Haarlem's Dagblad
antwcordelijkheid, alle stukken moet
kunnen onderzoeken- Een gestolen redevoering.
Dupuy antwoordde: Wij wenschen
cn onafhankelijke justit» cn willigenTen huize van den socialistische!)
de mededceling in beginsel in. maar met afgevaardigde Bertrand, te Brussel,
waarborgen. Indien deze niet waren ge- sloop een dief binnen, die nam wat
geven, dc regeering de stedeken niet1 Sad'?.S °?k~: de
mededeelen. redevoering d.e de heer Bertrandlin
Viviajii vroeg of het Hof het dossier1 <k Kamer zou houden De bladen
aan den verdediger "I kennen mede- I aan dit bericht toe, dat Ber-
<jcejen trand nu van het woord moest afzieD.
Dupuy bleef bij zijn antwoord.
Brissön verklaarde dat alleen do drie' Baron Ferdinand de Rothschild, lid
stukken, die Cavaignac op de tribunevan het Engelsche Parlement, is
heef* voorgelezen, op de zaak-Dreyfus Zaterdag overleden; hy had zitting
betrekking kunnen hebben. Bij geen voor Aylesbury, en behoorde tot de
- uk stuk van hat dossier kan de. vei-unionistische party,
lighcul van den staat gemoeid zijn. WijBaron Ferdinand de Rothschild is
hebben, wrvolgdo hij, het geheele dos- te Parys geboren, doch afstammeling
--- Mf onder-jdör Irankforter n Weensche Roth-
2.x-],. scbilds en in Engeland genaturali-
Cav.iignat.' idcBrissou en Sa; n seerd. Hij stierf onverwachts op zyn
onderzochten de stukken, die ik noodiglandgoed Waddesdon Manor m Bnc-
oordeelde hun mede te deelen. kioghamshire. dat hy als liberale
Brisson hernam: Sedert Henrys ver- unionist sedert vele jaren m net La-
valsching beschouwde ik de v. rdenkiug gerhuis vertegenwoordigde. Hy had,
als Zich uitbreidende tot alle stukken, zich niet wel gevoelende, een warm
Cavaignae In de stukken, di. zich bad genomen. By het kleeden viel hy
in handen van G<m.se bevinden en du- dood in de armeu van zyn kamer-
Brissen on noodig vond te onderzoeken, dienaar, zoodat waarscbyniyk een
bevinden zich de overtuigende ek-m. n-SChpilWlDg VOOr den CoronerBOOdlg Zal
ten blyken, daar geen dokter by bet over-
Een motie, waarbij dc verklaringen Wen tegenwoordig Wl
iii 'n norAn horninann
van de regeering worden goedgekeurd,
werd ten slotte aangenomen met 370
tegen SO stemmen.
waarborg van volkomen discretie. Lazdes een in aanbouw z^jnd huis ingestort.„Politiken" deelt een staaltje mede
trok vervolgens zijn interpellatie in. Verscheidene werklieden werden onder van de korte metten die men met de
Verder interpelleerde Millerand oveT het puin bedolven. Vier dooden enDenen maakt. Zekere Bohnfeld, een
de kwestie van het mededeelen van het veertien gewonden werden onder het1 veehandelaar, werd het land uitgezet
geheime dossier aan het Hof van Cas- puin uitgehaald en men wist niet j omdat by, naar beweerd werd, een
satie. Hij zeide. dat het Hof, onder ver- zeker of er niet nog meer onder waren.Duitsch smid en een herbergier ver-
hinderd had op den verkiezingsdag
te gaan stemmen, door de bedreiging
dat zy anders de klandizie verliezen
zoudenverder omdat zyn kinderen
niet geregeld de Duitsch-patriotische
schoolfeesten bywoond n, zyn huis
opgetrokken was in de kleuren van
de Danebrog en zyn vrouw aan eeu
bezoeker verzocht had, baar te ver-
scliooneu van een gesprek in bet
Duitsch. Met betrekking tot de beide
eerste punten verzekert „Politiken"
dat de smid en de herbergier bereid
zyn onder eede te verklaren, dat Bohn-
feldt Dooit met hen over de verkie
zingen heeft gesproken. Ook de be
wering dat zyn kinderen niet gere
geld naar de schoolfeesten toegingen
is ODjuist, en de verdere beschuldiging
betreffende de klear van zyn huis is
onzinnig, omdat in Noord-Duitschland
legio huizen zyn opgetrokken in
rooden baksteen met witte voegen.
