inrichting te brengen. Haarlem, 10 Nov. 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, BOREEL. De Secretaris, PIJNACKER. I dagen op een stukje rieten dak op den teDscbappen, een beetje list te baat onstuimigen vloed had rondgedobberd, nam en het costuum van haar jonge- heeft Koning Willem III herbaalde-ren broer leende om niet de stnden- lyk Zyne belangstelling voor baardoen ten naar professorenwijsheid te luis- blyken en r.aar de bevinding der ge-teren. redde gevraagd, met het aanbod tevens j In de Kinkerstraat heeft langen om voor haar opvoeding te zorgen.tijd, 't is vreeselyk, eeu juffrouw ge- Omdat aan Z. M. de verzekering was' woond, die te laugen leste bleek geen gegeven, dat het onnoodig was, beeft' juffrouw te zyn. Ze hield een paar de geredde echter nimmer eenige on-j jaar een komeny winkel in het perceel dersteuning, nog eenig privilege ge-129ze gaf volgens sommigen zelfs noten. Slechts later, toen Johanna les aan een Zondagsschool. Haar bo- STAOSICKEUWS Eerste en derde pagina. Haarlem, 11 Nov. 1898. •e le luitenant W. Sturms, van den f der genie alhier, is op zyn ver- ik op non-activiteit gesteld. 3 I S» ft L 33 D. Atjeh. let N. v. d. D. ontving bet volgen telegram van haren Indischen eor- pondent Toekoe Moeda Laiif, het hoofd het verzet in Plantens heeft ouderworpen." iVy moeten, zegt het blad, geloo- i aan een seinfout, omdat de naam intens, als die van een landschap Atjeh ons niet bekend is. Dankbaarheid. )p den dag Harer inhuldiging ont- H. M. de Koningin een gedicht mevrouw de wed. Hoebèn, ge- eu Johanna van Beek, waarin deze kbaar in herinnering bracht, dat door KoniDg Willem III by den ersnood van 1861 in de Bomme- raard werd gered. De Nieuwe Ische Cour. deelt een en ander den levensloop dezer dame mede de redding van JohaDna van welke geschiedde nadat zy 7 van Beek de verloofde was van den heer Hoeben, candidaat-notaris, werd by de sollicitatie van dezen naar het notariaat te Leeuwen, Z. M. herin nerd aan Zyne in 1861 gedane toe zegging. venburen converseerden druk met haar en zy toonde zich geheel op de hoogte van de koffiepraatjes. Men kan zich dus de consternatie van do vriendinnen voorstellen, nu het bleak, dat de „zy" toch eigenlyk Onverwijld en zonder bedenking!een „by" was,dïe dezer dagen met werd de koninklijks belofte vervuld. grijze demi ou deukhoed door de straat Zelfs geeu voordracht is toen opge-wandelde en eerstdaags met een an- maakt. Uit den mond van den toen- j dere juffrouw uit de buurt in 't huwe- maligen minister, graaf van Lynaenllyk zai treden. van Sandenburg, vernam wyleo de beer Hoeben toen, dat hy bet voor recht zijner vroegtijdige benoeming te danken bad aan de belofte, eenmaal door den Koning gedaan aan den voogd zijner aanstaande vrouw, den overleden heer Kolfschoten, destijds burgemeester van Wamel, in bijzijn vac verschillende heemraden. Het amsterdamsche politie corps. De verdeeling der geldsom, door de burgerij bijeengebracht voor het politiecorps, wegéns het optreden ge durende de inhuldigingsdagen, f 17,200 heeft ten gevolge, dat aan ieder agent der laagste klasse nog een bedrag van f10.75 kan worden uitgekeerd de verdeeling geschiedt dus naar rang. Ook is het billijk geacht, den inspec teur van de rijksveldwackt en 60 De vermomming moet van de ge boorte af hebben plaats gehad en haar oorzaak hebben in dè