Niet weinig afgevaardigden, wier mee-
In baron Ferdinand de Rothschild
verliest de prins van Wales een trou
wen vriend. De prins kwam nogal
vaak te Waddesdon en daar heeft de
prins onlangs, naar men zich herin
neren zal, op de staatsietrap van het
mnfr zegt de ..Coumer du «r, wi, vn,. l Mj kniescbijf^ekwetst.
wel deel, n. Ix-eehouwei. de heft,ge beroe-£erdinaDUd was meermalen
ringen. welke e Kamer ondergaataUden jMS te SandriDi..
he, tee ken dat het oogenbl.k nadert, h A] t ,a^deigenaar in b"et
waarop de. onschnid van Dreyfus open- RotbscbUd8 gepende Bueking-
hjk ml worden migeroepen Het blad 1|ams!li was baron Ferdinand zeer
meent ,wk met gerustltad te- ktumenien de bevolkin(t. Hjj beeft
verzekeren dat de voorzorgen, welke K Qok j» allerlej ricbti veel v00r
Dupuy en de Freycmct meeemgen op-1 haar Jaan
hel noodzakelijk genoemd hebben, van Bjj" a, zjjn goedhartigheid bad de
overledene echter ook veel excentrieks.
Eens liet hy, zegt men, een geheele
laan van schoone iep6n omhakken,
omdat het geruisch der bladen hem
verveelde, en op de markt te Ayles
bury staan nog twee groote leeuwen
in brons, welke baron Ferdinand uit
Italië had laten komen voor zyn kas
teel, doch die hy niet wilde hebben,
toen by ze zag! Veel van deze excen
triciteit wordt toegeschreven aan den
dood van zyn vrouw, zyn nicht Eve
lina, zuster van deu eersten Lord
Rothschild. Zy ontviel hem nog geen
vol jaar na den huwelijksdag.
Een speel-schandaai.
Berlijn is vol van een schandaal
uit de groote wereld. In een door
officieren vooral veel bezochte club
zuiver fornieelen aard zijn om de bui-
tenlandsche gevoeligheden te sparen.
Reeds een, dag of tien zou het- Hof op
de hoogte zijn, welke gevoeligheden het
hier betreft, wat geen beletsel za,l zijn
om algeheele kennis te nemen van den
inhoud van het geheime dossier. Wat
de beswaren betreft tegen de overleg
ging, de Freycinet, zegt het blad, weet
dat het Hof geen voorwaardelijke aan
vaarden kan en hoewel de minister blijk
baar weinig medewerking toont, ziet de
„Coiurier" hem niet de Leiding nemen
van een beweging tegen het Hof.
Het „Petit Journal" bevat een uitge
breid relaas va-n de bekentenissen van
Dreyfus te uitgebreid om het hier
in zijn geheel, over te nemen. Plet blad
constateert, dat de ga-nschö geschiedenis
van de bekentenis van Dreyfus bij liet
groote publiek nog niet bekend is. De werden in deu laatsteu tyd enorme
namen van alle getuigen, die deze be-jverliezen geleden; een Hongaarsch
ken ten is hebben gehoord, zijn nog nooit- j edelman byV. liet er 120.000 fl. zitten,
genoemd. Maar, zegt hefc blad, het wordt Sommige officieren waren zelfs ten
thans lijd de stilzwijgendheid te breken 'gevolge htiuuer schulden verplicht den
en alles te zeggen
Hc*t aantal dier getuigen is vrij groot.
Allereerst deofficieren, die uit den
dienst te verlaten.
Men bemerkte eindelyk het- slacht
offer te zyn geworden van een onge-
t wordt t»s a SI e
llkï°Ï36g;eii iuMaar-jS
^ïejaa en ©msti-e-&
gjfees« gelezen.
Een duel.
In een bosch in Beieren beeft een
tweegevecht plaats gehad tusschen j
een majoor en een luitenant van een i
garnizoen in Elzas—Lotharingen. De
majoor is gedood. De luitenant heeft j
zich ter beschikking van de militaire
overheid gesteld.
mond van den veroordeelde zelf, 5 Janu- veer 50-jarig man, met eerbiedwaardig
ari 1895, u nige oogenblikken. na deuiterlyk, altyd bereid om het gewon
de gra(.Latie, de bckejitenis "gehoord1 heb-j non geld weder uit te leenen of
j champagne te schenken. De politie
Dan degenen, aan wie deze officierenis nu in de zaak gemeDgd en men
de bekentenis onmiddellijk hebben her- verwacht niet zonder vreeze
naald, als kolonel Guérin, kapitein Bar- j allerlei pikante onthullingen,
bade, kapitein Anthoine, de militaire
onder-intendant Peyrolle, generaal Ris-
boui-g, de officieren der garde-républi-
caim
Denen in Duitschlaad.