poging een bloedverwante te foppen, die had be loofd een som geld aan debetrokken persoon te vermaken, als het by de geboorte een meisje zou zijn, van welke som eerst na bereiking van den 23- jarigen leeftijd bet gebruik zou wor den verkregen. De zy was nu onlangs 2-3 jaar geworden en kon dus het masker afwerpen. („Tel.") Twintig jaar later. Ruim 20 jaar geleden werd by een voorstelling in den Haagsehen schouw burg aan mevrouw Kleine—Gartman een gouden horloge en aan den heer Moor eveneens een gouden horloge met ketting en medaillon met de por tretten zijner kinderen ontstolen. In beide horloges stond een inscrip tie. Dat van mevrouw Kleine was genomen, of er traden binnen twee vroolyke heeren en een niet minder vroolyke dame, welk drietal al dan sende van W. tot tweemaal toe om wierpen, waarna zij het café ver lieten. By het betalen ontdekte van W. dat zyn portemonnaie met f 170 was verdwenen. Hij gaf terstond daarvan kennis aan de politie, en deze slaagde er in het vroolyke drietal in den trein aan te houden. Zy waren voorzien van plaatskaarten naar Den Haag. Het gestolene werd, op f2 na, in hun bezit gevonden. --J"-'1v i lie. LJdi vau lueviuuw jvioiuc rijksveldwachters, 3 inspecteurs en 11een Keschenk van den heer Jan Koep- rechercbeurs uit andere gemeenten, |pelllouti Er wer(j destijds een streng in rlo linHfinliner to Lotrolrl/ftn rlinc i ..t. .1 in de bedeeling te betrekken, daar ook door beu in de feestwe8k te Am sterdam is dienst gedaan. In het ge heel loopt de verdeeling over een aantal van 1136 ambtenaren en be ambten. Er is nog een overschot, waaraan nog bestemming gegeven moet worden. Een vermomming. Een vreemd verhaal brengt tedert eenige dagen de tongen van de be woners der Kinkerstraat te Amster dam in beweging, een tegenhanger van andere min of meer romaneske geschiedenissen, die nu en dan in de bladen opduiken en waarby men da- delyk herinnerd wordt aan de laatste vroolyke operette waarin mej. X. ofj mej. Y. er zoo lief uitzag in haar beeldig travestï, onderzoek ingesteld, doch zonder eenig gevolg. En thans, na 20 jaar, werd bet horloge van mevr. Kleine, door een bewoner van het Leidsche- pleio, die het gekocht had, den por tier van den Stadsschouwburg in commissie gegeven, om bet aan een der leden van het gezelschap der Ko'inklyke Yereeniging aan te bie den. Enkele leden van het gezelschap herinnerden zich den diefstal van bet horloge, en een hunner gaf er de po litie kennis van, in de hoop dat men den dief van voor 20 jaar alsnog op het spoor zal komen. A. Ct. Ia slecht gezelschap. Zekere v. W. nit Hernen (Maas-en- 0 Waal), was te Nijmegen op de markt. Deze geschiedenis uit de Kinker-'om een paard te koopen. Van een isiraat heeft evenwel een meer vulgair j soldaat vernam bij, dat hj te Arn- dan romantisch tintje. j hem een goed paard voor weinig geld j Wy hebben hier niet te doen met zou kunnen koopen. De man liet zich 'een mooi blond meisje dat gedurendebepraten en ging met zyn leidsman eenigen tyd de wereld verschalkt, I naar Arnhem. door zich in een soldatenpakje te ste- j Aldaar aangekomen, zou v. W. jken en voor haar land te stry den,zoolang in een herberg wachten dan noch met een aanvallige brunette, die, zou intusschen de soldaat den eigenaar in de dagen toen vrouwen zich niet van het paard gaan halon. Nauwelyks mochten laven aan de bron der we- had v. W. in het koffiehuis plaats Er in laten loopen. De Nijm. Ct. spreekt haar afkeu ring uit over de wyze, waarop in een der Geldersche dorpen door een veld wachter is opgetreden om een over treder der drankwet te snappen. „Op een goeien avond loopt de rijks veldwachter met zyn vrouw nog even aan by een kennis, dien we Jan zul len noemen. Deze kon nis, een gehuwd arbeider, woont nog niet lang in het dorp. Er ontstaat nu het volgende ge sprek: „Wel Jan, hoe gaat 't? Past je vrouw je nogal goed openkrygje ook op tijd je borrel Op de laatste vraag is 't antwoord niet zeer gun stig ea nu is de veldwachter eens heel royaal, legt een kwartje op tafel en zal van avond trakteeren. Ofschoon Jan er niet veel om geeft, 't was al haast bedtijd gaat de vrouw dan toch maar 'tpad op, en de veldwach tersvrouw zal baar als goede vrien din vergezellen. Jan's vrouw wil naar „vergunning", waar ze al meer jene ver heeft gehaald, doch haar gezellin weet een beter adres, n.l. ia een bier huis, welks eigenaar admissie had tot den verkoop van sterken drank tot een minimum van 2 L. Terwijl do vriendin buiten even wacht, haalt de vrouw dus daar den jenever, en bei den keeren huiswaarts. Men raadt nu 'gemakkelijk wat er gebeurde. De veldwachter doet onderzoek waar de jenever is gekocht, loopt dadelijk naar 't bierhuis en declareert een pro* i ces-verbaal. I Uitvaart mr. Van Delden. j Met grooten eenvoud overeenkom stig zyn uitdrukkelykeu wensch werd Donderdag het stoffelijk overschot van mr. A van Delden te Deventer ter j aarde besteld. Geen bloem of krans dekte de kist, geen woord van dank- bare hulde, geen afscheidsgroet, die zeker zoo gaarne door enkelen van i zyu vele vrienden aan het geopende graf zou gesproken zyu, werd gehoord. Groot was echter de belangstelling van Deventers burgers. Zy wisten van welk een eenvoudig, eerlijk en verdienstelijk medeburger zij hier voorgoed moesten afscheid nemen. Op het kerkhof waren vertegenwoor digd het dagelijksch bestuur der stad, de leden 'van den Gemeenteraad, alle boog en laag geplaatste ambtenaren, curatoren en leeraren van het gym nasium en deputaties van verschil lende inrichtingen en commissiën in welke de overledene zitting had. RECHTSZAKEN. Moord te Leur. Woensdag werd door de rechtbank te Breda de eerste openbare zitting gehouden in zake den op 9 Januari jl. te Leur gepleegdeu moord op Adn- ana Smits. Als beschuldigde wegens moord staat terecht Govardus Fasen, oud 29 jaar, slager, wonende te Leur. Door het O. M. zijn gedagvaard 62 getuigen, en op verzoek van den ambtshalve toegevoegden verdediger mr. D. H. J. van Mens, de hoogleer aar dr. Siegenbeek van Heukelom. Het microscopisch onderzoek van het bloed, dat op verschillende kle dingstukken van den beschuldigde on aan zijn mes is bevonden, heeft plaats gehad door prof. Spronck het che misch spectrocopiseh door prof. Wa fers Bettink.' De conclusie van deze rapporten geeft als waarsehynl.K aau de aanwezigheid van menschen- bloed op bedoelde kleedingstukken. Prof. Siegenbeek van Heukelom, de conclusie van het rapport niet kunnende onderschrijven, heeft toch de moreele overtuiging, dat het mon- schenbloed is. Dr. Butner en dr. Hohman die het lyk hebben geschouwd en het. „vi sum repertum" hebben opgemaakt, verklaren, dat de dood is een gevolg geweest vau bloedverlies en verstik king. Alsnu