Deenscbe handelshuizen gaau voort.
Dan degenen, aan wi. de» m.dedej W'f. d® uitzettingspolitiei, imnue
- handelsbetrekkingen met Pruisen en
De Rand Postvan Johannesburg
bevat een uitvoerig verslag van den
moord op den heer Yerhey, chef van
de halte Gelden huis, op den spoorweg
tusschen Johannesburg en Elands
fontein. Wie de moordenaar is, die
den heer Verhey rael-een pistoolschot
gedood beeft, weet men niet. Men
heeft iemand zien vluchten, maar geen
spoor meer van hem gevonden. De
heer Verhey kwam uit Dootiuchem.
Er is geen geld gestolen, maar uit
wraakzucht kan de moord bezwaarlyk
bedreven zyn, zegt de „Rand Post,"
aangezien de overledene als een wel
willend mensch bekond stond en alge
meen geacht was. By den inval vau
Jameson, is de heer Verhey toen nog
te Johannesburg werkzaam,, als vrij
williger uitgetrokken.
Met den trein van Tienstin
naar Peking.
Twee jaar geleden moest de reizi
ger, die zich van Tientsin naar Peking
wilde begeven, den afstaud in de
Chineesche reiskar afleggen en mee
zich zoo laten door elkaar
schudden. Thans, aldus schrijft dr.
Goldmann aau de „Fr. Ztg." uit Pe
king d.d. 10 Nov., bereikt men iu een
sneltrein binnen drie en half uur de
hoofdsiad.
De beste trein is die welke 's mor
gens te 11.30 u. van Tientsin vertrekt.
Een hooge, -sterke locomotief, vau
voren voorzien van een ijzeren rooster
om de Chineezeu weg te vegen, die
wellicht tusschen de rails zouden
staan, trekt den langen trein. Achter
de locomotief is de „Customs Car"
aangekoppeld. Dit is een waggon,
geheel ingericht als de le klasse "wag
gons der Europeesche spoorwegen en
uitsluitend voor Europeai eD bestemd.
De ruiten van 't portier zyn licht
blauw, zoodat het landschap, dat men
onderweg ziet, in 't eerst een vreem-1
quart. ZLuXTï MHry, Ul ",*5*btetdUngeomEki.
'geiand, Frankryk en Nederland. Iu
jo Gotba hebbeu tien fabrikanten een
Fa. rul, .hu de., votenda, j verzoekschrift aan bet ministerie ge-
JÜViT'i" 'vJ?Li0 aincbh waarin zy zeggen dat andere i den aanblik oplevert en er uitziet als
venfK. rd: generaal Memer. generaalDuit^cho staten onder dc Pruisische1 ware het geschilderd. j
'°"f' politiek lijd-n. Zy verklaren alleen i Een Europeesche conducteur neemt
hn ti'''aal cUni v0?r st!lk300 werklieden voor Denemarken aan i de kaartjes in ontvangst, welker prys j
du ucrklanng-n dier vcrschiliendo o<h-j.t werk te bebben, en dezen moeten iets duurder is dan die van de ge-!
caeren n.i. „'wij nu 6f allen ontslaan of voorjwone spoorkaartjes in de Chineezen-j
ovV '>vo'. nieuwe markten aan 't werk zetten.waggons. Tydens de reis brengt een!
gevraagd i- Ikh n:.: waar, (lat I yytus ^jaar laatste gaat natuurlijk zooChineesche spoorwegbeambte een kop'
mot a.ieen tegenover kapitem Lebrun-makkelgk: niet-. j thee aan de reizigers en ook kan men
Rf naud ..n commandant a At: -lur-tt j)e agCnt vao een groote Potsdam- j Pekingperen koopen, die zeer zoet en
bekeiKi. m.i;ir <x>k tegenover den gen-'sche expottzaak schrijft uit Kopen- geurig zyn.