worden achtereenvolgens buiten eed gehoord eene zuster on twee broers van den beschuldigde. Daaruit werd nog duidelijk, dat beklaagde by het uitventen van vleesch nooit zyn Zondagscbe pak droeg en juist op dit pak is bloed gevonden. Ook bleek, dat zyn Zon dagscbe pantalon was uitgewasschen en 's Maandagsmorgens (den dag na den moord) te drogen hing. Het viu- den door de justitie van een scherp mes op eeu plaats in huis, waar het anders nooit lag, kwam als bezwarende omstandigheden te voorschijn. Tel kens gevraagd of beklaagde iets te zeggen had tegen hetgeen getuigd was, werd steeds ontkennend geant woord. Heden voortzetting. Rechterlijke dwaling? Met betrekking tot den bekenden in 1894 in de Oranjeplantage te Delft gepleegd en diefstal hoeft het gerechts- J hof te 's Gravenhage Donderdag liet ivoDnis van de rechtbank daar ter j stede bevestigd voor zoover daarbij do boklaagde Maarten de Graaf is vrijgesproken, doch dat vonnis ver- nietigd voor zooveel betreft de daarby 'uitgesproken veroordeeling van bekl. Wil lom May tot 2 jaar gevangenisstraf, j Het Hof was namelyk van oordeel, dat de door 'laatstgenoemde afgelegde bekentenis niet vergezeld ging van eene opgave vau omstandigheden, dermate nauwkeurig en bepaald en in overeenstemming met hetgeen ten processe bekend geworden is, dat zy gozegd kan worden een volledig be- wys van schuld op to leveren en eiken j twijfel daaraan uit te sluiten. Mitsdien is ook May vrijgesproken. Het Hof heoft tevens zyne invrijheid stelling bevolen. Betrapt. W. v. d. Merk en M. Steenbergen, zwervers, die in de Toevlucht voor Onbehuisden te Amsterdam hun nach ten doorbrengen, stonden Donderdag terecht voor de Arasterdamscbe recht bank wegens straatroof in den nacht van 24 oj) 25 September. Een paar mannen, die dien nacht in het Prins Hendrikplantsoen hadden zitten slapen, kwamen bij bun ontwaken tot de ontdekkiog dat zij bestolen waren, de een voor een horloge met ketting en een zilveren potloodhouder.de andere voor eenig geld, dat uit zyn broekzak, die daartoe was opengesneden, genomen was. Het tweetal ging bij de politie aan gifte doen, doch keerde naar het plant soentje terug om te zien of de vaga- bondeerenue dieven ook te snappen waren. Een artillerist, die op een bank zat, verklaarde zich bereid te helpen. En der drie mannen ging op een bank liggen alsof hy sliep, de beide anderen zetten zich op een bank daar tegenover en namen een slapende houding aan. Weldra zag men eenige mannen aankomen, die by den slapheden man op de bank gingen zitten. Een hun ner liep naar den overkant om te zion of de laidjes daar wel sliepeu. Toen dit onderzoek bevredigend scheen af te loopen, werd de slapende man op de bank behoorlyk gefouilleerd, tot dat de slapers aan den overkant op sprongen eu aan het spelletje eeu einde maakte. De politie werd ge waarschuwd, en V. d. Merk en Steen- bergeu werden in hechtenis genomen. De gestolen voorwerpen werden voor een deel in hun bezit gevonden. Het O. M. eischte l jaar gevange nisstraf tegen beide beklaagden. Het Gerechtshof te 's Gravenhage heeft het gebruik van de groote recht zaal voor de behandeling der zaak- V'emcr slechts kunnen toestaan voor Vrjjdag 2 en Zaterdag 3 Dec., zoo dat de aanvankelijk daarvoor aange wezen dagen van 28 en 29 Nov. tot genoemde data verschoven zyn. De zaak-Hoogerliuis. Het gerechtshof te Leeuwarden behandelde Donderdag de bekende zaak van G. Hoitenga, D. Bakker en B. van der Ploeg, allen arbeiders to Beotgumermolen, die door de Recht- bank wegens beleediging van Allard Dykstra „dat is de inbreker van Britsum, moordenaar" werden ver oordeeld ieder tot een maand gevan genisstraf. Bij het verhoor van Dijkstra wenschte de verdediger vragen te stellen omtrent den aard der beleediging en de inbraak te Britsum, met het oog op de straf toemeting. Dijkstra had zelf aanlei ding gegeven tot loopeude geruchten. Het Opeubaar Ministerie, bij monde van mr. Nyon, achtte dat niet noodig en niet wettig. Het Hof ging in Raad kamer. FEUILLETON. och zag hij heel goed, hoe minach- haar oogen hem aanzagen. Maar lit oogenblik gaf hij om niets be- o om zijn hartstochtelijk verlangen van zijn liefdé te vertellen, ïij weet het." zeide hij op eigenaar- toon. ..Ik tart u om het tegendeel urvc-n beweren. Gij weet, dat ik u eb." Het was er uit, hij had het gezegd. Het weergalmde in de lucht ij herhaalde het nog eens. Het kwam voor alsof hij cüe woorden uit duwde. maar in werkelijkheid sprak acht. k heb u lief, altijd heb ik u bemind Itijd. Zelfs terwijl die vrouw nog te. Dat weet gij ook. Ik heb het cw oogen gelezen. Neen zeg geen d. Laat mij spreken. Ik heb zoo Iet zou beter geweest zijn als gij gesproken hadt," zeide Agatha Zij zag heel bleek, maar moedig als zij was, bleef zij kalm. „Gij moest toch inzien hoe dwaas het van u is. Waarom zegt gij mij dit Wat voor goed zal het u doen V' „Het is alles voor mij het is le ven," zeide Darkham. „Hoeveel nachten en dagen heb ik niet naar een oogenblik als dit verlangd. Een onuitsprekelijk verlangen om u te zeggen hoe dierbaar gij mij zij t-, heeft mij van het eerste oogenblik af, dat ik u leerde kennen, vervolgd. Zoo dikwijls, als ik uw tante bezocht, wilde ik u mijn hart bloot leggen..." Hij trad nog dichter naar haar toe en zij deinsde ontzet achteruit. Zelfs de moed van een jong meisje is niet tegen alles bestand. „Wat!" zeide. hij, „dacht ge, dat ik u zou aanraken. Neen, neen." Er sprak echter zoo iets onaange naams uit zijn houding, dat de moed het jonge meisje in de schoenen zonk. Toch meende de man het ernstig. Hij wilde haar niet aanraken. „Ik verlang alleen, dat gij mij zult aanhooren. Ik heb u lief, zooals ik ge loof dat nog geen man een vrouw ooit beminde. Mijn leven behoort u gij kunt er over beschikken over alles wat ik heb alles moogt gij het uwe noemen Agatha!" het woord kwam hem onwillekeurig over de lippen en het jonge meisje schrikte er van, „heb medelijden met mijGij hebt liet in uw macht mij op te heffen of mijn le ven te verwoesten verwoesten Groo te God, kind, ziet gij dat niet in?" Zijn gelaat vertrok zenuwachtig. Het geloof, dat de liefde van dit reine wezen misschien zijn ziel van de smet, die er op kleefde, zou zuiveren en hem voor de smarten der Hel bewaren, bezielde zijn woorden. „Gij moet wel krankzinnig zijn," zei de zij. Zij beefde nu van 't hoofd tot de voeten. „Hoe kunt gij zoo tegen mij spreken, tegen mij die ..Welnu zeide luj vragend. „Welnu „Waarom er nog op in te gaan zeide het meisje getroffen door zijn ontroerd gelaat. „Is het u niet genoeg te..." „Te wat 1" vroeg hij opgewonden, toen zij aarzelde den zin te voltooien. „Uw woorden zijn raadsels voor mij, ik wil een antwoord op mijn vraag." Hij