darnu die hem in den gevangeniswa- },a^en aaa 2^D QrmaArtikelen nit De lauge trein is overigens dicht
gen be waakte I Duitschland zyn op het oogenblik bezet met Chineezen, die op bevel des
onverkoopbaar wegens het voortdu- keizers sedert eenige weken winter-
In de rue des Apenuins, by de rende en aldoor rgere optreden van k'.eediDg dragen,
venue do Clichy te Parijs is Zondag de regeering tegen Denemarken. Van het station te Tientsin rijdt de
trein langs de Chineezenstad, waar
tusschen de lage huizen overal lange,
van wimpels voorziene masten zyn
opgericht. Vervolgens gaat men over
een spoorbrug, die over de Pei-ho
rivier is geslagen. Er ligt een Dschunke
in de rivier met twee kanonnen ge
wapend, die echter zoo geplaatst zyn
dat men, als men er mee schieten zou
slechts het water zou raken. De brug
wordt door militairen bewaakt.
Men kan zich een denkbeeld ma
ken van de dichtheid van bevolking
van dit deel van China, wanneer men
de vele menschen aanschouwt, die
hier op de landwegen zich bevinden.
Het landschap dat men doorstoomt,
is een laagvlakte met weinig land en
veel water. Men krygt den indruk
of de menschen hier, daar zy geen land
genoeg ter beschikking hadden, het
water zyn gaan bebouwen. Midden
door vyvers en meren zyn lage dyken
uit bamboes geplant. Koelies waden
overal door 't water en oogsten zoo
het riet, dat hier groeit. Als een klein
eiland midden in eeu groot meer, ligt
een dorp, dat de boeren slechts zwem
mende kunnen verlaten of bereiken.
Waar maar een stukje land droog is,
is dat tot kerkhof iDgericht en men
ziet er zich hooge grafheuvels ver
heffen.
De trein snort midden door het
land en bekommert zich schynbiar
niet om 't water. De geheele lyn is
hier op een steenen onderbouw aan
gelegd, doch de telegraafpalen ter
zydo staan in 't water.
Het land verderop schynt vrucht
baar. Overal zijn de akkers pas be
werkt en eenige landeryen toonen
reeds de groene tint van pas opge
schoten zaad. De kaoliang op de vel
den staat echter overryp en de aren
buigen zich vau zwaarte. Zoo is het-
herfst en voorjaar tegelykertyd en een
beetje zomer er by, want achter de
st-ations-gebouwen staan groote zonne
bloemen iu bloei.
Voorwaarts stoomend snelt men
vervolgeus door heidevelden en voorby
het station AntiDg teekent zich het
gebergte tegen deu horizont af. Twee
bergketenen verheffen zich achter
elkaar en om de toppen stapelen zich
dicht de wolken. De trein rijdt tus-
scboD de bergen door en als deze uit
het gezicht zyu verdwenen, doemen
in de verte do blauwe omtrekken van
nieuwe bergen op, die nabij Peking.
Het land is nu aan beide zijden
weder vruchtbaar. Er is geen plaatsje
ongecuitiveerd gelaten, overal groeien
boomen of planten. De boomen heb
ben dicht loof, de landen zijn van
lange rijen irroote kroppen salade
voorzien. In de tuinen zijn bedden
met fel roode bloemen
De weiden zyu met frisch gras
bedekt, waartusschon eenige kameslen
zichtbaar zijn. Nabjj 't station Teng-
tai, waar de tempels dicht aan de
spoorlijn staan, zijn ze verlaten. Een
tempel is reeds tot puin vervallen,
een ander dreigt elk oogenblik in te
storten. Toen de eerste trein kwam
zyu alle godeu voor het vreeselyke,
moderne spook op de vlucht geslagen.
Naby Peking begint de locomotief
schril te fluiten en dit duurt tot men
het station binnenstoomt. Hier is men
nog bozig met, het optrekkcu der ge
bouwen.
Het hoofdgebouw, van roode bak
steen, is reeds tot de derde verdieping
gevorderd en belooft een flink aan
zien te verkrijgen. Voorloopig is er
eeu lange bcuteri schuur gebouwd,
waar de Europeesche reiziger in
een afzonderlijk lokaaltje kan wach
ten. Ietwat verder zyn een aautai
theehuizen door Chineezen opgeslagen,
eeu kleine nomadenstad, waar de
wachtende Chinees zich kau verfris-
scben. Iu de nabijheid staan honder
den muildierwageus, met huiven van
blauw doek, waarmee meu zich naar
de plaats zy'ner bestemming te Peking
kan begeven, tenzij men aau een ka
meel of een draagstoel de voorkeur
geeft.
R. K Volksbond.
Maandag-avond vergaderden de 1ö-
den der afdeeling Haarlem van boven-
genoemden bond in de groote zaal der
ISoeieteit „de Kroon." De voorzitter
de heer C. A. M. vau Dam opende
de vergadering en deelde het een en
ander mede aangaande de vergadering
van den centralen Raad, die Zondag
18 Dec. in den Haag is gehouden en
alwaar liet pont „pensionneering van
oude werklieden" werd behandeld. Op
deze vergadering werd de volgende
motie vastgesteld
MOTIE. Voorgesteld door het Cen-
tr aal-Bestuur.
De vergadering van den Centr.
Raad der 18 Afdeelingen van den
Ned. R. K. Volksbond, den 18en Dec.
1898 te 's Gravenhage gehouden
gehoord hebbendé de verschillende
besprekingen over de pensionneering
van oude werklieden;
overwegende, dat- pensionneering,
uitsluitend komende ten laste van
den Staat, een niet rechtvaardige en
ook niet mogelijke, maar pensionnee
ring gevormd door bijdragen van werk
man en patroon, met medehuip van
den Staat, eeu dringende eisch is;
kennis genomen hebbende èn van de
woorden in de troonrede van 1891
gesproken èn van ae instelling der
Staatscommissie in 1895;
gelet op het rapport van genoemde
Staatscommissie in dit jaar ingediend;
betreurt, dat
a dat het rapport zich nietoitslai-
tend met de vraag der pensioneeriug
heeft bezig gehoudeo, maar door bij
komende vragen den stand der quaestie
onzuiver maakt;
b door dit rapport weinig hoop
voor een gunstige oplossing over
blijft;
c van deze Regeering niet verkre
gen is wat door haar optreden recht
matig kon verwacht worden, en be
sluit:
le. dezen haren spijt kenbaar te
maken aan H. M. de Koningin, aan
de Regeering en aan de beide Kamers
der Staten-Generaal;
2e. met alle op dit standpunt staande
werkliedeuvereenigingen samen te wer
ken om langs rechtvaardigen weg en
met eerlijke middelen zoo spoedig
mogelijk een oplossing te verkrijgen
van het vraagstuk der pensionneering
van oude werklieden
en draagt het Centr. bestnur op
alle geoorloofde middelen in het werk
te stellen om dit groote vraagstuk
te regelen.
Na de behandeling dezer motie
werd liet bestuur der afd. Heemstede
door den heer Passtoors op de nood
zakelijkheid gewezen om voor de
bloemistknechts Kamers van Arbeid
aan te vragen. Tot toelichting zeide
de voorzitter bet volgende:
Toen deu 23 Oct. j.l. te Haarlem
de algemeene vergadering van Af-
deelirigsbesturen werd gehouden, werd
door my in tegenwoordigheid van
den Alg. President de afgevaardigde
van Heemstede uitgenoodigd met zyn
bestuur te overleggen om gemeen
schappelijk voor de bloemistknechts
K. v. Arbeid aan te vragen, omdat
door onze leden bet verlangen daar
toe was kenbaar gemaakt,
Wy ontvingen geen antwoord, even
min op een officieel schrijven.
Echter heeft het bestuur der afd.!
Haarlem aan het verlangen onzer
vakvereeniging voldaan en met het!
hestuur der afd. Leiden, deu Minis
ter verzocht een Kamer op te richten
voor beide plaatsen en omstreken.
Tevens deelde de Voorz. nog med9;
dat hy een schrijven had ontvangen
van een bloemistknecbt, die geen lid!
is onzer afdeeling, waarin deze ver
klaart dat het een leugen is dat de|
R. K. V.de neutrale ve-reeniging in den
grond heeft geboord, maar dat de
meeste katholieke bloemistknechts er!
ai genoeg van hadden by bet spreken
van deu heer Hofland in eeue ver
gadering. Ook behelsde dit schrijven
de mededeeliug dat er weinig bloemist
knechts zijn die f8.10 verdienen.
De Voorz. kon op dit laatste ant
woorden dat door de vele bemoeiïDgen
van het bestuur en van den eerw.
Adviseur bij vele patroons te O ver
veen dit loon wordt uitbetaald.