had al zijn zelfbeheersching verloren en sprak heftig. Agatha wierp het hoofd met een trot- sche beweging naar achteren. „Verlangt gij een antwoord?" vroeg zij ijskoud. „Een antwoord. Ja. Go zegt dat ik krankzinnig moet zijn om zoo tegen u te spreken. Tegen u. die... Eindig dien zinZijn toon klonk nu gebiedend bij na onbeschaamd. „Als srij ct op aandringt zal ik het doen," zeide Agatha kalm. „Tegen mij... die," langzaam en uitdagend, „u ver afschuwt Doodbedaard stond zij voor hem, of schoon haar hart onstuimig bonsde. Hoe zou dit alles eindigen. Zou er nooit ie mand komen Onwillekeurig wendde zij haar oogen naar den weg, waarlangs Dillwyn moest terugkeeren, maar zij zag niets dan zand. Zij voelde zich als zuster Anne in het sprookje van Moe der de Gans. Darkham barstte in een schor lachen uit. „Dus wacht gij op hem! Dus zat gij hier om hem af te wachten uw stillen minnaar. Het komt mij voor, dat hij erg lang zwijgt!" Agatha zag hem aan. „Dr. Darkhambegon zij kalm maar met gefronste wenkbrauwen, „ik ben er zeker van, dat ge op 't oogenblik niet weet hoe ruw ge zijt. Maar ik vergeef 't u, omdat het in uw aard ligt." Haar kalmte maakte hem nog woe dender. „Gij denkt dien jongen dwaas te trou wen," zeide hij. „Ik vertel je, dat het nooit gebeuren zal. Ik zal het niet toestaan, en uw tante zal het evenmin doen." ..Mevrouw Greatorcse is mijn tante niet," zeide Agatha. „Maar moet ik hieruit begrijpen, dat gij haar in deze hatelijke quaestie zult mengen?" „Zeker zal ik haar alles vertellen," zeide hij ruw. „Gij wilt mij dwingen u te trou wen," riep zij uit oen gevoel van wanhoop maakte zich van haar meester, toen zij aan de woede van haar tante dacht. „Ik wil u in geen geval dwingen. Ik vraag alleen kalme overweging, nu 't uw belang geldt Ik kau u in weelde laten leven en wat lean Dillwyn u geven „Ik verlang niet. dat hij mij iets geeft," zeide Agatha langzaam. Zij zweeg, maar de bedoeling van deze woor den begreep Darkham volkomen. Dill wyn behoefde haar niet met weelde te omringen. Zij had hem lief, en dab was voldoende. Wat vei-Langde zij meer. Agatha's stem schrikte hem uit rijn over peinzingen op. „Ik begrijp uw toespelin gen op dokter Dillwyn niet. Hij is een vriend een kennis van mij niets meer „Niets meer'" Hij bootste haar toon na en barstte in lachen uit. „Durft gij daar een eed op doen? Ah ilc begrijp het gij beweert dit omdat hij nog niet gesproken heeft. Maar nooit zult gij hem trouwen. Nooit Bedenk dat „Ge bedoelt, dat ge zorgen zult, dat mijn tante rich tegen mij zal koeren," zeide rij toornig. „Wat dat betreft," zeide lxij, „gij rijt zoo'n slavin niet, als gij het nu doet voor komen. De tegenwoordige wet," bitter, „staat een ieder zijn persoonlijke vrij- ihoid toe. Gij wordt er dus door beschermd." „Ja, dat weet ik; maar gij weet ook zoor goed dat mijn thuis bij mevrouw Greatorese is. En dus als rij rich van mij afwendt..." „Zou ik u opnemen." „Nooit!" zeide rij beslist. „Liever zou ik op straat sterven, dan iets met u te doen willen hebben." „Dat denkt gij nu, maar de tijd brengt verandering in vele dingen. Armoede is hard. Gij zult eindelijk wel naar uw tante luisteren; en ik, die u lief heoft, die zoolang naar dit uur heeft verlangd, aan u dacht..." „Dr. Darkham!" riep Agatha harts-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1898 | | pagina 1