Verder vroeg de Voorz. aan de
vergadering de goedkeuring om een
adres te teekenen in samenwerking
met het Algem. Nederl. Werklieden
verbond en het Nederlandseh werk
liedenverbond Patrimonium, behelzen
de eeu verzoek aan de Vereeniging
van Industrieelen om de nieawe loon
regeling der timmerlieden, die met 1
Janaari in werking treedt ouk voor
de metselaars van toepassing te maken
met eene evenredige regeling voor de
opperlieden.
Deze goedkeuring werd verleend.
Hierna werden door het knapenkoor
onder leiding van den heer N. H.
Andriesen, eenige liederen gezongen,
o.a. het Kroningslied en het Wilhel
mus, welk laatste door alle aanwezigen
staande werd aangehoord. De zang
der kleinen was liefmet heldere ec
frissche stem werden de liederen uit
volle borst gezongen. Door den heer
A. F. van der Vaart werden de
jeugdige zangers hierop in het Bonds,
lokaal onthaald op krentenbroodjes
met chocolade, hetgeen ze dan ook
wel verdiend hadden.
Nadat de zacgvereeniging „St
Bavo" nog eenige liederen, waaronder
het „Ave Maria" op zeer verdienste
lijke wijze had ten gehoore gebracht
werd de vergadering gesloten.
Eenige opmerkingen over
een Abattoir.
Toen onlangs de gemeenteraad een
som toestond, waarvoor twee gemeente
ambtenaren op reis zoudeu gaan tot
het bezoeken van abattoirs, hebben
wy de vrees uitgesproken, dat hier
mee de Raad zich reeds iu beginsel
voor de oprichting van een abattoii
had verklaard. „Indien men," zoo re'
dineerden wy, „in beginsel de oprich
ting niet had gewensclit, dan zou men
ook voor de onderzoeksreis geen gel
den hebben moeten toestaan.
Naderhand is ons gebleken, dat
Raadsleden die voor het toestaan dei
bedoelde gelden hadden gestemd,
daarmee zich volstrekt niet gebonden
achtten om later voor de oprichting
van het abattoir te stemmen. Dit zoo
zynde wenschen wy enkele opmerkin
gen te maken ten doel hebbende, om
te betoogen, dat een abattoir te Haar
lem niets anders zou zyn, dan een
nieuwe ('indirecte) belasting voor de
burgery.
Vooraf evenwel iets over de wen-
seuelykheid van een abattoir in '1
algemeen. De voorstanders noemen
daarvoor in hoofdzaak tweegroDden
de hygiëne en de mogelijkheid van
voldoende keuring. Nu is net een be
kend feit, dat in Haarlem de slacht-
plaatsen van de groote slagers uitste
kend zyn ingericht, en dat voor het
afvoeren van faecale stoffen en bloed
behoorlijk wordt gezorgd. Van klach
ten, die de buren zouden hebben over
overlast van deze slachtplaatsen blykt
dan ook weinig of niet.
Of van alle kleinere slachtplaatsen
hetzelfde gezegd kan worden, is te
betwijfelen. Nog onlangs hoorden wij,
hoe ergens in een buitenwijk geslacht
wordt in een voormalig keukentje
een ruimte zóo klein, dat het stervende
dier de pooten niet behoorlijk uit
strekken kan. Dat hier de afvoer van
vasten en vloeibaren afval volmaakt
zou zyn, is moeilijk te gelooven. Maar
wy vragenis daarvoor nu juist een
kostbaar abattoir noodig? Kan de
Raad niet voor de slachtplaatsen de
bepalingen zoo verscherpen, dat ze alle
aan redelijke eischen voldoen Wjj
meenen van ja.
Belangrijker schyut dan ook het
voordeel van de keuring. Er gaat
kwalijk een raadsvergadering voorbij,
of de burgemeester maakt melding
van een aantal processen verbaal, door
den keurmeester opgemaakt ter zake
vau bedorven vleesch. Hieraan nu,
meenen de voorstanders, zal het abat
toir, waar alles gekeurd wordt voor
dat het mag worden geleverd, eous
en voor __ai een einde maken. IJdele
hoop. Zy vergeten, dat dagelijks
per spoor en per post uit Gelderland,
Friesland en Overysel vleesch wordt
ingevoerd, dat aan alle keariug ont
snapt. Een keuring van alle vleesch-
waren die hier gebruikt worden, is
dus nooit te verkrijgen.
De tegenwoordige keuring is on
voldoende, zegt men. Welnu de aan
stelling van nog een onderkeurmeastei
op eeu traktement van f600.— ligt
niet buiten het financieel vermogen
der gemeente. Laat men zich toet
m8t dat dikke woord „keuring" geen
vrees doen aanjagen. De goede slagers
znllen er zeiven wel voor zorgen.dat
ze in 't belang van hun zaak en tol
j behoud hunner clientèle geen bedorven
j vleesch verkoopen bestaat er by hen
twijfel, dan zullen zy zeker om de
zelfde redenen zelf deu keurmeestei
by het verdachte vleesch roepen en
zyn oordeel inwinnen.
„Maar," zoo zeggen de voorstanden
van 6en abattoir, „er zyn er, die op
zcttelyk slecht vleesch trachten n
verkoopen, om den laagsten prys aan
't publiek te kunnen aanbieden ei
.zelf nog een grove winst te maken.'
Welnu, indien er znlke ir.dustrieelei
ook in Haarlem gevonden worden
dan zyn zy ook by den keurmeestei
bekend en heeft, het Gemeentebestuui
niets anders te doen, dan hunne na
men te publiceeren. Het publiek, ai
takken kersenbloesem, die voor weinig
geld te koop zijn naar huis terug, waar
ze in de kleinste woning dea- hoofdstad
een voorjaarsgevoel te weeg brengen.
En dit jaar waren ook de Griottes
naar buiten gegaan. Hoe dit mogelijk
was na cen winter, waarin zij vasten en
kou lijden geleerd hadden, dat scheen
moeden- en dochter nog dagelijks een
raadsel.
Op eeu goeden avond was Griotte
.opgewonden thuis gekomen.
„Sclirik niet", zeide hij tot zijn vrouw,
„als ik je zeg dat w groote dingen zul
len gebeuren.
Wees sterk kind, want gij hebt zwak
ke zenuwen."
Ja, deze inleiding was niet overbodig.
Bij zijn eerste woorden was juffrouw
Griotte reeds bleek geworden zij
trilde als een espenblad en was genood
zaakt te gaan zitten. Evenals men een
uitgehongerd mensch het voedsel bij
kleine beten moet toedienen, moest men
haar, die zoo'n arm ellendig jaar achter
den rug had. een blijde tijding voorzich
tig meedoe lm.
„Ik zal alles geregeld vertelleen," zedde
Griotte.
„Van middag stond ik voor de kome>-
die eil gaapte. Wij moesten de „Hexen-
könig" inetudeeren, waarin ik nauwelijks
twintig woorden te zeggen heb en ik
voelde niij dan ook zoo treurig, als ik
mij niet herinner ooit geweest te zijn.
Links van mij stond Lenz, rechts de
regisseur en voor den sigarenwinkel de
directeur. Hij sprak met Melms en wij
overigen staarden op straat. Ik had ver-
bazenden honger, want om tien uur had
ik mijn ontbijt al opgepeuzeld. En als
ik honger heb moet ik voortdurend ga
pen o! dat is zoo afschuwelijk!
Plotseling hoorde ik roepen„Hei,
Griotte
En voor de komedie hield een equi
page stil. De heer, die er in zat, wenkte
mij.
En wie was het?
Niemand anders dan die ondeugd, die
Konrad."
Annie sprong op.
Konrad
„Ja, met een hoogen hoed op en. heel
chique gekleed."
„Griotte," riep hij, „mijn God, kent
ga mij dan niet meer? „Konrad," zeide
ik, „beste vriend," en tegelijkertijd
sprong de livreiknecht van den bok en
opende het portier.
Ik stond nu met mijn rug naar den
directeur an de anderen gekeerd
maar owat had ik graag hun gezichten
eens gezien.
„Ik wil u niet ophouden, beste Gri
otte," zeide Konrad, „maar ik reed voor
bij en zag u staanvertel mij eens gauw-
hoe 't met je vrouw en Annie gaat. Wilt
gij met mij lunchen. Stap maar in en
mede."
„Dat ging natuurlijk niet, omdat ik
repetitie had en voor de twintig woor
den, die ik zeggen moest genoodzaakt
was zes uur te lanterfanten. Stel jo eens
voor als ik ingestapt en weggereden was
Twee schimmels voor het rijtuig, zoo
als geen baron ze heeft!"
„Dan moet gij mij toch bezoeken,"
zeide hij, „morgen of overmorgen wan
neer gij lust hebt. Wij. wonen nu te
Hoppegarten en gij brengt uw vrouw
en Annie mee, dat spreekt van zelf.
Beste Griotte, ge moet het mij vergeven,
dat ik in zoo lang niet bij u geweest ben,
maar ik heb zooveel te doen.
Toen drukte hij mij nog eens de hand.
„En vele groeten aan Annie en uw
vrouw. Adieu, beste Griotte!"
De Livreiknecht sprong weer op den
bok en de paarden vlogen de Frankfur-
terstrasse langs alsof de duivel hen op
de hielen zat.
Toen zij uit het gezicht verdwenen
waren, draaide ik mij om.
O die gezichten
Annie en haar moeder hadden stom
van verbazing toegeluisterd, en Griotte
vertelde nu minder breedvoerig verder
daar op de groote ouverture nu de meer
dramatische scène volgde.
„De directeur trad op mij toe. Beste
Griotte zeide hij, „dat was het rijtuig
van Brandes. Maar wie was die heer?"
„De secretaris van mijnheer Brandes
en tegelijk zijn intiemste vriend."
„Ah! En gij kent dien heer? Gij
schijnt hem zelfs zeer goed te kennen."
„Zeker, zeer goed," antwoordde ik.
Toen stak de directeur zijn arm door
den mijnen en zeide
„Ga mede, beste vriend. En tegen
Melms liet hij er op volgen
„Mijnheer Griotte is vandaag van de
repetitie verschoond."
„Verschoond," zeide juffrouw Griotte
halfluid.
Zij spande al haar krachten in om
rustig te blijven want zij vermoedde,
dat nu hert voornaamste eindelijk kwam.
Eén flesch St. Julien en. tweemaal
Kaviar. Na de Kaviar twee keer bief
stuk en eindelijk kaas.
Toen nog één flesch St. Julien en
nog één. En met al dat eten en drinken
ging wel drie uur heen, en hij- betaalde
natuurlijk alles."
„En wat... wilde... hij eigenlijk?"
vroeg Annie schuchter, bijna angstig.
„Mijn bemiddeling. Wat anders?
Brandes," zeide de directeur tot mij, „is
de eenige man te Berlijn, die iets wagen
durft en wel voor groote ondernemin
gen te winnen is. We moeten zien Bran
des over te halen en dan wordt de Os-
ten komedie nog een der eerste theaters
van de stad. Wij met ons drieën aan
het hoofdGij Griotte, Brandes en ik.
Gij, als regisseur, Brandes, als degeen,
die ons het geld verschaft en ik als ar-
tist-directeur.
Ik regisseur! Stel je dat eens voor.
Met tienduizend maak salaris!"
De beide vrouwen zaten als verstomd
maar het was neg niet met de nieuwtjes
gedaan. Griotte kreeg geld uit zijn zak,
marken, thalers, tienmarkstukken en
eindelijk een banknoot van 100 thaler.
„Telt 't maar na," zedde hij, en met
bevende handen telden ze: „Twintig,
dertig, vijftig, zestig, honderd, tweehon
derd."
„Tweehonderd 1"
„Tweehonderd
„Ja, tweehonderd. Als voorschot op
de onderhandelingen. En komt de zaak
tot stand, koopt Brandes de komedie,
dan ontvangt, de acteur, Griotte, twee
duizend M. in contanten en de aanstel
ling als 1ste regisseur met een salaris
van achthonderd M. maandelijks."
Juffrouw Griotte stond langzaam ei
met moeite op en ging wankelend naai
haar man toe. Zij sloeg haar armen on
zijn hals en snikte luid en nadat kaa
man eenige oogenblikken getracht ha<
haar vroolijker te stemmen, werd col
hij zenuwachtig.
Het geluk was hun dan eindelijk een
gunstig geweest, maar het overviel hui
te plotseling.
Toen juffrouw Griotte eenigszins kal
meerde, deed zij allerlei dwaze vragen
of ze dadelijk een andere woning zou
den huren, en meubels koopen, of Kou
rad netjes gekleed en nog altijd zo<
vriendelijk en goed als vroeger was.
„Gij kunt u beiden geen voorstellinj
van hem maken," zeide Griotte. „Hi
ziet er uit als een attaché. En dan dit
equipage, de schimmels, koetsier, zijl
paarlgrijze handschoenen, het is onbc
grijpelijk!"
fWordt vervolgd.)